LAATSTE MIDDELEEUWER?
ERIC IN HET RIJK VAN HET MIDDEN
„Holland is marvellous
Mensen op reis
DE WERELD ROND
Christelijk
karakter
Ab Visser over Guido Gezette
Uitbundige lof van Amerikanen
HET
WESPENNEST
LITERAIRE KRONIEK
m
Vier Rotterdammers lichtten Pastoor J. M. Bonsel plotseling overleden
it
MacArthur wil niet naar
de V.S.
Marshall-hulp voor
West-Berlijn
Morgen brief van Duitse
bisschoppen
Geen eenstemmigheid over
Rode Kruis-conventies
ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1949
PAGINA 7
^■iturgische weekkalender
Antwerpenaar op
Gratie verleend
KONINGIN REIKT
MEDAILLE UIT
Mr. Van Kleffens naar
Nederland
Laag duikende vliegtuigen
Rechter op Aruba geschorst
Rouw in het Montfortaner
klooster te Voorschoten
DIAMANTEN PRIESTERFEEST
PASTOOR A. F. SUIDGEEST
VERVOER VAN JENEVER
Zonder geleidebiljet
slechts één liter
Brieven voor marine
personeel overzee
Geen advies over China
Atlantische conferentie te
Washington
door
David Duncan
(Wordt vervolgd)
Arabische landen krijgen weer
Engelse wapens
Hst rè jammer maar waar. dat over
het algemeen de onderlinge om-
Sang der mensen een weinig ver
kwikkelijk schouwspel biedt. De Ouden
jsten al, dat de ene mens in zijn hou
tig t.o.v. de andere veel weg heeft
een „verscheurende wolf". En in de
®°P van de tijden is dat heus niet veel
veranderd. Eerder verergerd,
net feit was niet te loochenen. Over
beschamende verschijnsel is heel
*'at gepraat en geschreven. Elk ge
dacht ondervond immers aan den lijve
noodlottige gevolgen hiervan zowel
v?or individu als gemeenschap. De po-
S'ngen tot verbetering, die men voor
belde, verschilden al naar gelang van
standpunt, dat men innam, of het
jhjzondere aspect, dat men wilde be-
"chten.
Uit deze veelheid van meningen en
fte'. meestal, povere resultaat is echter
onmiskenbaar komen vast te staan, dat
nooit enige algemene, blijvende verbe
uring te verwachten is van welk
psteem ook, dat niet de hele mens
Zijn juiste, samengestelde aard in zijn
onderzoek betrekt.
.Under al de verschillende stelsels, die
Ohgedacht zijn, is er echter maar één,
met volle recht aanspraak mag ma-
en op het bezit van de enige, complete
gaarheid in dit opzicht, n.l. de Katho-
deke wereldbeschouwing. Om de een
voudige, maar afdoende reden, dat deze
s'eunt op de openbaring van God-Zelf
Het uitgangspunt van haar volledige
n bevredigende verklaring ligt in de
ongeregelde begeerlijkheid, die als een
gevolg van de erfzonde, ook na het
r.oopsel hoewel niet als persoon-
njke zonde, maar als bron van het
kwaad in ons is werkzaam gebleven
b' Joannes herleidt in zijn eerste brief
jules, wat in tegenstelling met de liefde
ot God in en uit de wereld is, tot de
..begeerlijkheid des vlezes, begeerlijk-
Ooid der ogen en hovaardij des levens".
U Jo. 2. 16.) In deze drievoudige be-
jporlijkheid wordt, psychologisch vol
komen verantwoord, de hoogmoed steeds
kkugeduid als de wortel van alle kwaad
De klassieke illustratie van deze waar.
5.eid heeft Christus ons gegeven in de
ujne, van zo'n zuivere mensenkennis
Betuigende gelijkenis van de Farizeër en
tollenaar, die een heel wat wijdere
Petekenis heeft, dan een oppervlakkige
^schouwing van de gesignaleerde fei-
u vermag te zien.
Hoogmoed en nederigheid staan hier
;egenover elkaar als de altijd abso-
JUut verkeerde en altijd abso-
LuUt goede houding tegenover God
daar zonder het juiste standpunt
v. God onze verhouding tot ons zelf,
°Uze medemensen en de wereld onmo-
^riijk consequent en blijvend goed kan
'in. is het van het grootste belang ons
®®n zuiver beeld te vormen van het
ï®re, christelijk karakter, dat volgens
b°ds bedoelingen het gedrag van alle
pensen behoort te bepalen, omdat alle
bpnsen door Hem en voor Hem ge
riiapen zijn.
In tegenstelling met de Protestantse
opvatting ziet de Katholieke leer
het christelijk leven niet als één
B'Ukele, 'alles sauverende geloofsact, ter-
'jl onze natuur, radicaal bedorven als
|,e zou zijn, tot niets goeds in staat is.
rVenmin kunnen wij ons Christen-zijn
"eoerken tot enige godsdienstige oefe-
"'ngen, die op vastgestelde tijden een
Plaats vinden in een overigens totaal
°P het wereldse afgestemd leven.
Men is helemaal christen of men
het helemaal niet.
Het Christendom eist de hele mens
°PjDe. heiligmakende genade heeft te-
pe mct de bovennatuurlijke deugden
e1 nieuwe schepping gewrocht, die ge-
?.eel en al boven ons natuurlijk bereik
St> en ons hele leven zó volledig om-
ypt. dat g e en enkele levens
uiting daardoor onbeïnvloed of daar
mee in strijd mag zijn.
