Concurrentie eist een so laag mogelijk
binnenlands kostenpeil
Verlaging inkomstenbelasting vangt
druk op van de huurverhoging
De begroting in cijfers
Marshall-gelden voor volks
gezondheid, inpoldering \en
wetenschappelijk onderzoek
Het leger kost
852 millioen
Geraamde opbrengst van
de belastingen
Zal ook België moeten volgen?
MINISTER LIEFTINCK DOET BEROEP OP HET NEDERLANDSE VOLK
Krijgshaf tiger
ambtenaren
Nog geen hechte
economische basis
Besprekingen met
E,C.A. gaande
VERDELING VAN DE UITGAVEN
OVER VERSCHILLENDE POSTEN
In millioenen guldens
Omzet- en personele belasting stijgt
Huren niet meer
danl5 pet. omhoog
SWp cnwps DEVAÊUFS-f
the only m
I..,.
Benelux-kwesties veranderen
grondig van aspect
Britse toeristen
opgejaagd
Geen crediet zonder
overeenkomst
mgsmmtëm mür
België in het intern.
handelsverkeer
Uitgifte sommige invoer
vergunningen gestaakt
Standpunt Indonesië
nog niet definitief
DINSDAG 20 SEPTEMBER 1949
PAGINA 3
In de slotbeschouwing van de millioenennoia geefi de
Minister van Financiën een schets van enige der voornaam
ste aspecten van de Nederlandse economie en van de be
langrijkste problemen, die onder de huidige omstandig
heden om een oplossing vragen.
Na een overzicht van de bevredigende- ontwikkeling van
de industriële bedrijvigheid volgt een beschouwing over de
stand van de werkgelegenheid, waarbij ervan wordt uit
gegaan, dat een verdere doelmatige modernisering en uit
breiding van hei productie-apparaat, mede gezien de nood
zaak tot hei scheppen van voldoende werkgelegenheid
voor de snel groeiende beroepsbevolking, binnen de gren
zen der beschikbare middelen geboden is.
210 fi
IDatiy
\lirror
Ö.S. sloriced-
exjjecteif
fa*g is kmr thasi
mm i
TIMES
thtihf h°^*£1sU§HED BY 30
SI tSBl;» - BREAD DfcARI eJf
tvi ri j.
THE POUND IS P€VAtU£pJ£fyALUgó
WW
5
Financiële verhouding
met Indonesië
Uiterste zuinigheid dringend nodig
Er is nog steeds n hausse in de vraag
naar ambtenarenzo concluderen wij al
thans uit 's ministers cijferreeksen. Wel
blijft de stroom van ambtenarendie
het departement van Economische Za
ken verlaat, gestadig vloeien, maar deze
stroom, nog versterkt door zijrivieren
vloeit met krachtige golfslag in een iet
wat krijgshaftiger bedding, in casu de
departementen Oorlog en Marine
Ziehier de nuchtere cijfers: Aantal
ambtenaren op niet-militaire departe
menten zal in 1950 verminderen met ca.
3300 personen. De ambtenarenstaven van
Oorlog en Marine zullen daarentegen
worden uitgebreid met ca. 5700 personen.
De stand van de werkgelegenheid
geeft op het ogenblik in het algemeen
nog geen reden tot ongerustheid, al
treedt in sommige bedrijfstakken wel
enige verruiming van het aanbod op.
Daarentegen overtreft in een aantal an
dere bedrijfstakken, zoals de metaal- en
de textiel-nijverbeid, de vraag naar som
mige categorieën arbeidskrachten nog
steeds het aanbod, zij het in afnemende
mate.
