Saamhorigheid
TON KOOT SLOTVOOGD
IN GOLBERT-COSTUUM
MC RE HOOPMAN- tl GEHEIMZINNIGE BRON
MELKWEG: SYMPHONIEVAN STERREN
MET DE JONGSTE OP PAD
Vochtigheid, verlichting en gebrek
aan stoelen zijn grote zorg
AFLEIDINGS
MANOEUVRE
Lichtboog met brillante partijen
en donkere nevels
Fabrieksmeisjes
Wereldburger No. 1
gearresteerd
Knipcursus!
ZATERDAG 18 SEPTEMBER 1948
PAGINA 3
door George F. Worts
Vertaling: Herman Antonsen
SOCIALE GEZONDHEIDSZORG
Verkenning van de melkweg
f.K
De „raggegraat'
melkwegstelsel
van het
drink een pittig glas
Plaatselijke verkiezingen
in Frankrijk?
De wereldberichten van de laatste
tijd bevatten opmerkelijke bij
zonderheden over een grote acti
viteit van de katholieken.
Uit het Westelijk halfrond wordt een
machtige aaneensluiting van de katho
lieke krachten in Noord- en Zuid-Ame-
rika gemeld. Het derde congres van de
pan-Amerikaanse Katholieke Actie te
Rio de Janeiro bestudeerde de econo
mische en sociale problemen van dat
werelddeel, dat wij nog graag aandui
den als de Nieuwe Wereld.
Een ander pan-Amerikaans Congres
te La Paz in Columbia houdt zich bezig
met het probleem van de opvoeding
der jeugd, en met vragen, die betrek
king hebben op de katholieke bericht
geving en. de K. A.
Uit Hongarije bereikt ons herhaalde
lijk een steeds meer gedetailleerd ver
slag over een intense opleving van het
geloof in het hele land als reactie tegen
de toenemende druk van het godloze
communistische regime. Onder de be
zielende leiding van Kardinaal-Primaat
Mindszenty treedt de Kerk op als eni
ge verdedigster van de rechten van de
menselijke persoon tegen de rode ter
reur. In fiere openbare demonstraties
en processies alle politiemaatregelen
ten spijt legt het volk getuigenis af
van zijn trouw aan Christus, en, wat
nog van ve|l meer waarde is, in het
hart van de enkelingen voltrekt zich
een diepgaande verandering, die alle
vroegere lauwheid en gemakzucht ver
afschuwt, en voortkomt uit de over
tuiging, dat alléén de eeuwig gel
dende waarheden van het katholieke
geloof in staat zijn redding te brengen
in de chaotische toestanden van de te
genwoordige wereld. Zelfs wordt er tel
kens weer gewag gemaakt van een mas
sale protestantse toenadering tot de
Kerk, die zich vooral openbaarde, na
dat de door de regering erkende pro
testantse bisschoppen voor welk
ambt slechts met veel moeite candida-
ten waren te vinden de nationalisatie
van het bijzonder onderwijs hadden
goedgekeurd. Talrijke protestanten ver
lieten daarop demonstratief hun kerk
genootschappen en gingen over tot de
Katholieke Kerk.
Tenslotte is daar nog de uitstekend
geslaagde Katholiekendag van Mainz,
die, na twaalf jaren Nazi-terreur, dit
jaar voor het eerst weer kon doorgaan.
Zo belangrijk was deze grootse mani
festatie, dat de Heilige Vader in een
radio-rede persoonlijk de congressisten
heeft willen toespreken, die uit binnen-
en buitenland in groten getale waren
samengekomen in de stad van de be
roemde sociale bisschop Mgr. von Ket-
teler.
Wij zouden nog kunnen herinneren
aan de Dom-feesten te Keulen, het
grote Pax Christi Congres te Lourdes
en zovele uitingen van katholieke acti
viteit op kleiner schaal, maar dat zou
ons te ver voeren.
Zonder twijfel zijn dit alles verblij
dende tekenen van innerlijke bloei. Ze
bewijzen, dat er iets losgeslagen is in
de katholieke wereld, dat er iets leeft,
dat naar buiten wil treden en anderen
deelachtig maken aan de eigen red
dende rijkdom.
Wij mogen daarop met recht trots zijn
en ons daarover eerlijk verheugen,
mits wij niet vergeten, dat wij tege
lijk zelf een grote verantwoordelijk
heid dragen. Want het gevaar is heus
niet denkbeeldig, dat wat aan de ene
kant door goedwillende en ijverige
werkers wordt opgebouwd, aan de an
dere kant radicaal wordt afgebroken
door de grote mdssa lauwe en flauwe
katholieken, wier leven in volstrekte te
genspraak is met de leer van Christus.
