Woningvraagstuk te Haarlem
in goede handen
Wat aan Openbare Werken
zoal vastzit
I
Het gemeentelijk beleid in Haarlem
KATHOLIEK NIJVERHEIDSONDERWIJS ZAAK VAN URGENTIE
beleid?
mm
Wat is goed financieel
WOENSDAG 22 JUNI
ZATERDAG 11 JUNI 1949
HET WERK VAN WETHOUDER
ANGENENT
Plannen in nabije toekomst
Speel- en sportterreinen
Watersport
Beperking binnen de grenzen
van het mogelijke
Een goede raad
Leest ge op straat.
En waar ge gaat,
*4 Zij vroeg of laat:
De kiezersdaad
Vraagt rijp beraad.
Weet waar ge slaat.
Ge zijl gebaat
Mei K.V.P.!
hl?1»
Op een goede raad volge de betere daad terwille van de beste RAAD
Als wij enkele regels gaan wijden
aan de raadsverkiezingen die voor
de deur staan, dan lijkt het goed
te beginnen met een paar grepen te
doen uit de op het eind lopende periode
van de zittende vroedschap van Haar
lem. x
En men zou geneigd kunnen zijn om,
wanneer men het gemeentelijk beleid
van de laatste jaren (evenals van vroe
gere perioden) de revue laat passeren,
te gaan denken, dat de raad toch
maar een college is, dat weinig invloed
op het bestuur van de gemeente heeft
Men zou echter, wanneer men aan die
neiging toegeeft tot een verkeerde, slot
som komen.
Inderdaad, vele voorstellen, die door
het college van B. en W. aan de raad
worden gedaan, komen er zonder hoof
delijke stemming door.
Maar hoe komt dat?
Als wij het goed zien om twee rede
nen.
Ten eerste heeft de gemeente niet
alleen een autonome taak (zichzelf
regeren), maar ook een belangrijke, de
laatste tientallen jaren (helaas?) steeds
meer toenemende, taak van hogere or
ganen. Veelal nu vragen die „hogere"
wetten besluiten van de raad, waaraan
deze zonder meer moet voldoen. En
een groot aantal „hamerstukken" van
dergelijke aard komen op de raads-
agenda voor.
Ten tweede, worden practisch alle
besluiten van de raad voorbereid door
het dagelijks bestuur van de gemeente,
het college van B. en W.
Het is dus zo, dat dit college hij het
ontwerpen en voorbereiden van de
raadsbesluiten steeds op de achtergrond
ziet de raad en zijn samenstelling, mits
gaders de mogelijkheden van aannemen
of verwerpen.
En evenals een minister geen wets
ontwerp bij de Staten-Generaal zal in
dienen, waarvan hij met redelijke ze
kerheid kan verwachten, dat het geen
kans van aanvaarding heeft, zo zal het
college van B. en W. niet spoedig met
een voorstel komen, waarvan het ern
stig vermoedt, dat het om principiële
of practische redenen niet zal worden
aangenomen.
Wij willen hier maar mee zeggen, dat
de belangrijkheid van de raad of van
een der fracties niet alléén ligt in het
geen tijdens de raadsvergaderingen ge
zegd wordt, maar voor een belangrijk
deel ook in het „er zijn" van de raad
of van de fractie; in zijn preventieve
werking dus.
Toch blijven er natuurlijk nog een
groot aantal onderwerpen en vraagstuk
ken over, waar de vroedschap in het
openbaar over beraadslaagt. En de paar
grepen, die wij daaruit willen doen,
willen wij laten verband houden met
de principiële inslag, die de vraagstuk
ken voor ons katholieken hebben. Wij
zullen dat zeer beknopt doen, omdat
anderen wellicht aan deze onderwerpen
uitgebreider aandacht zullen schenken.
Wat *de uitvoering van de onder
wijspolitiek, betreft kunnen wij
in het algerfveen niet zeggen, dat
hier te Haarlem gezondigd wordt tegen
de gelijkstelling van „openbaar" en
„bizonder."
In het algemeenwant er waren
uitzonderingen.
Wij behoeven maar te herinneren aan
de lagere-schoolkwestie te Spaamdam,
het vestigen van een katholieke
school voor L.O. die, tégen de meer
derheid van de raad in, toch in beroep
werd gewonnen en na het weigeren door
de raadsmeerderheid om de noodzake
lijkheid uit te spreken om te komen tot
oprichting van 'n katholieke ambachts
school.
Men kan natuurlijk zeggen, dat de
„gelijkstelling" bij de verwerping geen
rol heeft gespeeld en dat alleen zake
lijke motieven de doorslag hebben ge
geven. maar wij weigeren dit te ac
cepteren. O.i. ontbrak de goede wil om
aan de uitzonderingspositie van Spaarn-
dam tegemoet te komen en de gelijk
stelling op het gebied van het nijver
heidsonderwijs in Haarlem te helpen
bevorderen.