Na ook de voorziening van consump
tiegoederen te hebben belicht komt de
Minister tot de conclusie, dat thans in
vele sectoren van het economische leven
een terugkeer tot meer normale toe
standen te constateren valt. Inussen kan
niet genoeg worden herhaald, dat deze
ontwikkeling nog geenszins inhoudt,
dat thans ook een hechte basis zou zijn
verkregen, waarop men zonder meer
kan voortbouwen. De verwezenlijking
van de tot dusverre bereikte resultaten
was slechts mogelijk door het interen
op het bezit aan buitenlandse activa en
met behulp van omvangrijke buiten
landse steun. De erkenning, dat boven
dien ook thans nog voor de handhaving
van het bereikte een aanzienlijke bui
tenlandse hulpverlening niet kan wor
den ontbeerd, betekent tegelijkertijd
het blootlèggen van de zwakke funde
ring der huidige Nederlandse econo
mie
In verband met de ook in het bui
tenland waarneembare tendentie tot
evenwicht in de vraag- en aanbodver
houdingen wijst de Minister vervol
gens met het oog op de noodzaak tot
verdere verbetering van de handels
balans op het voor Nederland toene
mende belang, dat het zijn producten
tegen concurrerende prijzen kan aan
bieden. Het dient derhalve zijn bin
nenlands kostenpeil zo laag mogelijk
te houden door een verdergaande
verbetering van de kapitaalsuitrusting
in industrie én landbouw, een ver
sterkte rationalisatie en een verdere
Opvoering van de arbeidsproductivi
teit.
Voor de oplossing van het laatste pro
bleem acht de Minister het van belang,
dat wordt gestreefd' naar een zo conse
quent mogelijke toepassing van het stel
sel van beloning naar prestatie.
In verband met de essentiële beteke
nis, welke voor het sluitend maken van
de Nederlandse betalingsbalans moet
worden gehecht aan de verdere vergro
ting van het productievolume belicht
de Minister tenslotte de mogelijkheden
tot opvoering van het investeringspeil,
Hiertoe blijft een verhoging der be
sparingen een dringende eis en is het
geboden, dat het thans redelijke con
sumptieniveau geen verdere stijging
van betekenis zal ondergaan.
Het streven van de Minister is er bij
voortduring op gericht, de uitgaven
van de overheid, welke tot de consump
tieve sfeer zijn te rekenen, zoveel mo
gelijk te beperken. De mogelijkheden
hiertoe zijn evenwel als gevolg van het
starre karakter van een groot deel der
Staatsuitgaven, van de militaire uitga
ven afgezien, aanzienlijk geringer dan
somtijds wordt aangenomen.
Reeds meermalen heeft de Minister
een beroep gedaan op het Nederlandse
volk tot het betrachten van de uiterste
zuinigheid in het verbruik en tot het
vergroten van de besparingen. H«
schroomt niet, dit beroep aan het slot
van zijn Nota met klem te herhalen.
Slechts indien alle lagen van de bevol
king zijn doordrongen van de noodzaak
hiervan en zich ook dienovereenkomstig
gedragen, zal de buitenlandse hulp een
zo groot mogelijk rendement kunnen
afwerpen en zal men het resultaat kun
nen verwezenlijken, welke met die hulp
werd beoogd, nl. het stellen van de
Nederlandse economie op een hechte
basis. Eerst nadien zal het mogelijk zijn
het economische en financiële beleid
in sterkere mate te richten op een
directe welvaartsvergroting.
Een beschouwing van het niveau van
de ontwerp-begroting 1950 heeft naar de
overtuiging van de minister slechts zin,
indien men zich daarbij voor ogen stelt,
dat deze begroting is opgesteld voor een
periode, waarin ons land geoukt gaat
onder zware militaire verplichtingen,
tegelijk het herstel van de oorlogsscha
den moet financieren en bovendien een
in de oorlog zeer hoog opgelopen Staats
schuld te torsen heeft. Duidelijk blijkt
dit, wanneer men nagaat welke buiten
gewoon grote bedragen voor 1950 moes
ten worden geraamd voor militaire uit
gaven, voor het oorlogsherstel en voor
de dienst van de Staatsschuld, n.l.:
militaire uitgaven in
eigenlijke zin
uitgaven voor oorlogs.
herstel
dienst Staatsschuld
f 852 millioen
490
559
f 1.901 millioen
Aangaande het nadelig saldo van het
Landbouw-Egalisatiefonds bestaat de
verwachting, dat, wanneer een nieuwe
begroting voor dat fonds zal worden op
gesteld, het nadelig saldo tot een be
langrijk lager bedrag zal kunnen worden
teruggebracht.
De mogelijkheden tot verdere bezui
niging zullen, behalve op militair gebied,
in hoofdzaak moeten worden gevonden
bij de uitgaven van de Gewone Dienst
en de Buitengewone Dienst I ad f 1.675
millioen.
Het hoge niveau van de ontwerp-be
groting voor 1950 baart de Regering zor
gen, omdat het mede in verband met de
conjunctuurphase, waarin de wereld ver
keert, gevaren in zich draagt.
