Vergevens
gezindheid
Frankrijk aan de rand van
een politiek avontuur
ERIC DE NOORMAN- DE6EHEIM2INM6E BRON
IN DE WINTER MEÜTkOKEN
D
Derde Amerikaan binnen één week
door Franco ontvangen
Nieuws voor de dames!
Cuba, Noorwegen
en Egypte
Mensen op reis
Wittebrood en de
rede van De Bruyn
AFLEIDINGS
MANOEUVRE
K.V.P.-congres
BUITENLANDS^OVERZICHT
Welke ambities heeft generaal De Gaulle
Opelkewond
Eric Johnston: Geen oorlog op komst
Gelden voor vrijwillige
verzekering
r WEES ZUINIG
ZATERDAG 9 OCTOBER 1948
PAGINA 3
De te behandelen
onderwerpen
SOCIALE GEZONDHEIDSZORG
Nieuwe leden Veiligheidsraad
MILITAIRE STAND-
PENSIOENEN
Geen gunst maar een recht
door George F. Worts
SPIEGEL
De H. Mis van de 21e Zondag na
Pinksteren bevat een Evangelie
passus, die in scherpe directheid
een van de mèest fundamentele leerstel
lingen van het Christendom illustreert.
De liefde is Gods grootste gebod: echte,
levende, daadwerkelijke liefde, die niets
met „woorden" uitstaande heeft, maar
daden eist: hulpvaardigheid, barm
hartigheid, vergevensgezindheid. Deze
laatste deugd is het, die Christus ons in
Zijn parabel van de hardvochtige knecht
met niet mis te verstane duidelijkheid
els plicht oplegt.
Een koning houdt afrekening met zijn
dienaren. Een van hen is hem tiendui
zend talenten schuldig, een fantastisch
hoge som, die volgens onze maatstaven
tussen de 25 en 30 millioen gulden ligt.
Het afbetalen van een dergelijk bedrag
mag zonder meer onmogelijk worden
geacht Als dan de dienaar zijn heer om
geduld smeekt en belooft alles te zullen
betalen, heeft de koning medelijden
met hem en schenkt hem de hele schuld
kwijt.
Maar dan ontmoet deze bevoorrechte
een medeknecht, die hem ongeveer 45
gulden schuldig is. Hij grijpt hem bij de
keel en eist volledige betaling. Met de
zelfde woorden als zijn schuldeiser ge
bruikte tegenover zijn koning smeekt
hij om geduld. Maar deze kent geen
medelijden. Hij laat zijn schuldenaar in
de gevangenis werpen tot de hele
schuld betaald zou zijn. Dit ongehoorde
optreden verwekt heftige ontstemming
Onder de mede-arbeiders. De koning
Wordt van zijn gedrag op de hoogte ge
steld en dan komt de hardvochtige
knecht tegenover een onverbiddelijke
rechter te staan, die alleen strikte recht
vaardigheid laat gelden. Hij wordt over
geleverd aan de beulen, totdat hij zijn
hele schuld zal hebben voldaan.
Voor ons gewone menselijk gevoel
reeds ontbreken de woorden om de ver
ontwaardiging uit te drukken, die zulk
een meedogenloos en hebzuchtig gedrag
gaande maakt. Maar Christus' bedoeling
is niet hiermede de menselijke verhou
dingen in het rechte spoor te brengen.
De koning uit de parabel is God, en de
hardvochtige dienaar is een beeld van
„de" mens, die in onmetelijke mate
schuldig staat tegenover zijn Schepper,
ïn Zijn oneindige goedheid schenkt God
de mens zijn schuld kwijt, telkens en
telkens weer. Zijn Sacramenten en ge
nade staan ons allen ten dienste om
sterk te zijn in de strijd om de heilig
heid. Maar als God ons vergiffenis
schenkt, dan verwacht Hij ook van ons,
dat wij, op onze beurt, vergevensgezind
2ijn jegens onze medemensen.
Dit is de grote les van het Evangelie
van deze Zondag. En om deze goed
te begrijpen, is het van belang ons
rekenschap te geven van ons werke
lijke gedrag. In het Onze Vader, dat wij
^len dagelijks bidden, vragen wij God
®hs -onze schuld te vergeven, zoals wij
dat tegenover anderen doen. Zijn wij
ons ervan bewust, dat wij daarmee een
groot risico op ons nemen?
Hoe staat het met onze vergevens
gezindheid? Het is wel niet overdreven
als wij beweren, dat wij in dit opzicht
nog alles te leren hebben. En als wij
eens nagaan, hoe dat komt, dan stoten
wij al spoedig aarl alle kanten op eigen
liefde en zelfoverschatting. Wij hebben
van ons zelf een „kleine majesteit'.' ge
maakt, waaraan ieder de hoogste ach
ting verschuldigd is. Het optreden van
anderen tegenover ons zien wij steeds
a. h. w. door een vergrootglas, hun woor
den komen tot ons door een geluidsver
sterker, zodat de geringste feilen hoor-
en zichtbaar worden. En dan voelen wij
ons beledigd en zijn niet bereid tot ver
giffenis vooraleer ons in alle vorm ge
noegdoening is aangeboden. Wij gaan
nog verder en wagen het onze mede
mensen hulp en vriendelijkheid te ont
zeggen, als wij menen, dat hun levens
houding niet is, zoals ze moest zijn.
