Belgisch kabinet
afgetreden
Steden branden, spoorbruggen in puin,
tanks pompen granaten in de dorpen
Hatta naar Sumatra vertrokken
TABAK, IJSJES, AUTO'S EN
MINISTER LIEFTINCK
BERG: de perfecte onmenselijkheid
EISENHOWER WILDE NIET NAAR BERLIJN OPTREKKEN
Churchill gaf de voorkeur aan landing op
de Balkan boven invasie in Frankrijk
Geen
spoor van
paniek
fes
Tot hoofd en hart
Bijz. rechtspleging
de aanleiding
Het is weer te rustig
Het weer
Ik wacht af wat er met
mij gaat gebeuren
Verblijf zal vele weken duren
Een halve eeuw
Tweede Kamer aanvaardt
verhoogde belasting
zakkenrolster
BERLIJN achter
de schermen
Dulles benoemd
Maar hij maakt zich geen kopzorgen
m
VRIJDAG 19 NOVEMBER 1948
72ste JAARGANG No. 24312
NA DE SLAG OM SOETSJOU
Kardinaal Mindszenty:
rt
w
Twee standpunten
Russen stevig genesteld
De Gaulle, Monty en
Patton
Steenkoolproductie stijgt
BUREAUX VAN REDACTIE EN ADMINISTRATIE:
SMEDESTRAAT 5 - HAARLEM
Telefoon: Redactie 21544; Advertenties 21543
Abonnementen 20800 - Postgiro 143480
ABONNEMENTSPRIJS 35 cents per week,
f 1.52 per maand, t 4.55 per kwartaal.
Directeur: J. J. W. Boerrigter.
Wnd. hoofdredacteur: W. Severln.
RLEMSCHE COURANT
ADVERTENTIETARIEF 28 cents per millimeter
hoogte. Ingebonden mededelingen dubbel
tarief. Omroepers 16 cents per m.m.-hoogte.
De administratie behoudt zich het recht voor
advertentiën eventueel zonder opgave van
redenen" te weigeren.
(Telefonisch van onze Brusselse
correspondent).
Brussel, Vrijdagmorgen.
Vanmorgen heeft de regering Spaak
de consequenties getrokken uit de ge
beurtenissen die zich gistermiddag in de
kamer hebben afgespeeld, en heeft aan
de Prins-Regent haar ontslag aangebo
den.
Donderdagmiddag werd de Belgische
minister van Justitie, Paul Struye, in
de Kamer geïnterpelleerd naar aanlei
ding van de gratieverlening aan twee
collaborateurs van de ergste soort, die
ter dood veroordeeld waren. Hun straf
Werd gewijzigd in levenslange dwang
arbeid. De socialisten, liberalen en com
munisten stelden de minister van Justi
tie verantwoordelijk voor wat zij een
ernstige fout noemden. Het belang van
dit debat was gelegen in het feit dat
hierdoor de hele repressiepolitiek van de
regering in het geding werd gebracht,
maar het politieke belang van het debat
hing samen met de moeilijkheden, die
reeds geruime tijd tussen de beide re
geringspartijen bestaan en waarbij in
dit incident de aanleiding gevonden zou
kunnen worden tot het scheppen van
een regeringscrisis.
De heer Struye bood na afloop van
het debat zijn ontslag aan. De eerste-
minister Spaak verzocht hierop de zit
ting op te heffen, aangezien de kabinets
raad bjjeen moest komen om over de
hierdoor geschapen toestand te beraad
slagen en vast te stellen voor welke
consequenties de regering zich geplaatst
zag.
Het debat zelf droeg nauwelijks een
politiek karakter. De interpelanten wa
ren het eens over de integriteit van de
persoon van de minister van Justitie,
die zelf een belangrijke rol speelde in
het verzet. Zij waren het ook eens over
de beginselen die aan de bestraffings-
politiek ten grondslag liggen. Bovendien
ging men accoord over het feit, dat de
doodstraf zo spoedig mogelijk tot het
Verleden dient te behoren.
Minister Spaak merkte op, dat als de
heer Struye schuldig zou zijn, omdat hij
te clement is, hij zeker meer schuldig
zou zijn, wanneer hij te streng zou op
treden. Bovendien blijft in een materie
als deze een oordeel uiterst subtiel en
Uiterst subjectief. Na het debat werden
er drie moties ingediend.
In de communistische motie werd de
beslissing van Struye onvoorwaardelijk
afgekeurd. De socialisten dienden een
motie in, waarmee de liberalen zich ver
enigden en waarin de criteria van de
minister werden goedgekeurd terwijl
persoonlijke houding tijdens de be
zetting werd geprezen. Zij betreurden
echter de oplossing, die de minister aan
de twee gevallen in kwestie had ge
geven, ongeacht de consequenties, die
daaruit mochten voortvloeien. De motie
van de C.V.P. tenslotte beperkte zich
ertoe de verklaring van de minister van
justitie te acteren en over te gaan tot
de orde van de dag. Voordat de stem
ming plaats vond nam de heer Struye
nogmaals het woord, om mede te de
len, dat de stemming overbodig werd,
aangezien hij zijn ontslag zou aanbieden.
