Grote dienst aan de vrouwen bewezen Eric de Noorman - Vaom/ieè7{ectó f) DE TIEN van „Radio Anno Santo" op de laatste zware etappe van de terugreis 60 0ü2o „VLOOT MOET GESANEERD WORDEN" Marine-begroting 1950 gewijzigd KWALITEIT! DE STILLE MAN Moskou eist opnieuw berechting Hirohito Nederland kan concurreren met buitenland Minimum-prijsregeling is zeer gewenst Fluistercampagnes en speculaties Beschuitjes met kaas in de Goudse Waag Vloeibaar fruit Uniedag van Z.-Afrika Belangrijkste schoonheidsontdekking sedert 1863 Iedere vrouw kan mooi zijn Jean Paul Garnier onderscheiden Zij, die als vreemden met elkaar vertrokken warenkeerden als vrienden weer OE SIGARET VAN VOOROORLOGSE HERMAN VOGT NOG STEEDS IN ARREST DONDERDAG 1 JUNI 1950 PAGINA 3 MINISTER MANSHOLT OVER VISSERIJ: In gecorrigeerd gebied Bestrijding van valse-munterij Verhoging mei bijna twee millioen Receptie in Den Haag Onbevoegd uitoefenen der geneeskunde FONDS VOOR ZIEKE EN INVALIDE MILITAIREN MILITAIREN OP WEG NAAR NEDERLAND Ned. burgemeesters naar Duitsland Premiie-vrij pensioen GOEDKOPE KOLEN VOOR ARMLASTIGEN? DE OVERVAL IN OUD- VOSSEMEER Hogere straffen geëist COMMANDANT VAN HET „BATALJON FAHRNER" Voor Raad van Cassatie AUTO GEGREPEN DOOR ELECTRISCHE TREIN s«a®fg|i Ui Prinses Wilhelmina ziet film over Kon. bezoek aan Parijs door PATRICK PURCILL I Vermoedelijk uitgeleverd aan de Russen Het zou een grote schadepost voor Nederland betekenen, wanneer de Visserij zou verkommeren en op den duur gedoemd zou zijn te verdwijnen, aldus liet Minister Mansholt zich gistermiddag uit tijdens een koffiemaaltijd, die de stich ting van de Nederlandse Visserij aanbood. De Vissery moet voor Nederland be houden blijven. Daartoe zal echter op de eerste plaats uitvoering gegeven moe ten worden aan de Conventie van Londen van 1946. Verder zal de Nederlandse vissersvloot gesaneerd moeten worden en zal de afzet van de producten gere geld moeten worden. werking zal dit probleem aan de orde moeten worden gesteld. De onderhande lingen met Duitsland hebben bewezen, dat er op dit punt zeer zeker iets te be reiken is. Hoewel er in het visserijbedrijf grote moeilijkheden te verwachten zijn, meen de minister Mansholt wel, dat ze opge lost zouden kunnen worden door een nauwe samenwerking tussen Overheid en bedrijfsleven. Van de bereidheid van de 'Overheid tot deze samenwerking kan de Visserij zich verzekerd achten. „Het komt er nu op aan tot handelen over te gaan en wij spreken af: tot spoedig overleg," aldus besloot minister Mans holt zijn tafelrede. Dr. ir. D. de Waal, landbouw- en vis serij-attaché te Kopenhagen, sprak ver volgens over de Scandinavische visse rijen, waarna mr. J. H. Kiewiet de Jonge het slotwoord sprak. Hij wees er op hoe in vroeger jaren de visserij steeds by de landbouw werd achtergesteld, hetgeen voor een groot deel de oorzaak van de huidige moeiiykheden is. Thans is er echter onderlinge samenwerking en be langstelling van de Overheid voor dit traditionele, echt-Nederlandse bedrijf. Het eerste grote vraagstuk dat minis ter Mansholt in zijn rede aansneed was dat van de overbevissing der Noordzee, dat op het ogenblik wel zeer acuut is, Maar waarbij Nederland zichzelf met Mag neerleggen. Zeer nauw daaraan verwant is het vraagstuk van de samen stelling van de vloot, die niet juist meer is, zoals onderzoekingen hebben uitge wezen. Een gedeelte van de vloot is be slist onrendabel, terwijl er op de Noord zee een maximum-mogelijkheid is. De vloot zal dus gesaneerd moeten worden; oude schepen zullen gesloopt moeten worden, terwijl het bouwen van nieuwe typen van schepen gestimuleerd zal Moeten worden. De bewindsman zou het zeer wenselijk achten, wanneer er na overleg met de verschillende organisa ties een sloopplan zou komen, waarin een sloopregeling met premie zou wor den opgenomen. Er zou een financie ringsregeling voor de nieuwbouw moe ten komen en verder zou men dienen na te gaan welke vloot de hoogste