Vliegend door de mist naar Schiphol EEN GROOT BEVERWIJKER UIT DE ACHTTIENDE EEUW BIJNA VIJF MILUOEN BRIEVEN PER DAG HAARLEMSE BEGROTING 1949 GOEDGEKEURD POGING TOT DOODSLAG BERECHT Zware straf voor moeder en zoon wegens meineed AggeRoskam Kool Men kan geen hand uitsteken of P. T. T. is er bij betrokken II MC Waarom H.O.V. niet wordt opgeheven SS Fluittonen, wijzers en lampjes loodsen de vliegtuigen binnen Azijnmaker, geleerde, taalkundige en uitvinder Uw TROUW AUTO's Transorma een knappe sorteermachine i VRIJDAG 18 MAART 1949 PAGINA 3 Spook der werkloosheid Handel en Nijverheid ü/f *.m m m lW- Het wachtbaken Veilige gidsen Zonder zicht geland Strijder voor boeren en zee-varenden Vernuftige machine Duinstreek had zijn liefde Een vrijzinnig man De Beverwijkse walvis vaart WILLEM U-HERDENKING TE TILBURG Kleine service-werkzaam heden niet meer in rekening Donderdagmiddag; werd de laatste moot van de Haarlemse gemeentebegroting aangesneden. In het begin der zitting gaf wethouder Geluk antwoord op de gestelde vragen en gemaakte opmerkingen over de voorgestelde reorganisatie van de Haarlemsche Orkestvereeniging. Bij de heer Schippers (K.V.P.) had hij, ofschoon het niet was uitgesproken, een zekere ongerustheid kunnen constateren ten aanzien van de kwestie of het wel verantwoord is, dat de gemeente nog steeds subsidie aan de H.O.V. geeft. Reeds is, aldus de wethouder, in de commissie voor muziek de gedachte ge uit, of het niet beter zou zijn, dat de gemeentelijke bedragen op een andere Udjze worden besteed om het muzikale leven in Haarlem te dienen. Maar men Js tot de conclusie gekomen, dat ophef- hng van de H.O.V. grote bezwaren met tich zal brengen. Zullen andere orkesten laar onze stad komen om concerten te geven, dan zal men afhankelijk zijn van "Un welwillendheid en overgeleverd fiijn aan hun willekeur. Wat de H.O.V. doet aan begeleidingen, zou door een grcter orkest niet gedaan kunnen wor sen in verband met de stijging van kos- 'cn, welke verenigingen en zangkoren biet kunnen betalen, zodat het muziek leven zou teruglopen. Bekeken is, zo sprak wethouder Geluk, de mogelijk heid om met een andere gemeente samen de H. O. V. te exploiteren. Met utrecht, de eerste plaats waaraan ge- op eht werd, kan geen bevredigende over eenkomst getroffen worden en Leiden heeft geen behoefte, daar Residentie- en Rotterdams Philharmonisch Orkest re gelmatig in deze stad concerteren. De R.O.V. zal haar werkzaamheid hoofd zakelijk in Noord-Holland moeten vin oen, aldus spr. De wethouder was de mening toe gedaan, dat, wanneer er één goede dirigent voor het orkest zal staan, het artistieke peil inderdaad verhoogd zal kunnen worden. De grootste moei lijkheid vormde tot nu* toe, dat de twee dirigenten het orkest steeds ver schillend leidden. Deze afwisseling elke maand heeft de H.O.V. geen goed gedaan. Het vraagstuk is thans: kun nen we een goede dirigent krijgen? De wethouder vond, dat de H.O.V. een prachtige mogelijkheid voor jonge begaafde dirigenten biedt. Reorganisatie is noodzakelijk en ver- fintwoord, al zijn er ietwat pijnlijke per soonlijke kanten aan de zaak. Evenals het lid Schippers wil het college, aldus de wethouder, een en ander als een voor lopige maatregel beschouwen, die een brug vormt naar een geheel nieuwe i'orm. Er zal bij de burgerij meer be langstelling moeten worden aange kweekt. Spr. zeide, dat de achterstand in Öe uitbetaling van de salarissen f 8.000. bedroeg. De H.O.V. heeft een tekort van 1 2700.doch gezorgd zal woi-den, dat he orkestleden niet de dupe worden. De iotale post der salarissen is f 173.000. groot; f 86.650.— daarvan betaalt het Rijk. De sociale lasten bedragen ruim f 19.000.Wethouder Geluk stelde de baad voor om de op de begroting ge kaamde som te wijzigen en maximaal 80.000.uit te trekken. Het lid Schippers zou graag het aan tal geregelde bezoekers van de H.O.V.- concerten willen weten. Verder ver klaarde hij ten opzichte van de keuze J'an een dirigent grote waarde te hech ten aan het orodeel van de orkestleden. Mevr. Scheltema (V.V.D.) vond de ver andering van het subsidiebesluit vrij in grijpend. Haar inziens zou het gehele subsidie eigenlijk door de Provincie die nen te worden verstrekt, daar de H.O.V. van belang is voor geheel Noord- Holland, vandaar, zo voegde zij er aan toe, zo ver zijn we nog niet. De wethouder zegde toe, naar getallen te zullen informeren. Hierna werd het voorstel tot reorga nisatie zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Aan de orde kwam het hoofdstuk Maatschappelijke Steun en Voorzorg. Het lid Nooy (KVP) merkte op, dat, na enkele jaren van tekort aan werk krachten, thans weer het spook van de werkloosheid opdoemt. Spr. achtte het noodzakelijk, dat een landelijk plan tot bestrijding van werkloosheid werd be raamd en hij noemde