Grote dienst aan de vrouwen
bewezen
Eric de Noorman - Vaom/ieè7{ectó
f)
DE TIEN van „Radio Anno Santo" op de laatste
zware etappe van de terugreis
60
0ü2o
„VLOOT MOET GESANEERD WORDEN"
Marine-begroting 1950
gewijzigd
KWALITEIT!
DE STILLE
MAN
Moskou eist opnieuw
berechting Hirohito
Nederland kan concurreren met buitenland
Minimum-prijsregeling
is zeer gewenst
Fluistercampagnes
en speculaties
Beschuitjes met kaas
in de Goudse Waag
Vloeibaar fruit
Uniedag van Z.-Afrika
Belangrijkste schoonheidsontdekking
sedert 1863
Iedere vrouw kan
mooi zijn
Jean Paul Garnier
onderscheiden
Zij, die als vreemden met elkaar vertrokken
warenkeerden als vrienden weer
OE SIGARET VAN
VOOROORLOGSE
HERMAN VOGT NOG
STEEDS IN ARREST
DONDERDAG 1 JUNI 1950
PAGINA 3
MINISTER MANSHOLT OVER VISSERIJ:
In gecorrigeerd gebied
Bestrijding van valse-munterij
Verhoging mei bijna
twee millioen
Receptie in Den Haag
Onbevoegd uitoefenen der
geneeskunde
FONDS VOOR ZIEKE EN
INVALIDE MILITAIREN
MILITAIREN OP WEG NAAR
NEDERLAND
Ned. burgemeesters naar
Duitsland
Premiie-vrij pensioen
GOEDKOPE KOLEN VOOR
ARMLASTIGEN?
DE OVERVAL IN OUD-
VOSSEMEER
Hogere straffen geëist
COMMANDANT VAN HET
„BATALJON FAHRNER"
Voor Raad van Cassatie
AUTO GEGREPEN DOOR
ELECTRISCHE TREIN
s«a®fg|i
Ui
Prinses Wilhelmina ziet film
over Kon. bezoek aan Parijs
door
PATRICK PURCILL
I
Vermoedelijk uitgeleverd
aan de Russen
Het zou een grote schadepost voor Nederland betekenen, wanneer de Visserij
zou verkommeren en op den duur gedoemd zou zijn te verdwijnen, aldus liet
Minister Mansholt zich gistermiddag uit tijdens een koffiemaaltijd, die de stich
ting van de Nederlandse Visserij aanbood. De Vissery moet voor Nederland be
houden blijven. Daartoe zal echter op de eerste plaats uitvoering gegeven moe
ten worden aan de Conventie van Londen van 1946. Verder zal de Nederlandse
vissersvloot gesaneerd moeten worden en zal de afzet van de producten gere
geld moeten worden.
werking zal dit probleem aan de orde
moeten worden gesteld. De onderhande
lingen met Duitsland hebben bewezen,
dat er op dit punt zeer zeker iets te be
reiken is.
Hoewel er in het visserijbedrijf grote
moeilijkheden te verwachten zijn, meen
de minister Mansholt wel, dat ze opge
lost zouden kunnen worden door een
nauwe samenwerking tussen Overheid
en bedrijfsleven. Van de bereidheid van
de 'Overheid tot deze samenwerking kan
de Visserij zich verzekerd achten. „Het
komt er nu op aan tot handelen over
te gaan en wij spreken af: tot spoedig
overleg," aldus besloot minister Mans
holt zijn tafelrede.
Dr. ir. D. de Waal, landbouw- en vis
serij-attaché te Kopenhagen, sprak ver
volgens over de Scandinavische visse
rijen, waarna mr. J. H. Kiewiet de Jonge
het slotwoord sprak. Hij wees er op hoe
in vroeger jaren de visserij steeds by de
landbouw werd achtergesteld, hetgeen
voor een groot deel de oorzaak van de
huidige moeiiykheden is. Thans is er
echter onderlinge samenwerking en be
langstelling van de Overheid voor dit
traditionele, echt-Nederlandse bedrijf.
Het eerste grote vraagstuk dat minis
ter Mansholt in zijn rede aansneed was
dat van de overbevissing der Noordzee,
dat op het ogenblik wel zeer acuut is,
Maar waarbij Nederland zichzelf met
Mag neerleggen. Zeer nauw daaraan
verwant is het vraagstuk van de samen
stelling van de vloot, die niet juist meer
is, zoals onderzoekingen hebben uitge
wezen. Een gedeelte van de vloot is be
slist onrendabel, terwijl er op de Noord
zee een maximum-mogelijkheid is. De
vloot zal dus gesaneerd moeten worden;
oude schepen zullen gesloopt moeten
worden, terwijl het bouwen van nieuwe
typen van schepen gestimuleerd zal
Moeten worden. De bewindsman zou het
zeer wenselijk achten, wanneer er na
overleg met de verschillende organisa
ties een sloopplan zou komen, waarin
een sloopregeling met premie zou wor
den opgenomen. Er zou een financie
ringsregeling voor de nieuwbouw moe
ten komen en verder zou men dienen na
te gaan welke vloot de hoogste efficiën
tie zal kunnen bereiken. Het aantal
schepen zal niet ongelimiteerd mogen
zijn, terwijl ook de keuze van het type
schepen niet vrij zal kunnen zijn.
