INDONESISCHE KWESTIE OP AGENDA DER
UNO-ASSEMBLEE GEPLAATST
Alleen België stemde tegen
Mr. OUD: Oppositie heeft weinig oog
voor realiteit in Indonesië-politiek
pap*
Amerikaanse regering belooft aan Congres
steun ter herbewapening te verzoeken
Economisch herstel gaat voor
i!
WEST-DUITSE FEDERALE REPUBLIEK
ZAL WORDEN OPGERICHT
Militair bestaar zal dan worden
opgeheven
Massa-gedoe
Verliezen in Indonesië
Grieks schip gestrand
Het weer.
Tot hoofd en hart
Iw
y
„Belangrijke kwestie
ZATERDAG 9 APRIL 1949
73ste JAARGANG No. 24432
De bestuurscommissie van de Algemene Vergadering van
de V.N. heeft Vrijdag mei elf tegen één stem, bij twee ont
houdingen, besloten de Indonesische kwestie op de agenda
van de Algemene Vergadering te plaatsen. België stemde
tegen, Grooi-Britiannië en Frankrijk onthielden zich van
stemming. Voor stemden r China, Chili, Libanon, Iran,
Canada, Panama, Australië, Mexico, Polen, Rusland en de
Verenigde Staten.
Tevoren werd een voorstel om de beslissing uit ie stellen
verworpen met negen tegen vier stemmen (België, Canada,
Frankrijk, Groot-Briiiannië)De Verenigde Stalen onthiel
den zich hierbij van stemming.
Besloten werd de kwestie ie verwijzen naar de politieke
commissie commissie nummer eenomdat het Indo
nesisch probleem beschouwd werd als een „belangrijke
kwestie".
Acheson hoopvol gestemd
POLITIEPOST OVERROMPELD
V.V.D. achter politiek
van regering
Bemanning blijft aan boord
Locomotief met
wagons te water
Ongeval nabij station Meppel
WAT VAN "GROOT-DUITSLAND" IS OVERGEBLEVEN
TEXTIELVAKGROEP
VRAAGT PUNTEN-
Aan acht Europese landen
Inschakeling in
W.-Europees bestel
Wat doet Rusland?
Duitse commentaar
Defensieplan voor
West-Europa
Ontbinding Belgisch
parlement mogelijk
Dan half Juni verkiezingen
BUREAUX VAN REDACTIE EN ADMINISTRATIE
SMEDESTRAAT 5 HAARLEM
Telefoon: Redactie 21544; Advertenties 21543
Abonnementen 20800 Postgiro 143480
Bijkantoor Beverwijk! Stumphiusstraat 45
Directeur: 3. 3. W. Boerrigter.
Hoofdredacteur: Drs. H. W M. van Run.
Wnd. hoofdredacteur: W. Severln.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
ADVERTENTIETARIEF 28 cents per rrvlUmeter-
ftoogte. Ingezonden mededelingen dubbel
tarief. Omroepers 16 cents per m.m.-hoogte.
De administratie behoudt zich het recht voor
advertentiën eventueel zonder opgave van
redenen te weigeren.
ABONNEMENTSPRI3S 35 cents per week,
f 1.52 per maand, f 4.55 per kwartaal.
natieff (Canada) sprak zich uit voor uit
stel van beslissing.
Tsiang (China) stelde plaatsing van de
kwestie op de agenda voor doch enige
weken uitstel van de eigenlijke bespre
king.
f»
Het debat werd geopend door de ver
tegenwoordiger van India die aandrong
op plaatsing van de kwestie op de agen
da van de Algemene Vergadering, om
dat deze kwestie „van vitaal belang is
voor millioenen mensen in Zuid-Oost-
Azië."
Ondanks verzet van Sovjet-Russische
zijde verleende de voorzitter, dr. Evatt
(Australië), daarna het woord aan de
Nederlandse vertegenwoordiger, jhr. mr.
J. W. M. Snouck Hurgonje. Deze zei:
„Mijn land doet een beroep op de com
missie de Indonesische kwestie niet op
de agenda te plaatsen. De Veiligheids
raad heeft een weg aangegeven, die mo
gelijk en wij.hopen het tot een op
lossing van het probleem zal leiden.
Wanneer de Assemblée thans een discus
sie begint, zou dat een inmenging bete
kenen juist op het moment, dat de ar-
tijen besprekingen te Batavia openen.
