De UNO huist in marmerglas
en aluminium
Tu
Pamir uit de vaart genomen
Naar school om Australiër te worden
jaren
HELLAS herademt na
burgeroorlog
van
ssen
en
Stalin's Scylla
Tito's Charybdis
m.
Tweehonderdduizend fabrieks
arbeiders gevraagd
Pandit Nehroe als
banbreker
„HET LAATSTE ZEILSCHIP'
Nog te goed voor
de sloop
Hulp aan vluchtelingen en heropvoeding der
opstandelingen het ernstigste probleem
Waakzaamheid aan
grenzen geboden
Tijdschriften van
de leestafel
■I
Griekse burgeroorlog
vrijwel ten einde
DONDERDAG 20 OCTOBER 1949
PAGINA 5
B-36 zowel als atoombom
berekend voor hun taak
NIEUWE SPOORBRUG OVER
DE OUDE MAAS
Eind 19SO in gebruik
Rotterdam en Schiedam
aaneengebouwd
Koningin ontvangt
GR. HOUTSTR. 47
Tel. 18036, Haarlem
DAMES-
P ARAP LUTES
vanaf f 10.~
f-
(Bijzondere correspondentie)
LAKE SUCCESS, 12 October.
Het eerste gebouw van de VJf. aan Manhattan's Oostkant, waarboven de
vorige week de vlag gehesen is, vertoont naar vier kanten een verschillend
Bezicht. Eén gevel is van wit marmer, de volgende van aluminium, de derde van
aluminium en glas, en de vierde weer ran wit marmer.
Misschien hebben de architecten „elk wat wils" willen geven, misschien
verzinnebeeldt deze veelzijdigheid ook de verscheidenheid van aspecten, waar
onder men de wereldorganisatie bekijken kan, of zelfs de verscheidenheid van
intenties, die er een belichaming in vinden. Marmer voor de duurzaamheid van
het recht, glas voor de doorzichtigheid van de vrede, aluminium voor het dage
lijkse politieke keukengebruik.
Eenzelfde veelzijdigheid schijnt ech
ter geen oplossing te kunnen vormen
voor het voorgenomen religieuze mid
delpunt, dat aan de permanente zetel
Van de V.N. is toegedacht. In plaats
Van een kleinste gemene veelvoud der
Wereldgodsdiensten en on-godsdienstig-
heden schijnt men het eerder te zoeken
ih een grootste gemene deler, maar
komt daarbij tot de slotsom, dat deze,
*oals het in de taal der wiskundigen
keet, „nadert tot nul". Iets stemmigs,
iets indrukwekkends, iets eerbiedigs,
*ou dan de hal moeten vervullen,
Waarin gedelegeerden van iedere geest,
tussen de bedrijven door, tot inkeer
kunnen verwijlen. Maar misschien zou
iets hols, iets duisters en vreeswek
kends beter zijn om aan te duiden
Wat de naties hier bijeen houdt en wat
blinder een gemeenschappelijk streven
dan slechts een gedeelde angst is.
„De vrees des Haren is het begin der
Wijsheid" zou dan het opschrift kunnen
*ijn. Maar dat zou waarschijnlijk óók
niet algemeen genoeg wezen.
Terwijl de vrees voor oorlog hetgeen
oog iets anders is dan liefde tot de vrede
"T" de naties bijeenhoudt, wordt die band
«oor tegengestelde rechtsopvattingen tot
bet uiterste gespannen. „Laat recht geschie
don, ook al vergaat de wereld" die klas.
«eke spreuk getuigt, dat voor fiere men
den er ook aan de angst een grens is. He
laas schijnt zij ook een vermoeden te ver
baden, dat, èls er recht gedaan wordt, de
Wereld inderdaad zal vergaan, m.a.w. dat
de motor, waarop deze wereld rondrijdt,
"'echts ka ndraaien op een vrij gemengde
brandstof en bij een dl te hoge graad van
*uiverheid dóórbrandt.
Dit droefgeestig vermoeden brengt ons
terug tot de dagelijkse bedrijvigheid van
Assemblée. n.l. tot de politieke meng-
*unst, die zelfs al zou zij zuivere recht
vaardigheid in haar pomp hebben daar
van toch slechts zoveel tapt als zij meent
öat de motor kan verdragen.
°P heden is dat blijkbaar niet veel. De
klove tussen' Oost en West, die in de koude
oon0g haar actieve uiting vindt, lijkt zoal
biet dieper, dan toch werkzamer dan ooit.
i» nauwelijks nog een vraagstuk, dat
ïjlet onder de categorie van die tegenstel-
"hg beschouwd en gewaardeerd wordt; wat
een wil, is reeds daarom ongewenst voor
ne ander, en wat de één schaadt, lijkt reeds
daarom voor de ander een voordeel.
