Vergevens gezindheid Frankrijk aan de rand van een politiek avontuur ERIC DE NOORMAN- DE6EHEIM2INM6E BRON IN DE WINTER MEÜTkOKEN D Derde Amerikaan binnen één week door Franco ontvangen Nieuws voor de dames! Cuba, Noorwegen en Egypte Mensen op reis Wittebrood en de rede van De Bruyn AFLEIDINGS MANOEUVRE K.V.P.-congres BUITENLANDS^OVERZICHT Welke ambities heeft generaal De Gaulle Opelkewond Eric Johnston: Geen oorlog op komst Gelden voor vrijwillige verzekering r WEES ZUINIG ZATERDAG 9 OCTOBER 1948 PAGINA 3 De te behandelen onderwerpen SOCIALE GEZONDHEIDSZORG Nieuwe leden Veiligheidsraad MILITAIRE STAND- PENSIOENEN Geen gunst maar een recht door George F. Worts SPIEGEL De H. Mis van de 21e Zondag na Pinksteren bevat een Evangelie passus, die in scherpe directheid een van de mèest fundamentele leerstel lingen van het Christendom illustreert. De liefde is Gods grootste gebod: echte, levende, daadwerkelijke liefde, die niets met „woorden" uitstaande heeft, maar daden eist: hulpvaardigheid, barm hartigheid, vergevensgezindheid. Deze laatste deugd is het, die Christus ons in Zijn parabel van de hardvochtige knecht met niet mis te verstane duidelijkheid els plicht oplegt. Een koning houdt afrekening met zijn dienaren. Een van hen is hem tiendui zend talenten schuldig, een fantastisch hoge som, die volgens onze maatstaven tussen de 25 en 30 millioen gulden ligt. Het afbetalen van een dergelijk bedrag mag zonder meer onmogelijk worden geacht Als dan de dienaar zijn heer om geduld smeekt en belooft alles te zullen betalen, heeft de koning medelijden met hem en schenkt hem de hele schuld kwijt. Maar dan ontmoet deze bevoorrechte een medeknecht, die hem ongeveer 45 gulden schuldig is. Hij grijpt hem bij de keel en eist volledige betaling. Met de zelfde woorden als zijn schuldeiser ge bruikte tegenover zijn koning smeekt hij om geduld. Maar deze kent geen medelijden. Hij laat zijn schuldenaar in de gevangenis werpen tot de hele schuld betaald zou zijn. Dit ongehoorde optreden verwekt heftige ontstemming Onder de mede-arbeiders. De koning Wordt van zijn gedrag op de hoogte ge steld en dan komt de hardvochtige knecht tegenover een onverbiddelijke rechter te staan, die alleen strikte recht vaardigheid laat gelden. Hij wordt over geleverd aan de beulen, totdat hij zijn hele schuld zal hebben voldaan. Voor ons gewone menselijk gevoel reeds ontbreken de woorden om de ver ontwaardiging uit te drukken, die zulk een meedogenloos en hebzuchtig gedrag gaande maakt. Maar Christus' bedoeling is niet hiermede de menselijke verhou dingen in het rechte spoor te brengen. De koning uit de parabel is God, en de hardvochtige dienaar is een beeld van „de" mens, die in onmetelijke mate schuldig staat tegenover zijn Schepper, ïn Zijn oneindige goedheid schenkt God de mens zijn schuld kwijt, telkens en telkens weer. Zijn Sacramenten en ge nade staan ons allen ten dienste om sterk te zijn in de strijd om de heilig heid. Maar als God ons vergiffenis schenkt, dan verwacht Hij ook van ons, dat wij, op onze beurt, vergevensgezind 2ijn jegens onze medemensen. Dit is de grote les van het Evangelie van deze Zondag. En om deze goed te begrijpen, is het van belang ons rekenschap te geven van ons werke lijke gedrag. In het Onze Vader, dat wij ^len dagelijks bidden, vragen wij God ®hs -onze schuld te vergeven, zoals wij dat tegenover anderen doen. Zijn wij ons ervan bewust, dat wij daarmee een groot risico op ons nemen? Hoe staat het met onze vergevens gezindheid? Het is wel niet overdreven als wij beweren, dat wij in dit opzicht nog alles te leren hebben. En als wij eens nagaan, hoe dat komt, dan stoten wij al spoedig aarl alle kanten op eigen liefde en zelfoverschatting. Wij hebben van ons zelf een „kleine majesteit'.' ge maakt, waaraan ieder de hoogste ach ting verschuldigd is. Het optreden van anderen tegenover ons zien wij steeds a. h. w. door een vergrootglas, hun woor den komen tot ons door een geluidsver sterker, zodat de geringste feilen hoor- en zichtbaar worden. En dan voelen wij ons beledigd en zijn niet bereid tot ver giffenis vooraleer ons in alle vorm ge noegdoening is aangeboden. Wij gaan nog verder en wagen het onze mede mensen hulp en vriendelijkheid te ont zeggen, als wij menen, dat hun levens houding niet is, zoals ze moest zijn. Dat wij hierdoor verdacht dicht bij hui chelarij en farizeïsme komen, ontgaat ons ten enenmale. Niemand heeft het recht met stenen te gooien. Niemand