NEDERLAND HEEFT KAPITAAL BEZIT VAN ROND DERTIG STRAALJAGERS Hartelijke huldiging van pater Kruitwagen O.F.M. Het telefoonkantoor van Luchon £cftfaion Tour de France-karavaan viert 14 Juli Duivels met max. snelheid van 950 km Openbaar debat na republikeinse accoord-verklaring Basis van de Nationale Reserve Wij luisteren naar Etappe door onvolprezen Midi Sprintzege van Idéé HET GEZEGEND GESLACHT K Oude-heren-kisten... Nederlandse samenleving heeft reden tot dankbaarheid VRIJDAG 15 JULI 1949 PAGINA 3 Urn uit Buchenwald bijgezet Regering en Kamer WIJDINGEN PATERS LAZARISTEN RONDELEN UIT DE RONDE IV Was Uw wol veilig In ALKALIVRIJ V .J Uitslag en klassementen (Van een onzer speciale verslaggevers) T~\ e vriendelijke complimenten van Squadronleader J. Linzel, maar u en ik en 13 wij allemaal weten er niets van. Een straaljager is geen monster dat door de lucht giert als een loeiende storm in November, maar een vriendelijk oude-heren-kistje, dat op petroleum loopt en dat even licht langs de hemel zwiert als een libel in de zomerzon. En nu kunt u er met hem over praten en hem vragen of ze hem deswege in de oorlog al die onderscheidingstekenen op zijn jas hebben geprikt, hij houdt het vol. Hij houdt het vol tegen alles en iedereen in. En al mag het dan waar zijn, dat de Friese Maatschappij voor Landbouw enige tijd geleden nota bene een officieel adres aan de minister van Oorlog richtte, omdat door het helse lawaai van deze gierende ondingen de halve Friese veestapel minder melk ging geven, hij trekt er zich niets van aan. Glimlachend heeft hij het bevel voortaan nauwkeurig die en die minimum-hoogte aan te houden geaccepteerd, maar voor de rest blijft hij erbij, dat geen kist zo gemakkelijk stuurt als een Gloster Meteor, waarin je bij een bocht in volle vaart hoogstens even bewus teloos raakt vanwege de middelpuntvliedende kracht. zijn duivels. Ze beschikken over een maximum-snelheid van rond 950 km. en ze hebben werkelijk geen tien minuten nodig om dertien tot veertien kilometer hoog te klimmen. Dalen doen ze als bliksemstralen. In precies anderhalve minuut is zo'n Meteor van die enorme hoogte naar beneden getuimeld en staat de pi loot glimlachend een sigaret te draaien. En dat is dan zo ongeveer de geest, die alle mannen bezielt op Neerlands eerste operationele luchtbasis Leeuwar den. Ze spreken over hun machines in termen, die de braafste uitspraken van onze dominee-poëten uit de vorige eeuw verre in de schaduw stellen en ondertussen behaalden ze bij de inter- geallieerde oefeningen in Engeland re sultaten, waarover zelfs R.A.F.-mannen bewonderend gefluisterd hebben. En dat wil wat zeggen. Kort en goed, het is wel in orde io Leeuwarden. Nederland heeft daar sipds vorige maand zijn eerste twee straaljagerssquadrons en als nu straks ook het radarnet over geheel Nederland in orde is, dan hebben wij, althans wat dit onderdeel be treft, tenminste een fikse bijdrage geleverd binnen het kader van de West-Europese militaire samenwer king. Want, en dat kunt u zelfs van ons als leek aannemen, u moet zo'n kapitaal bezit van rond dertig straal jagers maar niet onderschatten. Het Op de Centrale Begraafplaats der Oorlogsgravenstichting te Loenen op de Veluwe is vandaag een urn bijgezet be vattende een gedeelte van de as van tweehonderd in Buchenwald veraste Nederlanders. De presidente van de Stichting, mevr. H. G. van ^.nrooyDe Kempenaer, heeft er bij deze gelegen heid op gewezen dat de zorg voor de «rijks enkel graven" dat zijn de militaire en burgergraven verspreid over de be graafplaatsen in ons land, geleidelijk hoor het ministerie van Oorlog aan de Stichting wordt overgedragen. Zij hoopt binnenkort eveneens Nederlandse gra ven in het buitenland te gaan onder houden. Onlangs heeft H. K. H. Prinses Wil- helmina beslist dat 't wandbord, waar op de namen der omgekomen Engeland vaarders vermeld staan en dat afkom stig is uit het Londens tehuis „Oranje haven," zal worden aangebracht in de kapel op de begraafplaats te Loenen. Gouverneur Peters van Curasao zal Dinsdag a.s. per vliegtuig naar Neder land vertrekken voor algemeen overleg. «U wordt vergezeld door zijn echtge note. Bezwaren hebben ze natuurlijk ook. Om te beginnen zijn ze onmenselijk duur. Ze slurpen kerozine (dat is eigen lijk zo'n beetje gewone petrolie, heeft men ons wijsgemaakt) en de bewape ning bestaat uit vier 20 mm.