Het zou het succes van deze voorberei
dende conferentie in gevaar kunnen
brengen. Dr. Van Royen is onderweg
naar Batavia en wij hopen, dat de confe
rentie spoedig zal beginnen. Bespreking
van de kwestie op het ogenblik zou de
atmosfeer zeker vergiftigen en de par
tijen onnodig tegen elkaar opzetten.?-
Hierna werd nog, voordat tot stem
ming werd overgegaan, door verscheide
ne sprekers het woord gevoerd. Palar
(Indonesische republiek) zeide. dat be
spreking van de kwestie in de Algemene
Vergadering aan de Nederlanders motst
tonen, hoe de volkeren,, der wereld over
hun optreden denken.
Cadogan (Groot-Brittannië) wilde be
slissing over plaatsing op de agenda uit-
utellen totdat men zich een oordeel had
kunnen vormén over de ontwikkeling
van de conferentie te Batavia.
Chauvel (Frankrijk) noemde een de
bat over Indonesië in de Algemene Ver
gadering „nutteloos en schadelijk".
Van Langenhove (België) verklaarde
van bespreking in de Algemene Verga
dering schadelijke gevolgen te vrezen
voor de conferentie te Batavia. Ook Ig-
Malik (Sovjet-Unie) vergeleek een
preliminaire conferentie te Batavia met
„een conferentie tussen gevangenen en
bewakers" en drong op plaatsing van de
kwestie op de agenda der Assemblée.
Na de stemming verdaagde de Com
missie het
kwestie.
debat over de Indonesische
De Amerikaanse minister van Buiten-
lendse Zaken, Acheson, heeft tijdens
zijn persconferentie van Vrijdag in ant
woord op de vraag, of de aanwezigheid
van minister Stikker gelegenheid had
geboden tot een bespreking van het In
donesische vraagstuk, verklaard: „Wij
hadden een zeer volledige, openhartige
en grondige bespreking en ik ben zeer
hoopvol gestemd, dat deze besprekingen
een basis zullen gaan vormen voor grote
vooruitgang in dc richting van een op
lossing. Ik ben zeer bemoedigd door de
vorderingen van de besprekingen."
Een bende in de uniform van het
KNIL gekleed, heeft Maandagnacht een
politiepost te Sukaradja, ten Oosten van
Sukabumi overrompeld. De agenten
werden zodanig verrast, dat zij geen
gelegenheid hadden weerstand te bie
den; 14 agenten van de Daerah-politie
werden door de bende ontvoerd; 3 man,
die op wacht stonden, wisten te ontko
men. De echtgenoten van de agenten
slaagden er in zeven geweren in een
vijver te gooien. De overige bewape
ning werd door de bende buitgemaakt.
De regering maakt oekend, dat tot
haar leedwezen de volgende verliezen
in Indonesië zijn gerapporteerd:
Koninklijke Landmacht: Gesneuveld
25 Maart 1949: Sold. M. H. Linneman,
legernr. 250415144, afkomstig uit Al
melo. Gesneuveld 26 Maart 1949: Sold.
W. H. E. van den Berg, legernr.270501160,
afkomstig uit Velp (Rheden). Sold. H.
Lovink, legernr. 260223028, afkomstig uit
Zelhem. Ie It. P. J. Mol, legernr.
230608004, afkomstig uit Amstelveen.
Korp. J. B. Untied, legernr. 240727009,
afkomstig uit Groningen. Gesneuveld
27 Maart 1949: Sold. W. de Maat, legernr.
270321151, afkomstig uit 's-Gravenhage.
Sold. P. J. Smulders, legernr. 280918696,
afkomstig uit Leende (N. B.). Gesneu
veld 28 Maart 1949: Sold. K. Aartsma,
legernr. 261218035, afkomstig uit Eng-
wierum (Oostdongeradeel).
Koninklijk Ned. Ind. Leger: Gesneu
veld 18 Maart 1949 (vermist sedert 28
Februari 1949): Soend. sold. 2e kl. inf.
Kosadi, stbnr. 3465'kvp, afkomstig uit
Indonesië. Soend. sold. 2e kl. inf. Mar-
jani, stbnr. 745'kvp, afkomstig uit In
donesië. Soend. militie sold. Soebandi,
stbnr. 19164'a, afkomstig uit Indonesië.
Gesneuveld 21 Maart 1949: Man. korp.
inf. S. Maelensun, stbnr. 32124 n af
komstig uit Indonesië. Tim. sold. 2e kl.
inf. A. Moa, stbnr K. 34717716, afkomstig
uit Indonesië. Gesneuveld 22 Maart 1949:
Amb. sold. Ie kl. inf. O. Leatemia, stbnr.
11332, afkomstig uit Indonesië. Gesneu
veld 23 Maart 1949: Tim. sold. Ie kl. inf.
J. Malelak, stbnr. k. 24713715, afkomstig
uit Indonesië. Jav. sold. Ie kl. inf.
Marsidi, stbnr. 7442, afkomstig uit In
donesië. Jav. sold. Ie kl. inf. Boegel,
stbnr. 15707, afkomstig uit Indonesië.