mag een medemens zijn hulp en voor komendheid onthouden. Zelfs niet, wan neer wij z.g. beledigd zijn. Eigenlijk kun n e n wij met eens beledigd wor den. Een eerlijk en objectief oordeel over ons zelf toont ons duidelijk, dat er WaAchtig van geen „majesteitsschen- nis'*sprake kan zijn, als wij al eens wat onheus behandeld worden. Bovendien, hoe kunnen wij verantwoorden, dat wij telkens weer met twee maten meten, daar wij datgene, wat anderen ons aan doen, geheel anders beoordelen, dan dat wat wij anderen te verduren geven. Er is maar één juiste maatstaf voor ons gedrag. Het Evangelie doet ons die aan de hand. Liefde, d. i. barmhartig heid en vergevensgezindheid tegenover al onze medenjensen. Wie zwak is ge weest, behoeft onze steun en bemoedi ging. Velen zijn geestelijk en zedelijk te gronde gegaan, omdat hun medemen sen zich van hen afkeerden. Wie kan deze verantwoordelijkheid dragen? Zoals wij anderen behandelen, zo zal eens de oneindig rechtvaardige Rechter optreden jegens ons. De wereld sterft aan liefdeloosheid. Vergevensgezindheid behoort tot de praktijk van de liefde. Wie hierin tekort schiet, matigt zich de naam Christen ten onrechte aan. L. Zaterdag 11 en Zondag 12 December zal te Utrecht in gebouw Tivoli het tweede Congres der Katholieke Volks partij gehouden worden. Het program van het Congres 1948 biedt drie plenaire zittingen en drie sectievergaderingen. Een der plenaire zittingen Zaterdag avond 11 December is gewijd aan de samenwerking der Beneluxlanden en de West-Europese Samenwerking, terwijl in de plenaire zitting van Zondagmorgen de voorzitter der Katholieke Tweede Kamerfractie, prof. mr. C. P. M. Romme, verslag uitbrengt over het parlementaire Werk in de afgelopen periode. In de sectievergaderingen worden de volgende onderwerpen ter sprake ge bracht: Industrialisatie, inleider drs. G. Zeegers; Actieve Jeugdpolitiek, inleider h?r. R. Höppener; Nationale Cultuurpoli- hek, inleider Bern. Verhoeven. Deze drie sectievergaderingen worden Zaterdag middag gehouden. In de eerste plenaire htting op Zaterdagmorgen houdt de voorzitter, W. J. Andriessen, zijn Con gresrede, terwijl de partijsecretaris, dr. h- A. H. Albering, zijn verslag uitbrengt! Frankrijk heeft niets geleerd uit de verschrikkelijke les van 1940. Tot die conclusie moet wel ieder ko men, die de gebeurtenissen en de po litieke ontwikkeling in de afgelopen jaren met enige belangstelling heeft gadegeslagen. Innerlijk volkomen voos, aan zijn lot overgelaten door leiders, voor wie slechts de belangen der eigen partij golden, was Frankrijk in 1940 volkomen weerloos, toen de legers der dictators hun inval deden. Men had mogen verwachten, dat de Franse politici de ogen waren openge gaan door het débacle van 1940 en na de bevrijding zag het er ook even naar uit, dat een sterk democratisch bewind Frankrijk de weg op zou voeren naar herstel en nieuwe welvaart. Drie grote partijen, de christen-democraten (M. R. P.), de socialisten en de communisten hielden elkaar in evenwicht, terwijl daarnaast een, zij het in partijen ver deelde, vrij grote, homogene rechtse groep stond. Doch al spoedig bleek, dat de partij verhouding niet overeenkwam met de werkelijke gezindheid van het Franse volk en nog meer, dat geen der partijen, uitgezonderd de communisten, op een vaste schare volgelingen kon steunen. Vóór de telkens weer terugkerende verkiezingen trachtten de partijen dan ook door goedkope successen van het ogenblik kiezerszieltjes te winnen, doch steeds meer verloor men daarbij omwille van het partijbelang het landsbelang uit het oog. Daarbij kwam nog, dat de communisten zowel in als buiten de regering obstructie voerden en het de elkaar opvolgende regeringen door het telkens weer ontketenen van stakingen uiterst moeilijk maakten om serieuze plannen voor wederopbouw tot ontwik keling te brengen. Velen in Frankrijk, en vooral de oude, niet-communistische, verzetslieden, die zich een nieuw sterk Frankrijk ge droomd hadden, zagen deze gang van zaken met lede ogen aan. Diep teleur gesteld was ook hun vroegere leider, generaal Charles de Gaulle, die van deze teleurstelling reeds had blijk gegeven, toen hij het ontslag van zijn kabinet aanbood, het eerste van het overwin nende 'Frankrijk, omdat het hem onmo gelijk bleek, de partijentegenstellingen te verzoenen. Toen reeds had De Gaulle echter te kennen gegeven, dat hij niet bij de pakken zou blijven neerzitten. Hij droomde van een nieuw sterk