Mr. Oud zal geen nieuwe
Kamer over Indonesië
uitspraak van
uitlokken
Eén lid van kabinet niet uitsluitend
verantwoordelijk, zegt prof. Romme
In de meeste gevallen
DE MAAN IN CONJUNCTIE MET MARS
Interessante wedloop
Ook Eerstee Kamer steunt het
regeringsbeleid inzake Korea
SS
ZWITSALETTEN
Rendez-vous met de helderblauwe Spica
Prof. Molenaar kampioen voor een
afwachtende houding
WOENSDAG 19 JULI 1950
PAGINA 5
PLEIDOOI VOOR STUDENTEN
INDISCH RECHT
Rechtspositie ambtenaren
Centrale punten
Nieuw-Guinea
Bezetting departement
Paciiic-pact
Voortzetting
'V
m
Ambon fakkel der vrijheid
Verdediging Oud
OP VRIJDAG 21 JU Li OM 18.43 UUR
/farjm '•"--
COMMUNISTISCHE MOTIE
MET 32-2 VERWORPEN
Cïflaak met
9VNEN
V erantwoor (lelijkheid
Verklaring van Romme
SOVJET-ADVISEURS BIJ DE
NOORD-KOREAANSE TROEPEN
Elke divisie beschikt over
vijftien Russische kolonels
JAGGERNATH LACHMON
IN ONS LAND
Voor geneeskundig
onderzoek
S cheepvaartberichten
Vergadering van Dinsdag 18 Juli. Voorzitter dr. L. Kortenhorst. Aanvang
13.05 uur.
Aan de orde in de voortzetting van de behandeling van de wetsontwerpen ter
tegemoetkoming aan de K.L.M. voor geleden verliezen en ter nadere regeling
van de verhouding tussen het Rijk en de K.L.M.
De heer LUCAS (Kath.) vraagt aan de minister of hij kan zeggen, hoe precies
de controle van de Rekenkamer zal zijn. Indien dit antwoord bevredigend is, zal
spr. zijn amendement intrekken.
Minister SPITZEN zegt, dat uit art. 7 van de overeenkomst zal worden ge-
schrapt, „voorzover het Rijksbelangen betreft".
Wat de bemoeienis van de Rekenkamer betreft zegt spr. dat een accountants
rapport betreffende de K.L.M. aan de Rekenkamer wordt voorgelegd. De accoun
tant kan door de Rekenkamer worden aangewezen. De Rekenkamer keurt het
controleprogramma goed en kan aangeven hoe zij dit wenst te zien opgesteld.
N.a.v. aanmerkingen door de Rekenkamer wordt overleg gepleegd met de minis
ter en het leidende bestuur van de K.L.M. De Rekenkamer kan nadere gegevens
opeisen. Indien de overeenstemming wordt bereikt, kan de Rekenkamer dit aan
de Staten-Generaal kenbaar maken.
De heer LUCAS (Kath.)is de tevreden met de uiteenzetting van de minister en
trekt zijn amendement in. Beide wetsontwerpen worden zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen met de aanmerkingdat de communisten wensten geacht te
worden te hebben tegengestemd.
Aan dé orde zijn vervolgens de wets
ontwerpen Vaststelling van de hoofd
stukken XIII A (Unie-aangelegenheden
en XIII B (Uniezaken en Overzeese
Rijksdelen) der Rijksbegroting voor het
dienstjaar 1950.
De heer DE GRAAF (Kath.) zegt, dat;
teleurstelling vaak ons deel is geweest
sedert de overdracht van de souvereini-
teit Wij hadden dit verwacht. Wij mo
gen' niet vergeten, dat de feitelijkheden,
die hebben geleid tot de onrust in In
donesië, reeds aanwezig waren vóór de
overdracht, toen wij nog de verantwoor
delijkheid hadden.
In' de strijd welke Azië voert voor en
tegen zichzelf, speelt Indonesië een be
langrijke rol. Het is van een wezenlijk
belang voor de gehele wereld, dat In
donesië er in zal slagen een rechtsstaat
te vestigen, evenzeer als voor de veilig
stelling van ohze materiële belangen.
Spr. legt er echter de nadruk op, dax
deze Nederlandse belangen secundair
zijn. Zij, die roepen: „Redt wat te red
den valt!", geven blijki van een kortzich
tige kijk en gebrek aan verantwoorde
lijkheidsgevoel. De vriendschapsband
net Indonesië verplicht ons tot steun in
de toekomst.
Spr. hoopt, dat in deze woelige tijd
aan Nederlanders en Indonesiërs verde
re offers bespaard zullen blijven.
Voor spr. en zijn politieke vrienden
staat voorop de vraag hoe Nederland
Indonesië kan steunen zonder de souve-
reiniteit aan te tasten.
De samenwerking binnen de Unie
moet allereerst liggen op maatschappe
lijk vlak. Op dit vlak bestaan nog vele
gevoeligheden, welke niet altijd wor
den ontzien.
Loyaliteit wil echter niet zeggen, ai-
dus spr., dat de regering moet toe
staan, dat de Nederlandse ambtenaar
verpauperiseert. Spr. wil zich, als be
stuurslid van de Stichting tot Culturele
Samenwerking, niet over deze stichting
uitlaten. Spr. legt er evenwel de nadruk
op, dat het werk van deze stichting bui
ten de politieke sfeer, Ijgt.
Spr. waarschuwt tegen het gevaar
van verstarring, wanneer te veel
wordt vastgehouden aan de letter van
overeenkomsten.
Spr. is van mening, dat Indonesië
zich nooit tot rechtsstaat kan ontwik
kelen zonder eerbiediging van het
zelfbeschikkingsrecht. Regeling van
dit recht was voor Nederland de mo
rele praemisse voor de souvereini-
teitsoverdracnt. Spr. stelt de vraag of
de regering van de U.N.C.I. of van de
Indonesische regering in deze kwestie
een bevredigend antwoord heeft ont
vangen of verwacht te ontvangen
Spr. wil geen oordeel uitspreken over
Ambon, doch bij meent, dat zulke con
flicten vermeden kunnen worden, in
dien de Indonesische regering de nieuwe
staatkundige structuur bekend maakt.
