Mr. Oud zal geen nieuwe Kamer over Indonesië uitspraak van uitlokken Eén lid van kabinet niet uitsluitend verantwoordelijk, zegt prof. Romme In de meeste gevallen DE MAAN IN CONJUNCTIE MET MARS Interessante wedloop Ook Eerstee Kamer steunt het regeringsbeleid inzake Korea SS ZWITSALETTEN Rendez-vous met de helderblauwe Spica Prof. Molenaar kampioen voor een afwachtende houding WOENSDAG 19 JULI 1950 PAGINA 5 PLEIDOOI VOOR STUDENTEN INDISCH RECHT Rechtspositie ambtenaren Centrale punten Nieuw-Guinea Bezetting departement Paciiic-pact Voortzetting 'V m Ambon fakkel der vrijheid Verdediging Oud OP VRIJDAG 21 JU Li OM 18.43 UUR /farjm '•"-- COMMUNISTISCHE MOTIE MET 32-2 VERWORPEN Cïflaak met 9VNEN V erantwoor (lelijkheid Verklaring van Romme SOVJET-ADVISEURS BIJ DE NOORD-KOREAANSE TROEPEN Elke divisie beschikt over vijftien Russische kolonels JAGGERNATH LACHMON IN ONS LAND Voor geneeskundig onderzoek S cheepvaartberichten Vergadering van Dinsdag 18 Juli. Voorzitter dr. L. Kortenhorst. Aanvang 13.05 uur. Aan de orde in de voortzetting van de behandeling van de wetsontwerpen ter tegemoetkoming aan de K.L.M. voor geleden verliezen en ter nadere regeling van de verhouding tussen het Rijk en de K.L.M. De heer LUCAS (Kath.) vraagt aan de minister of hij kan zeggen, hoe precies de controle van de Rekenkamer zal zijn. Indien dit antwoord bevredigend is, zal spr. zijn amendement intrekken. Minister SPITZEN zegt, dat uit art. 7 van de overeenkomst zal worden ge- schrapt, „voorzover het Rijksbelangen betreft". Wat de bemoeienis van de Rekenkamer betreft zegt spr. dat een accountants rapport betreffende de K.L.M. aan de Rekenkamer wordt voorgelegd. De accoun tant kan door de Rekenkamer worden aangewezen. De Rekenkamer keurt het controleprogramma goed en kan aangeven hoe zij dit wenst te zien opgesteld. N.a.v. aanmerkingen door de Rekenkamer wordt overleg gepleegd met de minis ter en het leidende bestuur van de K.L.M. De Rekenkamer kan nadere gegevens opeisen. Indien de overeenstemming wordt bereikt, kan de Rekenkamer dit aan de Staten-Generaal kenbaar maken. De heer LUCAS (Kath.)is de tevreden met de uiteenzetting van de minister en trekt zijn amendement in. Beide wetsontwerpen worden zonder hoofdelijke stem ming aangenomen met de aanmerkingdat de communisten wensten geacht te worden te hebben tegengestemd. Aan dé orde zijn vervolgens de wets ontwerpen Vaststelling van de hoofd stukken XIII A (Unie-aangelegenheden en XIII B (Uniezaken en Overzeese Rijksdelen) der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1950. De heer DE GRAAF (Kath.) zegt, dat; teleurstelling vaak ons deel is geweest sedert de overdracht van de souvereini- teit Wij hadden dit verwacht. Wij mo gen' niet vergeten, dat de feitelijkheden, die hebben geleid tot de onrust in In donesië, reeds aanwezig waren vóór de overdracht, toen wij nog de verantwoor delijkheid hadden. In' de strijd welke Azië voert voor en tegen zichzelf, speelt Indonesië een be langrijke rol. Het is van een wezenlijk belang voor de gehele wereld, dat In donesië er in zal slagen een rechtsstaat te vestigen, evenzeer als voor de veilig stelling van ohze materiële belangen. Spr. legt er echter de nadruk op, dax deze Nederlandse belangen secundair zijn. Zij, die roepen: „Redt wat te red den valt!", geven blijki van een kortzich tige kijk en gebrek aan verantwoorde lijkheidsgevoel. De vriendschapsband net Indonesië verplicht ons tot steun in de toekomst. Spr. hoopt, dat in deze woelige tijd aan Nederlanders en Indonesiërs verde re offers bespaard zullen blijven. Voor spr. en zijn politieke vrienden staat voorop de vraag hoe Nederland Indonesië kan steunen zonder de souve- reiniteit aan te tasten. De samenwerking binnen de Unie moet allereerst liggen op maatschappe lijk vlak. Op dit vlak bestaan nog vele gevoeligheden, welke niet altijd wor den ontzien. Loyaliteit wil echter niet zeggen, ai- dus spr., dat de regering moet toe staan, dat de Nederlandse ambtenaar verpauperiseert. Spr. wil zich, als be stuurslid van de Stichting tot Culturele Samenwerking, niet over deze stichting uitlaten. Spr. legt er evenwel de nadruk op, dat het werk van deze stichting bui ten de politieke sfeer, Ijgt. Spr. waarschuwt tegen het gevaar van verstarring, wanneer te veel wordt vastgehouden aan de letter van overeenkomsten. Spr. is van mening, dat Indonesië zich nooit tot rechtsstaat kan ontwik kelen zonder eerbiediging van het zelfbeschikkingsrecht. Regeling van dit recht was voor Nederland de mo rele praemisse voor de souvereini- teitsoverdracnt. Spr. stelt de vraag of de regering van de U.N.C.I. of van de Indonesische regering in deze kwestie een bevredigend antwoord heeft ont vangen of verwacht te ontvangen Spr. wil geen oordeel uitspreken over Ambon, doch bij meent, dat zulke con flicten vermeden kunnen worden, in dien de Indonesische regering de nieuwe staatkundige structuur bekend maakt. Spr. betreurt de strijd op Ambon en hij verzoekt de regering aan de Kamer na dere inlichtingen te verschaffen, indien dit mogelijk is. Spr. critiseert de pogingen