Frankrijk en thans een jaar geleden stichtte hij zijn Rassemblement du Peuple Frangais, de beweging, waardoor hij zijn droom trachtte te verwezenlijken. Terstond won hij grote aanhang en de eerste verkiezingen, waaraan de R.P.F. deelnam, de gemeenteraadsverkiezingen, waren voor haar een groot succes. De eerste maanden besteedde De Gaulle aan de innerlijke consolidering vdn zijn beweging (nadrukkelijk verklaarde hij meermalen, dat zij geen politieke partij, doch een „vereniging" wilde zijn, waar in alle Fransen konden samenwerken voor het heil van Frankrijk). Zichtbaar groeide de R. P. F. en ook in de Kamer won De Gaulle aanhang. Een strak om lijnd program had hij niet. Slechts ver klaarde hij, dat een „sterke regering" Frankrijk de weg op moest voeren naar het herstel. Hoe hij zich die sterke re gering dacht, verklaarde hij echter niet, al liet hij meermalen doorschemeren, dat hij aan het regeringssysteem der Verenigde Staten dacht. Daarbij toonde hij een onverzoenlijke houding tegen over de communisten, die hij om hun sympathieën voor Moskou en om het feit dat zij niet de belangen van Frankrijk, doch slechts die der Cominform dien den, „separatisten" noemde. Reeds van de aanvang af schrikte De Gaulle's roep om een sterk gezag echter velen in Frankrijk af. Op de eerste plaats natuurlijk de gezworen aanhan gers der huidige partijen, doch om meer ideële redenen ook hen, die streven naar een gezonde democratie. Zij vre zen, dat De Gaulle, als hij eenmaal aan de macht komt, zich zal ontpoppen als een dictator en daarvoor heeft de recente geschiedenis meer dan vol doende vrees gekweekt. In de afgelopen weken is De Gaulle een grote propaganda-campagne voor de R. ~P. F. begonnen. Hij maakte een zegetocht door Zuid-Oost- Frankrijk, waar hij in een honderdtal steden voor een enthousiast massa-pu bliek redevoeringen hield. Telkens weer eiste hij het aftreden der huidige re gering en het houden van nieuwe ver kiezingen en op een persconferentie in Parijs herhaalde hij die eis. Daarbij ver klaarde hij tevens, dat de huidige re gering door de provinciale verkiezingen uit te stellen van October van dit jaar tot Maart 1949, de weg der onwettig heid was opgegaan en dat hij zich, in dien de regering op deze weg zou voort gaan, zijn rechten voorbehield. Nadruk kelijk zeide hij. dat hij een regering, waarin de „separatisten" zouden worden opgenomen, als onwettig zou beschou wen en dat hij zich in dat geval door geen scrupules zou laten weerhouden. Dat kan geen andere betekenis hebben dan dat hij er zich in dat geval niet van zou laten weerhouden om met ge weld de macht in handen te nemen. Steeds duidelijker blijkt intussen, dat twee extremistische groepen commu nisten en Gaullisten, in Frankrijk lijn recht tegenover elkaar staan. Nog kan een „derde macht" als stootkussen die nen, doch wat als deze wegvalt? Met de dag wordt zij zwakker onder de aan vallen van beide zijden. Doch tevens trachten Gaullisten en communisten waar mogelijk elkaar afbreuk te doen, waarbij zij in feite elkaar versterken. Als de communisten stakingen en onlus ten veroorzaken, jagen zij de gema tigde elementen, die niet meer vertrou wen op de kracht van de huidige rege ring, in de armen van De Gaulle, ter wijl vele linksgerichten, die een dicta tuur van uiterst rechts vrezen, de zijde der „separatisten" kiezen. De democratie vindt daarbij wel een uiterst zwakke verdedigster in de rege ring der „derde macht", die wel op de laatste plaats toont een werkelijke macht te zijn. Ook met het van twee zijden dreigende gevaar voor ogen kun nen de midden-partijen geen sterke een heid vinden. t Wat staat Frankrijk te wachten? Een botsing tussen de rechtse en de linkse dictatuur schijnt on vermijdelijk. Zal De Gaulle, als hij aan de macht komt, met steun van het le ger, dat hem nog steeds vereert, een burgeroorlog weten te voorkomen? Het lijkt onwaarschijnlijk. En indien hij al slaagt, wat staat Frankrijk dan te wach ten? Zal De Gaulle zich op de duur nog storen aan de wil van het volk of zal hij zich een dictator tonen in de stijl van Mussolini of Franco? Velen achten hem daarvoor echter te zeer gebonden aan de democratische traditie, doch De Gaulle spreekt graag over „grandeur" en het is zeker niet te verwonderen als hem daarbij de gedachte aan Napoleon voor de geest zweeft. Buiten beschou wing blijven hier nog de internationale consequenties. Doch duidelijk is in elk geval, dat Frankrijk aan de rand