-kanonnen, die per minuut en per kanon zeshon derd schoten kunnen lossen. Dat is te weinig en dat is knapjes ouderwets. Voorts kunnen ze, juist omdat ze zo razend snel zijn en zo verschrikkelijk brandstof verbruiken, maar niet onbe perkt in de lucht blijven. Stel dat ze tienduizend voet hoog zitten en met maximum-snelheid moeten koersen, dan dienen ze toch na een kwartier huis waarts te keren, want anders loopt de tank leeg. En als u nu denkt, dat ze dus tamelijk onhandig zijn, dan moet u maar eens berekenen welke afstand ze in dat ogenblik kunnen afleggen. Bo vendien kunnen ze nog een extra-ben zinetank meenemen die men na ge bruik in de lucht rustig kan laten val len en met die tank en veertigdui zend voet hoogte kunnen ze een uur en veertig minuten in de lucht blijven en meer dan duizend kilometer afleggen. Ja, hun vermogen is zo groot, dat zelfs als een van he twee motoren uitvalt ze nog altijd de snelheid van een ge wone jager overtreffen. Uiteraard is het toestel behoorlijk gepantserd. Wanneer het schiet, filmt het ook. En om nog even het loeiende geluid ter sprake te brengen, dat is zo verschrikkelijk, dat bij het grondpersoneel in Leeuwarden zelfs klachten over doofheidsverschijn selen optreden Het is dan ook nog niet zo verwonderlijk, dat het Friese ve£ er de schrik van te pakken heeft. Wii trouwens ook. Sinds wij gezien hebben, dat bij de start door de aan gezogen en weer weggespoten lucht struiken op honderd meter afstand doorzwiepten als in een razende herfststorm koesteren wij voor deze razende hemelbestormers (God ver hoede dat ze ooit in werkelijke actie behoeven te komen) meer ontzag dan liefde. Toch konden wij éven een ge voel van oprechte trots niet onder drukken, omdat deze duivels door Ne derlandse mannen met vaste hand bestuurd worden. Vooral niet, omdat ze achteraf deze glanzende dingen nog oude-heren-kisten nbemden ook. (Vervolg van pag. 1) Dit nu is, naar het ons wil voorko ken, een volmaakt overbodige toezeg ging. Want wanneer de republikeinse regering de overeenkomsten van 22 Juni bekrachtigd zal hebben, dan is de huidige phase van de door de Neder landse regering gevoerde politieke acti viteit voltooid, en dan is het moment °m haar ter verantwoording te roepen aangebroken, mits men voor een ogen blik afziet van toevallige andere om standigheden, die zich eventueel zouden kunnen doen gelden. Mocht evenwei blijken, dat de republikeinse regering uiet de bekrachtiging van de overeen komsten van 22 Juni volbracht zou heb ben, dan is de phase van politieke acti viteit, waar wij thans midden in zitten, evengoed voltooid, doch op een misluk king uitgelopen. En dan is er evenzeer Vanzelf reden om de regering ter ver antwoording te roepen. Wat betekent dus deze bereidverklaring van de rege ring om zich ter verantwoording te laten roepen? Een gratuit gebaar en niet eens Voor de galerij, want die was in dit be sloten geding toch uitgestorven. Nu, Voor de galerij was het dan ook beslist biet bestemd. De regering echter is nog verder durven gaan. Zij heeft aan de Kamer biet alleen duidelijk gemaakt op welk bloment zij ter verantwoording geroe pen behoort te worden, maar zij heeft baar zelfs verteld over welke onder werpen wel en over welke onderwerpen biet gesproken mag worden. De Kamer biag haar op dat nader te bepalen tijd stip ter verantwoording roepen óver de overeenkomsten van 22 Juni, dus bij- Voorbeeld over de cease fire en de daar- biee samenhangende vraagstukken. Maar biet over alle verdere punten van be lang (in het Indonesische vraagstuk leest men hierachter), want deze, zo *egt de regering, worden voorbehouden aan de Ronde-Tafelconferentie. Dus de Kamer mag de regering bij die gelegen heid niet van tevoren binden aan uit spraken betreffende bijvoorbeeld de v.orm van de Unie of betreffende de de finitieve .oplossing van de militaire vraagstukken, kortom zij mag de rege ling niet vastleggen op enig punt, dat ~an de Ronde-Tafelconferentie is over gelaten. Men zou zo zeggen, dat de regering ae Kamer scherp de wacht heeft aan gezegd onder dat lege gebaar, dat zij ban wel heeft willen maken. En zou "ben nu moeten geloven, dat de Kamer baarom dit geheime debat op touw heeft fffset, om aldus de pin op de neus ge hot krijgen? Voorzover de feiten zelf -rij al niet uitwijzen, verzet de gezonde li« z*cd t-eSen zulk een veronderstel- bg. Welnu, dan kan de conclusie geen andere zijn, dan dat de regering formeel senomen nogal goed uit dit debat te -borschijn is gekomen. Haar tegenstan- e's daarentegen nogal slecht. Ool toch 20u dit' hoezeer op zichzelf Zii« J,uist' 6611 te eenzijdige conclusie c,jn- Want men moet niet vergeten, dat O® regering midden in haar politiek en ajr.een uiterst gevoelig moment ter ver- «Woording is geroepen. Dat zij die tpjfbtwoording zelf heeft afgelegd en haar zin; dat zij niet de verant woordelijkheid op de Kamer heeft ge nen door het dan te laten aankomen een interpellatie, dit is een compro- *VtotWaardoor haar positie nog ver- wordt. De regering heeft dan toch maar zoiets als een bereidverkla ring afgelegd om zich, zij het op het geschikte tijdstip, te laten ter verant woording roepen. Het mag een over bodige bereidverklaring zijn, maar daarom is zij verdacht. Want