Spr. betreurt de strijd op Ambon en hij
verzoekt de regering aan de Kamer na
dere inlichtingen te verschaffen, indien
dit mogelijk is.
Spr. critiseert de pogingen van de In
donesiërs om het vraagstuk JSjieuw-Gui-
nea steeds naar Unie-niveau te dringen.
Deze geforceerde drang is voor spr. een
symptoom van de Indonesische wens om
Unie-belangen te vereenzelvigen met
Nieuw-Guinea-belangen. Spr. acht dit
absoluut onjuist.
Spr. hecht grote waarde aan het tot
standkomen van parlementair rontact
Veel misverstand kan vermeden wor
den en de weg van de samenwerking
tussen de regeringen kan breder wor
den.
De heer v. d. WETERING (C.H.) be
toogt, dat het ministerie één terzake des
kundig bewindsman moet hebben. Spr.
acht het noodzakelijk, dat de taak van
het Hoge Commissariaat volledig wordt
Uitgestippeld. De continuïteit in deze
hoge post moet worden betracht.
Spr. zegt niet te behoren tot de men
sen, die hooggespannen verwachtingen
omtrent de Unie hebben gekoesterd. De-
Ze Unie moet groeien tegen ongeloof en
twijfel in. Zij is van groot belang voor
beide volken. Wie erkent, dat de Unie
«n gropt gevaar komt, en dat Nederland
te veel vasthoudt aan zijn standpunt
t-a.v. Nieuw-Guinea, heeft geen enkel
vertrouwen in de Unie.
Spr. wijst op de dramatische positie
■Waarin de Zuid-Molukken verkeren
door de aanval op Boeroe. Spr. critiseert
de houding van de R.I.S. in dit opzicht.
De vernietiging van de levenskracht van
Indonesië noemt spr. een brutale over
weldiging, die jarenlang na zal werken.
De Zuid-Molukken hebben hun zelfbe
schikkingsrecht willen verwezenlijken.
Dit volk heeft geen enkele misdaad ge
pleegd. De regering kan dit optreden
diet £>e- of veroordelen als revolution
air.
T.a.v. de rechtspositie der Neder
landse ambtenaren betoogt spr., dat het
hdertijd beter was geweest als het
vrywilligheidsbeginsel bad gegolden. In
garantie wet zjjn nog verscheidene
"ezwaren gehandhaafd. Spr. erkent, dat
wet niet absoluut te verwerpen is
wijst er op, dat de positie van de
«•ouwelijke Nederlandse werkkrachten
Indonesië met best is. Met een groot
scdeeite van hen wordt erbarmelijk ge
al'"- «ij verzoekt de minister hier alle
"dacht aan te wijden,
j.kpr. zegt vervolgens, dat de regering
stun in het werk moet ste»en om de
hen. in het Indisch recht te hel
siu,Pró zegt dat het voor de grotere be-
ÏW Jkheid van Suriname en de
We?' Antillen nodig is, dat het partij-
«Jen n zich ontwikkelt in deze gebie-
«he~_, Wat de Nederl- Antillen betreft
z°ek spr" dat er een welvaartsonder-
ven, .^oct worden ingesteld op de Bo-
jjwindse Eilanden,
het "eer MEIJER1NK (A.R.) betreurt
V.S t de minister-president van de
geen partij kiest in het conflict
in Korea. Volgens spr. kan dit gevolgen
hebben voor het beleid in Unie-verband
Wij kunnen alleen in de Unie blijven
samenwerken, als Indonesië de weife
lende houding opgeeft.
Het labiele karakter wekt de be
zorgdheid van spr. Wil de Nederl. re
gering zich er van vergewissen, dat bii
toespitsing van de wereldtegenstelling
Indonesië aan de goede kant zal staan?
Spr. is van oordeel, dat de regering
te laat stelling genomen heeft tegen de
opheffing van de deetstaten. Het nadeel
van voortijdig optreden zou geringer
geweest zijn dan thans het geval is. De
regering zegt nu geen sympathie te
hebben met de revolutionnaire bewe
ging van de Zuid-Molukken, maar, al
dus spr., vroeger heeft zij wel gespro
ken met de Republiek Indonesia, die het
voorbeeld gaf.
De moeilijkheden ten aanzien van de
Stichting Cult. 'Samenwerking vloeien
voort uit een verschillende interpretatie
van het begrip cultuur. Spr. meent, dat
de stichting ruime subsidie moet heb
ben, omdat de cultuur het enige terrein
is, waarop men nog kan samenwerken.
De heer KADT (Arb.) zegt, dat de
discussies over da regeringsnota in Mei
onvruchtbaar zijn geweest, omdat de
aandacht afgetrokken is van de centrale
punten. Spr. en zijn politieke vrienden
zijn van mening, dat het zelfbeschik
kingsrecht een uiterst belangrijke
kwestie is. Dit recht moet op een be
vredigende manier geregeld worden.
Ter R.T.C. zijn afspraken gemaakt,
waaraan ook de Indonesische regering
gehouden is. En wij moeten deze rege
ring van onze opvatting op gepaste
wijze in kennis stellen.
Militair geweld kan het vraagstuk niet
tot oplossing brengen. Bovendien zal
de verhouding IndonesiëNederland
gedurende dié tijd vertroebeld worden.
Ook een oplossing via de V.N. biedt
weinig mogelijkheden.
Spr. noemt het gebeurde op Ambon
een tragedie. De socialisten hebben tij
dens de R.T.C., toen de mensen van
Ambon bij hen kwamen, deze mensen
met klem gewaarschuwd geen* onbera
den stappen te doen.
De eenheidsstaat is een realiteit ge
worden. Naar de overtuiging van spr.
zal de eenheidsstaat het zelfbeschik
kingsrecht tot werkelijkheid moeten
maken in zijn eigen belang. Anderzijds
moet men het zelfbeschikkingsrecht
niet tot een bespotting maken door er
geen grenzen aan te stellen. Spr. meent,
dat het externe zelfbeschikkingsrecht
in Indonesisch verband op dit ogenblik
niet discutabel is. Hij concludeert, dat
wij moeten vasthouden aan onze gedane
beloften, doch dat wij de grenzen van
het zelfbeschikkingsrecht niet uit het
oog moeten verliezen. Binnen deze
grenzen moeten wij actief zijn.