In deze nieuwe heilsorde, die essen-
'eel op de genade van God steunt,
oriënteren de goddelijke deugden al
Spze activiteit onmiddellijk op Hem.
zedelijke deugden noodzakelijk
orpplemcnt van de goddelijke regelen
B°Wel ons persoonlijk gedrag als ons
°htact met de dingen dezer wereld en
?hze medemensen. Als Opperheer van
'et heelal heeft God ons al het ge-
9 h a p e n e aangewezen en ter beschik-
f'hg gesteld als middel om tot Hem
komen.
e °nze eerste plicht is God aanbidden
11 dienen. Daarnaast hebben wij echter
e n z e e r de taak door een voortdu-
•®hd streven naar hogere volmaaktheid
grootst mogelijke gelijkvormigheid
j?et Hem te bereiken. Door het ontwik-
®'en der zedelijke deugden moeten wij
''groeien tot goede individuele mensen
j goede leden van de gemeenschap en
^doende Gods rijk op aarde verbrei-
s Het christelijk ideaal is dus univer-
jv e 1 in de volste zin van het woord.
,®h scherp omlijnd inzicht in onze ab
ba -e afhankelijkheid van God moet de
zijn van ons leven.
Bovendien heeft het Doopsel ons niet
"een maar in een gunstiger positie ge-
£'aatst. Onze verheffing tot Kind van
teu door de heiligmakende genade be-
onant letterlijk een redding uit
Vp .rgang en dood. Deze absoluut on-
st??iendc genade maakt het ons tot een
f'kte plicht blijvende dankbaarheid als
j. b Wezenlijk onderdeel van al ons den-
£1 en doen te beschouwen.
c, "et voorbeeld en centrum van ons
^".stendom kan geen ander zijn dan
p^ri.stus-Zelf. aan Wiens lerende leven
jj Verlossende lijden wij dit alles dan -
0 b- Alleen nederig en eerlijk inzicht in
werkelijke situatie kan het juiste
h0f 1 werpen op ons leven. Iedere andere
tin g 's zelfbedrog en zelfoverschat-
liehi as Sev°Ig ordeverstorende
Jdeloosheid, afgunst en zelfzucht.
Wi edig christen zijn waarborgt vol
den goed-mens-zijn. Zonder goede
nsen geen goede samenleving.
gin° Iïlaakt slechts een radicale navol-
ba B van Christus de wereld bewoon-
Augustus: 10de Zondag na
5 tot ,r,en' Mis V. d. dag, 2 H. Eusebius;
tVer„ a"e heiligen: Utrecht, Haarlem; 2 H.
'atie „ricius; 3 H. Eusebius, Credo; pre-
Maa d' H. Drievuldigheid; groen.
°C>h4rni AG: feest van Maria ten Hemel-
O. r 'ng: eigen Mis; Credo; prefatie v.
DlKroVPouw; wit.
Mis. ,?PAG: H. Joachim, belijder; eigen
- pref. V. O. L. Vrouw; wit.
Us lurpAG: H. Hyacinthus, belijder; Mis
dag 2 ten Hemelopneming; 3 octaaf-
U. t d. H. Laurentius; Credo; pref. v.
?lfirtpl:,-rouw- wit Haarlem: H. Jeroen,
?ernewY: cigen Mis; 2 H. Hyacinthus; 3 ten
tef. v Pbetriing; 4 H. Laurentius; Credo;
ÖOtjfG;"- Vrouw; rood.
5phetni„ AG: Mis v. Maria ten Hemel-
redo- 2 H. Agapitus; 3 tot de H. Geest;
iehi: vp?neï',.v- b. Vrouw; wit Haar-
ten j"wffing v. d. H. Bavo; eigen Mis;
0; T,e opneming: 3 H- Agapitus; Cre-
Vhijpfatie V. O. L. Vrouw; wit.
a s O- AG: h. Joannes Eudes, belijder;
j broc 2 h'n Hemelopneming; Cre-
I-^ATEptaY" °- L- Vrouw; wit.
c?ra»r- „PAG: h. Bernardus. belijder, kerk-
redo' ®'8en Mis; 2 ten Hemelopneming;
Tfc'OïffiA J?" V. O. L. Vrouw; wit.
ypksterpU 21 Augustus: 11de Zondag na
^meloJL"' Mis v. d. dag; 2 H. Joanna; 3 ten
d'gheiH mm8; Credo; pref. V. d. H. Drie-
a; groen.
Omdat het komende herfst vijftig jaar geleden zal zijn, dat Guido Gezette
overleed, verscheen bij uitgeverij A. Born te Assen een eenvoudige biografie
„Guido Gezette, mens en dichter", geschreven door Ab Visser. Slechts
weinig dichters kan men zo zonder meer bij hun naam noemen, zó, dat iedereen
onmiddellijk een levende gestalte voor ogen krijgt. Guido Gezette is een van
die weinigen.
Waar ons bij de naam Vondel aller
eerst het woord groot of grootste te
binnen schiet een woord waarbij als
het ware een mist, de mist der groot
heid, over Vondels dichterschap daalt
daar begint bij de naam Gezelle
ineens een hel zonlicht te stralen en
meteen staat zijn dichterlijke gestalte
klaar voor ons. Bij de naam Vondel
öistancieert men zich onmiddellijk
even. Vondels tijd, Vondels taal, Von
dels grootheid, zij veroorzaken een
afstand die slechts moeizaam te over
winnen is. Pas daarna trekt de mist op
en komt Vondel in het zonlicht te
staan. Pas daarna gaat deze „grootste"
voor ons leven.
Gezelle echter is een van onze zeer
weinige levende dichters, levend
vanaf ieders eerste ontmoeting met zijn
werk en ook levend in deze zin, dat
bijna iedereen hem graag leest. In ons
taalgebied is geen tweede dichter uit
het verleden aan te wijzen, van wie
men zeggen kan, dat hij nog graag ge
lezen wordt.