zij legt daardoor vast, dat er wantrouwen tegen haar bestaat, en men weet, dat dit wan trouwen vanuit een der regering gezin de partij is opgekomen. Dat deze partij dit wantrouwen thans niet officieel heeft kunnen uitspreken, wil ook nog niet zeggen, dat zij het uiet te kennen heeft gegeven, en het wil zeer zeker niet zeggen, dat zij het niet blijft koes teren. Dit feit alleen ondermijnt de po sitie van de regering. Het wantrouwen groeit aan alle kanten tot schade van het land, tot schade ook van de oplos sing, die in het Indonesische vraagstuk op het spel staat. Het volk weet niet eens meer welke partij de regering steunt en welke haar opponeert. Het heeft het gegronde vermoeden, dat er een partij of meer partijen zijn, die haar in naam steunen, althans niet af vallen, maar haar in werkelijkheid on dermijnen. Doch men weet van nu af aan niet meer, wat daar precies van aan is. Men weet het althans niet meer uit eigen directe waarneming. Het bui tenland weet het evenmin, Indonesië weet het niet, Amerjka weet het niet, de Veiligheidsraad weet het ook niet. Zo groeit het wantrouwen, zo woekert de verwarring steeds verder, zo ligt de weg voor iedere politieke manoeuvre hier en elders steeds gemakkelijker open. Het gezag van de Kamer heeft een deuk gekregen van de regering. Het regeringsfregat echter heeft een gat onder de waterlijn gekregen van de Kamer. Het Tweede-Kamerlid de heer Krol (C.H.) hegft indertijd schriftelijke vra gen gesteld in verband met de voorge nomen keuring van jonge mannen, be horende tot de lichtingen 1941 tot en met 1944, ten einde het Rijk te dienen als vrijwilliger bij de Nationale Re serve. De ministers van Oorlog en van Binnenlandse Zaken a.i. menen thans niet .beter te kunnen doen dan nog eens te verwijzen naar hetgeen door de mi nister van Oorlog gezegd is in de Eer ste Kamer, waarbij hij de hoop heeft uitgesproken, dat de aanmelding voof de Nationale Reserve zó talrijk zal zijn dat de regering niet genoodzaakt zal wor den de Staten-Generaal opnieuw te raadplegen over de mogelijkheid, de lichtingen 1941, 1942 en 1943 onder de wapenen te roepen. Daaraan heeft hij toen uitdrukkelijk toegevoegd, dat de regering deze mogelijkheid niet wenst te benutten als stok achter de deur, doch een ernstig beroep wenst te doen op de vaderlandsliefde van deze groe pen. Ook de ministers zijn de mening toe gedaan, dat de aanmelding voor het Nationaal Instituut Steun Wettig Gezag moet blijven berusten op de basis van vrijwilligheid, mede in verband met de eisen voor betrouwbaarheid van het in stituut. Zondag 31 Juli zal Mgr. Beckmann (Lazarist), Aartsbisschop van Panama, in het missiehuis te Helden-Panningen de H. Priesterwijding toedienen aan: W. Hermans (Helden), P. Mertens (Helden), Fr. Beckers (Panningen), A. V. Rijns oever (Utrecht), H. Swillens (Susteren), G. Braakhuis (Haarlem), W. Dictus (Zundert), K. v. Dorst (Roosendaal), 38. En terwijl zijn valse vazal en diens mannen begerig een groot gebouw binnen drongen, vocht Eric op de trappen van de Zonnetempel voor zijn leven. Toen Techola zich met opgeheven zwaard op hem stortte, had de Noorman zich bliksemsnel omgewend. Met een soepele beweging dook hij onder het dreigende lemmet door. Stalen vuisten sloten zich rond de arm van de eenogige en wrongen deze zover naar achteren dat hij zijn wapen liet vallen en naar voren schoot. Eer de anderen enigszins van hun verwarring bekomen waren, had Eric zich reeds van het zwaard van zijn verslagen vijand meester gemaakt, en toen zij wild schreeuwend op hem toestormden, hun wapens opgeheven, wist Eric zich uitstekend te weren. Toch kon het zwaardgevecht op de tempeltrap onmogelijk van lange duur zijn. Daarvoor was de overmacht te groot. Stap voor stap werd Eric door de rond hem opflitsende gouden zwaarden de treden opgedreven. Ademloos zag het volk, dat aan de voet van de tempel was samengestroomd, deze strijd aan. Weliswaar hadden Eric's woorden diepe indruk op hen gemaakt, doch al sinds eeuwen hadden zfc een bijgelovige vrees voor de Zonnedienaren en misschien was de oproep van de Noor man hun wei al te driest voorgekomen. Toen Techola vari de trappen omlaag stortte was er onwillekeurig een kreet van voldoening opgerezen. Maar voor de rest waren zij stom en onbeweeglijk. Tot een stem uit hun midden plotseling een schelle kreet uitte, die door talloze stemmen werd overgenomen. Die kreet trof Eric in de oren, terwijl hij hoog op da rrappen zijn wanhopig gevecht voerde, en hij wierp een snelle blik omlaag. In dichte drommen zag hij de menigte de trap bestormen en zich op de dienaren storten. Van alle kanten, strekten zich grijpende handen naar de in purper geklede figuren uit, die angstig schreeuwden. Het volk der Ozmecs was zijn beschermer, de goudharige ,(Zoon-van-de-Zon" te hulp