„We moeten op de buitenlandse markt
kunnen concurreren," aldus minister
Mansholt. „We zien de toekomst in dit
opzicht niet pessimistisch in. Het Neder
landse visserijproduct kan de critiek
doorstaan." De aanvoer zal echter zo
regelmatig mogelijk moeten geschieden.
Een minimum-prijsregeling voor de vis
serijproducten achtte de minister als
overgangsmaatregel zeer gewenst. In
Verband met de export zal deze echter
niet te hoog mogen zyn. Dit impliceert,
dat alle vis over de afslag aangevoerd
zal moeten worden en daarvoor is een
veilplicht nodig. Bij vis, die geëxpor
teerd wordt, zal een certificaat van
deugdelijkheid moeten gaan; kwaliteit
zal nummer één moeten zijn. Alle aan
dacht zal in de toekomst dus> besteed
Moeten worden aan de vakbekwaamheid
en 't onderwijs. Ook aan de bewerking van
de vis zal in de toekomst grotere aan
dacht besteed moeten worden. Verder
pleitte de minister voor een gemeen-
schappeiyke reclame voor Nederlandse
vis op de buitenlandse markten.
Met betrekking tot onze verhouding
Met België meende minister Mansholt,
dat deze gekenmerkt wordt door een
niet al te grote overeenstemming over
Wat wij menen, dat nodig is. In het al
gemeen verklaarde hij, dat de export
van vis in het buitenland grote moeilijk-
heden ondervindt door de beschermings-
politiek der verschillende regeringen.
Engeland, dat 60% van de totale export
van zeevis tot zien neemt, vormt hierop
een gunstige Uitzondering. Het protec
tionistische streven in België, Frankrijk
en Duitsland is echter teleurstellend. In
het kader der West-Europese samen-
In het Voorlopige Verslag van de com
missie van Rapporteurs uit de Tweede Ka
mer over het wetsontwerp tot vervanging
Van het grenscorrectiebesluit 1949 (Grens-
correctiewet 1950) wijzen vele leden er op,
dat destijds de grenscorrecties tot stand zijn
gebracht met als doel de grens te verkor
ten, de locale verkeersmogelijkheden, de
Waterstaatkundige en sociaal-economische
toestanden te verbeteren en plaatselijke
misstanden op te heffen. Gaarne zouden
deze leden vernemen wat ten deze is ge
schied.
Zij hebben de indruk, dat de omstandig
heid, dat de grenscorrecties een voorlopig
karakter dragen en de Nederlandse over
heid tot nu toe in gebreke is gebleven de
openbare voorzieningen althans min of
meer op Nederlands niveau te brengen, in
de betrokken gebieden aanleiding geeft tot
allerlei speculaties en fluistercampagnes.
Evenals vorig jaar zullen ook in de ko
mende zomerdagen bezoekers van Gouda
°P Donderdagmorgen in de gelegenheid zijn
op de 'eerste verdieping van het Goudse
Waaggebouw op de markt beschuitjes met
kaas te verorberen. Tevens hoopt het co
mité over twee weken de nieuwe film over
de kaasmakerij gereed te hebben. Deze
wordt dan aan de bezoekers vertoond.
De internationale conferentie ter be
strijding van de valsemunterij wordt
Van 15 tot 18 Juni, en de jaarlijkse ver
gadering van de internationale criminele
bolitie-commissie van 19 tot 22 Juni in
het Vredespaleis te Den Haag gehouden.
Tegelijk met de opening van het con
gres zal een documentair museum wor
den geopend, waarin zal worden ten-
^ongesteld, welke methodes de verval
sers hebben toegepast. Dit museum zal
tevens dienen voor de gespecialiseerde op
leiding van politiefunctionarissen en an
dere deskundigen over de gehele wereld.
Bö de Tweede Kamer is thans inge
diend een nota van wijziging op de be
groting van Marine voor 1950, waardoor
het totaalbedrag der Marinebegroting
wordt verhoogd met 1.996.290 tot
314.809.510. In deze nota zijn de fi
nanciële consequenties van de souve-
reiniteitsoverdracht, welke bij het in
dienen van de begroting nog niet kon
den worden geraamd, verwerkt, voor
zover deze beirekking hebben op het
departement van Marine.
