Vliegend door de mist naar
Schiphol
EEN GROOT BEVERWIJKER
UIT DE ACHTTIENDE EEUW
BIJNA VIJF MILUOEN BRIEVEN PER DAG
HAARLEMSE BEGROTING 1949 GOEDGEKEURD
POGING TOT DOODSLAG BERECHT
Zware straf voor moeder en zoon
wegens meineed
AggeRoskam Kool
Men kan geen hand uitsteken of P. T. T.
is er bij betrokken
II
MC
Waarom H.O.V. niet wordt opgeheven
SS
Fluittonen, wijzers en lampjes loodsen de
vliegtuigen binnen
Azijnmaker, geleerde, taalkundige
en uitvinder
Uw TROUW AUTO's
Transorma een knappe
sorteermachine
i
VRIJDAG 18 MAART 1949
PAGINA 3
Spook der werkloosheid
Handel en Nijverheid
ü/f
*.m m m
lW-
Het wachtbaken
Veilige gidsen
Zonder zicht geland
Strijder voor boeren
en zee-varenden
Vernuftige machine
Duinstreek had zijn
liefde
Een vrijzinnig man
De Beverwijkse walvis
vaart
WILLEM U-HERDENKING
TE TILBURG
Kleine service-werkzaam
heden niet meer in rekening
Donderdagmiddag; werd de laatste moot van de Haarlemse gemeentebegroting
aangesneden. In het begin der zitting gaf wethouder Geluk antwoord op de
gestelde vragen en gemaakte opmerkingen over de voorgestelde reorganisatie
van de Haarlemsche Orkestvereeniging. Bij de heer Schippers (K.V.P.) had
hij, ofschoon het niet was uitgesproken, een zekere ongerustheid kunnen
constateren ten aanzien van de kwestie of het wel verantwoord is, dat de
gemeente nog steeds subsidie aan de H.O.V. geeft.
Reeds is, aldus de wethouder, in de
commissie voor muziek de gedachte ge
uit, of het niet beter zou zijn, dat de
gemeentelijke bedragen op een andere
Udjze worden besteed om het muzikale
leven in Haarlem te dienen. Maar men
Js tot de conclusie gekomen, dat ophef-
hng van de H.O.V. grote bezwaren met
tich zal brengen. Zullen andere orkesten
laar onze stad komen om concerten te
geven, dan zal men afhankelijk zijn van
"Un welwillendheid en overgeleverd
fiijn aan hun willekeur. Wat de H.O.V.
doet aan begeleidingen, zou door een
grcter orkest niet gedaan kunnen wor
sen in verband met de stijging van kos-
'cn, welke verenigingen en zangkoren
biet kunnen betalen, zodat het muziek
leven zou teruglopen. Bekeken is, zo
sprak wethouder Geluk, de mogelijk
heid om met een andere gemeente samen
de H. O. V. te exploiteren. Met
utrecht, de eerste plaats waaraan ge-
op eht werd, kan geen bevredigende over
eenkomst getroffen worden en Leiden
heeft geen behoefte, daar Residentie- en
Rotterdams Philharmonisch Orkest re
gelmatig in deze stad concerteren. De
R.O.V. zal haar werkzaamheid hoofd
zakelijk in Noord-Holland moeten vin
oen, aldus spr.
De wethouder was de mening toe
gedaan, dat, wanneer er één goede
dirigent voor het orkest zal staan, het
artistieke peil inderdaad verhoogd zal
kunnen worden. De grootste moei
lijkheid vormde tot nu* toe, dat de
twee dirigenten het orkest steeds ver
schillend leidden. Deze afwisseling
elke maand heeft de H.O.V. geen goed
gedaan. Het vraagstuk is thans: kun
nen we een goede dirigent krijgen?
De wethouder vond, dat de H.O.V. een
prachtige mogelijkheid voor jonge
begaafde dirigenten biedt.
Reorganisatie is noodzakelijk en ver-
fintwoord, al zijn er ietwat pijnlijke per
soonlijke kanten aan de zaak. Evenals
het lid Schippers wil het college, aldus
de wethouder, een en ander als een voor
lopige maatregel beschouwen, die een
brug vormt naar een geheel nieuwe
i'orm. Er zal bij de burgerij meer be
langstelling moeten worden aange
kweekt. Spr. zeide, dat de achterstand in
Öe uitbetaling van de salarissen f 8.000.
bedroeg. De H.O.V. heeft een tekort van
1 2700.doch gezorgd zal woi-den, dat
he orkestleden niet de dupe worden. De
iotale post der salarissen is f 173.000.
groot; f 86.650.— daarvan betaalt het
Rijk. De sociale lasten bedragen ruim
f 19.000.Wethouder Geluk stelde de
baad voor om de op de begroting ge
kaamde som te wijzigen en maximaal
80.000.uit te trekken.
Het lid Schippers zou graag het aan
tal geregelde bezoekers van de H.O.V.-
concerten willen weten. Verder ver
klaarde hij ten opzichte van de keuze
J'an een dirigent grote waarde te hech
ten aan het orodeel van de orkestleden.
Mevr. Scheltema (V.V.D.) vond de ver
andering van het subsidiebesluit vrij in
grijpend. Haar inziens zou het gehele
subsidie eigenlijk door de Provincie die
nen te worden verstrekt, daar de
H.O.V. van belang is voor geheel Noord-
Holland, vandaar, zo voegde zij er
aan toe, zo ver zijn we nog niet. De
wethouder zegde toe, naar getallen te
zullen informeren.
Hierna werd het voorstel tot reorga
nisatie zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Aan de orde kwam het hoofdstuk
Maatschappelijke Steun en Voorzorg.