In actuele kwesties als de erkenning van
net nieuwe bewind in China en de candi-
datuur van Joegoslavië voor de Veiligheids
raad komt deze antinomie nogal verwar
rend aan de dag.
Ten aanzien van China wacht
Washington blijkbaar, met de langzaam
heid die dit reuzenland ondanks zijn
drukke allures eigen is, op de uitkom
sten van de Jessup-commissie, die nieu
we grondlijnen uitstippelen moet voor
*en politiek in het Verre Oosten, nadat
de doodgebloede oude opzet onder de
Srafsteen van een Witboek begraven
^erd. Ook na het rapport van die com
missie zal de beslissing echter op een
hansberekening berusten, een speculatie
De Amerikaanse minister van Buiten-
{andse Zaken Dean Achcson heeft gis
pen te Washington op een persconfe-
mntie gezegd, dat de burgeroorlog in
v'biekenland vrijwel beëindigd is.
Acheson zei, dat er nog slechts onge
ler 2000 rebellen in Griekenland over
~lJh. Deze zijn bovendien over grote ge
beden verspreid en houden zich voor-
aaipelijk bezig met de jacht op voedsel.
Voor er echter een besluit wordt ge-
Jf.bnien inzake besnoeiing van de Ame-
'haanse militaire hulp aan Griekenland,
r*dus Acheson, zal de V. S. eerst moeten
j/.eten, wat de regering in Athene van
ij1 an is met haar militaire apparaat te
?°en. Amerika heeft Griekenland twee
ar iang hulp geboden.
Acheson verklaarde, dat volgens hem
r?aangewezen gedragslijn voor de
j*r'ekse regering een inkrimping van
j*' leger zou zijn, dat thans uit meer
n 200.000 man bestaat.
„Acheson zei, dat de bekendmaking van
jS guerillatroepen van deze week, dat
qj hun aanvallen zouden staken om
Dekenland voor verwoesting te spa
ll' met reserve was ontvangen.
*uj beschuldigde de rebellen van alle
tarten misdaden, en zei, dat zij nu
jachten enig politiek voordeel te trek-
v, uit een voor hen ongunstige stand
a« zaken.
Va^ei^- Hoyt Vandenberg, de chef-staf
n.l. op het karakter van het Chinese
communisme. De vraag, of de Chinese
communisten „echte" communisten zijn,
staat weer op de voorgrond van deskun
dige, maar uiteenwijkende beschouwin
gen, waarin de „optimisten" weer de
overhand schijnen te krijgen. Misschien
alleen maar bij gebrek aan alternatief.
Evenzeer lopen de berekeningen uiteen,
of een vleugje Westerse wind de rode
jonk in een Tito-achtige koers kan stu
ren, dan wel of tenslotte alle wind toch
in Stalin's zeilen terecht komt.
Is dit Chinese probleem op zichzelf al
een hoofdbreker, voor de V. N. heeft het
bovendien complicaties van men zou
kunnen zeggen huishoudelijke en daar
om uiterst pijnlijke aard. Een erkenning
van het communistische China zou een
rode mogendheid, groot en compleet met
veto, in de huiskamer van de Veilig
heidsraad binnenleiden, waar de stoelen
juist zo héél bedachtzaam gearrangeerd
zijn. Niemand kan de consequenties er
van overzien; om in de huiselijke stijl
te blijven, is een schoonmoeder, die komt
inwonen, nog maar een zwak beeld; het
lijkt meer op een doodgewaande echt
genoot, die in het gezin van een tweede
huwelijk opduikt.
Het geval-Tito is wèl minder zwaar
wegend, maar niet minder pikant. De
sympathieën voor ijn candidatuur voor
de Veiligheidsraad berusten uiteraard
niet op zijn verdiensten, maar op de
„nuisance value", de „lastpostwaarde'
die hem tegenover het Sovjetblok eigen
geworden is. Maar in verbinding met het
Chinese geval draait het de gedachten
in kringen, die zelfs een geoefende dan
ser duizelig kunnen maken.
Degenen, die het rode China een er
kenning gunnen, hopen dat het Chinese
regime niet echt communistisch is,
maar tenslotte, juist als Tito Nationaal-
communistische politiek in een zekere
onafhankelijkheid van Moskou zal wil
len bedrijven, hetgeen, daar Moskou
geen onafhankelijkheid duldt, tot con
flicten leiden zal. Daar staat tegenover,
dat Tito, die een getuige van gewicht
is, zichzelf de vertegenwoordiger van
het echte communisme noemt, en Stalin
een ketter. Hoezeer die opvatting bijv.
door een juist verschenen studie over
het Stalinisme (van Isaac Deutscher)
bevestigd wordt, is voor een buiten
staander dé keuze toch eigenlijk niet
beter dan die tussen Scylla en Charyb
dis, of tussen' de duivel en de diepe zee.
