Levenskunst tRICD£NOORMAN: GEVANGENEN DER ROMEfNEN Mensen op reis Internationale Bidweek Parmentier bevestigde ontvangst van landingsinstructies Vijf Militaire organisatie der Landen thans geregeld AKKERTJES GEEN AZIATISCH BLOK? Verklaring van Pandit Nehru VERVOLG VERLEDEN Een centenkwestie a?* Voorschriften inzake leesbibliotheken Centra wapenproductie nog niet besproken Brusselse conferentie beëindigd Communisten èisen het aftreden van Kwomïntang Israël en Egypte beloven elkaar vrede „Arka" congresseert Protest-motie aan de Hongaarse gezant yrig, koorts DE NIEUWE FINO-SOEP IS GETROKKEN VAN MERGPUPEN EN VLEES. *A 2 ZATERDAG 15 JANUARI 1949 He Geert onbeperkt uitlenen aan minderjarigen DE PRESTWIC K-RAMP West-Europese commentaar wordt voortgezet OP HET door LESLIE FORD Zeeuwse critiek op Minister Spitzen Er zijn weinig onderwerpen, waar over zo veel en zo vaak geschre ven en gepraat wordt als de ••Kunst te leven", weinig onderwerpen, Waarover Jan en alleman zich geroepen Waant zijn licht te laten schijnen. Te verwonderen is dat eigenlijk niet. Is er wel één thema te bedenken, dat iedere mens onmiddellijker aangaat dan luist „het leven", en is er iets in deze wereld, dat meer problemen stelt dan de vraag, hoe het leven het best ge leefd kan worden? Het ligt voor de hand, dat het ant woord hierop onafscheidelijk -verbon den is met de opvatting, die een be paalde spreker of schrijver heeft over het leven als zodanig, dat zijn wereld beschouwing de richting bepaalt, waarin hij de oplossing zoekt van de vele vra- Sen omtrent de aard en de reden van de juiste levenshouding. Een redelijk denkend en handelend mens stemt nu eenmaal altijd zijn daden af op hun doel. Maar juist over het doel van het le ven bestaat er een veelheid van opvat- hogen, die mén, gezien het allergrootste gewicht van deze vraag, niet zou ver dachten. Zonder meer ligt het toch in de lijn van het redelijke, dat men over latuur en doel van het grootste bezit Van de mens, het leven, eenstemmig heid veronderstellen mag. De omstan digheden, waaronder iedere indivi duele mens zijn leven leeft, mogen al Verschillend zijn; welgestelden en be- hoeftigen, begaafden en onbegaafden, §®zonden en zieken zullen er, in aller- 'ei graden steeds blijven met het daar- hit voortvloeiende onderscheid in het Persoonlijke bestaan; in één punt even del zijn alle mensen gelijk: in zoverre h-h dat allen hetzelfde leven bezit- dat, na verloop van tijd, voor ieder, Zonder uitzondering, een einde neemt. dat leven heeft een doel; er moet een reden zijn, waarom wij bestaan. Het zoeken naar deze bestaansgrond 's de grote kwelling van het mensdom. 6der nieuw geslacht heeft zijn denkers ^ehad, die hun leven aan dit probleem hebben gewijd. Een tijd lang zijn hun theorieën door geestdriftige volgelingen 111 Practijk gebracht; tot het nuchtere, 'tpgelijkse leven hun ontoereikendheid ofdoende bewees en de onbevredigde 'Ponselijke geest naar een nieuwe op- °ssing speurde. Want dit is het hoop- ®evende en troostende in deze doolhof ^ar> wisselende 'stelsels en opvattingen, at de mens nooit moede wordt ver- er te zoeken, dat geen voorafgaand 'asco bij machte is hem de moed te °btnemen steeds weer opnieuw te be- jhhjien met zijn pogingen de waarheid e achterhalen. En zo sterk is dit ver- aPgen, dat hij op zijn speurtocht graag jjh'ge tijdelijke ontsporingen in werke- 1,1 h dwaze theorieën, als onvermijdelijk, 0p de koop toe neemt. Diep in ieder mensenhart sluimert Pt onuitroeibare bewustzijn, dat het °®1 van het leven ver boven de stof- ®hjke wereld moet uitgaan, en dit be- ,Ustzijn, dat feitelijk niemand verloo- is in zijn algemeenheid een sterk ^sprekend bewijs, dat het doel van et leven daarom ook inderdaad niet lri deze stoffelijke wereld kan liggen. Het is immers niet aan te nemen, dat een zo diep gewortelde overtuiging, hie gedeeld wordt door alle mensen van alIe plaatsen en tijden, op een vergis- 5ir>§ zou berusten. Wat men daarom ook al uitgedacht heeft en nog uitdenken al aan beschouwingen over het leven, atlg deze niet geheel in overeenstem- 'Pg zijn met de éne, onveranderlijke aarheid, zal een innerlijke onbevre- k Sdheid de mens steeds verder doen zoe- 6ïl- De natuur is sterker dan de leer: e Patuur, d.i. het geheel van regels eh Wetten, die de goede orde in de Pping bepalen. Voor een gelovige Christen bestaan al deze problemen niet. Gods openbaring heeft over aard en j°el van het leven niet de minste twij- Selaten. De mens is geschapen door y" v o o r God. Dit is zijn diepste wezen. s aiMaar ook, dat, ongeacht zijn per- °°hlijke houding tegenover God en J^sdienst, zijn natuur zijns ondanks steeds onbevredigd zal zijn, totdat de ene Waarheid gevonden is. Hierop eunt het bekende gezegde: iedere epsenziel is van nature christen. 