T.a.v. Nieuw-Guinea merkt spr. op,
dat zekere uitlatingen van hooggeplaat
ste Indonesiërs over dit probleem niet
in de sfeer van samenwerking passen.
Wat Nederland betreft, zegt spr., dat
het oordeel van één Nieuw-Guinea-
kenner hem meer interesseert dan de
demonstratie van „de phalanx van pro
fessoren". Spr. zou graag aan de nota
over Nieuw-Guinea een nota toegevoegd
zien, waarin het standpunt van de re
gering tot uiting komt. Volgens spr.
kan deze kwestie beter eerst worden
besproken in de commissie van Unie
zaken en daarna in Unieverband.
Bij de exploitatie van N.-Guinea
zullen grote offers gevraagd worden
van de schatkist van Nederland. De
grens, van wat wij in dat opzicht kun
nen doen, mogen wij niet uit het oog
verliezen. Wij kunnen beter meer
aandacht besteden aan de ontwikke
ling van Suriname.
De Unie moet een kans hebben, al
dus spr. Als men via Uniebesprekingen
van het vraagstuk van W.-Guinea de
Unie kan versterken, dan zal die Unie
aan vertrouwen winnen.
Spr. hoopt, dat er in de toekomst een
eervolle plaats voor de Nederlanders in
Indonesië zal zijn. De veiligheid van
de Nederlanders is een zaak, die ons
zeer na aan het hart ligt.
Spr. en zijn fractie zijn van mening,
dat de bezetting van het departement
in alle opzichten te zwaar is. In de toe
komst zal het moeten staan onder een
persoon, die in staat is alle problemen
te beheersen. Misschien kan een gedeel
te van de taak van het departement
worden overgedragen aan het departe
ment van Algemene Zaken, een ander
gedeelte aan Buitenlandse Zaken.
Spr. zou gaarne de overtuiging heb
ben, dat de opvolger van Dr. Hirschfeld
niet tot de formalisten zal behoren.
doch een open oog zal hebben voor de
werkelijkheid.
De dagelijkse leiding van de Stichting
culturele samenwerking zal een krach
tige moeten zijn. De resultaten van deze
samenwerking kunnen nu nog niet dui
delijk zichtbaar zijn. Daar is een lange
re periode mee gemoeid.
Het welvaartsplanvoor Suriname
moet met kracht worden aangepakt. In
dit land is een belangrijke toekomst
voor de Nederlanders.
Spr. gelooft aan samenwerking tussen
Oost en West en,niet aan een capitula
tie van een van beide voor de andere
opvatting. Onze houding mag niet be
paald worden door ressentimenten.
(De vergadering wordt geschorst)
punt in het beleid geweest, want het
positieve recht kon daardoor onder de
voet worden gelopen. Het is het recht
van de volksvertegenwoordiging daar
over haar teleurstelling uit te spreken.
Spr. meent dat wij bezadigd doch
krachtig voet bij stuk moeten houden
met betrekking tot de ter R.T.C. ge
maakte afspraken. De taak van de re
gering is moeilijk, maar is zij wel op de
goede weg? De Indonesische partner
wil zichzelf wel op de goede weg hou
den, daar er internationaal teveel voor
haar op het spel staat. Nederland kan
op dit punt dus wel gerust zijn.
Niet gerust eohter kan zij zijn op het
punt van de communistische invloed in
Indonesië. Spr. is tevreden over de mit-
eenzetting van de regering t.a.v. Nieuw-
Guinea. Het schijnt spr. minder oppor
tuun thans vooruit te lopen op deze
kwestie, die binnenkort ter sprake zal
komen.
Art. 12 van het Uniestatuut heeft
slechts dan betekenis indien door de
interpretatie van dit artikel de Unie
organen werkelijk kracht hebben. Het
interparlementaire contact acht spr.
zeer aanbevelenswaardig.
De heer STUFKENS (Arb.) zegt, dat
wij ons niet door defaitisme moeten
laten leidén. Iedere Nederlander, die in
Indonesië gaat werken, doet dat met
instemming van de Indonesische over
heid.
Wij moeten geen werkkrachten op
dringen, maar er ook tegen waken, dat
Nederlanders in Indonesië in een onze
kere positie geraken.
Spr. meent, dat het de regering aan
bewogenheid ontbreekt t.a.v. het lot
van hen, die door de ontwikkeling in
Indonesië in moeilijkheden zijn geraakt.
Spr. wijst in dit verband o.m. op de
backpay-pensioenen.
Spr. vraagt, of de jongere studenten
in Indologie of Indisch recht geen
administratieve functie van de Neder
landse regering kunnen krijgen.
De oud-leden van het K.N.I.L. bezitten
volgens spr. niet de mentaliteit die ge
schikt is voor het goed functionneren
van onze militaire missie in Indonesië.
Spr. wijt dit voor een goed deel aan
gebrekkige voorlichting.
(De vergadering wordt geschorst
tot 20 uur).
(De vergadering wordt heropend om
20 uur).
De heer WELTER (Kath. Nat.) zegt,
dat wij, als wij de souvereiniteit niet
hadden overgedragen, in moeilijkheden
waren gekomen. De toestand in Decem
ber '49 was inderdaad moeilijk, doch wij
waren daarin gekomen door de weife
lende en appaiserende politiek van de
regering. De aanvaarding van het ac-
coord van RoyenRoem was een nood
lottige capitulatie. De machten, waar
voor wij toen hebben gebogen, zouden
zich nu gefeliciteerd hebben, als wij dit
niet hadden gedaan.
T.a.v. het zelfbeschikkingsrecht zegt
spr., dat het beleid van de regering in
dit opzicht gefaald heeft. De regering
had de parlementaire consequentie hier
uit moeten trekken.. Zij deed dit niet
en de motie-Oud, die het haar nog eens
onder ogen bracht, werd verworpen.
Spr. critiseert de motie-Romme en zegt
dat prof. Romme zich beter bezig kan
houden met andere vraagstukken dan
he- Indonesische, zoals b.v. het vraag
stuk van de bezitsspreiding.