efficiën tie zal kunnen bereiken. Het aantal schepen zal niet ongelimiteerd mogen zijn, terwijl ook de keuze van het type schepen niet vrij zal kunnen zijn. „We moeten op de buitenlandse markt kunnen concurreren," aldus minister Mansholt. „We zien de toekomst in dit opzicht niet pessimistisch in. Het Neder landse visserijproduct kan de critiek doorstaan." De aanvoer zal echter zo regelmatig mogelijk moeten geschieden. Een minimum-prijsregeling voor de vis serijproducten achtte de minister als overgangsmaatregel zeer gewenst. In Verband met de export zal deze echter niet te hoog mogen zyn. Dit impliceert, dat alle vis over de afslag aangevoerd zal moeten worden en daarvoor is een veilplicht nodig. Bij vis, die geëxpor teerd wordt, zal een certificaat van deugdelijkheid moeten gaan; kwaliteit zal nummer één moeten zijn. Alle aan dacht zal in de toekomst dus> besteed Moeten worden aan de vakbekwaamheid en 't onderwijs. Ook aan de bewerking van de vis zal in de toekomst grotere aan dacht besteed moeten worden. Verder pleitte de minister voor een gemeen- schappeiyke reclame voor Nederlandse vis op de buitenlandse markten. Met betrekking tot onze verhouding Met België meende minister Mansholt, dat deze gekenmerkt wordt door een niet al te grote overeenstemming over Wat wij menen, dat nodig is. In het al gemeen verklaarde hij, dat de export van vis in het buitenland grote moeilijk- heden ondervindt door de beschermings- politiek der verschillende regeringen. Engeland, dat 60% van de totale export van zeevis tot zien neemt, vormt hierop een gunstige Uitzondering. Het protec tionistische streven in België, Frankrijk en Duitsland is echter teleurstellend. In het kader der West-Europese samen- In het Voorlopige Verslag van de com missie van Rapporteurs uit de Tweede Ka mer over het wetsontwerp tot vervanging Van het grenscorrectiebesluit 1949 (Grens- correctiewet 1950) wijzen vele leden er op, dat destijds de grenscorrecties tot stand zijn gebracht met als doel de grens te verkor ten, de locale verkeersmogelijkheden, de Waterstaatkundige en sociaal-economische toestanden te verbeteren en plaatselijke misstanden op te heffen. Gaarne zouden deze leden vernemen wat ten deze is ge schied. Zij hebben de indruk, dat de omstandig heid, dat de grenscorrecties een voorlopig karakter dragen en de Nederlandse over heid tot nu toe in gebreke is gebleven de openbare voorzieningen althans min of meer op Nederlands niveau te brengen, in de betrokken gebieden aanleiding geeft tot allerlei speculaties en fluistercampagnes. Evenals vorig jaar zullen ook in de ko mende zomerdagen bezoekers van Gouda °P Donderdagmorgen in de gelegenheid zijn op de 'eerste verdieping van het Goudse Waaggebouw op de markt beschuitjes met kaas te verorberen. Tevens hoopt het co mité over twee weken de nieuwe film over de kaasmakerij gereed te hebben. Deze wordt dan aan de bezoekers vertoond. De internationale conferentie ter be strijding van de valsemunterij wordt Van 15 tot 18 Juni, en de jaarlijkse ver gadering van de internationale criminele bolitie-commissie van 19 tot 22 Juni in het Vredespaleis te Den Haag gehouden. Tegelijk met de opening van het con gres zal een documentair museum wor den geopend, waarin zal worden ten- ^ongesteld, welke methodes de verval sers hebben toegepast. Dit museum zal tevens dienen voor de gespecialiseerde op leiding van politiefunctionarissen en an dere deskundigen over de gehele wereld. Bö de Tweede Kamer is thans inge diend een nota van wijziging op de be groting van Marine voor 1950, waardoor het totaalbedrag der Marinebegroting wordt verhoogd met 1.996.290 tot 314.809.510. In deze nota zijn de fi nanciële consequenties van de souve- reiniteitsoverdracht, welke bij het in dienen van de begroting nog niet kon den worden geraamd, verwerkt, voor zover deze beirekking hebben op het departement van Marine. De kosten van de Koninklijke Ma rine, inclusief het