Engeland zendt Frankrijk
100 straalvliegtuigen
Vrijheid en Orde
Legenden van Sint Franciscus Mensen op reis
HET GEZEGEND
GESLACHT
College Alg. Bestuur
dient ontslag in
Hoe staat het erbij?
VERRUKKING VAN HEMELSE DWAASHEID
Amateur-toneel op
hoger plan
ZATERDAG 18 JUNI 1949
PAGINA
Alsmede 45 Vampires'
Gouvern. Peters voornemens
naar Nederland te reizen
Metaalfabriek te Gouda
in as. gelegd
NEDERLAND KRIJGT DIT JAAR
35.000 TON RIJST
Literaire kroniek
S A N A P I R N
Het kan geen kwaad, voor een
enkele keer naar aanleiding van
het Evangelie van morgen eens
een beetje filosofie te bedrijggn. De
bedoeling van Jezus met Zijn gelijke
nis van de onwillige genodigden was
vóór alles de Joden duidelijk te maken,
dat zij door hun afwijzende houding te
genover Hem hun verwerping aan zich
zelf te wiiten hadden. En daarom richt
zich het Godsrijk nu tot de heidenen.
Maar behalve deze onmiddellijk toe
passelijke waarheid, wil Christus door
deze parabel de hele mensheid nog iets
veel algemeners en belangrijkers leren,
dat een van de voornaamste grond
slagen is van de nieuwe, bovennatuur
lijke heilsorde, n.l. de menselijke vrij
heid.
Niemand kan. ofschoon Christus voor
alle mensen gestorven is en Zijn
heilswil, naar Zijn eigen, herhaald ge
tuigenis. beslist zonder uitzondering
universeel genoemd moet worden, aan
de vruchten der Verlossing deelachtig
worden, zonder in volle vrijheid, wel
bewust na eigen, overtuigde keuze, tot
het Godsrijk te zijn toegetreden. Dwang
bestaat hier voor géén enkele mens in
geen enkel opzicht. Maar anderzijds is
het ook zó. dat ieder, die zich wetens
en willens van God afzijdig houdt. Hem
de rug toekeert, en in deze verkeerde,
maar gewilde keuze volhardt, zich zelf
daardoor de toegang tot de eeuwige,
gelukkige eindbestemming van elke
mens onmogelijk 'maakt. Dat is wat
Jezus bedoelt met Zijn woorden: „Niet'
één van die mannen die waren geno
digd. zal van mijn feestmaal genieten."
(Lc. 14 24).
Het moge vreemd klinken, en zeker
is dit met het oog op onze zwakheid
voor ons niet altijd even geruststellend,
maar God eerbiedigt tot het uiterste de
ons eenmaal geschonken wilsvrijheid.
Zij behoort bij ons mens-zijn en boven
dien zouden wij. zonder deze vrij
heid. nooit kunnen spreken van een re
delijke en rechtvaardige beloning of
straf voor het al dan niet nakomen
van de door God vastgestelde wetten.
De grond van deze vrijheid ligt in ons
verstand, waardoor wij ons juist we
zenlijk onderscheiden van de overige
schepselen op deze aarde Het ver
stand stelt ons in staat vergelijkingen
te maken, een oordeel te vormen en
een keuze te doen. En daardoor kunnen
wij weer streven naar ons doel op een
wijze, die met onze waardigheid als
mens overeenstemt n.l. door het aan
vaarden van die speciale vermogens,
die ons onderscheiden van het dier:
verstand en vrije wil. Er is geen twij
fel aan: dit is een allerkostbaarste
maar tevens een gevaarlijke gave. Wij
zijn immers daardoor in staat ons ge
heel en al aan God over te geven, maar
wii kunnen Hem óók afwijzen.
In ongelovige kringen, waar men
God uitsluit en de hele Schepping als
stof beschouwt, die zich naar eigen
wetten ontwikkelt, kan men deze vrij
heid van wil natuurlijk niet plaatsen,
omdat de mens volgens deze opvatting
niets anders is dan een volkomen
machteloos offer van zijn eigen samen
stelling en milieu, die feitelijk nooit
anders handelen kan dan hij doet, om
dat hij automatisch gehoorzaamt aan
de in hem werkzame wetten van de stof.
Het gewone gezonde verstand verzet zich
al tegen zulk een mening.
De katholieke leer wijkt nooit een
haarbreed af van haar onwrikbare over
tuiging afkomstig van Gods open
baring dat wij, mensen, wel degelijk
bekwaam zijn tot het onderhouden van
de zedewetten, dat wij, bijgevolg, over
de nodige wilsvrijheid beschikken. Nog
afgezien van de openbaring brengt ook
de wijsbegeerteons tot dit inzicht. Wat is
er nodig om te kiezen? Een samen
werking van het verstand en het streef -
vermogen. Het verstand oordeelt eerst
over het voor en' tegen van een zaak.
Slaat de balans naar een bepaalde zijde
over, dus: zijn wij overtuigd, dat dit
voor ons zó het beste is, dan zet het
streefvermogen, de wil, zich, voorgelicht
door het verstand, in werking om het
aldus als het voor ons voordeligste
uit te voeren. Dat is kiezen. Waarmee
natuurlijk niet gezegd is, dat, wat wij
in een bepaald geval het beste vinden,
ook altijd werkelijk het beste is d.w.z.
overeenkomstig Gods wetten. Het ver
stand kan zich vergissen! Allerlei facto
ren kunnen zijn oordeel beïnvloeden.
Maar desondanks blijft de wilsvrijheid
in wezen onaangetast, hoezeer ook deug
den en ondeugden b.v., of dwang van
buiten, vrees, gebrek aan ontwikkeling
enz. enz. hun woordje meespreken.