Als het communisme mis is, is het
zuivere communisme het meest mis. Of
moet men voor zuiverheid opkomen,
zelfs in het communisme? Dat zou dan
de symboliek van de glazen facade der
V.N. kunnen zijn.
Daar komt nog de merkwaardigheid
bij, dat de hoop van het Westen in het
Oosten zich geheel zou verankeren in
het nationalisme van Joegoslaven of
Chinezen, terwijl het Westen in het
Westen er alles op zet, om door d'e
horizonten van het Europese nationa
lisme heen te breken
Het is begrijpelijk, dat in de wandel
gangen van de V.N. ieder idee een cock
tail waard is. Zelfs voor de oude diplo
matie, die niet aan de weg timmerde en
haar naakte Linggadjatis niet ideolo
gisch behoefde aan te kleden, zou deze
puzzle een zware opgaaf geweest zijn.
Wie ook in Lake Success nog wel graag
afzijds timmert, puzzelt nu graag mee.
Tito èn China in de Veiligheidsraad
V.R., een leuke balans zolang tenminste
Tito een zuivere communist blijft; noch
Tito, nóch China in de V.R., bij wijze
van dame-gambiet; China in de V.R.,
maar met afstand van veto tegen afstand
van Tito. Enzovoorts.
In deze verwarde dilemma's zal Pandit
Nehroe, misschien weer een soort van
arbiter of banbreker kunnen zijn, zo
als hij in de onzekerheid van de Ame
rikaanse politiek t.o.v. Indonesië ook
een beslissend gewicht in de schaal
heeft geworpen. Men verzekert, dat
Nehroe in ieder geval wat India betreft,
de erkenning van 't rode China op zijn
program heeft. In de zwevende balans
van de afwachtende Amerikaanse po
litiek in het Oosten heeft het woord van
de nieuwe Indische staat, die gisteren
nog geen stem had, misschien een door
slaand gewicht. En men moet maar ho
pen, dat de wijsheid van de nieuw
komers evenredig is aan het gewicht,
dat zij zo onverwachts in de schaal
leggen.
Het nieuwe hoofdkwartier van de
Ver. Naties in Lake Success. Mar
mer, glas en aluminium, zoals onze
bijzondere correspondent meldt.
N.V. NOURYPHARMA-DEVENTER
Zoals bekend, zijn tijdens de oorlog
in ons land niet minder dan 70% der
spoorbruggen vernield, die door de
Spoorwegen in snel tempo zijn hersteld
en in dienst gesteld'. Verscheidene hier
van waren nog hulpbruggen, die gelei
delijk door definitieve worden vervan
gen.
Naar wij vernemen zal dit met de
hulpbrug over de Oudé Maas tussen
Zwijndrecht, in de verbinding met Brus
selParijs, het volgend jaar het geval
zijn. De nieuwe dubbelsporige brug be
gint in de constructiewerkplaats haar
voltooiing te naderen en zal in April
1950 worden aangebracht. Zij zal dan
worden gedemonteerd naast de bestaan
de enkelsporige brug, die 15 Juli 1946 in
gebruik werd genomen. Het ligt in de
bedoeling de brug na de montage naar
de definitieve plaats te verschuiven en
met de winterdienstregeling in October
1950 in gebruik te stellen.
(Van onze Rotterdamse redactie)
Een dezer dagen is te Rotterdam de
eerste paal geslagen voor een complex
van 79 woningen en drie winkelpanden
en deze handeling is zowel voor de ge
meente Schiedam als voor de gemeente
Rotterdam een historische geweest. Beide
plaatsen zullen n.l. wanneer de bouw
van deze woningen voltooid zal zijn
men heeft dit op ongeveer 65 weken be
groot aan elkaar gebouwd zijn
De bouw komt voor rekening van de
N.V. Amsterdamse Maatschappij van
Levensverzekering „Amsterdam" en zal
ongeveer een millioen gulden gaan kos
ten. Het ontwerp is van de Rotterdamse
architect Harry Nefkens en het zal wor
den uitgevoerd door de aannemers Lem-
mens, Waals en Hollink.
„Het laatste zeilschip", noemde reeds i» 1930 de Duitse schrijver Heinrich Hauser
het boek, dat hij schreef over zijn reis met de viermastschoener „Pamir" rond
Kaap Hoorn. „Pamir" was destijds het eigendom van de bekende Hamburgse
zeilrederij F. Laeisz; de titel van het boek klonk voorbarig, want zowel Laeisz
als de Finse reder Eriksson uit Mariehamn hadden op dat ogenblik nog meerdere
grote zeilschepen in de vaart. Thans, twintig jaar later, is „Pamir" inderdaad
„het laatste zeilschip" geworden. Tezamen met haar zusterschip ,J*assat" vertrok
zij met een lading graan op 28 Mei van Australië naar Engeland. Het werd de
laatste graanrace en de „Passat" heeft haar gewonnen. Dit schip Hep als eerste
de Ierse haven Cork binnen, vanwaar het doorvoer naar Barry Roads i* Wales.