Dat wij hierdoor verdacht dicht bij hui
chelarij en farizeïsme komen, ontgaat
ons ten enenmale. Niemand heeft
het recht met stenen te gooien. Niemand
mag een medemens zijn hulp en voor
komendheid onthouden. Zelfs niet, wan
neer wij z.g. beledigd zijn. Eigenlijk
kun n e n wij met eens beledigd wor
den. Een eerlijk en objectief oordeel
over ons zelf toont ons duidelijk, dat er
WaAchtig van geen „majesteitsschen-
nis'*sprake kan zijn, als wij al eens wat
onheus behandeld worden. Bovendien,
hoe kunnen wij verantwoorden, dat wij
telkens weer met twee maten meten,
daar wij datgene, wat anderen ons aan
doen, geheel anders beoordelen, dan
dat wat wij anderen te verduren geven.
Er is maar één juiste maatstaf voor
ons gedrag. Het Evangelie doet ons die
aan de hand. Liefde, d. i. barmhartig
heid en vergevensgezindheid tegenover
al onze medenjensen. Wie zwak is ge
weest, behoeft onze steun en bemoedi
ging. Velen zijn geestelijk en zedelijk
te gronde gegaan, omdat hun medemen
sen zich van hen afkeerden. Wie kan
deze verantwoordelijkheid dragen?
Zoals wij anderen behandelen, zo zal
eens de oneindig rechtvaardige Rechter
optreden jegens ons.
De wereld sterft aan liefdeloosheid.
Vergevensgezindheid behoort tot de
praktijk van de liefde.
Wie hierin tekort schiet, matigt zich
de naam Christen ten onrechte aan.
L.
Zaterdag 11 en Zondag 12 December
zal te Utrecht in gebouw Tivoli het
tweede Congres der Katholieke Volks
partij gehouden worden. Het program
van het Congres 1948 biedt drie plenaire
zittingen en drie sectievergaderingen.
Een der plenaire zittingen Zaterdag
avond 11 December is gewijd aan de
samenwerking der Beneluxlanden en de
West-Europese Samenwerking, terwijl in
de plenaire zitting van Zondagmorgen
de voorzitter der Katholieke Tweede
Kamerfractie, prof. mr. C. P. M. Romme,
verslag uitbrengt over het parlementaire
Werk in de afgelopen periode.
In de sectievergaderingen worden de
volgende onderwerpen ter sprake ge
bracht: Industrialisatie, inleider drs. G.
Zeegers; Actieve Jeugdpolitiek, inleider
h?r. R. Höppener; Nationale Cultuurpoli-
hek, inleider Bern. Verhoeven. Deze drie
sectievergaderingen worden Zaterdag
middag gehouden. In de eerste plenaire
htting op Zaterdagmorgen houdt de
voorzitter, W. J. Andriessen, zijn Con
gresrede, terwijl de partijsecretaris, dr.
h- A. H. Albering, zijn verslag uitbrengt!
Frankrijk heeft niets geleerd uit de
verschrikkelijke les van 1940. Tot
die conclusie moet wel ieder ko
men, die de gebeurtenissen en de po
litieke ontwikkeling in de afgelopen
jaren met enige belangstelling heeft
gadegeslagen. Innerlijk volkomen voos,
aan zijn lot overgelaten door leiders,
voor wie slechts de belangen der eigen
partij golden, was Frankrijk in 1940
volkomen weerloos, toen de legers der
dictators hun inval deden.
Men had mogen verwachten, dat de
Franse politici de ogen waren openge
gaan door het débacle van 1940 en na
de bevrijding zag het er ook even naar
uit, dat een sterk democratisch bewind
Frankrijk de weg op zou voeren naar
herstel en nieuwe welvaart. Drie grote
partijen, de christen-democraten (M. R.
P.), de socialisten en de communisten
hielden elkaar in evenwicht, terwijl
daarnaast een, zij het in partijen ver
deelde, vrij grote, homogene rechtse
groep stond.
Doch al spoedig bleek, dat de partij
verhouding niet overeenkwam met de
werkelijke gezindheid van het Franse
volk en nog meer, dat geen der partijen,
uitgezonderd de communisten, op een
vaste schare volgelingen kon steunen.
Vóór de telkens weer terugkerende
verkiezingen trachtten de partijen dan
ook door goedkope successen van het
ogenblik kiezerszieltjes te winnen, doch
steeds meer verloor men daarbij omwille
van het partijbelang het landsbelang
uit het oog. Daarbij kwam nog, dat de
communisten zowel in als buiten de
regering obstructie voerden en het de
elkaar opvolgende regeringen door het
telkens weer ontketenen van stakingen
uiterst moeilijk maakten om serieuze
plannen voor wederopbouw tot ontwik
keling te brengen.
Velen in Frankrijk, en vooral de oude,
niet-communistische, verzetslieden, die
zich een nieuw sterk Frankrijk ge
droomd hadden, zagen deze gang van
zaken met lede ogen aan. Diep teleur
gesteld was ook hun vroegere leider,
generaal Charles de Gaulle, die van deze
teleurstelling reeds had blijk gegeven,
toen hij het ontslag van zijn kabinet
aanbood, het eerste van het overwin
nende 'Frankrijk, omdat het hem onmo
gelijk bleek, de partijentegenstellingen
te verzoenen. Toen reeds had De Gaulle
echter te kennen gegeven, dat hij niet
bij de pakken zou blijven neerzitten. Hij
droomde van een nieuw sterk Frankrijk
en thans een jaar geleden stichtte hij
zijn Rassemblement du Peuple Frangais,
de beweging, waardoor hij zijn droom
trachtte te verwezenlijken.