De kosten van de Koninklijke Ma
rine, inclusief het korps mariniers in
Indonesië, komen van de datum der
souvereiniteitsoverdracht tot het einde
van de terugtrekperiode ten laste van
het Rijk. Als verder gevolg van de
ontwikkeling in Indonesië moesten
exploitatiekosten der Kon. Marine thans
ook in deze nota worden opgenomen.
Tegenover deze verhogingen vervallen
o.a. de geraamde uitgaven voor het Ma
rine-etablissement in Surabaja. Voorts
zijn gelden uitgetrokken voor uitgaven,
rechtstreeks verband houdende met de
militaire steun, welke Nederland zal
ontvangen krachtens het „Mutual De
fence Assistance Agreement". Voor ad
ministratieve uitgaven in Nederland in
verband hiermede is voor de periode,
eindigend 30 Juni, een bedrag van
1.050.000.vastgesteld.
In verband met de moeilijke finan
ciële omstandigheden van ons land is
de bouw van de tweede serie onder
zeeboot] agers en de vier onderzeeboten
eerst tegen het einde van het jaar 1949
opgedragen.
Gerekend is op de terugvoering naar
Nederland van 1400 militairen en gezin
nen.
Advertentie
Ter gelegenheid van de viering van de
Uniedag van Zuid-Afrika hebben de tijde
lijk zaakgelastigde en mevrouw Christie in
de Zuid-Afrikaanse legatie te Den Haag een
receptie gehouden. Behalve vele leden van
het Corps Diplomatique merkten wij onder
de aanwezigen op mr. Rum, Hoge Commis
saris van Indonesië, de vice-president van
de Raad van State, jhr. mr. F. Beelaerts
van Blokland, mr. L. A. Kesper, Commissa
ris van de Koningin in Zuid-Holland, de
burgemeesters van Amsterdam en Den
Haag. mr. H. J. Reinink, secretaris-generaal
van het ministerie van Onderwijs. Kunsten
en Wetenschappen, en dr. A. Plesman, pre
sident-directeur van de K.L.M.
C. L. A. van U„ leraar aan een kappers
vakschool te Sneek. was door de kanton
rechter aldaar wegens het onbevoegd uit
oefenen der geneeskunde veroordeeld tot
tweemaal f 300 boete of tweemaal een
maand hechtenis. De man ging in appèl,
zodat de Leeuwarder rechtbank deze zaak
in behandeling kreeg. Nadat een vorige
maal de zaak werd aangehouden, stond hij
Woensdag weer terecht. Zijn verweer, dat
zijn bedrijf gedekt wordt door de overheid,
doordat hij staat ingeschreven middels de
Vestigingswet Kleinbedrijf, vond geen steun
bij de getuige-deskundige J. Wedman, amb
tenaar van de Friese Kamer van Koophan
del.
De officier van Justitie persisteerde bij
zijn eis van bevestiging van het gewezen
vonnis. Uitspraak 14 Juni.
Op een bijeenkomst van het nationaal
thuisfront band Nederland—Indonesië is
besloten tot stichting van een fonds, on
der beheer van een landelijk comité, tot
steun aan zieke en invalide militairen
die in hospitalen e.d worden verpleegd.
Op gezette tijden zullen aan deze mili
tairen bloemen en versnaperingen wor
den uitgereikt. Besproken werd een
voorstel van een der afdelingen, stappen
te ondernemen om te komen tot verho
ging van de pensioenen van invalide
militairen.
27 Mei is het troepenschip General Gree-
ly" uit Tandjong Priok naar Nederland ver
trokken met bestemming Rotterdam. Aan
boord bevinden zich de volgende onderde
len der Kon. Landmacht: het 401e en 411e
Bataljon Infanterie, alsmede de staf van de
41e zelfstandige Infanterie Brigade.
Eveneens op 27 Mei is uit Indonesië naar
Amsterdam vertrokken het troepenschip
„Groote Beer" met aan boord de 41e zelf
standige mitrailleur compagnie en de 41e
hulpverbandplaats-afdeling voor zover de
militairen van deze afdeling niet op „Hel
lenic Prince" zijn ingescheept.
Advertentie
.Schoonheidsmiddelen waren in oude tijden
riiwrst kostbaar. Vorstinnen en prinsessen,
vro pat"ciërsvrouwen, dat waren de
z0 Uwen, die haar schoonheid konden ver-
o-JBen- Tot men begon te vermoeden, dat
zeeP tot een schoonheidsmiddel Kon
Mden gemaakt.
bt.j^ren en jaren geleden begonnen de fa-
n,tPn van Castella-zeep reeds schoon-
Öag®°"ën aan hun product toe te voegen.
n bewezen zij tienduizenden vrou-
ieid en Meisjes een grote dienst. Schoon-
Werd niet langer afhankelijk van een
ruime beurs. En het is wederom de N.V.