gekomen. P. v. Erk (Zundert), J. Raets (Rum- pen) en J. Sarneel (Eindhoven). De diakenwijding aan: J. v. Ginneken (Roosendaal) en H. de Graaf (Rijs- bergen). Maandag 25 Juli a.s. zal Z. H. Exc. Mgr. L. J. Brems in de Abdijkerk van de Norbertijnen te Heeswijk de H. Priesterwijding toedienen aan Ansfried R. Verberne, Amandus A. Bruyninckx. Valerianus E. van Thiel, Timotheus A. Schellekens, Simon R. van Osch en aan Floribertus H. van Bavel de diakenwij ding. De wijdelingen zijn Norbertijnen van de Abdij van Berne te Heeswijk (Van onze verslaggever) Een exquis gezelschap was Donder dagmiddag, op de feestdag van St. Bo- naventura, in een der zalen van de Rot terdamse Kamer van Koophandel bijeen om hulde te brengen aan patel dr. Bona- ventura Kruitwagen O.F.M. En het werd zoals de voorzitter van het feest comité, prof. dr. L. J. Kogier, het uit drukte een „dubbelzinnige hulde", nademaal het hier zowel ging om het gouden priesterfeest als om de vijf en zeventigste verjaardag van de pater. Het was ook prof. Rogier, die in een zeer brillante en 'geestige toespraak de grote verdienste van de jubilaris schet ste. Een verdienste die, naar zijn zeggen, pater Kruitwagen had verworven niet alleen als geleerde, maar ook als Rotter dammer en als priester. Een serie qualificaties, waarin spr. een climax con stateerde. „Heel Nederland," aldus prof. Rogier, „kent de proeven van uw wetenschap." Een wetenschap, die pater Kruitwagen beoefende met „sprankelend vernuft, zonder valsheid." Spr. schetste de jubi lerende pater als 'n „gevreesd polemist" en herinnerde in dit verband aan diens (polemische) bemoeiingen met omstre den kwesties als de uitvinding van de boekdrukkunst en het geestelijk vader schap van de „Imitatio Christi". Prof. Rogier memoreerde ook pater Kruit- wagen's „verbluffende blijken van be langstelling voor sociaal-economische vraagstukken" en stelde vervolgens vast, dat zelden „een afgezonderd dienaar van de wetenschap zó openstond voor de vragen van de dag." Sprekende over de jubilaris „als Rot terdammer" kwam prof. Rogier o.m. tot de conclusie: „Een Rotterdammer is trots op zijn stad, getuige pater Kruitwagen en Erasmus. Hierin," zo riep hij onder algemene hilariteit uit, „waart gij bei den, mirabile dictu, het eens. Maar, zo betoogde spr. tenslotte, niemand heeft in pater Kruitwagen ooit de priester over het hoofd kunnen zien: „Heel het vader land heeft de complete Kruitwagen al lang aanvaard." Hetgeen in de mond van prof. Rogier betekende, dat „de Ne derlandse samenleving des te meer reden voor dankbaarheid" had, nademaal pater Kruitwagen „een voorbeeld gaf van oecumenische zin, zonder dat iemand heeft kunnen twijfelen aan de hechtheid van zijn eigen katholieke overtuiging." Als tastbaar blijk van die dankbaarheid bood spr. daarna het eerste exemplaar van een „huldeboek" aan de jubilaris aan. Een geschrift, waaraan ruim veertig vrouwen en mannen uit binnen- en bui tenland hebben meegewerkt en dat be staat uit een aantal wetenschapoelijke bijdragen, di(? onderwerpen behandelen, waarvoor pater Kruitwagen zich in het bijzonder interesseert. Prof. dr. F. J. Th. Rutten, minister van O. K. en W„ sprak bijzonder waar derende woorden namens de Regering en deelde onder applaus mee dat de jubilaris door H.M. de Koningin was benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. De versierselen van de onderscheiding speldde hjj daar na op de Franciscaner pij van de jubi laris. De deken van Rotterdam, kanunnik J. H. Niekel, complimenteerde pater Kruitwagen namens de kerkelijke over heid; dr. A. H. Kessen namens de Ver eniging van Bibliothecarissen en de provinciaal van de Minderbroeders, de hoogeerw. pater Apolinarius van Leeu wen O.F.M. bracht de jubilaris in het bijzonder dank voor het enthousiasme en de voortvarendheid waarmee deza zijn jongere medebroeders in de ge schiedenis had onderwezen. Pater Kruitwagen, die heel de stroom van huldebetuigingen met ware gelaten heid had ondergaan, sprak een kort dankwoord, constaterende dat hij zijn oorspronkelijke uitspraak „als we goeie vrinden willen blijven, wordt er niet bedankt" had moeten herzien. Met ken nelijke spijt gaf de jubilaris te verstaan dat hij „onmogelijk op alle punten van prof. Rogier's rede kon ingaan", om ten slotte toe te geven, dat de gebrachte hulde hem „in zekere zin" toekwam. Hij aanvaardde haar echter slechts on der voorwaarde „dat zij ook beschouwd In het postkantoor van Luchon waren twaalf lele- fooncabines ingericht voor „de pers". In een daarvan heb ik negen maal twintig minuten tot schor wordens toe „Hallo!" staan schreeuwen tegen een oor, dat 1200 kilo meter Noordwaarts'* moest luisteren en het ondanks de herhaalde aankondigingen van Luchonse, Parjjse, Brus selse en Amsterdamse telefo nisten eenvoudig vertikte. Negen maal