Categorieën
Nationale Schuld
Afschrijvingen
Buitenlandse Dienst
Politie en Justitie
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
Herstel oorlogsschade 1)
Militaire uitgaven 2)
Waterstaat
Verkeer
Luchtvaart
Uitgaven ter bevordering van handel
en nijverheid
Uitgaven ter bevordering van land
bouw en visserij
Distributie-, contrdle- en prijsbeheer-
singsapparaat
Prijssubsidies, exclusief landbouw-
Egalisatiefonds
Sociale voorzieningen 346
Volkshuis-esting 31
Overzeese Gebiedsdelen 1
Bestuurskosten 116
Pensioenen 71
Wachtgelden e.d16
Gewone dienst
Buitengewone
Buitengewone
Dienst 1
Dienst II
1949
1950
1949
1950
1949
1950
544
473
oc
52
86
34
OD
38
1
0
168
175
29
12
3
4
339
371
0
9
10
52
33
485
456
0
1
517
601
137
112
134
139
74
91
78
75
17
16
8 3)
122 3)
12
12
19
8
19
21
0
3
64
78
55
67
3
2
7
8
24
14
385
45
2
127
114
10
30
10
39
2
10
1
12
13
44
6
8
0
1
54
1
39
Totaal 2436
Landbouw-Egalisatiefonds
Totaal-Generaal 2436
2681
2681
802
227
1029
171
840
381
381
575
575
1)
2)
3)
Inbegrepen uitgaven, welke niet vallen onder die, genoemd in de stukken nopens het
wetsontwerp op de materiële oorlogsschaden (Gedrukte Stukken Zitting 1947-1948-705).
Uitgegaan is van de uitgaven van de Departementen van Oorlog en van Marine.
Hierop zijn in mindering gebracht de uitgaven voor demobilisatievoorzieningen (welke
tot de sociale voorzieningen zijn gerekend), die voor militaire pensioenen (onderge
bracht in de rubriek pensioenen) en die voor loodswezen en voor hydrografie (opge
nomen in de rubriek verkeer). Daarentegen is wel rekening gehouden met de uit
gaven van het Departement van Overzees Gebiedsdelen voor de landmacht in Suri
name en in de Nederlandse Antillen.
De hierin opgenomen post wegens kapitaalverstrekking aan het Staatsbedrijf der
P.T.T. is in 1949 voor memorie uitgetrokken en in 1950 voor 111 millioen.
Inzake de besteding van ter beschik
king van het Rjjk komende tegenwaarde
van in het kader van het Europese Her
stel Programma ontvangen schenkingen,
deelt de minister van Financiën in zjjn
toillioenennota mede, dat buiten de reeds
Vrijgegeven f 240 millioen, welke zullen
Worden aangewend voor uitgaven die
Worden verantwoord op de begroting
1948, terzake van schenking van Mar
shall-goederen gedurende de periode
April 1948April 1949 nog een bedrag
Van ca. f 600 millioen van de op speciale
rekening bjj De Nederlandsche Bank ge
storte gelden beschikbaar zal komen.
Omtrent de bestemming van deze gel
den zijn besprekingen met de E.C.A..
autoriteiten gaande, nadat daaromtrent
tevoren overleg was gepleegd tussen de
verschillende ministers, het Bureau van
de Regeringscommissaris voor het E.H.P.
en De Nederlandsche Bank. Bij dit over
leg wordt zowel aandacht geschonken
aan de monetaire consequenties, voort
vloeiende uit de wijze van bestemming,
als aan het belang, welke de overeen te
komen besteding kan hebben voor de
Wederopbouw van Nederland.
In dit verband wordt vermeld, dat bij
de opstelling van de ontwerp-negroting
Voor 1950 een aantal posten is gereser
veerd, wélke betrekking hebben op uit
gaven, uitgaande boven die, welke in
genoemde begroting zijn opgenomen.
Het betreft hier verschillende projec
ten tot een bedrag van ruim f72 mil
lioen, waarvan de uitvoering zal bijdra
gen tot verhoging van het nationale pro.
ductievermogen en tot verbetering van
de betalingsbaianspositie.