Vervolgens moeten wij constateren,
dat de meningen in de Raad nog al
eens gebotst hebben op het gebied van
de subsidiëringen. Zien wij het goed,
dan is er een neiging te onderkennen
om initiatieven en werkzaamheden van
neutrale (niet-confessionele) en huma
nitaire maatschappelijke organisaties
financieel te veel te laten steunen op
de gemeentekas Wy hebben natuurlijk
niets tegen de activiteiten van derge
lijke organisaties op het gebied van
charitas. jeugdzorg, cultuur en zo meer.
Integendeel! Maar men moet begrü-
pen, dat aan deze soort werkzaamhe
den twee kanten zitten: het werk zelf
en de geldmiddelen die nodig zijn voor
de uitvoering Nu is het de gemakke
lijkste weg om. wat dit laatste betreft,
maar direct aan te kloppen bij de
Overheid. Is dit juist? Hebben wij. Ka
tholieken dit ook gedaan in onze eigen
uitgebreide vrije georganiseerde be
moeiingen oo de gebieden, die wij bo
ven aangaven? Neen. En vanzelfspre
kend niet! Want dit zijn taken die niet
direct het terrein van de Overheid zijn.
En wanneer eens een beroep werd ge
daan op de geldmiddelen van de pu
blieke kas. dan was dit een soort „ui
terste noodzaak". Maar men moet er
niet mee beginnen. Allereerst de eigen
boontjes doppen, de eigen kost verdie
nen en als het helemaal niet gaat en
het van voldoende belang is. dan nas
aankloppen bij de Overheid. Deze kan
dan de subsidiaire taak van subsidiëren
hebben. Doch als de Overheid subsidi
eert. dén slechts met gebruikmaking
van de verdelende rechtvaardigheid, d.
w.z. zij geve geld voor een bepaald, be
langrijk genoeg geacht doel. maar dan
ook aan alle organisaties dus ook de
confessionele die zich met hetzelfde
werk bezighouden. Maar wat ons be
treft om maar een voorbeeld te noe
men: liever parochiehuizen zonder
Overheidsgeld dan gesubsidieerde
buurthuizen
Het vorige onderwerp raakt ook
terloops het onderwerp van de
wijkraden. In de aflopende zit
tingsperiode van de huidige raad is hier
zo nu en dan over gesproken. Wij heb
ben onzerzijds de gedachte niet geheel
verworpen. O.i. zou het bijvoorbeeld
mogelyk kunnen zijn, dat een geïsoleerd
gemeentedeel als Spaamdam en in niet
mindere mate misschien Tuindorp
(West), wanneer daar behoefte aan
bleek te bestaan, een college benoemt
om belangen van die gemeentedelen by
de gemeenteraad voor te staan. Maar
wanneer men de stad zo maar zou gaan
willen indelen in wijken om in het
klein gemeentetje te gaan spelen, dan
lijkt ons dit een aangelegenheid, die
nog eens rijpelijk aan alle kanten be
keken zou moeten worden. Bij de laat-
Th. St J. HOOIJ
No. 1 Van lijst 2
ste algemene beschouwingen ter gele
genheid van de gemeentebegroting be
toogden wij het volgende:
Wanneer wij het probleem even be
naderen, dan gaat het toch eigenlijk
hierom, hoe men kan voorkomen, dat
de mens in de grote stad verloren gaat.
In wezen is het het vraagstuk van de
gemeentelijke gemeenschap, die geen
gemeenschap meer is. Spreker zou ech
ter de oplossing niet alleen willen zoe
ken, en misschien zelfs in het geheel
niet willen zoeken in een bestudering
van de wijkradengedachte, maar hij zou
hierin ook willen betrekken de vraag,
hoe via de vrije gemeenschappen, die
er in de gemeente op dit moment reeds
zijn, een oplossing gevonden kan wor
den. Over deze kwestie is, naar hij
meent zelfs gelooft hij, dat er in de
afdelingen ook op gewezen is heel
wat litteratuur verschenen, die mede
voor Haarlem en zijn randgemeenten
van betekenis moet worden geacht. In
1934 werd in de gemeenteraad van Am
sterdam het voorstel gedaan om een
onderzoek in te stellen naar de wen
selijkheid en de mogelijkheid van di
recte inschakeling der organisaties van
gemeentenaren bij het regelen en be
sturen van de huishouding der grote
gemeente. Hieruit blijkt, dat de ge
dachten, die aan de wijkraden ten
grondslag liggen, niet nieuw en zelfs
niet na-oorlogs zijn. Wellicht is alleen
maar nieuw de gedachte, dat de oplos
sing gevonden moet worden in de wijk
raden. Het denkbeeld evenwel, dat het
individu losraakt uit de grote gemeen
schap van de stad, is niet nieuw en die
gedachte moet opnieuw bekeken wor
den.