Het lid Nooy (KVP) merkte op, dat,
na enkele jaren van tekort aan werk
krachten, thans weer het spook van de
werkloosheid opdoemt. Spr. achtte het
noodzakelijk, dat een landelijk plan tot
bestrijding van werkloosheid werd be
raamd en hij noemde een aantal natio
nale en internationale factoren, die dit
grote maatschappelijke probleem ver
oorzaken.
We hebben vaklieden nodig, dat is een
levenskwestie voor ons volk, aldus spr.
Ongeschoolden worden overal uitgesto
ten. Hij beval een actieve industrialisa
tie-politiek aan en gaf het college in
overweging in contact te treden met de
gemeenten in Kennemerland, om ge
zamenlijk de bestrijding ter hand te
nemen.
De heren Blokdijk (P.v.d.A.) en Silvis
(A.R.) bespraken de armenzorg en de
steunregeling, waarbij ze nog enkele
wensen naar voren brachten. Ook ver
gaten zij niet een woord van lof te uiten
aan het adres van B. en W. en het hoofd
van de dienst Sociale Zaken. Het lid
Van der Veldt (K.V.P.) stipte bij deze
bespreking aan, dat men in de gevallen
van steunverlening de zelfstandigheid
van de betrokkenen zoveel mogelijk
dient op te voeren.
Het lid Meyers (P.v.d.A.) wees op het
belang van vakwerk en export, want ook
hij was benauwd voor toeneming van
werloosheid. Hij meende, dat men niet
te ver moet gaan met uitbetaling naar
behoefte der arbeiders, er dient tevens
gelet te worden op prestatie. Het is beter,
aldus spr., goede producten uit te voeren
dan de mensen zelf te exporteren,
hierbij doelende op de steeds toenemen
de wens om te emigreren.
Wethouder Noordhoff (P.v.d.A.) gaf
de raad te kennen, dat B. en W. grote
aandacht voor het werkloosheidsvraag
stuk hebben. Hij was het met de laat
ste sprekers eens, dat niet alleen met
de behoefte moest worden rekening ge
houden. Wat de steunnormen aangaat,
staat Haarlem zeer hoog op de ranglijst
van gemeenten.
Bij het hoofdstuk Handel en Nijver
heid hield het P.v.d.A.-lid Happé een
betoog, waarin hij zeide, dat het goed
was zich ervan rekenschap te geven,
dat het beleid van de gemeente zoveel
raakpunten heeft met het bedrijfsleven
en waarin hij nauwer en regelmatiger
contact met de Haarlemse bedrijven be
pleitte. Het is onmogelijk alle terreinen
van het sociaal economisch leven te be
heersen en daarom zou overleg in veler
lei opzichten bijdragen tot een gunsti
ger ontwikkeling en grotere bloei van
de gemeente. Spr. wilde in dit verband
medezeggenschap van mensen in leiden
de functies op gebied van handel en
nijverheid bevorderen.
Wethouder Schreurs verklaarde na
mens B. en W., dat het college het in de
kern eens is met deze beschouwing. B.
en W. zullen er ernstig nota van nemen,
hoewel zij zelf reeds, overtuigd van het
belang, samenwerking met deskundigen
en vertegenwoordigers uit het bedrijfs
leven, o.a. in de stedebouwkundige en in
de industrialisatie-commissie hebben ge
zocht.
Spreker achtte een motie van de P.'v.
d. A. voor het instellen van een enquête
inzake de werkelijkheid van een per
manente contact-commissie niet oppor
tuun, daar het college het door de heer
Happé geschetste doel nastreeft. De mo
tie werd verworpen met 21 stemmen
tegen en 11 voor.
Bij de behandeling van het hoofdstuk
Bedrijven bracht het lid Happé de vuil
afvoer te berde. Hij juichte het toe, dat
B. en W. een afwachtende houding in
namen. Het onderwerp is immers in
studie genomen, niet alleen gemeente
lijk, doch allerwegen. We zien ons, al
dus spr., geplaatst voor de vraag, hoe
het huisvuil te verwijderen en hoe dit
zoveel mogelijk als compost aan het
platteland ten goede te laten komen.
Spr. hoopte, dat B. en W. ook open oog
hebben voor de laatstgenoemde kant van
de kwestie.
Hierna werd de begroting van alle
gemeentebedrijven in haar geheel z.
h. st. goedgekeurd, evenals de kapi-
taaldienst en twee suppletoire begro
tingen, onder aantekening, dat de
communisten geacht wensen te wor
den te hebben tegengestemd.
De nestor van de raad, de heer Klein
Schiphorst, sprak een dankwoord tot het
college van B. en W., zich daarbij voor
al richtende tot de voorzitter, wiens lei
ding zo prettig was. Spr., die dit jaar
de raadszetel aan een jongere zal over
dragen, roemde de saamhorigheid en
vriendschapsgeest in de raad.
Burgemeester Cremers dankte voor de
lof B. en W. toegezwaaid en bracht op
zijn beurt hulde aan het ambtenaren
corps. Het motto van de begrotingszit
tingen, aldus spr., lxad kunnen luiden:
burgerzin, een woord dat nauw verband
houdt met democratie. MrCremers
constateerde met leedwezen, dat de
burgerzin buiten de raad nog veel te
wensen overlaat; ook is er een gebrek
aan naastenliefde. Daarvoor zullen ker
ken, burgerlijke autoriteiten en vereni
gingen de handen ineen dienen te slaan.
Om- 6 uur des avonds stonden de
raadsleden op straat. In acht zittingen
kwam de behandeling van de gemeen
tebegroting gereed.