Spr. betoogt, dat de jonge Indonesi
sche staat niet- opgewassen zal zijn tegen
de stormen van de wereldpolitiek. Nu
reist een Amerikaanse missie door het
De heer VONK (V.V.D.) zegt dat het
feit, dat Nederland zich wel en Indone
sië zich niet aan het positieve récht
houdt, de kern van het conflict is. Wij
moeten ons houden aan het positieve
recht en moeten met alle vreedzame
middelen Indonesië terugbrengen op
het rechte pad. Spr. keurt een politiek
van abstinentie af. Hij kan niet ontko
men aan de gevoelens, dat de regering
te laat tegen de liquidatie der deelsta
ten heeft geprotesteerd. Dit is een zwak
weet U natuurlijk al weken
van te voren wanneer U met
vacantie gaat.
Als wij U dus vriendelijk verzoe
ken ons minstens 5 dagen vóór Uw
vertrek met Uw vacantie-adres
(onder vermelding van Uw vaste
adres) op de hoogte te stellen, Is
dat niet te veel gevraagd en kun
nen wij er voor zorg dragen, dat
ons blad prompt op Uw tijdelijke
adres verschijnt.
Mogen wij dus op Uw medewer
king rekenen? Dank U!
Weekabonné's gelieven over de pe
riode, dat ze afwezig zijn, het abon
nementsgeld vooruit te voldoen
aan de bezorger, van wie zij op
hun vaste adres de krant ontvangen.
DE ADMINISTRATIE
C 3>
if.:-
A
Vere Oosten om te zien hoe de landen
weerbaar zijn te maken tegen het op
dringende communisme. Indonesië, aldus
spr., is niet weerbaar.
Is de tijd niet meer dan rijp een Paci-
ficpact tot stand te brengen met een
zelfde karakter als het Noord-Atlantische
pact. Als dat niet gebeurt zal de Indi
sche archipel communistisch worden
zonder dat de Amerikaanse dollars daar
iets aan kunnen doen.
Omtrent Ambon zegt spr., dat hij de
afzijdige houding van de Nederlandse
regering weinig gelukkig acht. Het
was het goed recht van O.-Indonesië
geweest om zich met de wapens te
verzetten en wij hadden op grond van
de Rond Tafelconferentie steun moeten
verlenen. Het is voor Nederland plicht
om het gezag te erkennen, dat de facta
over de Z.-Molukken gevestigd is. Spr.
heeft met droefenis kennis genomen
van het feit, dat onze marine steun
verleent door de R.I.S. gelegenheid te
geven strijdkrachten vrij te, maken.
Spr. hoopt, dat de regering hier een
einde aan zal maken en dat de rege
ring de R.I.S. attent zal maken op de
onmenselijke methoden, bij de blok
kade toegepast.
Spr hoopt, dat men diegenen die ge
troffen zijn door de ontwikkeling in
Indonesië, zo ruim mogelijk zal helpen,
Spr. vraagt of het niet mogelijk ge
weest zou zijn een deel van de stroom
emigre's af te leiden naar Nieuw-Guinea.
Spr. erkent de grote taak van de Stich
ting Culturele Samenwerking. Waarom
echter gaat deze stichting niet van een
zuiver Nederlands, doch een algemeen
Westers standpunt uit. De bevordering
van de Engels-Amerikaanse cultuur
kunnen wij beter aan de Engelsen en
Amerikanen overlaten.
De heer GERBRANDY (A.R.) vraagt
welke honoraria en pensioenrechten zijn
toegekend aan de heren Beel, Lovink,
Hirschfeld bn Lamping Spr. vraagt hoe het
bericht over het zenden van Nederlandse
soldaten naar Korea in de wereld komt?
Welke soldaten zijn hiermee bedoeld?
Spr. zou graag concrete antwoorden
hebben op alles, wat hij vraagt. Hoe is
de toestand geworden in Indonesië wat
veiligheid en recht betreft en hygiëne en
de bodem, die op Java in grote mate
aan erosie onderhevig is?
Het is een chaoi aldus spr., en het
wordt nog elke dag erger. Wij moeten
ons wel afvragen, wie voor deze chaos
a mede verantwoordelijk is.
Ambon is de fakkel der vrijheid, die ont
stoken is. Spr. zegt, dat men standvastig
moet zijn. Als de Uniepartner het recht
en de waarheid niet kan verdragen, kun
nen wij er beter een eind aan maken. Het
zelfbeschikkingsrecht wordt vertrapt door
het opportunisme van dt regering. Met
deze politiek houden wij ook Nieuw-Gui
nea niet over.
De ministers zijn verantwoordelijk voor
de verschrikkelijke toestanden in Indone
sië. Spr. concludeert, dat het tijd wordt
dat dit kabinet, politiek gesproten, van
de aardbodem verdwijnt.
Ds.' ZANDT (St. Ier.) zegt, dat alle
hooggespannen verwachtingen binnen kor
te tijd de bodem ingeslagen zijn. Van har
telijke samenwerking in de Unie blijkt
niets. Nog nooit heeft de Indonesische re
gering een overeenkomst nageleefd. Hoe
veel moorden en arrestaties hebben in In
donesië na de souvereiniteitsoverdracht
plaats gehad?
In plaats van rust, orde en veiligheid
heerst er nog steeds terreur in Indonesië.
Spr. dringt er op aan, dat de ontwa
pende Nederlandse militairen ten spoe
digste naar Nederland terugkeren. Spreker
hoopt, dat de regering geen dezer soldaten
naar Korea zal zenden. Er is in Indonesië
genoeg bloed gevloeid.
Bovendien zullen wij onze troepen in
Amerikaanse soldaten in Zuid-
Korea zorgen voor een eenvoudig
houten kruis op de graven van hun
wapenbroeders, die in de strijd tegen
het communisme gevallen zijn.
eigen land nodig hebben. En waarom vra
gen de Amerikanen geen troepen aan In
donesië. Spr. zegt dat de motieOud als
mosterd na de maaltijd is gekomen.
Ambon heeft alle recht om zelfstandig
te leven. Wat doen de V. Naties tegen het
optreden tegen Ambon? De UNO is een
organisatie, waar slechts de grote mogend
heden belang bij hebben.
Spr. noemt de aanval op Ambon een
Hitleriaans misdrijf. Een krachtig optre
den van de regering ware zeer gewenst.