van de In donesiërs om het vraagstuk JSjieuw-Gui- nea steeds naar Unie-niveau te dringen. Deze geforceerde drang is voor spr. een symptoom van de Indonesische wens om Unie-belangen te vereenzelvigen met Nieuw-Guinea-belangen. Spr. acht dit absoluut onjuist. Spr. hecht grote waarde aan het tot standkomen van parlementair rontact Veel misverstand kan vermeden wor den en de weg van de samenwerking tussen de regeringen kan breder wor den. De heer v. d. WETERING (C.H.) be toogt, dat het ministerie één terzake des kundig bewindsman moet hebben. Spr. acht het noodzakelijk, dat de taak van het Hoge Commissariaat volledig wordt Uitgestippeld. De continuïteit in deze hoge post moet worden betracht. Spr. zegt niet te behoren tot de men sen, die hooggespannen verwachtingen omtrent de Unie hebben gekoesterd. De- Ze Unie moet groeien tegen ongeloof en twijfel in. Zij is van groot belang voor beide volken. Wie erkent, dat de Unie «n gropt gevaar komt, en dat Nederland te veel vasthoudt aan zijn standpunt t-a.v. Nieuw-Guinea, heeft geen enkel vertrouwen in de Unie. Spr. wijst op de dramatische positie ■Waarin de Zuid-Molukken verkeren door de aanval op Boeroe. Spr. critiseert de houding van de R.I.S. in dit opzicht. De vernietiging van de levenskracht van Indonesië noemt spr. een brutale over weldiging, die jarenlang na zal werken. De Zuid-Molukken hebben hun zelfbe schikkingsrecht willen verwezenlijken. Dit volk heeft geen enkele misdaad ge pleegd. De regering kan dit optreden diet £>e- of veroordelen als revolution air. T.a.v. de rechtspositie der Neder landse ambtenaren betoogt spr., dat het hdertijd beter was geweest als het vrywilligheidsbeginsel bad gegolden. In garantie wet zjjn nog verscheidene "ezwaren gehandhaafd. Spr. erkent, dat wet niet absoluut te verwerpen is wijst er op, dat de positie van de «•ouwelijke Nederlandse werkkrachten Indonesië met best is. Met een groot scdeeite van hen wordt erbarmelijk ge al'"- «ij verzoekt de minister hier alle "dacht aan te wijden, j.kpr. zegt vervolgens, dat de regering stun in het werk moet ste»en om de hen. in het Indisch recht te hel siu,Pró zegt dat het voor de grotere be- ÏW Jkheid van Suriname en de We?' Antillen nodig is, dat het partij- «Jen n zich ontwikkelt in deze gebie- «he~_, Wat de Nederl- Antillen betreft z°ek spr" dat er een welvaartsonder- ven, .^oct worden ingesteld op de Bo- jjwindse Eilanden, het "eer MEIJER1NK (A.R.) betreurt V.S t de minister-president van de geen partij kiest in het conflict in Korea. Volgens spr. kan dit gevolgen hebben voor het beleid in Unie-verband Wij kunnen alleen in de Unie blijven samenwerken, als Indonesië de weife lende houding opgeeft. Het labiele karakter wekt de be zorgdheid van spr. Wil de Nederl. re gering zich er van vergewissen, dat bii toespitsing van de wereldtegenstelling Indonesië aan de goede kant zal staan? Spr. is van oordeel, dat de regering te laat stelling genomen heeft tegen de opheffing van de deetstaten. Het nadeel van voortijdig optreden zou geringer geweest zijn dan thans het geval is. De regering zegt nu geen sympathie te hebben met de revolutionnaire bewe ging van de Zuid-Molukken, maar, al dus spr., vroeger heeft zij wel gespro ken met de Republiek Indonesia, die het voorbeeld gaf. De moeilijkheden ten aanzien van de Stichting Cult. 'Samenwerking vloeien voort uit een verschillende interpretatie van het begrip cultuur. Spr. meent, dat de stichting ruime subsidie moet heb ben, omdat de cultuur het enige terrein is, waarop men nog kan samenwerken. De heer KADT (Arb.) zegt, dat de discussies over da regeringsnota in Mei onvruchtbaar zijn geweest, omdat de aandacht afgetrokken is van de centrale punten. Spr. en zijn politieke vrienden zijn van mening, dat het zelfbeschik kingsrecht een uiterst belangrijke kwestie is. Dit recht moet op een be vredigende manier geregeld worden. Ter R.T.C. zijn afspraken gemaakt, waaraan ook de Indonesische regering gehouden is. En wij moeten deze rege ring van onze opvatting op gepaste wijze in kennis stellen. Militair geweld kan het vraagstuk niet tot oplossing brengen. Bovendien zal de verhouding IndonesiëNederland gedurende dié tijd vertroebeld worden. Ook een oplossing via de V.N. biedt weinig mogelijkheden. Spr. noemt het gebeurde op Ambon een tragedie. De socialisten hebben tij dens de R.T.C., toen de mensen van Ambon bij hen kwamen, deze mensen met klem gewaarschuwd geen* onbera den stappen te doen. De eenheidsstaat is een realiteit ge worden. Naar de overtuiging van spr. zal de eenheidsstaat het zelfbeschik kingsrecht tot werkelijkheid moeten maken in zijn eigen belang. Anderzijds moet men het zelfbeschikkingsrecht niet tot een bespotting maken door er geen grenzen aan te stellen. Spr. meent, dat het externe zelfbeschikkingsrecht in Indonesisch verband op dit ogenblik niet discutabel is. Hij concludeert, dat wij moeten vasthouden aan onze gedane beloften, doch dat wij de grenzen van het zelfbeschikkingsrecht niet uit het oog moeten verliezen. Binnen deze grenzen moeten wij actief zijn. T.a.v. Nieuw-Guinea merkt spr. op, dat zekere uitlatingen van hooggeplaat ste Indonesiërs over dit probleem niet in de sfeer van samenwerking passen. Wat Nederland betreft, zegt spr., dat het oordeel van één Nieuw-Guinea- kenner hem meer interesseert dan de demonstratie van „de phalanx van pro fessoren". Spr. zou graag aan de nota over Nieuw-Guinea een nota toegevoegd zien, waarin het standpunt van de re gering tot uiting komt. Volgens spr. kan deze kwestie beter eerst worden besproken in de commissie van Unie zaken en daarna in Unieverband. Bij de exploitatie van N.