korps mariniers in Indonesië, komen van de datum der souvereiniteitsoverdracht tot het einde van de terugtrekperiode ten laste van het Rijk. Als verder gevolg van de ontwikkeling in Indonesië moesten exploitatiekosten der Kon. Marine thans ook in deze nota worden opgenomen. Tegenover deze verhogingen vervallen o.a. de geraamde uitgaven voor het Ma rine-etablissement in Surabaja. Voorts zijn gelden uitgetrokken voor uitgaven, rechtstreeks verband houdende met de militaire steun, welke Nederland zal ontvangen krachtens het „Mutual De fence Assistance Agreement". Voor ad ministratieve uitgaven in Nederland in verband hiermede is voor de periode, eindigend 30 Juni, een bedrag van 1.050.000.vastgesteld. In verband met de moeilijke finan ciële omstandigheden van ons land is de bouw van de tweede serie onder zeeboot] agers en de vier onderzeeboten eerst tegen het einde van het jaar 1949 opgedragen. Gerekend is op de terugvoering naar Nederland van 1400 militairen en gezin nen. Advertentie Ter gelegenheid van de viering van de Uniedag van Zuid-Afrika hebben de tijde lijk zaakgelastigde en mevrouw Christie in de Zuid-Afrikaanse legatie te Den Haag een receptie gehouden. Behalve vele leden van het Corps Diplomatique merkten wij onder de aanwezigen op mr. Rum, Hoge Commis saris van Indonesië, de vice-president van de Raad van State, jhr. mr. F. Beelaerts van Blokland, mr. L. A. Kesper, Commissa ris van de Koningin in Zuid-Holland, de burgemeesters van Amsterdam en Den Haag. mr. H. J. Reinink, secretaris-generaal van het ministerie van Onderwijs. Kunsten en Wetenschappen, en dr. A. Plesman, pre sident-directeur van de K.L.M. C. L. A. van U„ leraar aan een kappers vakschool te Sneek. was door de kanton rechter aldaar wegens het onbevoegd uit oefenen der geneeskunde veroordeeld tot tweemaal f 300 boete of tweemaal een maand hechtenis. De man ging in appèl, zodat de Leeuwarder rechtbank deze zaak in behandeling kreeg. Nadat een vorige maal de zaak werd aangehouden, stond hij Woensdag weer terecht. Zijn verweer, dat zijn bedrijf gedekt wordt door de overheid, doordat hij staat ingeschreven middels de Vestigingswet Kleinbedrijf, vond geen steun bij de getuige-deskundige J. Wedman, amb tenaar van de Friese Kamer van Koophan del. De officier van Justitie persisteerde bij zijn eis van bevestiging van het gewezen vonnis. Uitspraak 14 Juni. Op een bijeenkomst van het nationaal thuisfront band Nederland—Indonesië is besloten tot stichting van een fonds, on der beheer van een landelijk comité, tot steun aan zieke en invalide militairen die in hospitalen e.d worden verpleegd. Op gezette tijden zullen aan deze mili tairen bloemen en versnaperingen wor den uitgereikt. Besproken werd een voorstel van een der afdelingen, stappen te ondernemen om te komen tot verho ging van de pensioenen van invalide militairen. 27 Mei is het troepenschip General Gree- ly" uit Tandjong Priok naar Nederland ver trokken met bestemming Rotterdam. Aan boord bevinden zich de volgende onderde len der Kon. Landmacht: het 401e en 411e Bataljon Infanterie, alsmede de staf van de 41e zelfstandige Infanterie Brigade. Eveneens op 27 Mei is uit Indonesië naar Amsterdam vertrokken het troepenschip „Groote Beer" met aan boord de 41e zelf standige mitrailleur compagnie en de 41e hulpverbandplaats-afdeling voor zover de militairen van deze afdeling niet op „Hel lenic Prince" zijn ingescheept. Advertentie .Schoonheidsmiddelen waren in oude tijden riiwrst kostbaar. Vorstinnen en prinsessen, vro pat"ciërsvrouwen, dat waren de z0 Uwen, die haar schoonheid konden ver- o-JBen- Tot men begon te vermoeden, dat zeeP tot een schoonheidsmiddel Kon Mden gemaakt. bt.j^ren en jaren geleden begonnen de fa- n,tPn van Castella-zeep reeds schoon- Öag®°"ën aan hun product toe te voegen. n bewezen zij tienduizenden vrou- ieid en Meisjes een grote dienst. Schoon- Werd niet langer afhankelijk van een ruime beurs. En het is wederom