Spaak deelde daarop mede, dat in de
ministerraad van hedenmorgen de re
gering haar houding zou bepalen.
In afwachting van de verdere ontwik
kelingen is de functie van minister van
Justitie tijdelijk overgedragen aan de
minister van Koloniën, Wigny.
De Belgische ministers zijn heden
morgen in kabinetsraad bijeen geko
men onder voorzitterschap van Spaak.
Afwezig was alleen de minister van
Onderwijs, Kamiel Huysmans, die België
Vertegenwoordigt op de Unesco-verga-
dering te Beiroet.
Na afloop van de zitting deelde Ver-
meylen, de minister van Binnenlandse
Zaken, het volgende aan de pers mede:
De ónderhandelingen tussen de katho
lieke en de socialistische partij zijn ten
einde en de eerste-minister heeft bij de
prins-regent het ontslag van de regering
ingediend, om de taak van de volgende
kabinetsformateur te vereenvoudigen.
(Van onze correspondent)
Enkele leden van de E.V.C., werk
zaam bij de Fries-Groningse Suikerfa
briek, zijn een actie begonnen ten ein
de aan deze fabriek een conflict uit te
lokken. Zij hebben onder de arbeiders,
Van wie de grote vaste kern is georgani
seerd in de Ned. Bond van Fabneksar
beiders, pamfletten verspreid, waarin
een aantal eisen wordt gesteld, o.a. 100
PCt. bijslag op het loon tijdens Zondags
dienst, f2.50 loonbijslag wegens duurte,
Vergoeding van de reiskosten en ver
strekking van werkkleding. In een door
de E.V.C. belegde vergadering heeft het
hoofdbestuurslid van de E.V.C.de hee
Kop, een uiteenzetting gegeven van de
actie. De vergadering werd slechts door
enkele personeelsleden bezooht, die zich
overigens niet erg geestdriftig toonden
en weinig animo bleken te hebben, om
zich voor het E.V.C.-wagentje te laten
sPannen. De officiële vakorganisaties
stellen zich niet achter deze actie, te--
tVfjl de directie der fabriek niet van
Plan is met de E.V.C.-afgevaardigaen te
onderhandelen.
&et invasiestrand van Normandië, waar
de Kruistocht in Europa begon.
De slag om Soetsjou, het bastion, dat de communistische opmars naar de
Chinese nationalistische hoofdstad Nanking; moet ophouden, is geluwd- De
Chinese regering heeft gemeld, dat zij een grote overwinning heeft behaald
en dat de slag als geëindigd kan worden beschouwd. Buitenlandse waarnemers
zijn echter niet zo optimistisch. Wel geven zij toe, dat de regeringstroepen
de eerste ronde gewonnen hebben, doch zij verwachten, dat de communistische
legers na zich hergroepeerd te hebben een nieuwe aanval op de stad zullen
doen. Nog steeds wordt rond Soetsjou gevochten en telkens laait op ver uit
een liggende punten de strijd weer op.
Een United Press-correspondent, die een bezoek bracht aan Soetsjou, geeft
het volgende interessante beeld van de slag die daar gewoed heeft.
ik met een nationalistische vliegeroffi
cier, die de laatste dagen met zijrr P-51
Mustang herhaaldelijk boven het front
was geweest en vanuit de lucht de rode
kolonnes had beschoten.
Terwijl wij zaten te praten kwamen
onafgebroken vliegtuigen binnen en
stegen andere op. Mosquito's en Mus
tangs, B-24 Liberators en C-46 trans
portvliegtuigen.
Wat ik persoonlijk zag waren klei
nere, maar dramatische episodes in de
ze verwarde oorlog. Tijdens onze vlucht
zag ik geen ingesloten legers, ook geen
legers op mars. Ik zag alleen tanks in
actie, steden in brand met asbruine rook
omhoog kringelend waardoor oranje
vuurtongen te zien waren. Ik zag trans
portvliegtuigen, die voorraden afwier
pen aan witte parachutes, die zich lang
zaam openden. Ik zag paddenstoeltjes in
de lucht wanneer granaten ontploften
en rook en stof opstijgen als ze insloe
gen.
Ik zag op een plaats een dozijn tanks
waaiervormig opgesteld halverwege tus
sen twee steden, die ongeveer twee mijl
van elkaar lagen. De ene helft van de
tanks schoot op de ene stad, de andere
helft schoot op de andere stad. De eer-
„Dit Noordelijke bastion van de Chi
nese nationale regering in de provincie
Kiangsoe is vandaag even rustig alsof
het honderden mijlen van het front ver
wijderd ligt. x
Niet dichter dan twintig mijl van de
stad ziet men wat rook van het slagveld.