Dobbelman uit Nijmegen, fabrikant® van
Castella, die de vrouwen verrast met een
opvallende vooruitgang op schoonheidsge-
bied. Castella wordt nu gemaakt met de
super-modeme Sharples-installatie (de
enige in Europa), de grootste omwenteling
in de zeep-industrie sedert 1863.
De zuiverheid van Castella wordt nu ten
top gevoerd met een kracht, 14000 maïen
werkzamer dan de zwaartekracht. Castella
is nu nog zachter en heilzamer voor de
huid, en de fijne oliën kunnen hun huid-
verjongend werk ten volle verrichten.
Iedere vrouw kan mooi zijn! Zelfs de
taaiste huid, iedere ochtend gemasseerd
met het geurig Castella-scbuim, leeft na
één week opl
Ter gelegenheid van haar bezoek aan Pa
rijs heeft Koningin Juliana de Franse am
bassadeur in Nederland, de heer Jean Paul
Garnier, benoemd tot Grootkruis in de
huisorde van Oranje.
Van 8 tot 10 Juni zal in Burgsteinfurt
bij Münster (Westfalen) een bijeen
komst van een groot aantal Nederlandse
en Duitse burgemeesters worden gehou
den. Discussies en een excursie naar het
Roergebied staan op het programma.
Van Nederlandse zijde zullen mr. J. van
der Dussen, burgemeester van Hengele
(O.) en de heer L. van Wensen, burge
meester van Eibergen, inleidingen hou
den, resp. over wederopbouw-problemen
en over de structuur van het Nederland
se gemeentelijke bestel.
Van Nederlandse zijde zullen, o.m.
aanwezig zijn de commissarissen van de
Koningin in de provincies Overijssel en
Gelderland, de griffier der Staten van
Friesland en de burgemeesters van De
venter, Hengelo, Almelo, Enschede, Zut-
phen, Arnhem, Nijmegen, 's Hertogen
bosch, Breda, Roermond, Weert, Amers
foort, Winschoten en Veend am
Op het congres van de Bond van Staats-
pensionnering, in Arnhem gehouden, werd
medegedeeld, dat de bond 475 afdelingen
telt met rond 200.000 ledep. Hoewel na de
bevrijding de noodWet-Drees tot stand is
gekomen, is. aldus deelde de penningmees
ter mede, het doel nog niet bereikt, omdat
de bond streeft naar premievrij pensioen.
Men denke aan de duizenden zelfstandigen,
die het hoofd nauwelijks boven water kun
nen houden. Zij kunnen hun premie zeker
niet betalen.
"-nelëSgFS
rra>. iQONOt*
92. „Welke boodschap heeft Lauri de magiër voor mij?" vraagt Baldon haastig.
„Wat is er gaande, dat hij het nodig vindt mij een speciale koerier te eenden?"
Doch de man in de zwarte mantel schudt langzaam het hoofd. „Dat kan ik u niet
mededelen, heer. Het enige wat ik u mag overbrengen is het verzoek om uw tocht
zoveel mogelijk te- bespoedigen! Wanneer ge niet binnen afzienbare tijd met uw
mannen en wagens op de burcht verschijnt, vreest mijn meesterdat zowel uw
plannen als de zijne volkomen zullen mislukken
Baldon voelt eensklaps ontsteltenis in zich opkomen. Deze geheimzinnige woorden,
de vreemde ruiter in zijn zwarte pij, de holle stem waarmee de waarschuwing wordt
uitgesproken, dat alles beangstigt hem een ogenblik. Doch niet genoeg om zijn aan
geboren voorzichtigheid te bemantelen.
„Waarom die onverwachte haastVertel mij eerst wat er aan de hand ts. gromt
hij argwanend.
„Ik mag u niet meer vertellen. Zodra ge op de burcht verschijnt zal heer Lauri
u zelf inlichten. Alleen beval hij mij u nog dit te zeggen: slechts de uiterste spoed
kan u nog' meester van dit rijk maken!"
Het zijn de laatste onheilspellende woorden, welke Baldon de zekerheid geven dat
er inderdaad een mysterieus gevaar dreigt, zo groot, dat Lauri het aan niemand
durft toevertrouwen. Meteen heeft hij zijn besluit genomen en schreeuwt hij de
voerman van de eerste wagen toe het tempo te verdubbelen. De zwepen worden over
de paarden gelegd. Ruiters priemen de sporen in de zijden hunner rijdieren. In een
wolk van stof rijdt de karavaan de Arendsrots tegemoet in steeds toenemende vaart.