Als voornaamste projecten kunnen
worden genoemd deelnemingen van de
Staat in de vestiging of uitbreiding
van industriële ondernemingen, ver
strekking van kapitaal ten behoeve
van de indijking en droogmaking van
de Zuidelijke IJsselmeerpolders, be
vordering van technisch-wetenschap-
Pelijk onderzoek, maatregelen op het
gebied van de volksgezondheid. Aan
deze posten, is voorts toegevoegd een
bedrag ter financiering in guldens van
de in het kader van het F.uropese Her
stel Programma te ontvangen techni-
sche hulp.
**aar het oordeel van de minister zijn
deze gereserveerde posten weliswaar van
essentiële betekenis voor de Nederlandse
volkshuishouding, doch moet het voors
hands niet verantwoord worden geacht
daarmede de begroting van 1950 te be
lasten. Wel ligt het in de bedoeling tot
het doen van deze uitgaven in 1950 over
te gaan, indien en voor zover additionele
middelen ter beschikking komen. Het is
nog niet met zekerheid te zeggen van
welke aard deze middelen zullen zijn,
doch hierbij wordt gedacht aan de moge
lijke beschikbaarstelling van de guldens-
waarde van de onder het Europese Her
stel Programma ontvangen schenkingen.
In afwachting van het beschikbaar ko
men van zulke additionele middelen
dient elke beslissing omtrent de hier be
doelde uitgaven te worden opgeschort.
Van belastingverlagingen, waardoor
nieuwe begrotingstekorten zouden in
treden, mag en kan thans nog geen
sprake zijn, aldus verdedigt prof. Lief-
tinck in de nota zjjn belastingpolitiek.
Maatregelen van belastingpolitieke
aard kunnen echter op hun plaats
zijn voor zover zij een uitstel van be
lastingheffing teweeg brengen, dan wel
belemmeringen voor het bedrijfsleven
en voor het ontplooien van nieuwe
initiatieven verminderen en aldus de
toekomstige belastingopbrengsten ver
groten.
Staan deze elementen in de bij de
Tweede Kamer aanhangige wetsont
werpen Belastingherziening 1949 en
Wijziging Ondernemingsbelasting op
de voorgrond, zij spelen mede een roï
in de plannen tot verlaging van de
tarieven van inkomsten- en loonbelas
ting.
Bij de laatste plannen komt echter bo
vendien een ander element aan de orde:
verschuiving van druk in het heden. De
verlaging van de inkomsten- en loonbe
lasting zal namelijk m zeer belangrijke
mate de verzwaring van druk opvangen,
welke gepaard zal gaan met de voorge
nomen proportionele verhoging van de
woninghuren met 15%, de verlaging der
levensmiddelensubsidies en met de ver
hoging van enige verteringsbelastingen.
Enerzijds wordt thans een aantal ver
lichtingen van belastingdruk voorgesteld,
welke, verbonden met het overige over
heidsbeleid, de algemene strekking heb
ben de productie aan te moedigen en in
vesteringen in nieuwe productiemidde
len te vergemakkelijken, verlichtingen,
welke ook overigens de van belastingen
op inkomen en winst uitgaande rem
mende werking op het entameren van
bedrijvigheid en op de arbeidslust zullen
matigen. Daartegenover dringen èn de
noodzaak van het behoud van het budge.
taire evenwicht èn de eis van beperking
van niet strikt noodzakelijke consumptie
Teneinde een inzicht te geven aangaande de belastingopbrengsten volgt
hieronder nog een vergelijking van de raming daarvan voor 1950 met
die voor 1949. De daarin vermelde netto-bedragen zijn die, welke aan
het Rijk ten goede komen na aftrek van de aandelen, toekomende aan
het Gemeentefonds en aan het Provinciefonds en, voor zoveel de accijns
op gedistilleerd betreft, na aftrek mede van het aandeel, toekomende
aan het Landbouw-Egalisatiefonds.