Chin. sold. Ie kl. inf. Go Kiem Lan,
stbnr. k 10464754, afkomstig uit Indo
nesië. Gesneuveld 26 Maart 1949: Man.
sold. Ie kl. inf. C. Elias, stbnr. 24906,
afkomstig uit Indonesië. Gesneuveld 29
Maart 1949: Sold. Ie kl. M. P. W. van
Nispen, stbnr 231608000 afkomstig uit
Breda.
(Van onze correspondent)
De.voorzitter van de V.V.D., mr. P. J.
Oud, opende gisteren in de Utrechtse
Stadsschouwburg de algemene vergade
ring van deze partij met een rede, waar
in hij o.a. uitvoerig inging op de Indo
nesië-politiek van de regering, die hij
volledig steunt. Tot de rechtse opposi
tie, zoals deze vooral in de Anti-Revo-
lutionnaire Partij is belichaamd, richtte
hij het verwijt, dat zij weinig oog heeft
voor de realiteit en bovendien veel te
gauw met haar oordeel gereed is. Zij
heeft een verzet a outrance gevoerd te
gen de grondwetsherziening, hoewel de
beginselen dier herziening geien andere
waren dan die der Koninklijke rede,
waarvoor een harer voornaamste woord
voerders de verantwoordelijkheid had
aanvaard. Zowel Gerbrandy als Schou
ten hebben over de Indonesië-politiek
nog geen enkele constructieve gedachte
geuit. Tegen de V.V.D. is het verwijt ge
richt, dat zij haar verkiezingsleuze „Het
roer moet om" ontrouw is geworden na
het intreden van de heer Stikker in het
Kabinet. Maar het militair optreden van
18 December 1948 gaf duidelijk aan, dat
er een andere koers was ingeslagen.
Een terugkeer naar Djocja noemde
spreker alleen dan onaanvaardbaar, als
het zou zijn een terugkeer als souverei-
ne regering, los van het federale ver
band der Verenigde Staten van Indone
sië en het gezag der Nederlandse rege
ring. Onaanvaardbaar ook zonder de
volstrekte erkenning van Nederlands
recht en plicht om, zolang de souverei-
niteitsoverdracht niet heeft plaats gehad,
voor de handhaving van orde en recht
op het terrein der voormalige Republiek
zorg te dragen.
Maar als aan deze voorwaarden
wordt voldaan, aldus de heer Oud,
dan zie ik niet, dat de Nederlandse
regering ontrouw wordt aan het-
Scheveningen-radio ontving Vrijdag
in het begin van de avond een spoed-
sein op van het Griekse stoomschip
„Agioi Victores", dat stuurloos rond
dreef ten Noorden van Schiermon
nikoog. Het verzocht sleepboothulp. Het
schip is later voor het Friese Gat ge
strand. De sleepboot „Oceaan" en de
reddingboot' „Insulinde" lagen te mid
dernacht langszij de „Agioi Victores". De
bemanning wilde het schip echter niet
verlaten.
Gisteravond even na 8 uur „brak" een
goederentreinkomend uit de richting
Leeuwarden, even buiten het station Meppei
in tweeën, doordat de koppeling tussen
twee wagens bij het stoppen voor een on
veilig sein werd verbroken.
Terwijl het locomotief personeel bezig was
de koppeling te herstellen, kwam het voor
ste gedeelte van de trein weer in beweging.
Dit treingedeelte reed een zijspoor op,
schoof een stoot juk ter zijde en kwam ge
deeltelijk in het water terecht. Beide hoofd
sporen bleven vrij, zodat het treinverkeer
geen enkele vertraging ondervond.
OOST
U SL A
NOER. POOLS
VERDELING
VAN BERUJN
GRENS VAN MET
VOORMALIGE
GROOT DUITSE RIJK
—NEDERLAND
\QfLGIE
SUDETENLANO
TSJECHOSLOWAKUE
DUITSE INDUSTRIE
ONDER INTERNAT
CONTROLE
WEST-DUITS LAND-
■/'H-
32 KLEINE
CORRECTIES
VAN DE GRENS
SAARGEBIED ECON
UNIE MET FRANKRIJK
OORMALIG
'v60HEMEN-.
R AVI
SLOWAKIJE
s
I
FRANKRIJK
OSTENRUK
HONGARIJE
R VIER;
GROTE MOGENO
fZWITSERLAND
^jAËigcjijsjTpËLrTjA
geen zij in de laatste maanden her
haaldelijk als haar politiek heeft
uitgestippeld, indien zij de heren
van Djocja de gelegenheid geeft
zich medé als een voorlopige deel
staat te constitueren en met de re
geringen der andere voorlopige deel
staten, deel te nemen aan het over
leg om de Ronde Tafel.