2-odra dan ook een overtuigd Chris- eri het woord „levenskunst" in de 'ri°nd neemt, ziet hij onmiddellijk één Pote, rechte lijn voor zich, die het ,eVeP met zijn doel direct en onver- rekbaar verbindt. Zoals het leven ?aar één einddoel heeft, zo is er voor christen ook maar één levenskunst, vle h l., welke hem het' zekerst en het 6lligst zijn doel doet bereiken. Het 3 °°ie hierbij is, dat het zoeken naar kunst ons totaal geen hoofdbre- fjjhs behoeft te kosten, geen moeizaam j. °soferen noch experimenteren. Gods heeft ze ons kant en klaar ge- 0 honken in Zijn tien geboden en de ^Hlprezen bergrede. Of, wilt ge het j; S korter: in Zijn gebod: „Weest hei- ky' De grootste en volmaakte levens- jj.hstenaars zijn dan ook de heiligen, heeft Hij het echter niet gelaten. Zij n ''jn Kerk en genademiddelen schenkt °hs een voortdurende leiding en tj Voor het met succes beoefenen van kunst. Het is alleen zo jammer, i6v he meesten onder ons hun grote srijkdom nauwelijks beseffen. veti: levenskunst kan alléén dan echt en waardevol, als zij het hele omvat, tot in zijn geringste uitin- hat V h dan nog 'alleen op voorwaarde, cp gp?ar detail-voorschriften uitsluitend eel geïnspireerd zijn door het voor hoej fieldende, gemeenschappelijke eind- H6' Alléén het Christendom vervult ■v. jC°ndities volkomen. Wellevendheid 6h onder alle omstandigheden goed Seba, hen, maar slechts wanneer ze Vah ri6rh is °P het goddelijke gebod h'tzcm? naastenliefde zal ze nooit een Hgjhering kennen, ha jn -Epistel van de tweede Zondag 'Cefy lekoningen is in dit opzicht uiterst Huifn?' St. Paulus stapelt daarin rt?tt overlopende rijkdom van zijn Pie den reeks raadgevingen op elkaar, v®hsk Domeinen de ware christelijke k'at jjT-Onst moeten bijbrengen. Maar' de ee-ste jaren van het Chris- voor de inwoners van Rome y®h 'kt-S yoor ons nog precies evenzeer °r riff0 - Moge Gods genade ons hart hit mzicht wijd openstellen. Verschenen is een wetsontwerp „Voor schriften inzake leesbibliotheken".. Aan de Memorie van Toelichting hierop is het volgende ontleend: Meer en meer doet zich de behoefte gevoelen bij de wet enige voorschrif ten te geven inzake uit winstbejag ge- exploiteerde leesbibliotheken, met na me ter bestrijding van de pornografie en ter bescherming van de jeugd tegen hare zedelijke gezondheid bedreigende lectuur. Het inzicht, dat de overheid de exploitatie van leesbibliotheken als hier bedoeld niet geheel ongemoeid kan laten, heeft ge meenten in verschillende provinciën er toe gebracht, te dezer zake beperkende bepalingen te stellen. De regering heeft hier bepaaldelijk op het oog de straf verordeningen, verbiedende een leesbi bliotheek te exploiteren zonder vooraf gaande schriftelijke vergunning van B. en W. Dat op het gebied van de z.g. winkelbibliotheken grote misstanden heersen, was reeds sedert jaar en dag bekend. Toen. mr. J. H. van Maarseveen zich na zijn optreden als minister van Bin nenlandse Zaken van deze materie re kenschap gaf en zich de vraag stelde, over welke bevoegdheden de gemeen tebesturen te dezer zake dienen te be schikken, kwam hij na rijp beraad tot de conclusie, dat de gemeenten, die daarop prijs stellen, in de gelegenheid moeten zijn ook in de toekomst een vergunningstelsel in het leven te roe pen, hetwelk de mogelijk opent, bepaal delijk hen, die in zedelijk opzicht slecht bekend staan, als exploitant van éen leesbibliotheek te weren. B. en W. moe ten voorts in de gelegenheid zijn aan de vergunning verplichtingen voor de vergunninghouder te verbinden. De ministers van Binnenlandse Zaken, Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen en Justitie achten het voorts uit een oogpunt van jeugdbescherming volko men verantwoord, ja zelfs noodzakelijk, de mogelijkheid te scheppen aan alle vergunningen de verplichting te ver binden, dat aan een minderjarige géén boeken worden ter hand gesteld, welka naar het oordeel van B. en W. schade lijk zijn voor de zedelijke gezondheid van minderjarigen. Tenslotte ligt het naar het oordeel van de ministers op de weg van het Rijk om door instelling van een commissie, waarin verschillende geestelijke stro mingen zijn vertegenwoordigd en waar in ook aan het regionale en gemeentelij ke element de nodige stem zal worden verleend, de mogelijkheid te openen de gemeentebesturen en andere autoritei ten, aan wie ter zake enige bemoeienis toekomt, van voorlichting te dienen bij de toepassing van deze wet. De ministers denken hierbij bepaaldelijk ook aan het oordeel omtrent de vraag, welke boe ken schadelijk zijn voor de zedelijke ge zondheid van minderjarigen. De ministers vertrouwen op deze wij ze een bijdrage te leveren tot waak zaamheid tegen het kwaad der onge zonde lectuur in leesbibliotheken. 