RIJKSMIDDELEN IN JUNI
l
Itii hei Dcijjb&ek Van
ElAAk
m
ASPR0
NIEUW ROOD
j 7-uisen neus ea Hippee
f
O Shampodor
PRINS BERNHARD TREKT IN RODE JEEP
DOOR KAMP TE OMMEN
II DE STEM
VAN DE DODE
ZWÜKTKOP Ij
Salarissen onderwijzers
Reeds 85.000 militairen
gerepatrieerd
Garantiewet-commissie
geïnstalleerd
m m
EEN GOEDE UITRUSTING
Overpeinzingen
Midden in ongedwongen kampleven
fyanduroriden
Vervoer van pluimvee weer
toegestaan in Gelderland
Ontvangsten bieraccijns sterk gestegen
Oponthoud te Roosendaal
belangrijk korter
van Snorrebor f
ten «eW"a f,
Uw haai*
VRIJDAG 4 AUGUSTUS 1950
PAGINA 3
Regering accoord met
commissie-W esselings
Achthonderd deelnemers
aan „Pax Romana"-congres
ZWIT5AL LevertraanzolJ
Zeer gewichtige en
delicate taak
PRINSES WILHELMINA'S
PAASBOODSCHAP
In de V.S. uitgegeven
a
Prior van Albertinum
herkozen
Volkshogeschool week
Draken'burgh
rfjpDeze band waarbonjtae
f 4.05 per liter fles. f 2.10 perliter fles
door
MAX MURRAY
(Wordt vervolgd)
Het neusje van de zalm
Wild-West
Metamorphose
(Van onze redacteur)
tn een vuurrode jeep van de Bosbrandweer heeft Prins Bernhard, Koninklijk
Commissaris van de Nederlandse Padvinders, gistermiddag de kampementen
Van het nationale kamp in Ommen onverwachts met zijn koninklijke belangstelling
overvallen. Weliswaar was dit bezoek tevoren aangekondigd, mo.ar voor de jon
gens was angstvallig geheim gehouden, welke subkampen de Prins zou komen
zien, want de Koninklijke Commissaris wilde zich op de hoogte stellen van het
ongedwongen kampleven. En zo kon het gebeuren dat een vaandrig uit Zutphen,
die met zijn jongens een opwindend spel deed, plotseling onthutst in de houding
sprong, toen hij Prins Bernhard voor zich zag. De goede man was geheel verbou
wereerd. Zijn das hing achterstevoren om zijn hals en zijn shirt stond open. En
daarom ook kon een watervlug verkennertje, dat door de Prins werd aangeroepen,
zonder omhalen terugschreeuwen: „Ik ben Rotterdammer, Mijnheer!"
Prins Bernhard, die een lichtgrijs pak
droeg, werd in de padvindersboerderij
»>Ada's Hoeve" verwelkomd door de
Nationale Padvindersraad. Te voet be
gaf hij zich naar de marktplaats, „De
Brink", waar hij de verschillende stands
bezichtigde. Dan is hij in de rode jeep
Van de Bosbrandweer gestapt. Hij zat
daarin op soldatenmanier met het rech
terbeen buiten boord en de voet op het
spatbord en in snelle vaart reed het rode
Wagentje, achterin de beide hoofdcom
missarissen, over bospaden en door op
spattende modder
In Ommen bemerkte vrijwel niemand
De besprekingen in de commissie-Wesse-
«ngs tot herziening van de onderwijzers
salarissen hebben geleid tot een eenstem
mig advies, dat op 22 Juni 1950 aan de re
gering is uitgebracht De regering heeft
zich thans met dit advies verenigd. Het re
sultaat der besprekingen komt hierop neer,
dat gerekend van 1 Januari 1948 de z g.
ontknikking volledig zal worden toegekend
aan:
a: De hoofden en onderwijzers, die in het
bezit zijn van de bevoegdheid tot het geven
Van lager onderwijs in ten minste een der
vakken Franse taal, Duitse taal, Engetee
taal, wiskunde, handelskennis, lichamelijke
oefening (akte S), landbouwkunde, tuin
bouwkunde, vrouwelijke handwerken of
huishoudkunde, alsmede aan hen, die in
bet bezit zijn van een middelbare akte pae-
öagogiek, Nederlands, aardrijkskunde of
geschiedenis.
b. De hoofden en onderwijzers, die, hoe
pel niet in het bezit van tenminste een der
onder a. genoemde bevoegdheden, op 1 Jan.
1948 de leeftijd van 50 jaar hebben bereikt.
Voor de hoofden en onderwijzers, die
biet voldoen aan de onder a. en b. ge
noemde voorwaarden, blijft de tegenwoor
dige salarisregeling gelden.