91
J5
210)4
2«7
J39
J32
16/3
31*
32
21\
69*
11
11*f
34*
73*
Gisterochtend kreeg de geruchtma
kende moordaanslag, welke op Zondag
21 November 1948 de Schepersstraat en
omgeving in grote beroering bracht,
eindelijk haar beslag voor de Haar
lemse rechtbank. Men zal zich herin-
beren, hoe op de bewuste dag de 34-
iarige spijkermaker A. M. de woning
Jan zijn vriend, de 44-jarige draad
trekker P. S., in beschonken toestand
oinnen kwam om deze te vragen met
bem te gaan borrelen. S. zat juist naar
®en voetbalwedstrijd te luisteren en
bad geen zin op het overigens vrien
delijk verzoek in te gaan.
Er ontstond een woordenwisseling,
die tenslotte zo hoog opliep, dat S.
Probeerde zijn vriend de deur uit te
berken en toen dit niet lukte naar de
keuken ging om een mes te halen, daar
bij bang was, dat de ander hem neer
fiou steken. Hij kon echter niets vin
den, waarop M. hem inderdaad aanviel
biet een mes en hem enige gevaarlijke
stoken toebracht in zijn arm.
Deze poging tot doodslag kwam reeds
op 20 Januari in behandeling voor de
Haarlemse Rechtbank, maar door de
Merkwaardige getuigenverklaringen
bad men zich genoodzaakt gezien de
fifiak voorlopig te schorsen.
Het slachtoffer zelf namelijk probeer
de de handelwijze van zijn vriend zo
Sunstig voor te stellen, dat de president
fian de waarheid ervan ten sterkste be-
Son te twijfelen. Pas nadat de presi
dent gedreigd had met een meineed-
Procedure kwam hij op zijn woorden
terug en vertelde hij de waarheid.
Anders was het gesteld met de ge-
jdigen Sm. en zijn moeder, die er bij
«even geen mes gezien té hebben, of-
Schoon zij bij de politie zulks wel ver
klaard hadden. Het resultaat was dan
°ók, dat de behandeling geschorst werd
fib moeder en zoon in hechtenis wer
den genomen, als verdacht van mein-
fied.
y Dezelfde dag nog bekenden zij in het
Huis van Bewaring te Alkmaar meineed
Gepleegd te hebben.
Terzake hiervan had het tweetal zich
bisteren te verantwoorden. De moeder
Baf toe, dat haar verklaringen onjuist
*aren geweest, en vertelde, dat haar
?°on enige broers van de verdachte
bad gesproken, die hem hadden ge
ragd: „Je moet zo weinig mogelijk
Joggen". Toen zij weer in de getuigen
bank zat, had ze spijt gekregen en haar
;°on in het oor gefluisterd; „Laten we
«oberen te redden, wat er te redden
alt." Maar deze zag er geen heil meer
in „We zitten nou toch in de bijt".
De verklaringen van de zoon luid
den ongeveer hetzelfde.
In zijn requisitoir zeide de officier,
dat er toch nog altijd mensen zijn, die
een meineed willen riskeren, ofschoon
de laatste tijd daartegen straf wordt
opgetreden. Hij betwijfelde wel, of de
verdachten het misdadig karakter van
hun daad hadden ingezien, maar des
ondanks achtte hij een gevoeüge straf
op haar plaats. Zowel tegen moeder als
zoon eiste hij een onvoorwaardelijke
gevangenisstraf van een jaar met af
trek.
„Ik heb zelden nog zo'n dom en
zinloos geval meegemaakt", verklaarde
mr. Tonino in zijn pleidooi. Hij was
van mening, dat zijn cliënten met de
twee maanden, dat zij in voorarrest
hadden gezeten voldoende waren ge
straft en verzocht de Rechtbank dit
temeer daar de verdachten geen enkel
voordeel voor ogen hadden gehad.
Daarna kwam de zaak zelf aan de
orde, die na het bovenstaande spoedig
afgehandeld was. Als enige getuige
werd nog een dokter gehoord met een
niet uit te spreken Hongaarse naam,
zoals de president het uitdrukte, die
verklaarde, dat de verwonding van
liohte aard was (De officier merkte la
ter naar aanleiding hiervan op, dat nij
zich gaarne bij dit oordeel wilde neer
leggen, ofschoon het niet onmogelijk
was, dat de Nederlandse waardering
van de ernst van een verwonding wel
eens zou kunnen verschillen met die
van een Hongaarse!)
De feiten stonden overigens wel vast
en in zijn requisitoir bracht de officier
naar voren, dat hij wel de indruk had
gekregen van een dronkemansdelict.
Het feit echter, dat verdachte naar de
richting van het hart had gestoken,
vond hij zeer bezwaarlijk. De eis tegen
M. luidde een jaar onvoorwaardelijk
met aftrek.
De verdediger achtte de poging tot
doodslag niet bewezen en verzocht aan
het eind van zijn pleidooi de recht
bank zijn cliënt een gecombineerde
straf op te leggen. Dit vooral ook in
verband met diens zwakke gezond-
heid.
In alle zaken bepaalde de rechtbank
Te Tilburg werd de 100ste sterfdag van Koning Willem II plechtig herdacht.
Voor de gedenknaald werden kransen gelegd en de burgemeester van Tilburg,
mr. baron Van Voorst tot Voorst, hield een herdenkingsrede.
Schiphol heeft slecht \Sear. Laag
hangende wolken worden dQor een
gure zeewind over de hangars en ge
bouwen gejaagd en van tijd tot tijd
doet een motregenvlaag de enkele
personen, die zich op het platform
bevinden, huiverend in de kraag van
hun overjas wegduiken.
Maar op de houten tijdelijke ver
keerstoren aan de rand van het plat
form heerst nu volop activiteit; het
luchtverkeer gaat door en nu het weer
zo slecht is, moeten de aankomende
machines stuk voor stuk worden bin-
nengeloodsd.