De bevolking in de stad toont geen te
ken van paniek. Het werk op de twee
vliegvelden van de stad, een in het
noorden en een in het zuiden, vond even
normaal doorgang als op het vliegveld
Loenghwa, de internationale luchthaven
van Shanghai.
Maar langs een front, dat zich uit
strekt van een punt 25 mijl ten oosten
van Soetsjou bij Soenken tot Sinantsjen,
50 mijl ten oosten van de stad, wordt
een van de zwaarste gevechten gele
verd in de Chinese geschiedenis.
En twintig mijl ten zuiden van de
stad bulderen aan beide zijden de ka
nonnen in een •artillerie-duel. Steden
staan in brand, nationalistische tanks
en pantserwagens pompen granaten in
de communistische dorpen met een een
tonige regelmaat en nationalistische
vliegtuigen vliegen laag over de com
munistische artillerie-opstellingen en
werpen vernietigende bommen naar he
neden.
Wanneer men per vliegtuig naar
Soetsjou gaat kan men zien, hoe door
de gevechten reeds een geweldige knak
gegeven is aan de vitale regeringsspoor
lijn uit Nanking. Lange staalconstructies
over de rivieren liggen in puin. Lange
rijen geladen wagons liggen omgewor
pen langs de spoorbaan.
Maar de regering is niet van plan
Soetsjau prijs te geven. Ik vloog naar
de stad met een vliegtuig vol geld van
de centrale bank van China. De lading
bestond uit veertien grote kisten met
gouden yuans om de economie van de
stad op gang te houden. Aan het stuur
zat een Amerikaans piloot en het vlieg
tuig was gecharterd van de burgerlucht
vaart van generaal Claire Chennault.
Op het vliegveld van Soetsjou sprak
Verwachting tot Zaterdagavond:*
Zwaar bewolkt met nu en dan
lichte regen .of motregen en in het
Zuid-Oosten van het land vannacht
plaatselijk nevel of mist. Matige en
aan de kust tijdelijk krachtige wind
tussen Zuid en Zuid-West. Aanhou
dend zacht weer.
Zon op: 8.08. Onder; 16.43
Maan op: 1919. Onder: 12.32
ste stad stond in brand, maar de schut
ters op de tweede stad waren slechte
mikkers. Hun granaten ploften ergens
in de modderige grond, grote fonteinen
veroorzakend.
Kardinaal Mindszenty heeft in een
Hongaars katholiek blad verklaard, dat
hij thans „de enige werkelijke stem" is,
door middel waarvan het Hongaarse
volk zijn klachten kenbaar kan maken.
De regering heeft het blad in beslag
genomen, zodat, aldus Reuter, de ver
klaring van de Kardinaal het publiek
niet heeft bereikt.
De Kardinaal noemde aanvallen, in het
openbaar op hem gedaan, alsmede aan
vallen van de zijde van diverse organi
saties, waaronder groeperingen van ka
tholieke studenten, „illegaal". Volgens
de Kardinaal zijn zij gedwongen gewor
den verklaringen tegen hem te tekenen.
Kardinaal Mindszenty verklaarde, dat
geen van zijn voorgangers in de Hon
gaarse geschiedenis zo aangevallen en
vervolgd is als hij. in zijn verklaring
noemde hij zich de voogd van het Hon-
gaarne volk, „de eenzaamste natie op
aarde".
„ïk wacht af, wat er met mij gaat ge
beuren," aldus de kardinaal, die zijn
verklaring besloot met de woorden van
Christus aan het Kruis, „Vader, vergeef
hun. want zij weten niet wat zij doen."
Antara meldt, dat Moh. Hatta per
vliegtuig naar Sumatra is vertrokken,
waar hjj vele weken zal blijven. Hij
werd o.m. vergezeld door de minister
van Economische Zaken.
In politieke kringen in Den Haag was
men gisteren gereserveerd tegenover
de uitspraken van Hatta in zijn radio
rede van Woensdagavond, al was de voor
lopige indruk niet ongunstig. Men '.s
geneigd de oproep van Hatta aan de
troepen en de politie aan de status-quo-
lijn om het bestand na te komen te
zien als .cn poging van de zijde van
de republikeinse regering om in deze
aan de Nederlandse voorwaarden tege
moet te komen.
Ook de duidelijke verklaring van de
republikeinse premier, dat de regerin
gen der niet-republikeinse deelstaten
niet als „marionetten" beschouwd kun
nen worden, heeft een gunstige indruk
gemaakt, aangezien dit de eerste offi
ciële en duidelijke verklaring in deze
richting is.