(in mill, guldens)
Omschrijving
Inkomstenbel. (na aftr. v. voorheffing)
Vermogensbei. van natuurl. personen
Dividendbelasting
Commissarissenbelasting
Vereveningsheffing 200,0
Motorrijtuigenbelasting
Bijzondere wijnbelasting
Invoerrechten 235,0
Statistiekrecht
Accijns op zout
Accijns op gedistilleerd
Accijns op bier
Accijns op suiker
Accijns op tabak
Bel. op gouden en zilveren werken
Omzetbelasting 780,0
Rechten van zegel
Rechten van registratie
Rechten van successie,
van overgang en van schenking
Raming
Raming
Raming
Raming
voor
voor
voor
voor
1949
1950
1949
1950
bruto
bruto
netto
netto
700,0
740,0
639,1
675,6
55,0
60,0
50,2
54,8
175,0
250,0
159,8
228,3
500,0
560,0
456,5
511,3
40,0
45,0
36,5
41,1
4,0
6,5
3,7
5,9
200,0
210,0
200,0
35,0
40,0
35,0
40,0
0,2
0,0
0,1
0,0
235,0
300,0
214,6
273,9
7,0
7,0
6,4
6,4
7,0
7,0
6,4
6,4
70,0
90,0
59,1
76,0
21,0
16,0
19,2
14,6
65,0
80,0
59,3
73,0
170,0
190,0
155,2
173,5
0,9
0,7
0,8
0,6
780,0
800,0
712,1
730,4
20,0
18,0
18,3
16,4
30,0
35,0
27,4
32,0
65,0
65,0
59,4
59,4
3.180,1
3.520,2
2.919,1
3.229,6
tot het verhogen van verteringsbelastin
gen.
Met betrekking tot deze verteringsbe
lastingen bevat de Nota enige belang
rijke mededelingen. Ten aanzien van de
huurbelasting komt de minister tot de
conclusie, dat, al is een verzwaring van
de huurlasten onvermijdelijk, het niet
raadzaam is onder de bestaande omstan
digheden een grotere proportionele huur
verhoging dan van 15% voor vooroorlog
se woningen toe te laten.
Dit betekent echter voor de eigenaren
van de huizen niet meer dan een com
pensatie voor de stijging, sedert 1940,
van de vaste lasten en van het onder
houd van hun bezit. Nu is het alleszins
redelijk en met het oog op 't voorkomen
van kapitaalverlies aan de huizen in
hoge mate wenselijk, dat genoemde stij
ging van kosten en lasten wordt goed
gemaakt door een huurverhoging ten
bate van de eigenaren.
De motieven vóór en bezwaren tegen
het heffen van een huurbelasting zijn
dan ook buiten beschouwing gebleven.
Een verdere verhoging van de aan het
woninggebruik verbonden kosten en
lasten kan in verband met de bestaande
verhouding tussen lonen en prijzen
onder de huidige omstandigheden het
best plaats vinden met inachtneming
wederom van een zekere differentiatie,
waarbij in het oog wordt gehouden,
dat een verzwaring van de druk op dit
punt in het algemeen relatief meer be
tekent naarmate het inkomen lager is
Daartoe leent zich wel een verho
ging van de personele belasting. Door
de vrijstellingen en verminderingen
roept deze verhoging in veel mindere
mate de bezwaren van sociale en eco
nomische aard op welke verbonden
zijn aan een huurbelasting. Nochtans
corrigeert zij de bestaande toestand
waarbij de gebruikers van woningen
tengevolge van de verschillende door
de Overheid getroffen maatregelen
voor de door hen genoten woondien
sten minder betalen dan die woon
diensten eigenlijk waard zijn. In
plaats van een huurbelasting zal dan
ook worden voorgesteld het heffen
van 100 opcenten ten bate van net
Rijk op de personele belasting naar
de grondslag huurwaarde. Voorts zal
een herschatting van het meubilair
een hogere opbrengst van de belasting
naar laatstgenoemde grondslag op
leveren.
De technische herziening van de per
sonele belasting zal onder meer omvat
ten een verhoging van de vrijgestelde
bedragen met in het algemeen 20 pCt.
Een bijzondere voorziening zal worden
getroffen met het oog op tijdens en na
de oorlog gebouwde woningen, waar
van de huren op een hoger niveau lig
gen dan die van vóór-oorlogse wonin
gen.
Voorts wordt opgemerkt, dat de voor
genomen wijzigingen van de tarieven
van zegel- en registratierechten binnen
kort aanhangig zullen worden gemaakt.
Naast de reeds aangekondigde ver
hoging van het tarief van de omzetbe
lasting zal tenslotte de invoering van
een bijzonder tarief voor die belasting,
liggende tussen het normale tarief en
het weeldetarief worden voorgesteld.
Dit tarief zal betrekking hebben op een
aantal goederen, welker aanschaffing
in de tegenwoordige omstandigheden
de toepassing voor een enigszins hoger
tarief dan het gewone rechtvaardigt,
zonder dat die goederen evenwel weel-i
deartikelen kunnen worden genoemd.