Ook zou spreker willen «zeggen, dat
het vraagstuk niet louter een sociaal-
economisch of cultureel vraagstuk is.
Het is veel meer omvattend. Daarvoor
wijst hij b.v. op de aanzienlijke steun,
die de gemeenschapsgedachte ook in het
geestelijk element vincit. Hiermee be
doelt hij b.v. wat voor de gelovige mens
de gemeenschap bevordert, bij de ka
tholieken de parochiesfeer en bij de
hervormden en gereformeerden het ker
kelijke gemeenteverband. Het is zo, dat
voor degenen, die niet in een dergelijke
gemeenschap van levensbeschouwelijke
aard leven, het probleem groter is. In
de studie, welke de betreffende com
missie gaat ondernemen, zal dan ook
aan het geestelijke element aandacht
moeten worden geschonken. Deze com
missie houde dus rekening met de vry
gegroeide gemeenschappen in de ge
meente en kijke niet alleen en niet
louter naar nieuwe vormen, die nog
gevonden zouden moeten worden
Als slot nu nog enkele gedachten
over het toekomstige beleid.
Zien wij het goed, dan zal de ko
mende vierjarige periode beheerst wor
den door enkele belangrijke onderwer
pen.
Allereerst, als ik het zo noemen mag,
de omvang en structuur van de gemeen
telijke gemeenschap zelf. Zal men ener
zijds willen gaan decentraliseren (wijk
raden) en, o contradictie, anderzijds
meer gaan centraliseren (annexatie)?
Zou het niet beter zijn, uit de be
staande vormen het beste te halen door
enerzijds zo groot mogelijke samenwer
king van de centrum-gemeente en de,
rand-gemeenten en anderzijds by het
gemeentelijk beleid méér de bestaande
maatschappelyke organisaties in te scha
kelen?
Annexatie en wijkraad blijven oi.
ultimum remedium.
Vervolgens zal het huisvestings-pro-
bleem bij onze nog groeiende bevolking
aller aandacht vereisen.
Huisvesting van de gezinnen, maar ook
van industrie en ambacht. De groeien
de bevolking moet immers ook nog wer
ken Met grote voortvarendheid zal ge
werkt worden aan de nieuwbouw en
met voorzichtige voortvarendheid aan de
herverdeling van de beschikbare ruimte
Waarbij vooral het middelgrote en het
grote gezin niet vergeten mogen borden!
De gezinspolitiek worde vervolgens
bevorderd door een doelmatige dé- of
progressie in de tarieven van de ge
meentelijke bedrijven voor de grotere
gezinnen, terwijl zo spoedig als de auto
nomie het weer toelaat, bij de beloning
van de dienaren der gemeente in pro
gressieve richting rekening zal moeten
worden gehouden met de grootte van
het gezin.
En wat niet het minst belangrijk :s:
de gemeentelijke huishouding zal zo
zuinig mogelijk gevoerd moeten worden
De overheid ook de gemeentelijke
bedenke dat zij de rentmeester is van
een arm volk. Zuinigheid bij het beleid,
efficiency bij de uitvoering, slechts, het
allernoodzakelykste investeren in de pu
blieke sector, zal noodzakelijk zijn om
de welvaart langzamerhand weer terug
te krijgen.
Om het gemeentelijk beleid in de
door ons gewenste richting te stuwen,
moeten wij een zo sterk mogelijke
katholieke raadsfractie afvaardigen, die
op haar beurt een stempel kan drukken
op het dagelijks bestuur van de gemeen
te, het college van B. en W.
Het Is in een stad als Haarlem geen sinecure om wethouder van Openbare
Werken te zqn, want deze simpele woordaanduiding van een gemeente
lijk departement betekent in feite, dat de betrokken wethouder de hand
heeft in bijna het gehele stedelijk wel en wee. Het is dan ook geen wonder,
dat men de heer A. J. M. Angenent bijna dagelijks in zijn kamer op het stad
huis kan aantreffen en als hjj er niet is, dan houdt hjj elders besprekingen in
het belang van de burgerij. De wethouder van Openbare Werken heeft niet
allaen de verantwoording Voor de bouwwerken, die de gemeente beheert of tot
stand brengt, maar ook voor het aanzien van de stad, de bestrating, de riolering,
Hout en Plantsoenen en de begraafplaatsen. Hjj moet zowel voor de huisves
ting van de burger als van de scholen zorgen, voor de speeltuinen als voor de
sportvelden en is dus eigenlijk, gewoontjes gezegd, van alle markten thuis.