Ergens boven de wolken klinkt moto
rengeronk; een K.L.M.-vogel vliegt daar
op zoek naar de thuishaven. Op de toren
zit de verkeersleider met zijn staf en
luistert in zijn koptelefoon; hij hoort de
stem van de gezagvoerder, die zieh aan
hém meldt:
„Hallo Schiphol, hier K.L.M. Baker
Peter, over".
De verkeersleider antwoordt hierop:
„Hallo K.L.M. Baker Peter, hier Schip
hol, over!"
maal eens over haar hart te strijken, de uitspraak op Donderdag 31 Maart.
De gezagvoerder geeft nu aan de ver
keersleider zijn positie, hoogte en snel
heid op, waarna deze hem de nodige
gegevens betreffende de windrichting,
grondzicht, te gebruiken landingsbaan,
wolkenhoogte e. d. mededeelt.
De PH-TBP is echter niet de enige
machine, die zich op dit moment in de
lucht bevindt; er cirkelen in de wolken
boven Schiphol nog enige vliegtuigen
rond, die allemaal willen landen. Daar
om geeft de verkeersleider aan iedere
machine een landingsbeurt; nummer
één mag landen, terwijl nummer twee
wordt gedirigeerd naar het z.g. wacht
baken, dat ten Noorden van Amsterdam,
in Buiksloot, is opgesteld. Hier moet de
machine op 300 meter blijven cirkelen.
Een volgende moet op 600 meter rondjes
maken, terwijl elk volgend vliegtuig
hier bovenop „gestapeld" wordt, met 300
meter tussenruimte. Ook de PH-TBP
krijgt dus van de verkeersleider een be
paalde hoogte aangewezen, waarop hij
voorlopig moet blijven cirkelen.
Natuurlijk wordt dit systeem niet
altijd straf gehandhaafd; een toestel, dat
weinig benzine over heeft of waarvan
de bemanning al een lange reis achter
de rug heeft, of dat om een andere reden
snel moet landen, krijgt op verzoek
voorrang. Wanneer vliegtuig no. 1 ge
land is, laat de verkeersleider vliegtuig
no. 2 driehonderd meter lager komen
en vervolgens de hele „stapel" een voor
een 300 meter zakken. De onderste
machine kan dan gaan landen.
Schiphol is uitgerust met verschillende
blindlandingsinstallaties en de meeste
moderne verkeersvliegtuigen kunnen
van al deze installaties gebruik maken.
Op het instrumentenbord van de PH-
TBP bevindt zich een klein, rond instru
ment met twee wijzers erop, een hori
zontale en een verticale. Deze wijzers
reageren op de ontvangst van een hori
zontaal en een verticaal veld, die door-
de zender op de grond worden uitge
zonden. Wanneer beide wijzers loodrepht
op elkaar staan, volgt de machine de
juiste dalingsbaan, maar wanneer een
van beide wijzers uitslaat, moet de ge
zagvoerder bijsturen. Dit landings
systeem heet in de vliegwereld ILS (In
strument Landing System).
De vlieger in de PH-TBP heeft nog
een ander middel om zijn landing zon
der zicht op Schiphol uit te voeren. Hij
zet een koptelefoon op en hoort daarin
een onafgebroken fluittoon; dat is voor
hem het bewijs, dat hij op de juiste
koers voor de landingsbaan zit. Wanneer
hij hiervan afwijkt, hoort hij aan de ene
kant een reeks punten en aan de andere
kant een reeks strepen; de vlieger kan
dus aan deze signalen horen naar welke
kant hij moet sturen om weer op de
goede koers te komen. Om zijn afstand
van het begin van de landingsbaan te
weten te komen, behoeft hij alleen maar
op een paar lampjes op het instrumen
tenbord te letten; op 3 km van de lan
dingsbaan staat het zg. voormerkbaken,
dat in de koptelefoon een z.g. floeptoon
geeft en op het instrumentbord een rood
lichtje doet branden. Op 300 meter voor
de landingsbaan staat het zg. hoofdmerk
baken, dat hetzelfde effect in de kop
telefoon veroorzaakt en een groen lamp
je doet branden. De vliegers kennen dit
laatste systeem als SBA (Standard Beam
Approach).
Het derde op Schiphol gebruikte sys
teem werkt met een z.g. dwarspeiler, die
aan de hand van door de telegrafist van
het vliegtuig uitgezonden signalen de
positie van het toestel ten opzichte van
de landingsbaan bepaalt en die langs ra-
diotelefonische weg aan de vlieger door
geeft; daardoor weet deze hoeveel hij
van zijn koers afwijkt en hoeveel hij
dus moet bijsturen. Dit laatste systeem
heet QDM-QGE-systeem.
De gezagvoerder van de PH-TBP kiest
nu een van deze drie blindlandingssys-
temen uit, welke hij voor zijn landing
wil gebruiken; dan richt hij zich tot de
verkeerstoren om te vragen of dit sys
teem in gebruik is. Als de verkeerslei
der hem dit bevestigd heeft, kan de
landing beginnen. Op de aanwijzingen
van de instrumenten ei} op de fluittonen
in koptelefoon glijdt de K.L.M.-vogel
door de wolkenmassa naar baan 23 op
Schiphol; de rode ea- groene lampjes
flitsen aan en uit; de ogen van de ge
zagvoerder zijn onafgebroken op zijn in
strument gericht. Het hoofdmerkbaken
laat zijn floeptoon horen; de baan is dus
bijna bereikt. Nu nog even doorzakken.
Een paar laaghangende wolkenflarden
schieten langs het cockpitraam, dan ziet
de vlieger vlak voor zich een glinsteren
de betonvlakte: baan 23 van Schiphol.
Een paar tellen later taxiet de PH-TBP
naar het platform; de instrumenten en
landingsbakens hebben de zilveren vogel
behouden op het nest binnengeloodsd.