„Pamir" kreeg veel oponthoud door zware orkanen op haar weg en langdurige
windstilte, waarbij zij 57 dagen lang nauwelijks voortgang maakte. Twee weken
later dan de „Passat" was „Pamir" op haar bestemming.
grote zeilschip, in 71 dagen van New
York naar Port Adelaide.
Zowel, de „Pamir". die in Falmouth
ligt, als de „Passat" wachten thans hun
laatste bestemming ai. Want hun huidige
eigenaar, Edgar Eriksson, wil hen uit
de vaart nemen en zo mogelijk verko
pen. Voor de sloop acht hij ze nog te
goed, maar misschien is er nog een taak
voor hen te vinden, waarbij zij bijvoor
beeld als opleidingsschip of jeugdhotel
dienst kunnen doen. Daarmee zullen de
laatste grote viermasters van de wereld
zeeën verdwenen zijn, behoren de altijd
weer opwindende wedstrijden van thee
clippers en zeilende graanschepen voor
goed tot het verleden. Zeven en vijftig
dagen oponthoud wegens windstilte is
onhoudbaar geworden in onze tijd,
waarin, zoals een Engelse scheepsbou
wer zich uitdrukte: „the world has a
craze for speed".
Toch hebben de grote zeilschepen,
de befaamde clippers in het bijzonder,
de concurrentie met de stoomvaart
nog lang volgehouden. Ook Neder
land had tot ver in de negentiende
eeuw zijn „clipper-captains", die in
niets voor hun Engelse collega's van
de China- en Colonial Clippers on
derdeden. Zo noemt Oderwald in zijn
boek „Het Nederlandse Zeilschip" de
„Noach I". die in 62 dagen van Hol
land naar Java liep en in 1866, drie
jaar na de meest beroemde tea-race,
toen de snelste, licht geladen Engelse
Clipper in 78 dagen van Anjer naar
Gravesend voer, slechts 66 dagen no
dig had van Batavia naar Brouwers
haven. Voorts herinnert hij aan de
„Vondel", die in 79 dagen van Mel
bourne naar Dungeness liep en de reis
van de „Europa", Nederlands laatste
Nog in 1890 toonden de Amsterdamse
en Rotterdamse havens het levendig
beeld van aan ducdalven of aan de wal
„Pamir", het laatste zeilschip, dat thans m Fahnoutk
wordt opgelegd.
gemeerde zeilschepen met hun sierlijk
opgaand tuig. Oderwald herinnert zich
nog in zijn boek, dat aan de Rietlanden
de „Willem Eggerts" meerde, een mooie
bark, behorend aan de bekende firma
Brantjes Co., de taaie reders uit Pur-
merend, die de strijd voor het zeil
schip tot het einde hebben meegestre
den, want pas in 1910 werd de „Willem
Eggerts" opgelegd. Zoals ook de „Euro
pa", het fraaie, in 1897 bij Huygens te
Amsterdam gebouwde stalen fregat tot
het laatste toe de eer van de Neder
landse zeilvaart heeft hooggehouden en
zich de erenaam verwierf van „Flying
Dutchman", naar de oude legende, thans
opnieuw werkelijkheid geworden in de
prestaties der alweer dertig-jarige
K.L.M.
In de Amsterdamse haven verheft nog
de „Pollux", het opleidingsschip voor
matrozen, zijn masten, stengen en raas,
nog altijd leren toekomstige zee-offi
cieren op de Kweek
school voor de Zee
vaart, als elemen
taire nautische ken
nis, de volledige
tuigage van een
dri emast-volschip
Rotterdam heeft
sinds kort weer een
zeilend schoolschip,
zij het van beschei
den allure. Maar op
de Oceaan zijn clip
pers, fregatten, bar
ken en viermast-
schoeners thans vrij
wel uitgestorven.
De oude romantiek
van zee en zeilvaart
leeft nog slechts
voort in boeken van
Masefield. Conrad,
Traven. In Van
Schendel's onvol
prezen ..Fregat
schip", m de rusti
ge. objectieve be
schrijving. welke de
Amsterdamse can-
didaat-notaris Le-
clercq destijds on
der de titel „Wind
in de Zeilen" gaf
van een reis met de
„Kroonprinses Ce-
cilie" of in „Euro
pa Ahoy", het gepu
bliceerde dagboek,
dat de heer A. C.
Metzelaar. thans
van de Nederlandse
Dok- en Scheeps
bouw Maatschappij,
bijhield als stuur
mansleerling op de
Th.