Hoe komt het, dat bijna iedereen de
werking ondergaat van Guido Gezelle's
p- verneemt uit Boedapest, dat
h°t> vanavk OP' benoemd is tot bis-
veszprem.
poëzie? Komt het vanwege een soort
populair gemak, waarmee deze poëzie
schijnt te zijn geschreven? Komt het
vanwege de „vrome, frisse, argeloze"
wijze, waarop Gezelle dichtte over
alles wat hem trof, precies zoals zijn
hart het hem ingaf? Soms schijnt het
zo te zijn, doch vergis u niet. Over het
populaire gemak, waarmee Gezelle zijn
verzen schreef, gaat men anders den
ken, wanneer men weet, hoe veel
moeite hij zich steeds getroostte om
voor zijn gevoelens de precies juiste
vorm te vinden en welk een zuiver
heid van instelling ten opzichte van
het leven geëist wordt van de dichter,
die in eenwiud groot wil zijn. Ook de
woorden „vroom, fris en argeloos",
waarmee de critiek in vroeger dagen
hem welwillend kapittelde, doen zijn
dichterschap schromelijk tekort
„Vroom, fris en argeloos"; voor velen
ligt Gezelle onder deze trits banalitei
ten begraven. Als op een dergelijke
voos-enthousiaste en inderdaad respect
loze wijze over Gezelle gesproken
wordt, behoeft men zich niet meer
over een algemeen wanbegrip omtrent
de dichter te verwonderen," aldus oor
deelt de criticus J. A. Rispens in zijn
handboek ..Richtingen en figuren in
de Nederlandse letterkunde na 1880"
en Ab Visser zegt het hem in zijn
eigen woorden na.
En inderdaad, ondanks het feit, of
misschien juist door het feit, dat
Guido Gezelle meer dan enig an
der dichter door het volk wordt gele
zen en gewaardeerd, is de officiële
critiek geneigd hem te onderschatten.
Deze geeft de „moeilijke" dichter eer
der een ereplaats in het panopticum
der onsterfelijken dan de „gemakkelij
ke"; intussen vergetende, dat de ter
men moeilijk en gemakkelijk zich niet
zonder gevaar laten hanteren. Want de
graad van diepzinnigheid, schoonheid
en innerlijk leven, die de uiteindelijke
waarde van een dichterschap bepaalt,
hoeft niet noodzakelijk mee te klim
men langs de trap van makkelijk naar
moeilijk. Achter Guido Gezelle's uiter
lijke gemakkelijkheid leeft een ge
moedswereld. die men niet achterhaalt,
wanneer men zich op de uiterlijkheid
blind staart of een sprookje van vrome
en frisse argeloosheid gaat spinnen.
De schoonheid van Gezelle's ge
moedswereld te vatten is net zo mak
kelijk of moeilijk als men zelf wil. De
kunst is slechts zeer zuiver naar Ge
zelle's taal te luisteren. Het moet een
luisteren met de ziel zijn, benaderend
de wijze waarop Gezelle al luisterend
dichtte:
Als de ziele luistert
spreekt het al een taal dat leeft....
De natuurlyriek van dit vers en
van veel andere verzen van Gezelle
te omschrijven is een taak, waarmee
de literaire critiek niet klaar komt,
tenzij zij Gezelle's zielsgesteldheid
begrijpt als intens religieus en ka
tholiek. Gezelle's poëzie, ook zijn
natuurlyriek, is godsdienstig van
oorsprong en dit te verstaan in de
letterlijke zin van het woord. Ge-
zelle voelde zich in ?1 zijn doen en
laten kind van God en hij was blij
in en om dit kindschap. Bij Gezelle
ziet men het zeldzame gebeuren, dat
De priester-dichter Guido Gezette
het geloofsleven rechtstreeks in poë
zie wordt omgezet; en dit met zo'n
blijheid, met zo'n uit de schuld van de
zondeval losgezongen dankbaarheid
om het geheim der verlossing, dat
men er als lezer eerbiedig bij wordt.
Het is een eerbied, die niet wordt
afgedwongen, die evenmin een dis-
tanciërende uitwerking heeft, maar
die spontaan opwelt en iets van Ge
zelle's geloofsblijheid in ons aan 't
stralen brengt.
Ab Vissers boekje verschijnt, om
dat Gezelle 50 jaar dood is. Hij
stierf een maand, voordat de
twintigste eeuw ging beginnen. Hij is
een dichter uit de vorige, de voorbije
eeuw. Tussen zijn tijd en de onze lig
gen twee wereldoorlogen. Het is voor
een dichter in onze dagen practisch
onmogelijk te dichten uit een blijheid
van geloofsleven gelijk Gezelle. Men
heeft Gezelle wel „de laatste middel
eeuwer" genoemd. Wie in het Amster
damse Rijksmuseum de huidige ten
toonstelling „Uit de schatkamers der
middeleeuwen" heeft gezien, zal be
grijpen waarom men Gezelle zo kon
noemen. In een verrukkelijk, bijna de
natuur nabootsend realisme wisten de
middeleeuwse kunstenaars op paneel
en op perkament de rijkdom van hun
geloofservaring weer te geven. Door
een dergelijke, verrukkelijke middel
eeuwsheid, doch minder ongecompli
ceerd en argeloos van nature dan het
schijnt, wordt men bij Guido Gezelle
getroffen. En men wordt dan tevens
getroffen door de bitterheid, de be
rooidheid, de ernst der existentiële
naaktheid, die onze tijd definitief
scheidt van het verleden, waarin Ge
zelle als laatste grote dichter van he
melse en aardse blijmoedigheid kon ar
beiden; zonder zichzelf en zijn tijd ge
weld aan te doen.
Met bespiegelingen, gelijk boven
staande, vermoeit Ab Visser zijn lezers
echter niet, ook al maakt hij in ziin
inleiding een schijnmanoeuvre in de
richting van het literaire exposé.