Terstond won hij grote aanhang en de
eerste verkiezingen, waaraan de R.P.F.
deelnam, de gemeenteraadsverkiezingen,
waren voor haar een groot succes. De
eerste maanden besteedde De Gaulle
aan de innerlijke consolidering vdn zijn
beweging (nadrukkelijk verklaarde hij
meermalen, dat zij geen politieke partij,
doch een „vereniging" wilde zijn, waar
in alle Fransen konden samenwerken
voor het heil van Frankrijk). Zichtbaar
groeide de R. P. F. en ook in de Kamer
won De Gaulle aanhang. Een strak om
lijnd program had hij niet. Slechts ver
klaarde hij, dat een „sterke regering"
Frankrijk de weg op moest voeren naar
het herstel. Hoe hij zich die sterke re
gering dacht, verklaarde hij echter niet,
al liet hij meermalen doorschemeren,
dat hij aan het regeringssysteem der
Verenigde Staten dacht. Daarbij toonde
hij een onverzoenlijke houding tegen
over de communisten, die hij om hun
sympathieën voor Moskou en om het feit
dat zij niet de belangen van Frankrijk,
doch slechts die der Cominform dien
den, „separatisten" noemde.
Reeds van de aanvang af schrikte De
Gaulle's roep om een sterk gezag echter
velen in Frankrijk af. Op de eerste
plaats natuurlijk de gezworen aanhan
gers der huidige partijen, doch om meer
ideële redenen ook hen, die streven
naar een gezonde democratie. Zij vre
zen, dat De Gaulle, als hij eenmaal aan
de macht komt, zich zal ontpoppen als
een dictator en daarvoor heeft de
recente geschiedenis meer dan vol
doende vrees gekweekt.
In de afgelopen weken is De Gaulle
een grote propaganda-campagne
voor de R. ~P. F. begonnen. Hij
maakte een zegetocht door Zuid-Oost-
Frankrijk, waar hij in een honderdtal
steden voor een enthousiast massa-pu
bliek redevoeringen hield. Telkens weer
eiste hij het aftreden der huidige re
gering en het houden van nieuwe ver
kiezingen en op een persconferentie in
Parijs herhaalde hij die eis. Daarbij ver
klaarde hij tevens, dat de huidige re
gering door de provinciale verkiezingen
uit te stellen van October van dit jaar
tot Maart 1949, de weg der onwettig
heid was opgegaan en dat hij zich, in
dien de regering op deze weg zou voort
gaan, zijn rechten voorbehield. Nadruk
kelijk zeide hij. dat hij een regering,
waarin de „separatisten" zouden worden
opgenomen, als onwettig zou beschou
wen en dat hij zich in dat geval door
geen scrupules zou laten weerhouden.
Dat kan geen andere betekenis hebben
dan dat hij er zich in dat geval niet
van zou laten weerhouden om met ge
weld de macht in handen te nemen.
Steeds duidelijker blijkt intussen, dat
twee extremistische groepen commu
nisten en Gaullisten, in Frankrijk lijn
recht tegenover elkaar staan. Nog kan
een „derde macht" als stootkussen die
nen, doch wat als deze wegvalt? Met
de dag wordt zij zwakker onder de aan
vallen van beide zijden. Doch tevens
trachten Gaullisten en communisten
waar mogelijk elkaar afbreuk te doen,
waarbij zij in feite elkaar versterken.
Als de communisten stakingen en onlus
ten veroorzaken, jagen zij de gema
tigde elementen, die niet meer vertrou
wen op de kracht van de huidige rege
ring, in de armen van De Gaulle, ter
wijl vele linksgerichten, die een dicta
tuur van uiterst rechts vrezen, de zijde
der „separatisten" kiezen.
De democratie vindt daarbij wel een
uiterst zwakke verdedigster in de rege
ring der „derde macht", die wel op de
laatste plaats toont een werkelijke
macht te zijn. Ook met het van twee
zijden dreigende gevaar voor ogen kun
nen de midden-partijen geen sterke een
heid vinden. t
Wat staat Frankrijk te wachten?
Een botsing tussen de rechtse en
de linkse dictatuur schijnt on
vermijdelijk. Zal De Gaulle, als hij aan
de macht komt, met steun van het le
ger, dat hem nog steeds vereert, een
burgeroorlog weten te voorkomen? Het
lijkt onwaarschijnlijk. En indien hij al
slaagt, wat staat Frankrijk dan te wach
ten? Zal De Gaulle zich op de duur nog
storen aan de wil van het volk of zal
hij zich een dictator tonen in de stijl
van Mussolini of Franco? Velen achten
hem daarvoor echter te zeer gebonden
aan de democratische traditie, doch De
Gaulle spreekt graag over „grandeur"
en het is zeker niet te verwonderen als
hem daarbij de gedachte aan Napoleon
voor de geest zweeft. Buiten beschou
wing blijven hier nog de internationale
consequenties. Doch duidelijk is in elk
geval, dat Frankrijk aan de rand van
een politiek avontuur staat. De regering-
Queuille wordt thans weer in het nauw
gebracht door ernstige stakingen en het
COP marien TOONDE* VjO'OI.