(Van een bijzondere correspondent)
Het is niet zo gemakkelijk om een jongeman die uit de Sovjet-Unie komt,
Engels te leren als men zelf geen Russisch kent. Maar dit probleem
wordt door de onderwijzeressen van de emigrantenschool te Wagga in
de Australische staat Nieuw Zuid Wales vernuftig opgelost, zoals zij ook de
vele andere struikelblokken uit de weg ruimen die de nieuwe bewoners van
het vijfde werelddeel ontmoeten alvorens dezen het tekort aan arbeiders doel
matig kunnen aanvullen. Het is vooral een gevolg van de snelle opkomst van
de Australische industrieën, met name in de laatste tien jaar, dat er op het
ogenblik ginds nog steeds een tekort van tweehonderdduizend fabrieks
arbeiders bestaat.
Talrijke arbeidskrachten kunnen nog
aangewend worden bij de huizenbouw,
want ook hier heerst woningnood. Voor
de aanleg en het onderhoud van nieuwe
spoorwegen heeft men gezonde kerels
k „|ren het Congress verzekerd, dat de
V0f,„ bommenwerper en de atoombom
hun taak berekend ziin.
dw0„ zei- dat het bezit hiervan Rusland
een tot. een defensieve in plaats van
Hó vfnsieve instelling.
•hissi cto°gde voor de militaire com-
Öat -e jan het Huis van Afgevaardigden,
len de V-S. het advies van de
Vaa zouden. opvolgen en de sterkte
strategische luchtmacht zouden
z'ch .poeren, de Russen vrij zouden zijn
van h, leggen op de ontwikkeling
He? offensieve kracht.
Wen'ge, dat opweegt tegen de grote
v'ianH van een eventuele
t>er Z1jn de strategische bommenwer-
bere n de atoombom, zei gen. Vanden-
d,e Koningin heeft Woensdag
(envni, paleis Huis ten Bosch achter-
afgevaardigden van de Per
iode ,ur Besar. van de Twapro
^etato prov'ncie> en van het
°ntvangCe®araan
de Amerikaanse luchtmacht, heeft
en van
Minahasa
comité
audiëntie
(Van onze correspondent)
Nadat ongeluk en ellende jarenlang het deel zijn geweest van het oude Hellas,
kan Uw correspondent thans eindelijk melden, dat de zaken in Griekenland
ten«goede ztfn gekeerd.
Daar thans de opstandelingen op Grieks grondgebied weinig zorg meer baren,
zijn het nu op de eerste plaats de grote internationale kwesties, die in Grieken
land de algemene belangstelling hebben. Steeds vinden deze kwesties in
Griekenland diepe weerklank, temeer, daar het land door zijn geographische
ligging een sleutelpositie inneemt op het Balkan-schaakbord.
De verwikkelingen in Joegoslavië en
de evolutie, die men kan constateren op
de Balkan, in verband met de tegen
woordige en toekomstige houding van
de Sovjet-Unie, hebben de levendige
aandacht van de Grieks-Engels-Ameri-
kaanse milieux in Athene. Speciaal let
men daarbij op de houding van Albanië
en Bulgarije t.o.v. de Balkancommissie
van de U. N. O. Afgezien van de even
tuele hervatting van de diplomatieke
betrekkingen tussen Griekenland, Bul
garije en Albanië, gaat het er voora!
om het lot te bepalen van de ongeveer
10.000 Griekse opstandelingen, die na de
nederlagen in de Grammos in deze bei
de landen een toevlucht gevonden heb
ben.
Deze 10.000 andartes (opstandelingen)
die zich in deze buurlanden opnieuw
van wapens kunnen voorzien en zich
kunnen hergroeperen, betekenen een
permanente bedreiging voor Grieken
land, die men geen ogenblik uit het
oog mag verliezen en mag onderschat
ten. Op dit ogenblik worden de gren
zen met Albanië en Bulgarije zwaar
bewaakt door de Griekse legers, maar
in het hooggebergte is de winter reeds
begonnen en het zal zeer moeilijk zo niet
onmogelijk blijken om de grenzen ge
durende het slechte seizoen effectief te
controleren.