De heer HAKEN (comm.) vraagt, wat
het juiste aantal soldaten is, dat nog in
Indonesië aanwezig is. Hoe komt het, dat
er schepen uit Indonesië vertrekken, die
niet volledig bezet zijn. Spr. dringt er op
aan, dat de regering de repatriëring van
de troepen zal bespoedigen.
De politiek van deze regering is op een
mislukking uitgelopen. Niet alleen het Ne
derlandse, ook het Indonesische volk heeft
talloze offers moeten brengen dank zij de
ze politiek. Men denke slechts aan Celebes.
Waarom is het rapport hierover nooit gepu
bliceerd? Spr. vraagt de regering of zu
van plan is er voor te zorgen, dat Wes
terling zijn straf niet ontloopt.
Spr. betoogt, dat de Amerikanen Indo
nesië leegplunderen en dat zij de Indone
sische troepen willen gebruiken tegen de
vrijheidsstrijd van de Aziatische volkeren.
Het is begrijpelijk dat de oppositie van het
Indonesische volk tegen Hatta en Soe-
karno gaat toenemen. Dit is verheugend,
aldus spr. De Indonesische arbeidersmas
sa is zich bewust, hoe zij de strijd moet
voeren. De missie van de Kamerleden
Suurhoff en Goedhart e.a. heeft geen en
kele invloed gehad op deze massa.
Indien het volk van Ambon vrijheid wil
hebben, aldus spr., dan ligt de oplossing
niet bij het koloniale grootkapitaal, maar
dan moet Ambon deelnemen aan de strijd
van het gehele Indonesische volk voor de
vrijheid. De dappere strijd van het Noord-
Koreaanse volk is een voorbeeld, hoe men
deze vrijheid kap verkrijgen.
De heer OUD (V.V.D.) betreurt de mat
heid van het debat. Spr. herinnert aan de
houding van de V.V.D. bij het aftreden van
minister Sassen, met wiens politiek van
abandonnering hij bet niet eens kon zijn-
Spr legt er de nadruk op, dat zijn motie
van 25 Mei niet tegen de persoon van de
minister was gericht, doch tegen zijn be
leid.
Die bezwaren stamden niet uit de
laatste tijd. Reeds aan de vooravond van
de R.T.C. had de V.V.D.. geen grenzen-
loos vertrouwen in de minister. Spreker
zegt, dat hij en zijn politieke vrienden
bij de behandeling van de wet op de
Souvereiniteitsoverdracht "oor een di
lemma stonden. Spreker betreurt de
keuze niet, maar wijst erop dat hij de
Ronde Tafel-overeenkomst beschouwde
als het uiterste, dat was bereikt. Ook de
minister stond op dat standpunt, doch
desondanks is de minister weer afge
zakt. Dat was de kern van het debat
op 25 Mei. Spreker wenste, dat de re
gering alles zou doen, waartoe zij ge
bonden was, ook al zou dat wellicht
geen resultaat hebben. Dit was de be
doeling van de motie-Oud. Spreker be
grijpt niet, waarom de minister geen
bezwaren had tegen de motie-Romme.
Spreker is van mening, dat de gebeurte
nissen op Ambon niet revolutionnair
doch anti-revolutionnair zijn. De rege
ring heeft zelf erkend, dat er illegaal
opgetreden is tegen de deelstaat. Als
verzet tegen onderdrukking is een re
volutionnaire beweging geoorloofd. Het
is een gevaarlijk recht, maar daarom
rust op iedereen, die de democratie liet
heeft, de plicht te voorkomen, dat van
een dergelijk recht gebruik wordt ge
maakt. Dit heeft de regering niet gedaan
De periode van schemerlichte zomer
nachten duurt nog 'steeds voort. Voor de
sterrenvriend die gaarne zijn astrono
mische waarnemingen wil hervatten,
betekent dit natuurlijk een lelijke han
dicap. Immers, de sterrenbeelden gaan
verloren in het ijle nachtelijke sche-
merschijnsel, dat als een wazige sluier
over de sterrenhemel ligt gespreid.
We zullen dus moeten zoeken naar
andere waarnemingsobjecten. Welnu,
die zijn er, ook in de maand Juli, n.l. de
maan etj de planeet Mars. De maan
en Mars zijn namelijk op 21 Juli m
conjunctie, d.w.z. ze staan dan
beide op dezelfde grote cirkel die door
de noordpool des hemels gaat. Practisch
komt dit hierop neer, dat wij op ge
noemde datum de maan en Mars in
eikaars onmiddellijke nabijheid zien.
Zulk een samenstand of conjunctie is
altijd weer interessant en bovendien
Uitermate leerzaam voor hen die zich
rekenschap willen geven van de rijk
gevarieerde verschijnselen en gebeur
tenissen op het toneel van de. dieren
riem.
Laten we eerst eens nagaan hoe het
komt dat de maan en Mars op 21 Juli
zo dicht bij elkaar staan. Zoals bekend
loopt Mars, evenals de andere planeten,
in oostelijke richting doör de dieren
riem In twee jaar tijds loopt hij de
hele dierenriem ruim éénmaal rond.
Daar zit dus een behqorlijke gang in.
De maan doet het echter nog veel en
veel vlugger: zij volbrengt dit kunst
stuk in de recordtijd van 291/3 dag,
dus binnen een maand. De maan is dus
wel een zeer snelle lopej. Wanneer men
de maan gedurende enkele achtereen
volgende avonden regelmatig in het oog
houdt, kan men zich daarvan gemak-,
kelijk overtuigen. Per uur legt zij in
oostelijke richting een afstand af gelijk
aan haar eigen middellijn, d.i. ruim
graad. Per etmaal vórdert zij onge
veer 13 graden, iets minder dan twee
vuistbreedten. Reeds in de loop van
enkele uren schuift de maan dus een
behoorlijk eind naar het oosten naar
links op.
Maar, zal misschien iemand zeggen,
ik zie toch de maan duidelijk naar het
wésten lopen. Inderdaad, de maan
loopt, evenals de zon en de sterren,
van het oosten naar het westen. Dit is
echter de dagelijkse schijnbare
beweging van de maan. Haar oost-
waartse werkelijke beweging
heeft plaats ten opzichte van de s te r-
ren. De maan voert dus feitelijk twee
bewegingen uit: een schijnbare naar het
wésten, en een werkelijke naar het
oosten. Men zal goed doen deze beide
bewegingen scherp te onderscheiden.