twintig minuten, dat is een oceaan van tjjd wanneer je ze moet door brengen met nutteloos wach ten. Het zijn alle oceanen van de wereld bij elkaar, wanneer alles wat je aanpakt en alles waarop je in je ellende gaat zitten, onmiddellijk zwart wordt, wanneer je sedert 's ochtends zeven uur uitslui tend op bananen, sigaretten en bijna kokend geworden mineraalwater hebt geleefd. Luchon. Wij zullen het nooit vergeten. Niet alleen om die tijd van wachten op het moment, dat je alleen nog maar ontvankelijk bent voor een warm bed en een hap eten, maar ook om de taferëlen, die zich ondertus sen afspeelden in dat kleine kokende inferno, met tiental len anderen, wie hetzelfde lot trof. Want iemand uit het Noorden mag dan al eens op zijn beste Frans en met enige nadruk informeren, of zij in dat Pyreneeënstadje nu wel tot tien kunnen tellen, hij wordt zo klein en onbeteke nend als een wielrenner aan de voet van de Tourmalet, wanneer de collega's uit het Zuiden van hun ankers slaan. Daar in Luchon, waar Dins dagavond alles mis liep, waar alle collega's tezamen een respectabel aantal kilo grammen aan gewicht heb ben geofferd en waar de enormste dingen zijn gezegd tegen de charmantste telefo. nistgs ter wereld, is bij tijd en wijle zo hard gebulderd door over hun toeren ge draaide, doch niet van hun verhalen verloste verslagge vers, dat de inwoners van Luchon op hun drempels kwamen staan kijken alsof het een apenkooi was. Ik heb echter nooit zo'n stul: aan wanhoop overgeleverde na righeid gezien als de van bo ven tot onder bestofte Mar- seillaan, die twee uur lang iedereen wanhopig maakte met z'n allesoverstemmend lawaai, omdat zelfs binnen de actieradius van 70 km., waar op zijn stenograaf wachtte, nauwelijks iets verstaanbaar was. Hij brulde tenslotte zijn hartstochtelijk losbarstende woede zo oorverdovend door de kokende oven dat de schrijfmachines een ogenblik stopten en de Luchonnezen op hun drempels angstig terugweken. En toen een ze. nuwachtige telefoniste hem na twee uren onvriendelijk- heden-op-korte-afstand per abuis nog van cabine 3 naar cabine 1 en van cabine 1 naar cabine 10 stuurde, zag het er een ogenblik werke lijk heel donker uit voor de Mij., die de ruiten van het postkantoor had verzekerd. Toen de Fransman eindelijk tevreden was gesteld, begon nen de Italianen het op hun zenuwen te krijgen. Om plau sibele redenen zijn de Ita lianen in Zuid-Frankrijk niet bijzonder populair en het doet hun zeker geen goed dat zij zich gedragen, alsof zij be halve deze ronde van Frankrijk ook nog een paar vrij wat be langrijker dingen hebben ge wonnen. Misschien kwam het door hun Fausto, Gino. Maar ook onderweg zijn zij de groot ste lawaaimakers van de kara vaan. Menigeen deed op de Tourmalet angstig de ogen dicht toen een van hun volg auto's met twee wielen over de afgrond gierde, omdat de inzittenden op een onmogelijk stuk weg toch nog de Hol landse collega's wilden passe ren. Wanneer de Italianen hun vlammend epos met verba zingwekkende hevigheid in hét koelapparaat van de micro foon storten, lijkt het alsof de wanden van de cabine op barsten staan en nog deze week is het gebeurd, dat een van hen bij een poging om zich vooral maar duidelijk uit te drukken het raampje van zijn cel aan diggelen timmer de. Maar pat is dan in normale omstandigheden. Wanneer de boel zo volledig in het honderd loopt als Dinsdagavond in Lu chon, kun je even goed on middellijk de hele brandweer van Zuid-Frankrtjk in volle sterkte mobiliseren. Dan schalt en dreunt en dondert het aan alle kanten. Dan worden er stoelen op de grond gebeukt en deuren met een woedende slag dichtgeslagen. Dan spuwt de vulkaan van het Zuidelijk temperament zoveel verschrik kelijk vuur, dat zelfs de be heerste en toch ook niet op hun mondje gevallen telefonistes ervan zitten te rillen en te beven. In Luchon, dat aan de goede manieren van deze uiteraard overladen en ge prikkelde schoner, de hoogste eisen heeft gesteld, hebben een paar reputaties een flinke deuk gekregen. De tegenvoeter van zoveel onbeheerste impulsen was die brave Spaanse collega Rodri- go Da Guella, die naast ons zat op het zondaarsbankje der wachtenden. Van half acht tot half twaalf, toen wij eindelijk onze verbinding doorkregen, van half twaalf tot twaalf uur, toen wij zonder stem, maar opgelucht uit de cabine naar buiten kwamen. „Ik ga nog maar eens informeren", zei hij en stapte naar het loket. Het resultaat was verschrikkelijk, toen de juffrouw hem tot haar spijt moest mededelen, dat zijn telefoongesprek om kwart over acht was doorgekomen en dat hij vijf of zes maal zonder re sultaat was opgeroepen! De goe de Guella barstte in tranen uit en duwde een inmiddels op zijn plaats neergestreken en onmid dellijk in slaap gevallen collega van de wankele stoel om het de juffrouw