-Guinea zullen grote offers gevraagd worden van de schatkist van Nederland. De grens, van wat wij in dat opzicht kun nen doen, mogen wij niet uit het oog verliezen. Wij kunnen beter meer aandacht besteden aan de ontwikke ling van Suriname. De Unie moet een kans hebben, al dus spr. Als men via Uniebesprekingen van het vraagstuk van W.-Guinea de Unie kan versterken, dan zal die Unie aan vertrouwen winnen. Spr. hoopt, dat er in de toekomst een eervolle plaats voor de Nederlanders in Indonesië zal zijn. De veiligheid van de Nederlanders is een zaak, die ons zeer na aan het hart ligt. Spr. en zijn fractie zijn van mening, dat de bezetting van het departement in alle opzichten te zwaar is. In de toe komst zal het moeten staan onder een persoon, die in staat is alle problemen te beheersen. Misschien kan een gedeel te van de taak van het departement worden overgedragen aan het departe ment van Algemene Zaken, een ander gedeelte aan Buitenlandse Zaken. Spr. zou gaarne de overtuiging heb ben, dat de opvolger van Dr. Hirschfeld niet tot de formalisten zal behoren. doch een open oog zal hebben voor de werkelijkheid. De dagelijkse leiding van de Stichting culturele samenwerking zal een krach tige moeten zijn. De resultaten van deze samenwerking kunnen nu nog niet dui delijk zichtbaar zijn. Daar is een lange re periode mee gemoeid. Het welvaartsplanvoor Suriname moet met kracht worden aangepakt. In dit land is een belangrijke toekomst voor de Nederlanders. Spr. gelooft aan samenwerking tussen Oost en West en,niet aan een capitula tie van een van beide voor de andere opvatting. Onze houding mag niet be paald worden door ressentimenten. (De vergadering wordt geschorst) punt in het beleid geweest, want het positieve recht kon daardoor onder de voet worden gelopen. Het is het recht van de volksvertegenwoordiging daar over haar teleurstelling uit te spreken. Spr. meent dat wij bezadigd doch krachtig voet bij stuk moeten houden met betrekking tot de ter R.T.C. ge maakte afspraken. De taak van de re gering is moeilijk, maar is zij wel op de goede weg? De Indonesische partner wil zichzelf wel op de goede weg hou den, daar er internationaal teveel voor haar op het spel staat. Nederland kan op dit punt dus wel gerust zijn. Niet gerust eohter kan zij zijn op het punt van de communistische invloed in Indonesië. Spr. is tevreden over de mit- eenzetting van de regering t.a.v. Nieuw- Guinea. Het schijnt spr. minder oppor tuun thans vooruit te lopen op deze kwestie, die binnenkort ter sprake zal komen. Art. 12 van het Uniestatuut heeft slechts dan betekenis indien door de interpretatie van dit artikel de Unie organen werkelijk kracht hebben. Het interparlementaire contact acht spr. zeer aanbevelenswaardig. De heer STUFKENS (Arb.) zegt, dat wij ons niet door defaitisme moeten laten leidén. Iedere Nederlander, die in Indonesië gaat werken, doet dat met instemming van de Indonesische over heid. Wij moeten geen werkkrachten op dringen, maar er ook tegen waken, dat Nederlanders in Indonesië in een onze kere positie geraken. Spr. meent, dat het de regering aan bewogenheid ontbreekt t.a.v. het lot van hen, die door de ontwikkeling in Indonesië in moeilijkheden zijn geraakt. Spr. wijst in dit verband o.m. op de backpay-pensioenen. Spr. vraagt, of de jongere studenten in Indologie of Indisch recht geen administratieve functie van de Neder landse regering kunnen krijgen. De oud-leden van het K.N.I.L. bezitten volgens spr. niet de mentaliteit die ge schikt is voor het goed functionneren van onze militaire missie in Indonesië. Spr. wijt dit voor een goed deel aan gebrekkige voorlichting. (De vergadering wordt geschorst tot 20 uur). (De vergadering wordt heropend om 20 uur). De heer WELTER (Kath. Nat.) zegt, dat wij, als wij de souvereiniteit niet hadden overgedragen, in moeilijkheden waren gekomen. De toestand in Decem ber '49 was inderdaad moeilijk, doch wij waren daarin gekomen door de weife lende en appaiserende politiek van de regering. De aanvaarding van het ac- coord van RoyenRoem was een nood lottige capitulatie. De machten, waar voor wij toen hebben gebogen, zouden zich nu gefeliciteerd hebben, als wij dit niet hadden gedaan. T.a.v. het zelfbeschikkingsrecht zegt spr., dat het beleid van de regering in dit opzicht gefaald heeft. De regering had de parlementaire consequentie hier uit moeten trekken.. Zij deed dit niet en de motie-Oud, die het haar nog eens onder ogen bracht, werd verworpen. Spr. critiseert de motie-Romme en zegt dat prof. Romme zich beter