32. Behoedzaam ging Eire voorwaarts en hij een bocht stond hij plotseling in
de buitenlucht. Bijna ohetzelfde moment deinsde hij verschrikt achteruit
Een wonderlijk schouwspel zag hij daar. Voor zich op een open ruimtebezaaid
met rotsblokkenzat de oude duizendjarige man, omgeven door een aantal schrik
aanjagende wezens. Een dode boom, haast kleurloos door de inwerking van het
weer, stond als een schildwacht voor een spelonkwaarin Eric de bron van het
geheimzinnige water vermoedde. Men had hem gelukkig nog niet opgemerkt, maar
toch scheen de oude onraad te vermoeden, want zijn vurige ogen gingen spiedend
rond!! Nog meer trok Eric zich in de schaduw van de rotsen terug en hij overdacht
wat hem te doen stond. Eensklaps schoot een gedachte door zijn hoofd. Dzilah's
pijlen bezaten immers toverkracht? Hij nam een pijl uit zijn kokert legde aaji en
spande langzaam de boog.
MUNHARDT
ziet er niet naar uit, dat zij voldoende
steun van het parlement zal krijgen
voor een krachtige politiek, vooral op
sociaal-economisch en financieel gebied.
Men kan dan ook nauwelijks verwach
ten, dat de derde macht zich op de duur
kan handhaven, welke middelen
men denke hier b.v. aan het uitstel der
verkiezingen zij ook gebruikt.
Doch hoe ook, een avontuur is voor
elk volk gevaarlijk. De recente geschie
denis heeft dat doch schijnbaar niet
afschrikwekkend genoeg nog eens
geleerd.
e tijd, dat elke morgen de boeren
uit de omgeving naar de stad
zwermden om hun melk te verko
pen, is al lang voorbij: veehouders, die
hun eigen melk uitventen, zijn schaars
geworden. De coöperatieve zuivelfabi ie-
ken zijn ingeschakeld met als gevolg,
dat de melk veel beter en degelijker
behandeld wordt dan voorheen.
Melk „dopen" is veel moeilijker ge
worden en een boer die niet voldoende
zorg besteedt aan de zindelijkheid van
het afgeleverde product, zal gauw ge
noeg op ziin nummer worden gezet,
doordat dergelijke ongerechtigheden bij
de controle aan het licht komen.
Dat zijn natuurlijk allemaal voorde
len van de nieuwe tijd. Maar die voor
delen brengen ook nadelen mee. De
mensen hebben geleerd op de betrouw
baarheid en degelijkheid van deze
nieuwerwetse melkleveranciers te ver
trouwen en misschien "zelfs een beetje
te veel te vertrouwen. Want ze menen,
dat nu alle gevaren van de kant der
melk verdwenen zijn, dat men, met na
me, nu de melk ook rauw kan drinken.
En toch is dat in het geheel niet waar.
Want de rauwe melk bevat nog altijd
bacteriën, zij het veel minder dan voor
heen, en onder die bacteriën komen
nog steeds ziekteverwekkende voor, die
alleen door goed koken onschadelijk
kunnen worden gemaakt.
In ons land is er b.v. nog heel wat
tuberculeus vee, vee dus, dat een be
smettingsbron is voor de omgeving. Een
hoestende koe kan meters in het rond
de omgeving besmetten met tuberkel-
Na maandenlange rust is plotseling op
alle suikerfabrieken van ons land de
campagne begonnen. De wagens rijden
af en aan, de machines ratelen in hoog
spanning en de buitenstaander vraagt:
En is het zo? Valt de oogst mee? Komt
de suiker nog vrij?
Eric Johnston, president van de
M. P. E. A„ de Amerikaanse vereniging
van filmproducenten, had Vrijdag een
onderhoud van ruim twee uur met
Franco in diens studeervertrek van het
El Pardo.
Johnston is de derde vooraanstaande
Amerikaan die binnen een week door
Franco werd ontvangen.
Na afloop van het gesprek verklaar
de Johnston, dat hij met Franco be
sprekingen had gevoerd over de Ame
rikaanse handelsbetrekkingen met
Spanje en de hervatting van alle be
trekkingen tussen de Verenigde Staten
en Spanje.
Op de vraag hoe hij zich voorstelde,
dat de handelsbetrekkingen met Spanje
konden verbeterd worden, antwoordde
Johnston: „Op verscheidene manieren.
Voornamelijk door particulier initiatief.
Doch de eerste stap moet zijn de hervat
ting van de volledige diplomatieke be
trekkingen. Het is trouwens nonsens,
dat Amerika op het ogenblik geen di
plomatieke betrekkingen onderhoudt
met Spanje."
Johnston verklaarde aan het eind van
zijn persconferentie, dat hij na zijn be
sprekingen met verscheidene Europese
staatshoofden, onder wie maarschalk
Stalin, van oordeel was, dat er geen
oorlog in de nabije toekomst zou ko-
oudsie
Instituut
onder
Katholieke leiding
iff
men. „Moderne oorlogen worden be
raamd. In mijn besprekingen met
Europese staatslieden ontdekte ik geen
verlangen naar oorlog. Rusland zal ons
yjeLVa°rtdUr?,ndVtaat opwin
ding houden, welke staat waarschijnlijk
de normale staat van de wpi-pIH *al
worden. Wij zullen communisme niet
met oorlog genezen.