Hij resumeert in het kleine honderd
tal bladzijden van zijn boekje achter
eenvolgens het leven van de priester
dichter, de ontwikkeling van ziin dich
terschap met de achtergronden van
zijn langdurige periode van stilzwij
gen, zijn capaciteiten als geleerde en
ziin hoedanigheden als mens en als
priester.
Ab Vissers boekje is bedoeld voor
hen, die van Gezelle's werk nog maar
weinig weten en voor hen, die dit werk
wel kennen, doch belangstellend zijn
naar het leven van de persoonlijkheid,
die er achter stond. Het is een mooi
boekje, zakelijk, ter zake kundig en
sympathiek geschreven, „bewust voor
het zogenaamde grote publiek", zoals
de schrijver zelf opmerkt; doch zonder
dat oppervlakkigheid of nonchalance
het gevolg was.
NICO VERHOEVEN
1. En Eric koerste huiswaarts.
Wijd, eindeloos wijd, overkoepeld door het stralende blauw van een tropische
hemel, lag de oceaan voor hem. Alleen een onverschrokken zeevaarder kon het
wagen met zo'n rank vaartuig zijn weg door deze waterwoestijn te zoeken.
De tocht duurde weken. Aanvankelijk waren er nog kleine eilanden, die hem
gelegenheid gaven vers voedsel en water aan boord te nemen. Maar er kwam een
moment, dat de laatste kuststrook achter hem verdween en daarna zag hij slechts
golven, lucht en wolken, in eindeloze, moordend-eentonige opeenvolging. Totdat hij
op een vroege ochtend een kleine vlek aan de horizon ontwaarde. Een schip
Mensen
Naar eerst thans bekend wordt, heb
ben 4 Juni vier Rotterdammers de 47-
jarige Antwerpse bioscoopexploitant L.
M. 8000 gulden lichter gemaakt. Het was
een vooraf beraamd plan. De 29-jarige
vertegenwoordiger D. H. wist, dat de
Antwerpenaar geld in vreemde valuta
wisselde. Tijdens een borreltje in, een
café op de Maashaven ontmoette de ver
tegenwoordiger de 35-jarige schilder A.
J. W. en de 25-jarige losse werkman J.
V. Men kwam op het idee de Antwerpe
naar te „tillen", maar dan moest men
iemand in de arm nemen, die het klap
pen van de zweep kende. V. charterde
daarom zijn zwager, de 26 jarige losse
werkman C. D. en met hun vieren trok
ken zij naar de Scheldestad, waar de
bioscoop-exploitant gevraagd werd naar
een hotel te komen. Daar telde de man
f 8000 neer, waarop D. even naar zijn
kamer ging, zoals hij zei, om de tegen
waarde in francs te halen. Maar hij keer
de niet terug. De Antwerpse politie werd
opgebeld. Maar de medeplichtigheid van
de anderen kon niet worden vastgesteld.
De Rotterdamse recherche heeft intussen
de zaak uitgezocht en het viertal gear
resteerd. Na aftrek van de reis- en ver
blijfkosten had ieder f 1875 ontvangen,
waarvan de meesten goede sier gemaakt
hadden. H. ging er van naar de Rivièra,
maar toen hij weer thuis kwam en hoor
de, dat de politie aan de deur was ge
weest, keerde hij naar Zuid-Frankrijk
terug, om te trachten door werken het
opgemaakte geld terug te verdienen en
dan terug te geven. Van dit terug ver
dienen is echter niets gekomen en ten
einde raad heeft H. zich maar vrijwillig
bij de politie gemeld.
Bij K. B. is gratie verleend aan C. P.
Heil, die bij sententie van het Bijzonder
Gerechtshof te Arnhem tot de doodstraf
werd veroordeeld. De doodstraf is veran
derd in levenslange gevangenisstraf.
Een Amerikaanse wagen stopte langs het
trottoir waarop uw verslaggever haastig
naar een persbijeenkomst liep. Een hoofd
bpog zich uit het portier en met een vraag
werd de voetganger staande gehouden. Wel
ke weg er ingeslagen moest worden om
Arnhem te bereiken? De inlichting was
spoedig gegeven en juist wilde de auto weg
rijden, toen een van de vier inzittenden
vriendelijk verzocht enige kaarten op de
bus te doen. Allen overhandigden een be
schreven prentbriefkaart, een sigaret ver
wisselde van eigenaar en op de vraag: of
de kaarten alle in de bus „buitenland"
we bevonden ons vlak bij het postkan
toor gestopt moesten worden, ant
woordde een inzittende dame: „Leest u al
les zelf maar, er staan geen geheimen op.
We zijn erg blij in Holland te zijn".
En voort gleed de wagen. Daar stond de
persman, alleen met de vijf kaarten, alle
bestemd voor New York en Detroit. Hij
wierp verstolen blikken op het handschrift
van het vijftal en voelde toen plotseling iets
in zich „groeien". Want hij las: „We zijn
thans in Holland en het is er prachtig.
Nooit van m'-n leven zag ik zoveel moderne
gebouwen. Als je soms denken mocht, dat
Holland achterlijk is, vergis je je net zo
erg als ik".
Het noopte als 't ware tot de volgende
onbescheidenheid. Of was het dit wel? Men
had immers te kennen gegeven geen be-
Koningin Juliana heeft vanmorgen in
het hoofdgebouw van het Nederlandse
Rode Kruis te Den Haag de Florence
Nightingale-medaille uitgereikt aan zus.
ter Sjoukje Hoiting. Zij is met deze me
daille door het Internationale Rode Kruis
onderscheiden als dank voor naar moe
dig en opofferend gedrag, getoond tijdens
de bombardementen op, de evacuatie van
en de strijd rond Arnhem.