een aantal natio nale en internationale factoren, die dit grote maatschappelijke probleem ver oorzaken. We hebben vaklieden nodig, dat is een levenskwestie voor ons volk, aldus spr. Ongeschoolden worden overal uitgesto ten. Hij beval een actieve industrialisa tie-politiek aan en gaf het college in overweging in contact te treden met de gemeenten in Kennemerland, om ge zamenlijk de bestrijding ter hand te nemen. De heren Blokdijk (P.v.d.A.) en Silvis (A.R.) bespraken de armenzorg en de steunregeling, waarbij ze nog enkele wensen naar voren brachten. Ook ver gaten zij niet een woord van lof te uiten aan het adres van B. en W. en het hoofd van de dienst Sociale Zaken. Het lid Van der Veldt (K.V.P.) stipte bij deze bespreking aan, dat men in de gevallen van steunverlening de zelfstandigheid van de betrokkenen zoveel mogelijk dient op te voeren. Het lid Meyers (P.v.d.A.) wees op het belang van vakwerk en export, want ook hij was benauwd voor toeneming van werloosheid. Hij meende, dat men niet te ver moet gaan met uitbetaling naar behoefte der arbeiders, er dient tevens gelet te worden op prestatie. Het is beter, aldus spr., goede producten uit te voeren dan de mensen zelf te exporteren, hierbij doelende op de steeds toenemen de wens om te emigreren. Wethouder Noordhoff (P.v.d.A.) gaf de raad te kennen, dat B. en W. grote aandacht voor het werkloosheidsvraag stuk hebben. Hij was het met de laat ste sprekers eens, dat niet alleen met de behoefte moest worden rekening ge houden. Wat de steunnormen aangaat, staat Haarlem zeer hoog op de ranglijst van gemeenten. Bij het hoofdstuk Handel en Nijver heid hield het P.v.d.A.-lid Happé een betoog, waarin hij zeide, dat het goed was zich ervan rekenschap te geven, dat het beleid van de gemeente zoveel raakpunten heeft met het bedrijfsleven en waarin hij nauwer en regelmatiger contact met de Haarlemse bedrijven be pleitte. Het is onmogelijk alle terreinen van het sociaal economisch leven te be heersen en daarom zou overleg in veler lei opzichten bijdragen tot een gunsti ger ontwikkeling en grotere bloei van de gemeente. Spr. wilde in dit verband medezeggenschap van mensen in leiden de functies op gebied van handel en nijverheid bevorderen. Wethouder Schreurs verklaarde na mens B. en W., dat het college het in de kern eens is met deze beschouwing. B. en W. zullen er ernstig nota van nemen, hoewel zij zelf reeds, overtuigd van het belang, samenwerking met deskundigen en vertegenwoordigers uit het bedrijfs leven, o.a. in de stedebouwkundige en in de industrialisatie-commissie hebben ge zocht. Spreker achtte een motie van de P.'v. d. A. voor het instellen van een enquête inzake de werkelijkheid van een per manente contact-commissie niet oppor tuun, daar het college het door de heer Happé geschetste doel nastreeft. De mo tie werd verworpen met 21 stemmen tegen en 11 voor. Bij de behandeling van het hoofdstuk Bedrijven bracht het lid Happé de vuil afvoer te berde. Hij juichte het toe, dat B. en W. een afwachtende houding in namen. Het onderwerp is immers in studie genomen, niet alleen gemeente lijk, doch allerwegen. We zien ons, al dus spr., geplaatst voor de vraag, hoe het huisvuil te verwijderen en hoe dit zoveel mogelijk als compost aan het platteland ten goede te laten komen. Spr. hoopte, dat B. en W. ook open oog hebben voor de laatstgenoemde kant van de kwestie. Hierna werd de begroting van alle gemeentebedrijven in haar geheel z. h. st. goedgekeurd, evenals de kapi- taaldienst en twee suppletoire begro tingen, onder aantekening, dat de communisten geacht wensen te wor den te hebben tegengestemd. De nestor van de raad, de heer Klein Schiphorst, sprak een dankwoord tot het college van B. en W., zich daarbij voor al richtende tot de voorzitter, wiens lei ding zo prettig was. Spr., die dit jaar de raadszetel aan een jongere zal over dragen, roemde de saamhorigheid en vriendschapsgeest in de raad. Burgemeester Cremers dankte voor de lof B. en W. toegezwaaid en bracht op zijn beurt hulde aan het ambtenaren corps. Het motto van de begrotingszit tingen, aldus spr., lxad kunnen luiden: burgerzin, een woord dat nauw verband houdt met democratie. MrCremers constateerde met leedwezen, dat de burgerzin buiten de raad nog veel te wensen overlaat; ook is er een gebrek aan naastenliefde. Daarvoor zullen ker ken, burgerlijke autoriteiten en vereni gingen de handen ineen dienen te slaan. Om- 6 uur des avonds stonden de raadsleden op straat. In acht zittingen kwam de behandeling van de gemeen tebegroting gereed. 