Nederlands positie bij het vooroverleg
is sterk. Het heeft een loyaal aanbod
gedaan. Op hetgeen reeds sinds jaren is
toegezegd, heeft het in niets beknibbeld.
Tot zo spoedig mogelijke souverciniteits-
overdracht is het bereid. Het ziet niets
liever dan dat op korte termijn een
Unie van een gelijkwaardig Indone
sië met Nederland zal tot stand komen.
Maar zij moet vasthouden aan de eis,
dat dit zal geschieden op een zodanige
wijze, dat orde en veiligheid, menselijke
rechten en een deugdelijk bestuur zul
len zijn gewaarborgd, in Djocja en om
geving even krachtig als overal elders
in Indonesië.
Verwachting tot Zondagavond:
Koude, tamelijk heldere nacht, met
afnemende Noord-Vyestelijke wind en
plaatselijk nachtvorst.
Morgen overdag: overwegend droog
weer met later vanuit het Westen
toenemende bewolking. Matige, gelei
delijk naar Zuid-West krimpende en
langs de kust tot krachtig toenemen
de wind. Minder koud dan vandaag.
Zondag: Zon: 5.5619.28; Maan:
15.47—5.15.
Maandag: Zon: 5.5419.30;
17.19—5.29.
Maan:
Het bestuur en de raad van bijstand van
de vakgroep Detailhandel in Textielgoede-
ren hebben de textielpositie van ons land en
de mogelijkheid der opheffing van de tex
tieldistributie besproken. Unaniem wa»en
alle geledingen van de detailhandel van
oordeel dat het dringend gewenst is de be
volking vóór Pasen vijftig textielpunten toe
te wijzen. De opheffing van de textiel
distributie achtte men zeer wel mogelijk
zonder dat de volksbelangen geschaad wor-
Op he* Bloemendaalse strand zijn drag-lines druk bezig mei net graven van de
kolkwaarin het op 1 Maart gestrande Zweedse stoomschipde „C. A. Bank",
zal mqeten keren, alvorens een poging kan worden gedaan 't schip vlot te slepen.
Minister ln 't Veld heeft in gezelschap van verschillende buitenlandse gasten de
vorderingen van de wederopbouw in Velsen en IJmuiden bezichtigd. O.a. werd
een dupïax-wonmg van binnen en buiten bekeken. V. I. n. r. de burgemeester
van Velsen. de heer Kwintminister In 1 Veld en de heer Visser.
In antwoord op een dringend verzoek om militaire steun, dat op 5 April de
dag na de ondertekening van het Atlantisch pact gezamenlijk door de
landen der West-Europese Unie (Engeland, Frankrijk, Nederland, België en
Luxemburg) en afzonderlijk door Noorwegen, Denemarken en Italië bij de
regering der Verenigde Staten was ingediend, heeft de Amerikaanse regering
gisteren formeel toegezegd, dat zij het Congress zal verzoeken om aan de
ledenstaten der West-Europese Unie, alsmede aan Italië, Noorwegen en Dene
marken militaire en financiële steun ter herbewapening te verlenen.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken deelde Vrijdag verder mede, dat de
regering het Congress ook zou verzoeken, Italië, Denemarken en Noorwegen
financiële steun te verlenen om hun eigen wapenproductie te vergroten naast
het verschaffen van Amerikaanse militaire uitrusting.
In een verklaring, die gelijktijdig met de publicatie der nota's werd uitge
geven, drong de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Dean Ache
son, aan op de voorziening van de landen van het Atlantisch pact en zekere
andere landen, w.o. Griekenland en Turkije, met wapens en uitrusting.
hulp van de regering der Verenigde Sta
ten van essentieel belang is om dit pro
gramma doelmatig te maken. Het zou
moeten uitgaan van de in volgende para
grafen uiteengezette beginselen.
2. De essentiële beginselen zouden
zijn: de individuele krachtsinspanning,
de onderlinge hulp en de gemeenschap
pelijke actie bij de verdediging tegen de
gewapende aanvaller. Het beoogde doel
is de verwezenlijking van regelingen
voor de gemeenschappelijke zelfverdedi
ging tussen de mogendheden van het
Verdrag van Brussel, in het kader der
bepalingen van het Handvest der Ver
enigde Naties.
3. De militaire macht der deelnemen
de landen zou moeten worden ver
sterkt zonder het economisch herstel
of de totstandbrenging van een levens
vatbare economie, die dus liun prioriteit
zouden dienen te behouden, in gevaar te
brengen.