En wie scherp onderscheidt, is een-
goed waarnemer
Mars beweegt zich thans vrij snel
naar het oosten. De maan loopt echter
wel 24 maal zo snel. Het gevolg is na
tuurlijk dat de maan de planeet Mars
periodiek voorbij loopt en weer inhaalt.
Welnu, het laatste vindt plaats op 21
Juli a.s. Op 15 Juli was he.t nieuwe
maan; van de maan was toen vanzelf
sprekend niets te zien. Zij verwijdert
zich echter elke dag ongeveer 12 gra
den van de zon, in oostelijke richting.
De eerste, smalle maansikkel wordt dan
ook al spoedig na 15 Juli zichtbaar Die
mooie, blinkende maansikkel wordt
gaandeweg breder, zoals men zelf kan
constateren ipdien men maar geregeld
op de vorm van de wassende maan let.
Intussen haalt de maan Mars hoe lan
ger hoe meer in Het is een wedloop
tussen die twee, maar een zeer onge
lijke wedloop. De. maan wint natuur
lijk. glansrijk. Op 21 Juli om 18 uur 43
min. precies is het pleit beslist. Op dat
tijdstip staan de maan en Mars name
lijk op dezelfde declinatie-cirkel, d.i.
een grote cirkel, die door de beide
hemelpolen gaat. Dat is, strikt geno
men, de eigenlijke conjunctie.
Maar op het aangegeven tijdstip is
de maan wél zichtbaar, Mars daarente
gen nog niet Mars houdt zich nog schuil
in de stralen van de zon. En de zon gaat
op 21 Juli pas om 20 uur 48 min. onder.
Dus zullen we nog zeker een paar uur
moeten wachten voordat Mars in de
avondschemering zichtbaar wordt. Dat
is echter geen bezwaar; een rasechte
amateur kan wachten, desnoods uren
lang. Ons geduld wordt op de avond
van 21 Juli niet lang op de proef ge
steld. Reeds kort na zonsondergang kan
men met een behoorlijke kans op suc
ces proberen Mars in de avondscheme
ring te vinden. De planeet staat onge
veer 2 graden een vingerbreedte
ten noorden van de maan. De maan is
dan bijna in het eerste kwartier. Een
„halve" maan prijkt dus op 21 Juli aan
de westelijke avondhemel, met de bolle
zijde naar de. zon gekeerd En „boven"
deze blinkende halve maan staat de
rossige planeet Mars zie de tekening.
Een schitterend tweetal dat zich prach
tig aftekent tegen het bleke scheme-
ringsblauw van de avondhemel.
De maan en Mars staan op 21 Juli
laag boven de westelijke horizon. Dit is
een gevolg van het feit dat de ecliptica
(zonsweg) in Juli op het tijdstip van
zonsondergang slechts een kleine hoek
met de westelijke gezichtseinden- maakt.
Mars en de maan bevinden zich tij
dens de conjunctie rechts van de hel
dere blauwe ster Spica van de Maagd.
Deze schone ster is bij gunstige weers
gesteldheid nog wel te onderscheiden,
links van de maan. Zo vangt dus
de waarnemer die zich op de avond van
21 Juli de moeite geeft op het tweetal
maan-en-Mars te letten, zelfs drie vlie
gen in één klap. En daarmee mag een
sterrenvriend in het hartje van de zo
mer toch zeker wel tevreden zijn.
(Van onze parlementaire redacteur a.i.)
Er was nogal wat politie-versterking
gistermiddag op het Binnenhof, maar tot
enig incident rond het debat over Korea,
dat in de Eerste Kamer plaats vond, is
het niet gekomen.
De gedachtenwisseling zelf had ook
niet bepaald een gepassionneerd karak
ter, al zijn er natuurlijk wel van com
munistische zijde de nodige boze
woorden gespuid.
Pater Beaufort noemde de actie van
Noord-Korea eèn „test-case"; het is van
communistische kant een aftasten, een
onderzoeken, hoe ver men kan gaan; zou
er geen tegenstand worden geboden, dan
is het moeilijk in te zien, waarom niet
morgen Iran, Turkije, Griekenland of
West-Europa aan de beurt zou zijn. Ook
de communistische wereld weet nu, dat
het uit is met de „appeasemenf'-politiek:
de oude Hitler-methode heeft afgedaan
en de vastberadenheid, die getoond is, is
een zeker lichtpunt in het donker van
onfce verontwaardiging.
Nederland is, aldus pater Beaufort, ge
bonden en ook meer dan moreel gebon
den de beslissing van de Veiligheidsraad
mede ten uitvoer te leggen, een beslis
sing, waarvan spr. nog eens aantoonde,
dat zij rechtskracht bezit.
Wie onrecht niet afweert, staat even
schuldig als de onrechtpleger zelf, zo
luidde het slot van deze redevoering.
Niet ingrijpen betekent de weg kiezen
naar een zekere ondergang; met een
rustig geweten kunnen wij deze verant
woordelijkheid aanvaarden. Gods voor
zienigheid leidt deze wereld.
In zijn rede van ongeveer een uur
heeft de heer Fred. Schoonenberg
(C.P.N.) uitvoerig gelamenteerd over
wantoestanden in Zuid-Korea, waar
over ook de N.V.V.-er Kupers in een
rapport voor het Wereldvakverbond
het zijne heeft gezegd. Mr. Van Heuven
Goedhart (P.v.d.A.) is de communis
tische spreker echter een slag vóór ge
weest: hij wees er op, dat een beroep
op verkeerde toestanden in een na
buurland gelijk ook Hitier en
Mussolini dat deden nimmer een
rechtvaardiging kan zijn voor agressie.
Het was een verblinde wereld, die
destijds München dit verraad aan
de roeping der mensheid toejuichte;
mr. Van Heuven Goedhart stelde zich
evenals pater Beaufort achter de be
slissing van Veiligheidsraad en rege
ring; w(j moeten bereid zijn vandaag
ons aandeel te leveren en dat dit niet
mee zou spelen, omdat wij geen Paci-
fic-macht meer zijn, achtte hij volko
men irrelevant.