91 J5 210)4 2«7 J39 J32 16/3 31* 32 21\ 69* 11 11*f 34* 73* Gisterochtend kreeg de geruchtma kende moordaanslag, welke op Zondag 21 November 1948 de Schepersstraat en omgeving in grote beroering bracht, eindelijk haar beslag voor de Haar lemse rechtbank. Men zal zich herin- beren, hoe op de bewuste dag de 34- iarige spijkermaker A. M. de woning Jan zijn vriend, de 44-jarige draad trekker P. S., in beschonken toestand oinnen kwam om deze te vragen met bem te gaan borrelen. S. zat juist naar ®en voetbalwedstrijd te luisteren en bad geen zin op het overigens vrien delijk verzoek in te gaan. Er ontstond een woordenwisseling, die tenslotte zo hoog opliep, dat S. Probeerde zijn vriend de deur uit te berken en toen dit niet lukte naar de keuken ging om een mes te halen, daar bij bang was, dat de ander hem neer fiou steken. Hij kon echter niets vin den, waarop M. hem inderdaad aanviel biet een mes en hem enige gevaarlijke stoken toebracht in zijn arm. Deze poging tot doodslag kwam reeds op 20 Januari in behandeling voor de Haarlemse Rechtbank, maar door de Merkwaardige getuigenverklaringen bad men zich genoodzaakt gezien de fifiak voorlopig te schorsen. Het slachtoffer zelf namelijk probeer de de handelwijze van zijn vriend zo Sunstig voor te stellen, dat de president fian de waarheid ervan ten sterkste be- Son te twijfelen. Pas nadat de presi dent gedreigd had met een meineed- Procedure kwam hij op zijn woorden terug en vertelde hij de waarheid. Anders was het gesteld met de ge- jdigen Sm. en zijn moeder, die er bij «even geen mes gezien té hebben, of- Schoon zij bij de politie zulks wel ver klaard hadden. Het resultaat was dan °ók, dat de behandeling geschorst werd fib moeder en zoon in hechtenis wer den genomen, als verdacht van mein- fied. y Dezelfde dag nog bekenden zij in het Huis van Bewaring te Alkmaar meineed Gepleegd te hebben. Terzake hiervan had het tweetal zich bisteren te verantwoorden. De moeder Baf toe, dat haar verklaringen onjuist *aren geweest, en vertelde, dat haar ?°on enige broers van de verdachte bad gesproken, die hem hadden ge ragd: „Je moet zo weinig mogelijk Joggen". Toen zij weer in de getuigen bank zat, had ze spijt gekregen en haar ;°on in het oor gefluisterd; „Laten we «oberen te redden, wat er te redden alt." Maar deze zag er geen heil meer in „We zitten nou toch in de bijt". De verklaringen van de zoon luid den ongeveer hetzelfde. In zijn requisitoir zeide de officier, dat er toch nog altijd mensen zijn, die een meineed willen riskeren, ofschoon de laatste tijd daartegen straf wordt opgetreden. Hij betwijfelde wel, of de verdachten het misdadig karakter van hun daad hadden ingezien, maar des ondanks achtte hij een gevoeüge straf op haar plaats. Zowel tegen moeder als zoon eiste hij een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar met af trek. „Ik heb zelden nog zo'n dom en zinloos geval meegemaakt", verklaarde mr. Tonino in zijn pleidooi. Hij was van mening, dat zijn cliënten met de twee maanden, dat zij in voorarrest hadden gezeten voldoende waren ge straft en verzocht de Rechtbank dit temeer daar de verdachten geen enkel voordeel voor ogen hadden gehad. Daarna kwam de zaak zelf aan de orde, die na het bovenstaande spoedig afgehandeld was. Als enige getuige werd nog een dokter gehoord met een niet uit te spreken Hongaarse naam, zoals de president het uitdrukte, die verklaarde, dat de verwonding van liohte aard was (De officier merkte la ter naar aanleiding hiervan op, dat nij zich gaarne bij dit oordeel wilde neer leggen, ofschoon het niet onmogelijk was, dat de Nederlandse waardering van de ernst van een verwonding wel eens zou kunnen verschillen met die van een Hongaarse!) De feiten stonden overigens wel vast en in zijn requisitoir bracht de officier naar voren, dat hij wel de indruk had gekregen van een dronkemansdelict. Het feit echter, dat verdachte naar de richting van het hart had gestoken, vond hij zeer bezwaarlijk. De eis tegen M. luidde een jaar onvoorwaardelijk met aftrek. De verdediger achtte de poging tot doodslag niet bewezen en verzocht aan het eind van zijn pleidooi de recht bank zijn cliënt een gecombineerde straf op te leggen. Dit vooral ook in verband met diens zwakke gezond- heid. In alle zaken bepaalde de rechtbank Te Tilburg werd de 100ste sterfdag van Koning Willem II plechtig herdacht. Voor de gedenknaald werden kransen gelegd en de burgemeester van Tilburg, mr. baron Van Voorst tot Voorst, hield een herdenkingsrede. Schiphol heeft slecht \Sear. Laag hangende wolken worden dQor een gure zeewind over de hangars en ge bouwen gejaagd en van tijd tot tijd doet een motregenvlaag de enkele personen, die zich op het platform bevinden, huiverend in de kraag van hun overjas wegduiken. Maar op de houten tijdelijke ver keerstoren aan de rand van het plat form heerst nu volop activiteit; het luchtverkeer gaat door en nu het weer zo slecht is, moeten de aankomende machines stuk voor stuk worden bin- nengeloodsd. Ergens boven de wolken klinkt moto rengeronk; een K.L.M.