duidelijk te maken, dat hij wat anders in de zin had gehad dan van half acht tot twaalf uur wortel te zitten schie ten. Maar zijn verbinding met Madrid had hij voor deze avond verspeeld werd te zijn gebracht aan die millioenen werksters en werkers, die ieder volgens hun eigen overtuiging eveneens hun best doen, maar die niet worden gehul digd, omdat zij niet san de weg timme ren". Twee bruidjes kwamen tenslotte iet wat schielijk de pater ieder een tuil bloemen aanbieden, zodat de jubilaris, met de handen vol, toch nog volkomen overrompeld terneer zat (Advertentie) Een oude kous met dubbeltjes geldt wel eens als symbool van zuinigheid. Maar er is een betere manier om te sparen: zorgen, dat Uw wollen garde robe als nieuw blijft. Dat kan op een eenvoudige manier. Niet wassen in gewone zeep, die wol doet krimpen, stug worden en slijten, maar in Alkalivrije Echfalon, waarin Uw wol als nieuw blijft. 35 cl p«' pak. Natto 100 ge.. VRIJDAG HILVERSUM I, 301 m. - 18.00 koor, 18.15 lezing, 18.30 strijdkr., 19.00 nieuws, 19.15 zang, 19.30 actueel geluid, 19.45 le zing, 20.00 nieuws, 20.05 progr. prol., 20.15 omroepork., 21.15 lezing, 21.35 Se lecta, 22.05 orgel, 22.45 Avondoverd., 23.00 nieuws, 23.15 selectie. HILVERSUM II, 415 m. - Na 18 uur ook 245 en 1875 m. - 18.00 nieuws. 18.15 felicitaties, 18.40 gram., 19.00 reportage, 19.15 lezing, 19.30 lezing, 19.50 tien voor acht, 20.00 nieuws. 20.05 zang en piano, 20.30 cursus, 20.55 boekbespr., 21.00 gram., 21.30 orgel, 22.00 buitenl. week- overz., 22.15 swing and sweet, 22.40 „Van daag", 22.45 Avondwijding, 23.00 nieuws, 23.15 gram. ZATERDAG HILVERSUM I, 301 m. - 7.00 nieuws, 7.15 gymn., 7.30 rhapsodie, 7.45 Morgen gebed, 8.00 nieuws, 8.15 pluk de dag, 8.55 inleiding op 9.00 Hoogmis, 10.15 kleuters, 10.30 gram., 11.00 Zonnebloem, 11.45 oude liedjes, 12.00 Angelus, 12.03 piano, 12.30 mededelingen, 12.33 lunchconc., 12.55 Zonnewijzer, 13.00 strijdkr., 13.30 opera, 13.50 film en toneel, 14.10 Metropole-ork., 14.50 boekbespr., 15.00 cursus. 15.30 sep tet, 16.00 lezing, 16.10 zang, 16.30 Grego riaans, 17.00 Wigwam. HILVERSUM II, 415 m. - Vóór 10 uur ook 245 m. - 7.00 nieuws, 7.18 gram., 8.00 nieuws, 8.15 piano, 8.35 orgel, 9.00 Promenade-ork„ 10.00 lezing, 10.05 Mor genwijding, 10.20 voordracht. 10.35 voor de arbeiders, 11.35 viool en piano, 12.00 Jan Vogel, 12.30 mededelingen, 12.33 Vincentino, 13.00 nieuws, 13.15 kalender, 13.20 Malando, 13.50 gram., 14.00 A.J C„ 14.20 kapel, 14.50 Drents progr., 15.15 om roepork., 16.00 komt u binnen, 16.15 amateurs, 16.45 sport, 17.00 top hits, 17.30 rijpere jeugd. (Van onze sportredacteur) Nimes, 14 Juli. Quatorze Juillet Feest in Frankrijk. En niemand ale er aan denkt te werken. Wanneer wij 's ochtends om half acht in de Citroen Pas tegen Montpellier. toen de cy- klimmen voor de tocht van bijna drie honderd kilometer door de nu ai trillen- Me hitte van het weelderige landschap tussen Toulouse en Nimes, wensen wij in stilte, dat de renners hetzelfde zullen doen. Sta stil. Tour de France, verzuchten wij. Sta stil bij de onuitputtelijke rijk dom van deze zondoorzinderde Midi. Bravo, Idéé, en bravo Van Steenbergen wij gunnfen u de etappe-zege in Nimes en de nette premie in Castres. maar spaart ons vandaag sprintjes en lekke banden en gebroken kettingen en de marrages. Laat ons onverzadigbaar genieten van het kleurrijke panorama, van de weel derige wijngaarden en van de pittoreske dorpjes op de hellingien, trosjes rode da ken in schilderachtige nonchalance rond de kerktorens geschaard, van heel de onvergelijkbare schoonheid van dit aard se paradijs. Sta stil, Tour de France, ja, sta van daag stil en vier ergens Quatorze Juillet en gun ons het eindeloze vergezicht ever al dat rood en wit en geel en het groen- in-al-zijn-schakeringen, op de goudglan zende velden, de blinkende stromen on der het azunen blauw van deze wolken loze hemel. Bedenk dat er nog veel etap pes komen. Warmer dan dezezwaar der, dat de eindstreep in Parijs nog bij na 2000 kilometer ver weg is, dat de Grote en de Kleine St. Bernhard en de Val d'Isère wachten. Laat ons genieten van de lafenis aan de koele bron in de dorpsstraat, aan een glas wijn onder het Roman door G. ASTER O.f.m. Cap. 43 Het geld van de pastoor kwam bij het onze. Het was bijna genoeg. Wij gingen nogmaals alle boeren af. De pastoor liet in het dorp rondgaan. De moeilijkheid met de grond werd geregeld, maar niet voordat enkele boe ren met ü'e stoel in de hand gestaan hadden. Tegenover ons huis werd een stuk boomgaard, een akker en een wei bij elkaar gevoegd. Er kwam een archi tect, die alles opmat en ons een tekening liet zien. Wij hadden niéts aan te merken. Twee jaar later stond de school er. De hoofdonderwijzer woonde in het nieuwe huis. Een andere leerkracht kwam iedere dag uit het