Een woordvoerder van het Britse mi
nisterie van Buitenlandse Zaken heeft
bevestigd, dat Engeland de tekst heeft
ontvangen van een overeenkomst over
de toekomstige politieke gedragslijn, on
dertekend door de Spaanse monarchis
tische en socialistische partijen in bal
lingschap.
In verband met een bericht uit Ma
drid, dat de monarchistische leider Gil
Robles had ontkend een dergelijke
overeenkomst getekend te hebben, zeide
de woordvoerder, dat de Britse regering
nog niet wist dat Robles van gevoelen
was, dat hij niet gebonden was aan de
overeenkomst. Daar men in Londen ge
loofde, dat Robles de leider van de mo
narchisten is, had men verondersteld,
dat hij bij de overeenkomst betrokken
was.
De Spaanse ambassade heeft ver
klaard, dat Gil Robles „verontwaar
digd" ontkend heeft een overeen
komst met de Spaanse socialistische
partijen in ballingschap over de te
volgen toekomstige politiek te heb
ben getekend. Verder zegt de verkla
ring, dat Robles tegenover journa
listen heeft gezegd: „Ik machtig 'u, uit
mijn naam dit fantastische bericht te
gen te spreken. Ik heb geen enkele
overeenkomst met wie ook getekend."
Een Franquistisch-monarchistisch
blad noemt het bericht van het Fo
reign Office misdadige leugen-propa-
ganda.
Tiidens de damesbeurs te Rotterdam
werd met veel succes een waarlijk ver.
hluffend eenvoudige methode gedemon
streerd om patronen naar maat zelf te
kunnen maken. Niet iedereen heeft deze
Beurs kunnen bezoeken.
T ezeressen van dit blad kunnen thans
noe aanvragen, gratis een voorbeeld van
een grondpatroon thuisgestuurd te krijgen,
oehriif briefkaart aan: ILMO, Emma-
straat 47, Hilversum.
(Adv.)
Na meer dan een week van commis
sie-werk is de Assemblée der V. N.
Vrijdag weer in plenaire vergadering
bijeen gekomen. De voornaamste taak
van de afgevaardigden was de verkie
zing van drie niet-permanente leden
van de Veiligheidsraad, in de plaats
van België, Syrië en Columbia.
Onder gejuich werden Cuba en Noor
wegen bij de eerste stemming gekozen,
rCsp. met 53 en 44 stemmen. Er waren
53 landen aanwezig.
De beide volgende candidaten op de
lijst, Egypte en Turkije, konden bij eer
ste stemming de vereiste 36 stemmen
niet halen.
Eerst bij de vierde stemming werd
Egypte als lid van de Veiligheidsraad
gekozen met 38 stemmen. Turkije kreeg
er bij deze stemming 19.
De Assemblée ging vervólgens over
tot de verkiezing van zes nieuwe leden
in de uit 18 landen bestaande economi
sche en sociale raad, het adviserende
lichaam dat de werkzaamheden van alle
gespecialiseerde bureaux in het kader
van de V. N. coördineert.
Ter vervanging van Nederland, Ca
nada, Chili, China, Frankrijk en Peru
werden gekozen: België, Chili, Frank
rijk, India en Peru. Chili, Frankrijk en
Peru blijven dus lid.
bacillen, die dan in de melk terecht
komen en zo op kilometers afstand nog
weer een bron van gevaar opleveren.
Want het staat vast, dat een groot deel
van alle tuberculose, die in ons land
voorkomt, van bovine, dat is dus van
dierlijke oorsprong is. En aangezien de
stedeling in het algemeen niet direct
wordt aangehoest door besmette koeien,
en evenmin rauw tuberculeus vee pleegt
te eten, (daar zorgt de vleeskeuring
wel voor!) is dus de enige besmettings
bron, die overblijft, de melk.
Theoretisch hoeft er onder een paar
honderd koeien, waarvan de melk naar
de zuivelfabriek gaat, maar één beest
met open tuberculose te zijn om de dui
zenden liters melk van al die koeien te
besmetten. En er zijn, in het algemeen,
op een paar honderd koeien méér dan
één koe met open tuberculose. Dat der
gelijke besmettingen door melk dan
ook niet vaker voorkomen, is te dan
ken aan de goede gewoonte van de
meeste mensen om hun melk te koken.
Daarop kan niet genoeg worden aange
drongen. praatjes over „melk zo van de
koe", die zo gezond zou zijn, ten spijt.
Vooral in de winter is het koken van
de melk meer dan ooit noodzakelijk.
De koeien worden dan niet meer, zoals
in de zomer, in de wijde buitenlucht
gemolken maar blijven op stal, en in
die betrekkelijk beperkte ruimte is na
tuurlijk de verspreiding van bacteriën
veel en veel gemakkelijker dan in een
weide, waar tenslotte de zon nog altijd
als ontsmetter optreedt.