In dit verband is het zeer belang
wekkend de aandacht te vestigen
op een hoogst interessant artikel
in een Zwitserse krant, dat onder de
titel „Onmacht en macht van de Katho
lieke Kerk'' zich afvroeg, welke krach
ten de Katholieke Kerk bij de heden
daagse verandering van het wereld
beeld kan bieden en opwekken. Als
men bedenkt, dat er 40U millioen ka
tholieken op de wereld zijn, en geen
enkele organisatie in nauwkeurigheid,
beginselvastheid en innerlijke kracht
met deze Kerk ook maar uit de verte
kan vergeleken worden, dan zou men
toch wel redelijkerwijze mogen ver
wachten, dat deze super-eenheid van
morele macht met- gemak haar doelstel
lingen zou kunnen doordrijven. Zén
blik op de historie, tot op onze dag,
rechtvaardigt echter de mening, dat men
in werkelijkheid op de eerste plaats
kan spreken van de „onmacht der
Kerk". Werden tot nu toe de eisen van
de sociale encyclieken der Pausen ver
wezenlijkt, waarvan de eerste al vijftig
jaar oud is?
Heeft men er tijdens de laatste jaren
ook maar aan gedacht op de vredes
conferenties een vertegenwoordiger van
deze wereldmacht uit te nodigen? Waar
blijft de invloed van de Katholieke Kerk
op het geestelijk leven, de wetenschap,
de letterkunde, radio en film? Zonder
twijfel zijn er vele en grote lichtpun
ten. Maar ze zijn nog te plaatselijk, ze
beïnvloeden te weinig de atmosfeer
van het ge he le leven. Ze zijn als
zodanig niet voldoende de algemene
uitdrukking van de katholieken over
de hele wereld, als van de enige macht,
di£ in staat is algemeen geldende, be
trouwbare en veilige leiding te geven.
Er zouden veel oorzaken te noemen
zijn van dit tekortschieten. Een daar
van, en zeker niet de minst belangrijke,
die overigens door het genoemde Zwit
serse blad wordt besproken, willen wij
hier met nadruk iedere lezer in over
weging geven. Het ontbreekt de 400
millioen katholieken nog sterk aan het
bewustzijn van onderlinge verbonden
heid in Christus.
Hoe zouden wij reageren, als iemand
ons zou aanspreken met de woorden:
•>lk kom tot U als katholiek?" Door
2ulk een vraag is met één slag een van
öe diepste oorzaken van onze onmacht
het licht gesteld: het ontbreken van
'en onvoorwaardelijke katholieke
(Van een speciale verslaggever)
Deze wereld is goed, want ze heeft
ons opnieuw verblijd. Ze heeft ons ver
rast met het bericht, dat onze grote
nationale dichter Pieter Cornelisz. Hooft
sinds vorige week in volle ambtelijke
waardigheid is opgevolgd door Ton
Koot, die secretaris van het Rijksmu
seum en ingezetene van Amsterdam is.
Hem heeft Zijne Excellentie de minis
ter van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen verheven tot de waardigheid
van slotvoogd van Muiden, een waar
digheid, die volgens oude tradities, date
rende uit 1477, ook alleen een burger
en ingezetene van Amsterdam toekomt.
Deswege hebben wij Ton Koot be
zocht, in een ruim vertrek van het Rijks
museum, de hand geschud en gevraagd
wat deze benoeming voor de .cultuur,
voor Muiden en voor ons allen mogelijk
zou kunnen betekenen.
Daarbij heeft Koot op de allereerste
plaats het accent laten vallen op het
feit, dat Hooft „ambtenaar en gefortu
neerd" en hij „ambtenaar" is. Vervol
gens heeft hij ons medegedeeld, dat
geen moeite hem te veel zal zijn om van
Muiden toch weer een cultureel cen
trum te maken en tenslotte dat er helaas
ook enige belemmeringen zijn, die de
uitvoering van dit streven bemoeilijken.
En om nu met het laatste te beginnen:
het Muiderslot is een bijzonder fraai
Middeleeuws kasteel met een prachtige
zeventiende-eeuwse inrichting. Het ver
heugt zich als buitenmuseum van het
Rijksmuseum 's zomers en 's winters in
grote publieke belangstelling Zondag
noteerde het b.v. zijn 40.000ste bezoeker
van dit jaar maar voor manifestaties,
de cultuur of de jeugd betreffende,
heeft het toch enige zeer duidelijke
mankementen. Het heeft primo geen
verlichting. Het is geheel aangewezen
op kaarsen en hoe schoon en hoe ro
mantisch dat ook zijn moge, op de duur
is dit èn te duur èn niet afdoende. Dan
en dat is zo mogelijk nog erger
zijn er niet voldoende stoelen. Voor een
bijeenkomst van enige omvang heeft
het behoefte aan een 70 a 80 in de sfeer
passende stoelen en om die te verkrij
gen zijn waar de heer Koot amb
tenaar is fondsen nodig. Die, daaraan
twijfelt de nieuwe slotvoogd overigens
niet, zullen komen. En zij mede zullen een
oplossing leveren voor het derde pro
bleem, dat dit slot biedt: een zo grote
vochtigheid, dat zelfs Hooft het reeds
nodig oordeelde zich daarover in zijn
tijd te beklagen. Desniettemin en
Ton Koot, ambtenaar
saamhorigheid! En dit is des te betreu
renswaardiger en tevens des te onbe
grijpelijker, daar toch juist in ons hei
lig geloof, dat tot in de verste uithoe
ken der wereld overal hetzelfde is.
alle voorwaarden aanwezig zijn om deze
saamhorigheid tot een eerste gevolg van
onze geloofsbeleving te maken. Waar
ook ter wereld een katholieke kerk
staat, het moge een kathedraal zijn of
een hut in het oerwoud, daar is iedere
geloofsgenoot onmiddellijk thuis. Het
zelfde altaar, hetzelfde offer, eenzelfde
priester met dezelfde macht, dezelfde
gelovigen met een volmaakt gelijke le
vensbeschouwing.