dorp. Bij de opening w&s de burgemeester aanwezig, heel de gemeenteraad en tal rijke vooraanstaande personen uit het onderwijs. Zij hadden allen het hunne te zeggen over het nut van de school en eenparig prezen zij de ondernemings geest en het juist inzicht ra» de pas toor, om juist hier een nieuwe school op te laten richten. Ook „degenen, die hem daarin bijgestaan hadden" werden niet Vergeten. Maar wij werden daar lang niet zo jolig onder als de pastoor, die tegen iedereen grapjes maakte en de beste sigaren uitzocht. Wij stonden er een beetje onwennig bij in ons Zondags pak. Wij konden geen houding vinden. Wij hadden de school opgericht om geheel onder ons te kunnen zijn. Nu geleek het of zij geheel door vrefemden in beslag genomen werd' en wij alleen als toeschouwers geduld werden. Toen ik achttien jaar werd stond mijn oom er op, dat ik het werk voor de fa milie op mij zou nemen. Reeds op mijn verjaardag zelf kwam hij met enkele kasboeken aandragen en een paar dagen later stond alles weer op de plaats van waar hij het mee naar zijn huis genomen had. Van toen af kwam er van mijn boe renwerk niet veel meer te recht. Het in nen van de pachtsommen en het uitke ren van gelden aan priesterstudenten, met de controle, die daaraan verbonden was, zou mij nog wel enige tijd overge laten hebben, maar de bouw van de school nam mij steeds meer in beslag. Jan Siegers was goed geweest om de eerste stoot te geven. Hij was iemand die in enkele dagen tijds ongelofelijk veel werk kon verzetten. Maar uithou dingsvermogen had hij niet. Toen het er op aan kwam zijn plannen uit te voeren en de moeilijkheden zich voor deden, kreeg hij steeds minder belang stelling voor de onderneming. Ik kon zoiets net zo goed doen, zei hij. Spoedig verklaarde hij dat ik het veel beter kon. Ik was, als-hoofd der familie, de aange wezen man ervoor. Hij had mij slechts vervangen zolang ik minderjarig was. Het ging niet goed met de school. In een vlaag van enthousiasme was ze er neergezet, maar het geld wat wij bijeen gebracht hadden, met hetgeen de pas toor er bij gedaan had, bleek slechts vol doende om het gebouw er neer te zetten. Niet voor het meubilair, de leermidde len en meer andere dingen waarop wij niet gerekend hadden. Dat drukte ons. Want zelfs het stenen geraamte voelden wij als niet geheel door onze gulheid neergezet. De pastoor had er zich tussen gewrongen en wij konden hem niet afwijzen. Onze kinderen naar het dorp blijven sturen zou de pastoor opnieuw bij ons gebracht hebben met de vraag, waarom er in onze school geen banken kwamen en platen aan de muur. Hij zou onmid dellijk vermoeden wat ons tot deze na latigheid bracht en als hij het geld niet had klaarliggen was hij in staat de vol gende Zondag in de kerk af te kondigen, dat de hulp der parochianen werd inge roepen voor de aankleding van onze school. Wij zouden voor heel het dorp te schande gezet zijn, omdat wij onszelf niet konden helpen en die minderwaar digheid zou ons steeds worden aangere kend. Wij waren dus genoodzaakt op een of andere manier onze school zelf te vol tooien. Na rijp beraad werd besloten er geld voor te lenen. Ik ging ér voor naar Den Bosch en ik vergewiste me ervan, dat nooit bekend zou werden, dat wij om geld gebedeld hadden. Daarna zette ik mijn handtekening onder de verkla ring, dat wij binnen twintig jaar het be drag zouden hebben terugbetaald. Ik heb het steeds als een van mijn be langrijkste daden beschouwd, dat na tien jaar reeds de laatste cent was af gelost. Maar wij hebben er veel voor in de zorg gezeten. Op slot van rekening zijn wij arme mensen, die met hard wer ken juist genoeg verdienen om te leven. Er kan zelden iets af voor een bijzonder doel. Voor de bouw van de school had den we eigenlijk al meer gegeven dan we konden missen. Een nieuwe omgang leverde zo goed als niets op, eenvoudig ftndat er niets meer was. Wij moesten dus naar andere midde len uitzien. Na rijp beraad besloten wij dat voor alle kinderen, die bij ons op school kwamen, een dubbel schoolgeld zou betaald worden, waarvan het twee de bedoeld was als aflossing voor de schuld. Het was een harde maatregel en ik heb er veel voor moeten praten om sommige ouders er van te weerhouden hun kinderen toch naar de dorpsschool te sturen. Ik moest hen wijzen op de plicht, die zij voor heel de familie had den en in het ergste geval ontsloeg ik hen 'Voorlopig van het tweede school geld. De tweede manier om onze schuld aan te zuiveren was van nog ernstiger aard. Zij bestond hierin, dat wij van de op brengst van het familiebezit slechts de helft zouden besteden voor het door de stichter gewenste doel. De andere helft wendden wij aan voor onze school. Wij waren ons ten volle bewust, dat dit een ernstige inbreuk was op iets wat onze familie uitermate heilig was. Maar wij namen