21. Het flitste door Eric's hoofd, dat hij overgeleverd was aan de gladiator Slechts snel handelen kon hem nog van een wisse dood redden. Met een triom fantelijk gezicht stootte de gladiator toe, doch bliksemsnel liet Eric zich voorover vallen en op korte afstand scheerde het zwaard over zijn hoofd....! Eric's tegen stander verioor door deze misslag het evenwicht en wankelde naar voren. Shèl en met grote tegenwoordigheid van geest handelde Eric, hij besefte dat nu zijn enige kans, om deze tegenstander te overwinnen, gekomen was. Handig lichtte Eric de giadiator een been en de man viel, onder het slaken van een angstige gil, ruggelings in het zand Onmiddellijk poogde de gladiator op te krabbelen, maar Eric was weer sneller. Hij greep het zwaard, dat zijn tegenstander ontvallen wasen maakte een einde aan het gevecht. Na deze voor hem gunstig besliste tweekamp keek Eric rond. Tot zijn ontzetting bemerkte hij, dat alle slaven hun strijd reeds verloren hadden. Wat hem echter het meest verontrustte was, dat nu een aantal gladiatoren, ziende dat één van hen tegen de Noorman het onderspit had moeten delven, onheilspellend naderbij kwam om hun gevallen makker te wreken De verhoren naar de oorzaken voor de ramp van de „Nijmegen" vonden gistermiddag een nieuw hoogtepunt toen Van Weegen, officier bij de Air Traffic Control op het vliegveld Prest- wick, verklaarde, dat gezagvoerder Par mentier een nogal vreemdsoortige lan ding uitvoerde op het ogenblik, dat hij „binnengepraat" werd op baan 32. Van Weegen zeide, dat hij op ongeveer zes mijl afstand van het vliegveld dè piloot opdracht gaf hoogte te verliezen, met een val van 500 voet per minuut. Toen Parmentier op Prestwick aan kwam dreef hij naar links af; getuige corrigeerde direct deze fout. Aanvanke lijk bevond het toestel zich boven de glijbaan (glide path, waarop de piloot door het ontvangen van een bepaalde toonhoogte weet dat hij de goede koers vliegt) en daarna beneden de glijbaan. Herhaaldelijk gaf getuige hem instruc ties zijn dalingshoek te wijzigen. Op een gegeven ogenblik had het vliegtuig een afwijking van vijftien graden. Van Weegen verklaarde verder, dat hij er toen niet meer zeker van geweest was, dat de gezagvoerder van de Con stellation zijn instructies ontving en vroeg aan Parmentier om zijn bood schappen te bevestigen. De piloot be vestigde toen de gegeven instructies en zei, dat hij baan 32 overschoten was en landen zou op baan 26 op zicht. Daarop verzocht Van Weegen de piloot van de PH-TEN zich in verbinding te willen stellen met de controletoren om van hieruit instructies te ontvangen voor zijn landing. Direct daarna zag ik, al dus Van Weegen, het toestel recht op de glide path afkomen en kreeg ik de indruk, dat de piloot het toestel aan de grond ging zetten. Ik volgde het toestel De conferentie te Brussel van de mi nisters van defensie der vijf landen van de West-Europese Unie, die, naar men verwachtte, twee dagen zou duren, heeft haar werk in vijf uur beëindigd. Behal ve de delegaties der vijf landen woon den waarnemers van Amerika en Ca nada de vergadering bij. Ramadier, de Franse minister van de fensie, zeide bij het verlaten der confe rentie onder meer: „De gehele militaire organisatie is nu geregeld. Het zal ech ter nog enige maanden duren voordat men zich een algemeen beeld zal kunnen vormen". In Maart of April zouden de ministers wederom te Den Haag bijeen komen. Hij zeide, dat het vraagstuk van de standaardisatie behandeld was. Op de vraag of de kwestie der centra voor de wapenproductie ter sprake was geko men, antwoordde de minister: „Dit sta dium is nog niet bereikt". Het Atlanti sche Pact was niet ter sprake gekomen. Volgens een officieel communiqué, dat Vrijdagavond is uitgegeven, hebben de ministers besprekingen gevoerd over „practische stappen tot het bereiken van een gezamenlijke inspanning voor de ver dediging en de veiligheid van West-Eu ropa". Het communiqué zegt dan letterlijk: „De ministers van defensie gingen het werk na, dat gedaan is door de defensie organisatie van de mogendheden van het Verdrag van Brussel sedert hun laatste bijeenkomst in Parijs op 27 en 28 Sep tember. In het bijzonder schonken ztj aandacht aan de practische stappen die genomen waren tot het bereiken van een gemeenschappelijke inspanning voor de defensieve veiligheid van West-Euro pa betreffende zowel de strijdkrachten als de uitrusting. Zij namen zekere aan bevelingen aan te dien aanzien aan hen gedaan door de commissie van de chef van staf (Montgomery) en door de raad voor militaire bevoorrading. De