van een politiek avontuur staat. De regering- Queuille wordt thans weer in het nauw gebracht door ernstige stakingen en het COP marien TOONDE* VjO'OI. 32. Behoedzaam ging Eire voorwaarts en hij een bocht stond hij plotseling in de buitenlucht. Bijna ohetzelfde moment deinsde hij verschrikt achteruit Een wonderlijk schouwspel zag hij daar. Voor zich op een open ruimtebezaaid met rotsblokkenzat de oude duizendjarige man, omgeven door een aantal schrik aanjagende wezens. Een dode boom, haast kleurloos door de inwerking van het weer, stond als een schildwacht voor een spelonkwaarin Eric de bron van het geheimzinnige water vermoedde. Men had hem gelukkig nog niet opgemerkt, maar toch scheen de oude onraad te vermoeden, want zijn vurige ogen gingen spiedend rond!! Nog meer trok Eric zich in de schaduw van de rotsen terug en hij overdacht wat hem te doen stond. Eensklaps schoot een gedachte door zijn hoofd. Dzilah's pijlen bezaten immers toverkracht? Hij nam een pijl uit zijn kokert legde aaji en spande langzaam de boog. MUNHARDT ziet er niet naar uit, dat zij voldoende steun van het parlement zal krijgen voor een krachtige politiek, vooral op sociaal-economisch en financieel gebied. Men kan dan ook nauwelijks verwach ten, dat de derde macht zich op de duur kan handhaven, welke middelen men denke hier b.v. aan het uitstel der verkiezingen zij ook gebruikt. Doch hoe ook, een avontuur is voor elk volk gevaarlijk. De recente geschie denis heeft dat doch schijnbaar niet afschrikwekkend genoeg nog eens geleerd. e tijd, dat elke morgen de boeren uit de omgeving naar de stad zwermden om hun melk te verko pen, is al lang voorbij: veehouders, die hun eigen melk uitventen, zijn schaars geworden. De coöperatieve zuivelfabi ie- ken zijn ingeschakeld met als gevolg, dat de melk veel beter en degelijker behandeld wordt dan voorheen. Melk „dopen" is veel moeilijker ge worden en een boer die niet voldoende zorg besteedt aan de zindelijkheid van het afgeleverde product, zal gauw ge noeg op ziin nummer worden gezet, doordat dergelijke ongerechtigheden bij de controle aan het licht komen. Dat zijn natuurlijk allemaal voorde len van de nieuwe tijd. Maar die voor delen brengen ook nadelen mee. De mensen hebben geleerd op de betrouw baarheid en degelijkheid van deze nieuwerwetse melkleveranciers te ver trouwen en misschien "zelfs een beetje te veel te vertrouwen. Want ze menen, dat nu alle gevaren van de kant der melk verdwenen zijn, dat men, met na me, nu de melk ook rauw kan drinken. En toch is dat in het geheel niet waar. Want de rauwe melk bevat nog altijd bacteriën, zij het veel minder dan voor heen, en onder die bacteriën komen nog steeds ziekteverwekkende voor, die alleen door goed koken onschadelijk kunnen worden gemaakt. In ons land is er b.v. nog heel wat tuberculeus vee, vee dus, dat een be smettingsbron is voor de omgeving. Een hoestende koe kan meters in het rond de omgeving besmetten met tuberkel- Na maandenlange rust is plotseling op alle suikerfabrieken van ons land de campagne begonnen. De wagens rijden af en aan, de machines ratelen in hoog spanning en de buitenstaander vraagt: En is het zo? Valt de oogst mee? Komt de suiker nog vrij? Eric Johnston, president van de M. P. E. A„ de Amerikaanse vereniging van filmproducenten, had Vrijdag een onderhoud van ruim twee uur met Franco in diens studeervertrek van het El Pardo. Johnston is de derde vooraanstaande Amerikaan die binnen een week door Franco werd ontvangen. Na afloop van het gesprek verklaar de Johnston, dat hij met Franco be sprekingen had gevoerd over de Ame rikaanse handelsbetrekkingen met Spanje en de hervatting van alle be trekkingen tussen de Verenigde Staten en Spanje. Op de vraag hoe hij zich voorstelde, dat de handelsbetrekkingen met Spanje konden verbeterd worden, antwoordde Johnston: „Op verscheidene manieren. Voornamelijk door particulier initiatief. Doch de eerste stap moet zijn de hervat ting van de volledige diplomatieke be trekkingen. Het is trouwens nonsens, dat Amerika op het ogenblik geen di plomatieke betrekkingen onderhoudt met Spanje." Johnston verklaarde aan het eind van zijn persconferentie, dat hij na zijn be sprekingen met verscheidene Europese staatshoofden, onder wie maarschalk Stalin, van oordeel was, dat er geen oorlog in de nabije toekomst zou ko- oudsie Instituut onder Katholieke leiding iff men. „Moderne oorlogen worden be raamd. In mijn besprekingen met Europese