Daaruit volgt dan ook. dat ook op
het platteland, ook bij de veehouders
zelve, het koken der melk een eis van
hygiëne is. Het kan wel zijn dat de
boer meent, dat zijn vee zo prima is;
op een dag kan één dier in zijn be
slag niet maar zo prima zijn en tuber
culose hebben opgelopen. Voordat dit
op het oog zichtbaar wordt, kan dat
dier al heel veel smetstof hebben ver
spreid.
Laat dus alle melk even doorkoken
voordat ze gebruikt wordt. Dat is een
eis van eenvoudige veiligheid.
De vaste commissie voor sociale verzeke
ring uit de Tweede Kamer, in wier han
den het wetsontwerp: „Ter beschikking
stelling van gelden uit het verevenings
fonds voor de afdeling vrijwillige verzeke
ring van algemene ziekenfondsen" is ge
steld, acht het blijkens haar verslag In be
ginsel onjuist, dat door werkgevers en
werknemers voor de verplichte zieken
fondsverzekering bijeengebrachte gelden
worden bestemd voor de vrijwillige ver
zekering.
Toch is zij bereid desnoods haar steun
aan het wetsontwerp te verlenen, z'j het
dan als noodmaatregel, nu het niet wel
mogelijk lijkt voor de jaren 1947 en 1948
een betere oplossing te vinden.
In de memorie van toelichting stelt de
minister zich terecht op het stand
punt, dat het tekort niet mag worden over
brugd door een lagere honorering van de
medewerkers aan de algemene zieken
fondsen. Gevraagd werd, waarom in dit
opzicht niet een zelfde standpunt wordt
ingenomen in zake de ziekenhuizen.
Verschenen isr het verslag der com
missie van rapporteurs uit de Tweede
Kamer nopens het wetsontwerp tot
verhoging van militaire standpensioe
nen met een' extra toeslag. Daaru't
blijkt, dat zeer vele leden warme in
stemming met de sü-ekking van het on
derhavige ontwerp van wet betuigden
Zij wilden niet nalaten op deze plaats
te herinneren aan de talloze malen, dat
de Kamer in de loop van vele jaren
aangedrongen heeft op een verbetering
in de positie der militaire oud-gepen-
sionneerden. Dat daarin thans einde
lijk in bevredigende mate wordt voor
zien, stemde deze leden tot verheuge
nis.. Afgezien van de hoogte, die de pen
sioenbedragen door de hier voorgestel
de extra-bijslag zullen bereiken, achtten
zij het voor de betrokkenen van groot
belang, dat een gunst vervangen wordt
door een recht.
Vertaling: Herman Antonsen
28)
Waarom heeft hij me gezegd, dat ik
naar Hollywood moest gaan om proef
te spelen voor de film? Hij stond erop,
dat ik ging. Hij zei, dat hij al het mó
gelijke zou doen, om me op de voor
grond te brengen. U weet, hoe het in
Hollywood gaat. Voorspraak is alles.
Hij arrangeerde dat proefspelen 'n week
geleden Hij bestelde zelfs mijn vlieg
biljet. Én u hebt gehoord, wat hij zei.
Waarom doet hij dergelijke dingen?
Hij is zenuwpatiënt, antwoordde
Laura. Ze was helemaal niet nieuws
gierig meer. Ze meende Zelma Tadema
volkomen te begrijpen.... zelfs voor
zover ze haar vroeger niet begrepen
had.
Wat hij ook doet, vervolgde het
meisje, het klinkt, als hij er later een
verklaring van geeft, alles even rede
lijk. Als je hem vlakweg van wreed
heid beschuldigt, kan hij honderd uit
redeneren en het weerleggen. Hebt u
mijn laatste toneelstuk gezien?
Ja.
Dat had hij gefinancierd, weet u?
Hebt u gelezen, wat de critici ervan
gezegd hebben?
Ja. Ze waren niet mild in hun oor
deel.
Ze waren gewoonweg wild. Hij liet
me die rol spelen. Hij zei, dat hij haar
speciaal voor mij had laten schrijven.
Ik kan toneelspelen; hij heeft mij im
mers twee jaar de toneelschool laten be
zoeken. Hij liet mij die rol spelen, die,
al speelde ik haar ook nog zo goed,
totaal niet bij mijn gezicht paste.
Laura voelde zich onzeker. Ze
begreep, wat het meisje bedoelde. Het
kon heel goed waar zijn.
En waarom?
Dat mag de hemel weten! Dat is
nu eenmaal zijn aard. Kent u Lucien
Rawlston? Hij is ingenieur bij de di
rectie van de Axtonmijnen.
Ik heb hem wel eens ontmoet. Een
lange, blonde jongeman met helder
blauwe ogen.
Juist. Ik heb hem een paar maan
den geleden op een partijtje ont
moet. dat was, nadat Gerald me in
een hoek had getrapt. Gerald bemerkte
dat ik Lucien graag mocht. Door de be
handeling van Gerald was ik wel vrij
sceptisch in mijn opvatting over de
man in het algemeen geworden, maar
toch hield ik van Lucien. Hij is zo n
fijne jongen. Dat had Gerald blijkbaar
in de gaten. Hij legde het er op alle
mogelijke manieren op aan,- dat wij el
kaar telkens weer ontmoetten. Ik kon
er niets aan doen, dat ik verliefd op
Lucien werd. Ik ben gewoonweg dol ap
hem. Toen stuurt Gerald hem naar We
nen op dezelfde dag, dat hij mij naar
Hollywood liet gaan. En nu heeft het
er alle schijn van, dat ik toch niet naar
Hollywood zal gaan.