Tegelijk met deze uitreiking werd in
Batavia de Florence Nightingale-medail
le uitgereikt aan een verpleeghulp van
het Rode Kruis, mej. Eike Flikkema, die
werkzaam is bij een der mobile teams in
Indonesië.
Zij heeft 3 November 1947, toen de
buitenpost op Java, waar zij werkzaam
was, overvallen werd, met grote zelfbe
heersing en koelbloedigheid een paniek
onder de vele zieke inlanders voorko
men.
zwaar te hebben, dat de kaarten gelezen
werden.
In teder geval werd een tweede kaart
ingezien: „Uitmuntende wegen. Rotterdam
herrijst." En een derde: „Tot onze verba
zing zien we zoveel mooie wegen en mo
derne gebouwen. Het is werkelijk een heel
prachtig land". Het geschrevene op de vier
de kaart deed de deur dicht: „Holland Is
wonderbaarlijk, waarlijk modern. Het is
even modern of misschien zelfs moderner
dan de Ver. Staten". Toen heeft die jour
nalist de vijfde kaart maar ongelezen ge
laten, bang dat de climax niet behouden
kon worden.
De ambassadeur van Nederland in de
V.S., mr. E. N. van Kleffens, wordt in
het begin der volgende week hier te
lande verwacht tot het houden van ge
bruikelijke periodieke besprekingen.
Woensdag hebben twee militaire vlieg
tuigen enige duilrvluchten boven Arn
hem uitgevoerd, waarbij zij dicht bij de
grond weer optrokken. Vele inwoners
in Arnhem werden door dit optreden
verontrust. Van de zijde der Nederland
se militaire luchtvaart deelde men ons
mede, dat dit zeer beslist geen Neder
landse vliegtuigen zijn geweest
De veronderstelling ligt voor de hand,
dat zij afkomstig waren van een vlieg
veld in de Duitse bezettingszones.
Naar wij vernemen is de alleensprekende
rechter op Aruba, mr. C. F. Klokke, door
de gouverneur van Curasao geschorst we
gens wangedrag.
De kwartiermeester-generaal in In
donesië, generaal-majoor E. W. J Mojet
heeft bij de officier van justitie te Bata
via, tegen de verantwoordelijke redac
teur van hef „Bataviaasch Nieuwsblad"
en tegen de schrijver van het artikel
over malversaties bij hoge officieren,
een aanklacht wegens smaadschrift inge
diend.
De nog jonge parochie van Maria
Middelares aller Genaden te Voor
schoten is gisteren door een gevoelige
slag getroffen door het plotseling
overlijden van haar pastoor, pater
J. M. Bonsel, Montfortaan.
Omstreeks 3 uur gistermiddag haastte
pastoor Bonsel zich om de tram naar
Leiden te halen en op het moment, dat
hij het balkon opstapte, zakte hij ineen
en overleed onmiddellijk. Een der pa
ters, die dadelijk uit de pastorie toe
snelde, gaf hem nog het Heilig Oliesel.
De dood van pastoor Bonsel, die in
wijde kringen bekend stond als een
harde werker en bijzonder sympathiek
priester, is wel heel erg tragisch, daar
Maandag 15 Augustus de nieuwe kerk
aan de Haagse Schouw, waarvoor hij
zijn gehele persoonlijkheid had ingezet,
ingezegend zou worden. Ongeveer een
jaar geleden namelijk had de bisschop
het rectoraat verheven tot parochie,
waarbij de overledene de opdracht kreeg
tot het bouwen van een nieuwe kerk.
Pastoor Bonsel werd in 1889 geboren
en ontving in 1916 de priesterwijding.
Hij verwierf grote bekendheid als re
dacteur van verschillende ordetijdschrif
ten en later als prediker van volksmis
sies. Gedurende drie jaren was hij werk
zaam als rector in Hoensbroek. In 1935
werd hij overgeplaatst naar het Mont-
Onder de vele priesters, die op het
feest van Maria Hemelvaart hun jubi
leum vieren, is ook een diamanten jubi
laris, met name de thans 84-jarige oud
pastoor van Hem en Venhuizen, de
zeereerw. heer A. F. Suidgeest. Sedert
1938, het jaar van zijn emeritaat, ver
blijft pastoor Suidgeest .n Huize „Sint
Agnes" te Voorhout, waar hij een wel
verdiende rust geniet. Met dankbaar
heid denken de parohianen van „Sint
Lucas" te Venhuizen terug aan de jaren,
dat de jubilaris daar zijn priesterlijke
arbeid verrichtte.
Dit zeldzame priesterjubileum zal dan
ook niet ongemerkt voorbijgaan. In de
kapel van het tehuis draagt pastoor
Suidgeest 's morgens een H. Mis op,
waaronder het koor der zusters ver
schillende liederen zal zingen. De
officiële receptie is van 11 tot 12 uur.
Een plechtig Lof, 's middags om 5 uur,
zal het slot zijn van deze feestdag.
Een militair, die dezer dagen bij
Soesterberg zijn motor startte, werd
plotseling aangesproken door twee con
troleurs van de Dienst Invoerrechten en
Accijnzen, die hem vroegen of hij moge
lijk ongeoorloofde goederen vervoerde
De militair, die zich van niets bewust
was, beantwoordde deze vraag ontken
nend. Bij controle vonden de ambtena
ren twee literflessen jenever in zijn
achtertassen. Zoals de meeste Neder
landers kon de militair hier me de bes
te wil ter wereld geen overtreding in
zien, doch de ambtenaren dachten er
anders over. Ze namen de jenever in
beslag benevens zijn motor. Men mag
namelijk zonder geleidebiljet niet meer
dan één liter jenever over straat ver
voeren. Overtreedt men dit voorschrift,
dan kan de jenever en het vervoermid
del in beslag worden genomen.