-vogel vliegt daar op zoek naar de thuishaven. Op de toren zit de verkeersleider met zijn staf en luistert in zijn koptelefoon; hij hoort de stem van de gezagvoerder, die zieh aan hém meldt: „Hallo Schiphol, hier K.L.M. Baker Peter, over". De verkeersleider antwoordt hierop: „Hallo K.L.M. Baker Peter, hier Schip hol, over!" maal eens over haar hart te strijken, de uitspraak op Donderdag 31 Maart. De gezagvoerder geeft nu aan de ver keersleider zijn positie, hoogte en snel heid op, waarna deze hem de nodige gegevens betreffende de windrichting, grondzicht, te gebruiken landingsbaan, wolkenhoogte e. d. mededeelt. De PH-TBP is echter niet de enige machine, die zich op dit moment in de lucht bevindt; er cirkelen in de wolken boven Schiphol nog enige vliegtuigen rond, die allemaal willen landen. Daar om geeft de verkeersleider aan iedere machine een landingsbeurt; nummer één mag landen, terwijl nummer twee wordt gedirigeerd naar het z.g. wacht baken, dat ten Noorden van Amsterdam, in Buiksloot, is opgesteld. Hier moet de machine op 300 meter blijven cirkelen. Een volgende moet op 600 meter rondjes maken, terwijl elk volgend vliegtuig hier bovenop „gestapeld" wordt, met 300 meter tussenruimte. Ook de PH-TBP krijgt dus van de verkeersleider een be paalde hoogte aangewezen, waarop hij voorlopig moet blijven cirkelen. Natuurlijk wordt dit systeem niet altijd straf gehandhaafd; een toestel, dat weinig benzine over heeft of waarvan de bemanning al een lange reis achter de rug heeft, of dat om een andere reden snel moet landen, krijgt op verzoek voorrang. Wanneer vliegtuig no. 1 ge land is, laat de verkeersleider vliegtuig no. 2 driehonderd meter lager komen en vervolgens de hele „stapel" een voor een 300 meter zakken. De onderste machine kan dan gaan landen. Schiphol is uitgerust met verschillende blindlandingsinstallaties en de meeste moderne verkeersvliegtuigen kunnen van al deze installaties gebruik maken. Op het instrumentenbord van de PH- TBP bevindt zich een klein, rond instru ment met twee wijzers erop, een hori zontale en een verticale. Deze wijzers reageren op de ontvangst van een hori zontaal en een verticaal veld, die door- de zender op de grond worden uitge zonden. Wanneer beide wijzers loodrepht op elkaar staan, volgt de machine de juiste dalingsbaan, maar wanneer een van beide wijzers uitslaat, moet de ge zagvoerder bijsturen. Dit landings systeem heet in de vliegwereld ILS (In strument Landing System). De vlieger in de PH-TBP heeft nog een ander middel om zijn landing zon der zicht op Schiphol uit te voeren. Hij zet een koptelefoon op en hoort daarin een onafgebroken fluittoon; dat is voor hem het bewijs, dat hij op de juiste koers voor de landingsbaan zit. Wanneer hij hiervan afwijkt, hoort hij aan de ene kant een reeks punten en aan de andere kant een reeks strepen; de vlieger kan dus aan deze signalen horen naar welke kant hij moet sturen om weer op de goede koers te komen. Om zijn afstand van het begin van de landingsbaan te weten te komen, behoeft hij alleen maar op een paar lampjes op het instrumen tenbord te letten; op 3 km van de lan dingsbaan staat het zg. voormerkbaken, dat in de koptelefoon een z.g. floeptoon geeft en op het instrumentbord een rood lichtje doet branden. Op 300 meter voor de landingsbaan staat het zg. hoofdmerk baken, dat hetzelfde effect in de kop telefoon veroorzaakt en een groen lamp je doet branden. De vliegers kennen dit laatste systeem als SBA (Standard Beam Approach). Het derde op Schiphol gebruikte sys teem werkt met een z.g. dwarspeiler, die aan de hand van door de telegrafist van het vliegtuig uitgezonden signalen de positie van het toestel ten opzichte van de landingsbaan bepaalt en die langs ra- diotelefonische weg aan de vlieger door geeft; daardoor weet deze hoeveel hij van zijn koers afwijkt en hoeveel hij dus moet bijsturen. Dit laatste systeem heet QDM-QGE-systeem. De gezagvoerder van de PH-TBP kiest nu een van deze drie blindlandingssys- temen uit, welke hij voor zijn landing wil gebruiken; dan richt hij zich tot de verkeerstoren om te vragen of dit sys teem in gebruik is. Als de verkeerslei der hem dit bevestigd heeft, kan de landing beginnen. Op de aanwijzingen van de instrumenten ei} op de fluittonen in koptelefoon glijdt de K.L.M.