raad voor militaire bevoorrading werd door de ministers van defensie in het leven geroepen tijdens hun laatste bijeenkomst in Parijs. Hij behandelt de kwesties van de productie en voorziening van voor raden en uitrusting om tegemoet te ko men aan de behoeften van de strijd krachten. De raad is samengesteld uit een hooggeplaatste vertegenwoordiger van elk van de vijf mogendheden en. wordt bijgestaan door een permanente bevoorradingscommissie, die thans in Londen is opgericht". Het communiqué gaat dan verder: „De ministers van defensie kwamen tot over eenstemming over de soort van organi satie vereist in elk van de vijf landen voor het op de been brengen en de trai ning van de nationale strijdkrachten". „De ministers namen kennis van de voortgang tot dusver gemaakt door de financiële en economische commissie, op gericht door de ministers van Buiten landse Zaken op hun bijeenkomst in Pa rijs op 25 en 26 October, ter bestude ring van oplossingen van de financiële en economische vraagstukken, gerezen met betrekking tot de organisatie van de verdediging van West-Europa". In eeri door de radio omgeroepen proclamatie heeft Mao Tse Tung, de Chinese communistische leider heton voorwaardelijk aftreden van de Kwo Min Tang-regëring geëist als voorlopige voorwaarde tot elke vredesonderhande ling. De communistische strijdkrachten, die Tientsin in Noord-China belegeren, on derwierpen de stad gisteren aan een genadeloos en niet in hevigheid afnemend artilleriebombardement. Gordon Hall, zetel van het stadsbestuur, werd door granaten verwoest en vele personen ge- op het radarscherm, totdat dé intersec tie te dik werd. Daarna vloog het toe stel preoies over de GCA-installatie en verzocht de piloot de lichten op baan 26 aan te draaien, Van Weegen deelde mede, dat hij daarna naar buiten ging om het toestel te kunnen zien, doch enkele ogenblik ken later werd hij binnengeroepen on de mededeling, dat de piloot geezgd had „verloren" te zijn en hij wilde weten waar hij zich bevond. Getuige riep daarop de Constallation op op 'n andere golflengte dan die gebruikt werd door de controletoren, doch kreeg geen ant woord. Daarna trachtte hij zonder suc ces het toestel op het radarscherm te vinden. Over de windsnelheid verklaarde Van Weegen nog, dat op het ogenblik van de landing de windsnelheid 15 mijl per uur was opgegeven. Hij zeide dat bij een grotere snelheid van de wind de ca bine, waarin hij zich bevond schudden zou, hetgeen niet gebeurde die avond. Voor het begin van de zitting legde de vertegenwoordiger van de Kroon. Leslie, een verklaring af. waarin hij o.m. zeide. dat dit proces niet van par tijdige aard is. Het is een officiéél on derzoek inzake de omstandigheden van het ongeval. In zoverre aantijgin gen, die thans op grote schaal open; baar zijn geworden, aantijgingen tegen hem zouden kunnen inhouden, houden deze geen verband met de uitoefening van zijn beroep als advocaat. Cameron, die voor de K.L.M. op treedt. repliceerde: „Er zijn geen be schuldigingen geuit tegen Leslie, maar wel heb ik alle reden om protest aan te tekenen tegen verzuimen om bepaal de documenten ter tafel te brengen die van vitaal belang kunnen zijn voor een openbaar onderzoek. Het zal daar om niemand verbazen, dat ik graag alle betrokken documenten wil zien." De Israëlische en Egyptische afge vaardigden, die op het eiland Rhodos wapenstilstands-besprekingen voeren, hebben Vrijdagavond over en weer de verzekering gegeven, dat geen militaire offensieven meer ondernomen zullen worden en dat de partijen elkanders grondgebied zullen respecteren. Men kwam tot deze afspraak, vervat in het eerste punt van de agenda der besprekingen, na een discussie van niet langer dan een kwartier. De overeenkomst zal worden opgeno men in de preambule van de wapen- stilstands-overeenkomst, waarover thans onderhandeld wordt. De Israëlische en Egyptische afgevaar digden zijn het verder eens geworden over de volgende agenda voor de wa penstilstands-besprekingen: Waarborgen t.a.v. militaire offensie ven en nationale veiligheid, uitvoering van de resoluties van de Veiligheidsraad van 4 en 16 November, die aandringen op een bestand en een wapenstilstand, het ontwerpen van een wapenstilstands overeenkomst en parafering van deze overeenkomst. Dr. Bunche, de bemiddelaar der V. N. in Palestina, is formeel gekozen tot voor zitter voor allo vergaderingen van de conferentie. dood of gewond. Een Italiaanse club, die als hospitaal wordt gebruikt, kreeg twee voltreffers. Het aantal doden en gewonden is niet bekend. Het Franse consulaat werd in een kelder onderge bracht. Vele bekende gebouwen en ka rakteristieke punten werden getroffen. Volgens een Reuterbericht