de N.V. Dobbelman uit Nijmegen, fabrikant® van Castella, die de vrouwen verrast met een opvallende vooruitgang op schoonheidsge- bied. Castella wordt nu gemaakt met de super-modeme Sharples-installatie (de enige in Europa), de grootste omwenteling in de zeep-industrie sedert 1863. De zuiverheid van Castella wordt nu ten top gevoerd met een kracht, 14000 maïen werkzamer dan de zwaartekracht. Castella is nu nog zachter en heilzamer voor de huid, en de fijne oliën kunnen hun huid- verjongend werk ten volle verrichten. Iedere vrouw kan mooi zijn! Zelfs de taaiste huid, iedere ochtend gemasseerd met het geurig Castella-scbuim, leeft na één week opl Ter gelegenheid van haar bezoek aan Pa rijs heeft Koningin Juliana de Franse am bassadeur in Nederland, de heer Jean Paul Garnier, benoemd tot Grootkruis in de huisorde van Oranje. Van 8 tot 10 Juni zal in Burgsteinfurt bij Münster (Westfalen) een bijeen komst van een groot aantal Nederlandse en Duitse burgemeesters worden gehou den. Discussies en een excursie naar het Roergebied staan op het programma. Van Nederlandse zijde zullen mr. J. van der Dussen, burgemeester van Hengele (O.) en de heer L. van Wensen, burge meester van Eibergen, inleidingen hou den, resp. over wederopbouw-problemen en over de structuur van het Nederland se gemeentelijke bestel. Van Nederlandse zijde zullen, o.m. aanwezig zijn de commissarissen van de Koningin in de provincies Overijssel en Gelderland, de griffier der Staten van Friesland en de burgemeesters van De venter, Hengelo, Almelo, Enschede, Zut- phen, Arnhem, Nijmegen, 's Hertogen bosch, Breda, Roermond, Weert, Amers foort, Winschoten en Veend am Op het congres van de Bond van Staats- pensionnering, in Arnhem gehouden, werd medegedeeld, dat de bond 475 afdelingen telt met rond 200.000 ledep. Hoewel na de bevrijding de noodWet-Drees tot stand is gekomen, is. aldus deelde de penningmees ter mede, het doel nog niet bereikt, omdat de bond streeft naar premievrij pensioen. Men denke aan de duizenden zelfstandigen, die het hoofd nauwelijks boven water kun nen houden. Zij kunnen hun premie zeker niet betalen. "-nelëSgFS rra>. iQONOt* 92. „Welke boodschap heeft Lauri de magiër voor mij?" vraagt Baldon haastig. „Wat is er gaande, dat hij het nodig vindt mij een speciale koerier te eenden?" Doch de man in de zwarte mantel schudt langzaam het hoofd. „Dat kan ik u niet mededelen, heer. Het enige wat ik u mag overbrengen is het verzoek om uw tocht zoveel mogelijk te- bespoedigen! Wanneer ge niet binnen afzienbare tijd met uw mannen en wagens op de burcht verschijnt, vreest mijn meesterdat zowel uw plannen als de zijne volkomen zullen mislukken Baldon voelt eensklaps ontsteltenis in zich opkomen. Deze geheimzinnige woorden, de vreemde ruiter in zijn zwarte pij, de holle stem waarmee de waarschuwing wordt uitgesproken, dat alles beangstigt hem een ogenblik. Doch niet genoeg om zijn aan geboren voorzichtigheid te bemantelen. „Waarom die onverwachte haastVertel mij eerst wat er aan de hand ts. gromt hij argwanend. „Ik mag u niet meer vertellen. Zodra ge op de burcht verschijnt zal heer Lauri u zelf inlichten. Alleen beval hij mij u nog dit te zeggen: slechts de uiterste spoed kan u nog' meester van dit rijk maken!" Het zijn de laatste onheilspellende woorden, welke Baldon de zekerheid geven dat er inderdaad een mysterieus gevaar dreigt, zo groot, dat Lauri het aan niemand durft toevertrouwen. Meteen heeft hij zijn besluit genomen en schreeuwt hij de voerman van de eerste wagen toe het tempo te verdubbelen. De zwepen worden over de paarden gelegd. Ruiters priemen de sporen in de zijden hunner rijdieren. In een wolk van stof rijdt de karavaan de Arendsrots tegemoet in steeds toenemende vaart. Maar Baldon, die met de zwartgemantelde koerier en zijn onderaanvoerder voorop rijdt, voelt zich ondanks die snelheid verre van gerust Zijn tegenstanders, in de eerste plaats Eric, voelen hun zekerheid