Aan het katholicisme zelf ligt het
zeker niet, wanneer or*e leer niet
die invloed op het leven heeft, die
Christus Zijn Kerk als een plicht heeft
op^legd.
Dan blijft er niets anders over, dan
de fout te zoeken bij ons zelf. En dan
komen wij op, een terrein, waar ieder
van ons voorlopig de handen vol werk
heeft. Als wij daarbij dan maar niet
vergeten, dat het hier gaat om onze
strikte plicht, om ieders persoonlijke
en zware verantwoordelijkheid en om
het heil van de wereld!
L.
10)
De Blauwe Pijl antwoordde rustig:
De lichten branden niet. Ik heb een
lichtbom uitgeworpen.
Kinley antwoordde schril: Kun je
de ranch zien?
Neen. Het zicht is heel slecht ge
worden. De mistbank is bijna helemaal
dicht.
Kun je landen?
De man in het vliegtuig antwoordde
bedaard:
Ik zal wel moeten.
Laura wist, dat hij zijn grote machine
nergens in de vallei veilig aan de grond
kon zetten; het terrein van de ranch
was de enige plek. Ze had zelf die val
lei op en neer gevlogen. Zelfs Bert Po-
gany zei, dat er nergens anders een vei
lig landingsterrein was.
De Blauwe Pijl zei: Kinley, ik heb
de ranch gevonden. Maar er brandt geen
enkel licht. En voor het eerst meende
Laura een trilling van vrees in die kal-
dit zij iedere belangstellende vriend
ter notatie meegedeeld zal de nieuwe
slotheer zich des zomers te Muiden ves
tigen; hij zal er een aantal kamers be
trekken en wind en weder dienende zal
men hem er gehuld in luchtig col-
bertcostuum wandelend kunnen aan
treffen in de bongerd.
Want ook dit heeft hij ons nog
onthuld: de boomgaard waar
van de voortreffelijke peren
en pruimen niet zelden reeds
Hooft een gerede aanleiding bo
den om zijn uitgelezen vrienden
schaar weer bijeen te roepen, zal
na verloop van tijd weer achter het
slot worden aangelegd. De prachtige
hoogopgaande bomen, die de oorlog
als zoenoffer toevielen, zullen wor
den herplant en de smalle met prik
keldraad omgeven toegangsweg zal
worden verfraaid en verbreed. Dit
alles, wel te verstaan, als de reeds
in vergevorderde staat van voorbe
reiding verkerende plannen de
nodige hoge goedkeuring kunnen
wegdragen.
In dit in stijl gehouden en toch zo
veel mogelijk van comfort voorziene
slot, zal Koot dan pogen een nieuwe
Muiderkring het leven in te blazen. Let
wel, zo formuleert hij het niet zelf. Hij
zegt enkel zich open te zullen stellen
voor iedere culturele manifestatie of
jeugdactie uit Amsterdam of het Gooi,
die, in de sfeer van dit kasteel passend,
zou kunnen verlopen. Hij denkt daarbij
niet aan het verhuren van zalen of
een eigen commerciële exploitatie, het
is zuiver en alleen een uitnodiging aan
ieder, die dat betreft, aan poëten,
schrijvers, musici, schilders, beeldhou
wers, journalisten en allen, die in dit
milieu passen en thuishoren. Hun allen
zal hij er graag en vaak welkom heten
en als uit dit contact spontaan een
soort Muiderkring zou kunnen groeien
de bestanddelen zijn er! wel, dan zou
dat een twinkeling van genoegen doen
komen in des slotvoogds vriendelijke
ogen, die zoals zijn lippen achter een
snorretje schuil gaan achter grote
brilleglazen.
En om nu maar helemaal eerlijk te
zijn, met het oog hierop is de verhef
fing tot slotvoogd ook juist Ton Koot
toegevallen. Van hem kende men zijn
grote belangstelling voor Muiden en
van hem wist men, dat hij zou pogen
dat oude slot daar nieuw leven in te
blazen.
Dat hij daarin moge slagen, was de
wens, die tot uiting kwam in een
stroom felicitatie-telegrammen, van
wie er een was van een regelrechte
nazaat van de oude drost.... En nu....
een nieuwe Muiderkring, seinde hij.
Ton Koot knikte bevestigend.
CDE. MARIES IOONOER.&TIOO*
14. Op de vraag van Dzilah vertelde Eric haar van zijn belevenissen en van zijn
vreemde ontvoering door de twee mannen. Rustig liet Dzilah onze held uitspreken
en toen zei zij: „De mannen, die u ontvoerd hebben, waren mijn spionnen! Overal
in het land had ik mijn mensen gezonden om voor mij een man te zoeken, die door
zijn wilskracht, moed en kracht in staat zou zijn voor mij een moeilijke en gevaar
volle opdracht uit te voeren. Ik geloof, dat de spionnen die u gevonden hebben,
geslaagd zijn, mijn vriend
Hoewel dit een compliment was, beviel de toon waarop het gezegd werd Eric
niet helemaal en een onprettig gevoel bekroop hem. „Wij zullen nu kijker wat er
met de twee mannen gebeurd is, die u bij mij tvilden brengen. Volgt mij dus."