Maar Baldon, die met de zwartgemantelde koerier en zijn onderaanvoerder voorop
rijdt, voelt zich ondanks die snelheid verre van gerust
Zijn tegenstanders, in de eerste plaats Eric, voelen hun zekerheid daarentegen
steeds meer terugkeren. Zij zijn thans de Arendsrots dicht genaderd en nu zij hun
doel zo vlak voor zich zien, vergeten .de krijgers hun vermoeidheid.
IJc ben benieuwd Baldon's gezicht te zien, als wij straks vlak voor hem opduiken
grinnikt de Lynx. Eric knikt. „Laten de mannen hun wapens nakijken!" beveelt hij
dan, zijn eigen zwaard meer naar voren trekkend. „Vanaf dit ogenblik moeten
wij op alles voorbereid zijn
De minister van Binnenlandse Zaken
heeft aan de gemeentebesturen een cir
culaire gericht waarin hij er de aandacht
op vestigt, dat het in het belang van de
geregeld ondersteunde armlastigen is,
dat de instellingen van armenzorg een
regeling treffen welke het voor de arm
lastigen mogeliik maakt brandstoffen in
te slaan
Voor het Gerechtshof te 's-Gravenha-
ge hebben in hoger beroep terecht ge
staan drie personen verdacht op 22
September 1949 de landbouwers C. en
J. A. van Engelen te Oud-Vossemeer
met een vuurwapen te hebben bedreigd
teneinde bij hen diefstal te plegen. Een
der broers had bij deze overval een re
volverkogel in de bovenarm gekregen.
Hij had de indringers met een jachtge
weer, waaruit hij een schot hagel loste,
op de vlucht gedreven. De verdachten
waren reeds veroordeeld door de recht
bank te Middelburg.
P F. H., die veroordeeld was
tot drie jaar, hoorde nu vier jaar tegen
zich eisen; tegen Th. H., die veroordeeld
was tot twee jaar, werd drie jaar ge
ëist, en tegen M. J. N., de auctor intel
lectualis, die tot vijf jaar veroordeeld
was, werd bevestiging van het vonnis
gevraagd. Uitspraak 14 Juni.
De procureur-fiscaal bij de Bijzondere
Raad van Cassatie concludeerde Woens
dagmorgen tot verwerping van het be
roep, ingesteld door de 32-jarige H. J.
W. uit Maartensdijk, die door het bijzon
der gerechtshof te Amsterdam tot twin
tig jaar gevangenisstraf met aftrek was
veroordeeld.
Aan W. was-ten laste gelegd, dat hij
in de laatste maanden van de oorlog als
commandant van de Nederlandse Hulp
landwacht met onder zijn commando
staande hulplandwachters diverse perso
nen heeft gearresteerd en in April 1945
als compagniescommandant van het Duit
se „Bataljon Fahrner" in de omgeving
van Laren met leden van zijn compagnie
jacht heeft gemaakt op personen, van
wie vermoed werd, dat zij sabotage had
den gepleegd.
Bij wijze van preventie liet requirant
de boerderijen van twee boeren platbran
den en een Jood, die ten huize van een
van deze boeren was ondergedoken, zon
der vorm van proces ter plaatse dood
schieten.
Uitspraak 28 Juni.
Woensdagmiddag omstreeks vier unr
is een kleine personenwagen uit Amster
dam op de onbewaakt overweg aan de
Kruidbergerweg te Santpoort gegrepen
door een electrische trein komende nit
de richting Haarlem. Het wagentje kwam
in aanraking met een treeplank van de
trein, werd opzy geschoven en tussen
de rails gezet. De drie inzittenden stap
ten ongedeerd uit de auto, waarvan zelfs
geen ruit was gesneuveld.
de (zachte) kafcs uit het lunchpakket had
gezeten, af te likken.
De meesten van de Nederlandse pelgrims hadden nog een monetair appeltje
voor de dorst bewaard. Dat bleek op het perron van Firenze, waar zij
vrijwel alle beschikbare flessen Chianti en Obireto opkochten, alsmede
een niet gering aantal rieten Florentijnse karbiesjes, gedoopt in frisse kleuren
Een joyeus afscheid van Italië. Joaneke Schoenmoakers had van beide folkloris
tische producten het een en ander ingeslagen: dat ging naar Den Bosch toe En
Driessen had zich beperkt tot een volumineuze tas, waarin zijn vrouw gemakke
lijk voor twee dagen inkopen kan verstoppen.
Op het laatste traject van Firenza via
Bazel naar Maastricht bleek eerst recht,
welk een goede vrienden wij waren ge
worden in wagon 5, compartiment acht.