Nu is het zo, dat de ware vrijheid,
de echte, menswaardige vrijheid,
slechts bestaan kan daar, waar het
lagere aan het hogere ondergeschikt is.
En deze ondergeschiktheid bepaalt de
menselijke rede, voorgelicht door de
openbaring. Zou deze ondergeschiktheid
van het lagere aan het hogere op alle
gebied niet bestaan, dan glijden wij
bijna noodzakelijk direct af naar de ont
kenning van elke band en beperking.
En dit betekent zonder meer bandeloos
heid en anarchie. Daartegen v,ei zet zich
de natuur van de mens. Wij hebben nu
eenmaal allen in ons oinnenste een str e
ven naar verwerkelijking en vervolma
king van al onze mogelijkheden en ver
mogens. En deze ontwikkeling kan niet
ongestoord verlopen als de waardering
der verschillende waarden in het leven
wordt omgekeerd of verkracht. Het ver
stand moet hier als leider en gids optre
den. Wanneer wij de rollen omkeren,
verbreken wij daardoor de innerlijke
v orde van ons eigen wezen: m.a.w. de
zedewet. In de grond immers hangt de
zedewet ten nauwste samen met de na
tuurlijke verbondenheid van de mens
met zijn doel. Daarom is het ook begrij
pelijk, dat wij „plicht" noemen alles, wat
in de zedelijke orde middel is tot het
bereiken van ons doel. En „zedelijk" is
al datgene, wat in verband staat met de
volmaaktheid van de hele, de totale
mens. Het begrip „plicht" ligt daarom
op de eerste plaats verankerd in de mens
zelf, al moeten wij natuurlijk voor zijn
laatste motivering opklimmen tot God.
In de katholieke levensbeschouwing vor
men zedelijkheid, plicht, verstand en
vrijheid dan ook één onverbreekbaar
geheel. En dit geldt niet alleen voor het
leven van iedere mens afzonderlijk, maar
evenzeer voor onze onderlinge betrek
kingen, die ontstaan door gezins- of
staatsverband of in welk internationaal
contact ook. Want of wij het goedvinden
of niet, wij leven in Gods wereld, en
daarin gelden alleen Zijn Wetten, die,
trouw onderhouden, orde, vrede en ge
zonde ontwikkeling waarborgen, maar,
Verwaarloosd, straffen door onvermijde
lijke wanorde met alle gevolgèn van dien.
Daarom kan geen mens ooit straffeloos
de wetten verloochenen, waarop zijn
diepste wezen is gebouwd. Het duide
lijkst treedt hun onmisbaarheid aan de
dag, wanneer zij worden overtreden. Of
bewijst de volslagen verwildering, waar
van wij in onze tijd getuige zijn, niet
duidelijk genoeg de waarheid van deze
opvatting?
Als de zaken nu zo staan en zó
staan zij dan volgt daaruit, dat het
Voor het welzijn van de hele wereld van
het grootste belang is een helder begrip
te hebben van het wezen van de mens
en van de wetten, die zijn harmonische,
Persoonlijke en sociale ontwikkeling be
horen te leiden. Voor deze overtuiging
•doet ieder bereid zijn op de bres te
staan. Hoe kan men een nieuwe wereld
billen opbouwen, als men niet eerst pre
cies op de hoogte is van de oorzaken van
de bestaande afbraak?
Voor ons, Katholieken, bestaat hier
over geen twijfel: de afwezigheid van
Uod en de miskenning van de mens. Het
Engeland zal het Franse leger hon
derd vliegtuigen met straalaandrijving
leveren, waarvoor de kosten zullen
worden gedragen door het inter-gealli-
eerde militaire hulpfonds, zo heeft de
Franse minister van defensie. Rama-
dier, gisteren in de Nationale Vergade
ring medegedeeld. Een aantal van deze
vliegtuigen is reeds geleverd. Verder
zijn in Engeland vijf en veertig ..Vam
pires" besteld.
Deze vliegtuigen zullen gedeeltelijk
Vrijdagmiddag hebben de leden van
het College van Algemeen Bestuur Da
Costa Gomez, Beaujon, Eman, Newton
en Romer de gouverneur van Curasao
medegedeeld, dat zij, gezien de huidige
omstandigheden, in het landsbelang,
hebben besloten af te treden en dat zij
mitsdien om ontslag verzochten.
Aangaande de ontslagaanvrage dient
de adviesraad te worden gehoord. De
aftredende leden zijn bereid op diens
verzoek met de gouverneur te blijven
medewerken zolang de opvolgers nog
niet zijn benoemd en beëdigd.
Naar vernomen wordt is nog geen
nieuwe formateur aangewezen.
In verband met de interimregeling is
gouverneur Peters reeds geruime tijd
van plan naar Nederland te gaan, doch
hij heeft zijn voornemen nog niet uit
gevoerd als gevolg van de politieke
verwikkelingen. Een datum voor zijn
vertrek is nog niet vastgesteld.
Gisteren tegen het middaguur is te
Gouda brand uitgebroken in de draad-,
vorm- en strekinrichting van de heer
Boonstra, die gevestigd is in een boer
derij met rieten dak, Tengevolge van
het kille weer had men de kachel aan
gemaakt. Het rieten dak heeft vlam ge
vat, vermoedelijk omdat de schoor-1
steen niet deugde.
Spoedig stond het gehele gebouw in
lichter laaie. In het voorste gedeelte
van de boerderij woonde het gezin van
een tuinder, dat tien personen telt. De
machines van het draadbedrijf zijn ver
loren gegaan. De eigenaar was verze
kerd, evenals de eigenaars van het pand.
De inboedel van de tuinder was niet
verzekerd. De schade wordt op f 20.000
geschat
worden uitgerust met in Frankrijk ver
vaardigde onderdelen en zullen door
de Franse regering worden betaald.