De K.V.P. in onze stad mag zich
gelukkig achten in de heer Angenent
een man gevonden te hebben, die de
tijd beschikbaar heeft om aan al deze
onderdelen voldoende aandacht te
schenken, adviezen in te winnen, ini
tiatieven te nemen, de burgerij te ont
vangen. Maar zou hy niet 'n ambtena
rencorps tot zijn .beschikking hebben,
dat kundig en zeer werkzaam is, dan
konden niet de resultaten bereikt zijn,
waarover wy thans een en ander wil
len vertellen.
Onmiddellijk na de oorlog liep de
volkshuisvesting van Haarlem over het
districtsbureau voor Oorlogsslachtof
fers. Daar moesten zich ook de mensen
vervoegen, die geëvacueerd waren en
wilden terugkeren. Door de woningnood
werd de situatie geleidelijk aan steeds
moeilijker, zodat een gemeentelijk huis
vestingsbureau helaas een dienst van
formaat moest worden. Voorop zij ge
zegd, dat inwoning niet wenselijk, maar
noodzakelijk is. De wethouder gaat dan
ook steeds van de gedachte uit, dat de
nodige omzichtigheid betracht moet
worden om zo weinig mogelijk leed te
berokkenen. In Haarlem zijn als enige
gemeente in den lande de makelaars in
geschakeld, omdat zij op het terrein van
de woningverdeling gewoon zijn met
publiek om te gaan en de zaak niet uit
sluitend ambtelijk bekijken. Inwoning
is als regel voor beide partijen onaan
genaam, maar zolang er niet meer ge
bouwd mag worden, is vooral voor jonge
gezinnen samenwonen de enige moge
lijkheid om een eigen home te krijgen.
De gemeente staat niet vrij om te bou
wen zoveel ze maar wil. Het toegestane
kwantum is veel minder dan noodzake
lijk is om ook maar enigszins uit de
misère te komen. In vergelijking met
andere gemeenten slaat onze stad ech
ter geen slecht figuur, vooral niet wan
neer men bedenkt, dat zij weinig schade
door oorlogsgeweld heeft geleden. Er is
alles gedaan om meer bouwvolume te
krijgen, ook al voor de huisvesting van
industrie-arbeiders, maar er mocht geen
resultaat geboekt worden. Trekken wij
een vergelijking met enkele andere ge
meenten dan ontstaat het volgende zeer
recente lijstje:
geraamd
in
Verwoest: tekort,
ger.,
aanb.
volume
Haarlem 281 5000
292
288
638
Bloemend. 18 800
12
32
51
Helder 2030 5500
129
182
915
Velsen 3500 7000
550
658
1125
Wij hebben zes jaar niet kunnen bou
wen, waardoor we 4000 woningen ach
teruitgegaan zijn in verband met de
bevolkingsaanwas. Ruw geschat moet
voor nieuwbouw en afbreken van onbe
woonbaar verklaarde huizen een dui
zendtal woningen per jaar uit de grond
verrijzen. Interessant is het volgende
lijstje, dat aangeeft, wat tot stand kwam
en wat in de naaste toekomst gebeuren
zal:
Tot 1 Januari j.l. waren gereed geko
men 40 huizen aan de Oude Weg (waar
van 11 voor ouden van dagen), 116 van
de Woningbouwvereniging St. Bavo
Noord aan de Gijsbrecht van Aemstel-
straat, 70 van „De Voorzorg" aan de
Vondelweg, 38 voor ouden van dagen
aan de Dinkelstraat. 26 Getroffen wo
ningen werden hersteld en 2 particulie
ren bouwden.
Na 1 Januari konden 25 woningen
van „De Voorzorg" in gebruik genomen
worden. 21 Duplex-gemeentewoningen,
dus voor 42 gezinnen, staan gereed aan
de Pleiadenstraat en als de stucadoors
niet staakten woonden de mensen er al.
In vergevorderde staat van aanbouw
zijn 101 huizen van de Coöperatieve
Woningbouwvereniging voor gemeente-
personeel, 85 woningen van „St. Jozef"
en 15 particuliere woningen.
Regeren is echter vooruitzien en daar
om zijn thans 521 woningen in verge
vorderde staat van voorbereiding, te
weten 68 van „St. Bavo Oost", 16 ge
meentewoningen by de Dinkelstraat, 84
(waarvan 34 duplex) van „Ons Belang",
56 (waarvan 8 duplex) van „Zorgvliet",
71 (waarvan 5 duplex) van „Onze Wo
ning", 75 (waarvan 39 duplex) van
„Volkshuisvesting". Particulieren en
eigenbouwers hebben 151 huizen op pa
pier staan.