bezig kan houden met andere vraagstukken dan he- Indonesische, zoals b.v. het vraag stuk van de bezitsspreiding. Spr. betoogt, dat de jonge Indonesi sche staat niet- opgewassen zal zijn tegen de stormen van de wereldpolitiek. Nu reist een Amerikaanse missie door het De heer VONK (V.V.D.) zegt dat het feit, dat Nederland zich wel en Indone sië zich niet aan het positieve récht houdt, de kern van het conflict is. Wij moeten ons houden aan het positieve recht en moeten met alle vreedzame middelen Indonesië terugbrengen op het rechte pad. Spr. keurt een politiek van abstinentie af. Hij kan niet ontko men aan de gevoelens, dat de regering te laat tegen de liquidatie der deelsta ten heeft geprotesteerd. Dit is een zwak weet U natuurlijk al weken van te voren wanneer U met vacantie gaat. Als wij U dus vriendelijk verzoe ken ons minstens 5 dagen vóór Uw vertrek met Uw vacantie-adres (onder vermelding van Uw vaste adres) op de hoogte te stellen, Is dat niet te veel gevraagd en kun nen wij er voor zorg dragen, dat ons blad prompt op Uw tijdelijke adres verschijnt. Mogen wij dus op Uw medewer king rekenen? Dank U! Weekabonné's gelieven over de pe riode, dat ze afwezig zijn, het abon nementsgeld vooruit te voldoen aan de bezorger, van wie zij op hun vaste adres de krant ontvangen. DE ADMINISTRATIE C 3> if.:- A Vere Oosten om te zien hoe de landen weerbaar zijn te maken tegen het op dringende communisme. Indonesië, aldus spr., is niet weerbaar. Is de tijd niet meer dan rijp een Paci- ficpact tot stand te brengen met een zelfde karakter als het Noord-Atlantische pact. Als dat niet gebeurt zal de Indi sche archipel communistisch worden zonder dat de Amerikaanse dollars daar iets aan kunnen doen. Omtrent Ambon zegt spr., dat hij de afzijdige houding van de Nederlandse regering weinig gelukkig acht. Het was het goed recht van O.-Indonesië geweest om zich met de wapens te verzetten en wij hadden op grond van de Rond Tafelconferentie steun moeten verlenen. Het is voor Nederland plicht om het gezag te erkennen, dat de facta over de Z.-Molukken gevestigd is. Spr. heeft met droefenis kennis genomen van het feit, dat onze marine steun verleent door de R.I.S. gelegenheid te geven strijdkrachten vrij te, maken. Spr. hoopt, dat de regering hier een einde aan zal maken en dat de rege ring de R.I.S. attent zal maken op de onmenselijke methoden, bij de blok kade toegepast. Spr hoopt, dat men diegenen die ge troffen zijn door de ontwikkeling in Indonesië, zo ruim mogelijk zal helpen, Spr. vraagt of het niet mogelijk ge weest zou zijn een deel van de stroom emigre's af te leiden naar Nieuw-Guinea. Spr. erkent de grote taak van de Stich ting Culturele Samenwerking. Waarom echter gaat deze stichting niet van een zuiver Nederlands, doch een algemeen Westers standpunt uit. De bevordering van de Engels-Amerikaanse cultuur kunnen wij beter aan de Engelsen en Amerikanen overlaten. De heer GERBRANDY (A.R.) vraagt welke honoraria en pensioenrechten zijn toegekend aan de heren Beel, Lovink, Hirschfeld bn Lamping Spr. vraagt hoe het bericht over het zenden van Nederlandse soldaten naar Korea in de wereld komt? Welke soldaten zijn hiermee bedoeld? Spr. zou graag concrete antwoorden hebben op alles, wat hij vraagt. Hoe is de toestand geworden in Indonesië wat veiligheid en recht betreft en hygiëne en de bodem, die op Java in grote mate aan erosie onderhevig is? Het is een chaoi aldus spr., en het wordt nog elke dag erger. Wij moeten ons wel afvragen, wie voor deze chaos a mede verantwoordelijk is. Ambon is de fakkel der vrijheid, die ont stoken is. Spr. zegt, dat men standvastig moet zijn. Als de Uniepartner het recht en de waarheid niet kan verdragen, kun nen wij er beter een eind aan maken. Het zelfbeschikkingsrecht wordt vertrapt door het opportunisme van dt regering. Met deze politiek houden wij ook Nieuw-Gui nea niet over. De ministers zijn verantwoordelijk voor de verschrikkelijke toestanden in Indone sië. Spr. concludeert, dat het tijd wordt dat dit kabinet, politiek gesproten, van de aardbodem verdwijnt. Ds.' ZANDT (St. Ier.) zegt, dat alle hooggespannen verwachtingen binnen kor te tijd de bodem ingeslagen zijn. Van har telijke samenwerking in de Unie blijkt niets. Nog nooit heeft de Indonesische re gering een overeenkomst nageleefd. Hoe veel moorden en arrestaties hebben in In donesië na de souvereiniteitsoverdracht plaats gehad? In plaats van rust, orde en veiligheid heerst er nog steeds terreur in Indonesië. Spr. dringt er op aan, dat de ontwa pende Nederlandse militairen ten spoe digste naar Nederland terugkeren. Spreker hoopt, dat de regering geen dezer soldaten naar Korea zal zenden. Er is in Indonesië genoeg bloed gevloeid. Bovendien zullen wij onze troepen in Amerikaanse soldaten in Zuid- Korea zorgen voor een eenvoudig houten kruis op de graven van hun wapenbroeders, die in de strijd tegen het communisme gevallen zijn. eigen land nodig hebben. En waarom vra gen de Amerikanen geen troepen aan In donesië. Spr. zegt dat de motieOud als mosterd na de maaltijd is gekomen. Ambon heeft alle