-vogel door de wolkenmassa naar baan 23 op Schiphol; de rode ea- groene lampjes flitsen aan en uit; de ogen van de ge zagvoerder zijn onafgebroken op zijn in strument gericht. Het hoofdmerkbaken laat zijn floeptoon horen; de baan is dus bijna bereikt. Nu nog even doorzakken. Een paar laaghangende wolkenflarden schieten langs het cockpitraam, dan ziet de vlieger vlak voor zich een glinsteren de betonvlakte: baan 23 van Schiphol. Een paar tellen later taxiet de PH-TBP naar het platform; de instrumenten en landingsbakens hebben de zilveren vogel behouden op het nest binnengeloodsd. Toen de vierentwintigjarige Amster dammer Pieter Kool op 10 November 1710 in het huwelijk trad met het Be verwijkse meisje Anna Roskam, dochter van Agge Jans Roskam en Stijntje Muus, geboren op 25 December 1688, dus nog geen twee-en-twintig jaar oud, heeft hij de grondslag gelegd voor een groot Beverwijks geslacht, dat is blijven voort leven tot op onze dagen, al zijn de na komelingen over het gehele land ver spreid. Pieter Kool werd poorter van Amster dam 25 Januari 1708 en was tot 1722 bierbrouwer in „Het Witte Lam" op de Rozengracht, daarna azijnmaker te Be verwijk bij zijn schoonvader. De azijn- makerij van Agge Jans Roskam was reeds in 1655 opgericht, heeft 200 jaar bestaan, en is steeds in de familie Kool gebleven. Pieter werd 16 Februari in de Gemeente bij het Lam te Amsterdam gedoopt en vertrok 6 Januari 1712 met attestatie naar Beverwijk. Hij is te Be verwijk gestorven op 14 October 1729 en zijn vrouw Anna Roskam vertrok daarna naar Haarlem, waar zij in Maart 1750 in het Proveniershuis overleed. 16 Maart d.a.v. werd zij te Beverwijk bij haar man begraven. Nauw bleven in de eerste jaren van Pieter's huwelijk de banden tussen de Amsterdamse en Beverwijkse familie leden, zoals er ook vele andere verbin tenissen waren tussen beide plaatsen. Voor de Amsterdammers van toen be tekende Beverwijk veel. Het was het lustoord, waarheen men zich gaarne be gaf, de tijd verdelend tussen Amsterdam en Beverwijk. Het oudste kind van Pieter en Anna, Agge. werd dan ook 16 October 1714 te Amsterdam geboren. Deze Agge Kool, die zich na de dood van zijn groot vader van moederszijde in 1733 Agge Roskam Kool noemde, heeft zich bij voortduring bijzonder geïnteresseerd voor alles, wat zich te Beverwijk voor deed. Hij was een man van brede op vatting, azijnmaker van beroep, nam de steeds groter wordende zaak van zijn grootvader over, en bracht deze tot in ternationale bloei, geleerde, taalkun dige, uitvinder, doper en predikant bij de Collegianten, lid der Hollandse Maat schappij van Wetenschappen te Haar lem. Hij trad in het huwelijk met Trijntje Honig uit Zaandijk, lid van een zeer bekende Zaanse familie, die ook in onze dagen veel voor de Zaanstreek be tekent. In zijn biografisch woordenboek der Nederlanden wijdt Van der Aa de vol gende regelen aan deze Agge Roskam Kool: „Agge Roskam Kool, koopman in de Beverwijk van wien ons geen levens- berigten bekend zijn, was een zeer ver dienstelijk man, die door zijn bemoeijin- gen tot welzijn zijner medeburgers meer verdiende geëerd te worden, dan zulks tot heden het geval was. In 1775 vinden wij hem met C. Nozeman, remonstrantsch predikant te Haarlem en J. Tak, ge neesheer te Leiden, een krachtige poging aanwenden, om door inenting het ver dwijnen der rundpest te beproeven. Hij maakte zich verder beroemd door het uitvinden van een werktuig, zijnde een raam en vlot om in den gevaar van schipbreuk verkeerenden zeeman daar door, indien mogelijk te bewaren. Bij de twist over het golvenstillend vermogen der olie, de teer of de traan, schaarde hij zich aan de zijde van de voorstanders dergenen, die dat vermo gen, op goede gronden en na genomen pioeven, aannamen, en prees hij het aan boord hebben van traan, olie en teer, ten sterkste aan in een door hem uit gegeven geschrift, getiteld: „Beschrijvin gen en Onderrichtingen tót de Nieuwe Platte Paskaart der Hollandsche Stran- Neem geen risico! Bestel vroegtijdig BOUCKAERT ZN. Rozenstraat 79 Telefoon 19992 Gevestigd sinds 1910 (Adv.) Als men in vroeger tijd een brief van Amsterdam naar b.v. Maastricht wilde verzenden, dan moest men een aantal vrachtrijders vinden, bereid om de brief van plaats tot plaats te brengen. Nu plakt men er een postzegel op en gooit de brief in de bus. Men weet: binnen korte tijd is hjj op de plaats van bestemming. Maar wat de P.T.T. voor uw dubbeltje moet doen, daar hebt ge geen flauw vermoeden van. aandeel in. Hier is de zaak tamelijk eenvoudig. Een sorteerkast met twaalf vakjes is ruimschoots voldoende om de poststukken te verdelen. Er kqmt geen speciale sorteerder aan te pas; de amb tenaar van het loket heeft ook tijd de stukken te splitsen in enkele grote kan toren en een paar richtingen. De be steller, die de post naar trein, tram of autobus brengt, maakt er, vóór hij ver trekt, vlug bundels van en deponeert deze in de zak, die aan een groter kan toor is geadresseerd. Zodra het een postkantoor betreft Bij P.T.T. werken ongeveer 47.000 ambtenaren, waarvan natuurlijk slechts een gedeelte betrokken is bij de plus minus 4.700.000 brieven en andere stuk ken, die dagelijks worden behandeld. Onder de 47.000 P.T.T.'ers bevindt zich een leger van technici, die uitsluitend op telefoon- en telegraafgebied werk- in een plaats van wat grotere