Vergelijkt men de cijfers met het toe-
A. J. M. ANGENENT
gemeten bouwvolume dan zijn er 72
huizen te weinig in aanbouw, welk
overschot echter dit jaar volledig wordt
ingehaald. Dit vindt zijn oorzaak in een
verbod, dat in September 1948 werd uit
gevaardigd om nieuwe plannen te ma
ken. De 521 op papier uitgewerkte hui
zen overtreffen echter alweer het
bouwvolume, dat er thans is en ver
wacht mag worden.
Wat de particuliere bouwnijverheid
betreft kan worden opgemerkt, dat de
belangstelling levendiger wordt. Bij de
voorziening in de woningnood speelt de
grondkwestie een voorname rol. Wel
beschikt de gemeente over een grote
hoeveelheid gronden, maar zij moet
trachten grote oppervlakten bouwterrei
nen op de geschikte plaatsen in handen
te krijgen, Verschillende onteigenings
procedures zijn lopende, opdat de toe
komst geen stagnaties zal brengen.
De wethouder schenkt bijzondere aan
dacht en hij vindt daarbij steun in
het college aan de huisvesting van
grote gezinnen, die als regel het meest
onder de nood te lijden hebben. Ook
voor ouden van dagen dient te worden
gezorgd en door bouw van voor de oud
jes gerieflijke kleine woningen kan een
opschuivingssysteem in de woningruim
te worden toegepast.
Voor de gewone arbeiderswoningen is
een gemiddelde inhoud van 260 M3 toe
gestaan. Hieraan is voorlopig niets te
veranderen, doch voor vele gezinnen is
deze inhoud veel te klein.
Als men bedenkt, dat de heer Ange
nent 28 jaar secretaris is van de Bond
van Woningbouwverenigingen in het
bisdom Haarlem, thans genaamd Katho
liek Instituut voor Volkshuisvesting,
dan is het duidelijk, dat wij ons geluk
kig mogen achten een dergelijk expert
Woningbouw in Haarlem-Noord. Het prachtig complex van „St. Bavo"
Mej. A. BOLSIUS
T_T et was de alleszins te respecteren
f~j wens van mejuffrouw Bolsius, die
in haar fractie voornamelijk de
onderwijszaken behartigt, om
dienaangaande door ons te worden ge
ïnterviewd in stede van zelf een artikel
daarover te schrijven. De hoogst be
langrijke inhoud van dit gesprek
(welke belangrijke inhoud, gelijk vanzelf
spreekt, alleen door haar werd geleverd)
willen wij zo nauwkeurig mogelijk rele
veren, opdat de katholieke kiezer in kort
bestek op de hoogte worde gebracht van
drieërlei: de belangrijkste vruchten van
het K.V.P.-beleid in de afgelopen pe
riode, de algemene inzichten in de on
derwijsverzorging en de in de toekomst
het eerst te verwerkelijken doelstellin
gen.
Brekend met de goede gewoonte om,
in het bijzonder wanneer het zoals hier
een dame betreft, uit te weiden over de
inderdaad in overvloed aanwezige
charmes der gastvrouwe, en met een
welhaast bruut voorbijgaan aan het zo
eenvoudigweg rechtstreeks uit het trom
meltje geoffreerde koekje, er tenslotte
van afziend om het gebruikelijke com
mentaar te leveren op de bij zulke ge
legenheden onvermijdelijke vriende
lijke) lichtjes in (meestal grijze) ogen
en toch waren zij er, zowel de lichtjes
als de grijze ogen willen wij onmid
dellijk ter zake komen, door u te vertel
len wat ons door mejuffrouw Bolsius
tijdens dat korte gesprek wérd Onthuld.
Het belangrijkste zorgenkind van de
K.V.P.-fractie in Haarlem bleek dan te
zijn het nog altijd ontbrekende dagam-
bachtsonderwijs op katholieke grond
slag. Het betreft hier voornamelijk een
belang van het katholieke arbeiderskind
en dus tevens van de katholieke arbei
der. Want het is met het oog op de toe
komst van het allerhoogste belang en
een noodzakelijkheid van eerste orde,
dat iemand, die in enig bedrijf werkzaam
wil zijn, de daartoe nodige geschoold
heid bezit, omdat ook bij de lichtste
neiging tot werkloosheid de niet-ge-
schoolde arbeiders het eerst afvallen. De
arbeider wil dat zijn kinderen minstens
bereiken, wat hijzelf na veel moeiten en
inspanningen bereikte, hij zal met het
oog daarop vooreerst behoorlijk vakon
derwijs voor zijn kinderen verlangen,
maar dan een vakonderwijs dat wordt
gegeven in de sfeer van zijn eigen ge
loofsovertuiging en dat doordrenkt is
van de beginselen waaruit hijzelf leeft
en waaruit hij wil, dat ook zijn kinderen
zullen leven.