4. Bij het toepassen van deze alge
mene beginselen voor een programma
van gemeenschappelijke verdediging leg
gen de ondertekenaars van het Pact van
Brussel de nadruk op de volgende pun
ten:
a. De strijdkrachten van de deelne
mende landen zouden op de grondslag
van coördinatie ontwikkeld moeten
worden opdat zij, in geval van aanval,
zouden kunnen optreden volgens een
gemeenschappelijk strategisch plan.
b. Zij zouden onderling verbonden
moeten worden, ten einde de grootste
doeltreffendheid te bereiken met het
nodige minimumgebruik van manschap
pen, geld en materiaal.
c. De regelingen tussen de deelne
mende Europese landen betreffende de
overdracht van militaire uitrusting zou
den het mogelijk moeten maken deze
overdracht in zo groot mogelijke mate
tot stand te brengen zonder dat reke
ning behoeft te worden gehouden met
deviezenkwesties en zonder het systeem
van de inter-Europese betalingen te
verstoren.
5. Ten einde een programma van
gemeenschappelijke verdediging op
De tekst van het verzoek om militaire
hulp, dat op 5 April door de landen der
West-Europese Unie werd gericht tot de
regering der Verenigde Staten, luidt als
volgt:
1. Sedert de ondertekening van het
Verdrag van Brussel hebben de deelne
mende mogendheden een programma van
gemeenschappelijke verdediging bestu
deerd. Overtuigd van de noodzakelijk
heid van zulk een programma, zijn zij
van oordeel, dat zijn inhoud en zijn toe
passing moeten zijn gegrond op een vol
ledige onderlinge solidariteit. Zij zijn tot
het besluit gekomen, dat de materiële
Na een week van besprekingen in Washington zijn Dean Acheson, Ernest
Bevin en Robert Schuman, resp. minister van Buitenlandse Zaken van de
V.S., Engeland en Frankrijk, het volledig eens geworden over een nieuw
bezettingsstatuut voor West-Duitsland, dat van kracht zal worden zodra een
West-Duitse federale republiek zal zijn ingesteld. Met de oprichting van de
republiek zal de militaire regering der drie Westelijke bezettende mogend
heden ophouden te bestaan. Hoge commissarissen zullen dan in de plaats
treden der militaire bestuurders. De militaire bevelhebbers zullen echter aan
blijven als commandanten der bezettingstroepen.
Met het in werking treden van het nieuwe bezettingsstatuut wat zal af
hangen van de spoed, waarmee de Duitse constituerende vergadering in Bonn
overeenstemming bereikt over een W.-Duitse federale grondwet zullen
dan de drie Westelijke zones zijn samengesmolten.
staan, zullen tezamen een geallieerde
hoge commissie vormen, die het hoogste
geallieerde controle-orgaan zal zijn.
Bevin, de Britse minister van Buiten
landse Zaken, verklaarde gisteravond
over het getekende accoord inzake het
Duitse bezettingsstatuut: „Dit is Duits-
lands kans, indien het deze wil aanvaar
den, om opnieuw toe te treden tot de
West-Europese familie."
Bevin beschreef het nieuwe tijdperk,
dat geopend is door de ondertekening
van het accoord, als een periode van
„negatieve controle", die slechts zou
worden uitgeoefend, wanneer en indien
de besluiten van de Duitse regering in
strijd waren met de voornaamste begin
selen van de driemogendhedencontröle.
De snelheid en grondigheid, waarmee
overeenstemming werd bereikt, heeft, de
meest optimistische verwachtingen over
troffen. Functionarissen van de delega
ties, die aan de besprekingen over Duits
land deelnamen, zijn ervan overtuigd,
dat de ondertekening van het Atlanti
sche pact de doorslag heeft gegeven, om
dat hierdoor Frankrijks veiligheid beter
gegarandeerd is dan ooit in de laatste
30 jaar, zodat vele Franse bezwaren zijn
vervallen.
In een officieel te Washington ge
publiceerd communiqué wordt ge
zegd, dat de tekst van een bezettingssta
tuut in een nieuwe en eenvoudiger vorm
is goedgekeurd en aan de Duitse parle
mentaire raad te Bonn zal worden toe
gezonden.
De ministers hebben de overeenkom
sten inzake de ontmanteling van fabrie
ken, de verboden en beperkte indus
trieën en de instelling van een internatio
naal orgaan voor het Ruhrgebied, over
welke punten onlangs te Londen onder
handeld is, bevestigd en goedgekeurd.
Aangenomen wordt, dat de Duitse
federale republiek over een afzon
derlijke bi-laterale E.C.A.-overeen-
komst zal onderhandelen met de
Verenigde Staten en als een volledig
lid zal deelnemen aan de organisatie
voor Europese economische samen
werking, waardoor zij een verant
woordelijke partner in het Europees
herstelprogram zou worden.