Zó goed, dat wij begonnen elkaar
te plagen. Hilde Benders hing een lunch
pakket op de rug van Driessen aan een
haakje van diens vest en de veekoop
man maakte allerlei griezelige gebaren
in de richting van de dodelijk ver
schrikte juffrouw Andringa. Mijnheer
Dijkers besteedde in Piacenza met een
vorstelijk gebaar zijn laatste lires aan
een fles wijn te algemenen nutte. Si
mon Visser liet de tatoueringen op zijn
arm zien en juffrouw Smeets vertelde
moppen, waarin zij zelf een innig ple
zier had. Ja, juffrouw Smeets, de onder
wijzeres uit Maastricht, bleek een reno
vatie op de terugweg.
Met volstrekte veronachtzaming van
het voorbijschietende natuurschoon
dat zij op de heenreis voortdurend
aan et*i grondig onderzoek placht te
onderwerpen wijdde zij zich aan de
gezelligheid. Zij leerde ons een spel
letje dat „voetbal" heette, maar dat
met de handen bedreven moest wor
den; in dier voege dat wij elkaar een
volkomen fictieve bal toewierpen. En
dat ging weer gepaard met reglemen
tair voorgeschreven gebaren.
Enfin, er kwam tenslotte pandverbeu
ren van, midden in de Zwitserse Alpen.
Van Soestbergen moest een liedje zingen
en juffrouw Andringa werd verplicht
tot het geven van het zoveelste rondje
snoepjes. Aan Hilde Benders werd opge
dragen Driessen een kus te geven, van
welke taak zij zich overigens op de
lange afstand kweet.
Maar Simon Visser kon niet lang op
zijn plaats blijven zitten en hielp nijver
mee bij het uitdelen van de lunchpak
ketten en in een laatste opleving van
reisbelustheid stond Driessen, toen wy
de peripheric van een grauwe stad na
derden, op uit zijn hoek en zei: „Ik ben
een man van natuurschoon." En Hilde
Benders tartte in een onbewaakt ogen
blik iedere vorm van conventie door
met overgave het zilverpapiertje, dat om
Wat moet ik u vertellen over de
laatste etappe van onze reis. Dat
wij soms wat overdreven luid
ruchtig waren en dan weer in een bijna
pijnlijke stilte vervielen. En dat zuiks
misschien wel kwam doordat wij p.otse-
ling ieder voor ons schokkend duidelijk
beseften, dat dit een van de hoogtepun
ten van onze pelgrimstocht bleek te zijn,
dat wij die als vreemden met elkaar wa
ren vertrokken als vrienden terug
keerden?
Het afscheid in Maastricht was kort en
het had niets van sentimentaliteit. Wy
hadden eenvoudig geen tijd voor vele en
fraaie woorden, want de trein, die ieder
van ons definitief naar huis moest bren
gen, stond gereed.
Mijn verhaal, dat nog gebeuren moest,
is eigenlijk nog niet geëindigd.
Het slot speelt zich af in Amsterdam.
waar juffrouw An
dringa weer iedere
dag punctueel haar
onsjes kaas af
weegt en het in
tussen verschrikke
lijk vindt, dat zij
's avonds weer al
léén moet eten; in
Breskens, waar Si
mon Visser in de
eenzame besloten
heid van zijn vuur
toren misschien de
ontdekking zal doen.
dat de tranen, die
hij stortte op die ge
denkwaardige dag
in Rome, tranen
van geluk waren;
in Monster, waar
Driessen mens!
mens! aan ieder,
die het horen wil,'
zai vertellen, hoe
hij zich destijds
voor 100 lires thuis
heeft laten bren
gen door een stijl
volle Romeinse po
litieagent; in Den
Bosch, waar Joane
ke Schoenmoakers,
het boerenmeske,
nog zo dikwijls zal
bepeinzen, hoe dicht
zij wel bij de Paus
is geweest.
Het verhaal van
„De Tien van Radio
Anno Santo" zal
duren, geloof ik,
zolang de herinne
ring van ieder van
hen duurt.
H. HOFHUIZEN
H. K. H. Prinses Wilhelmina heeft
Woensdagmiddag in het Centraal Thea
ter te Apeldoorn een voorstelling bij
gewoond, waarin twee Polygoonrepor
tages, t.w. van de reis van Z. K. H.
Prins Bemhard naar Zuid-Amerika en
het Koninklük bezoek aan Parys, wer
den vertoond.
Voorts heeft de Prinses een bezoek
gebracht aan de potterie Den Weber.
De Prinses toonde veel belangstelling
zowel voor de vervaardiging als voor
de voortbrengselen van deze pottenbak
kerskunst en kocht enkele stukken
aan.
Tevens bezichtigde H. K. H. de werk
stukken van enkele andere Apeldoorn-
se kunstenaars, welke in hetzelfde per
ceel zijn tentoongesteld.