Het is in het verleden overduidelijk
bewezen, dat men voor de verwezenlij
king van deze desiderata weinig zal
mogen rekenen op de steun van enige
andere zijde. Alleen de katholieke frac
tie heeft tot dan toe gehamerd op het
katholieke nijverheidsonderwijs en zal
daarop blijven hameren.
Er zijn allerlei soorten van katholiek
onderwijs in Haarlem; alleen het katho
lieke ambachtsonderwijs ontbreekt. Toch
is dit minstens evenzeer nodig, want
voor de vaak moeilyke milieu's waarin
de arbeider komt te verkeren, heeft hij
een goede principiële opleiding nodig,
welke hem vormt tot een katholieke ar
beider en niet tot een arbeider zonder
meer. Dat levensbeschouwing en vakon
derwijs meer met elkaar van doen heb
ben dan velen (vooral niet-katholieken)
beseffen, werd enige tijd geleden uit
voerig betoogd in dit blad; er werd toen
ook gewezen op het voldoende aantal
candidaten, dat daarvoor hier in Haar
lem in aanmerking zou komen.
Evenzeer als de katholieke jongen
behoeft echter ook het katholieke meisje
een op principiële grondslag berustende
opvoeding tot haar toekomstige taakver
vulling. Wij mogen ons gelukkig prijzen
hier ter stede een uitstekend toegerust
instituut daarvoor te hebben in de R. K.
Industrie- en Huishoudschool, waar de
meisjes niet alleen worden opgevoed
voor haar eventuele huismoederlijke
taak, doch ook voor een mogelijke an
dere taakvervulling, zoals handwerkle-
als vertegenwoordiger van de K.V.P. in
het college te mogen zien ente be
houden.
De toeneming van de woningbouw
eist nog andere voorzieningen, als b.v.
de aanleg van speel- en sportterreinen.
Op dit gebied wordt niet stilgezeten. We
denken aan de sportvelden ten westen
van de begraafplaats aan de Vergierde-
weg en aan de Schalkwijkerweg, aan
de Kleverlaan (het terrein van Schoten),
.het nieuwe Haarlem-veld, enz. Ook
speelterreinen worden, waar maar
enigszins mogelijk, aangelegd, enkele in
het zgn. Pijlslaankwartier, bij Huis te
Zaanen, het Noordersportpark. Ver
schillende zijn in voorbereiding, o.a. ka
tholieke speeltuinen in de Zaanenstraat
en de Ged. Schalkwijkergracht. Ook de
Dienst van Hout en Plantsoenen valt
onder de portefeuille van wethouder
Angenent. Op dit gebied is na de oor
log heel wat te doen geweest. De Hout,
het Noordersportpark, het park om Huis
te Zaanen en de Hertenkamp mogen
weer gezien worden.
Een ander aspect vormt het verkeers-
vraagstuk, waarbij de doortrekking van
de Vondelweg en de Delftlaan naar vo
ren springen. Maar het meest tijdroven
de en belangrijkste werk op dit terrein
school in de voorbereiding van nieuwe
buslijnen; de omzetting van tram in
autobus. Urenlang is er gedokterd om
de beste oplossing voor de burgerij te
krijgen en toen dan eindelijk de lijnen
hun beslag hadden gekregen, doemde
het grote asfalteringsplan op.
Als de Haarlemmer nu tevreden is
over de uitvoering, de snelheid en
de betrekkelijk weinig hinder ver
oorzakende wijze, waarop dit grote
werk zich voltrok en zich aan het vol
trekken is, dan dient hy te bedenken,
dat er maandenlange conferenties, als
het ware met de watch-stop in de
hand, aan vooraf gingen.
JPAAH2
rares, lerares in de huishoudvakken en
zovoorts.
Een bijzonder groot succes uit de af
gelopen zittingsperiode der K.V.P.-frac
tie mag het worden genoemddat het
aan haar vasthoudendheid alsmede aan
het doorzettingsvermogen van een tot
tweemaal toe in hoger beroep gaand
gemeentebestuur te danken was, dat de
inwoners van Spaarndam eindelijk in
't bezit kwamen van een Katholieke la
gere school, welke in September haar
poorten zal openen.
Vervolgens wees mej. Bolsius er op,
dat het Katholiek Voorbereidend Lager
Onderwijs in Haarlem weliswaar naar
volle tevredenheid fungeert, doch dat
de daaraan werkzame krachten een sa
lariëring genieten lager dan die van
haar collegae bij het openbare Voorbe
reidend Lager Onderwijs. Zij noemde
dit een grove onrechtvaardigheid in zo
verre een in gelijk loon tot uitdrukking
komende gelijke waardering ontbreekt,
ofschoon het Bijzonder Onderwijs in
dezen gelijk ook allerwegen gretig
wordt toegegeven in geen enkel op
zicht bij het openbare ten achter staat.