Ze had bijna de beheersing over haar
stem verloren. Ze klonk hees. De tra
nen stonden in haar ogen.
Waarom doet hij liet, denkt u.'
Veronderstelt u werkelijk, dat het hem
zoveel plezier verschaft, een anders le
ven te verknoeien?
Laura deed al haar best, dit alles in
overeenstemming te brengen met het
karakter van de man, die ze zijn le
ven had zien wagen om, ter redding van
de Blauwe Pijl, de lichten aan te
draaien en die nu, moedig en tactisch
het leven van allen, die zich in huis
bevonden, trachtte te redden. Het ging
niet en toch was het ook moeilijk aan
te nemen, dat het meisje onoprecht was
U hebt hem van die kant nog
niet leren kennen, vervolgde miss Tade
ma. In het begin merk je dat ook zo
niet. Dan zie je niet anders dan zijn
kracht en vriendelijkheid Het komt
pas voor de dag, als je werkelijk eens
een goede kans maakt om iets te berei
ken.
Je zou dus graag naar Hollywood
willen? En daarvoor heb je zijn invloed
nodig?
Ja, dat is precies, wat ik graag zou
willen. Hij hoeft er niet veel tijd aan
te besteden. Als ik maar een behoorlijk
contract kan krijgen, dan weet ik wel
zeker, dat ik zal slagen. En als ik maar
eenmaal succes heb, kan hij me niets
meer doen. Niemand kan Garbo of
Crawford iets maken en ik weet zeker,
dat ik net zover kan komen!
Je zou dus graag hebben, dat ik
invloed op hem tracht uit te oefenen?
Ik had gehoopt, dat u dat doen zou.
Ze was opeens veranderd. Haar ogen
waren met meer betraand en haar stem
was rustig. Laura voelde, dat ze weer
in haar rol was.
Ik geloof wel, dat ik hem ertoe kan
overhalen, beloofde ze.
Miss Tadema glimlachte met warmte.
Ik geloof, dat hij alles zal doen,
wat u van hem wilt hebben, mevrouw
Traite. Ik kan niet aannemen, dat dit
laaghartig van ons zou 'zijn. Oprechte
eerzucht is toch niet iets lelijks?
Natuurlijk niet.
Lui, die lelijke bedoelingen achter
mooie dingen zoeken, zijn bedorven,
zonder de minste aantrekkelijkheid,
heeft La Rochefoucauld gezegd
Dat was niet van La Rochefoucauld,
dacht Laura. Het had meer van Oscar
Wilde weg. Zelma Tadema was nog niet
volmaakt in haar citaten, maar ze maak
te toch wel vorderingen. Door de ma
nier, waarop ze haar gelaatsuitdrukkin
gen beheerste, deed ze Laura sterk aan
G. A. denken.
Miss Tadema liep naar de kaptafel en
ging ervoor zitten. Ze wilde de sporen
van haar tranen uitwissen. Laura ver
liet de kamer.
XI.
De radio zwëeg. Jack zat aan de piano
en speelde een deuntje met één vinger.
Jill stond gebogen over een tafel, waar
op een koperen lamp met een groen
perkamenten, kap stond. In het licht van
de lamp was het ietwat gekreukelde
vrijgeleide uitgespreid. Jill bekeek het
met de ellebogen op de tafel en de han
den onder haar kin.
De gouverneur, zijn secretaris en de
verslaggever zaten bij elkaar te praten,
maar de gouverneur scheen niet veel
aan het gesprek deel te nemen. Hii
keek strak naar Jill.
Als je dat span ertoe kunt krijgen,
daarmee accoord te gaan, ben je een
betere redenaar dan William Jennings
Bryan, zei Rttdd.
Cowdray streek langs zijn neus.
Je schijnt niet te beseffen, hoe 'n
geweldig belangrijk nieuws dit is.
Verdraaid, neen! Ik ben ook maar
een verslaggever.
G. A. was bezig twee glazen vol te
schenken uit een nieuwe fles, één voor
zichzelf, en één voor Leroy Covert. Toen
hii Laura zag, trok hij zijn wenkbrau
wen omhoog, maar ze glimlachte niei
terug tegen hem. Ze was van streek. Ze
wist hiet meer. wat ze van hem moest
denken. Ze kon niet tot een besluit
komen.
De telefoon rinkelde met regelmatige
tussenpozen. Laura ging erheen, greep
de afhangende hoorn beet en rammelde
aan de haak. Een zenuwachtige telefo
niste zei: Axton Ranch, luister dan
toch! Toe, leg de hoorn nu toch niet
van de haak af. Ik heb oproepingen uit
het hele land voor u. Uit Engeland en
een heel dringende uit Washington Er
liggen hier dozijnen telegrammen opge
stapeld om overgeseind te worden. Wilt
u zo goed.
(Wordt vervolgd)
„Pas dur op!" riep een blauwe
overall op zo'n raar wagentje, die
Goddank alleen maar op perrons rij
den. Het was gisteren, Vrijdagavond
half zes, op die klok is het Haagse
perron zwartkoppig van de optimis
ten, die elke dag opnieuw hun privé-
systeem proberen in de jacht naar
een zitplaats. Wij persoonlijk passen
in Den Haag het helemaal-achteraan-
systeem steeds toe.