recht om zelfstandig te leven. Wat doen de V. Naties tegen het optreden tegen Ambon? De UNO is een organisatie, waar slechts de grote mogend heden belang bij hebben. Spr. noemt de aanval op Ambon een Hitleriaans misdrijf. Een krachtig optre den van de regering ware zeer gewenst. De heer HAKEN (comm.) vraagt, wat het juiste aantal soldaten is, dat nog in Indonesië aanwezig is. Hoe komt het, dat er schepen uit Indonesië vertrekken, die niet volledig bezet zijn. Spr. dringt er op aan, dat de regering de repatriëring van de troepen zal bespoedigen. De politiek van deze regering is op een mislukking uitgelopen. Niet alleen het Ne derlandse, ook het Indonesische volk heeft talloze offers moeten brengen dank zij de ze politiek. Men denke slechts aan Celebes. Waarom is het rapport hierover nooit gepu bliceerd? Spr. vraagt de regering of zu van plan is er voor te zorgen, dat Wes terling zijn straf niet ontloopt. Spr. betoogt, dat de Amerikanen Indo nesië leegplunderen en dat zij de Indone sische troepen willen gebruiken tegen de vrijheidsstrijd van de Aziatische volkeren. Het is begrijpelijk dat de oppositie van het Indonesische volk tegen Hatta en Soe- karno gaat toenemen. Dit is verheugend, aldus spr. De Indonesische arbeidersmas sa is zich bewust, hoe zij de strijd moet voeren. De missie van de Kamerleden Suurhoff en Goedhart e.a. heeft geen en kele invloed gehad op deze massa. Indien het volk van Ambon vrijheid wil hebben, aldus spr., dan ligt de oplossing niet bij het koloniale grootkapitaal, maar dan moet Ambon deelnemen aan de strijd van het gehele Indonesische volk voor de vrijheid. De dappere strijd van het Noord- Koreaanse volk is een voorbeeld, hoe men deze vrijheid kap verkrijgen. De heer OUD (V.V.D.) betreurt de mat heid van het debat. Spr. herinnert aan de houding van de V.V.D. bij het aftreden van minister Sassen, met wiens politiek van abandonnering hij bet niet eens kon zijn- Spr legt er de nadruk op, dat zijn motie van 25 Mei niet tegen de persoon van de minister was gericht, doch tegen zijn be leid. Die bezwaren stamden niet uit de laatste tijd. Reeds aan de vooravond van de R.T.C. had de V.V.D.. geen grenzen- loos vertrouwen in de minister. Spreker zegt, dat hij en zijn politieke vrienden bij de behandeling van de wet op de Souvereiniteitsoverdracht "oor een di lemma stonden. Spreker betreurt de keuze niet, maar wijst erop dat hij de Ronde Tafel-overeenkomst beschouwde als het uiterste, dat was bereikt. Ook de minister stond op dat standpunt, doch desondanks is de minister weer afge zakt. Dat was de kern van het debat op 25 Mei. Spreker wenste, dat de re gering alles zou doen, waartoe zij ge bonden was, ook al zou dat wellicht geen resultaat hebben. Dit was de be doeling van de motie-Oud. Spreker be grijpt niet, waarom de minister geen bezwaren had tegen de motie-Romme. Spreker is van mening, dat de gebeurte nissen op Ambon niet revolutionnair doch anti-revolutionnair zijn. De rege ring heeft zelf erkend, dat er illegaal opgetreden is tegen de deelstaat. Als verzet tegen onderdrukking is een re volutionnaire beweging geoorloofd. Het is een gevaarlijk recht, maar daarom rust op iedereen, die de democratie liet heeft, de plicht te voorkomen, dat van een dergelijk recht gebruik wordt ge maakt. Dit heeft de regering niet gedaan De periode van schemerlichte zomer nachten duurt nog 'steeds voort. Voor de sterrenvriend die gaarne zijn astrono mische waarnemingen wil hervatten, betekent dit natuurlijk een lelijke han dicap. Immers, de sterrenbeelden gaan verloren in het ijle nachtelijke sche- merschijnsel, dat als een wazige sluier over de sterrenhemel ligt gespreid. We zullen dus moeten zoeken naar andere waarnemingsobjecten. Welnu, die zijn er, ook in de maand Juli, n.l. de maan etj de planeet Mars. De maan en Mars zijn namelijk op 21 Juli m conjunctie, d.w.z. ze staan dan beide op dezelfde grote cirkel die door de noordpool des hemels gaat. Practisch komt dit hierop neer, dat wij op ge noemde datum de maan en Mars in eikaars onmiddellijke nabijheid zien. Zulk een samenstand of conjunctie is altijd weer interessant en bovendien Uitermate leerzaam voor hen die zich rekenschap willen geven van de rijk gevarieerde verschijnselen en gebeur tenissen op het toneel van de. dieren riem. Laten we eerst eens nagaan hoe het komt dat de maan en Mars op 21 Juli zo dicht bij elkaar staan. Zoals bekend loopt Mars, evenals de andere planeten, in oostelijke richting doör de dieren riem In twee jaar tijds loopt hij de hele dierenriem ruim éénmaal rond. Daar zit dus een behqorlijke gang in. De maan doet het echter nog veel en veel vlugger: zij volbrengt dit kunst stuk in de recordtijd van 291/3 dag, dus binnen een maand. De maan is dus wel een zeer snelle lopej. Wanneer men de maan gedurende enkele achtereen volgende avonden regelmatig in het oog houdt, kan men zich daarvan gemak-, kelijk overtuigen. Per uur legt zij in oostelijke richting een afstand af gelijk aan haar eigen middellijn, d.i. ruim graad. Per etmaal vórdert zij onge veer 13 graden, iets minder dan twee