staatslieden ontdekte ik geen verlangen naar oorlog. Rusland zal ons yjeLVa°rtdUr?,ndVtaat opwin ding houden, welke staat waarschijnlijk de normale staat van de wpi-pIH *al worden. Wij zullen communisme niet met oorlog genezen. Een woordvoerder van het Britse mi nisterie van Buitenlandse Zaken heeft bevestigd, dat Engeland de tekst heeft ontvangen van een overeenkomst over de toekomstige politieke gedragslijn, on dertekend door de Spaanse monarchis tische en socialistische partijen in bal lingschap. In verband met een bericht uit Ma drid, dat de monarchistische leider Gil Robles had ontkend een dergelijke overeenkomst getekend te hebben, zeide de woordvoerder, dat de Britse regering nog niet wist dat Robles van gevoelen was, dat hij niet gebonden was aan de overeenkomst. Daar men in Londen ge loofde, dat Robles de leider van de mo narchisten is, had men verondersteld, dat hij bij de overeenkomst betrokken was. De Spaanse ambassade heeft ver klaard, dat Gil Robles „verontwaar digd" ontkend heeft een overeen komst met de Spaanse socialistische partijen in ballingschap over de te volgen toekomstige politiek te heb ben getekend. Verder zegt de verkla ring, dat Robles tegenover journa listen heeft gezegd: „Ik machtig 'u, uit mijn naam dit fantastische bericht te gen te spreken. Ik heb geen enkele overeenkomst met wie ook getekend." Een Franquistisch-monarchistisch blad noemt het bericht van het Fo reign Office misdadige leugen-propa- ganda. Tiidens de damesbeurs te Rotterdam werd met veel succes een waarlijk ver. hluffend eenvoudige methode gedemon streerd om patronen naar maat zelf te kunnen maken. Niet iedereen heeft deze Beurs kunnen bezoeken. T ezeressen van dit blad kunnen thans noe aanvragen, gratis een voorbeeld van een grondpatroon thuisgestuurd te krijgen, oehriif briefkaart aan: ILMO, Emma- straat 47, Hilversum. (Adv.) Na meer dan een week van commis sie-werk is de Assemblée der V. N. Vrijdag weer in plenaire vergadering bijeen gekomen. De voornaamste taak van de afgevaardigden was de verkie zing van drie niet-permanente leden van de Veiligheidsraad, in de plaats van België, Syrië en Columbia. Onder gejuich werden Cuba en Noor wegen bij de eerste stemming gekozen, rCsp. met 53 en 44 stemmen. Er waren 53 landen aanwezig. De beide volgende candidaten op de lijst, Egypte en Turkije, konden bij eer ste stemming de vereiste 36 stemmen niet halen. Eerst bij de vierde stemming werd Egypte als lid van de Veiligheidsraad gekozen met 38 stemmen. Turkije kreeg er bij deze stemming 19. De Assemblée ging vervólgens over tot de verkiezing van zes nieuwe leden in de uit 18 landen bestaande economi sche en sociale raad, het adviserende lichaam dat de werkzaamheden van alle gespecialiseerde bureaux in het kader van de V. N. coördineert. Ter vervanging van Nederland, Ca nada, Chili, China, Frankrijk en Peru werden gekozen: België, Chili, Frank rijk, India en Peru. Chili, Frankrijk en Peru blijven dus lid. bacillen, die dan in de melk terecht komen en zo op kilometers afstand nog weer een bron van gevaar opleveren. Want het staat vast, dat een groot deel van alle tuberculose, die in ons land voorkomt, van bovine, dat is dus van dierlijke oorsprong is. En aangezien de stedeling in het algemeen niet direct wordt aangehoest door besmette koeien, en evenmin rauw tuberculeus vee pleegt te eten, (daar zorgt de vleeskeuring wel voor!) is dus de enige besmettings bron, die overblijft, de melk. Theoretisch hoeft er onder een paar honderd koeien, waarvan de melk naar de zuivelfabriek gaat, maar één beest met open tuberculose te zijn om de dui zenden liters melk van al die koeien te besmetten. En er zijn, in het algemeen, op een paar honderd koeien méér dan één koe met open tuberculose. Dat der gelijke besmettingen door melk dan ook niet vaker voorkomen, is te dan ken aan de goede gewoonte van de meeste mensen om hun melk te koken. Daarop kan niet genoeg worden aange drongen. praatjes over „melk zo van de koe", die zo gezond zou zijn, ten spijt. Vooral in de winter is het koken van de melk meer dan ooit noodzakelijk. De koeien worden dan niet meer, zoals in de zomer, in de wijde buitenlucht gemolken maar blijven op stal, en in die betrekkelijk beperkte ruimte is na tuurlijk de verspreiding van bacteriën veel en veel gemakkelijker dan in een weide, waar tenslotte de zon nog altijd als ontsmetter optreedt. Daaruit volgt dan ook. dat ook op het platteland, ook bij de