uit Sjanghai ontplofte een granaat in een munitieop slagplaats in de buurt van het Ameri kaanse consulaat te Tientsin, waardoor alle ruiten van het consulaat warden verbrijzeld en de lichtinstallatie buiten bedrijf werd gesteld. De telefoondienst van Tientsin functionneerde niet meer. Een granaat sloeg vlak bij het Britse consulaat in. In restaurant Beekman te 's-Hertogen- bosch is 'gisteravond het congres be gonnen van de A.R.K.A., de Algemene R.K. Ambtenarenvereniging. Ongeveer driehonderd afgevaardigden van alle afdelingen uit het land nemen aan dit congres, dat hedenmorgen om 9 uur werd voortgezet, deel. In zijn openings- en welkomstwoord gewaagde de voor zitter, de heer B. J. van Elk o.a. van de moeilijkheden, waarmede de ambtena ren te kampen hebben. Hij waarschuw de tegen een stakingsmentaliteit. Naar aanleiding van de arrestatie van Kardinaal Mindszenty stelde hij de ver- gadeirng voor openlijk stelling te ne men tegen deze aanslag. In een protestmotie, die aan de Hongaarse gezant te Den Haag zal worden overhandigd, protesteert de A.R.K.A. tegen deze anti-godsdien stige politiek, dringt zij aan op in vrijheidstelling van de kardinaal ep doet zij een beroep op de edelmoe digheid van het Hongaarse volk. Telegrammen van hulde en trouw zullen gezonden worden aan H.M. de Koningin, aan Z. Em. Kardinaal de Jong. aan de commissaris van de Koningin in Noord-Brabant en aan de bisschoppen van Haarlem en 's-Hertogenbosch. Bij de behandeling van het bestuurs beleid hadden de vele afgevaardigden zowel waardering voor als grieven te gen dit beleid. Een der voornaamste grieven werd o.a. geuit door de afdeling Utrecht, wier woordvoerder vaststelde, dat de motie, aangenomen op het Kur- hauscongres, om te verkrijgen dat de 2 pet. gratificatie ongelimiteerd zou wor den uitgekeerd, niet werd uitgevoerd, ondanks de steun, die reeds bij voorbaat door de K.V.P. was toegezegd. Gisteren is te Hilversum de laatste zitting gehouden van de conferentie van vertegenwoordigers van de omroep-or- ganisaties in België, Engeland, Frank rijk, Luxemburg en Nederland. De con ferentie besloot tot voortzetting van het zogenaamde „West-Europese commen taar" en tot het organiseren van een nieuw programma-nummer onder de naam „Open Microfoon-Debat". Voorts werd besloten een programma in te stellen, waarbij alle deelnemers gelijk tijdig eenzelfde muzikale uitvoering zullen uitzenden. Alle deelnemende or ganisaties zullen hiervoor een bijdrage leveren. Dé BBC heeft zich bereid verklaard, om in September een uitzending te or ganiseren volgens het patroon van com munity singing, zoals dat reeds meer malen is uitgevoerd door de Nederlandse radio. Naar wij vernemen, zou het Rijk over wegen om het vèrblijfs- en bewarings- kamp Vught, dat per 1 Maart opgeheven zal worden, te bestemmen voor de mi litairen. De lampenist kwam onze trein binnen en goochelde met een vlam metje tegen het donkere plafond. Het gaslicht floepte aan en toverde met het macabre schijnsel de coupé om in een bevolkte doodkist. Alle passa giers hadden een vaalbleke tint. Het goed gesneden costuum in de hoek omhulde een massieve hotelhouder. Hij was in druk gesprek met een goedlachse vriend, wiens mond per manent met een sigaret verlengd was. „Je weet, wat voor een pechvogel ik altijd ben, speciaal op reis." Het Hotel keek gemaakt somber naar buiten, waar Wolfheze drie pin kende lichtjes liet zien. „Zie je, daar heb je het al!" Hotel boog zich voorover naar zijn schoenen en constateerde: „Mijn schoenveter geknapt. Ge lukkig heb ik een reserve bij mij." Hij pakte een varkensleren acte- tas uit het net en verdween op het toilet. Met een gelukkig gezicht keer de hij terug. „Dat is weer verhol pen." Het gesprek kabbelde weer rustig verder, tot opeens vriend sigaret naar zijn hals greep. „Hemeltje, mijn boordeknoopje bezwijkt." Met de actetas verdween ook hij in het toilet. „Jullie zijn wel pechvogels," mees muilde de stucadoor in de hoek. „Zeg dat wel. Goeie genade, mijn sokophouder gaat los." Hotel greep de actetas en verdween. In het volgende kwartier sneuvel den bij de twee vrienden nog een bretelknoop, een butterfly, een man chetknoop, een hak van een schoen en werden zij beiden nog een keer misselijk. Voor alle kwalen bleek die actetas plus een kort verblijf achter het deurtje voldoende om de diverse euvels te verhelpen. „En u ziet, mevrouw, toch blijven wij ondanks al deze rampen goed gehumeurd," zei Hotel tot de enigste dame, die niet begrijpend de tonelen gevolgd had. Stucadoor bekeek het anders, loosde een zucht, die eindigde met: „Hoe bestaat het." Het tweetal trachtte meerstemmig het paardenhoofdstel aan de muur te hangen, terwijl de