Toen de vierentwintigjarige Amster
dammer Pieter Kool op 10 November
1710 in het huwelijk trad met het Be
verwijkse meisje Anna Roskam, dochter
van Agge Jans Roskam en Stijntje
Muus, geboren op 25 December 1688, dus
nog geen twee-en-twintig jaar oud, heeft
hij de grondslag gelegd voor een groot
Beverwijks geslacht, dat is blijven voort
leven tot op onze dagen, al zijn de na
komelingen over het gehele land ver
spreid.
Pieter Kool werd poorter van Amster
dam 25 Januari 1708 en was tot 1722
bierbrouwer in „Het Witte Lam" op de
Rozengracht, daarna azijnmaker te Be
verwijk bij zijn schoonvader. De azijn-
makerij van Agge Jans Roskam was
reeds in 1655 opgericht, heeft 200 jaar
bestaan, en is steeds in de familie Kool
gebleven. Pieter werd 16 Februari in de
Gemeente bij het Lam te Amsterdam
gedoopt en vertrok 6 Januari 1712 met
attestatie naar Beverwijk. Hij is te Be
verwijk gestorven op 14 October 1729
en zijn vrouw Anna Roskam vertrok
daarna naar Haarlem, waar zij in Maart
1750 in het Proveniershuis overleed.
16 Maart d.a.v. werd zij te Beverwijk
bij haar man begraven.
Nauw bleven in de eerste jaren van
Pieter's huwelijk de banden tussen de
Amsterdamse en Beverwijkse familie
leden, zoals er ook vele andere verbin
tenissen waren tussen beide plaatsen.
Voor de Amsterdammers van toen be
tekende Beverwijk veel. Het was het
lustoord, waarheen men zich gaarne be
gaf, de tijd verdelend tussen Amsterdam
en Beverwijk.
Het oudste kind van Pieter en Anna,
Agge. werd dan ook 16 October 1714
te Amsterdam geboren. Deze Agge
Kool, die zich na de dood van zijn groot
vader van moederszijde in 1733 Agge
Roskam Kool noemde, heeft zich bij
voortduring bijzonder geïnteresseerd
voor alles, wat zich te Beverwijk voor
deed. Hij was een man van brede op
vatting, azijnmaker van beroep, nam
de steeds groter wordende zaak van zijn
grootvader over, en bracht deze tot in
ternationale bloei, geleerde, taalkun
dige, uitvinder, doper en predikant bij
de Collegianten, lid der Hollandse Maat
schappij van Wetenschappen te Haar
lem.
Hij trad in het huwelijk met Trijntje
Honig uit Zaandijk, lid van een zeer
bekende Zaanse familie, die ook in
onze dagen veel voor de Zaanstreek be
tekent.
In zijn biografisch woordenboek der
Nederlanden wijdt Van der Aa de vol
gende regelen aan deze Agge Roskam
Kool: „Agge Roskam Kool, koopman in
de Beverwijk van wien ons geen levens-
berigten bekend zijn, was een zeer ver
dienstelijk man, die door zijn bemoeijin-
gen tot welzijn zijner medeburgers meer
verdiende geëerd te worden, dan zulks
tot heden het geval was. In 1775 vinden
wij hem met C. Nozeman, remonstrantsch
predikant te Haarlem en J. Tak, ge
neesheer te Leiden, een krachtige poging
aanwenden, om door inenting het ver
dwijnen der rundpest te beproeven. Hij
maakte zich verder beroemd door het
uitvinden van een werktuig, zijnde een
raam en vlot om in den gevaar van
schipbreuk verkeerenden zeeman daar
door, indien mogelijk te bewaren.
Bij de twist over het golvenstillend
vermogen der olie, de teer of de traan,
schaarde hij zich aan de zijde van de
voorstanders dergenen, die dat vermo
gen, op goede gronden en na genomen
pioeven, aannamen, en prees hij het aan
boord hebben van traan, olie en teer,
ten sterkste aan in een door hem uit
gegeven geschrift, getiteld: „Beschrijvin
gen en Onderrichtingen tót de Nieuwe
Platte Paskaart der Hollandsche Stran-
Neem geen risico! Bestel vroegtijdig
BOUCKAERT ZN.
Rozenstraat 79 Telefoon 19992
Gevestigd sinds 1910
(Adv.)
Als men in vroeger tijd een brief van Amsterdam naar b.v. Maastricht wilde
verzenden, dan moest men een aantal vrachtrijders vinden, bereid om de
brief van plaats tot plaats te brengen. Nu plakt men er een postzegel op en
gooit de brief in de bus. Men weet: binnen korte tijd is hjj op de plaats van
bestemming. Maar wat de P.T.T. voor uw dubbeltje moet doen, daar hebt
ge geen flauw vermoeden van.
aandeel in. Hier is de zaak tamelijk
eenvoudig. Een sorteerkast met twaalf
vakjes is ruimschoots voldoende om de
poststukken te verdelen. Er kqmt geen
speciale sorteerder aan te pas; de amb
tenaar van het loket heeft ook tijd de
stukken te splitsen in enkele grote kan
toren en een paar richtingen. De be
steller, die de post naar trein, tram of
autobus brengt, maakt er, vóór hij ver
trekt, vlug bundels van en deponeert
deze in de zak, die aan een groter kan
toor is geadresseerd.
Zodra het een postkantoor betreft
Bij P.T.T. werken ongeveer 47.000
ambtenaren, waarvan natuurlijk slechts
een gedeelte betrokken is bij de plus
minus 4.700.000 brieven en andere stuk
ken, die dagelijks worden behandeld.