veehouders zelve, het koken der melk een eis van hygiëne is. Het kan wel zijn dat de boer meent, dat zijn vee zo prima is; op een dag kan één dier in zijn be slag niet maar zo prima zijn en tuber culose hebben opgelopen. Voordat dit op het oog zichtbaar wordt, kan dat dier al heel veel smetstof hebben ver spreid. Laat dus alle melk even doorkoken voordat ze gebruikt wordt. Dat is een eis van eenvoudige veiligheid. De vaste commissie voor sociale verzeke ring uit de Tweede Kamer, in wier han den het wetsontwerp: „Ter beschikking stelling van gelden uit het verevenings fonds voor de afdeling vrijwillige verzeke ring van algemene ziekenfondsen" is ge steld, acht het blijkens haar verslag In be ginsel onjuist, dat door werkgevers en werknemers voor de verplichte zieken fondsverzekering bijeengebrachte gelden worden bestemd voor de vrijwillige ver zekering. Toch is zij bereid desnoods haar steun aan het wetsontwerp te verlenen, z'j het dan als noodmaatregel, nu het niet wel mogelijk lijkt voor de jaren 1947 en 1948 een betere oplossing te vinden. In de memorie van toelichting stelt de minister zich terecht op het stand punt, dat het tekort niet mag worden over brugd door een lagere honorering van de medewerkers aan de algemene zieken fondsen. Gevraagd werd, waarom in dit opzicht niet een zelfde standpunt wordt ingenomen in zake de ziekenhuizen. Verschenen isr het verslag der com missie van rapporteurs uit de Tweede Kamer nopens het wetsontwerp tot verhoging van militaire standpensioe nen met een' extra toeslag. Daaru't blijkt, dat zeer vele leden warme in stemming met de sü-ekking van het on derhavige ontwerp van wet betuigden Zij wilden niet nalaten op deze plaats te herinneren aan de talloze malen, dat de Kamer in de loop van vele jaren aangedrongen heeft op een verbetering in de positie der militaire oud-gepen- sionneerden. Dat daarin thans einde lijk in bevredigende mate wordt voor zien, stemde deze leden tot verheuge nis.. Afgezien van de hoogte, die de pen sioenbedragen door de hier voorgestel de extra-bijslag zullen bereiken, achtten zij het voor de betrokkenen van groot belang, dat een gunst vervangen wordt door een recht. Vertaling: Herman Antonsen 28) Waarom heeft hij me gezegd, dat ik naar Hollywood moest gaan om proef te spelen voor de film? Hij stond erop, dat ik ging. Hij zei, dat hij al het mó gelijke zou doen, om me op de voor grond te brengen. U weet, hoe het in Hollywood gaat. Voorspraak is alles. Hij arrangeerde dat proefspelen 'n week geleden Hij bestelde zelfs mijn vlieg biljet. Én u hebt gehoord, wat hij zei. Waarom doet hij dergelijke dingen? Hij is zenuwpatiënt, antwoordde Laura. Ze was helemaal niet nieuws gierig meer. Ze meende Zelma Tadema volkomen te begrijpen.... zelfs voor zover ze haar vroeger niet begrepen had. Wat hij ook doet, vervolgde het meisje, het klinkt, als hij er later een verklaring van geeft, alles even rede lijk. Als je hem vlakweg van wreed heid beschuldigt, kan hij honderd uit redeneren en het weerleggen. Hebt u mijn laatste toneelstuk gezien? Ja. Dat had hij gefinancierd, weet u? Hebt u gelezen, wat de critici ervan gezegd hebben? Ja. Ze waren niet mild in hun oor deel. Ze waren gewoonweg wild. Hij liet me die rol spelen. Hij zei, dat hij haar speciaal voor mij had laten schrijven. Ik kan toneelspelen; hij heeft mij im mers twee jaar de toneelschool laten be zoeken. Hij liet mij die rol spelen, die, al speelde ik haar ook nog zo goed, totaal niet bij mijn gezicht paste. Laura voelde zich onzeker. Ze begreep, wat het meisje bedoelde. Het kon heel goed waar zijn. En waarom? Dat mag de hemel weten! Dat is nu eenmaal zijn aard. Kent u Lucien Rawlston? Hij is ingenieur bij de di rectie van de Axtonmijnen. Ik heb hem wel eens ontmoet. Een lange, blonde jongeman met helder blauwe ogen. Juist. Ik heb hem een paar maan den geleden op een partijtje ont moet. dat was, nadat Gerald me in een hoek had getrapt. Gerald bemerkte dat ik Lucien graag mocht. Door de be handeling van Gerald was ik wel vrij sceptisch in mijn opvatting over de man in het algemeen geworden, maar toch hield ik van Lucien. Hij is zo n fijne jongen. Dat had Gerald blijkbaar in de gaten. Hij legde het er op alle mogelijke manieren op aan,- dat wij el kaar telkens weer ontmoetten. Ik kon er niets aan doen, dat ik verliefd op Lucien werd. Ik ben gewoonweg dol ap hem. Toen stuurt Gerald hem naar We nen op dezelfde dag, dat hij mij naar Hollywood liet