Drie geallieerde hoge commissarissen,
die buiten de bezettende troepenmachten
Desgevraagd gaf Schuman de Franse
minister van Buitenlandse Zaken toe,
dat de huidige overeenkomst een jaar
geleden door de Franse regering zo»
zijn verworpen.
Dean Acheson zeide op een pers
conferentie, dat het Atlantisch Pact,
de nieuwe overeenkomst van de Grote
Drie inzake Duitsland en het Marshall
plan factoren zijn, die de Westelijke
wereld in een sterkere positie hebben
geplaatst met het oog op het bereiken
van een betere verstandhouding met
Rusland.
Acheson wees er echter op, dat de
Verenigde Staten vast zullen houden aan
het eens genomen besluit om de onder
handelingen met Rusland niet te her
openen voor de blokkade van Berlijn
wordt opgeheven.
Op een vraag of de Grote Drie in hun
overeenkomst over Duitsland ruimte
hebben gelaten voor hervatting van de
besprekingen met Rusland, antwoordde
Acheson, dat daarvoor een basis was
geschapen. Acheson zei geen reden te
weten waarom Rusland zich niet bij de
overeenkomst zou kunnen aansluiten.
De eerste reacties in Duitsland op het
te Washington gepubliceerde communi
qué over het bezettingsstatuut, geven
blijk van een grote mate van voldoe
ning. Er zijn aanwijzingen, dat de be
kendmaking zal leiden tot een oplossing
van de crisis, waarin het werk aan de
Duitse grondwet te Bonn nog steeds
verkeert.
Reuters diplomatieke correspondent
schrijft, dat „de volle omvang van de
overeenkomst het best wordt belicht
door het bericht, dat de Duitse deskun
digen, die, naar verwacht werd, in
Washington zouden achterblijven om de
werkdetails van de door de ministers
bereikte overeenstemming uit te wer
ken, onmiddellijk naar Europa zullen
terugkeren".
Waarnemers te Washington geloven,
dat het mogelijk is om binnen zes
maanden verkiezingen voor een West-
Duitse regering te houden, mits over de
voorlopige grondwet spoedig overeen
stemming wordt bereikt
grondslag van bovengenoemde princi
pes toe te passen, is het dringend no
dig de materiële en financiële steun
der Verenigde Staten te verkrijgen.
De ondertekenaars van het Pact van
Brussel zouden derhalve gaarne ver
nemen of de regering der Verenigde
Staten bereid zou zijn hun deze hulp
te verstrekken.
In antwoord op dit verzoek heeft de
regering der V. S. de volgende ant
woordnota aan de desbetreffende landen
doen toekomen:
De uitvoerende macht van de rege
ring der Verenigde Staten is bereid aan
het Amerikaanse Congress aan te be
velen dat de Verenigde Staten hun mi
litaire hulp aan de landen, die het Ver
drag van Brussel ondertekend hebben,
verlenen ten einde hen te helpen voor
zien in de behoeften aan materieel voor
hun verdedigingsprogramma. Deze hulp
zou worden verleend met toepassing van
het in het Atlantisch Pact'vervatte be
ginsel van de ontwikkeling door een
ieder van zijn eigen middelen en van
de wederzijdse hulp, op grond van welk
beginsel de leden van het pact elkaar
de wederzijdse hulp zullen verlenen, die
men van eik land redelijkerwijze mag
verwachten in verhouding tot zijn aard
rijkskundige ligging en zijn hulpbron
nen, en in de vorm waarin elk hunner
deze wederzijdse hulp het doelmatigst
kan verstrekken.
De secretaris-generaal van de perma
nente commissie van het Verdrag van
Brussel heeft Vrijdag het volgende com
muniqué uitgegeven:
De ministers van Defensie van de bij
het Verdrag van Brussel aangesloten
mogendheden hebben 7 en 8 April te
's-Gravenhage hun vierde bijeenkomst
(sedert de ondertekening van het ver
drag) gehouden.
Zij hebben een verdedigingsplan voor
West-Europa goedgekeurd en besluiten
genomen over de maatregelen, die elk
der vijf mogendheden zal moeten treffen
om het plan doeltreffend te maken.
De ministers van Defensie hebben ze
kere gedetailleerde voorstellen bespro
ken en goedgekeurd voor de verdeling
der lasten van strijdkrachten en wapen
productie over de vijf mogendheden.
Zij hebben de commissie van staf
chefs en de raad voor militaire bevoor
rading instructies gegeven over de naas
te te nemen stappen voor het bereiken
van volledige solidariteit en integratie
van de verdedigingssystemen der vijf
mogendheden.
(Van onze Brusselse correspondent)
Brussel, hedenmorgen.