omvang wordt het anders. Dan zijn er voor de zaam zijn. Een ander groot onderdeelstempeling, de sortering enz. al speci fier! groot postkantoor heerst vrijwel de gehele dag een grote drukte. Een ■tikje op de sorteerafdeling, waar de post wordt geschift en gesorteerd. wordt gevormd door de loketambtena ren, die voor de zegelverkoop, voor gi ro-, spaarbank-, postwissel- en andere diensten zorg dragen, terwijl vanzelf sprekend het administratieve corps eveneens een belangrijk gedeelte ver tegenwoordigt. Dan zijn er nog de tele fonistes en telegrafisten op de telefoon- en telegraafkantoren. Een zeer groot aantal bestellers en expediteurs is ech ter dag aan dag in de weer om brieven en andere stukken te sorteren en te be zorgen. Evenals de anderen vormen zij schakels in het P.T.T.-bedrijf, een be drijf, waarmee U dagelijks tientallen keren in aanraking komt, haast zonder er bij stil te staan. Toch kunt U bijna geen hand uit steken, geen voet verzetten, of P.T.T. is er bij betrokken. De maat schappij is zo met P.T.T. samenge groeid, dat zonder haar medewer king de zaak eenvoudig niet zou draaien. Bijna vijf millioen brieven of an dere stukken worden dagelijks aan de zorgen van P.T.T. toevertrouwd. Op elkander gelegd is dit een stapel van 20 km. hoog! Dit geldt voor normale dagen, want met de jaarwisseling b.v. zijn de aantal len nog heel wat groter. Eén voorbeeld: Op het postkantoor 's-Gravenhage werden tijdens de nieuwjaarsdrukte on geveer 900.000 kaartjes en kaarten ma- chinaal gestempeld. Al deze kaarten moeten ook gesorteerd, gebundeld, verzonden en bezorgd worden. Haast elk kaartje komt in handen van 4, 5 of 6 postmensen. Gelukkig is het niet elke dag zo en is het aantal van 4.700.000 verdeeld over een grote oppervlakte, d.w.z. over honderden postkantoren, aldus vertelt het „P.T.T.-Nieuws". Ook de allerkleinste kantoren leveren er hun ale ambtenaren nodig en grotere sor- teerkasten, verdeeld in vele vakken. Daar is de expeditie reeds een apart onderdeel van de dienst, een onderdeel, dat zeer gespecialiseerde vakkennis vereist en dat interessante maar ver moeiende bezigheden met zich brengt. Men denke zich een kast, verdeeld in 84 vakken. Voor de kast een expediteur met een stapeltje brieven in de hand. Brief voor Hengelo: derde vakje rechts bovenaan, kaart voor Maastricht: eerste vakje links-onder, den Helder: links boven. De arm van de sorteerder gaat van links naar rechts, van boven naar be neden. Hij moet natuurlijk weten, dat Boven-Leeuwen en Reek in het vak Nijmegen komen; hij dient de hele kaart van Nederland met alle plaatsen en plaatsjes, dorpen en gehuchten, op z'n duim te kennen. Er zijn vakken, waarvan het op schrift niet een plaatsnaam maar een richting aangeeft, b.v. Utrecht—Zwolle. Hierin komen niet alleen de stukken voor plaatsen aan die lijn. Ook de dor pen, die er in de buurt liggen, worden in dat vak gesorteerd. Zoals hieruit wel blijkt, is de expeditie op een middel groot postkantoor reeds een vak apart. Een goede indruk van de enorme omvang der postale expeditie wordt echter pas verkregen op. onze grote postkantoren of speciale expeditie burelen, zoals het b.v. in Amsterdam te vinden is. Hier arbeidt een leger van bestellers en expediteurs sa men om de stortvloed van brieven, briefkaarten, drukwerken, kranten en andere stukken te verwerken, die dagelijks over ons land wordt uit gestort. Hier draaien stempel- en bundelmachines op volle toeren, de hamerstempels worden er onnavolg baar snel gehanteerd, de transorma- sorteermachines doen er de grond dreunen, terwijl ook de grote sor- teerkasten stapels stukken opslok ken. Uw brief voor Heerlen en Uw kaart voor Andijk, het tijdschrift voor Lutke- wierum en het pakje voor Breskens, al de stukken, die U een paar uur gele den postte, liggen, tezamen met vele an dere correspondentie, op de storttafels. waaromheen een aantal bestellers aan het werk zijn. Zij zoeken de brieven, kaarten en drukwerken, die voor de stempelmaohines geschikt zijn, er uit. de pakjes en tijdschriften komen in manden terecht. In een ommezien zijn de tafels weer leeg en gereed om nieuwe voorraad op te vangen. Elders zijn bestellers al bezig de brie ven enz. op te zetten, zo te rangschik ken, dat de stempelmachine de zegels raakt. De handstempelaars hebben zich over de andere, grote6e stukken ont fermd, terwijl ook de brieven, waar de zegels niet op de voorgeschreven plaats zijn gieplakt, hier terecht ko men. Met een snelheid van 26.000 stuks per uur passeren de brieven, kaarten enz. de stempelmachines. In bakken gaan zij daarna per lopende band naar de klavieren der transorma, waar de transormisten al bezig zijn. Telkens grijpen zij vnet de rechterhand een brief 2600 a 2700 stuks per uur telkens verdwijnt zo'n brief in een gleuf, terwijl de linkerhand