Met „pardons" en „mag ik even
passeren" kwamen wij aan het einde
van het perron, buiten de kap. Wij
overzagen het toekomstige slagveld
enons oog bleef rustep. op een
rijzige figuur. Eden-hut, donkerblau-
we demi en stropdas, tegen licht
blauw overhemd. Langpuntige schoe
nen, een tas met vier vakken, en dat
in Den Haag, dus: diplomaat.' Een van
onze katholieke voormannen in de
politiek!
Hij las de krant, fronste de wenk
brauwen boven de voorpagina, ont
spande zij:, gezicht bij een andere
pagina. Om dan eveneens een strate
gische positie ter treinbestorming in
te nemen.
Tien minuten over tijd sneed een
kort treintje langs de mensenzee. Ex
cellentie en wij hadden pech! Te veel
naar achteren!
Excellentie nam echter lange pas
sen.
„Kalm aan, vader" vond een wer.:-
man.
„Man, je moet toch staan," verzeker
de een dame.
Excellentie, onverstoorbaar, schoot
recht op de bagagewagen af, omzeilde
handig een fietseneiiand, sprong, en
verdween in het eenpersoonshokje voor
de hoofdconducteur, tegenover de deur
waar „vrij" op stond.
„Sigaartje, conducteur?" hoorden wij
Excellentie vragen.
„Mag ik hem bewaren tot vanavond
meneer?" De sigaar verdween onder
zijn pet.
„Nou had ik wei-graag een vuurtje.
„Met plezier, meneer, alstublieft. En
maakt v het zich maar zo makkelijk
mogelijk."
Eenzaam achter het getralied mat
glas, onopgemerkt door de massa, zat
daar Excellentie met sigaar en avond
bladen. Misschien het rustigste ogen
blik van de hele dag. En uit de ba
gagewagen kwam een vieze vislucht.
„Haarlem, meneer."
Excellentie perste zich door het
deurtje langs twee jonge kerels die
op de regering scholden. Een sprongetje
op 't perron en oud-minister Prof. Dr.
Romme was handig, zittend en veilig,
in Haarlem gearriveerd.
•p Uw dure markiezen en leai z«
gedurende de winier opbergen door
leldschegracht 101-105, AMSTERDAM
Tel. 32077-31980
(Vervolg van pag. 1)
Het Vrije Volk haspelt de zaak nu wel
erg onfraai door elkaar door te wijzen
op de Belgische schijnwelvaart, waarin
de arbeiders niet zouden meedelen Wij
zouden willen opmerken dat dit niet
komt door het compensatiesysteem, maar
ondanks dit systeem. De loon- en prijs
verhoudingen liggen in België nu een
maal anders dan in Nederland. Wij heb
ben hier met Nederlandse toestanden te
maken. En hier moeten we zeggen er
kan niets meer af, ofwel er kunnen geen
hogere prijzen meer worden opgebracht.
Is prijsstijging door afschaffing van de
subsidies onontkoombaar? Goed, maar
dan moet er tegelijkertijd een compen
satie worden gevonden.
De arbeiders hebben geen belang bij
loonstijging, wanneer daar direct een
prijsstijging op zou volgen. Dan zitten
we midden in de beruchte vicieuze cir
kel, waar b.v. Frankrijk nu in tolt. De
bevordering van het herstel onzer natio
nale productie vindt al evenmin steun in
verhoging van de loonpost. Regering, ar
beiders en gemeenschap hebben er dus
allen belang bij dat de lonen niet om
hoog gaan. Prijsdaling op volksgoederen
is veel en veel belangrijker. Een loons
verhoging van b.v. 10% gevolgd door een
prijsstijging van 5% zou voor een klein
gezin een voordeel, voor een groot gezin
een beduidend nadeel kunnen betekenen.
Zie. dat alles is op deze bondsvegade-
ring wel degelijk overwogen. En als we
nu zelf het woord „Volksgoederen" in
de mond nemen, dan moge men wel be
denken dat we hiermede niet alleen mar
garine, grauw brood en eierkolen be
doelen.
Ik zal je eens een klein verhaaltje ver
tellen, aldus onze vriend. En daarmee
willen we dit nader commentaar beslui
ten. „Toen ik nog een kleine jongen was,
nu ongeveer veertig jaar geleden, kregen
we op hoge kerkelijke feestdagen echt
wittebrood met echte boter. De rest van
het jaar was het grauw brood met een
'ikje „Klappa-Dlantenboter" weet je nog?
Toen was wittebrood met boter inder
daad ..luxe". Maar mensen, die in 1948
De Bruyn willen verwijten dat hij een.
mensenleeftiid te laat is met voor de ar
beiders, geen luxe. maar het beste voed
sel te eisen, ziin zelf een halve eeuw
achter. Het kan ons koud laten, wanneer
er mensen zijn die over méér dan genoeg
de beschikking hebben, als eerst maar
voldaan is aan deze eis van christelijke
rechtvaardigheid, dat alle mensen genoeg
hebben. Dat is voor ons de grens, daar
voor zal de K.A.B vechten, eenvoudig
omdat het haar heilige plicht is.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
ontwerp van wet tot goedkeuring van
het verdrag tot regeling van de walvis
vangst met biibehorend reglement, on
dertekend te Washington op 2 Decem
ber 1946.