Nieuwsgierig volgde Eric haar. De witte leeuw liep brommend achter Eric aan.
Zij kwamen nu in een klein vertrek, dat geheel kaal was, op een tafeltje na,
waarop een ronde, zwarte bol stond. Gevolgd door de verwonderde Eric trad Dzilah
op de glanzende bol toe en fluisterde: „Wijs mij de wegwaar gingen twee van
mijn mensen heen?" Met een ongelovig gezicht keek Eric beurtelings van Dzilah
naar de zwarte bol
De herfstmaanden zijn bij uitstek geschikt voor de waarneming van de
melkweg. Half September omstreeks 20 uur staat de melkweg als een indruk
wekkende zilverwazige lichtboog hoog aan de hemel tussen Noord en Zuid.
In de loop van de avond draait hij langzaam als om een onzichtbare spil in
de richting Oost-West de majestueuze wenteling van de melkweg, die
steeds weer imponeert.
Op het boven aangegeven uur prijkt
dicht bij het zenith het imposante La
tijnse sterrenkruis van de Zwaan, dat
met zijn lengtebalk in de richting van
de melkweg ligt. In de top van het kruis
schittert de heldere ster Deneb, d.i.
„staart", n.l. van de Zwaan. In het voet-
punt staat de zwakkere ster Albireo of
bèta van de Zwaan, terwijl in het kruis
punt van lengte- en dwarsbalk de hel
dere ster gamma fonkelt. Op de uitein
den van de dwarsbalk liggen de zwak
kere sterren epsilon en delta (Zie de te
kening).
Zuidelijk van de Zwaan vindt men
gemakkelijk het sterrenbeeld Arend met
de heldere ster Altair. Nog zuidelijker,
laag boven de horizon, schitteren enkele
sterren van de Schutter, een sterren
beeld, dat hier te lande slechts gedeel
telijk zichtbaar is.
Aan de noordelijke hemel, rechts van
Cent-rum
Zon
Zij-aanzicht"t van het melkwegstelsel.
Door een onvermoeibaar streven van l veel kleiner, misschien zelfs twijfel-
lrijke deskundige enthousiasten is in achtig. Juist de geregelde contröle is de
kracht van dit werk.
talrijke
ons land in de laatste driekwart eeuw
de zuigelingensterfte gedaald van onge
veer 1 op 5 tot ongeveer 1 op 20. Het
is een verblijdend resultaat, dat echter
nog niet volkomen bevredigend is. Of
die zuigelingensterfte nog verder daalt,
hangt voor een groot gedeelte af van
degenen, die het meeste belang erbij
hebben, dat het kindje gezond en tie
rig opgroeit: de moeders. Want dit re
sultaat is voor een niet gering deel be
reikt door de moedercursussen en de
consultatiebureaux voor zuigelingen.
In het jaar 1947 werden de consulta
tiebureaux van het Wit-Gele en het
R.K. Limburgse Groene Kruis bezocht
door ongeveer 67.500 nieuw ingeschre
ven zuigelingen. Dat lijkt heel wat,
maar wanneer we het geboortecijfer
van ons katholieke bevolkingsdeel na
gaan, dan zien we, dat nog heel wat
zuigelingen het zonder bezoek aan het
bureau moeten stellen, hetgeen, behou
dens enkele uitzonderingen, waar de
moeder de voorkeur geeft aan huis- en
kinderarts boven het consultatiebureau,
betekent, dat baby maar moet zien, hoe
hij vrij blijft van zuigelingenziekten.
Want het is een feit, dat de vrouwen,
die hun kindje niet vertonen op het
consultatiebureau, heel vaak juist de
genen zijn, die hun baby onbewust het
ergste mishandelen. Het zijn de ouder
wetse, achterlijke, eigenwijze moeders,
en het excuus „mijn kindje mankeert
niets" is geen excuus, omdat het doel
van het consultatiebureau is: te berei
ken, dat het kindje niets gaat manke
ren en dat het de allerbeste kansen
krijgt om gezond en sterk op te groeien.
In het jaar 1947 bezochten deze 65.000
baby's de consultatiebureaux ruim
480.000 keer, dat betekent, dat elke baby
gemiddeld, in zijn baby-jaar, iets meer
dan zeven, keer op een consultatiebu
reau verscheen. Dat getal van 7 is veel
en veel te laag. Eens in de twee a drie
weken is een juiste tussenruimte voor
zo'n bezoek en dat brengt het aantal
bezoeken per jaar op minstens het dub
bele. Het bezoekcijfer over 1947 toont,
dat er wel behoorlijke belangstelling
bestaat voor de bureaux, maar dat het
bezoek niet geregeld genoeg geschiedt
en ongeregeld bezoek aan consultatie
bureau maakt het nut daarvan minstens
me stem te ontdekken. Schril van woede
riep G. A., tussen zijn tanden door sis
send: Gemene moordenaars! Ik draai
die lichten toch op!