vuistbreedten. Reeds in de loop van enkele uren schuift de maan dus een behoorlijk eind naar het oosten naar links op. Maar, zal misschien iemand zeggen, ik zie toch de maan duidelijk naar het wésten lopen. Inderdaad, de maan loopt, evenals de zon en de sterren, van het oosten naar het westen. Dit is echter de dagelijkse schijnbare beweging van de maan. Haar oost- waartse werkelijke beweging heeft plaats ten opzichte van de s te r- ren. De maan voert dus feitelijk twee bewegingen uit: een schijnbare naar het wésten, en een werkelijke naar het oosten. Men zal goed doen deze beide bewegingen scherp te onderscheiden. En wie scherp onderscheidt, is een- goed waarnemer Mars beweegt zich thans vrij snel naar het oosten. De maan loopt echter wel 24 maal zo snel. Het gevolg is na tuurlijk dat de maan de planeet Mars periodiek voorbij loopt en weer inhaalt. Welnu, het laatste vindt plaats op 21 Juli a.s. Op 15 Juli was he.t nieuwe maan; van de maan was toen vanzelf sprekend niets te zien. Zij verwijdert zich echter elke dag ongeveer 12 gra den van de zon, in oostelijke richting. De eerste, smalle maansikkel wordt dan ook al spoedig na 15 Juli zichtbaar Die mooie, blinkende maansikkel wordt gaandeweg breder, zoals men zelf kan constateren ipdien men maar geregeld op de vorm van de wassende maan let. Intussen haalt de maan Mars hoe lan ger hoe meer in Het is een wedloop tussen die twee, maar een zeer onge lijke wedloop. De. maan wint natuur lijk. glansrijk. Op 21 Juli om 18 uur 43 min. precies is het pleit beslist. Op dat tijdstip staan de maan en Mars name lijk op dezelfde declinatie-cirkel, d.i. een grote cirkel, die door de beide hemelpolen gaat. Dat is, strikt geno men, de eigenlijke conjunctie. Maar op het aangegeven tijdstip is de maan wél zichtbaar, Mars daarente gen nog niet Mars houdt zich nog schuil in de stralen van de zon. En de zon gaat op 21 Juli pas om 20 uur 48 min. onder. Dus zullen we nog zeker een paar uur moeten wachten voordat Mars in de avondschemering zichtbaar wordt. Dat is echter geen bezwaar; een rasechte amateur kan wachten, desnoods uren lang. Ons geduld wordt op de avond van 21 Juli niet lang op de proef ge steld. Reeds kort na zonsondergang kan men met een behoorlijke kans op suc ces proberen Mars in de avondscheme ring te vinden. De planeet staat onge veer 2 graden een vingerbreedte ten noorden van de maan. De maan is dan bijna in het eerste kwartier. Een „halve" maan prijkt dus op 21 Juli aan de westelijke avondhemel, met de bolle zijde naar de. zon gekeerd En „boven" deze blinkende halve maan staat de rossige planeet Mars zie de tekening. Een schitterend tweetal dat zich prach tig aftekent tegen het bleke scheme- ringsblauw van de avondhemel. De maan en Mars staan op 21 Juli laag boven de westelijke horizon. Dit is een gevolg van het feit dat de ecliptica (zonsweg) in Juli op het tijdstip van zonsondergang slechts een kleine hoek met de westelijke gezichtseinden- maakt. Mars en de maan bevinden zich tij dens de conjunctie rechts van de hel dere blauwe ster Spica van de Maagd. Deze schone ster is bij gunstige weers gesteldheid nog wel te onderscheiden, links van de maan. Zo vangt dus de waarnemer die zich op de avond van 21 Juli de moeite geeft op het tweetal maan-en-Mars te letten, zelfs drie vlie gen in één klap. En daarmee mag een sterrenvriend in het hartje van de zo mer toch zeker wel tevreden zijn. (Van onze parlementaire redacteur a.i.) Er was nogal wat politie-versterking gistermiddag op het Binnenhof, maar tot enig incident rond het debat over Korea, dat in de Eerste Kamer plaats vond, is het niet gekomen. De gedachtenwisseling zelf had ook niet bepaald een gepassionneerd karak ter, al zijn er natuurlijk wel van com munistische zijde de nodige boze woorden gespuid. Pater Beaufort noemde de actie van Noord-Korea eèn „test-case"; het is van communistische kant een aftasten, een onderzoeken, hoe ver men kan gaan; zou er geen tegenstand worden geboden, dan is het moeilijk in te zien, waarom niet morgen Iran, Turkije, Griekenland of West-Europa aan de beurt zou zijn. Ook de communistische wereld weet nu, dat het uit is met de „appeasemenf'-politiek: de oude Hitler-methode heeft afgedaan en de vastberadenheid, die getoond is, is een zeker lichtpunt in het donker van onfce verontwaardiging. Nederland is, aldus pater Beaufort, ge bonden en ook meer dan moreel gebon den de beslissing van de Veiligheidsraad mede ten uitvoer te leggen, een beslis sing, waarvan spr. nog eens aantoonde, dat zij rechtskracht bezit. Wie onrecht niet afweert, staat even schuldig als de onrechtpleger zelf, zo luidde het slot van deze redevoering. Niet ingrijpen betekent de weg kiezen naar een zekere ondergang; met een rustig geweten kunnen wij deze verant woordelijkheid aanvaarden. Gods voor zienigheid leidt deze wereld. In zijn rede van ongeveer een uur heeft de heer Fred. Schoonenberg (C.P.N.) uitvoerig gelamenteerd over wantoestanden in Zuid-Korea, waar over ook de N.V.V.