Profijt trekkend uit de klimatologi
sche omstandigheden zouden de opstan
delingen gedurende de winter weer in
Griekenland terug kunnen keren, om in
de komende lente hun activiteit te her
vatten. Dit nu moet tot elke prijs wor
den voorkomen. Want ofschoon men kan
beweren, dat de opstand voor het ogen
blik opgehouden heeft te bestaan, al
thans als georganiseerde beweging, toch
zwerven er in het land nog een duizend
tal andartes, die uitgeput en aan alles ge
brek lijdend, echter onophoudelijk door
de gendarmerie en gewapende boeren
van nabij worden bestookt. Ook heeft
men driehonderd opstandelingen, die
Euboia terroriseerden, kunnen vernieti
gen. Euboia is de naam van het lange
eiland, dat zich langs de Oostelijke kust
van het Griekse vasteland kronkelt. Dit
Buitengewoon heuvelachtige eiland, dat
bedekt is met dichte pijnboom- en
sparrenbossen, is steeds een volmaakt
toevluchtsoord geweest voor de opstan
delingen, die tot nu toe ongrijpbaar wa
ren. Enige groepen commandotroepen
met honden hebben hier goed werk ge
daan. Het hoofd der Andartes van
Euboia, kapitein Vlahoudjikos, werd op
30 September gedood door een van zijn
medestrijders, die verleid was door de
premie van tien millioen drachmen, die
op het hoofd van zijn commandant ge
zet was en door de premie van nog eens
twee millioen drachmen, die was aange
boden door een rijke Euboiaanse hoofd
man uit Chaalkis.
De opstand in Griekenland is thans,
voor zover het een binnenlandse aan
gelegenheid blijft, vrijwel uit de we
reld. Iets meer dan de helft van de
700.000 vluchtelingen van het platte
land, die hun landerijen en bezittingen
hebben moeten verlaten om veilig te
zijn voor de communistische terreur
is weer straatarm naar zijn haard
steden kunnen terugkeren. Zij hebben
aan alles gebrek en hun woningen zijn
voor het merendeel verwoest. Alles
moet opnieuw worden opgebouwd
Maar de Griekse schatkistmiddelen
zijn onvoldoende om overal de helpen
de hand te bieden, zelfs met de Ame
rikaanse hulp. Griekenland heeft
daarom een dringend beroep gedaan
op de internationale eensgezindheid
om het land te helpen zijn vluchtelin
gen weer op de been te brengen,
slachtoffers als ze zijn van de onuit
sprekelijke gruweldaden der commu
nisten.
Maar de hulp aan de vluchtelingen is
niet het enige probleem Er is nog een
andere, niet minder belangrijke kwestie.
Men moet zich ook bezig houden met
de 15.000 verdachten en opstandelingen,
die met de wapens in de vuist gevangen
genomen zijn. Het merendeel bestaat uit
domme boeren, die zich hebben laten
meeslepen door de verderfelijke propa
ganda over het communistische paradijs,
die hun naar de wapenen deed grijpen
tegen het vaderland. De anderen zijn
jongelui van beiderlei kunne, vergiftigd
door de nieuwe doctrine, die men een
rad voor de ogen heeft gedraaid, on
danks de behoorlijke opvoeding, die zij
hebben genoten. Zij zijn het meest ver
antwoordelijk voor de onheilen, die
Griekenland gedurende tien jaar heeft
moeten doorstaan. Men moet dus onder
scheid maken. Het merendeel van de
gevangen genomen opstandelingen, die
van boerenherkomst waren, in ieder ge
val zij, die niet als gevaarlijk kunnen
worden beschouwd, zijn vrijgelaten om
naar hun dorpen terug te keren en hun
dagelijkse bezigheden te hervatten. Na
tuurlijk betreft het hier een voorwaar
delijke invrijheidstelling.
De overigen de intellectuelen, om
het zo maar eens uit te drukken die
beschouwd worden als de gevaarlijksten
en de sluwsten, wil men een morele en
nationale heropvoeding geven. Deze me
thode van verbetering, reeds eerder in
het kamp op Makronisos toegepast, heeft
tot heden goede resultaten opgeleverd.
Men zal dit systeem op grote schaal
gaan toepassen. De regering, heeft beslo
ten een vergevingsgezind gebaar te ma
ken om de verdoolde burgers de kans
te geven hun plaats in het gewone leven
te hernemen als ordelijke en werkzame
elementen.
Na een nationale heropvoeding te
Makronisos kunnen de elementen, die
getoond hebben voor verbetering vat
baar te zijn, de school verlaten. Dit zal
zelfs mogelijk zijn voor personen, die
tot zware straffen zijn veroordeeld. Zij
zullen voorwaardelijk vrijgelaten wor
den, indien zij zich goed gedragen en
zich verbeteren, met een proeftijd van
vijf of tien jaar Het betreft hier een
ernstige poging, om deze mensen weer
in de maatschappij op te nemen en het
zijn vooral de conservatieve partijen ge
weest, die dit hebben weten te berei
ken. Laten we hopen, dat zij er geen
spijt van krijgen. Wat betreft de op
standelingen tegen wil en dank, zij zijn,
zoals wij reeds gezegd hebben, eenvou
dig weg naar huis gegaan. Andere cle-
mentie-maatregelen om de rust in het
land te hérstellen en verzoening teweeg
te brengen kunnen in de nabije toe
komst nog verwacht worden. Verder
zullen de doodvonnissen, die worden uit
gesproken door de militaire gerechts
hoven, in het vervolg niet meer in de
eerste drie dagen na het vonnis worden
uitgevoerd. Zij zullen worden onder
worpen aan de goedkeuring van de gra
tie-raad.
nodig, in Queensland zijn er steeds han
den te kort voor de oogst van het suiker
riet en in de staat Victoria, een belang
rijk zuivelgebied, hebben zich de laatste
jaren heel wat Nederlandse emigranten
kunnen vestigen. Half December gaat er
met de Volendam opnieuw een groep
ondernemende landgenoten naar deze
uithoek van de wereld, waar energieke
jonge mensen zich van een goed bestaan
kunnen verzekeren.