Toen men Ramadier vroeg waarom
aan buitenlandse vliegtuigen de voor
keur werd gegeven, antwoordde de
minister, dat de Franse militaire vlieg
tuigen slechts .half bevredigend" wa
ren gebleken en niet met radar waren
toegerust.
De toewijzing voor het vervaardigen
van militaire vliegtuigen, ten bedrage
van 9.900 millioen francs, werd met 392
tegen 182 stemmen goedgekeurd, nadat
een aantal afgevaardigden van de re
geringspartijen de som onvoldoende
hadden genoemd
(Vervolg, van pag. 1)
4. Bepaald ongerust heeft deze verga
dering zich blijkbaar getoond over het
vraagstuk van de werkloosheid en het
uitblijven van tijdige maatregelen ter
voorkoming, respectievelijk ter opvan
ging van de zo bekende ernstige ge
volgen. Natuurlijk was „De Waarheid" -
welker publicaties de hoofdredactie van
ons blad dezer dagen als vuige laster
moest kwalificeren er als de kippen
bij om te verkondigen, dat De Bruijn
„rog dit jaar 100.000 werklozen zag ko
men". Maar inmiddels zijn ook wij van
oordeel, dat er veel te traag wordt op
geschoten met het wetsontwerp werk
loosheidsverzekering. Juist in een tijd,
dat iedereen aan het werk is, behoren
en kunnen de fondsen worden gevormd
om, als onverhoopt werkloosheid op
grotere schaal zou optreden, financieel
weerbaar te zijn.
Met een paar woorden slechts maakte
het resumé melding van het aanvaarden
door de yerbondsvergadering van „het
eenstemmig oordeel van de commissie,
die een rapport had uitgebracht over de
katholieke ziekenfondsen, welke deel
uitmaken van de K.A.B. Deze zieken
fondsen zullen volledig moeten worden
erkend en zich in alle plaatsen zonder
belemmering moeten kunnen ont
plooien". Deze beslissing lijkt ons van
verstrekkende betekenis. Herinneren we
ons wel, dan is de strijd voor het Ka
tholieke ziekenfonds reeds enkele de
cennia oud en zijn deze fondsen telkens
weer ter sprake gekomen rond een ont-
werp-ziekenfondswet. Het behoud van
Katholieke ziekenfondsen, waarvoor nu
de K.A.B. zich uitsprak, betekent o.i. dat
men het ziekenfondswezen niet zonder
meer wenst te zien getrokken in de
sfeer van de sociale verzekeringswet
geving. Zou het niet erg nuttig zijn.
wanneer de K.A.B. het rapport, waarop
deze beslissing werd genomen, geheel ter
publicatie vrijgaf?
6. Het 6e belangrijke punt betreft de
uitspraak dezer vergadering waardoor
men zich in principe verenigde met de
15. Bewusteloos viel Eric neer. Maar op hetzelfde ogenblik, sprongen Halsa en
Berka woedend naar voren. Baldon stond reeds met opgeheven zwaard .naast de
gevallen Ericklaar om hem te doorboren. Hij vond er echter de tijd niet meer
voor, want de trouwe Halsa stond met getrokken zwaard voor hem. Ijlings deinsde
hij terug. Een fel gevecht ontbrandde. Twee man tegen velende uitslag kon niet
twijfelachtig zijn. Fel drongen de mannen op elkander in; Halsa en Berka verwoed
strijdend voor het behoud van hun bewusteloze koning. Alle opgekropte haat en
afgunstdie de laatste maanden onder de troep van Baldon hadden geheerst, brak
hier los. Met zware houwen sloegen zij de zwaarden om zich heen, staal ketste op
'staal, vuisten vatten een tegenstander in een meedogenloze, dodelijke greep. En
opzij lag Eric, nog steeds weerloos tussen de hoge varens
Op dat ogenblik slopen dieper in het oerwoud drie bronskleurige mannen. Eens
klaps hielden zij stil. Hoorden zij daar niet een menselijke stem schreeuwen? Andere,
verwarde geluiden drongen tot hen doorDe drie mannen wisselden enige
woorden. Dan stapten zij in het dichte lover en slopen geruisloos voort in de richting,
vanwaar het gerucht scheen te komen.
Rijst is thans nadat onlangs het
allocatiesysteem voor cacao is opgehe
ven het enige voedingsmiddel, dat
nog aan een internationale verdeling is
gebonden. Een en ander blijft het gevolg
van de ongunstige wereld-rijst-situatie.
die de exportmogelijkheden van dit pro
duct sterk beperkt.
Voor het eerste halfjaar van 1949 was
aan Nederland reeds een hoeveelheid
rijst toegewezen van 18.000 ton. Thans
heeft de IEFC de Nederlandse allocatie
voor geheel 1949 vastgesteld op 35.000
ton. Deze hoeveelheid van 35.000 ton
betekent echter slechts een klein deel
van het kwantum, dat ons land gemid
deld per jaar voor de oorlog impor
teerde.
conclusies van het rapport, dat was uit
gebracht door een commissie uit de
Raad van Vakcentrales, welke hierop
neerkomt, dat ongeorganiseerden die
nen bij te dragen in de kosten, welke de
bona-fide vakbeweging zich getroost ten
behoeve van de gehele Nederlandse ar
beidersbevolking.
Dit besluit verheugt ons als een aan
vaardbaar compromis: geen verplicht
lidmaatschap van de vakbeweging, maar
wel meebetalen.