-er Kupers in een rapport voor het Wereldvakverbond het zijne heeft gezegd. Mr. Van Heuven Goedhart (P.v.d.A.) is de communis tische spreker echter een slag vóór ge weest: hij wees er op, dat een beroep op verkeerde toestanden in een na buurland gelijk ook Hitier en Mussolini dat deden nimmer een rechtvaardiging kan zijn voor agressie. Het was een verblinde wereld, die destijds München dit verraad aan de roeping der mensheid toejuichte; mr. Van Heuven Goedhart stelde zich evenals pater Beaufort achter de be slissing van Veiligheidsraad en rege ring; w(j moeten bereid zijn vandaag ons aandeel te leveren en dat dit niet mee zou spelen, omdat wij geen Paci- fic-macht meer zijn, achtte hij volko men irrelevant. Had men derhalve tot dusver onvoor waardelijke instemming beluisterd, met prof. Molenaar (V.V.D.) kwam men meer in de omgeving van de heer Weiter terecht, althans, waar hij zeide, dat men met de Veiligheidsraad op moet passen: die heeft immers niet altijd in ons voor deel gewerkt. Wel was de liberale spre ker verheugd over het ingrijpen op Ko rea, doch de regering had zich bij de deelname aan een collectieve actie meer rekenschap pioeten geven'van de mate van steun, Welke door andere landen wordt geboden. Een soortgelijke afwachtende houding zou ook de heer Kolff (C.H.) geprefe reerd hebben. Waarom moet Nederland nu juist behoren tot die zeven van de 59 landen, die besloten hebben tot mili taire hulp. België en Noorwegen b.v. Advertentie korte metten! Gebruik en daarom is zij verantwoordelijk voor hetgeen op Ambon geschiedt. Daarom heeft spreker nog steeds vertrouwens bezwaren tegen het beleid van de mi nister. Richtte de motie van 25 Mei zich tegen de minister of tegen het gehele Kabinet? Naar de mening van spreker is het Kabinet collectief verantwoor delijk voor iedere daad van iedere minister. Ook de minister van Bui tenlandse Zaken. Wanneer men dit beginsel zou prijsgeven, zou de een heid van het regeringsbeleid niet meer bestaan. Spreker betoogt voorts, dat het aan de Kamer is om uit te spreken, welke bewindsman zij in een bepaald geval voor het beleid verant woordelijk wil stellen. In dit geval was minister Van Maarseveen* de cen trale figuur en daarom werd alleen zijn naam in de motie genoemd. Spreker heeft grote sympathie voor het Kabinet, doch grotere sympathie voor het nakomen van beloften, en daarom heeft het stellen van de Ka binetskwestie hem niet tot het in trekken van de motie kunnen brengen De houding van spreker en zijn frac tie ten opzichte van de minister van Overzeese Rijksdelen is sedert de 25ste Mei niet gewijzigd. Spreker zal echter met opnieuw een uitspraak van de Ka mer uitlokken. De heer Hoogcarspel (C.P.N.) vraagt wie en wat er in Indonesië door de communisten worden bedreigd. De heer Van Maarseveen: de bevol king. De heer Hoogcarspel: niet de bevol king, maar de koloniale uitbuiters Spreker vreest dat er pogingen worden gedaan om de Indonesische bevolking te verwestersen. Hij betreurt voorts, dat er nog geen oplossing is gevonden voor de studenten in het Indisch Recht. Ook vraagt hij de opvanggelegenheid voor gerepatrieerden uit te breiden. De heer Romme (K.V.P.) verklaart het met enkele stellingen van de heer Oud in het geheel niet eens te kunnen zijn, Naar z(jn mening kan men niet volhou den dat alle ministers voor de daden van iedere minister individueel verant woordelijk zijn. Anders zou de verant woordelijkheid van het Kabinet ver vagen. Naar sprekers mening is iedere minister voor zijn eigen daden verant woordelijk. of verantwoordelijk te ach ten. Spreker zet uiteen, dat het bij de motie-Oud ging om de uitvoering van een wet, namelijk de wet op de Souve reiniteitsoverdracht, die door alle leden van het Kabinet gecontrasigneerd is. Het gaat dus naar zijn mening niet aan er willekeurig één lid van het Kabinet uit te kiezen om dit met de uitsluitende verantwoordelijkheid te belasten. De heer Van Maarseveen, minister van Uniezaken en Overzeese Rijksde len, verzoekt aan de voorzitter verlof om morgen zijn rede aan te vangen. De vergadering wordt 23.40 uur ver daagd. zenden geneesmiddelen en voedsel waarom moet Nederland het nu anders doen, verzuchtte de christelijk-histori- sche senator. De twee redevoeringen te zamen waren werkelijk treffende staal tjes van kat-uit-de-boom-kijkerij, welke dan zeker voor „zelfstandigheldspolitiek in moderne zin" moet doorgaan. Tenslotte kwam de heer Schoonenberg aan bod de anti-revolutionnairen heb ben niet aan het debat deelgenomen die uiteraard tamboereerde op de Noord- Koreaanse successen, maar daartussen door even zo vrolijk fulminaties tegen de Amerikaanse agressie-voorbereidin gen weggaf. Minister-president Drees,-die zijn sar casme tegenover de communisten niet pleegt te verbergen, antwoordde: ik zou wel buitengewoon het verstand van Ka mer en volk onderschatten als ik in ging op deze brutale rede. Hij wees er op, dat successen in de aanvang in de le Wereldoorlog tot aan de slag aan tfi Marne, in 1939 en '40 bij de Blitzkrieg van de Duitsers en ook de Duitse veld tocht in Rusland nog niet het uitein delijk resultaat bepalen en stelde, dat als de toestanden in Zuid-Korea