Blijkens de letterlijke tekst, die wij
eerst heden ontvingen, heeft Hatta met
betrekking tot de federatie gezegd:
„Door sentimenten kunnen wij er ge
makkelijk toe worden gebracht, onze af
keuring uit te sjfreken over de door
Npderland gestichte marionettenstaten,
maar wij moeten onze politiek baseren
op het feit, dat het volk daar ook streeft
naar onafhankelijkheid en in de repu
bliek het symbool ziet van de onafhan
kelijkheid van het Indonesische volk.
Dat tijdstip, met I Jan. 1949 voor ogen,
is een belangrijk moment voor het ge
hele Indonesische volk. Wij mogen geen
antithetische politiek voeren ten aan
zien van de kameraden buiten de repu
bliek, doch wel een synthese-politiek.
Met hen samen zullen wij binnen de
kortst mogelijke tijd de onafhankelijke
en souvereine V. S. van Indonesië tot
stand brengen.
De goodwill-missie uit Pakistan heeft
te Djocja bereikt, dat dé circa 200 in
de republiek aanwezige Pakistanners
binnenkort repatriëren. De meesten be
hoorden tot het Britse bezettingsleger
in Indonesië. De missie vliegt vandaag
naar Batavia, vanwaar zij doorreist
naar Pakistan, aldus Antara.
Op een persconferentie verklaarde
de woordvoerder van de C. v. G. D.,
dat de Amerikaanse voorstellen thans
de status hebben van „working paper"
en door de C. v. G. D. in beschouwing
zullen worden genomen. De Nederlandse
en de republikeinse delegaties zijn op
de hoogte gesteld van het feit, dat het
working paper is ingediend.
Bij de heropening van de conferentie
van Bandoeng heeft de commissaris van
de Kroon voor de Pasoendan, dr. K. W.
van Diffelen, namens de Nederlandse
regering een verklaring afgelegd.
Als in de ontworpen interim-regeling
enige wijziging wordt aangebracht, ver
trouwt de regering, dat de hier verte
genwoordigde gebieden tot het daartoe
nodige overleg bereid gevonden zullen
worden.
Teneinde enigermate te kunnen voorzien in de nijpende behoefte aan melk in
Indonesië, in het bijzonder ten behoeve van zuigelingen en jonge moeders, heeft
het Comité „Nederland helpt Indië" 400.000 kilo gecondenseerde melk aangekocht.
De voorzitter van het Landelijk Bureau van het comité, de heer A. G. L. Cikot,
heeft het eerste blikje melk met enige plechtigheid overgedragen aan de Kon.
Rotterdamse Lloyd, die de zending naar Batavia zal verschepen. Daarna zwaaide
de grote hijskraan de eerste 200.000 blikken, verpakt in 4.000 kisten, de ruimen
van het m.s. „Garoet" in.
De Tweede Kamer heeft gisteren een
middag besteed aan het redekavelen
over tabak, ijsjes, actetassen en porte-
monnaies, alsmede auto's. Dit waren zo
enige van de vele artikelen, waarop mi
nister Lieftinck een verhoogde belasting
wil heffen om de 85 millioen, die hij
nodig heeft om in de landbouwsectoren
de uitvoering van de motie-Groen te
dekken. Zo was het althans in de aan
vang, doch allengs is de minister tot de
conclusie gekomen, dat hq die extra
heffingen ook nog voor andere redenen
nodig had, redenen van economische
aard en speciaal ook voor sommige za
ken van Benelux-politieke aard.
In het algemeen wilde de Kamer met
die voorstellen wel meegaan, doch er
waren verscheidene leden, die niet ten
onrechte beweerden, dat men de veran
deringen in de financiële en belasting-
politiek niet zo bij stukjes en beetjes
moet behandelen, doch het gehele
vraagstuk ineens op de helling moet
nemen. Speciaal de heer Lucas was van
die mening, en anderen vielen hem bij
Het Benelux-aspect van die belasting
verhoging konden de Kamerleden niet
allen even gemakkelijk zien. Begrij
pelijk, omdat zij nog geen totaal inzicht
in deze kwestie hebben gekregen. De
heer v. d. Wetering meende zelfs, dat
de tarieven van de hierbij betrokken
artikelen nu boven de Belgische ko
men. Dat was juist, doch de minister
deelde mede, dat België doende is deze
tarieven ook op te trekken. Als deze
wet ingevoerd zal zijn en België even
eens zijn maatregelen getroffen heeft
dan zullen de aanschaffingskosten van
auto's in Nederland en België gelijk
zijn. Vandaar dan ok, dat de minister
deze tariefsverogingen feitelijk perma
nent wil maken.
Wat nu het amendement van de heer
Lucas betreft, op aanraden van de heer
v. d. Wetering stelde hij de termijn op
drie jaar en toen nam de Kamer het
aan met 48 tegen 21 stemmen. Tegen de
socialisten, de heer Kroll (C.H.) en prof.