Australië neemt op het ogenblik heel
wat meer emigranten op, dan men aan
vankelijk, direct na de oorlog, van plan
was.
Precies twee maanden geleden reisde
de minister voor de emigratie, Calwell,
van de hoofdstad Canberra naar de
havenplaats Fremantle, enkel en alleen
om een zevenjarig meisje te verwelko
men, dat uit Letland afkomstig, na vele
omzwervingen in Australië was gearri
veerd. Dit kind was de vijftigduizendste
na-oorlogse emigrant van het Europese
continent. De honderdduizendste gesub
sidieerde Britse emigrant is eveneens
onlangs door minsiter Calwell ontvan
gen. In de eerste helft van dit jaar kwa.
men niet minder dan 75.000 personen
naar Australië met de bedoeling er
voor goed te blijven. Deze toeloop was
groter dan die in het hele vorige jaar.
Het onmetelijke Australische vaste
land, dat nog steeds minder inwoners
dan Nederland telt, zal volgende maand
waarschijnlijk een bevolking van acht
millioen hebben. Eind 1957 zou de tien
millioen bereikt moeten worden en nog
deze generatie zal wellicht de geboorte
van de twintig millioenste inwoner mee
maken.
Aanschouwelijk onderwijs
Behalve in Wagga zijn er ook in tal van
andere plaatsen instituten opgericht waar
de nieuw aangekomen geleerd wordt zich
zo spoedig mogelijk bij de Australische
mentaliteit aan te passen. Met de Britse
emigranten heeft men uiteraard niet zoveel
moeite. De taal is voor de anderen name
lijk meestal de grootste hindernis. In de
emigrantenscholen staan de klaslokalen vol
met de meest wonderlijke voorwerpen.
De onderwijzeres, die een Hongaars kind
Engels wil leren, begint met enkele keren
het woord „stocking" uit te spreken en
laat intussen een kous zien. Als de leer
lingen enigszins kunnen praten, wordt hun
lezen en schrijven geleerd. Voor volwas
senen is er een avondschool. Het onder
wijs wordt gratis gegeven. In afgelegen
plaatsen kunnen de emigranten een schrif
telijke cursus volgen.
Ceen uitzonderingen
Er is één aspect van de Australische
immigratie-politiek, waarop veel buiten
landse critiek is geuit. De regering
néémt alle mogelijke voorzorgsmaatre
gelen om van een „homogeen wit
Australië te kunnen blijven spreken.
Alle politieke partijen zijn het er over
eens dat dit beginsel gehandhaafd moet
blijven. Enige honderden Aziaten die
onder de oorlog als vluchtelingen het
land binnenkwamen, zullen nog worden
gerepatrieerd. De uitwijzing van de In
donesische mevrouw O'Keefe heeft in
dertijd nog al wat stof doen opwaaien
in de wereldpers. Maar minister Calwell
zegt geen uitzonderingen te kunnen ma
ken, daar anders de betreffende wet al
gauw alle waarde zou verliezen.
Vele tienduizenden Duitse krijgsge
vangenen zullen in de volgende maan
den uit de Sovjet-Unie naar Duitsland
terugkeren.
De nieuwe Mens
Volgens een mededeling van de Re
dactie neemt het contact tussen haar
en de lezers van dit tijdschrift voort
durend toe. Zó zelfs, dat dit laatste
nummer voor een groot deel door de
lezers zelf geschreven is en men de
tijd gekomen acht om op 30 Oct. a.s.