niet zijn, zoals bet behoort, ze toch nog altijd beter zijn dan in de volksdemocratische landen. Wat de bedenkingen van de heren Molenaar en Kolff aangaat: men was het toch wel in principe eens over collec tieve hulpverlening; wanneer men nu in de practijk langzaam aan gaat doen en wacht op elkander, komt dit beginsel in fevaar. Het ter beschikking stellen van én torpedojager is toch al wel het min ste, dat Nederland kon doen. De com mandant van de ..Evertsen" heeft uit drukkelijk opdracht zich te beperken tot een actie voor Korea, derhalve niet voor Formosa. Aan het slot van de vergadering zijn de communisten nog met een motie ge komen om het Koreaanse conflict op vreedzame wijze te regelen, geen strijd krachten uit te zenden en zich niet meer in de zaak te mengen. Met 32 tegen 2 stemmen heeft de Kamer deze motie verworpen. Een woordvoerder van het hoofd kwartier van het Amerikaanse leger in Washington heeft gisteren verklaard, dat generaal MacArthur thans over on- dubbelzinnigeTnlichtingen beschikt, dat de Noord-Koreanen Russische militaire adviseurs hebben. De woordvoerder zeide, dat, volgens deze inlichtingen, 10 tot 20 Russische ad viseurs bij een zekere Noord-Koreaanse eenheid zijn. De woordvoerder weiger de iets naders over die eenheid bekend te maken. Verleden week heeft United Press gemeld, dat er 15 Russische kolonels bij elke Nöord-Koreaanse divisie zijn. Op de vraag of de Russen inderdaad adviseurs en geen deelnemers aan de strijd waren, zei de woordvoerder: „Voor zover wij weten wel". Op de vraag, hoe het leger van de aanwezigheid van de Russen heeft ver nomen en of er wellicht Russen gevan gen genomen zijn, wilde de woordvoer der geen commentaar te geven. Hij zei niet te weten of de Russen in uniform waren. Hij weigerder verder enige aanwij zing te geven van de grootte van de eenheid, waaraan de adviseurs zijn toe gevoegd en merkte op, dat de verslag gevers moesten inzien, dat het zaak i» zeer voorzichtig te zijn met hetgeen men zegt De Ver. Staten hebben, behalve de Amerikaanse strijdkrachten, ook mili taire adviseurs in Zuid-Korea. Heden is met het K.L.M.-lijntoestel uit Paramaribo op Schiphol aangekomen de heer Jaggemath Lachmon, fractie voorzitter. der Hindoestaanse partij Su riname. De heer Lachmon, die ongeveer twee maanden geleden in een zitting der Staten van Suriname, toen de in terpellatie-Van Ommeren inzake het beleid .van minister Lichtveld werd be handeld, een instorting heeft gekregen, moest sedertdien in een ziekenhuis te Paramaribo worden verpleegd. Hij begaf zich van het vliegveld on middellijk naar het Wilhelminagasthuis te Amsterdam, waar hij voor verder onderzoek is opgenomen. ABBEDIJK 18 te New York, AGA MEMNON 18 v Maracaïbo n. N. York, ALBIREO p. 18 Wight n. Rott., ALBLAS- SERDIJK 18 te Rott, v. Hamburg, AL- CHIBA 18 bij Bahia. At-DEGONDA 18 v. Pladju n. Bangkok, ALGENIB p 18 Oues- sant, ALNATI 18 v. Rio Grande n. San tos, ALPHERAT 18 bij Walvisbaai. AM- STELKERK 18 v. Le Havre, AMSTEL- STAD 18 bij Scilly eü„ ARKELDIJK IS te Antwerpen v. Londen, ARMILLA 18 te Harphong, ASTURIAS p. 18 Gibraltar, BACCHUS 18 bij Bermuda, BANDJERMA- SIN 18 te Pontianak, BARENDRECHT 18 bij Santos n. Curacao, BAUD 18 v Singa pore n. Muntok, BENNEKOM 18 v. Ant werpen. BEVERWIJK p. 18 K Degata. BONAIRE 18 v. Plymouth, BREDA 16 bij Finisterre, CALTEX THE HAGUE 19 te Ras Tanura v. Rott., CALTEX UTRECHT 18 bij P. Said n. Ras Tanura. CALTEX PERNIS 18 v. Suez, CAMPHUYS 18 v Buleling n, Singapore, CONGOSTROOM 18 v. Konakry te Freetown, DELFSHA- VEN 19 te Rotterdam, DAMERDIJK 19 te Baltimore, EDAM 18 bij K. Race, EEM- LAND p. 17 Fern. Noronha, ENA 19 te Koweit, ESSO AMSTERDAM 18 bij Flo- res, ESSO DEN HAAG n. 19 Lizard 30 te H. v. Holland, GEMMA* p. 18 Wight, HAARLEM 18 bij Ouessant, HECUBA 18 bij Fayal, HERSILHA 19 te Madeira, IN- DRAPOERA 18 v. Aden n. Suez, JA GERSFONTEIN 18 bij St. Helena. JAPARA 18 v. Makassar n. Menado, JOBSHAVEN 18 bij Freetown, JOHAN v. OLDENBAR- NEVELT 18 v. Surabaja, JUPITER 18 te Lissabon, KELBERGEN p. 18 Gibraltar, LARENBERG p. 18 K. St. Vineent. LEER- SUM 18 bij K. St. Vincent, LEKKER- KERK 18 v. Colombo, LEUVEKERK 18 V. P. Sudan, MANOERAN 19 te Colombo, MATARAM p. 19 Guardefui n. Djeddah, MUÏDERKERK 16 te Cochin, MIJDRECHT 18 bij K. Vincent, OMALA p. 19 Gibral tar, ONDINA p. 18 Gibraltar. OSSEN- DRECHT 19 te Middlesbrough v. Bona, PRINS ALEXANDER 18 bij Quebec, PR. MAURITS 19 bij K. Race, PRINS WIL LEM n p. 18 Beachy Head, PYGMALION 18 bi] San Salvador, RAKI 19 v. B. Pappan te Surabaja, RONDO 18 bij Fi nisterre, ROTTI p. 18 Malta, RIJNKERK 19 te Suez, SCHIE 18 v. Puerto Cabello, STAD ALKMAAR 78 te Lulea, STAD ARNHEM 17 v. Sfax n. Gibraltar, STOD DORDRECHT p. 18 Gibraltar. STAD HAARLEM p. 18 Gibraltar, TIBA p. 18 Frio, TITUS 18 v. Bremen n. Hamburg, VAN 'T HOFF 18 bij Finisterre, VEEN- DAM 18 bij K. Race, VOLENDAM 18 bij K. Race, WATERLAND 19 te Bahia. WIL LEM RUYS p. 18 Pantellaria. ZUIDER KRUIS 18 v. Semarang te Menado, ZIJ PENBERG P- 18 Dungeness.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1950 | | pagina 5