een com binatie van toetsen indrukt. De transforma is een vernuftige ma chine. Wie haar voor 't eerst ziet, wrijft zich de ogen uit. Er is zelfs een étage op gebouwd, waarop zich een platform van bijna 10 meter lengte bevindt. Op dit platform staan 5 bedienplaatsen voor transormisten, zodat per machine meer dan 13.000 brieven per uur gesor teerd kunnen worden. Ten behoeve van de transorma zijn voor een flink aantal plaatsen code nummers vastgesteld. Zo is Almelo b.v. nr. 85. De transormist kent al deze nummers tot in de perfectie. Hij moet, zodra hij een brief voor zich krijgt, terstond weten, welk nummer moet worden aangeslagen. Hij is zo getraind, dat hij zelfs bijna slapend de juiste toetsen zou kunnen vinden. Elk klavier heeft 9 toetsen voor de eenheden, 9 voor de tientallen en 3 voor de honderdtallen. Hiermede kunnen 399 combinaties worden gemaakt. Wanneer de brief in de gleuf valt, komt hij in een wagentje, dat, verbon den aan een ketting zonder einde, pas seert. Het wagentje reageert op de „stoters", in werking gekomen door de aanslag op het klavier en neemt de brief mee. Een ingewikkeld mechanis me zorgt er verder voor, dat het wagen tje zijn prooi loslaat precies boven het vak 85, i.e. Almelo. De vakken bevin den zich in het benedengedeelte van de transorma, dus parterre. Ze kunnen ge makkelijk worden geledigd. Ondanks het grote aantal vakken blijft er na de transorma-sortering een aantal stukken over. Heel Friesland b.v. heeft maar twee vakken in de trans orma. Deze vakken leveren dus een aantal brieven, die nog fijner moeten worden gesorteerd en hiervoor zijn een aantal sorteerkasten ingeschakeld, elk met 84 vakken. Hierin komen de rou tes tot in de kleinste onderdelen voor, b.v. het traject MeppelLeeuwarden met brieven voor Vochteloo, Baburen, Laaxum, Idsega, De Bult, Barradeel, Exmorra enz. U behoeft niet te weten waar deze plaatsen liggen, de expedi teurs, die hier werken, echter heel pre cies! Onderwijl hebben de handstempe laars manden vol pakjes, tijdschriften enz. afgeleverd. Deze manden komen op wagentjes bij de zakkenrekken en wor den, door ervaren krachten, over de verschillende zakken verdeeld. Voor niet-ingewijden levert het werk aan deze zakkenrekken een wonderlijk schouwspel. Als volleerde korfballers mikken de expediteurs, soms van gro te afstand, het stuk in de juiste zak. Slechts een enkele keer missen zij hun doel. Intussen zijn aan de transorma en aan de sorteerkasten bundels gevormd, be staande uit brieven voor dezelfde plaats of dezelfde route. Ook deze bundels gaan op wagentjes naar de zakkenrek ken. Dan komt het ogenblik, dat een zen ding de deur uit moet. Altijd gebeurt dat op bet laatste ogenblik, om nog zo veel mogelijk post mee te krijgen. Vooral in de avonduren, als de ene zending na de andere gereed komt, kan het er spannen. Met een zucht van verlichting kijken de expediteurs de wagens na, om dan weer hun plaats aan klavier of sorteer kast in te nemen. Want steeds nieuwe voorraad wordt aangevoerd en de lijst van te verzenden depêches bevat in Utrecht bijv. 524 stuks per dag. Dit zijn dan altijd zendingen, uit twee, drie of meer zakken vol post bestaande. Op het kantoor ,van bestemming volgt wederom een hausse in werkzaam heden, want hier moeten de brieven verdeeld worden in wijken en lopen en hier moet elke brief, elk pakje, elk drukwerk aan een bepaald adres wor den afgeleverd. En dit is weer een hoofdstuk apart. den tisschen de Maaze en Texèl" (Am sterdam 1773). Dat Kool ook de Vaderlandse letter kunde beoefende, blijkt uit het groten deels door hem vervaardigde „Woor denboek tot de Noord-Hollandsehe dia lect", op de Bibliotheek der Maatschap pij van Nederlandsche letterkunde te Leijden in handschrift aanwezig." In de Nederlandsche Mercurius, dL XXX blz. 75 lezen wij over bovenstaan de, dat de 10 Maart 1771 te Schevenin- gen de proef genomen is van dit „nieuw gemonteerd wagengestel" tot redding van drenkelingen in tegenwoordigheid van de Prins-Erfstadhouder." Agge Roskam Kool was, zoals gezegd, lid der Hollandsche Maatschappij van We tenschappen te Haarlem, in wier ver handelingen zijn opgenomen zijn „Aan- teekeningen, behoorende tot de Kaart van het Hondsbosch en Duinen te Petten, voornamentlijk dienende, om de juiste afneeming van hetzelve Hondsbosch in den tijd van 52 jaaren aan te duiden; met de beschrijving eener nieuwe Uit vinding, zoo men vermeend, volgens welke men zeer naauwkeurig en gemak kelijk kaarten, enz. verkleinen kan." De familie-aantekeningen van Agge Roskam Kool zijn bewaard gebleven. Een bruin lederen boekje met bijzonder heden betreffende het geslacht Kool en nog een aantekeningboekje in sitsen om slag, dat de namen Roskam en Kool bui ten op draagt. De authentieke stukken zijn thans in het bezit van de heer P. Kool