Jill deed een stap achteruit.
Laura gilde: Niet doen, Niet doen,
Gerry!
Het dreunen der vliegtuigmotoren
werd luider. Weer schoot een witte licht
flits langs het raam. Het gedonder werd
zo heftig, dat het huis ervan schudde.
En opeens veranderde het geluid en
Laura begreep, dat het vliegtuig zwenk
te. Haar hart klopte zo snel, dat het niet
meer was dan een pijnlijke trilling. Die
lichtbom had het veld zichtbaar gemaakt;
ze zouden dalen. De stralen van hun lan-
dingslichten weerkaatsten in het ven
ster.
Jack hinkte heen en weer als een
Bantam haan. Zijn onderlip scheen in
en uit zijn mond te wippen, toen hij
woedend schreeuwde: Wie is er hier
'n gemene moordenaar?
Jij! brulde G. A. Jij, schurk! en hij
deed een pas naar het radiotoestel.
Jack liet zijn automatische pistool
langzaam zakken. Jill hief het hare traag
omhoog. Laura zag haar hand wit wor
den van het klemmen om de kolf.
G. A. liet zijn handen omlaag zakken.
Zijn linkervoet gleed onder hem uit en
hij wankelde. Hij viel voorover met het
hoofd tegen de rand van de tafel. Het
veerde met een schok terug en hij viel,
met zijn schouders langs de tafelpoot
schurend, tegen de grond. Daar rolde hij
opzij, zodat Laura zijn gezicht kon zien.
Nu zijn er altijd moeders die vinden,
dat er zo weinig aandacht wordt be
steed aan hun baby. Deze dwaze moe
ders kan men alleen maar gelukwen
sen, omdat het dan blijkbaar best gaat
met baby. Maar die moeders vergeten,
dat de geroutineerde arts met een „half
oog" meer ziet over de toestand van
baby, dan een of andere buurvrouw,
die lange betogen houdt. En de nuch
tere, soms zeer korte opmerkingen, die
in de paar minuten van het consult
worden gemaakt, zijn nu net datgene
wat nodig is. En voor moeilijkheden,
voor vragen, is er altijd tijd genoeg.
Men kan moeilijk verwachten, dat
elke baby als het achtste wereldwon
der zal worden beschouwd, al is na
tuurlijk üw baby iets héél bijzonders.
De moeder, dié haar baby de beste
kansen wil geven, heeft er de tijd voor
over om naar het consultatiebureau te
gaan zo vaak de consultatiebureau-arts
dit nuttig vindt, en ze blijft het hele
baby-jaar door geregeld terugkomen.
En als ze deze tekenen van volhar
ding een jaar lang heeft gegeven, dan
mag ze opnieuw beginnen met: bezoek
aan het consultatiebureau voor kleu
ters. Maar daar hebben we het nu niet
over.
Prinses Elizabeth van Engeland ver
wacht haar baby omstreeks half No
vember, zo wordt uit Londen gemeld.
De geboorte zal plaats hebben in het
Buckingham Palace te Londen, het ver
blijf van koning George en koningin
Elizabeth.
de Kleine Beer (met de Poolster in de
punt van zijn staart) prijkt het sterren
kruisje van Cepheus op z'n kop. Iets la
ger schittert de brillante W van Cassio
peia. Daaronder, laag aan de hemel, glin
stert het sterrensnoer van Perseus.
Hiermede hebben we de voornaamste
melkweg-sterrenbeelden genoemd, die
op het aangegeven uur zichtbaar zijn.
Uitgaande van het Kruis van de Zwaan,
kan men de andere sterrenbeelden van
de melkweg zonder veel moeite vinden,
mits men al zoekend met zijn ogen de
melkweg volgt en zich niet op zijpaden
begeeft. Wie de melkweg verlaat, zal in
de wirwar van sterren onherroepelijk
verdwalen.
Laten we thans de melkweg zelf eens
nader beschouwen. We kiezen daartoe
op een heldere herfstavond een waar
nemingsplaats ver van hpt storend
schijnsel van straatlantaarns en licht
reclames, zo mogelijk in het vrije veld.
Pas wanneer onze ogen voldoende aan
het duister gewend zijn, kunnen we de
fijnere details en lichtschakeringen
van de melkweg goed onderscheiden.
We zien dan dat de melkweg als een
zwakke lichtband over de gehele hemel
loopt (de andere helft bevindt zich on
der de horizon) en a.h.w. de aarde
overspant. Majestueus en verheven welft
zich deze lichtboog boven onze nietige
planeet, een stofje in het onmetelijke
heelal met zijn milliarden sterren,
waarvan wij slechts enkele duizendtal
len met het blote oog kunnen zien.
Onze eerste verkenning van de melk
weg voert ons langs de reeds genoemde
sterrenbeelden. Die sterrenbeelden zijn
a.h.w. de pleisterplaatsen, waar onze
blik telkens even blijft rusten, om dan
weer verder te glijden langs de hemelse
heirweg daar „hoog boven ons sterfelijk
hoofd." Reeds een totaalindruk van de
melkweg overweldigt ons we voelen
ons onder die majestueuze lichtboog zo
■ontzaglijk klein hier spreekt alleen
de grootheid van de Schepper tot de
nietige mens. God is groot en wij be
grijpen Hem niet; de volgende regelen
zullen ons dat nog beter doen verstaan.