trein langs het Driebergense perron tot stilstand kwam. „Koffiiieee!" galmde de beroemde koffiebrigade, die de beste koffie van Nederland langs de trein verkoopt. „Ja, hier, twee stuks," bestelde Ho tel, „hoeveel is dat?" „Veertig cent, meneer." „En hier een extra fooi." Hotel greep iets bruins uit de actetas. „Je krijgt twee dubbeltjes statiegeld voor die lege kruik terug." Te beginnen met a.s. Dinsdag 18 Januari, feest van St. Petrus Stoel te Rome, tot 25 Januari, feest van St. Paulus' Bekering, zal over de gehele wereld, gelijk ieder jaar, de internatio nale bidweek worden gehouden om van God de eenheid in het geloof te verkrij gen voor alle volkeren der wereld. Dit verlangen naar de eenheid, waar om Christus in Zijn Hogenriesterlijk ge bed aan de Vader vroeg, is ook sterk levend onder de van de Moederkerk gescheiden Christenen en het Internatio naal Congres der niet-katholieke kerken, dat enkele maanden geleden te Amster dam bijeenkwam e"n waarbij de Wereld raad der Kerken officieel werd gecon stitueerd. is daarvan een sprekende getuigenis. De Una Sancta. de ene. heilige, katho lieke en apostolische Kerk verheugt zich mede over dit verlangen naar de door Christus gebilde eenheid. Want zou niet deze verdeelde wereld, die zucht naar vrede, deze zo verlangde rust der orde niet sneller terugvinden, wanneer zij niet langer de aanblik bood van een ver scheurde 'Christenheid Om deze eenheid van allen in het Mystieke Lichaam van Christus zullen de katholieken en met hen ook vele niet-katholieke Christenen bidden in de komende internationale bidweek. De ge dachte voor deze bidweek is uitgegaan van een Anglicaans geestelijke Paul J. Wattson. die daartoe in 1908 het initiatief nam. Reeds in 1909 verleende Paus Pius X Z.G. aan deze gebedsactie zijn goed keuring. Paul J. Wattson was zelf een der eersten, die de vruchten der bidweek heeft geplukt. Want reeds in 1909 vond hij deze eenheid door zijn terugkeer naar de Moederkerk. In 1916 midden onder de eerste wereldoorlog keurde Paus Bene- dictus XV opnieuw de bidweek plechtig goed. In 1920 nam het Wereldcongres van Protestantse en Oosterse Kerkge nootschappen het idee van de bidweek over. Sinds 1916 werd de bidweek in de Katholieke Kerk steeds meer beleefd. De Nederlandse katholieken zullen daarbij niet achterblijven en deze week God bidden om de eenheid van heel het men selijk geslacht, gedachtig deze woorden van Z.H. de Paus op 9 April 1944: „In onze tijd. waarin onenigheid en tegen stellingen. door de oorlog opgeroepen, de geesten over de gehele wereld in strijd hebben gewikkeld, moet men alle mensen, bezield met een christelijke liefde, ertoe brengen al hun krachten in te spannen voor de eenheid in Christus en door Christus." 000 Druk de infectie grondig de kop in Neem één of twee "AKKERTJES",kruiponderde wol en in korte tijd bent U weeropgeknaptf helpen direct De premier van India, Pandit Nehroe, heeft tegenover de Indische journalis tenvereniging te Calcutta verklaard, dat het doel van <de conferentie inzake Indo nesië te New Delhi was dat het verster ken van de V.N. Verwijzend naar de situatie in In donesië, zeide Nehroe, dat, hetgeen in dat land geschiedde, betekenis had voor de volken in Azië en zelfs voor de wereld. Kwesties van vitaal belang zijn gerezen, waarvan het antwoord zeer wel bepalend zou kunnen zijn voor de wereldvrede en voor het ver mijden van een ontzettend conflict. Het ministerie van Buitenlandse Za ken van India heeft bekend gemaakt, dat Ethiopië de uitnodiging om de Azia tische conferentie bij te wonen, heeft aangenomen. Van de negentien landen tot wie de uitnodiging is gericht, heeft alleen Nepai nog niet geantwoord. De Siamese democratische partij, de grootste politieke partij in Siam, waar van de vroegere premier Luang Kovid Avhaiwongse de leider is, heeft een re solutie aangenomen. Hierin wordt het besluit van de regering om de uitnodi ging van India tot bijwoning van de Aziatische conferentie inzake Indonesië niet te aanvaarden, veroordeeld. De partij dringt er bij de regering op aan om tenminste een waarnemer naar de conferentie te zenden. Vertaling van Pauline Felfinga 32 Hij begreep me niet. Ik legde hem uit, dat verscheidene van de heren in April Harbor hun werk hadden in Phi ladelphia of New York en iedere zo mer een vliegtuig charterden. Het pikte hen Zaterdagmiddag of Vrijdagavond op en zette hen af op het landingsveld dat tegelijk het eerste „hole" was van het golfterrein, en nam hen Zondags te middernacht weer mee. „Ik heb begrepen dat Andy aan boord wou gaan voor New York, toen Parran's mannen hem tegenhielden," zei ik. „Zeg niet dat u er niets van wist." „Ik weet dat ze het oog op hem hou