Ten slotte moet ons nog een enkele
opmerking van het hart. Wij kunnen ons
voorstellen dat een arbeidersbeweging
in besloten kring verschillende zaken
wenst te bespreken. Maar als men wel
haast 300.000 leden heeft, dan hebben
deze allen recht op het kennisnemen,
niet alleen van de besluiten, maar ook
van de gronden, waarop deze besluiten
steunen. .Iets meer openbaarheid lijkt
ons niet ondienstig.
Vijftienduizend sommen in één minuut - Toch naar de Ark
van Noë Altijd groene planten op Mars Lucratieve
schulden
ra de overgangstijd van late Middeleeuwen naam vroege Renaissance leefde en
werkte Sint Franciscus, een figuur, die, religieus, psychologisch en artistiek
gezien, alle kwaliteiten heeft om de wereld blijvend te boeien. Franciscus is
boeiend als een heilige, als mens en als kunstenaar. Hij was gelijkelijk een
buitengewoon kinderlijke en buitengewoon aristocratische geest; een van de
wereld afgewende asceet èn een de hele schepping verheerlijkende minstreel.
Beschouwt men hem als kind van zijn tijd, dan is hij een der laatste grote mid
deleeuwers, voor wie het leven een boetvaardige pelgrimstocht naar de hemel
was. Doch tevens was hij een voorloper van de nieuwe tijd, vanwege zijn drang
naar vrijheid, zijn spontaneïteit, zijn gevoel voor schoonheid en zijn veelzijdige
belangstelling. Heel zijn optreden was een volmaakte eenheid van leer en leven.
In Sint Franciscus bereikt het chris
tendom der veertiende eeuw, dat naar
verwereldlijking néigde, weer een
uniek, evangelisch hoogtepunt. Hij en
zijn eerste volgelingen stelden de ar
moede en nederigheid van Christus
tegenover de rijkdom en heerszucht
van de Kerk in die dagen. Naar de
verkondiging van deze tegenstelling
had het volk een gretig oor. Doch de
blijvende grootheid en het succes van
Sint Franciscus vloeien voort uit het
feit, dat hij zich niet in grove tegen
stellingen verloor, maar rechtstreeks
Aanstaande Woensdag zullen de
meest vooraanstaande wiskundi
gen uit de wereld kennis mogen
maken met de Britse super-rekenma-
chine.
De machine kan 15.000 wiskundige
problemen in één minuut oplossen.
De machine krijgt haar opgaven van
een ponsbandje en geeft de antwoorden
op een telex.
De „hersenen" bestaan hoofdzakelijk uit
i>.500 electronenbuizen. Met de montage
zijn tien mensen sinds het begin van
1947 bezig geweest. De vloeroppervlakte
van de machine bedraagt 450 M2.
een vloeit uit het andere voort. Als de
mensheid de weg naar God niet terug
vindt, en wel zeer spoedig, en mét die
weg naar God het inzicht in de enig-
juiste princiepen Gods Wet dan is
er van de toekomst geen heil te ver
wachten. Opdat echter de mensen in het
algemeen deze weg als de enig-juiste
zullen erkennen, is het vóór alles nodig,
dat er voorbeelden zijn, die dit in
eigen leven eerst tot stralende, aantrek
kelijke en overtuigende werkelijkheid
hebben gemaakt.
En daarom mogen wij gerust zeggen,
dat het lot van de zozeer gewenste nieu.
we samenleving méér .afhangt van de
waarde der mensen, die haar zullen leiden,
dan van de waarde der nieuwe instel
lingen. Eerst moeten er waarlijk sociaal
en moreel hoogstaande kringen zijn,
waaruit deze leiders voortkomen. Het
scheppen van deze kringen is de roeping
van het Christendom. Het kleine groepje
leerlingen van Jezus, de Apostelen, is
daarvan het eerste voorbeeld, dat in alle
eeuwen zijn navolgers gevonden heeft.
Nu is dat meer nodig dan ooit: omdat
nooit de door God gewilde orde zozeer
op grote schaal verstoord is als in onze
tijd. Alleen de vitale kracht van een
overtuigd geloof in de mens en zijn be
stemming kan deze verbroken orde weer
herstellen. Vandaar dat een radicale en
oprechte beleving van onze H. Gods
dienst door een ieder, op welke plaats in
de maatschappij hij ook moge staan, de
eerste voorwaarde is voor het herwinnen
van ware vrijheid en orde. L.
De machine heeft verder een kunst
matig geheugen, waardoor het mogelijk
is, dat gedeeltelijke uitslagen van inge
wikkelde berekeningen in de machine
blijven zitten, zodat slechts het eindre
sultaat van een berekening kan worden
„uitgeslagen."
Zij verricht een vermenigvuldiging
in 0.005 seconde.
Dr. Wilkes, één van de wiskundigen,
die de machine ontwikkeld hebben, zei,
dat het gebruik eerf verdere vooruit
gang op het gebied van de kernphysica,
de aeredynamica en de sterrenkunde
zou mogelijk maken.
Aan de expeditie naar de overblijf
selen van de ark van Noë op de
berg Ararat zal geen ruchtbaar
heid meer gegeven worden uit vrees
voor communistische sabotage.
Dr. A. J. Smith heeft verklaard, dat
hij a.s. Dinsdag op reis zou gaan om
de andere leden van zijn expeditie in
het geheim te treffen, omdat hij van
mening is, dat Sovjet-agenten zullen
proberen het plan schipbreuk te doen
lijden.
Dr. Smith is van plan een onderzoek
in te stellen op de ruim 5000 meter ho
ge berg, welke in Turkije bij de Russi-
sche ligt.
De Pravda en Radio Moskou hebben
dr. Smith gebrandmerkt als een „im
perialistische, spion", die inlichtingen
van achter het IJzeren Gordijn wil
verzamelen.