De melkweg is geen scherp begrensde
lichtband, maar een grillig gevormd,
op vele plaatsen vaneengescheurd, rag
fijn lichtweefsel met donkere, soms
inktzwarte „kloven" en „fjorden". Glin
sterend diamantgruis, in een brede
baan, hier en daar versmald, onregel
matig uitgestrooid op het zwart fluweel
van de nachtelijke hemel. Een teer
lichtborduursel van een kantfijne
structuur. Brillante partijen wisselen af
met donkere nevels, zwart als de
nacht. Een bijzonder schone melkweg
partij vinden we langs de lengtebalk
van het kruis van de Zwaan tussen de
sterren gamma en bèta. Bü Deneb be
gint een langgerekte donkere kloof, die
zich zuidwaarts voortzet en de melk
weg in twee takken splitst. Mooie melk
wegpartijen vinden we ook in de
Arend, de Slangendrager (zuidweste
lijk van de Arend), de Schutter en
Perseus. Bij elke verkenning van de
melkweg ontdekken we weer nieuwe
schoonheden en details. Kortom: men
raakt op de melkweg nooit uitgekeken.
Wie de melkweg goed wil leren ken-
,-*e \-,
*'55
fllbireo p
nen, móet hem dan ook gedurende de
herfstmaanden geregeldwaarnemen.
Eeuwen lang is de melkweg voor de
sterrenkundigen een raadsel gebleven.
Pas in het jaar 1610, toen Galileï zijn
zelf vervaardigde kijker op deze myste
rieuze hemelse heirweg richtte, werd
het raadsel opgelost. De melkweg bleek
namelijk niets anders te zijn dan het
gemeenschappelijk schijnsel van ontel
bare zwakke sterren, die zó dicht opeen
gepakt staan, dat ze met het blote oog
niet meer afzonderlijk kunnen worden
onderscheiden. De flauwe schijnsels van
al deze sterren vloeien ineen tot een zil
verig lichtwaas ziedaar de verkla
ring van het eeuwenoude melkweg
raadsel, dat door Galileï als bij tover
slag werd opgelost. De ware natuur van
de melkweg was onthuld.
De overweldigende sterrenrijkdom van
de melkweg is echter pas aan het licht
gebracht door de moderne hemelfoto-
grafie. Een fotografische opname van
een gedeelte van de melkweg toont ons
een dicht gewemel van duizenden licht-
stipjes als fijn wit poeder, uitgestrooid
op een zwarte glasplaat. De wazige
melkwegpartij langs de lengtebalk van
het kruis van de Zwaan is dus feite
lijk een „sterrenwolk" en de melkweg
in z'n geheel een indrukwekkende s y m-
phonie van sterren.
De donkere „kloven" en „fjorden"
zijn reusachtige kosmische stofwolken,
die de daarachter gelegen sterrengroe-
pen aan ons oog onttrekken. Daardoor
gaan helaas vele schone melkwegge
deelten voor ons verloren.
Tenslotte willen we de melkweg nog
even „ruimtelijk" bezien. Het sterren
stelsel, waartoe ook de zon behoort eji
dat naar schatting ongeveer zo'n 150 a
200 milliard sterren telt, hee£ de vorm
van een platte dubbelbolle lens met een
middellijn van 100.000 lichtjaren en een
dikte van 10.000 lichtjaren. De zon be
vindt zich dicht bij het middenvlak van
dit sterrenstelsel (melkwegstelsel),
30.000 lichtjaren van het centrum ver
wijderd. In de richting van het midden
vlak zien we dus veel en veel meer
sterren dan in een richting loodrecht
daarop. Eén blik op de- sterrenhemel
overtuigt ons daarvan.
De tweede tekening geeft een sche
matische voorstelling van het melkweg
stelsel op z'n kant gezien: een „zij
aanzicht" dus. De plaats van de zon is
aangeduid door een kruisje. Uit deze
tekening blijkt al heel duidelijk, dat wij
nabij het middenvlak „horizontaal"
dus véél meer sterren zien dan in een
richting loodrecht daarop „verticaal"
dus.' De millioenen en millioenen ster
ren nabij het middenvlak, op vele dui
zenden iichtjaren afstands, vormen ge
zamenlijk een dicht sterren-cordon, de
„ruggegraat" van het rnelkwegstelsel.
Welnu, dat is de melkweg, ruimtelijk
bezien.
MISTEL
Jack stond nog steeds van de ene voet
op de andere te hobbelen. Hij riep:
Schiet hem dan toch neer, schat! Dan is
hij je achtste!
Maar Jill schoot niet. Haar hand gleed
langs haar zij omlaag. Ze keek Laura
gemeen aan.