daarentegen steeds meer terugkeren. Zij zijn thans de Arendsrots dicht genaderd en nu zij hun doel zo vlak voor zich zien, vergeten .de krijgers hun vermoeidheid. IJc ben benieuwd Baldon's gezicht te zien, als wij straks vlak voor hem opduiken grinnikt de Lynx. Eric knikt. „Laten de mannen hun wapens nakijken!" beveelt hij dan, zijn eigen zwaard meer naar voren trekkend. „Vanaf dit ogenblik moeten wij op alles voorbereid zijn De minister van Binnenlandse Zaken heeft aan de gemeentebesturen een cir culaire gericht waarin hij er de aandacht op vestigt, dat het in het belang van de geregeld ondersteunde armlastigen is, dat de instellingen van armenzorg een regeling treffen welke het voor de arm lastigen mogeliik maakt brandstoffen in te slaan Voor het Gerechtshof te 's-Gravenha- ge hebben in hoger beroep terecht ge staan drie personen verdacht op 22 September 1949 de landbouwers C. en J. A. van Engelen te Oud-Vossemeer met een vuurwapen te hebben bedreigd teneinde bij hen diefstal te plegen. Een der broers had bij deze overval een re volverkogel in de bovenarm gekregen. Hij had de indringers met een jachtge weer, waaruit hij een schot hagel loste, op de vlucht gedreven. De verdachten waren reeds veroordeeld door de recht bank te Middelburg. P F. H., die veroordeeld was tot drie jaar, hoorde nu vier jaar tegen zich eisen; tegen Th. H., die veroordeeld was tot twee jaar, werd drie jaar ge ëist, en tegen M. J. N., de auctor intel lectualis, die tot vijf jaar veroordeeld was, werd bevestiging van het vonnis gevraagd. Uitspraak 14 Juni. De procureur-fiscaal bij de Bijzondere Raad van Cassatie concludeerde Woens dagmorgen tot verwerping van het be roep, ingesteld door de 32-jarige H. J. W. uit Maartensdijk, die door het bijzon der gerechtshof te Amsterdam tot twin tig jaar gevangenisstraf met aftrek was veroordeeld. Aan W. was-ten laste gelegd, dat hij in de laatste maanden van de oorlog als commandant van de Nederlandse Hulp landwacht met onder zijn commando staande hulplandwachters diverse perso nen heeft gearresteerd en in April 1945 als compagniescommandant van het Duit se „Bataljon Fahrner" in de omgeving van Laren met leden van zijn compagnie jacht heeft gemaakt op personen, van wie vermoed werd, dat zij sabotage had den gepleegd. Bij wijze van preventie liet requirant de boerderijen van twee boeren platbran den en een Jood, die ten huize van een van deze boeren was ondergedoken, zon der vorm van proces ter plaatse dood schieten. Uitspraak 28 Juni. Woensdagmiddag omstreeks vier unr is een kleine personenwagen uit Amster dam op de onbewaakt overweg aan de Kruidbergerweg te Santpoort gegrepen door een electrische trein komende nit de richting Haarlem. Het wagentje kwam in aanraking met een treeplank van de trein, werd opzy geschoven en tussen de rails gezet. De drie inzittenden stap ten ongedeerd uit de auto, waarvan zelfs geen ruit was gesneuveld. de (zachte) kafcs uit het lunchpakket had gezeten, af te likken. De meesten van de Nederlandse pelgrims hadden nog een monetair appeltje voor de dorst bewaard. Dat bleek op het perron van Firenze, waar zij vrijwel alle beschikbare flessen Chianti en Obireto opkochten, alsmede een niet gering aantal rieten Florentijnse karbiesjes, gedoopt in frisse kleuren Een joyeus afscheid van Italië. Joaneke Schoenmoakers had van beide folkloris tische producten het een en ander ingeslagen: dat ging naar Den Bosch toe En Driessen had zich beperkt tot een volumineuze tas, waarin zijn vrouw gemakke lijk voor twee dagen inkopen kan verstoppen. Op het laatste traject van Firenza via Bazel naar Maastricht bleek eerst recht, welk een goede vrienden wij waren ge worden in wagon 5, compartiment acht. Zó goed, dat wij begonnen elkaar te plagen. Hilde Benders hing een lunch pakket op de rug van Driessen aan een haakje van diens vest en de veekoop man maakte allerlei griezelige gebaren in de richting van de dodelijk ver schrikte