De hier opgesomde nog in te dienen
voorstellen, tezamen met de reeds
aanhangig gemaakte verhoging van
het bijzondere invoerrecht op benzine
zullen voor de Rijksmiddelen, het
Provinciefonds en het Gemeentefonds
tezamen naar globale schatting ople
veren:
Wijziging van de omzet
belasting f140 mill.
Wijziging van en opcenten
op de personele belasting 29
Wijzigingen van zegel- en
registratierecht
Verhoging van het bljz, in
voerrecht op benzine 40
Totaal f 217 mill.
Daartegenover staan belangrijke ver
lichtingen bij ö!e directe belastingen, nl.
de verlaging van inkomsten- en loon
belastingen (zeer globaal geschat op
f 150 millioen belastingverlichting)de
belastingherziening 1949 (welke de be
lastingopbrengst over 1950 met ongeveer
f 170 millioen zal verminderen, doch ten
aanzien van een zeer groot deel van
dit bedrag de betaling slechts opschort)
en de wijzigingen in de ondernemings
belasting (direct gevolg f 53 millioen
belastingverlichting.
IWUWJWH!
mn
<m ax m
t&ZWM* *^|)mnrTTTf
4h'r*iUmlk>n: «Mfef
HURil
fc-ss «w «t w» 'W
f,(-i n P -i—
«V «SJ -f
«n.«B whm mtnn IM1 «UIÜ'W ym c* wa»
«aai t f i -----
Grote koppen in de Engelse dagbladen kondigen het nieuws der devaluatie aan.
Uier is een staalkaart der verschillende lettersoorten, waarmee de gebeurtenis
onder de ogen van een gretig lezend publiek werden gebracht.
Een vindingrijke groenteman te Amsterdam heeft in de devaluatie van het Pond
Sterling aanleiding gevonden zijn klanten ervan te overtuigen, dat zij bij her»
nog het volle .fond" krijgen.
Omschrijving
GEWONE DIENST
BUITENGEWONE DIENST I
Uitgaven en ontvangsten van
aflopend karakter
Uitgaven 669
Middelen
Nadelig saldo
GEWONE DIENST EN BUITEN
GEWONE DIENST I
Uitgaven 3.350
Middelen 3.541
Nadelig/voordelig saldo 191
Nadelig saldo Landbouw-Egalisatiefonds.
BUITENGEWONE DIENST II
Kapitaalsuitgaven en -ontvangsten
Uitgaven
Middelen
Saldo
Ontwerp
Vastgestelde
Gecorrig
begroting
begroting
begroting
1950
1949
1949
(in millioenen guldens)
2.681
2.436
2.754
3.518
3.156
3.569
837
720
815
669
802
886
23
76
76
646
726
810
3.350
3.238
3.640
3.541
3.232
3.645
191
6
171
227
227
20
233
- 222
575
381
505
185
71
71
390
310
434
Aldus reageerde honden op de devalua
tie van het pond. De makelaars werden
bijna onder de voet gelopen, de me
nigte drong en duwde en de sfeer was
er allerminst een, welke men bij „rus
tige transacties" pleegt aan te treffen.
Een koerier verlaat een der departe
menten in honden met een bundel
bulletins, die het nieuws over de deva
luatie behelzen. Ze zijn bestemd voor
de Engelse kranten en nieuwsagent
schappen.
BRUSSEL, 19 September
(Telefonisch van onze Belgische
correspondent)
Hoewel te Brussel geen devaluatie
stemming heerst en men van hogerhand
beklemtoont dat een dergelijke maat
regel niet wordt overwogen, is er sinds
Zondagavond niettemin druk gecon
fereerd, terwijl ook de vervroegde terug
keer van de ministers van Buitenlandse
Zaken en van Financiën alsmede van de
gouverneur van de Nationale Bank, die
alle drie nog in Washington vertoefden,
wordt aangekondigd.
Eerste minister Eijskens hield heden
middag een persconferentie, waarin hij
verklaarde, niet pessimistisch te zijn
omtrent de toekomst van de Benelux.
„Natuurlijk", zo liet hij er op volgen,
„gaan de kwesties die zich in dit kader
stellen, grondig van uitzicht veranderen
en het is onmiskenbaar dat het con
currentievermogen van de Nederlandse
export gaat toenemen. De Nederlandse
betalingsbalans vertoonde ten opzichte
van ons een debetsaldo. Dat alles kan
zich nu wijzigen".