Jzn., hoeve Oud-Millingen, te Mil- lingen (Vel.), terwijl ook de heer J. van Marken te Velp, beiden regelrechte af stammelingen van Agge Roskam en Pie ter Kool, over vele gegevens beschikt. Agge Roskam Kool was voor zijn tijd een vrijzinnig man. Bleek dit reeds uit zijn veelzijdige activiteit, niet onvermeld mag blijven, dat hij genoemd moet wor den als prediker en dooper bij de Oude Collegianten Rijnsburg, die aldaar twee maal 'sjaars hun godsdienstige vergade ringen, zonder behulp van een predikant, en doop, door onderdompeling, hielden. Van Agge Roskam Kool is nog een preek bewaard gebleven, die hij te Rijnsburg hield en die bewijst, dat hij inderdaad een vrijzinnig man was. Er bestaat ook nog een lijst van na men dergenen, die hij aldaar gedoopt heeft. Tot hen behoort de bekende schrijfster Aagje Deken, die later samen met Betje Wolf op „Lommerlust" in de tegenwoordige Peperstraat te Beverwijk woonde. Met de families Roskam en Kool is ook ten nauwste de episode van de Be verwijkse walvisvaart op Groenland en Straat Davis verbonden. Agge Jans Ros kam, de grootvader van Agge Roskam Kool, was directeur van de Groenland- sche Visscherij, o.a. met de schepen „Noordwijk" en de „Jonge Agge". Pieter Kool, zijn schoonzoon, werd later even eens directeur, o.a. ook van de „Straat Davissche Visscherij". Een der schepen, „De Jonge Christina", werd genoemd naar de zuster van Agge Roskam Kool. De walvisvaarders, meest Wijk aan Zee- ers, hadden veel te kampen met de woe lige elementen en verschillende schepen keerden dan ook nooit van de „vissche rij" terug. Hieruit valt vermoedelijk ook de belangstelling van Agge Roskam Kool voor het reddingswezen te verklaren. De grote Beverwijker is overleden in zijn eigen stad, na de smaad meegemaakt te hebben, dat deze met voorbijgaan van alle stadsrechten in 1722 als een gewone ambachtsheerlijkheid werd verkocht aan Frangois van Harencarspel, op 23 Maart 1789. Zijn zoon Jacob Aggeszoon Kool, ge boren te Beverwijk in 1745 en overleden aldaar 1820, is burgemeester van de stad geweest. Van zijn dochter Anna is uit een gedicht van Aagje Deken „De Water- doop" bekend, dat zij 2 Juni 1770 ge doopt werd. Het is opvallend, dat te Beverwijk zo goed als niets herinnert aan de grote en veelzijdige figuur, die Agge Roskam Kool ongetwijfeld is geweest. Een kleine zijstraat van de C. H. Moensstraat, een rustige, haast verborgen straat, waar geen enkel verkeer is. bewaart de her innering aan de familie Kool: de Kool straat. Groot was gisteren de belangstelling bij de plechtige herdenking van de 100ste sterf dag van Z. M. Koning Willem II, waartoe net initiatief genomen was door de Stich ting Koning Willem Il-herdenking te Til- 5urS, die ook voor de uitvoering zorg droeg. H. M. Koningin Juliana liet zich verte genwoordigen door mr. G. c D. Baron van Hardenbroek, groot-meester en oppercere- moniemeester van hét Civiele Huis van H. M. de Koningin, en jhr. mr. J T. M. Smits van O yen, kamerheer in bijzondere dienst van H. M. de Koningin. Des morgens was er in de parochiekerk van het Heike een Pontificale Hoogmis, welke werd opgedragen door mgr. W. Mut- saerts, bisschop van 's-Hertogenbosch. Om half twaalf werd met militair eerbetoon een krans gelegd bij een gedenkteken, dat de plaats aanduidt van het huis, waarin de Koning overleed. De burgemeester van Til burg, mr. Baron van Voorst tot Voorst hield een korte toespraak, waarin hij de verbon denheid vart Tilburg met de overleden Vorst herdacht. Namens H. M. de Koningin werd stuur van Tilburg door mr. E. H. J. Baron van Hardenbroek, namens het gemeentebe stuur van Tilburg door mr. G. H. J. Baron van Voorst tot Voorst en namens de Rid ders in de Militaire Willemsorde door de generaal-majoor b.d. H. Koot, kanselier der Nederlandse Orden. Hierna volgde een offici le ontvangst ddbr het gemeentebestuur in het paleis-Raadhuis, waar de Koning Willem H-tentoonstelline werd bezichtigd. Te twaalf uur werd op het Willemsplein een défilé gehouden door on derdelen van de Koninklijke Landmacht. Van 16 Maart 1949 af mogen ingevol ge de „Prijzenbeschikking stalling auto mobielen 1949" en de „Wijziging prij zenbeschikking monteurswerkzaamhé- den automobiel- en motorrijwielrepara tiebedrijf 1947" kleine service-werk zaamheden niet meer in rekening worden gebracht. Onder deze werk zaamheden dienen o.m. te worden verstaan: het schoonmaken van de rui ten, het controleren van de banden spanning en van de in het motorrijtuig aanwezige hoeveelheden brandstof, smeermiddelen en water, het in en uit de stallingsgelegenheid rijden van het motorrijtuig. Voorts bevat de laatstgenoemde be schikking een regeling van de prijzen voor monteurswerkzaamheden, verricht in z.g. aangenomen werk.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1949 | | pagina 3