juffrouw Andringa. Mijnheer Dijkers besteedde in Piacenza met een vorstelijk gebaar zijn laatste lires aan een fles wijn te algemenen nutte. Si mon Visser liet de tatoueringen op zijn arm zien en juffrouw Smeets vertelde moppen, waarin zij zelf een innig ple zier had. Ja, juffrouw Smeets, de onder wijzeres uit Maastricht, bleek een reno vatie op de terugweg. Met volstrekte veronachtzaming van het voorbijschietende natuurschoon dat zij op de heenreis voortdurend aan et*i grondig onderzoek placht te onderwerpen wijdde zij zich aan de gezelligheid. Zij leerde ons een spel letje dat „voetbal" heette, maar dat met de handen bedreven moest wor den; in dier voege dat wij elkaar een volkomen fictieve bal toewierpen. En dat ging weer gepaard met reglemen tair voorgeschreven gebaren. Enfin, er kwam tenslotte pandverbeu ren van, midden in de Zwitserse Alpen. Van Soestbergen moest een liedje zingen en juffrouw Andringa werd verplicht tot het geven van het zoveelste rondje snoepjes. Aan Hilde Benders werd opge dragen Driessen een kus te geven, van welke taak zij zich overigens op de lange afstand kweet. Maar Simon Visser kon niet lang op zijn plaats blijven zitten en hielp nijver mee bij het uitdelen van de lunchpak ketten en in een laatste opleving van reisbelustheid stond Driessen, toen wy de peripheric van een grauwe stad na derden, op uit zijn hoek en zei: „Ik ben een man van natuurschoon." En Hilde Benders tartte in een onbewaakt ogen blik iedere vorm van conventie door met overgave het zilverpapiertje, dat om Wat moet ik u vertellen over de laatste etappe van onze reis. Dat wij soms wat overdreven luid ruchtig waren en dan weer in een bijna pijnlijke stilte vervielen. En dat zuiks misschien wel kwam doordat wij p.otse- ling ieder voor ons schokkend duidelijk beseften, dat dit een van de hoogtepun ten van onze pelgrimstocht bleek te zijn, dat wij die als vreemden met elkaar wa ren vertrokken als vrienden terug keerden? Het afscheid in Maastricht was kort en het had niets van sentimentaliteit. Wy hadden eenvoudig geen tijd voor vele en fraaie woorden, want de trein, die ieder van ons definitief naar huis moest bren gen, stond gereed. Mijn verhaal, dat nog gebeuren moest, is eigenlijk nog niet geëindigd. Het slot speelt zich af in Amsterdam. waar juffrouw An dringa weer iedere dag punctueel haar onsjes kaas af weegt en het in tussen verschrikke lijk vindt, dat zij 's avonds weer al léén moet eten; in Breskens, waar Si mon Visser in de eenzame besloten heid van zijn vuur toren misschien de ontdekking zal doen. dat de tranen, die hij stortte op die ge denkwaardige dag in Rome, tranen van geluk waren; in Monster, waar Driessen mens! mens! aan ieder, die het horen wil,' zai vertellen, hoe hij zich destijds voor 100 lires thuis heeft laten bren gen door een stijl volle Romeinse po litieagent; in Den Bosch, waar Joane ke Schoenmoakers, het boerenmeske, nog zo dikwijls zal bepeinzen, hoe dicht zij wel bij de Paus is geweest. Het verhaal van „De Tien van Radio Anno Santo" zal duren, geloof ik, zolang de herinne ring van ieder van hen duurt. H. HOFHUIZEN H. K. H. Prinses Wilhelmina heeft Woensdagmiddag in het Centraal Thea ter te Apeldoorn een voorstelling bij gewoond, waarin twee Polygoonrepor tages, t.w. van de reis van Z. K. H. Prins Bemhard naar Zuid-Amerika en het Koninklük bezoek aan Parys, wer den vertoond. Voorts heeft de Prinses een bezoek gebracht aan de potterie Den Weber. De Prinses toonde veel belangstelling zowel voor de vervaardiging als voor de voortbrengselen van deze pottenbak kerskunst en kocht enkele stukken aan. Tevens bezichtigde H. K. H. de werk stukken van enkele andere Apeldoorn- se kunstenaars, welke in hetzelfde per ceel zijn tentoongesteld. 