34
Kitty pakte de theepot. „Vooruit,
drink je thee op, Tess," kommandeer
de ze. „Ja, voor de meester een meid
uitzoeken, dat is net iets voor tante
Biddy. Wanneer ze zich niet gewichtig
kan voelen, en haar neus niet in ander
mans zaken kan steken, is tante Biddy
niet in haar hum."
Tess ging lachend aan tafel zitten.
„Je bent wel complimenteus, van
avond, Kitt. Wilde het niet lukken van
daag, of is er iets anders? Maar, alle
gekheid op een stokje, daarna verdiep
ten we ons in het meubilairvraagstuk
en bespraken wat hij zoal nodig zou
hebben voor de keuken en de gang en
wat er nodig zou zijn voor de huiska
mer en voor alles en nog wat. Ik zei,
dat ik aan onze Judy alle oude catalo
gi zou vragen, die ze sinds haar trouw
dag gekregen heeft en dan zullen we
ze samen doorkijken, om het meest ge
schikte uit te zoeken. Wat of het kost
schijnt 'm geen steek te kunnen sche
len. Geld interesseert hem niet."
„Waarom zou hij ook?" vroeg Kitty.
„Hij moet wel schatrijk zijn. Men zegt,
dat hij zijn eerste verdiende geld nog
bewaard heeft"
„Drommels, Tess," onderbrak de
oude Mevr. Fogarty listig. „Ik denk dat
die arme Peter O'Dea alleen maar van
baas verandert. Je heb het besturen
van zijn huishouden niet lang aan hem
overgelaten. Nauwelijks is hij van Jer
Coady verlost, of jij zit hem op zijn
huid. En je zult, denk ik. tante Biddy
niet erg de vrije hand laten bij het uit
kiezen van die huishoudster."
„Wel, ik vind het onzin, goede meu
bels te kopen, om daarna stilzwijgend
toe te zien hoe de een of andere slod
dervos ze aan diggelen slaat. Let maar
op. ik zal er voor zorgen, dat hij een
heldere huishoudster krijgt."
Vanachter het fornuis knipoogde
Kitty plechtig naar haar moeder, maar
Mevr. Fogarty, een oude en verstandige
vrouw, bleef wijselijk zwijgen en ver
waardigde zich niet terug te knipogen.
HOOFDSTUK II
Iedereen in Carriglea was er van
overtuigd, dat meester O'Dea eenzaam
en verlaten achter zou blijven, na het
vertrek van zijn boezemvriend en
pleegvader, meester Coady; maar zelfs
de profeet Elias had, ondanks al zijn
wijsheid, nooit die manier, noch de
snelheid kunnen voorspellen, waarmee
Peter zich zou troosten. Want Mr. O'Dea
was binnen twaalf maanden een ge
trouwd man.
Het duurde een hele tijd. voordat
Carriglea zich enigszins van de schok
hersteld had, en zelfs Peter vond het
even moeilijk te begrijpen als iedereen,
wanneer hij, in de eerste dagen van
zijn huwelijksleven, zat te denken over
zijn onlangs verloren vrijgezellenstaat,
en zijn korte verkering. Dat hij ge
trouwd, en zelfs zeer gelukkig ge
trouwd was. en zijn eigen splinternieuw
bruktje geïnstalleerd had in dezelfde
woning, waar Jer Coady zo lang de
scepter gezwaaid had, was. God weet
het, al wonderlijk genoeg; maar dat
de bruid niemand anders zou zijn
dan Tessie Fogarty, de mooie Tessie Fo
garty, de trots van de drie parochies,
was een nog groter wonder. Van de
hoogste heuvel van Carriglea, tot waar
de rivier aan drie zijden van Glenshea
kabbelde, stond iedereen aan de grond
genageld, toen Tessie Fogarty zich met
de stille schoolmeester verloofde en vei
lig met hem getrouwd was, voordat
zelfs de meest verwoede roddelaars
kans hadden gekregen op adem te ko
men. Velen waren er, die zich afvroe
gen. was Tessie toch in hem gezien kon
hebben. Zijn salaris kon het niet ge
weest zijn, omdat ze haar sierijk neus
je had opgehaald voor mankien, die op
een enkele kermis meer geld konden
verdienen, en ook verdienden, dan de
meester in een heel jaar.
Maar één ding stond vast. en meni
ge vrouw die hem kende zou, indien
ze dat wilde, daarva'n kunnen getuigen;
Peter O'Dea was zulk een zachtaardig,
goed gehumeurd huiselijk man, dat hij,
hoewel hij het zelf niet wist, door zyn
bedeesdheid en zijn vriendelijkheid een
middel had om een vrouwenhart te
beroeren. En misschien was dat de re
den, waarom hij het mooie meisje uit
Clashmairead niet voor de tweede
maal behoefde te vragen.
De manier waarop hij zijn aanzoek
deed, was typerend voor hem.