Bij navraag bleek ons, dat de winke
lier zelf een geleidebewijs kan afgeven
tot een hoeveelheid van vijf liter. Daar
boven moet dit worden aangevraagd bij
de Dienst Invoerrechten en Accijnzen.
Het gebeurt echter slechts zeer zel
den, dat iemand, die een paar flessen
jenever bij zijn handelaar koopt, een
geleidebewijsje krijgt. Een groot aantal
Nederlanders heeft zich ongetwijfeld en
onwetend blootgesteld aan onaangena
me maatregelen, zoals deze militair on
dervond. Hij heeft zijn motorfiets nog
steeds niet terug. En dat voor twee
flessen jenever.... Wanneer men dus
voor een feestje zes liter jenever inslaat
en ze zelf wil meenemen is de beste
oplossing: met zijn zessen op een rijtje
over straat.
De Poolse regering heeft een decreet uit
gevaardigd, dat 17 punten omvat en aan
de regering de volledige macht om bis
schoppen, priesters en anderen met gevan
genis of de dood te straffèn verschaft.
fortanerklooster te Voorschoten, waar
hij in 1941 benoemd werd tot overste en
als rector de leiding kreeg van het rec
toraat. Het vorig jaar kwam zijn benoe
ming af tot pastoor.
Maandagavond om 6 uur zullen de
Metten gezongen worden en Dinsdag
ochtend om half tien de Lauden, waar
na de plechtige Requiemmis zal wor
den opgedragen. De begrafenis vindt
plaats op het kloosterkerkhof te Oir-
schot.
Naar wij vernemen, zal de inzegening
der nieuwe kerk Maandag gewoon door
gang vinden. De bisschop van Haarlem,
Mgr. J. P. Huibers, zal Donderdag 15
September de plechtige consecratie ver
richten.
Het komt meermalen voor, dat correspon
dentie bestemd voor marinepersoneel in
Indonesië door foutieve adressering ver
traging ondervindt of niet bestelbaar is.
Correspondentie bestemd voor marineper
soneel, mariniers inbegrepen, in Indonesië
moet voorzien zijn van:
1. Naam, kwaliteit en stamboeknummer
van geadresseerde.
2. Naam van het schip, de inrichting of
het onderdeel, waarbij geadresseerde ge
plaatst is.
3. P/a Marinepostkantoor Batavia (dus
niet Surabaja).
Een Senaatscommissie nam gisteren
met dertien tegen twaalf stemmen een
voorstel aan om generaal MacArthur
terug te roepen teneinde voor het Con
gress zijn visie te kunnen geven op
de toestand in China.
Het besluit werd genomen een paar
uur nadat MacArthur te Tokio bekend
had gemaakt, dat zijn plicht hem vast
hield in Japan en dat hij niet aan een
verzoek om naar de Verenigde Staten
te komen gehoor zou geven. Mac Ar
thur deelde mede: „China ligt buiten
mijn commando, verantwoordelijkheid of
gezag.'
Het verzoek voor MacArthurs terug
keer werd meegedeeld aan de minister
van Defensie Louis Johnson. Het ver
zoek werd ingediend door de gezamen
lijke commissies voor de buitenlandse
aangelegenheden en de gewapende
macht, die zich momenteel bez'? hou
den met het wetsontwerp van de wa
penhulp.
John J. McCloy, de Amerikaanse Hoge
Commissaris in Duitsland, heeft giste
ren bekend gemaakt, dat Amerikaanse
regering uitgemaakt heeft, dat West-
Berlijn geschikt geacht wordt hulp uit
het Marshallplan te ontvangen.
McCloy zei op een persconferentie,
tijdens zijn tiendaags bezoek aan Ame
rika, dat Washington dit punt opge
helderd heeft en dat hij binnenkort
dienaangaande waarborgen aan West-
Berlijn hoopt te kunnen geven.
De ministers van Buitenlandse Zaken
en misschien de ministers van Lands
verdediging van de twaalf landen van
het Atlantisch Pact zullen binnenkort
te Washington bijeenkomen om over de
organisatie van het verbond te spreken.
Het Engelse ministerie van Buiten
landse Zaken, dat dit gisteren bekend
maakte, deelde mede, dat die bijeen
komst zal worden voorafgegaan door
een conferentie van diplomatieke func
tionarissen van de 12 landen, die of
de komende week of de week daarna
te Washington zal aanvangen.
Margaret Mitchell, schrijfster van
„Gejaagd door de wind", is in de om
geving van haar woning te Atlanta in
de staat Georgia door een auto over
reden en ernstig gewond. Zij heeft een
hersenschudding opgelopen, verwon
dingen aan armen en benen en in
wendige kneuzingen.
13
De koude avondlucht deed mij rillen.
Het rillen bleef aanhouden, ook toen ik
in mijn kamer teruggekeerd was. Mijn
tong was droog als leer en het geprik
in mijn hoofd had zich over heel mijn
lichaam uitgebreid. Voor mijn ogen
dansten vlekken. Ik was er benauwd
aan toe. Midden in de kamer bleef ik
staan, terwijl mijn adem met horten en
stoten ging. Nu wist ik wat het was,
maar daar schoot ik weinig mee op. Het
was wel een verduiveld ongelegen
ogenblik om een malaria-aanval te krij
gen. Wat ik in de bus in Mexico had
meegemaakt, had mij een soort af-
scheidsfuifje geleken van een bacil, die
me bij de grens vaarwel zou zeggen,
maar nu bleek, dat het toen maar voor
spel was geweest. Dit was een zware
aanval. En ik kon er niets tegen doen.
Mijn pillenflesje was leeg.