34 Kitty pakte de theepot. „Vooruit, drink je thee op, Tess," kommandeer de ze. „Ja, voor de meester een meid uitzoeken, dat is net iets voor tante Biddy. Wanneer ze zich niet gewichtig kan voelen, en haar neus niet in ander mans zaken kan steken, is tante Biddy niet in haar hum." Tess ging lachend aan tafel zitten. „Je bent wel complimenteus, van avond, Kitt. Wilde het niet lukken van daag, of is er iets anders? Maar, alle gekheid op een stokje, daarna verdiep ten we ons in het meubilairvraagstuk en bespraken wat hij zoal nodig zou hebben voor de keuken en de gang en wat er nodig zou zijn voor de huiska mer en voor alles en nog wat. Ik zei, dat ik aan onze Judy alle oude catalo gi zou vragen, die ze sinds haar trouw dag gekregen heeft en dan zullen we ze samen doorkijken, om het meest ge schikte uit te zoeken. Wat of het kost schijnt 'm geen steek te kunnen sche len. Geld interesseert hem niet." „Waarom zou hij ook?" vroeg Kitty. „Hij moet wel schatrijk zijn. Men zegt, dat hij zijn eerste verdiende geld nog bewaard heeft" „Drommels, Tess," onderbrak de oude Mevr. Fogarty listig. „Ik denk dat die arme Peter O'Dea alleen maar van baas verandert. Je heb het besturen van zijn huishouden niet lang aan hem overgelaten. Nauwelijks is hij van Jer Coady verlost, of jij zit hem op zijn huid. En je zult, denk ik. tante Biddy niet erg de vrije hand laten bij het uit kiezen van die huishoudster." „Wel, ik vind het onzin, goede meu bels te kopen, om daarna stilzwijgend toe te zien hoe de een of andere slod dervos ze aan diggelen slaat. Let maar op. ik zal er voor zorgen, dat hij een heldere huishoudster krijgt." Vanachter het fornuis knipoogde Kitty plechtig naar haar moeder, maar Mevr. Fogarty, een oude en verstandige vrouw, bleef wijselijk zwijgen en ver waardigde zich niet terug te knipogen. HOOFDSTUK II Iedereen in Carriglea was er van overtuigd, dat meester O'Dea eenzaam en verlaten achter zou blijven, na het vertrek van zijn boezemvriend en pleegvader, meester Coady; maar zelfs de profeet Elias had, ondanks al zijn wijsheid, nooit die manier, noch de snelheid kunnen voorspellen, waarmee Peter zich zou troosten. Want Mr. O'Dea was binnen twaalf maanden een ge trouwd man. Het duurde een hele tijd. voordat Carriglea zich enigszins van de schok hersteld had, en zelfs Peter vond het even moeilijk te begrijpen als iedereen, wanneer hij, in de eerste dagen van zijn huwelijksleven, zat te denken over zijn onlangs verloren vrijgezellenstaat, en zijn korte verkering. Dat hij ge trouwd, en zelfs zeer gelukkig ge trouwd was. en zijn eigen splinternieuw bruktje geïnstalleerd had in dezelfde woning, waar Jer Coady zo lang de scepter gezwaaid had, was. God weet het, al wonderlijk genoeg; maar dat de bruid niemand anders zou zijn dan Tessie Fogarty, de mooie Tessie Fo garty, de trots van de drie parochies, was een nog groter wonder. Van de hoogste heuvel van Carriglea, tot waar de rivier aan drie zijden van Glenshea kabbelde, stond iedereen aan de grond genageld, toen Tessie Fogarty zich met de stille schoolmeester verloofde en vei lig met hem getrouwd was, voordat zelfs de meest verwoede roddelaars kans hadden gekregen op adem te ko men. Velen waren er, die zich afvroe gen. was Tessie toch in hem gezien kon hebben. Zijn salaris kon het niet ge weest zijn, omdat ze haar sierijk neus je had opgehaald voor mankien, die op een enkele kermis meer geld konden verdienen, en ook verdienden, dan de meester in een heel jaar. Maar één ding stond vast. en meni ge vrouw die hem kende zou, indien ze dat wilde, daarva'n kunnen getuigen; Peter O'Dea was zulk een zachtaardig, goed gehumeurd huiselijk man, dat hij, hoewel hij het zelf niet wist, door zyn bedeesdheid en zijn vriendelijkheid een middel had om een vrouwenhart te beroeren. En misschien was dat de re den, waarom hij het mooie meisje uit Clashmairead niet voor de tweede maal behoefde te vragen. De manier waarop hij zijn aanzoek deed, was typerend voor hem. Tessie Fogarty was niet meer dan een paar weken zijn assistente geweest, voordat zij even bevriend was met Pe ter O'Dea alsof ze naast elkaar in de wieg hadden