De 61-jarige deken van de bijbel-
school hier zei bang te zijn, dat „Rus-
land's netwerk van communisten over
de gehele wereld" zou proberen de ex
peditie te saboteren, voor dat zij de
V. S. heeft verlaten.
Eerder had dr. Smith medegedeeld,
dat hij met acht anderen in midden-
Juni naar Turkije zou vliegen.
Radio Moskou heeft meegedeeld, dat
de Sovjet-geleerde, professor Tik-
hof,„de grondlegger van de astro-
botanie" vastgesteld heeft, dat er op
Mars twee soorten plantaardig leven
zijn.
Astrobotanie is de studie over net
plantenleven op andere hemellichamen
dan de aarde.
„De professor", aldus de uitzending,
„heeft vastgesteld, dat er plaatsen op
Maro zijn, welke niet slechts in de zo
mer, maar ook in de winter hun groene
kleur behouden.
Het is dus duidelijk geworden, dat de
flora op Mars niet slechts planten, die
hun bladeren verliezen, kent, maar ook
planten, die groen blijven.
In verband met het strenge klimaat
op Mars moet de flora daar lijken op
die van de Noordelijke breedtegraden,
maar ook 'op die uit gebieden van grote
hoogte.
De vegetatie op Mars zendt niet in-
fra-rode stralen uit, zoals de planten op
onze wereld.
Deze eigenschap heeft de vegetatie
daar verloren bij het zich steeds weer
aanpassen aan lage temperaturen.
Volgens een rapport aan de UNO
van mr. Abel Wolman, van de
John Hopkins Universiteit zijn nieuwe
vorderingen gemaakt in het veranderen
van zeewater in zuiver water.
Een dieselmotor maakt nu twintig
gallons vers water voor een dollarcent.
Dit is twee- tot driemaal zoveel als
vroeger voor die prijs gemaakt kon
worden.
De nieuwe processen maken ge
bruik van chemicaliën om het water te
zuiveren, maar volgens de nieuwste en
goedkoopste methode wordt het water
gekookt en verdampt en daarna weer
gecondenseerd. Het aldus verkregen
water is even zuiver als gesteriliseerd
water, dus volkomen ontsmet.
Een advocaat te Nykoebing op het
Deense eiland Mors heeft, toen
hij enkele jaren geleden overleed,
in zijn testament bepaald dat van tijd
tot tijd uit zijn nalatenschap een zeker
bedrag moet worden uitgekeerd aan
een pachter op Mors. „die flink wat
schulden heeft en niettemin zijn goed
humeur niet heeft verloren"
De eerste uitkering 1000 kronen
is thans toegekend en de begunstigde
zei toen hij er van hoorde: „Nu zie je
eens dat een goed humeur mper waard
is dan geld-"
handelde naar de evangelische leef
regels. Hij was geen denker in theolo
gische zin. Hij was allereerst een le
venskunstenaar. Onbekommerd om
aards bezit trok hij door de kermis van
dit leven: als een vergeestelijkt trou
badour, die overal waar hij zijn broe
ders en zusters de mensen ontmoette
de overstelpende goedheid en liefde
van zijn Schepper lyrisch moest uiten.
Toen hij 'n keer geen mensen vond,
preekte hij voor de vogels en die be
gonnen, zegt de bekende legende, een
parig hun bekjes te openen en de hals
te rekken en de vleugels uit te sprei
den en eerbiedig hun kopjes naar de
grond te buigen en met bewegingen en
gezang te tonen, dat de woorden van
de heilige vader hen zeer verblijdden.
Een toon van zorgeloze blijheid ken
merkt bijna alle legenden, geweven
rond Franciscus. De „Poverello", de
kleine arme, zoals men hem soms
noemde, was geen sombere boetepredi
ker, geen onheilsprofeet gelijk Savona
rola, geen fanaticus die het einde der
tijden zag naderen en nu met hel en
"verdoemenis kwam dreigen. Van Savo
narola's maakt geen lieflijke legende
vorming zich meester!
De talrijke legenden, die onmiddel
lijk na het heilig afsterven van Fran
ciscus in omloop kwamen, schilderen
hem zoals hij voortleefde in de herin
nering van het volk: een eerbiedwaar
dige „padre", maar ook een onverstoor
bare geluksvogel, rijk in het besef van
zijn armoede, altijd even dankbaar
voor al het geschapene, waarvan hij
zich met iedere ademhaling het nede
rigste deel voelde. Een verzameling
van deze legenden, de „Fioretti di San
Francesco" (fioretti bloemen, bloem
lezing) werd in het laatste kwart der
veertiende eeuw tot stand gebracht
door een anonieme Toscaanse schrij
ver.» Thans is de verzameling door dr.
Catharina Ypes, onder de titel „Legen
den van Sint Franciscus", in het Ne
derlands vertaald
De vertaling is een bewonderens
waardig goed geslaagd werk. De vrome,
primitieve en charmante gevoelswe
reld van de anonieme auteur is, zo
zuiver als maar mogelijk was, in onze
taal overgebracht, waarbij tevens de
typische verteltrant der volksletter
kunde werd bewaard. Zoals deze bun
del laat-middeleeuwse legenden thans
voor ons ligt, gaat er een bijzondere
literaire bekoring van uit. Het is eigen
lijk een groot, ridderlijk avonturen
boek, gedragen door het heimwee naai
de volmaakte vreugde, welk heimwee
aan alle menselijke, aardse en hemel
se avonturen de ontroerende gevoels
toon geeft.
Een der legenden handelt ook spe
ciaal over de volmaakte vreugde. Sint
Franciscus wandelde eens met broeder
Leone door de felle winterse kou nadr
de Santa Maria degli Angeli, de plaats
waar de eerste nederzetting der broe
ders was gesticht en waar Franciscus
eigenhandig een oud kapelletje had
herbouwd. Op deze wandelingen voe
ren de beide heremieten een wonder
lijke, welhaast klassieke dialoog, waar
bij Leone de rol van eerbiedige zwijger
vervult.