gaan. En nu heeft het er alle schijn van, dat ik toch niet naar Hollywood zal gaan. Ze had bijna de beheersing over haar stem verloren. Ze klonk hees. De tra nen stonden in haar ogen. Waarom doet hij liet, denkt u.' Veronderstelt u werkelijk, dat het hem zoveel plezier verschaft, een anders le ven te verknoeien? Laura deed al haar best, dit alles in overeenstemming te brengen met het karakter van de man, die ze zijn le ven had zien wagen om, ter redding van de Blauwe Pijl, de lichten aan te draaien en die nu, moedig en tactisch het leven van allen, die zich in huis bevonden, trachtte te redden. Het ging niet en toch was het ook moeilijk aan te nemen, dat het meisje onoprecht was U hebt hem van die kant nog niet leren kennen, vervolgde miss Tade ma. In het begin merk je dat ook zo niet. Dan zie je niet anders dan zijn kracht en vriendelijkheid Het komt pas voor de dag, als je werkelijk eens een goede kans maakt om iets te berei ken. Je zou dus graag naar Hollywood willen? En daarvoor heb je zijn invloed nodig? Ja, dat is precies, wat ik graag zou willen. Hij hoeft er niet veel tijd aan te besteden. Als ik maar een behoorlijk contract kan krijgen, dan weet ik wel zeker, dat ik zal slagen. En als ik maar eenmaal succes heb, kan hij me niets meer doen. Niemand kan Garbo of Crawford iets maken en ik weet zeker, dat ik net zover kan komen! Je zou dus graag hebben, dat ik invloed op hem tracht uit te oefenen? Ik had gehoopt, dat u dat doen zou. Ze was opeens veranderd. Haar ogen waren met meer betraand en haar stem was rustig. Laura voelde, dat ze weer in haar rol was. Ik geloof wel, dat ik hem ertoe kan overhalen, beloofde ze. Miss Tadema glimlachte met warmte. Ik geloof, dat hij alles zal doen, wat u van hem wilt hebben, mevrouw Traite. Ik kan niet aannemen, dat dit laaghartig van ons zou 'zijn. Oprechte eerzucht is toch niet iets lelijks? Natuurlijk niet. Lui, die lelijke bedoelingen achter mooie dingen zoeken, zijn bedorven, zonder de minste aantrekkelijkheid, heeft La Rochefoucauld gezegd Dat was niet van La Rochefoucauld, dacht Laura. Het had meer van Oscar Wilde weg. Zelma Tadema was nog niet volmaakt in haar citaten, maar ze maak te toch wel vorderingen. Door de ma nier, waarop ze haar gelaatsuitdrukkin gen beheerste, deed ze Laura sterk aan G. A. denken. Miss Tadema liep naar de kaptafel en ging ervoor zitten. Ze wilde de sporen van haar tranen uitwissen. Laura ver liet de kamer. XI. De radio zwëeg. Jack zat aan de piano en speelde een deuntje met één vinger. Jill stond gebogen over een tafel, waar op een koperen lamp met een groen perkamenten, kap stond. In het licht van de lamp was het ietwat gekreukelde vrijgeleide uitgespreid. Jill bekeek het met de ellebogen op de tafel en de han den onder haar kin. De gouverneur, zijn secretaris en de verslaggever zaten bij elkaar te praten, maar de gouverneur scheen niet veel aan het gesprek deel te nemen. Hii keek strak naar Jill. Als je dat span ertoe kunt krijgen, daarmee accoord te gaan, ben je een betere redenaar dan William Jennings Bryan, zei Rttdd. Cowdray streek langs zijn neus. Je schijnt niet te beseffen, hoe 'n geweldig belangrijk nieuws dit is. Verdraaid, neen! Ik ben ook maar een verslaggever. G. A. was bezig twee glazen vol te schenken uit een nieuwe fles, één voor zichzelf, en één voor Leroy Covert. Toen hii Laura zag, trok hij zijn wenkbrau wen omhoog, maar ze glimlachte niei terug tegen hem. Ze was van streek. Ze wist hiet meer. wat ze van hem moest denken. Ze kon niet tot een besluit komen. De telefoon rinkelde met regelmatige tussenpozen. Laura ging erheen, greep de afhangende hoorn beet en rammelde aan de haak. Een zenuwachtige telefo niste zei: Axton Ranch, luister dan toch! Toe, leg de hoorn nu toch niet van de haak af. Ik heb oproepingen uit het hele land voor u. Uit Engeland en een heel dringende uit Washington Er liggen hier dozijnen telegrammen opge stapeld om overgeseind te worden. Wilt u zo goed. (Wordt vervolgd) „Pas dur op!" riep een blauwe overall op zo'n raar wagentje, die Goddank alleen maar op perrons rij den. Het was gisteren, Vrijdagavond half zes, op die klok is het Haagse perron zwartkoppig van de optimis ten, die elke dag opnieuw hun privé- systeem proberen in de jacht naar een zitplaats. Wij persoonlijk passen in Den Haag het helemaal-achteraan- systeem steeds toe. Met „pardons" en „mag ik even passeren" kwamen wij aan het einde van het perron, buiten de kap. Wij