voor alle belangstellenden een samen
spraak op de H. Landstichting te Nij
megen te organiseren. De nieuwe Mens
groeit met ieder nummer in aantrekke
lijkheid. Wie het goed meent met zijn
geloof, vindt hier de gelegenheid daar
over eerlijke dingen te horen en te
zeggen, o. i. de beste methode om tot
een waarlijk „open christendom" te
komen, dat zich eindelijk bevrijdt van
zelfvoldane, in formalisme verzande
kliekgeest. Er zijn zeer goede bijdragen
in dit Septembernummer; over het ge
loof en de hoop, maar vooral over de
verhouding priester leek. Hierover zegt
prof. J. van de Ven zeer rake en wijze
dingen, die ernstige overweging ver
dienen. Pieter van der Meer de Wal
cheren tracht een gezonde geestdrift
los te slaan voor het levende geloof,
maar niet zonder daarvoor goede gron
den aan te geven. Gabriël Smit's be-
Emigranten op weg naar Australië, waar zij in de haven van Sidney van boord
gullen gaan. De accommodatie op de overvolle schepen schijnt vaak heel wat te
wensen over te laten, terwijl de kosten van de overtocht, vooral op niet-Britse
schepen, uitermate hoog plegen te zijn en soms meer dan 120 pond sterling
bedragen. Reeds bij de overtocht worden de landverhuizers zich vaak maar al
te goed bewust met welke moeilijkheden emigratie gepaard gaat.
werking van het Miserere, waarin
rijke, zuivere gebedsinhoud en taal
schoonheid ontroeren, bewonderen wij
zeer. Vooral echter vragen wij de aan
dacht voor de brief en het antwoord,
gepubliceerd onder de titel: Terug naar
de fundamenten van het geloof in de
Kerk. Belangwekkend is de oproep van
mr. Coebergh voor Vespers in A'dam.
Had deze in het vorig nummer gestaan,
de mijnwerkerspastoor zou hem zeker
hebben geciteerd bij zijn gronden voor
optimisme. Of het redactionele bij
schrift op blz. 189 een geheel bevredi
gend antwoord is op de ingezonden
brief, vooral het laatste deel, valt te
betwijfelen. Ook zonder het door
inzender eenzijdig gelegde oorzakelijk
verband met geloofsafval, blijven de
gesignaleerde feiten. Wij geloven, dat
de bestaénde critiek te weinig au
sérieux genomen wordt noch voldoende
doordringt in al te heilige huisjes. De
redactie overlegge in hoever hier een
taak voor haar tijdschrift ligt.
Dux
Er gaat aan het laatste nummer een
redactionele verontschulciging vooraf.
Uit medelijden met de jeugdleiders, die
de inhoud mogelijk nóg meer vermoeit.
Wij geloven echter, dat de lezers mèt
ons de redactie dankbaar zijn voor deze
rijke aflevering, die een kleine goud
mijn geworden is van diepe gedachten
over het thema: Natuur en genade. Bij
uitstek ter zake kundigen later, over
de verschillende aspecten van dit on
derwerp hun licht schijnen, daarbij
hoofdzakelijk de practische kant van
de opvoeding beschouwend. Behandeld
worden: a. de verhouding tussen na
tuur en genade io het algemeen, zoals
de katholieke dogmatiek die thans
ziet; b. de eigen geestesgesteldheid van
de katholieke opvoeder, die zich laat
leiden door de genade; de motieven,
die de opvoeding dient aan te wenden,
vooral wanneer zij te doen heeft met
de gedoopte jeugd. P. van Waesberge
O.P. schrijft over de verhouding van
natuurlijke en bovennatuurlijke deug
den een bijzonder heldere en sugges
tieve verhandeling, die door pater
Schoonenberg S.J. prachtig wordt aan
gevuld door zijn artikel over hft „ge
kruisigd" zijn van de bovennatuurlijke
deugd. Prof. Alfrink bespreekt de mo
tieven van Christus zedenleer. Uit beide
beschouwingen trekt dr. Fortmann de
consequenties voor de practijk: een
uiterst leerzame bijdrage. P. Molenaar
tekent de mentaliteit van een katholiek
opvoeder. Of men de Katholieke Ver
kennerij naturalistisch mag noemen,
daarover zegt aalmoezenier Verhoeven
een hartig woordje. Tenslotte schrijft
dr. Terstraet aardige, maar tevens zeer
nuttige dingen over het Evangelie en
de jeugd. De redactie heeft gelijk: de
inhoud van dit nummer vraagt ernstige
studie, die echter geen aandachtige lezer
ooit zal betreuren.
Stud ia Catholica
De vierde aflevering van de 24e jaar
gang bevat twee grote artikelen. In het
eerste zet prof. Robbers S.J. zijn wijs
gerig gesprek voort met prof. Dooye-
weerd'van de V. U. te A'dam over het
Thomisme en de calvinistische filosofie
der wetsidee. Een voorbeeld van cor
recte en hoofse polemiek tussen twee
hooggeleerden. C. Bovu C.P. wijdt ver
volgens een diepgaande beschouwing
aan de Eschatologie van het Concilie
van Ferrara-Florence (1438—1439), waar
in hü vaststelt, dat de bronnenstudie
van theologisch standpunt een andere
visie op de aard van het vagevuur
openbaart bij de Grieken dan bij de
Latijnen. Tenslotte enige uitvoerige en
minder uitvoerige boekbesprekingen.