De kabinetsraad, die Vrijdagmiddag
bijeen was, heeft besloten om aan het
parlement voor te stellen onmiddellijk
na de Paasvacantie te stemmen over
het Atlantisch pact en over de twee
wetsvoorstellen, die betrekking hebben
op de verkiezingen die door de minister
van binnenlandse zaken op het bureau
van de Kamer zullen worden gedepo
neerd. Na afloop van de kabinetsraad
werd de minister van binnenlandse za
ken ondervraagd omtrent de mogelijk
heid van een ontbinding van het par
lement Hij verklaarde, dat de regering
er op aandrong het meest dringende
werk zo spoedig mogelijk door het par
lement af te handelen met het oog juist
op deze mogelijkheid. Het staat echter
niet aan de regering het parlement te
ontbinden. De mogelijkheid bestaat
echter, dat de Prins-regent, wanneer dit
werk is afgehandeld het parlement te
gen half Mei zal ontbinden, zodat even
tueel omstreeks half Juni de verkiezin
gen zouden kunnen plaats vinden. De
regering heeft met het oog hierop haar
beslissing genomen en in parlementaire
kringen meent men, dat het de bedoe
ling is, dat zij in deze geest voorstellen
zal den aan de Prins-regent. Iedereen
is er thans van overtuigd, dat de moge
lijkheid om constructief werk te ver
richten thans niet meer aanwezig is
vóór de verkiezingen hebben plaats ge
vonden.
zeer tastbare dingen: armoede, ruzie
met geestelijken, bankenpacht, kinder
tal.
Een tijdig contact zoeken door de vu
rige Credo Pugno-lekenapostel, die niet
alléén met een apologetisch pleidooi
komt, maar direct ook materiële hulp
middelen heeft te presenteren, kan
reeds ontzaglijk veel geestelijk en tijde
lijk onheil voorkomen.
Een gezonde coördiiiatie van al wat
er op het gebied van het lekenaposto-
laat wordt ondernomen, lijkt ons hier
de aangewezen weg tot blijvend her
stel.
Uhe
Wie alleen van zichzelf tuil leren
heeft een dwaasheid tot leermeester.
(Van een bijzondere medewerker)
Er is in de pers, Goddank, veel te
doen geweest naar aanleiding van,
wat men noemde, de massale ge
loofsafval in Nederland. Het beangsti
gend probleem van het zich van God
verwijderend mensdom kan nooit ge
noeg de aandacht hebben van ieder,
die op enigerleiwijze mede verantwoor
delijk staat voor het waarachtig heil
van zijn medemens. En wie staat niet
mede verantwoordelijk? Men behoeft
daartoe geen priester te zijn, geen le-
ken-leider der K.A., geen schoolhoofd
of verantwoordelijk journalist, geen
bestuurslid van een principiële organi
satie of commissaris van een jeugdbe
weging. Gewoon, ieder mens onder de
mensen is in een bepaald opzicht zijns
broeders hoeder. Altijd weer moet ieder
er op bedacht zijn, dat. wat hij zegt en
wat hij doet, op enigerlei wijze invloed
uitoefent op ieder met wie hij omgaat.
Deze invloed kan ten goede zijn of ten
kwade: de invloed is er. Vanzelfspre
kend neemt deze verantwoordelijkheid
toe naarmate de invloed groter wordt.
Het ouderpaar, waarvan men zo vaak
zegt, dat het een beslissende invloed
heeft op het leven van de kinderen,
draagt niettemin zijn verantwoordelijk
heid op een geheel andere wijze dan
b.v. de bestuurder van een organisatie,
die in het programma schrijft, dat de
doelstelling der vereniging is: de men
sen mede te helpen opvoeden tot ka
tholieke persoonlijkheden.
Het is goed, wanneer we tegenover
opvoedingsmethoden zowel van ouders
als van verenigingsleiders critisch staan.
Het wordt gerechtvaardigd door het
oude Franse gezegde: L'homme est un
être instruit, de mens is een vormbaar
wezen.
Norm voor het recht critiek uit te
oefenen is evenwel, dat men weet w»t
men critiseert. Nu kunnen we niet
steeds aan de indruk ontkomen, dat cri
tici ten opzichte van het organisatie
leven zich zelf niet steeds deze norm
aanleggen.
Zo lazen we een artikel in de Gelder
lander, waarin de schrijver meëhde te
moeten wijzen op het massa-gedoe in
het huidige katholieke leven. Een an
dere maal hoorden we een bekend ka
tholiek spreken over katholieke sociale
organisaties, waarin men „gooit en
smijt met sociale encyclieken, maar
waar bij nadere beschouwing alles voos
en hol blijkt te zijn".