Onder de 47.000 P.T.T.'ers bevindt zich
een leger van technici, die uitsluitend
op telefoon- en telegraafgebied werk-
in een plaats van wat grotere omvang
wordt het anders. Dan zijn er voor de
zaam zijn. Een ander groot onderdeelstempeling, de sortering enz. al speci
fier! groot postkantoor heerst vrijwel de gehele dag een grote drukte. Een
■tikje op de sorteerafdeling, waar de post wordt geschift en gesorteerd.
wordt gevormd door de loketambtena
ren, die voor de zegelverkoop, voor gi
ro-, spaarbank-, postwissel- en andere
diensten zorg dragen, terwijl vanzelf
sprekend het administratieve corps
eveneens een belangrijk gedeelte ver
tegenwoordigt. Dan zijn er nog de tele
fonistes en telegrafisten op de telefoon-
en telegraafkantoren. Een zeer groot
aantal bestellers en expediteurs is ech
ter dag aan dag in de weer om brieven
en andere stukken te sorteren en te be
zorgen. Evenals de anderen vormen zij
schakels in het P.T.T.-bedrijf, een be
drijf, waarmee U dagelijks tientallen
keren in aanraking komt, haast zonder
er bij stil te staan.
Toch kunt U bijna geen hand uit
steken, geen voet verzetten, of
P.T.T. is er bij betrokken. De maat
schappij is zo met P.T.T. samenge
groeid, dat zonder haar medewer
king de zaak eenvoudig niet zou
draaien.
Bijna vijf millioen brieven of an
dere stukken worden dagelijks aan
de zorgen van P.T.T. toevertrouwd.
Op elkander gelegd is dit een stapel
van 20 km. hoog!
Dit geldt voor normale dagen, want
met de jaarwisseling b.v. zijn de aantal
len nog heel wat groter. Eén voorbeeld:
Op het postkantoor 's-Gravenhage
werden tijdens de nieuwjaarsdrukte on
geveer 900.000 kaartjes en kaarten ma-
chinaal gestempeld. Al deze kaarten
moeten ook gesorteerd, gebundeld,
verzonden en bezorgd worden. Haast
elk kaartje komt in handen van 4, 5 of
6 postmensen. Gelukkig is het niet elke
dag zo en is het aantal van 4.700.000
verdeeld over een grote oppervlakte,
d.w.z. over honderden postkantoren,
aldus vertelt het „P.T.T.-Nieuws". Ook
de allerkleinste kantoren leveren er hun
ale ambtenaren nodig en grotere sor-
teerkasten, verdeeld in vele vakken.
Daar is de expeditie reeds een apart
onderdeel van de dienst, een onderdeel,
dat zeer gespecialiseerde vakkennis
vereist en dat interessante maar ver
moeiende bezigheden met zich brengt.
Men denke zich een kast, verdeeld in
84 vakken. Voor de kast een expediteur
met een stapeltje brieven in de hand.
Brief voor Hengelo: derde vakje rechts
bovenaan, kaart voor Maastricht: eerste
vakje links-onder, den Helder: links
boven.
De arm van de sorteerder gaat van
links naar rechts, van boven naar be
neden. Hij moet natuurlijk weten, dat
Boven-Leeuwen en Reek in het vak
Nijmegen komen; hij dient de hele
kaart van Nederland met alle plaatsen
en plaatsjes, dorpen en gehuchten, op
z'n duim te kennen.
Er zijn vakken, waarvan het op
schrift niet een plaatsnaam maar een
richting aangeeft, b.v. Utrecht—Zwolle.
Hierin komen niet alleen de stukken
voor plaatsen aan die lijn. Ook de dor
pen, die er in de buurt liggen, worden
in dat vak gesorteerd. Zoals hieruit wel
blijkt, is de expeditie op een middel
groot postkantoor reeds een vak apart.
Een goede indruk van de enorme
omvang der postale expeditie wordt
echter pas verkregen op. onze grote
postkantoren of speciale expeditie
burelen, zoals het b.v. in Amsterdam
te vinden is. Hier arbeidt een leger
van bestellers en expediteurs sa
men om de stortvloed van brieven,
briefkaarten, drukwerken, kranten
en andere stukken te verwerken, die
dagelijks over ons land wordt uit
gestort. Hier draaien stempel- en
bundelmachines op volle toeren, de
hamerstempels worden er onnavolg
baar snel gehanteerd, de transorma-
sorteermachines doen er de grond
dreunen, terwijl ook de grote sor-
teerkasten stapels stukken opslok
ken.
Uw brief voor Heerlen en Uw kaart
voor Andijk, het tijdschrift voor Lutke-
wierum en het pakje voor Breskens, al
de stukken, die U een paar uur gele
den postte, liggen, tezamen met vele an
dere correspondentie, op de storttafels.
waaromheen een aantal bestellers aan
het werk zijn. Zij zoeken de brieven,
kaarten en drukwerken, die voor de
stempelmaohines geschikt zijn, er uit.
de pakjes en tijdschriften komen in
manden terecht. In een ommezien zijn
de tafels weer leeg en gereed om
nieuwe voorraad op te vangen.
Elders zijn bestellers al bezig de brie
ven enz. op te zetten, zo te rangschik
ken, dat de stempelmachine de zegels
raakt. De handstempelaars hebben zich
over de andere, grote6e stukken ont
fermd, terwijl ook de brieven, waar de
zegels niet op de voorgeschreven
plaats zijn gieplakt, hier terecht ko
men. Met een snelheid van 26.000 stuks
per uur passeren de brieven, kaarten
enz. de stempelmachines. In bakken
gaan zij daarna per lopende band naar
de klavieren der transorma, waar de
transormisten al bezig zijn. Telkens
grijpen zij vnet de rechterhand een
brief 2600 a 2700 stuks per uur
telkens verdwijnt zo'n brief in een
gleuf, terwijl de linkerhand een com
binatie van toetsen indrukt.