Had men derhalve tot dusver onvoor
waardelijke instemming beluisterd, met
prof. Molenaar (V.V.D.) kwam men
meer in de omgeving van de heer Weiter
terecht, althans, waar hij zeide, dat men
met de Veiligheidsraad op moet passen:
die heeft immers niet altijd in ons voor
deel gewerkt. Wel was de liberale spre
ker verheugd over het ingrijpen op Ko
rea, doch de regering had zich bij de
deelname aan een collectieve actie meer
rekenschap pioeten geven'van de mate
van steun, Welke door andere landen
wordt geboden.
Een soortgelijke afwachtende houding
zou ook de heer Kolff (C.H.) geprefe
reerd hebben. Waarom moet Nederland
nu juist behoren tot die zeven van de
59 landen, die besloten hebben tot mili
taire hulp. België en Noorwegen b.v.
Advertentie
korte metten!
Gebruik
en daarom is zij verantwoordelijk voor
hetgeen op Ambon geschiedt. Daarom
heeft spreker nog steeds vertrouwens
bezwaren tegen het beleid van de mi
nister.
Richtte de motie van 25 Mei zich
tegen de minister of tegen het gehele
Kabinet? Naar de mening van spreker
is het Kabinet collectief verantwoor
delijk voor iedere daad van iedere
minister. Ook de minister van Bui
tenlandse Zaken. Wanneer men dit
beginsel zou prijsgeven, zou de een
heid van het regeringsbeleid niet
meer bestaan. Spreker betoogt voorts,
dat het aan de Kamer is om uit te
spreken, welke bewindsman zij in een
bepaald geval voor het beleid verant
woordelijk wil stellen. In dit geval
was minister Van Maarseveen* de cen
trale figuur en daarom werd alleen
zijn naam in de motie genoemd.
Spreker heeft grote sympathie voor
het Kabinet, doch grotere sympathie
voor het nakomen van beloften, en
daarom heeft het stellen van de Ka
binetskwestie hem niet tot het in
trekken van de motie kunnen brengen
De houding van spreker en zijn frac
tie ten opzichte van de minister van
Overzeese Rijksdelen is sedert de 25ste
Mei niet gewijzigd. Spreker zal echter
met opnieuw een uitspraak van de Ka
mer uitlokken.
De heer Hoogcarspel (C.P.N.) vraagt
wie en wat er in Indonesië door de
communisten worden bedreigd.
De heer Van Maarseveen: de bevol
king.
De heer Hoogcarspel: niet de bevol
king, maar de koloniale uitbuiters
Spreker vreest dat er pogingen worden
gedaan om de Indonesische bevolking
te verwestersen. Hij betreurt voorts, dat
er nog geen oplossing is gevonden voor
de studenten in het Indisch Recht. Ook
vraagt hij de opvanggelegenheid voor
gerepatrieerden uit te breiden.
De heer Romme (K.V.P.) verklaart het
met enkele stellingen van de heer Oud
in het geheel niet eens te kunnen zijn,
Naar z(jn mening kan men niet volhou
den dat alle ministers voor de daden
van iedere minister individueel verant
woordelijk zijn. Anders zou de verant
woordelijkheid van het Kabinet ver
vagen. Naar sprekers mening is iedere
minister voor zijn eigen daden verant
woordelijk. of verantwoordelijk te ach
ten. Spreker zet uiteen, dat het bij de
motie-Oud ging om de uitvoering van
een wet, namelijk de wet op de Souve
reiniteitsoverdracht, die door alle leden
van het Kabinet gecontrasigneerd is.
Het gaat dus naar zijn mening niet aan
er willekeurig één lid van het Kabinet
uit te kiezen om dit met de uitsluitende
verantwoordelijkheid te belasten.
De heer Van Maarseveen, minister
van Uniezaken en Overzeese Rijksde
len, verzoekt aan de voorzitter verlof
om morgen zijn rede aan te vangen.
De vergadering wordt 23.40 uur ver
daagd.
zenden geneesmiddelen en voedsel
waarom moet Nederland het nu anders
doen, verzuchtte de christelijk-histori-
sche senator. De twee redevoeringen te
zamen waren werkelijk treffende staal
tjes van kat-uit-de-boom-kijkerij, welke
dan zeker voor „zelfstandigheldspolitiek
in moderne zin" moet doorgaan.
Tenslotte kwam de heer Schoonenberg
aan bod de anti-revolutionnairen heb
ben niet aan het debat deelgenomen
die uiteraard tamboereerde op de Noord-
Koreaanse successen, maar daartussen
door even zo vrolijk fulminaties tegen
de Amerikaanse agressie-voorbereidin
gen weggaf.
Minister-president Drees,-die zijn sar
casme tegenover de communisten niet
pleegt te verbergen, antwoordde: ik zou
wel buitengewoon het verstand van Ka
mer en volk onderschatten als ik in
ging op deze brutale rede. Hij wees er
op, dat successen in de aanvang in de
le Wereldoorlog tot aan de slag aan tfi
Marne, in 1939 en '40 bij de Blitzkrieg
van de Duitsers en ook de Duitse veld
tocht in Rusland nog niet het uitein
delijk resultaat bepalen en stelde, dat
als de toestanden in Zuid-Korea niet
zijn, zoals bet behoort, ze toch nog altijd
beter zijn dan in de volksdemocratische
landen.
Wat de bedenkingen van de heren
Molenaar en Kolff aangaat: men was het
toch wel in principe eens over collec
tieve hulpverlening; wanneer men nu in
de practijk langzaam aan gaat doen en
wacht op elkander, komt dit beginsel in
fevaar. Het ter beschikking stellen van
én torpedojager is toch al wel het min
ste, dat Nederland kon doen. De com
mandant van de ..Evertsen" heeft uit
drukkelijk opdracht zich te beperken tot
een actie voor Korea, derhalve niet voor
Formosa.
Aan het slot van de vergadering zijn
de communisten nog met een motie ge
komen om het Koreaanse conflict op
vreedzame wijze te regelen, geen strijd
krachten uit te zenden en zich niet meer
in de zaak te mengen. Met 32 tegen 2
stemmen heeft de Kamer deze motie
verworpen.