De Katholieke fractie zal niet rusten
voordat deze wanverhouding zal zijn
opgeheven.
Tenslotte wees mej. Bolsius er op, dat
het Buitengewoon Lager Onderwijs alle
reden geeft tot tevredenheid, doch dat
er nog één wens te vervullen overblijft
ten opzichte van de moeilijk opvoedbare
kinderen. Dit zijn die kinderen wier
intelligentiepeil meestal niet beneden
en soms zelfs boven dat der normale
kinderen ligt, doch die tengevolge van
leerstoornissen of gedragsstoornissen een
onderwijs behoeven, specifiek ingesteld
op hun aard en aanleg. Welnu, zulke
kinderen dienen eigenlijk te worden
opgevangen in afzonderlijke klassen,
waar hun een dergelijk bijzonder on-
derwys wordt gegeven. Zij behoren im
mers eensdeels niet tot de achterlijken
(imbecielen en debielen), kunnen ander
deels in educatief opzicht slechts tot hun
schade met de gemene maat gemeten
worden.
Ook op de verwerkelijking van dit
desideratum zal in de komende zittings
periode worden aangedrongen.
En ziehier dan de beknopte inhoud
van een gesprek met de in het onder
havige onderwerp gespecialiseerde re-
presentante van de katholieke raads
fractie, welker beleid ook in onderwijs
zaken ons volle vertrouwen mag heb
ben, omdat het zal zijn: krachtig, voor
uitstrevend en beginselvast.
Er zijn plannen in voorbereiding om
de watersport in Haarlem te bevorde
ren. Gedacht is daarbij aan een verbre
ding van de Mooie Nel, waarbij het vrij
komende zand en bagger gebruikt kun
nen worden voor ophoging van omlig
gende terreinen, die straks huizen zul
len dragen.
Hierboven hebben we reeds gezegd,
dat de directeuren van onderwijsinstel
lingen, die met een tekort aan school
ruimte te kampen hebben, bij wethouder
Angenent moeten aankloppen. Er wordt
getracht zoveel mogelijk hulp te verle
nen maar het wachten is op bouwvolu
me, waarbij dan weer voorbereidend
werk kan geschieden, die verband hou
den met uitbreidingsplannen.
Als het Haarlem goed gaat, dan moge
dc K.V.P. met haar vertegenwoordigers
in de raad daarvoor mede een dank
woord ontvangen. Dat wij in dit artikel
speciaal het dagelijkse werk van wet
houder Angenent belicht hebben zal
ieder begrijpen, die weet, hoezeer zijn
„departement" rechtstreeks het publiek
raakt.
Een goed financieel beleid van een
gemeente, en van Haarlem in het bij
zonder, is in het belang van alle bur
gers. Wat is een goed beleid? Het ant
woord is natuurlijk hetzelfde, wat
voor ieder ander huishouden geldt, n.l.
een beleid, waarbij de ter' beschikking
staande middelen zo doeltreffend mo
gelijk worden besteed en waarbij niet
verder wordt gesprongen dan de stok
lang is.
Maar, waar iedere huisvader kan
trachten uit eigen kracht het gezinsin
komen te vermeerderen, daar heeft de
gemeente Haarlem en met haar alle
andere gemeenten in den lande daar
toe maar zeer beperkte mogelykheden.
Het gemeentelijk belastinggebied is be
perkt geworden sinds 1928, en boven
den is het feit, dat de gemeente nood
lijdend is. oorzaak van een nog grotere
afhankelijkheid van het Rijk. De „alge
mene", de „belasting"- en de „bijzon
dere" uitkering uit het Gemeentefonds
(in 1949 geraamd op resp. f 5.180.900.
f374.200.en f 1.150.000.zijn van
overheersende betekenis in vergelijking
met de eigen inkomsten, in hoofdzaak
bestaande uit winsten op de energie- en
waterbedrijven van f 1.440.000.uit de
eigen belastingheffingen (hondenbelas
ting, vermakelijkheidsbelasting) totaal:
f 710.000.—, en uit de opcenten op de
grondbelasting, de personele belasting
en de ondernemersbelasting; totaal:
f2.925.000.Velen zouden terug willen
naar de volledige gemeentelijke auto
nomie, maar de vraag mag worden ge
steld of de vroede vaderen dan inder
daad meer belasting uit de burgerij zou
den kunnen persen dan nu, in hoofd
zaak door het Rijk alleen, wordt ge
daan.
De financiering van de grote bedra
gen nodig voor de uitbreidingen en de
verbetering van de bedrijven, waaron
der ook het woningbedrijf, alsook voor
de openbare werken, geschiedt natuur
lijk niet uit de gewone inkorrtsten.