Gerbrandy, die voor Lieftinck's Benelux-
argument gevoelig was.
Ook als beschermer van het ijsver
maak trad de heer Lucas op met een
amendement om het volksijs d.i. in
stadhuistaal wat men al likkend „het
ijsje" noemt van de accijnsverhoging
vrij te stellen. Dat nooit! zei de minis
ter. Maar hij vertelde er bij, dat het
volk er geen cent méér om behoefde uit
te geven.
Het kwam hierop neer, dat het ijsje
onder de gloed van Lieftinck's hebzucht
zal gaan smelten. Het zal namelijk lich
ter worden, doch niet duurder. Een der
de amendement van de heer Lucas om
ook de actetassen en portemonnaies er
buiten te laten had wel succes. De mi
nister nam het genadiglijk over. Dat
scheelt hem 150.000.
De auto's, die 6 millioen meer moeten
opbrengen, liet de Kamer maar zitten.
De wet is tenslotte zonder stemming
aanvaard met de communisten tegen.
In de avondvergadering werd een be
gin gemaakt met de behandeling van
de begroting van Binnenlandse Zaken.
(Van onze Haagse redacteur)
De Haagse politie meldt de arresta
tie van een 76-jarige weduwe, die
zich met zakkenrollen ophield. Zij
bekende de laatste tijd ongeveer vijf
entwintig maal in magazijnen en op
de markt portemonnaies e.d. te heb
ben bemachtigd en is al vele keren
met politie en Justitie in aanraking
geweest. Deze dame viert in dit be
drijf bijna haar gouden jubileum; zij
werd namelijk voor het eerst 48 jaar
geleden wegens zakkenrollen gear
resteerd. In Mei van dit jaar was zij
uit de gevangenis ontslagen.
Te Parijs zijn achter de schermen on
derhandelingen begonnen in een nieuwe
poging om de Berlijnse kwestie tot een
oplossing te brengen. De voorzitter van
de Veiligheidsraad, dr. Bramuglia, heeft
aan de gedelegeerden van de Grote Vier
vragenlijsten voorgelegd, teneinde tech
nische inlichtingen over de valutakwes
tie in Berlijn te verkrijgen. De Ameri
kaanse minister van Buitenlandse Za
ken, Marshall, heeft Amerikaanse finan
ciële experts uit Washington en Ber
lijn naar Parijs geroepen, om advies
uit te brengen over de valutakwesties,
die een onderdeel vormen van het
Berlijnse geschil. Zij zullen overleg ple
gen met Phillip Jessup, die Berlijn in de
Veiligheidsraad behandelt. Ook Trygve
Lie heeft de valutakwestie aan een on
derzoek onderworpen, met behulp van
zijn eigen deskundigen.
President Truman heeft John Foster
Dulles gisteren benoemd tot plaatsver
vangend voorzitter der Amerikaanse de
legatie bij de U.N.O. Hiermede onder
schrijft Truman na zijn verkiezing een
door beide Amerikaanse partijen ge
steunde buitenlandse politiek.
Tezelfdertijd benoemde Truman Ben
jamin Cohen als eerste Amerikaanse ge
delegeerde in dé Algemene Vergadering
ter vervanging van Warren Austin, die
i.v.m. ziekte naar de Ver. Staten is te
ruggekeerd.
De regering van Zuid-Afrika heeft in
beginsel haar goedkeuring gehecht aan
het plan tot invoering van persoonsbe
wijzen in Zuid-Afrika. Op het persoons
bewijs zal het ras van de betrokkenen
worden aangegeven.
(Van onze verslaggever)
Op een gegeven moment tijdens het
proces tegen de Amersfoortse kamp
commandant Berg stelt de president aan
een der getuigen de volgende vraag:
„Heeft u ooit iets geschikts of iets goeds
van verdachte ondervonden?" Het ant
woord luidt beslist ontkennend. „Heeft
u ooit gehoord dat een ander iets hu
maans van hem ondervonden heeft?"
„Neen, mijnheer de President."
En in dit korte vraag- en antwoordge-
sprek wordt de figuur van Berg ten
voeten uit geschetst; een figuur die
men, dunkt ons, het beste zou kunnen
aanduiden met de kwalificatie: de per
fecte onmenselijkheid.
Hij is niet eens op de eerste plaats
onmenselijk door een gebrek aan ge-
De Anglo-Amerikaanse legers stootten niet door tot Berlijn in de laatste stadia
van de oorlog, omdat generaal Dwight D. Eisenhower dit strategisch onverstandig
achtte. Eisenhower nam het besluit om niet naar Berlijn op të trekken met
opzijzetting van de mening van Churchill, en hij werd daaroij gesteund door de
gecombineerde stafchefs. Dit werd voor de eerste maal bekend gemaakt in het
boek van Eisenhower over de oorlog: „Crusade in Europe" (Kruistocht in Europa),
dat Donderdag werd gepubliceerd.