overzagen het toekomstige slagveld enons oog bleef rustep. op een rijzige figuur. Eden-hut, donkerblau- we demi en stropdas, tegen licht blauw overhemd. Langpuntige schoe nen, een tas met vier vakken, en dat in Den Haag, dus: diplomaat.' Een van onze katholieke voormannen in de politiek! Hij las de krant, fronste de wenk brauwen boven de voorpagina, ont spande zij:, gezicht bij een andere pagina. Om dan eveneens een strate gische positie ter treinbestorming in te nemen. Tien minuten over tijd sneed een kort treintje langs de mensenzee. Ex cellentie en wij hadden pech! Te veel naar achteren! Excellentie nam echter lange pas sen. „Kalm aan, vader" vond een wer.:- man. „Man, je moet toch staan," verzeker de een dame. Excellentie, onverstoorbaar, schoot recht op de bagagewagen af, omzeilde handig een fietseneiiand, sprong, en verdween in het eenpersoonshokje voor de hoofdconducteur, tegenover de deur waar „vrij" op stond. „Sigaartje, conducteur?" hoorden wij Excellentie vragen. „Mag ik hem bewaren tot vanavond meneer?" De sigaar verdween onder zijn pet. „Nou had ik wei-graag een vuurtje. „Met plezier, meneer, alstublieft. En maakt v het zich maar zo makkelijk mogelijk." Eenzaam achter het getralied mat glas, onopgemerkt door de massa, zat daar Excellentie met sigaar en avond bladen. Misschien het rustigste ogen blik van de hele dag. En uit de ba gagewagen kwam een vieze vislucht. „Haarlem, meneer." Excellentie perste zich door het deurtje langs twee jonge kerels die op de regering scholden. Een sprongetje op 't perron en oud-minister Prof. Dr. Romme was handig, zittend en veilig, in Haarlem gearriveerd. •p Uw dure markiezen en leai z« gedurende de winier opbergen door leldschegracht 101-105, AMSTERDAM Tel. 32077-31980 (Vervolg van pag. 1) Het Vrije Volk haspelt de zaak nu wel erg onfraai door elkaar door te wijzen op de Belgische schijnwelvaart, waarin de arbeiders niet zouden meedelen Wij zouden willen opmerken dat dit niet komt door het compensatiesysteem, maar ondanks dit systeem. De loon- en prijs verhoudingen liggen in België nu een maal anders dan in Nederland. Wij heb ben hier met Nederlandse toestanden te maken. En hier moeten we zeggen er kan niets meer af, ofwel er kunnen geen hogere prijzen meer worden opgebracht. Is prijsstijging door afschaffing van de subsidies onontkoombaar? Goed, maar dan moet er tegelijkertijd een compen satie worden gevonden. De arbeiders hebben geen belang bij loonstijging, wanneer daar direct een prijsstijging op zou volgen. Dan zitten we midden in de beruchte vicieuze cir kel, waar b.v. Frankrijk nu in tolt. De bevordering van het herstel onzer natio nale productie vindt al evenmin steun in verhoging van de loonpost. Regering, ar beiders en gemeenschap hebben er dus allen belang bij dat de lonen niet om hoog gaan. Prijsdaling op volksgoederen is veel en veel belangrijker. Een loons verhoging van b.v. 10% gevolgd door een prijsstijging van 5% zou voor een klein gezin een voordeel, voor een groot gezin een beduidend nadeel kunnen betekenen. Zie. dat alles is op deze bondsvegade- ring wel degelijk overwogen. En als we nu zelf het woord „Volksgoederen" in de mond nemen, dan moge men wel be denken dat we hiermede niet alleen mar garine, grauw brood en eierkolen be doelen. Ik zal je eens een klein verhaaltje ver tellen, aldus onze vriend. En daarmee willen we dit nader commentaar beslui ten. „Toen ik nog een kleine jongen was, nu ongeveer veertig jaar geleden, kregen we op hoge kerkelijke feestdagen echt wittebrood met echte boter. De rest van het jaar was het grauw brood met een 'ikje „Klappa-Dlantenboter" weet je nog? Toen was wittebrood met boter inder daad ..luxe". Maar mensen, die in 1948 De Bruyn willen verwijten dat hij een. mensenleeftiid te laat is met voor de ar beiders, geen luxe. maar het beste voed sel te eisen, ziin zelf een halve eeuw achter. Het kan ons koud laten, wanneer er mensen zijn die over méér dan genoeg de beschikking hebben, als eerst maar voldaan is aan deze eis van christelijke rechtvaardigheid, dat alle mensen genoeg hebben. Dat is voor ons de grens, daar voor zal de K.A.B vechten, eenvoudig omdat het haar heilige plicht is. Bij de Tweede Kamer is ingediend een ontwerp van wet tot goedkeuring van het verdrag tot regeling van de walvis vangst met biibehorend reglement, on dertekend te Washington op 2 Decem ber 1946.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1948 | | pagina 3