dit besluit in de overtuiging, dat wij ons werk in de toekomst slechts naar behoren konden vervullen als wij hiertoe overgingen. Zo goed als mate rieel onze nederzetting uitgroeide en wij boeren waren van veel ruimer allu re dan onze voorvaderen, waren wij er van overtuigd, dat ook onze geestelijke roeping in de toekomst breder gezien moest worden. Wij konden niet meer volstaan met van tijd tot tijd een pries ter af te staan, hem de wijde wereld in zenden en ons verder passief houden. Veel meer dingen vroegen onze aan dacht. Wij moesten van dag tot dag zelf actief zijn om de belangen van de kerk te verzekeren. Wij mochten het niet aan anderen overlaten. En daarom durfden wij het aan de letterlijke tekst van het testament van Steven Gerrits te schen den en zijn nagelaten gelden gedeeltelijk aan te wenden voor de voltooiing van onze school. En daarna Zouden andere dingen ons opeisen. Vijf jaar later het was enkele we ken na mijn trouwen kwam de pastoor bij mij. zogenaamd om mij nogmaals geluk te wensen en om te zien of alle overschotjes van het feest op waren. Maar ik bemerkte aanstonds, dat hij met andere dingen rondliep. (Wordt vervolgd) loverdak van een kleine buvette, aan de lieve lach van een schone in Laoastide, Clermont of Montpellier. Laat ons een wapenstilstand sluiten en gun ons die liaison met de golvende schoonheid van deze verrukkelijke natuur, waar de drui ven onder de gloeiende warmte van de eeuwige zon bijna hoorbaar rijpen. pressen en de palmen het landschap weer accentueerden en toen langs de wegen de koren van myriaden krekels het geronk van de karavaan overstem den. kwam de actie los, die de hijgende en dommelende volgers tot de werke lijkheid van de Ronde van Frankrijk terugriep. Tevoren was het beeld sober geweest: renners die afstapten voor een lekke band en een paar collega's, die een achterblijver oppikten en hem weer bij het peleton brachten, achterblijvers die even op verhaal moesten komen als Keteleer, Desbats, die na honderd kilo meter de strijd staakten, als De Santi en niet te vergeten Vietto, die aan alle kanten onstuimig werd toegejuicht alsof hij een voorsprong had in plaats van een achterstand! Er was nog een ont snappingspoging van Blanc en van Apo Lazarides na 50 kilometer, maar deze waren zo weinig waard als een slag roompudding op een warme zomermid dag en voorlopig werd het beeld van de strijd dan ook beheerst door de „water dragers," de knechten, die afstapten bij een bron of een buvette om zichzelf haastig te verfrissen en een paar bidons water of een fles bier voor hun meester mee te nemen. Even probeerde Schotte nog de orde te verstoren toen hij er in Mazères, 70 kilometer na de start, tus senuit trok. Maar toen hij een kleine voorsprong had. kreeg hij een lekke band en moest hij zich door het peloton laten inhalen. In de straten van Mont pellier eindelijk wij hadden toen onze portie al gehad was de strijd in het peloton beslist. Eerst ging Aussenda op stap, daarna volgden Levêque, Lam- brecht, Dupont, Muller en Teisseire. Tot Nimes voerden zij hun voorsprong op, maar in de eindspurt op de Boule vard Jean Jaures konden Levêque en Muller niet bijblijven. De eerste zakte door een lekke band terug in het pelo ton, waarin zich alle favorieten bevon den en dat ruim vier minuten na de winnaar Idéé aan de finish arriveerde. De dertiende etappe van de ronde van Frankrijk ToulouseNimes over een af stand van 289 km. werd gewonnen door Idee (lie de France) in 8 uur 29 min. 0.4 sec. 2. Lambrecht (België) op een halve lengte. 3. Dupont (België B). 4. Aussenda (Italië B). 5. Teisseire (Frankrijk). 6. Mul ler (lie de France) 8 uur 30 min. 48 sec. 7 Diederich (Luxemburg) 8.33.20. 8. Kübler (Zwitserland). 9. Van Steenbergen (Bel gië). 10. Ockers (België). 11. Dos Reis (Centraal Zuid West). 12. Brulé (lie de France). 13. Het grote peleton met alle fa vorieten. behalve Brambilla en Marinelli. Desbals heeft tijdens de etappe opgegeven. Het algemeen klassement luidt: 1. Mag- ni (Italië B) 84.30.23 2. Fachleitner (Z. O. Fr.) 84.32.33. 3. Marinelli (He de France) 84.33.04. 4. Dupont (België B) 84.37.34. 5. Kübler (Zwitserland) 84.40.37 6. Ockers (België A) 84.41.52. 7. Cogan (W. N. Fr.) 84.42.25 8. Bartali (Italië A) 84.42.57 9. Coppi (Italië A) 84.44.39. 10. Robic (W. N. Fr.) 84.45.46. 11. Tacca (De de France) 84.47.48. 12. Lambrecht (België A) 84.52.20. Het ploegklassement ziet er aldus uit: 1. Italië A 254.22.43 2. De de France 254.22.56 3. West-Noord Frankrijk 254.24.25. 4. België A 254.36.31. 5. Frankrijk A 255.02.26. 6. Zuid-<5bst Frankrijk 255 03.13. 7 Luxemburg 255.14.58. 8. Italië B 255.21.22. 9. België B 255.36.08. 10. Zwitserland 256.33.25. 11. Centrum Zuid-West Frankrijk 256.49.23.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1949 | | pagina 3