Dat vriendje van jou schijnt er niet
goed "tegen tev kunnen! zei ze
Laura hoorde 't niet. Ze kon zich nog
niet voorstellen, dat G. A. niet neerge
schoten was. In haar hoofd weergalmden
nog langzaam opeenvolgende schoten,
als was haar schedel een lange gang,
waarin de echo niet kon uitsterven. Ze
had het gevoel, alsof haar hart stilstond;
ze voelde een stekende pijn; het zweet
brak haar aan alle kanten uit. Maar ze
viel toch niet flauw. Ze wist, dat G. A.
niet doodgeschoten was. Hij was mis
schien dood, maar hij was niet neer
geschoten. Zijn zenuwgestel was gebro
ken; zijn hart had het begeven. De voor
spelling van dokter Bruno was uitge
komen. Een plotselinge opwinding kon
een collaps veroorzaken; hij moest vol
strekte rust hebben.
Ze hoorde een fluitend geluid bij het
dalen van de Blauwe Pijl en het zachte
gebrom der afgezette motoren. Ze hoor
de het doffe ploffen van de wielen op
de grond. Het vliegtuig was geland. Ze
keek naar de man op de grond en dacht:
Veilig geland! Ze zijn niet in de grep
pel terechtgekomen.
Ze trachtte overeind te komen, maar
het gelukte haar niet.
Toen begon er een gewéldig gekraak.
Niet een enkel scherp geluid, maar een
langgerekt lawaai van vernieling, een
mateloos geweldig geluid, alsof de Blau
we Pijl bij het vastraken in de greppel
in duizend kleine stukjes werd gebro
ken.
Het kortegolftoestel begon te sputte
ren. De verschrikte stem van de man
in Kinley zei: „Axton Ranch! Axton
Ranch! Wil je zo goed zijn rapport over
Negen en negentig uit te brengen? Je
telefoon is onklaar. Stuur ons alsjeblieft
todh een rapport."
Jack en Jill hadden zich niet ver
roerd. Ze keken naar de deur, die toe
gang gaf over het landingsterrein.
Ik zou zo zeggen, dat we die lichten
nou wel konden aandraaien, zei Jill
doodbedaard.
Geen geluid werd gehoord dan het
sputteren van het toestel. De stilte was
nog -vreselijker dan het verwoestende
gekraak. Laura dacht aan die piloot met
zijn rustige stem en aan Zelma Tade-
ma en gouverneur Pruden op hun zit
plaatsen naast het raampje. En de pijn
in haar hart werd nog heviger.
De oogleden van G. A. trilden heel
even, toen het gekraak van het ver
nielde vliegtuig hem tot bewustzijn te
rugriep. Jack liep naar de deur en
gooide die open. Het licht uit de kamer
viel in een fletse bundel door de dun
ne mist boven de grond.
Draai de lichten op, kindje!
Jill draaide de schakelaars om en liep
met zware stappen naar de deur.
Laura hees zich moeizaam uit haar
stoel op. Ze had geen kracht om op
haar benen te staan, maar ze stond
toch. En ze wankelde naar de halfbe-
wusteloze man op de vloer.
Zijn doffe ogen keken haar onbe
stemd aan. Ze trachtten zich scherper
op haar gelaat te richten en zijn lippen
probeerden iets te zeggen. Met de hand
wees hij naar de deur. Het was een
heel zwak gebaar, maar het betekende
toch, dat G. A. haar zag en besefte, wat
er gebeurd was. Hij wilde, dat ze naar
buiten ging, om te doen, wat in haar
vermogen lag. En zo als iedereen altijd
deed, wat G. A. verlangde, zo aarzelde
Laura ook slechts een ogenblikje. Goed,
zei ze en begaf zich wankelend naar de
deur.
De Blauwe Pijl lag met zijn linker
zijde naar haar toegewend. In het felle
witte licht der schijnwerpers leek hij
een zilveren walvis met ingedeukte
kop. Wolken mist rolden eroverheen.
Er hing een lucht van gloeiend metaal
en nu en dan kraakte er nog hier en
daar iets.
Het vliegtuig scheen niet erg bescha
digd. Het lag op zijn buik. De wielen
waren niet te zien. Zover Laura kon
zien was de grond achter de machine
doorploegd en stukgereten en hier en
daar lagen glimmende stukken metaal
in die voren. De vleugel was niet ge
broken, maar de schroef totaal ver
wrongen. De neus van het «metalen
vliegtuig was deels weggerukt, deels m
elkaar gedeukt (Wordt vervolgd)
(Vervolg van -paolt
Nu is die materiële voorbereiding
op het leven als gehuwde arbei
dersvrouw reeds van onschatbaar
grote betekenis: dat zal na bovenstaande
beperkte aanduidingen duidelijk zijn.
Maar hoeveel gewichtiger is de taak
van de echtgenote en moeder. En hoe
onvoldoende is voor de massa van de
fabrieksmeisjes de voorbereiding op
deze „taak", op deze wezensfunctie van
de gehuwde vrouw. Is er in wezen
geen onderscheid tussen de arbeiders
vrouw en die van een boer, grootwerk
gever of intellectueel, in de practijk
van het leven der mensen treden zo
danige geestelijke en materiële ver
schillen op, dat het eenvoudig gebie
dende eis is hiermede èn in de voorbe
reiding op dat leven, èn in de practijk
ervan zelve volledig rekening te hou
den. Maar afgefcien daarvan dient de
a.s. moeder en echtgenote toch te le
ren wat het zeggen wil „de man een
hulpe te zijn, hem gelijk". Vervult ze
vele economische „functies", .niet min
der is het aantal „functies", dat zij in
geestelijke zin te dragen heeft. Geeste
lijke steun en voornaamste beïnvloe
dingsbron voor haar man moet zij zijn,
i s zij. hetzij ten goede, hetzij ten kwa
de. Opvoedster van haar kinderen,
hetzij goed of slecht; biecht-,.vader" en
psychologe, ziedaar enkele dingen, die
van een vrouw en moeder in geeste
lijke zin worden gevraagd.