„O broeder Leone, al geven de Min
derbroeders in alle landen een machtig
voorbeeld van heiligheid en goede
stichting, schrijf niettemin en teken
vlijtig aan, dat niet hierin de volmaak
te vreugde ligt."
En na een poos zwijgend te zijn
voortgegaan:
„O broeder Leone, al kende de Min
derbroeder alle talen en alle weten
schappen en alle schrifturen, zodat hij
kon voorspellen en niet alleen de toe
komstige dingen, maar ook de gehei
men van de gewetens en van de harten
zou kunnen openbaren, schrijf dat dit
geen volmaakte vreugde is."
In deze trant schrijdt de dialoog
voort, over een afstand van twee mij
len, aldus de legende, totdat broeder
Leone tenslotte verwonderd vraagt,
waarin de volmaakte vreugde dan wèl
bestaat. En dan antwoordt Franciscus
met een lang verhaal, waarvan de con
clusie is, dat de volmaakte vreugde in
de ware en volkomen lijdzaamheid
bestaat.
Deze broeder Leone komt met nog
enige andere volgelingen, zoals broeder
Bernardo, broeder Masseo en broeder
Ruffino, herhaaldelijk in de „Fioretti"
voor. Zij accentueren niet slechts de
grootheid van Franciscus, maar zijn in
de legenden zelf ook tot volledige men
selijke karakters uitgegroeid. Het gaat
in deze geschiedenissen niet allereerst
om een vrome strekking; het gaat aller
eerst om de herinnering aan levende
mensen. Aldus gezien, geeft de vroom
heid aan deze levens een alles over
tuigende helderheid, die in onze tijd
practisch onmogelijk schijnt.
Het heeft iets paradijselijks, zoals
deze „poverello". niet alleen de
mensen maar alle dingen om
zich heen, van harte gemeend, als
„mijn lieve zusters en broeders" kon
toespreken. Voor moderne begrippen
is dit een dwaasheid. Ook in zijn eigen
eeuw was Franciscus misschien een
dwaas, maar een verrukkelijke, omdat
dwaasheid en wijsheid bij hem volko
men in harmonie zijn. Het is de wijs
heid van de Bergrede, die hij argeloos
in practijk bracht. Hij was een vol
maakt levenskunstenaar en heeft als
zodanig onnoemelijk veel kunstenaars
geïnspireerd. Zelf was hij een uiterst
sensibel dichter. Zijn hymne aan de
Schepper, Canticco del Sole, het Zon
nelied, kan men gevoeglijk beschou
wen als het begin der Italiaanse let
terkunde. Guido Gezelle, van alle
dichters met Franciscaanse idealen
wellicht de zuiverste zielsverwant van
Franciscus, heeft deze hymne in het
Vlaams vertaald. Dr. Catharina Ypes
geeft de Italiaanse tekst, alsmede Ge-
zelle's vertolking, aan het einde van
haar boek. Ik meen van dit sublieme,
en toch zo simpele gedicht, hier een
fragment te moeten geven, omdat het
beter dan een beschrijving, de hoog
gestemde gemoedsgesteldheid van deze
mysticus duidelijk kan maken:
Geloofd zij God, mijn Here,
met al zijner schepselen here;
bijzonderlijk mijn vrouw zuster zonne
vol ere,
dewelke dag ende licht geeft over
onze hoofden;
en helder en veel kan zij blinken,
schitteren zere;
van o Here, draagt zij tale ende
teken.
Geloofd zij God van zuster mane en
van al de sterren:
„Visvliet!". De stem van de con
ducteur verwaait in het wijde land.
Twee juffrouwen stappen uit, terwijl
een reiziger in dameshoeden zijn
enorme monsterkoffer in onze coupé
tilt.
„Móge, heren, deze plaats vrij?"
,JCom boven, Jansen en heb je wat
kunnen doen?"
Jansen bonkt uitgebreid over zijn
orders, 'die hij in Visvliet plaatste,
waarna hij een eigen weekoverzicht
begint.
„En we winnen maar, hè: twee
voetbalwedstrijden, de eerste verkie
zingsronde.
„We, we, het lijkt wel of jezelf
meegespeeld heb in Denemarken en
Finland. En heb jij soms redevoerin
gen gehouden voor jouw politieke
partij?"
„Voor, voor.je weet, ik ben ner
gens voor, alleen maar tégen verschil
lende dingen. Neem nou dat verslag
van Aad van Leeuwen."
Jansen zoekt in zijn koker naar een
sigaar, bijt de punt eraf en spuugt
die virtuoos in een hoekje onder de
bank.
„Grijpskerk" staat op het bord op
het perronnetje.
„Vond jij die reportage dan niet
goed?"
.Moeilijk, hè, ik heb alle twee de
avonden met een Engels woordenboek
voor me zitten luisteren. Of wist jij
soms meteen wat sjaarsjing lauw
en „tekkel" betekende? Jij denkt ze
ker nog, dat er vuil gespeeld wordt,
als ze tekkelen. Niks hoor. „Toe tek
kel" betekent „aanvallen". Hij ge
bruikte een beetje te veel Engelse
woorden naar mijn zin."
„Het zal mij benieuwen, wat de
communisten in de tweede ronde zul
len verliezen."
„Reken maar, dat er wat zwaait
voor Paul de Groot en zijn vriend
jes. Die moet natuurlijk weer op het
Moskouse matje komen, nederig zijn
schuld bekennen en de boel gaan zui
veren."