Ik ging naar mijn koffer en nam hem
op. Ik waggelde onder het gewicht er
van. Ik liet hem weer vallen. De kamer
begon voor mijn ogen te draaien en alle
houvast ontglipte me. Lukte het me
maar over de balustrade van het bal-
con te komen. Dan kon ik in de strui
ken gaan liggen tot ik begon te transpi
reren. Tegen die tijd zou ik wel zover
bijgekomen zijn, dat ik tot handelen in
staat was.
Ten laatste slaagde ik er in de knop
van de deur te pakken te krijgen en de
deur draaide open. Het was echter niet
mijn hand, die haar openduwde. Het
was een vette hand, die de knop aan
de andere zijde beet had. Ik had de
deur met een smak weer dicht willen
trekken, maar ik stond bibberend en
machteloos.
VIII
In de gang stonden twee mannen. De
gene die het dichtste bij was, was een
fors persoon, wel een half hoofd groter
dan ik en haast dubbel zo zwaar. De
man achter hem was wel niet kleiner,
maar jonger en slanker. Ze namen mij
een kort ogenblik van top tot teen op en
stapten toen naar binnen. De dikste van
de twee haalde in een ommezientje een
paar handboeien uit zijn zak. De slanke
bleef mij als een jachthond gadeslaan;
zijn rechterhand had de lapel van zijn
jas vast.
„Kalmpjes aan maar," gromde de dik
ke, terwjjl hij op mij toe stapte. „Hoe
rustiger je je gedraagt, hoe beter. Je
bent onder arrest". Zijn stem was toon
loos. Hij sloeg zijn jas terug en toonde
mij het insigne van de politie. Toen
schoot zijn hand uit als een kwaaie
hond en hij greep mijn pols in een ijze
ren vuist. Ik deed niets anders dan
bibberen. De stalen armband gleed om
mijn pols en klikte dicht. Het tweeling
zusje ervan om de pols van de dikke
man. Daarna liet de slanke zijn lapel
los en bevoelde mijn zakken.
„Geen revolver," zei hij.
„Oké," bromde de ander. „Kom mee."
Hij trok me mee en ik volgde met
steeds heftiger knikkende knieën. De
krampen trokken door heel mijn li
chaam, zodat ik aan de handboeien
rukte en allerlei dwaze bewegingen
maakte.
Ik voelde hoe ik te keer ging, maar
het had geen zin. De twee mannen let
ten er trouwens nauwelijks op. Ze had
den ieder een arm van mij beet en wa
ren zo sterk als een paar ossen.
Van bovenaan de trap gezien leek de
hal beneden een bodemloze put waar
in vreemde monsters zwommen. Ik hoor
de hoe een hoge, gejaagde stem uitriep;
,,U mag mijn zoon niet meenemen! Niet
doen! Hij is pas thuis!"
„Dat weten we, mevrouw, dat hij pas
thuis is," zei een van de monsters onder
aan de trap. „Maak u niet zenuwachtig
en begin met een advocaat in de arm te
nemen. Hij krijgt behoorlijk de gelegen
heid om zich te verdedigen."
„Vertel ze niets m'n jongen!" riep de
hoge stem. „Ik zal zorgen, dat je ge
holpen wordt!"
Al had ik gewild, ik had geen ant
woord kunnen geven. Bovendien gaven
de twee mannen naast mij er mij de
tijd niet toe. Ze trokken me mee de
voordeur uit en stopten een ogenblik
onder de luifel. Om mij heen flitste wel
op twaalf plaatsen tegelijk het magne
siumlicht. De man aan wiens pols ik
geboeid was, stak zijn andere hand uit
en schoof mijn hoed achterop mijn hoofd.
„Nog eens, jongens," riep hij. De jon
gens hadden geen aanmoediging van no
de. Opnieuw flitste het weerlicht waar
na we over het pad en de trap naar de
straat gingen waar we in een auto stap
ten.
Ik kon niet zien hoe we reden. Een
paar minuten lang kon ik een vaag
schijnsel beneden ons waarnemen
misschien waren het de lichten van het
zakencentrum. Toen begon het voor mijn
ogen te draaien en vlammen sloegen uit
de mist te voorschijn, gele en groene
en paarse vlammen. Dan begon er over
dit alles een duisternis te dalen, en er
bleef niets over dan het hameren van
mijn bloed. Ik wist nog, dat ik worstel
de, want ik voelde een druk op mijn
armen, maar ik was me er niet meer
van bewust wat het was, dat me tegen
hield. Misschien schreeuwde ik ook wel.
Het leek tenminste of mijn longen
krampachtig werkten. Toen verdween
ook dat gevoel. Ik scheen op te lossen in
duisternis en hitte.
Na een poos, hoe lang wist ik op
geen stukken na, keerde mijn bewust
zijn terug. Het eerst uitte het zich in
een gevoel van physieke pijn hoofd
pijn, een misselijke maag, en weer dat
geprik over heel mijn huid. Ik pro
beerde mijn armen en benen te be
wegen, maar mijn pogingen bleven
zonder succes. Mijn ledematen leken
van lood.
Ik lag met gesloten ogen te hijgen,
terwijl ik als een razende ronddwar-
relde in een totaal lege ruimte. We
daalden in spiraalvormige bewegingen
af naar een langzaam onder ons kol
kende poel; stegen dan weer loodrecht
omhoog langs de as van de spiraal,
sneller, steeds sneller, tot er boven ons
een ontzaglijk vuurwerk losbarstte en
het duister doorwemeld werd van
groene en rode vlammen. Toen hoorde
ik stemmen.
„In Mexico geweest, hé", sprak een
van de stemmen.
„Ja", zei de ander, „dat verklaart
het voldoende".
„Hij heeft zich dus nogal te weer
gesteld".
„Hij is uren lang buiten kennis ge
weest. Dat spul bezorgt je een pracht
van een koorts".