den. Ik had niet gedacht, dat hij naar de stad zou willen gaan." „Ik denk dat Andy's chef niet veel belang stelt in zijn familie-omstandig heden," zei ik. Kolonel Primrose ging naar de deur. Ik geloof dat wat ik daarjuist gezegd had, hem meer bezighield dan hij wilde laten blijken. Hij schrok op toen de te lefoon weer ging. Eén keer lang, drie keer kort. We keken elkaar aan, ons allebei afvragend of er iemand zou zijn of niet. „Als u die klok weer hoort en er komt iemand," zei hij, „wilt u dan zeggen, dat ik vertrokken ben met het nachtvlieg tuig?" Ik keek hem niet-begrijpend aan. De telefoon belde weer. „Niet vragen, doèn," zei kolonel Prim rose beleefd. „Pardon," zei ik. Ik ging naar ae hall. Als ik geweten had, dat hij naar mijn kamer was gebeend en meeluis terde, zou ik nogal boos zijn geweest. Maar ik wist het niet. Ik besefte nog niet ten volle, wat het zeggen wilde, een detective in je huis te hebben. Ik luisterde. Het was Jim Gould. „Grace," zei hij snel. „Luister!" Ik luisterde naar het tikke tik, tik- ke-tak; ik hoorde het op de achtergrond. Nu kwam Jim's dringende stem er weer doorheen. „Zeg aan Rosemary, dat ze de tijd ge steld hebben op één uur, niet twaalf uur." Ik had kunnen huilen. „Ze wèet het al, Jim. En ze heeft ko lonel Primrose verteld, dat ze toen bij jou was." Er was een lange stilte, waarin ik niets hoorde dan het tikken van die el lendige klok. Toen kreunde Jim. „O, mijn hemel," zei hij. Ik wist toen, voor het eerst sinds het vreselijke gebeurd was, dat Jim werkelijk iets voelde be halve ontzetting, woede en vernedering. „En luister nog eens goed, Jim. Ko lonel Primrose zei dat ik moest zeggen dat hij weg was gegaan met 't nacht vliegtuig." Er was weer een pauze. De klok tikte haar eigenaardig rhythme. „Ja?" zei Jim. „Dag tot ziens." We haakten af. Ik bleef even staan, opeens bedenkend, of kolonel Primrose dat misschien allemaal verzonnen had van die geheimzinnige opbeller. Het drong toen tot me door, dat ik sergeant Buck niet gezien had sinds ik terug was van de Bishops. Ik keek in de keuken, overwegend dat Lilac en Julius terug moesten zijn uit de kerk, maar ze wa ren er niet. De buitendeur was dicht en waarschijnlijk op slot. Toch ging ik er naar toe en probeerde ze. Ik had een vaag, onrustig gevoel dat maar niet wilde wijken. Ik ging weer naar de huiskamer. Ko lonel Primrose was er niet en hij had de bewijsstukken van de Officier opge ruimd.' ïk bedadht toen, dat hij me de blaadjes blauw fluweel en het tweede stuk papier, dat opgerold was als een pijpaansteker, niet had laten zien. Ik geloof niet, dat het eigenlijk ver schil gemaakt zou hebben als ik ervan geweten had, maar dikwijls heb ik toch gedacht van wel. Het zou zeker geen verschil gemaakt hebben in wat er die nacht gebeurde, zoals later bleek. Sheila, mijn Ierse setter, lag op de koele stenen voor de haard, waar ze de hele avond had geslapen. Ze kwam overeind, terwijl ik midden in de ka mer stond te aarzelen. Ik wist niet of ik het licht zou uitdoen en naar boven gaan of niet daar ik, zoals ik zei, wei nig notitie had van de huiselijke ge gewoonten van detectives. Het was warm en ik had zo tamelijk genoeg van de hele zaak. Sheila likte mijn hand en ging naar de deur, omkijkend, me nodend met haar naar buiten te gaan. Ik ging naar de veranda. De sterren stonden aan de hemel, het was volkomen stil. Ik vergat kolonel Primrose's herhaalde waarschu wingen -r~ althans, ik dacht er niet aan toen ik de verandadeur opendeed en 't stenen pad afging naar het groepje wit te tuinstoelen, die als spookschildwach- ten op het grasveld onder de grote sy camore stonden. Sheila snuffelde en gromde. Ik voel de haar lang, rossig lichaam plotseling verstrakken. Ik greep naar halsband beet. Ze bromde weer. Toen hoorde ik iemand heel zacht bewegen op het gras. Ik kon niet zeggen waar het geluid vandaan kwam, maar Sheila keek langs de boom naar de tuin van de Bishops, niet naar hun huis. En toen, zo zeker en diep als een ge tuigenis van de zinnen maar te voelen is, wist ik, dat het Paul Dikranov was, ergens in het rijtje struiken dat mijn tuin van de hunne scheidt. De flauwe, onmiskenbare geur van Turkse tabak dreef zacht door de warme lucht. Een ogenblik overwoog ik, te roepen, maar Sheila's diep gegrom leek waar schuwing genoeg; waarschijnlijk was hij niet alleen. Ik keerde langzaam terug naar huis en toen bleef ik plotseling staan, als versteend. Ergens achter me, klonk een scherp gekraak, dat de stilte spleet, en tegelijk suisde een hete luchtstroom langs mijn oor. Een plotseling instinct, of misschien kwam het door de Wild-West verhalen, die ik mijn kinderen voorgelezen had. deed me eerst bukken en toen languit