„Zeg Jansen, voel je er niets voor,
om een reisbureau op te richten, dat
trips naar de Sovjet-Unie organi
seert? Dan vang je twee vliegen in één
klap. Je klanten blijven in de heil
staat of komen genezen terug en
zelf verdien je een paar centen."
,£aat mij nou maar dames onder
een hoedje vangen. Wat jij daar
voorstelt, is vast geen levenspositie!"
Hij heeft ze in den 1 nel gemaakt,
zo schoon ende helder.
Geloofd zij God van broeder den
winde,
van lucht en wolken en alle wederen,
goed of kwalijk gezinden,
waarin Gij uw schepselen laat hun
nen onderstand vinden.
Geloofd zij God van broeder den
watere,
dewelke is zo goed en ootmoedig en
zuiver en waardig.
Geloofd zij God van broeder den
viere.
door denwelken God bij nachte ons
klaar doet te ziene,
voorwaar, hij is klaar en verzettiff,
en sterker als tiene.
Geloofd zij God van vrouw aarde,
onze moeder,
die ons voedt en behoedt,
en ons geeft allerhande vrucht en
gepintede bloemen en groen.
In een sfeer, waarin alles „taal ende
teken" is van God, dichtten Sint Fran
ciscus en Guido Gezelle. De beleving
van deze sfeer te verwoorden, is wel
de schoonste, maar ook meest zeldza
me vorm van kunstenaarschap.
Dr. Catharina Ypes en de uitgeef
ster hebben met de algehele verzor
ging van dit werk het recht op enige
dankbaarheid verworven; ook al past
het idee „recht" niet in de stijl van
Sint Franciscus!
NICO VERHOEVEN.
Hoofdpijn Kiespijn Zenuwpijn
r'jnverdrijver bij uitnemendheid
BuiHf et.
(Adv.)
Roman door
C. ASTER O.f.m. Cap.
20
Ook op ander gebied had Willem veel
invloed. Vooral in latere jaren. In het
begin werd wel eens gezegd, dat hij te
veel nadruk legde op het tijdelijke. Hij
nam zo resoluut de leiding der boer
derijen in handen, dat het wel eens leek
of hij voor hogere dingen geen aandacht
had en alleen stamhouders der familie
was om goede boeren te maken. Als men
bij hem kwam sprak hij over vee en ge
wassen, over bemesting en ontginning.
Gesprekken over een ander onderwerp
kapte hij af. Hij was een boer met hart
en ziel en wilde dat ook anderen het
waren.
Vooral oudere boeren viel het op, dat
Willem nooit sprak over de diepere ge
voelens der mensen. Vee en land was
het enige waar hij belangstelling voor
had. Dat eist al zijn aandacht op.
Op een dag kwamen enkele van deze
boeren die zich als de voornaamste be
schouwden bij Willem Stevens. Zij ver
telden over de zorgen, die zij aan hun
bedrijf gaven. Willem knikte goedkeu
rend, gaf hier en daar een goede raad
en bleek vol grote plannen om de boer
derijen nog beter te maken.
Toen het reeds laat in de avond ge
worden was, kuchte een der boeren. Het
gesprek lag plotseling stil, zodat Willem
verwonderd de kring rondkeek, voor
dat hij vermoedde, dat nu eerst het doel
van dit bezoek naar voren gebracht
werd. Toen sloeg hij zijn ogen neer en
luisterde. Maar meer dan welwillendheid
vertoonde hij niet.
„Wij maken er ons zorgen over", be
gon een oude boer, „zoals thans Ce fa
milie geleid wordt. Óp stoffelijk gebied
zijn wij zeer vooruitgegaan. Wij kunnen
daar blij om zijn. Maar soms lijkt het
of dit stoffelijke het enig-belangrijke
is dat al onze aandacht opvraagt."
Willem kwam even omhoog uit. zijn
gebogen houding. Hij vond het echter
blijkbaar te vroeg voor een antwoord,
want aanstonds zakte hij weer terug.
„Wii doen ons werk als goede boeren.
Heel de wereld spreekt daarvan. Maar
het andere dreigen wij te vergeten. Wij
zijn zo aan het opgaan in het aardse le
ven, dat onze hemelse roeping in de
verdrukking komt."
Willem schoof op zijn stoel. Hij voelde
zijn beleid aangetast, maar hij zweeg.
„Als Gerrit Jan Stevens er zo over
gedacht had, waren wij hier nooit ko
men wonen. Wij hadden een gemakke
lijk leven gehad op de oude grond van
Brabant. Maar hij wist, dat hij een ho
gere taak had. En daarom zag hij er
niet tegen op zijn zekerheid prijs te
geven en in hei en woestheid een be
staan op te bouwen."
„Maar wij hoeven toch niet eeuwig in
armoede te leven," riep Willem uit.
„Natuurlijk niet," antwoordde de oud
ste broer. „Wij moeten vooruit en wat
de laatste jaren gebeurd is, kunnen wii
slechts toejuichen. Maar wij moeten niet
van de weg van ons geslacht afwijken,
door onze taak tegenover God in de
steek te laten."
„Doen wij het dan? Ik geloof niet dat
de pastoor over ons te klagen heeft.
Als je hoort wat een ongeloof er in de
wereld is."
„Het is niet voldoende, dat de pastoor
over ons tevreden is en dat wij trouwe
kerkgangers zijn. Aan de stichter van
onze kolonie is een bijzondere uitver
kiezing te beurt gevallen. Uit ons ge
slacht zouden priester genomen worden
om de kerk te leiden. Wij hebben tot
taak dat te bevorderen."
Willem wuifde met de handen: „Dat
is lang geleden." -
„Wie zegt ons dat het niet meer voor
ons is?"
„Steven Gerrits. Hij heeft er een eind
aan gemaakt."