De transforma is een vernuftige ma
chine. Wie haar voor 't eerst ziet, wrijft
zich de ogen uit. Er is zelfs een étage
op gebouwd, waarop zich een platform
van bijna 10 meter lengte bevindt. Op
dit platform staan 5 bedienplaatsen
voor transormisten, zodat per machine
meer dan 13.000 brieven per uur gesor
teerd kunnen worden.
Ten behoeve van de transorma zijn
voor een flink aantal plaatsen code
nummers vastgesteld. Zo is Almelo b.v.
nr. 85. De transormist kent al deze
nummers tot in de perfectie. Hij moet,
zodra hij een brief voor zich krijgt,
terstond weten, welk nummer moet
worden aangeslagen. Hij is zo getraind,
dat hij zelfs bijna slapend de juiste
toetsen zou kunnen vinden.
Elk klavier heeft 9 toetsen voor de
eenheden, 9 voor de tientallen en 3 voor
de honderdtallen. Hiermede kunnen 399
combinaties worden gemaakt.
Wanneer de brief in de gleuf valt,
komt hij in een wagentje, dat, verbon
den aan een ketting zonder einde, pas
seert. Het wagentje reageert op de
„stoters", in werking gekomen door de
aanslag op het klavier en neemt de
brief mee. Een ingewikkeld mechanis
me zorgt er verder voor, dat het wagen
tje zijn prooi loslaat precies boven het
vak 85, i.e. Almelo. De vakken bevin
den zich in het benedengedeelte van de
transorma, dus parterre. Ze kunnen ge
makkelijk worden geledigd.
Ondanks het grote aantal vakken
blijft er na de transorma-sortering een
aantal stukken over. Heel Friesland b.v.
heeft maar twee vakken in de trans
orma. Deze vakken leveren dus een
aantal brieven, die nog fijner moeten
worden gesorteerd en hiervoor zijn een
aantal sorteerkasten ingeschakeld, elk
met 84 vakken. Hierin komen de rou
tes tot in de kleinste onderdelen voor,
b.v. het traject MeppelLeeuwarden
met brieven voor Vochteloo, Baburen,
Laaxum, Idsega, De Bult, Barradeel,
Exmorra enz. U behoeft niet te weten
waar deze plaatsen liggen, de expedi
teurs, die hier werken, echter heel pre
cies! Onderwijl hebben de handstempe
laars manden vol pakjes, tijdschriften
enz. afgeleverd. Deze manden komen op
wagentjes bij de zakkenrekken en wor
den, door ervaren krachten, over de
verschillende zakken verdeeld. Voor
niet-ingewijden levert het werk aan
deze zakkenrekken een wonderlijk
schouwspel. Als volleerde korfballers
mikken de expediteurs, soms van gro
te afstand, het stuk in de juiste zak.
Slechts een enkele keer missen zij hun
doel.
Intussen zijn aan de transorma en aan
de sorteerkasten bundels gevormd, be
staande uit brieven voor dezelfde plaats
of dezelfde route. Ook deze bundels
gaan op wagentjes naar de zakkenrek
ken.
Dan komt het ogenblik, dat een zen
ding de deur uit moet. Altijd gebeurt
dat op bet laatste ogenblik, om nog zo
veel mogelijk post mee te krijgen.
Vooral in de avonduren, als de ene
zending na de andere gereed komt, kan
het er spannen.
Met een zucht van verlichting kijken
de expediteurs de wagens na, om dan
weer hun plaats aan klavier of sorteer
kast in te nemen. Want steeds nieuwe
voorraad wordt aangevoerd en de lijst
van te verzenden depêches bevat in
Utrecht bijv. 524 stuks per dag. Dit zijn
dan altijd zendingen, uit twee, drie of
meer zakken vol post bestaande.
Op het kantoor ,van bestemming volgt
wederom een hausse in werkzaam
heden, want hier moeten de brieven
verdeeld worden in wijken en lopen
en hier moet elke brief, elk pakje, elk
drukwerk aan een bepaald adres wor
den afgeleverd. En dit is weer een
hoofdstuk apart.
den tisschen de Maaze en Texèl" (Am
sterdam 1773).
Dat Kool ook de Vaderlandse letter
kunde beoefende, blijkt uit het groten
deels door hem vervaardigde „Woor
denboek tot de Noord-Hollandsehe dia
lect", op de Bibliotheek der Maatschap
pij van Nederlandsche letterkunde te
Leijden in handschrift aanwezig."
In de Nederlandsche Mercurius, dL
XXX blz. 75 lezen wij over bovenstaan
de, dat de 10 Maart 1771 te Schevenin-
gen de proef genomen is van dit „nieuw
gemonteerd wagengestel" tot redding van
drenkelingen in tegenwoordigheid van
de Prins-Erfstadhouder."
Agge Roskam Kool was, zoals gezegd,
lid der Hollandsche Maatschappij van We
tenschappen te Haarlem, in wier ver
handelingen zijn opgenomen zijn „Aan-
teekeningen, behoorende tot de Kaart
van het Hondsbosch en Duinen te Petten,
voornamentlijk dienende, om de juiste
afneeming van hetzelve Hondsbosch in
den tijd van 52 jaaren aan te duiden;
met de beschrijving eener nieuwe Uit
vinding, zoo men vermeend, volgens
welke men zeer naauwkeurig en gemak
kelijk kaarten, enz. verkleinen kan."
De familie-aantekeningen van Agge
Roskam Kool zijn bewaard gebleven. Een
bruin lederen boekje met bijzonder
heden betreffende het geslacht Kool en
nog een aantekeningboekje in sitsen om
slag, dat de namen Roskam en Kool bui
ten op draagt. De authentieke stukken
zijn thans in het bezit van de heer P.