neervallen op het gras. Of misschien was het enkel de schrik. In ieder geval, ik deed het en ik was er blij om. om dat er een tweede krak volgde en er nog een kogel door de lucht gierde, zo wat waar mijn schouderbladen hadden moeten zijn. Sheila, die niets van schie ten moet hebben, vloog naar het huis, jankend. Het ging allemaal bliksemsnel en een seconde later hoorde ik zware voeten over het gras rennen en zag ik sergeant Buck met verbazende vaart aankomen. Hij gaf me één blik, terwijl ik nog op het gras lag onder de sterren. Eerst daoht ik dat hij zei: „Goddank dat u niet gewond bent," maar dat was niet zo; hij zei „Goddank dat het de kolonel niet is" en rende weg in de richting van de schoten. Ik ging overeind zitten, haalde onder zoekend adem zoals George deed toen hij bijna verdronken was stond vlug op en rende naar de deur. Ik geloof niet dat ik ooit in mijn le ven zo onzinnig bang ben geweest. Ik wachtte niet tot Buck terug keerde of tot kolonel Primrose te voorschijn kwam; en ik vloog naar boven en deed mijn deur op slot. Ik zou erg graag on der 't bed gekropen zijn bij Sheila. Ik deed 't licht uit en lag daar trillend te bedenken waarom Paul Dikranov mij had willen doodsohieten, juist mij, van alle mensen onder de zon. (Wordt vervolgdJ (Vervolg van pagina 1) Romantiek in de Beweging! O. het zou er nog zo volop kunnen zijn. Of is het geen echte romantiek, niet vervalst door sentimentaliteit van een of ander bioscoopverhaaltje, te vech ten voor het herstel van het gezonde gezinsleven. Hebben we niet te vech ten tegen de concurrentie van de straat, de bios en de danstent. Hebben we, staande midden in de samenwer king met allerlei neutrale instanties, niet te waken tegen een hopeloze neu tralisering van het gehele leven? In de afdelingen, waar men zich dat bewust is geworden, is het actieve leven opnieuw opengebloeid en stromen de le den met hun vrouwen en kinderen naar de ontwikkelings- en ontspannings avonden. De K.A.B.-leden zijn het normaal gaan vinden, naast hun gulden per week contributie nog allerlei contributies te betalen voor verenigingen die in feite bezig zijn diezelfde K.A.B. uit te hol len. Denk maar eens aan de buurt- en personeelsvereniging, ja zelfs aan spe ciale Katholieke verenigingen, die zijn opgericht om op een of andere wijze een doel na Je streven dat geheel overeen stemt met dat der K.A.B. En als je daar dan met collega's of afdelingsbestuurders over praat krijg je regelmatig te horen: we hebben als K.A.B. niet voldoende geld om datzelf de te doen. Welnu, dan zeg ik: dan is er iets fout in de K.A.B. De K.A.B. is méér, is anders dan alle andere arbei derscentrales in ons land. Welnu, dan heeft zij er ook recht op van haar leden meer geldelijke offers te vragen dan die andere centrales. Als de leden het geld. dat ze nu over hebben voor personeels verenigingen en clubs, die in feite een slechts ogenschijnlijk gelijk doel als de K.A.B. nastreven, bijdroegen voor b.v. het Meer Vreugde-werk der K.A.B. dan waren we er zó weer boven op. Ook sociale en culturele activiteit is vaak een centenkwestie. Maar nu in een heel andere zin dan ik straks bedoelde. Laat men rustig op de K.A.B. steunen als materieel hulpinstituut, maar laat men daarnaast begrijpen dat het willen bereiken van meer doelstellingen het beschikbaar zijn van meer geld een voudig noodzakelijk maakt." De mededeling van* minister Spitzen in de Memorie van Antwoord voor de begroting van Verkeer en Waterstaat, dat de zetel van de „Stoomvaartmij. Zee land" in Vlissingen zal blijven gevestigd, maar dat de afvaarten van Hoek van Holland zullen blijven geschieden, heeft bij vele Zeeuwen verontwaardiging ge wekt. Tengevolge van de oorlog verliet de „Zeeland" Vlissingen. Minister Vos beloofde echter terugkeer, in ieder op zicht. Ook wordt critiek op minister Spitzen uitgeoefend in verband met zijn opmerking dat een binnenhaven voor het zwaar getroffen Breskëns niet ver antwoord zou zijn. Van minister Ringers ontving het gemeentebestuur in Septem ber 1946 een brief waarin werd mede gedeeld, dat de regering in beginsel tot aanleg van een binnenhaven had beslo ten en dat aan Rijkswaterstaat opdracht was gegeven plannen te ontwerpen. Dit laatste is inderdaad geschied. Toen een plan was uitgekozen zijn gegadigden op geroepen voor vestiging van industrie op de nieuwe haventerreinen. D eburge- meester van Breskens, de heer J. A. Eekhout, zei, dat het opgeven van de binnenhavenplannen een ramp zou zijn, die, het verlies van mensenlevens bui ten beschouwing gelaten, erger zou ziin dan het noodlottig bombardement van 11 September 1944.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1949 | | pagina 3