Een woordvoerder van het hoofd
kwartier van het Amerikaanse leger in
Washington heeft gisteren verklaard,
dat generaal MacArthur thans over on-
dubbelzinnigeTnlichtingen beschikt, dat
de Noord-Koreanen Russische militaire
adviseurs hebben.
De woordvoerder zeide, dat, volgens
deze inlichtingen, 10 tot 20 Russische ad
viseurs bij een zekere Noord-Koreaanse
eenheid zijn. De woordvoerder weiger
de iets naders over die eenheid bekend
te maken.
Verleden week heeft United Press
gemeld, dat er 15 Russische kolonels
bij elke Nöord-Koreaanse divisie zijn.
Op de vraag of de Russen inderdaad
adviseurs en geen deelnemers aan de
strijd waren, zei de woordvoerder:
„Voor zover wij weten wel".
Op de vraag, hoe het leger van de
aanwezigheid van de Russen heeft ver
nomen en of er wellicht Russen gevan
gen genomen zijn, wilde de woordvoer
der geen commentaar te geven.
Hij zei niet te weten of de Russen
in uniform waren.
Hij weigerder verder enige aanwij
zing te geven van de grootte van de
eenheid, waaraan de adviseurs zijn toe
gevoegd en merkte op, dat de verslag
gevers moesten inzien, dat het zaak i»
zeer voorzichtig te zijn met hetgeen
men zegt
De Ver. Staten hebben, behalve de
Amerikaanse strijdkrachten, ook mili
taire adviseurs in Zuid-Korea.
Heden is met het K.L.M.-lijntoestel uit
Paramaribo op Schiphol aangekomen
de heer Jaggemath Lachmon, fractie
voorzitter. der Hindoestaanse partij Su
riname. De heer Lachmon, die ongeveer
twee maanden geleden in een zitting
der Staten van Suriname, toen de in
terpellatie-Van Ommeren inzake het
beleid .van minister Lichtveld werd be
handeld, een instorting heeft gekregen,
moest sedertdien in een ziekenhuis te
Paramaribo worden verpleegd.
Hij begaf zich van het vliegveld on
middellijk naar het Wilhelminagasthuis
te Amsterdam, waar hij voor verder
onderzoek is opgenomen.
ABBEDIJK 18 te New York, AGA
MEMNON 18 v Maracaïbo n. N. York,
ALBIREO p. 18 Wight n. Rott., ALBLAS-
SERDIJK 18 te Rott, v. Hamburg, AL-
CHIBA 18 bij Bahia. At-DEGONDA 18 v.
Pladju n. Bangkok, ALGENIB p 18 Oues-
sant, ALNATI 18 v. Rio Grande n. San
tos, ALPHERAT 18 bij Walvisbaai. AM-
STELKERK 18 v. Le Havre, AMSTEL-
STAD 18 bij Scilly eü„ ARKELDIJK IS
te Antwerpen v. Londen, ARMILLA 18
te Harphong, ASTURIAS p. 18 Gibraltar,
BACCHUS 18 bij Bermuda, BANDJERMA-
SIN 18 te Pontianak, BARENDRECHT 18
bij Santos n. Curacao, BAUD 18 v Singa
pore n. Muntok, BENNEKOM 18 v. Ant
werpen. BEVERWIJK p. 18 K Degata.
BONAIRE 18 v. Plymouth, BREDA 16 bij
Finisterre, CALTEX THE HAGUE 19 te
Ras Tanura v. Rott., CALTEX UTRECHT
18 bij P. Said n. Ras Tanura. CALTEX
PERNIS 18 v. Suez, CAMPHUYS 18 v
Buleling n, Singapore, CONGOSTROOM
18 v. Konakry te Freetown, DELFSHA-
VEN 19 te Rotterdam, DAMERDIJK 19 te
Baltimore, EDAM 18 bij K. Race, EEM-
LAND p. 17 Fern. Noronha, ENA 19 te
Koweit, ESSO AMSTERDAM 18 bij Flo-
res, ESSO DEN HAAG n. 19 Lizard 30 te
H. v. Holland, GEMMA* p. 18 Wight,
HAARLEM 18 bij Ouessant, HECUBA 18
bij Fayal, HERSILHA 19 te Madeira, IN-
DRAPOERA 18 v. Aden n. Suez, JA
GERSFONTEIN 18 bij St. Helena. JAPARA
18 v. Makassar n. Menado, JOBSHAVEN
18 bij Freetown, JOHAN v. OLDENBAR-
NEVELT 18 v. Surabaja, JUPITER 18 te
Lissabon, KELBERGEN p. 18 Gibraltar,
LARENBERG p. 18 K. St. Vineent. LEER-
SUM 18 bij K. St. Vincent, LEKKER-
KERK 18 v. Colombo, LEUVEKERK 18 V.
P. Sudan, MANOERAN 19 te Colombo,
MATARAM p. 19 Guardefui n. Djeddah,
MUÏDERKERK 16 te Cochin, MIJDRECHT
18 bij K. Vincent, OMALA p. 19 Gibral
tar, ONDINA p. 18 Gibraltar. OSSEN-
DRECHT 19 te Middlesbrough v. Bona,
PRINS ALEXANDER 18 bij Quebec, PR.
MAURITS 19 bij K. Race, PRINS WIL
LEM n p. 18 Beachy Head, PYGMALION
18 bi] San Salvador, RAKI 19 v. B.
Pappan te Surabaja, RONDO 18 bij Fi
nisterre, ROTTI p. 18 Malta, RIJNKERK
19 te Suez, SCHIE 18 v. Puerto Cabello,
STAD ALKMAAR 78 te Lulea, STAD
ARNHEM 17 v. Sfax n. Gibraltar, STOD
DORDRECHT p. 18 Gibraltar. STAD
HAARLEM p. 18 Gibraltar, TIBA p. 18
Frio, TITUS 18 v. Bremen n. Hamburg,
VAN 'T HOFF 18 bij Finisterre, VEEN-
DAM 18 bij K. Race, VOLENDAM 18 bij
K. Race, WATERLAND 19 te Bahia. WIL
LEM RUYS p. 18 Pantellaria. ZUIDER
KRUIS 18 v. Semarang te Menado, ZIJ
PENBERG P- 18 Dungeness.