Tessie Fogarty was niet meer dan
een paar weken zijn assistente geweest,
voordat zij even bevriend was met Pe
ter O'Dea alsof ze naast elkaar in de
wieg hadden gelegen, of hand in hand
hun eerste waggelende stapjes hadden
gezet Toen Mary Kate Gannon als
hulp in de onderwijzerswoning werd
aangenomen, was bet Tessie, die haar
aannam. Tessie was het, die haar uit
legde, wat voor werk zij moest doen,
en Tessie was ook degene, die iedere
avond na schooltijd het huis doorliep
om zich er van te overtuigen dat alles
gedaan en netjes gedaan was.
Tessie Fogarty was het, die met Peter
naar Waterfort ging en hem hielp bij
het kopen van elk meubelstuk voor het
huis. Het was Tessie, die het behang
selpapier koos èn de gordijnen voor de
ramen èn de kleden voor de vloer. Zo
dat, zij, op de avond waarop het laatste
voorwerp op zijn plaats was gezet en zij
tevreden gesteld in de keuken stond,
waar het lamplicht door haar haren
schitterde, niets dan de waarheid
sprak, toen ze hem zei: „Ziedaar je
huis, kant en klaar gemeubileerd en
ingericht. Niemand kan zeggen, Peter,
dat ik niet alles gedaan heb wat een
vrouw zou kunnen doen. om een lege
schuur te veranderen in een gezellig
nestje, waar een Koning trots op zou
kunnen zijn. Ik draag het nu aan je
over, Peter, om het te bezitten, te be
houden en te verzorgen. Meer kan ik
niet doen."
Hij keek haar een ogenblik aan, ter
wijl dat verlegen grijnslachje speelde
om zyn mondhoeken. „Ik zou daar niet
zo zeker van zijn. Zo gemakkelijk kun
jij je nieuwe verantwoordelijkheid niet
afschuiven, denk ik. Luister maar
waarom niet! Je hebt me overgehaald
een huis vol meubels en gordijnen en
vloerkleden te kopen, waarvoor noch
ikzelf, noch die arme Mary Kate Gan
non ooit zouden kunnen zorgen. O, ik
vrees dat je mij, het meubilair en Mary
Kate een grote dienst verschuldigd
bent. Nadat je mij midden in al die
eigendommen en problemen gezet hebt,
is het minste dat je zou kunnen doen,
voorgoed hier blijven en ze voor mij
beheren." (Woedt vervolgd)
De Oostenrijkse politie deelt van
daag mede. dat zij niet over inlichtin-
gen beschikt betreffende Herman Vogt,
een Nederlander, die een maand gele
den door de Oostenrijkse politie is ge
arresteerd op last van een vr«;mde
mogendheid, waarschijnlijk Rusland.
Vogt was ten tijde van zijn arrestatie
employé van een plaatselijke organisatie
tot peiling van de openbare mening.
Hij had tot taak huisvrouwen in de
Russische sector van Wenen te onder
vragen over het Marshall-plan en de
Voice of America.
Vermoedelijk is hy uitgeleverd aan de
Russische militaire autoriteiten.
Op het ministerie van Binnenlandse
Zaken werd meegedeeld dat Vogt zich
„waarschijnlijk" nog in Russische han
den bevindt. Er werd te kennen gege
ven, dat een eventueel verzoek om in
lichtingen van de Nederlandse regering
onverwijld aan de Russen ter hand zsd
worden gesteld.
Men wist niets van het verzoek, dat
volgens de geruchten door Nederland
zou zijn ingediend en waarin gevraagd
zou zijn om vrijlating van Vogt, zodat
deze naar Nederland zou kunnen terug
keren.
Volgens een bericht van het Russische
persbureau Tass heeft de Sovjet-Unie
Engeland en de V.S. opnieuw voorge
steld keizer Hirohito en vier Japanse
generaals voor een internationaal ge
rechtshof te dagen.
In het bericht van Tass wordt gezegd,
dat de Russische zaakgelastigde te
Washington en de Russische ambassa
deur te Londen Dindag op instructie
van Moskou desbetreffende nota's aan
de Amerikaanse en Britse regeringen
hebben overhandigd. Copieën van de
nota's zijn aangeboden aan de andere
leden van de commissie voor het Verre
Oosten, waaronder Nederland.
Malakka. Premier Robert Menzieg
van Australië heeft gisteren in het parle
ment bekend gemaakt, dat Australië op
verzoek van Groot Brittannië een eska
der Dakota-transportvliegtuigen naar Ma
lakka zal zenden, alsmede 168 man perso
neel om voorraden te vervoeren naar de
troepen, die in het binnenland van Ma
lakka vechten.
Volgens Menzies is dit het enige ver
zoek om militaire bijstand, dat Groot Brit
tannië heeft gedaan.