Betreffende de vaste gang van zaken
verklaarde Eijskens dat de Belgische
regering verzocht had tegen 15 October
in huxemburg een conferentie van de
Benelux-ministers bijeen te roepen. „Dat
betekent", zo zeide hij, „dat de voor-
Unie rond 1 November in werking zou
kunnen treden".
Op een desbetreffende vraag heeft
Eijskens categorisch geantwoord, dat
geen druk op België werd uitgeoefend
om de Belgische franc te devalueren.
Intussen verwondert men zich hier in
technische kringen over de omvang van
de devaluatie van het pond sterling en
vraagt men zich af of een devaluatie
van de franc uiteindelijk toch niet nood
zakelijk zal blijken met het oog op de
exportmogelijkheden Er is echter geen
enkel teken dat een dergelijke maatregel
imminent zou zijn.
Bovendien wijst men erop dat het niet
devalueren van de Belgische franc een
goedkopere import impliceert, terwijl
de nu mogelijke omwisselbaarheid van
de munt de wereldhandel zal vergemak
kelijken, wat ook België op den duur zeer
ten goe'de zal komen.
In een officieel communiqué maakt
de Belgische regering bekend, dat in
verband met de devaluatie van het En
gelse pond de uitgifte van bepaalde in
voervergunningen is opgeschort totdat
een studie is gemaakt van de door de
herwaardering ontstane nieuwe toestand
in het handelsverkeer.
De staatssecretaris van Financiën van In
donesië, drs. A. Oudt, heeft Dinsdagochtend
te Batavia in een radiotoespraak medege
deeld, dat de Indonesische regering nog niet
definitief haar standpunt heeft bepaald met
betrekking tot het vraagstuk der devaluatie.
Hij zei, dat sluiting van banken en spaar
banken niet in de bedoeling ligt, doch dat,
in afwachting van een definitieve bepaling
van het standpunt der Indonesische rege
ring, het Deviezenfonds voor Indonesië tij
delijk alle wisseltransacties met het buiten
land heeft stopgezet.
Het bestuur van de Nederlandse Antillen
heeft met betrekking tot de devaluatie van
het pond sterling en een eventuele deva
luatie van de Nederlandse gulden zijn hou
ding nog niet bepaald.
Honderden nerveuze Britse toeristen be
legerden Maandag banken en reisbureaux
in België. Zwitserland, Frankrijk en Italië
met reischèques, die plotseling een derde
minder waard waren geworden. Maar de
banken waren gesloten en de reisbureaux
konden niet helpen. Vele Britten beschik
ken niet meer over middelen om hun ho
telrekening te betalen. Sommigen kunnen
zelfs geen lunch meer bekostigen.
Het Franse ministerie van financiën gaf
ter tegemoetkoming toestemming, dat de
banken Maandag aan elke buitenlandse
toerist 10.000 francs uitbetaalden tegen de
oude wisselkoers.
De trek terug naar Engeland is Maandag
al begonnen. Honderden auto's passeren
Parijs op weg naar de Kanaalhavens.
In Zwitserse regeringskringen vreest
men dat een dodelijke slag aan het toeris
tenverkeer is toegebracht.
In het kader van de beschouwingen over
de financiële verhouding met Indonesië,
welke nog steeds een belangrijk punt voor
de beoordeling van de financiële toestand
van het Rijk uitmaakt, bevat de Nota enige
opmerkingen over de stand van de crediet-
verlening aan Indonesië, waartoe in het
verleden de nodige ontwerpen van Wet
door de Staten-Generaal zijn goedgekeurd,
dan wel aan de Staten-Generaal ter behan
deling zijn aangeboden.
Hoewel mag worden aangenomen, dat In
donesië ook in 1950 een beroep zal doen op
credietverlening van de zijde van Neder
land, zal dit beroep door Nederland eerst
gehonoreerd kunnen worden zodra o m. ter
Ronde-Tafelconferentie een overeenkomst
tot stand zal zijn gekomen, waarbij de fi-
nancieel-eeonomische verhoudingen tussen
Nederland en Indonesië op bevredigende
wijze zijn vastgelegd.
Over dit onderwerp stellen wij ons voor
tu>g nader terug te komen.