„En het werkt behoorlijk op de ze
nuwen ook. Heeft hij morfine gehad?"
„Om een uur of drie vanochtend,
toen hij kalm begon te worden. Ziet
u, hij lijdt aan malaria. Dat is bij het
bloedonderzoek gebleken".
„O, ja?"
Op het derde perron C.S. loopt de
trein naar Amersfoort vol.
„Vooraan is nog wel plaas" hijgt
een hottende moeder tegen haar kof-
ferzeulende echtgenoot.
„Stoptrein Amersfoort" bast de be
snorde conducteur tegen de dichte
coupéramen.
Js dit de trein naar Amersfoort?"
vraagt een zeventigjarige dame on
gelovig.
Paul de Waart en Jan de Cler wan
delen op hun gemak naar hun vaste
coupé met radiomensen.
Tegenover ons zit een Fries echt
paar. Op het laatste moment rolt een
kort dik heertje binnen. Boven het
goedgevulde kamgaren jasje wiegt
een bruinverbrande energieke kop op
drie onderkinnen,
„U had niet veel later moeten ko
men" vindt de Fries vriendelijk en
steekt zijn pijp aan. *Wilt U ook een
beetje vuur?"
De energieke neemt een natgesab-
belde sigaret uit zijn mond.
„Nee, dank V, ik rook nooit."
„Oooooh, enne
„Sinds een jaar rook ik niet meer.
Daarvoor zestig sigaretten en zes si
garen per dag. Maar ik heb nog wel
de hele dag zo'n ding in mijn mond
„Oooooh," begrijpt de Fries, „is het
nog lang naar Hilversum?"
De energieke lacht grijnzend.
,Das toch maar een kippenendje.
Veertien dagen geleden zat ik nog in
Hongkong."
,fEigt dat niet ergens in Limburg?"
vraagt de Friezin.
„In China, mevrouw, en ik ga mor
gen weer terug. LondonKarachi
CalcuttaHongkong."
„Wat doet een mens nou in Hong
kong?"
„Verkopen. Textiel, fietsbanden,
aardewerk en Verkade's biscuit."
Zijn die Chinezen nou werkelijk
van die rare mensen?"
De energieke lacht breed en kauwt
een paar keer op zijn sigaret.
„Och, mevrouw, w\j vinden Chine
zen alleen maar zo raar, omdat zij ons
zo raar vinden."
De Duitse katholieke bisschoppen zullen
tijdens de verkiezingen van Zondag a.s. in
West-Duitsland een dringend beroep doen
op de gelovigen, niet te stemmen op so
cialistische en liberale candidaten, zo ver
nam U.P.
Een tweede herderlijke brief, waarin alle
katholieke stemmers dringend zal worden
verzocht op candidaten van Christelijke
partijen te stemmen, zal Zondagmorgen in
alle katholieke kerken van de kansel wor
den voorgelezen. Op die dag zullen dertig
millioen katholieken een kans hebben om
een democratisch parlement te kiezen.
De Verenigde Staten zijn de enige
grete mogendheid die gisteren te Genève
officieel de drie herziene Rode-Kruis-
conventies heeft ondertekend.
Deze conventies zullen de behande
ling regelen van krijgsgevangenen en
gewonde soldaten en matrozen in elke
toekomstige oorlog.
Slechts zeventien landen hebben een
vierde geheel nieuwe conventie inzake
de bescherming van burgers in oorlogs
tijd ondertekend.
De Verenigde Staten en Engeland heb
ben die conventie niet ondertekend, om
dat een van haar artikelen de doodstraf
verbiedt in een bezet land waar de dood
straf voor de bezetting was afgeschaft.
Het Verenigde Koninkrijk. Frankrijk
en het Sovjet-blok hebben geen enkele
van de conventies ondertekend, maar
zullen dit wellicht nog doen.
De vier conventies zijn opgesteld door
eer conferentie van 60 landen, die in
April in Genève werd geopend en gis
teren officieel is geëindigd.
Engeland heeft gisteren bekend ge
maakt. dat het de verkoop van wapens
aan de Arabische landen zal hervatten.
Het ministerie van Buitenlandse Za
ken heeft medegedeeld, dat alle bestel
lingen van wapens, die lopende waren
toen de UNO haar embargo afkondig
de. thans zullen worden uitgevoerd.
Men kon niet onmiddellijk de namen
noemen van de landen, die orders lo
pende hebben, maar het is bekend, dat
daartoe o. a. Hasjemitisch-Jordanië
(Transjordanië), Egypte en Irak beho
ren, drie landen, aan welke Engeland
verdragsverplichtingen heeft.
Gruenin, de gouverneur van Alaska.
heeft gisteren voor het Amerikaanse Con
gress verklaard, dat Alaska onverdedigd
is en „morgen door een kleine operatie met
luchtlandingstroepen" zou kunnen worden
genomen.
De Argentijnse minister van Buitenland
se Zaken, Dr. Juan Bramuglia, is afgetre
den. Er werd geen reden opgegeven voor
deze stap, welke volgde op een bespre-
Kmg tussen Bramuglia, president Peron en
de Argentijnse ambassadeur in de V. S.
Dr. Adenauer, de voorzitter van de West-
Duitse Christendemocratische Partij, en
Prof. Carlo Sclrmid, de socialistische leider
en de vice-voorzitter van de Duitse afde
ling van de beweging voor een Verenigd
Europa, hebben gisteravond gepleit voor
de opneming van Duitsland in een Ver
enigd Europa.
Dr. Kurt Schumacher, de leider der so
ciaal-democraten in West-Duitsland, heeft
de drie nieuwbenoemde Westerse Hoge
Commissarissen vöor Duitsland telegrafisch
verzocht de ontmanteling van Duitse in
dustrieën onmiddellijk te doen staken.