Kool Jzn., hoeve Oud-Millingen, te Mil-
lingen (Vel.), terwijl ook de heer J. van
Marken te Velp, beiden regelrechte af
stammelingen van Agge Roskam en Pie
ter Kool, over vele gegevens beschikt.
Agge Roskam Kool was voor zijn tijd
een vrijzinnig man. Bleek dit reeds uit
zijn veelzijdige activiteit, niet onvermeld
mag blijven, dat hij genoemd moet wor
den als prediker en dooper bij de Oude
Collegianten Rijnsburg, die aldaar twee
maal 'sjaars hun godsdienstige vergade
ringen, zonder behulp van een predikant,
en doop, door onderdompeling, hielden.
Van Agge Roskam Kool is nog een preek
bewaard gebleven, die hij te Rijnsburg
hield en die bewijst, dat hij inderdaad
een vrijzinnig man was.
Er bestaat ook nog een lijst van na
men dergenen, die hij aldaar gedoopt
heeft. Tot hen behoort de bekende
schrijfster Aagje Deken, die later samen
met Betje Wolf op „Lommerlust" in de
tegenwoordige Peperstraat te Beverwijk
woonde.
Met de families Roskam en Kool is
ook ten nauwste de episode van de Be
verwijkse walvisvaart op Groenland en
Straat Davis verbonden. Agge Jans Ros
kam, de grootvader van Agge Roskam
Kool, was directeur van de Groenland-
sche Visscherij, o.a. met de schepen
„Noordwijk" en de „Jonge Agge". Pieter
Kool, zijn schoonzoon, werd later even
eens directeur, o.a. ook van de „Straat
Davissche Visscherij". Een der schepen,
„De Jonge Christina", werd genoemd
naar de zuster van Agge Roskam Kool.
De walvisvaarders, meest Wijk aan Zee-
ers, hadden veel te kampen met de woe
lige elementen en verschillende schepen
keerden dan ook nooit van de „vissche
rij" terug. Hieruit valt vermoedelijk ook
de belangstelling van Agge Roskam Kool
voor het reddingswezen te verklaren.
De grote Beverwijker is overleden in
zijn eigen stad, na de smaad meegemaakt
te hebben, dat deze met voorbijgaan van
alle stadsrechten in 1722 als een gewone
ambachtsheerlijkheid werd verkocht aan
Frangois van Harencarspel, op 23 Maart
1789.
Zijn zoon Jacob Aggeszoon Kool, ge
boren te Beverwijk in 1745 en overleden
aldaar 1820, is burgemeester van de stad
geweest. Van zijn dochter Anna is uit
een gedicht van Aagje Deken „De Water-
doop" bekend, dat zij 2 Juni 1770 ge
doopt werd.
Het is opvallend, dat te Beverwijk zo
goed als niets herinnert aan de grote en
veelzijdige figuur, die Agge Roskam
Kool ongetwijfeld is geweest. Een kleine
zijstraat van de C. H. Moensstraat, een
rustige, haast verborgen straat, waar
geen enkel verkeer is. bewaart de her
innering aan de familie Kool: de Kool
straat.
Groot was gisteren de belangstelling bij
de plechtige herdenking van de 100ste sterf
dag van Z. M. Koning Willem II, waartoe
net initiatief genomen was door de Stich
ting Koning Willem Il-herdenking te Til-
5urS, die ook voor de uitvoering zorg
droeg.
H. M. Koningin Juliana liet zich verte
genwoordigen door mr. G. c D. Baron van
Hardenbroek, groot-meester en oppercere-
moniemeester van hét Civiele Huis van
H. M. de Koningin, en jhr. mr. J T. M.
Smits van O yen, kamerheer in bijzondere
dienst van H. M. de Koningin.
Des morgens was er in de parochiekerk
van het Heike een Pontificale Hoogmis,
welke werd opgedragen door mgr. W. Mut-
saerts, bisschop van 's-Hertogenbosch. Om
half twaalf werd met militair eerbetoon
een krans gelegd bij een gedenkteken, dat
de plaats aanduidt van het huis, waarin de
Koning overleed. De burgemeester van Til
burg, mr. Baron van Voorst tot Voorst hield
een korte toespraak, waarin hij de verbon
denheid vart Tilburg met de overleden Vorst
herdacht. Namens H. M. de Koningin werd
stuur van Tilburg door mr. E. H. J. Baron
van Hardenbroek, namens het gemeentebe
stuur van Tilburg door mr. G. H. J. Baron
van Voorst tot Voorst en namens de Rid
ders in de Militaire Willemsorde door de
generaal-majoor b.d. H. Koot, kanselier der
Nederlandse Orden.
Hierna volgde een offici le ontvangst ddbr
het gemeentebestuur in het paleis-Raadhuis,
waar de Koning Willem H-tentoonstelline
werd bezichtigd. Te twaalf uur werd op het
Willemsplein een défilé gehouden door on
derdelen van de Koninklijke Landmacht.
Van 16 Maart 1949 af mogen ingevol
ge de „Prijzenbeschikking stalling auto
mobielen 1949" en de „Wijziging prij
zenbeschikking monteurswerkzaamhé-
den automobiel- en motorrijwielrepara
tiebedrijf 1947" kleine service-werk
zaamheden niet meer in rekening
worden gebracht. Onder deze werk
zaamheden dienen o.m. te worden
verstaan: het schoonmaken van de rui
ten, het controleren van de banden
spanning en van de in het motorrijtuig
aanwezige hoeveelheden brandstof,
smeermiddelen en water, het in en uit
de stallingsgelegenheid rijden van het
motorrijtuig.
Voorts bevat de laatstgenoemde be
schikking een regeling van de prijzen
voor monteurswerkzaamheden, verricht
in z.g. aangenomen werk.