Wanneer men dergelijke uitingen ver
neemt van mensen, die op belangrijke
posten het katholieke leven en de ka
tholieke zaak dienen, mag men die toch
niet zonder meer voorbijgaan en met
een hooghartig gebaar afwijzen. Doen
wij werkelijk in het katholieke vereni
gingsleven aan massaregie? Niet on
duidelijk bedoelen de beide critici op
de eerste plaats een waarschuwend
verwijt te richten aan de beweging in
Nederland, die meer dan enige andere
organisatie de „massa" omvat: de Ka
tholieke Arbeiders Beweging.
Deze beweging hoopt nog dit jaar een
actie in te zetten, die haar het 300.000e
lid zal brengen. Naar Nederlandse be
grippen is dit zonder twijfel een mas
sabeweging. En als b.v. een deel van
het kader dezer beweging eens bijeen
komt zijn er al gauw vele duizenden
tezamen. Wanneer zij 'n belangrijke be
richt onder haar leden wil verspreiden
gebeurt zulks direct in honderdduizen
den exemplaren. Gegroepeerd als de
leden zijn in plaatselijke en parochiële
afdelingen komen ze op ontspannings
avonden en feestelijke bijeenkomsten
veelal met honderden gelijk bijeen. En
dat alles is inderdaad min of meer „mas-
sagedoe". Wie nu evenwel zou menen
dat dit zo ongeveer het enige is wat
deze beweging doet, mist toch wel per
se de norm die hem het recht tot cri
tiek verleent.
In een werkelijk voortreffelijk artikel
in de laatste aflevering van het corres
pondentieblad voor geestelijke adviseurs
schrijft pastoor F. M. J. van Leeuwen
over de K.A.B.: „De Katholieke Arbei
ders Beweging heeft van meet af de
persoonlijkheidsvorming op de voor
grond gesteld. Zij beoogde van den be
ginne af zelfstandige, doelbewuste,
overtuigde, principieel ingestelde, stijl
volle katholieke arbeiders te vormen,
die bezield door hun idealen en steu
nend op de sociale leer der Kerk, vol
gend de richtlijnen van de Kerkelijke
overheid met groot geloof en onwankel
baar vertrouwen een maatschappelijke
herstelbeweging begonnen overeenkom
stig hun katholieke overtuiging".
Zie, dat klinkt wel iets anders dan
„gooien en smijten met encyclieken" en
„massagedoe".
Het is een maatschappelijke herstel
beweging. Maar spreekt het dan niet
vanzelf dat de dragende gedachten, die
hieraan ten grondslag liggen, zoveel mo
gelijk gemeengoed van de massa moe
ten zijn?
Hoe moeten deze gedachten bij de
massa worden gebracht? Het antwoord
op deze vraag is heus niet zo eenvou
dig. Toen Ariëns nog met zijn Kern
werkte, kende 'hij elk van zijn mannen
persoonlijk. En als er een dronkelap
tussen was of een die meende, dat de
godsdienst toch niet zo veel met het
maatschappelijk vraagstuk te maken
had. dan was de directe invloed van de
arbeidersapostel groot genoeg, om het
gevaar wat hierin school te redresse
ren.
Maar van het moment af, dat de ma
teriële aantrekkelijkheid van deze be
weging toenam, zowel door de eigen
instellingen als door overheidsmaatre
gelen, was er niet aan te ontkomen, dat
vele tienduizenden zouden toetreden,
niet zelfstandig, niet doelbewust, niet
overtuigd, niet principieel ingesteld. De
beweging heette hen allen hartelijk
welkom. Niet omdat zij daardoor haar
macht zag toenemen, maar omdat zij
daarmede de kans kreeg vormend op
deze mensen in te werken.
Is zij volledig in deze opzet geslaagd?
Het zou verregaand arrogant zijn deze
vraag bevestigend te beantwoorden.
Maar wel staat vast, dat over het alge
meen de katholiek georganiseerde ar
beiders niet behoren tot de afvalligen.
Helaas zijn er velen die, zich vestigend
in een grote stad en komend van het
platteland, eerst te laat het katholieke
verenigingsleven in de stad leren ken
nen. Het is inderdaad mogelijk en we
achten het zelfs waarschijnlijk, dat in
dit opzicht de propagandisten der
K.A.B. in hun zo belangrijke taak te
kort schieten.
Hier zal dan evenwel een nog veel
nauwere samenwerking moeten groeien
tussen pastorie inclusief de K.A. en de
sociale organisatie. Geloofsafval wordt
onder de „massa" naar onze innig»
overtuiging niet veroorzaakt door mis-
groeiend theologisch inzicht. Wel doe»
verwaarlozing van het geestelijk leven
en bovenal door zeer menselijke en
(Vervolg op 6e kolom)