Het besluit van Eisenhower vormde
een climax op de vele woordentwisten,
die er tijdens de oorlog tussen de Ame
rikaanse bevelhebber en de eerzuchtige
omvermoeide Britse premier plaatsvon
den. In het boek van Eisenhower wordt
het betoog van Ralph Ingersoll, in zijn
Doek „Top Sécret", dat Eisenhower op
de hand van de Britten was, op beslis
sende wijze weerlegd.
Integendeel, vanaf de dag dat het ge
combineerde hoofdkwartier werd opge
richt totdat het weer werd opgeheven,
bestreed Eisenhower krachtig ge
steund door generaal George Marshall
voortdurend de Britse pogingen om
af te wijken van wat hij als het hoofd
doel beschouwde: Duitsland militajr neer
te vellen.
Uit het boek blijkt, dat de voornaam
ste meningsverschillen voortvloeiden uit
het feit, dat het hier om twee verschil
lende standpunten ging. Het eerste, dat
van de militaire leiding, vertegenwoorj
digd door Eisenhower en Marshall, die
de oorlog als een strikt militair pro
bleem beschouwden, dat zo spoedig en
efficient mogelijk, met alle ter beschik-
king staande middelen, moest worden
opgelost.
Het tweede, dat van Churchill, die de
oorlog niet alleen als een militair pro
bleem zag, maar ook als een kwestie,
waarbij het behalen van politiek voor
deel een factor was.
Deze twee standpunten kwamen her
haaldelijk met elkaar in botsing. Chur
chill wilde b.v. de invasie in de Balkan
doen plaatshebben, niet in West-Europa,
Churchill verzette zich tegen de in
vasie van Zuid-Frankrijk tegen het
bombarderen van de Franse verbindin
gen, voorafgaande aan de invasie
hjj was voortdurend bezig met
het denkbeeld om de Middellandse
Zee tot het voornaamste oorlogsterrein
te maken en eiste tenslotte, dat de
geallieerden zouden optrekken naar
Berlijn en de vooruit opgestelde plan
nen om eerst de militaire macht van
Duitsland te breken, zouden opgeven.
Generaal Marshall steunde Eisenho
wer op vrijwel alle punten. „Crusade in
Europe" geeft voor de eerste maal een
goed beeld van de buitengewoon grote
invloed, die Marshall op de oorlog en
op de strategie heeft gehad.
Churchill's politieke argumenten heb
ben in het licht van de gebeurtenissen
na de oorlog waarde gekregen, doch
uit zijn voorstellen blijkt, dat de Britse
eerste minister, ondanks zijn vele gaven,
als strateeg geen onverdeeld succes is
geweest Hij haalde de Britse opper
bevelhebber in de Middellandse Zee, Sir
Maitland Wilson, over, tegen het advies
van Eisenhower en zijn staf in, de kost
bare operatie bij Anzio in Italië te on
dernemen. De operatie zou volgens de
verwachtingen twee weken duren. Zij
duurde echter maanden en was de oor
zaak van grote verliezen aan manschap
pen en materiaaL
Churchill was voortdurend pessimis
tisch over de operatie „Overlord", zo
als de invasie in West-Europa ge
noemd werd, en trachtte verschillende
malen, een Balkan-operatie 'door te
drijven, met terzijdeschuiving van de
invasie in West-Europa.
Churchill heeft volgens het boek kort
voor D-day tegen Eisenhower gezegd:
„Generaal, als u zich tegen de komende
winter (1944'45) met zes en dertig ge
allieerde divisies op het vasteland hebt
gevestigd en Cherbourg en Bretagne in
uw macht hebt, dan zal ik aan de wereld
mededelen, dat deze operatie een van
de meest succesvolle van de oorlog is
geweest, en als u bovendien Le Havre
in handen hebt en het schone Parijs uit
de handen van de vijand hebt bevrijd,
dan zal ik de zege Schilderen als de
■grootste van de moderne tijd."
Parijs viel in de zomer van 1944
(Augustus) en tezelfdertijd waren er
37 geallieerde divisies in Frankrijk.
Het laatste grote meningsverschil tus
sen Churchill en Eisenhower kwam over
Churchill's wens om Britse troepen in
het Noorden snel Berlijn te laten ne
men.
Eisenhower wilde dit niet en steun
de het oorspronkelijke Supreme Head
quarters Allied Expeditionary Forces
plan vanaf D-day. Dit beoogde de Duitse
militaire kracht te vernietigen door het
Ruhrgebied te nemen, dan naar Leipzig
door te stoten en dan naar het Zuiden te
gaan om Duitsland in tweeën te snijden
en fanatieke Nazi-troepen te verhinde
ren de Beierse en Oostenrijkse Alpen te
bereiken, waar zij moeilijk klein ge
maakt zouden kunnen worden.