Hiervoor worden gelden geleend, aan
vankelijk op korte, later op lange ter
mijn. In verband met de sterk gestegen
De propagandadienst van de K.V-P-
heeft een nieuwe stunt onderno
men. Dezer dagen wordt overal
in Haarlem een folder verspreid, waarop
een foto van een der twaalf candidaten
voor de nieuwe gemeenteraad. De kunst
is nu voor de geachte menigte om zo
veel mogelijk plaatsjes van een candidaat
te verzamelen en naar de propaganda-
club te zenden. Rondvluchten per K.L.M.
kan men er mee verdienen.
De discussies rondom dit ruilobject
stel ik mij als volgt voor:
„Toe, jö, geef mij nou dat Schreursie,
dan krijg jij van mij 'n Aangeenendje.
„Heb ik niet. Wel Eikies en Hooien.
„Wat heb je nou aan Eikies? Loer-
akkertjes moet je hebben, die helpen Je
van je hoofdpijn af...."
„Meneer van Westervlier, neemt U me
niet kwalijk, eh, maar zou het misschien
gelegen komen, als ik U niet derangeer,
dat U, eh, mij een Schippersje ver
schaft?
„Is dat die meneer, die zo stuurs
kijkt?"
„Pardon, ze kijken allemaal even
waardig. Maar kan ik U dienen met een
Bols-siusje?.
„Zeg Truus, kaik nou es effe oi je no?
'n Turnhoutje in je lucifersdoosje
hebt...."
„Hoeft niet, weet ik zowel, 'n Straat-
hoffie heb ik te ruilen...."
„Te koop! Te koop! Drie mooie Knapen
met reputatie...."
„Zeg Eveline, heb jij soms 'n Veldt,
muisje? Krijg jij van mij die snoezige
toet van.
Lezer, de rest van dit gesprek is ge*
censureerd. Candidaten van de K.V.P-
hebben niets aan voorkeurstemmen, als
U dat maar weet.
prijzen kosten deze werken aanzienlijk
meer dan voor de oorlog. Nu is er in
de stad al heel wat opgeknapt en
nieuw gemaakt; de bestratingswerken,
samenhangend met de opheffing van de
.tram, zijn nog volop aan de gang, maar
daarnaast staat er nog zeer veel op het
programma. Ik noem de uitbreiding van
het stratennet voor de uiterst noodza
kelijke woning-nieuwbouw, de uitbrei
ding van de industrieterreinen, een
nieuwe brug over het Spaarne, de vol
tooiingen van het rioleringsplan, scho
lenbouw etc. etc., alles uitgaven, die
de kapitaaldienst zwaar zullen belas
ten, en, van daaruit, de uitgaven voor
de jaarlijkse rente en aflossing. De to
tale schuldenlast is in enkele jaren ge
stegen van rond: f 45.000.000.tot bijna
f 63.000.000.waarvoor nu reeds het
behoorlijke bedrag aan rente en aflos
sing moet worden opgebracht van ca.
f3.900.000.—.
Uit het vorenstaande blijkt wel, dat
de nadruk van het goede beleid valt
op de uitgaven. De Katholieke raads-
fractie heeft, rekening houdend met dit
alles, zich steeds op het enig rationele
standpunt geplaatst, dat de noodzake-
lykheid van een uitgave meer woj®
bepaald door haar urgentie dan
door haar wenselijkheid.
Het is begrijpelijk, dat op dit Pu
grote meningsverschillen met de an-
dere raadsfracties bestaan. Dat mag °nS
echter niet weerhouden te strijden
voor uitgaven, welke wy sociaal-, cul"
tureel- en technisch-noodzakelijk acn-
ten, maar even
zeer voor ver
mijding van
overbodige in
gaven. Zuinig"
heid en efficiënt
beheer zijn
dwingend ver-
"eist. Niet alleen
wordt daardoor
binnen het ka"
der van de mo
gelijkheden
ruimte gemaakt
voor nieuwe
noodzakelijke
b'. oerilPPERS uitgaven, maar
evenzeer wordt een reserve gekweekt
om de eventuële vermindering van de
inkomsten op te vangen. Want moeten
wij niet met een daling van de belas
tingopbrengsten rekening houden?
Doet men daarom niet verstandig
voorlopig het oor te sluiten voor geld'
verslindende experimenten op cultU"
reel en sociaal gebied, waarvan de f*
nanciering opnieuw eisen zal stellen
aan de zo beperkte middelen uit de ge'
meentelyke kas?
J. A. SCHIPPERS.
«6
Een kijkje tn een moderne huishoudschool, waar de bouwstoffen van de
worden toebereid.
me**