Is het te veel gezegd indien wij met
mei. Berden de opvoeding van het fa
brieksmeisje een zaak van nationaal
belang durven noemen?
Het Nederlands Instituut voor de Pu
blieke Opinie stelde aan een groot aantal
mannen en vrouwen in het gehele land,
die tezamen een goed beeld geven van
de samenstelling van het Nederlandse
volk, de volgende vraag: „Voeden de
meeste ouders op het ogenblik naar uw
mening hun kinderen goed op of niet?"
Volgens de ontvangen antwoorden is
het Nederlandse publiek van oordeel,
dat 47 pet. der ouders (dus bijna de
helft) hun kinderen niet gped opvoe
den; 33 pet. is van oordeel dat het wel
goed gebeurt en 20 pet. „weet het niet".
Als onze besliste mening willen we hier
wel aan toevoegen, dat. indien dit
treurige feit juist is. wij als een van de
belangrijkste oorzaken hiervan het feit
willen aanwijzen, dat de ouders te
onvoldoende voorbereid hun taak aan
vaarden. Laat men ons nu niet op het
lijf komen met de dooddoener, dat
„vroeger" toch ook geen voorberei
dingscursussen werden georganiseerd.
Het is blijkbaar in veler hersenen nog
niet opgekomen, dat er bij „vroeger"
in de omstandigheden, waarin moest
worden opgevoed, iets is veranderd. En
voor een belangrijk deel hebben deze
veranderingen op de eerste plaats op
de arbeidersstand ingewerkt: zeker ook
op de meisjes van die stand.
Eis van nationaal belang is het der
halve waarborgen te scheppen, dat elk
meisje een behoorlijke tijd. zo lang mo
gelijk. onder de invloed van het gezin
blijft. Een verbod voor fabrieksarbeid
voor meisjes onder de 16 jaar lijkt ons
alleszins verdedigbaar. Is het maar
enigszins mogelijk, dan dient aan de
fabrieksarbeid van meisjes de practi-
sche verplichting te worden gekoppeld
huishoudcursussen te volgen. Maar niet
onder auspiciën van het bedrijfsleven.
De voorbereiding op het volie leven
vraagt een andere, een heilige sfeer
waarin deze jonge bomen des levens
overeenkomstig 'haar wezen en de door
God gestelde doeleinden kunnen gedijen
en sterk worden. Misschien kunnen de
door dra. Schouwenaers gepropageerde
„Mater Amabilisscholen" in dezen óók
helpen. Geen hulpmiddel mag worden
verwaarloosd om in dit opzicht te red
den wat nog te redden valt. Hier geldt
zeker dat het „vij f-rpinuten-voor
twaalven" is.
De Fransé politie heeft gisteren Garry
Davis gearresteerd, die zijn Amerikaans
paspoort heeft ingeleverd om wereldburger
no. 1 te worden. Hij sloeg een tent op voor
het Palais de Chaillot op „grondgebied der
V.N." en sliep daar gedurende zes nachten.
Toen Davis in hechtenis werd genomen,
protesteerde hij, maar hij volgde de politie,
die de tentpalen uit de grond had getrok
ken, zodat de tent boven de heer Davis
instortte. De menigte juichte hem hartelijk
toe, toen hij met kampeerbed. kooktoestel
en rugzak de politie-auto moest bestijgen.
De politie heeft geweigerd zijn visum
voor de tweede maal met drie weken te
verlengen. Wereldburger nummer 1 had
vannacht weer een stenen dak boven het
hoofd. Zal hij het erg gevonden hebben?
De Franse Raad der Republiek, die te
vergelijken is met onze Eerste Kamer,
heeft zich voorstander verklaard van
het houden van plaatselijke verkiezin
gen in de volgende maand, zoals oor
spronkelijk het plan was. Kortelings
stemde de Nationale Vergadering voor
uitstel der verkiezingen. Het besluit
van de Raad der Republiek weerspie
gelt het toenemen van de kracht van
generaal De Gaulle's eis tot het houden
van verkiezingen.
In Zweden zullen morgen verkiezin
gen worden gehouden voor een nieuw
lagerhuis van 230 leden. Het betreft bier
de eerste parlementaire verkiezingen na
de oorlog. De verkiezingscampagne is
door de vijf politieke partijen met onge
wone heftigheid gevoerd.
Abonné's van dit blad kunnen zich op
geven voor deelname aan een schriftelijke
knipcursus Zij worden daarbij met raad
en daad terzijde gestaan door ervaren
leraressen. Alle deelneemsters ontvangen
gratis een fraaie modeplaat met ruim 250
modellen. Per les 75 ct. Schriftelijke aan
melding vóór 1 Oct aan het bureau v. d.
blad. onder motto KNIPCURSUS 1LMO.
(Adv.)