Eisenhower zégt dan dat Churchill
wist, dat men het over de bezettings
zones eens was geworden en dat de ge
allieerde troepen zich zouden moeten te
rugtrekken.
Zijn aandringen om al onze hulpbron
nen te gebruiken, in de hoop dat de
Westelijke geallieerden eerder dan de
Russen in Berlijn zouden zijnmoet dus
gebaseerd zijn op de overtuiging, dat de
Westelijke geallieerden hierdoor later
aanzienlijk aan prestige en invloed zou
den winnen, aldus Eisenhower.
Eisenhower geeft deze verklaring over
zijn handelwijze, toen de Westelijke le
gers aan de Rijn in Maart 1945 klaar
stonden voor de defiiiitieve afrekening.
De Russische troepen hadden zich ste
vig genesteld aan de Oder met een brug-
gehoofd op de Westelijke oever, op
slechts 50 km. Van Berlijn. Onze aanvoer
met inbegrip van de ongeveer 2000 ton
voorraden, welke dagelijks door de lucht
werden aangevoerd, zou onze voorhoe
den, die diep In Duitsland waren door
gedrongen, van het nodige kunnen voor
zien. Maar indien wij zouden pogen de
Elbe met geweld te passeren met als
enig doel de bezetting van Berlijn, zou
den er twee dingen gebeuren:
Het-eerste was, dat de Russische troe
pen naar alle waarschijnlijkheid rond
om de stad zouden zitten voordat wij
er waren. Het tweede was, dat het hou
den van een grote strijdmacht zo ver
verwijderd van onze hoofdbases langs
de Rijn zou betekenen, dat de eenheden
van het overige front vrijwel tot niets
doen gedoemd zouden worden. Dit was
mijns inziens meer dan onverstandig;
het was stom.
Terwijl Eisenhower zodoende de poli
tieke betekenis van Berlijn gemist kan
hebben, heeft hij in het begin van de
oorlog een voorstel aan Roosevelt en
Churchill gedaan en dit telkens en tel
kens weer bepleit. Hierdoor zouden vele
van de huidige moeilijkheden in Duits
land niet bestaan hebben.
Dit voorstel had betrekking op een
„Shaef"-bezetting van Duitsland door
alle vier mogendheden zonder zonale
grenzen voor elke strijdmacht. Hij was
er van overtuigd, dat men hierover met
Rusland tijdens de oorlog tot overeen
stemming had kunnen komen. Hierdoor
zouden de moeilijkheden in het verdeel
de Berlijn van thans niet ontstaan zijn.
Van dit voorstel is echter niets terecht
gekomen.
Uit „Crusade in Erope' blijkt, dat
het pad van de opperbevelhebber van
de geallieerde land-, zee- en luchtstrijd
krachten niet steeds over rozen is ge
gaan.
De polemische figuren van generaal
De Gaulle, veldmaarschalk Bernard
Montgomery en generaal George Patton
waren voldoende om iedereen in een
staat van de grootste opwinding te hou
den.
Aan de vooravond van D-day (de
invasie van Frankrijk) eiste De Gaulle,
zo vertelt Eisenhower, dat hij erkend
zou worden als heerser van Frankrijk,
die alleen het Franse volk orders kon
geven in samenwerking met de gealli
eerde troepen Aangezien 'president
Roosevelt er beslist tegen wasDeGaulle
als zodanig te erkennen moest Eisen
hower de temperamentvolle Franse ge
neraal tot bedaren brengen zonder zich
tot iets te binden.
Tijdens de Europese campagne heeft
veldmaarschalk Montgomery tweemaal
getracht zich zelf te bombarderen tot
bevelhebber van de Amerikaanse en
Britse troepen te velde. Hierdoor ont-
stand grote ontstemming onder en wrij
ving met de Amerikanen.
Driemaal heeft Eisenhower generaal
Patton weten te sauveren en hem zo-
Generaal Dwight. D. Eisenhower, die in
zijn oorlogsmémoires belangrijke ver
klaringen aflegde.
doende de slagen laten winnen, waar
voor Patton de aangewezen man was.
Een belangrijk punt is Eisenhower's
idee, dat de Westelijke invasie van En
geland uit onmogelijk had kunnen zijn,
indien de Duitsers hun V-wapens een
half jaar eerder gehad hadden.
Terwijl in vrijwel het gehele boek de
oorlog en zijn problemen behandeld
worden komt er ook een verhaal in
voor van Eisenhower, die vertelt hoe
president Truman zich tijdens een auto
rit in de dagen van de conferentie van
Potsdam plotseling tot hem wendt en
zegt:
„Generaal, bjj alles wat u wenst, wil
ik u helpen, daaronder is definitief en
in het bijzonder het presidentschap in
1948 begrepen".