„Dat is voorbij."
„Dat is niet voorbij. Sindsdien is er
nooit meer een priester uit onze fami
lie voortgekomen, hoe dikwijls wij het
geprobeerd hebben en hoezeer er naar
verlangd is. Wij konden niet inzien, dat
God ons afgewezen had en weer gewo
ne mensen gemaakt.
Toch wijzen de feiten dat uit en het
is beter het te aanvaarden. Het is niet
goed naar dingen te streven, die niet
voor ons bestemd zijn. Wij moeten boe
ren zijn en ons werk zo goed mogelijk
verrichten. Als God nog meer van ons
eist zal hij dat laten weten, maar wij
mogen er hem niet toe dwingen. Ik
meen dat onze roeping het best vervuld
wordt. Wanneer een jongen priester wii
worden, zal ik hem niet tegen houden.
Maar ook ga ik hem niet ompraten."
De oude boeren zaten peinzend te
luisteren. Zij verstonden die taal niet
„Gij praat als een heiden," zei de
een.
„Met Steven Gerrits is alles veran
derd," zeide de tweede. „Hij zocht zijn
ideaal op ongepast terrein en hij heeft
heel onze familie haar gl.ans ontnomen.
Maar gij zijt hetzelfde. Inplaats van een
fout uit het verleden goed te maken
door God met bijzondere aandacht ter
wille te zijn, gaat gij het zoeken in pres
taties die God niet verlangt en waar hij
zijn misnoegen over moet laten blij
ken. En wat God wel vraagt verwaar
loost gij. Gij zult even grote rampen
over ons bengen."
Zij kwamen niet met elkaar tot een
heid. Alleen uit eerbied en schroom
voor de stamhouder werd het geen ru
zie, maar vol zorgen gingen de oude
boeren naar huis, hopend, dat Gods bij
stand de gevolgen van dit blind beleid
zou weten op te heffen en in de vaste
wil, bij alle anderen van hun familie,
voorzover het in hun vermogen lag, het
oude besef en de oude trots levendig te
houden.
Willem ging op de oude voet door.
Niemand merkte, dat hij iets van zijn
zekerheid had verloren of dat hij ook
maar enigszins nadacht over hetgeen
hem nu voor het eerst duidelijk gezegd
was.
Doch de successen, die hij behaalde,
leken hem niet zo groot meer. Hij vond
veel minder gepresteerd te hebben dan
hij had kunnen doen en als men hem
prees over de vele diensten, die hij de
Peel bewezen had, zette hij niet meer,
als vroeger, zijn borst omhoog en knikte
beminnelijk en instemmend, maar hij
vond het vervelend en huichelachtig.
Steven G*rrits kwam hem steeds meer
voor ogen. Ook hij was uit onvoldaan
heid over de dagelijkse gang van zaken
tot een zonderling leven gekomen. Hij
had met alles gebroken en deed een
stap, waarop hij nooit meer kon terug
keren. Was Willem ook zo iemand? Had
hij met de veranderingen, die hij te
weeg gebracht had, iets goeds gedaan?
Of had hij het kostbaarste van zijn le
ven ingeruild voor wat vergankelijke
snuisterijen?
Er gingen jaren over heen, voordat
iemand er iets van merkte, dat er in
Willem veranderingen hadden plaats
gegrepen. Met dezelfde zorg en verant
woordelijkheid deed hij hetgeen hij im
mer gedaan had. Maar inwendig was
hij bang, bang een nieuwe Steven Ger
rits te worden, door op een enkele ge
dachten voort te hollen, niét naar raad
te luisteren en zijn geslacht in het on
geluk te storten.
(Wordt vervolgd)
Dr. Catharina Ypes: Legenden van
Sint Franciscus. L. J. Veen's Uitg., Am
sterdam 1949. Geb. 5.90.
In een te Utrecht gehouden vergade
ring van de algemene raad der Neder
landse amateur-toneel-unie (NATtD
heeft de voorzitter, mr. P. Cleveringa
uit Leiden, belangrijke mededelingen
gedaan. Ter verhoging van het spelni-
veau en de verbetering van het reper
toire werd door de NATU in 1948 een
scholingswerk begonnen in de vorm van
toneelkampen en weekendcursussen,
welke met succes werden bekroond. Ten
aanzien van de vorming van een lande
lijke toneelbibliotheek kon worden mee
gedeeld, dat hiervoor uit het Prins
Bernhardfonds een bedrag van f 18.000
ter beschikking is gesteld, te verdelen
over enige jaren. De dan gevormde bi
bliotheek zal in eigendom overgaan aan
de NATU en de KWA, de organisatie
van katholieke amateur-toneelspelers.
Het van de regering ontvangen subsi
die ad f 7000 werd geheel besteed aan
het scholingswerk en de .bibliotheek.
Voor het lopende jaar werd een subsidie
verleend van f8000. Voor 1950 is een
rijkssubsidie van f 10.000 in uitzicht ge
steld. Een subsidie uit het Prins Bern
hardfonds groot f 2.000 werd besteed
voqr de inrichting van een centraal bu
reau. Men wil de arbeid van de NATU
nog meer ontplooien. Een commissie
werd benoemd om de financiële moge
lijkheden in dit verband te onderzoeken.
In enige vacatures in het hoofdbestuur
werd voorzien. Het congres van de
NATU zal in 1950 te Den Haag worden
gehouden. Dit jaar wordt in Hengelo ge-
congresseerd.
Verschillende Praagse dagbladen heb
ben inlichtingen ontvangen, dat de toe
stand van Dimitrov, de communistische
Bulgaarse premier zo critiek is, dat zjj
een doodsbericht en een biographie moe
ten gereed maken voor spoedige publi
catie.
I