gelegen, of hand in hand hun eerste waggelende stapjes hadden gezet Toen Mary Kate Gannon als hulp in de onderwijzerswoning werd aangenomen, was bet Tessie, die haar aannam. Tessie was het, die haar uit legde, wat voor werk zij moest doen, en Tessie was ook degene, die iedere avond na schooltijd het huis doorliep om zich er van te overtuigen dat alles gedaan en netjes gedaan was. Tessie Fogarty was het, die met Peter naar Waterfort ging en hem hielp bij het kopen van elk meubelstuk voor het huis. Het was Tessie, die het behang selpapier koos èn de gordijnen voor de ramen èn de kleden voor de vloer. Zo dat, zij, op de avond waarop het laatste voorwerp op zijn plaats was gezet en zij tevreden gesteld in de keuken stond, waar het lamplicht door haar haren schitterde, niets dan de waarheid sprak, toen ze hem zei: „Ziedaar je huis, kant en klaar gemeubileerd en ingericht. Niemand kan zeggen, Peter, dat ik niet alles gedaan heb wat een vrouw zou kunnen doen. om een lege schuur te veranderen in een gezellig nestje, waar een Koning trots op zou kunnen zijn. Ik draag het nu aan je over, Peter, om het te bezitten, te be houden en te verzorgen. Meer kan ik niet doen." Hij keek haar een ogenblik aan, ter wijl dat verlegen grijnslachje speelde om zyn mondhoeken. „Ik zou daar niet zo zeker van zijn. Zo gemakkelijk kun jij je nieuwe verantwoordelijkheid niet afschuiven, denk ik. Luister maar waarom niet! Je hebt me overgehaald een huis vol meubels en gordijnen en vloerkleden te kopen, waarvoor noch ikzelf, noch die arme Mary Kate Gan non ooit zouden kunnen zorgen. O, ik vrees dat je mij, het meubilair en Mary Kate een grote dienst verschuldigd bent. Nadat je mij midden in al die eigendommen en problemen gezet hebt, is het minste dat je zou kunnen doen, voorgoed hier blijven en ze voor mij beheren." (Woedt vervolgd) De Oostenrijkse politie deelt van daag mede. dat zij niet over inlichtin- gen beschikt betreffende Herman Vogt, een Nederlander, die een maand gele den door de Oostenrijkse politie is ge arresteerd op last van een vr«;mde mogendheid, waarschijnlijk Rusland. Vogt was ten tijde van zijn arrestatie employé van een plaatselijke organisatie tot peiling van de openbare mening. Hij had tot taak huisvrouwen in de Russische sector van Wenen te onder vragen over het Marshall-plan en de Voice of America. Vermoedelijk is hy uitgeleverd aan de Russische militaire autoriteiten. Op het ministerie van Binnenlandse Zaken werd meegedeeld dat Vogt zich „waarschijnlijk" nog in Russische han den bevindt. Er werd te kennen gege ven, dat een eventueel verzoek om in lichtingen van de Nederlandse regering onverwijld aan de Russen ter hand zsd worden gesteld. Men wist niets van het verzoek, dat volgens de geruchten door Nederland zou zijn ingediend en waarin gevraagd zou zijn om vrijlating van Vogt, zodat deze naar Nederland zou kunnen terug keren. Volgens een bericht van het Russische persbureau Tass heeft de Sovjet-Unie Engeland en de V.S. opnieuw voorge steld keizer Hirohito en vier Japanse generaals voor een internationaal ge rechtshof te dagen. In het bericht van Tass wordt gezegd, dat de Russische zaakgelastigde te Washington en de Russische ambassa deur te Londen Dindag op instructie van Moskou desbetreffende nota's aan de Amerikaanse en Britse regeringen hebben overhandigd. Copieën van de nota's zijn aangeboden aan de andere leden van de commissie voor het Verre Oosten, waaronder Nederland. Malakka. Premier Robert Menzieg van Australië heeft gisteren in het parle ment bekend gemaakt, dat Australië op verzoek van Groot Brittannië een eska der Dakota-transportvliegtuigen naar Ma lakka zal zenden, alsmede 168 man perso neel om voorraden te vervoeren naar de troepen, die in het binnenland van Ma lakka vechten. Volgens Menzies is dit het enige ver zoek om militaire bijstand, dat Groot Brit tannië heeft gedaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1950 | | pagina 3