Eisenhower zegt dan verder:
„Ik betwijfel of een soldaat van ons
land door een president ooit met een
dergelijk blijkbaar ernstig en verba
zingwekkend voorstel als dit overrom
peld werdmijn eerste reactie was
het onmiddellijk te verwerpen, maar
door het feit, dat de president me plot
seling de volle laag gaf, kon ik het alleen
maar als een prachtmop beschouwen
Ik lachte hartelijk en zei: „Mijnheer de
president, ik weet niet wie uw tegen
stander zal zijn in de campagne voor
het presidentschap, maar ik zal het vast
en zeker niet zijn". Over mijn ernst
behoefde geen twijfel te bestaan".
Men kan een dienst vaak met be- I
\^tere dingen betalen dan met geld. J
voeligheid, deze Berg. Als tijdi het
proces zijn vrouw ter sprake komt,
staat hij bijkans te huilen. Maar zijn
onmenselijkheid spruit voort uit een
totale afwezigheid van het vermogen
om iets te begrijpen, begrijpen in de zin
van ihzicht tonen inzake de waarden c s
levens.
Nu nog begrijpt hij niet, waarom al
deze mensen, die hem omringen, zich
zo druk maken over de Amersfoortse
bestialiteiten. Van de gevangenis uit
schrijft hij een (onderschepte) brief aan
zijn vrouw in Duitsland: „Het is mq
opgevallen, dat die Hollanders mij ha
ten." En over de komende rechtszaak
deelt hij mede: „De geschiedenis met
die Russen is vervelend; maar over de
rest maak ik mij geen kopzorg."
Er werd in de middagzitting nog het
een en ander uit de doeken gedaan over
die „rest", die Berg's zorgeloosheid
heeft gaande gemaakt.
Daar is de Maastrichtse jongeman, op
wie verdachte het in het kamp bijzon
der begrepen had, en tegen wie hij eens
gezegd heeft: „Je bent mijn persoonlijk
eigendom."
Maar over de rest maakt Berg zich
geen kopzorg.
Als er mensen stierven onder het
appèl riep verdachte altijd uit: „Lij
kenpikkers voor!" En die „lijkenpik
kers" waren altijd Joden.
Maar over de rest maakt Berg zich
geen kopzorg.
Hij trapte uitgemergelde gevangenen
tegen het prikkeldraad op.
Maar over de rest maakt Berg zich
geen kopzorg.
„Zoals u de Russen 'behandeld heeft
tastte u alle Goddelijke en menselijke
wetten aan," zegt prof. Van Hamel. „Dat
was een moordpartij door niets te recht
vaardigen."
Voor Berg is het een „vervelende ge
schiedenis."
Dat in deze zaal recht over hem ge
sproken wordt begrijpt hij ten enenmale
niet. Dat is voor hem alles een „verve
lende geschiedenis."
Hij verdedigt zich met grote radheid
van tong en hij beseft nu nog steeds
niet het overbodige van zijn gedaas. On
zeker, hij liet mensen urenlang in ie
sneeuw staan. „Maar ze hoefden met
de houding aan te nemen, Herr Presi
dent" en hij denkt oprecht dat dit een
verzachtende omstandigheid is.
En als prof. Van Hamel hem op de
man af vraagt: „Geeft u toe dat u ge
handeld heetf in strijd met de wetten
van de menselijkheid," laat Berg de be
antwoording van die vraag liever aan
zjjn verdediger over. Stel je voor: wet
ten van menselijkheid.
Hij spreekt beschaafd Berg en hij is
zelfs hoffelijk. Soms zegt hij: „Das gebe
ich offen und ehrlich zu." Maar alleen
om met meer schijn van eerlijkheid
het volgende ogenblik zijn beleefd „Das
kann ich nicht zugeben, Herr Prasident"
te kunnen lozen.
Berg heeft echter niets van een sa
dist, hij is een nette man, die het niet
zo kwaad bedoeld heeft. Kortom hij is
.correct." Het is de perfide correctheid
van een van al zijn menselijkheid ont
luisterde mens.
De steenkoolproductie in Nederland
ontwikkelt zich thans gunstig. In Oc
tober werd 932.300 ton steenkool gedol
ven tegen 894.500 ton in September. In
dagproductie uitgedrukt: October 35.900
ton en in September 35.800 ton.
In de eerste tien maanden werd een
maandgemiddelde bereikt van 916.400
ton, het gemiddelde in 1947 was 842.000
ton, in 1946 693.000 ton, in 1945 425.000
ton en in 1938 1.124.000 ton.
De totale invoer van steenkool beliep
in October 370.200 ton, vergeleken met
326.600 ton in September. De grootste
invoer kwam van Duitsland met 161.200
ton, gevolgd door Groot-Brittannië met
73.000 ton.