Ten aanzien van de akte handenarbeid
beeft de commissie-Wesselings geen voor
stel aan de regering kunnen doen. Te
zijner tijd zal deze aangelegenheid een punt
van nadere overweging uitmaken.
Van Mei 1949 tot heden zijn in zestig
afvaarten rond 85.000 militairen van In
donesië naar Nederland verscheept. Het
's mogelijk geweest de afvoer van ge-
toiddeld 6000 militairen per maand over
April en Mei op te voeren tot zelfs 11.000
*h 12.000 per maand.
Dit deelt de minister van Oorlog o.a.
Jpede naar aanleiding van vragen van
het Tweede Kamerlid Meijerink (AR)
over de onderbezetting van vier
troepenschepen. jyien heeft in Indo
nesië geen kans gezien na deze zeer gro-
afvoer een zodanig aantal militairen
2o tijdig door de afscheeporganisatie te
loten behandelen, dat ook de bedoelde
vier schepen vol bezet konden vertrek
ken. Al blijft het onbevredigend, dat
deze schepen dus vele plaatsen over
hadden, toch hebben ze te zamen nog
2000 militairen kunnen thuisbrengen. De
schepen, die gevolgd zijn na vorenbe
doeld viertal, zijn weer vol bezet ver
trokken.
Voor het 21ste „Pax Romana"-congres,
dat van 19 tot 27 Augustus in het Indisch
Instituut te Amsterdam wordt gehouden,
hebben zich tot nu toe ongeveer 800
deelnemers uit 27 verschillende landen
Aangemeld. Behalve de Europese landen
hebben ook Chili, Peru, de Libanon, de
S„ Indonesië, Mexico, Japan, Nieuw-
Zeeland, Cuba, Australië, Zuid-Afrika
6h Canada delegaties afgevaardigd.
de Koninklijke gast in zijn zonderling
voertuig, maar vacantiegangers in de
bossen sprongen haastig op van hun
picnic en brachten de Prins een groet.
In het kamp van de Deense deel-
- nemers in de Buurtschap Junne,
onderhield Prins Bernhard zich in
het Engels met de jongens. Hij ver
klaarde dat hij het nationaal kamp
beslist aardiger vond dan een jam
boree. Op een dierenhuid plaatste
hij zijn handtekening. Maar hij had
geen tijd om in de stoel, die de De
nen speciaal voor hem gemaakt
hadden, plaats te nemen. Een Zut-
phense troep overviel hij daarna
midden in een spel, maar toen hij
bij de Zweden kwam vond hij dezen
op een rij opgesteld en ze hadden
bijna allemaal klompen aan.
„Zitten ze prettig?" vroeg de Prins.
De Zweden vonden de wooden shoes
wel wat hard aan hun voeten. Toen is
Zijne Koninklijke Hoogheid naar de
twee deelnemende Finnen gegaan. Geen
woord werd gewisseld. Er werd alleen
geknikt. Een vaandrig wierp zichzelf
toen op als „gebarentolk". In het sub
kamp „Zeesse" trof de Prins 54 Bel
gische verkenners, jonge mijnwerkers
uit het Belgische kolenbekken. Zij wa
ren voor het eerst in het buitenland.
„Nederland is voor de Belgen toch geen
buitenland?", vroeg de Prins toen. In
het kamp „De Kluis" vond de Prins een
andere Belgische troep. Op een van de
tenten hing de Belgische vlag halfstok.
Op zijn vraag wie of de rouw wel gold,
kreeg hij ten antwoord: „Voor de Ko
ning, Hoogheid".
Ook heeft de Prins de Schotten be
zocht. De doedelzakband speelde hier en
de Prins onderhield zich ongedwongen
met de jongens. In zijn jeep snelde Zij
ne Koninklijke Hoogheid rond. Hij be
zocht verschillende Nederlandse troepen.
In het hospitaal gaf hij een jichtige
broeder raadgevingen, geput uit eigen
ervaring met de jicht. Hij vertelde over
zijn oudste dochter, Prinses Beatrix, die
kort geleden cip kamp is geweest en
daar voor het eerst zeilen leerde. Hij
dankte de voortrekkers van het werk
kamp voor alles wat zij voor de ver
kenners hebben gedaan.
En even snel als hij gekomen is, is
hij weer verdwenen, voordat de stad
Ommen gelegenheid heeft gehad zich te
realiseren wie daar door hun straten
reed in een klein, vuurrood wagentje.
Prins Bernhard heeft een bezoek ge
bracht aan het Nationale kamp van pad
vinders en verkenners in Ommen. De
Prins in de jeep van de Bosbrandweer.
Advertentie
genezen snet met
(J moei hei in huis hebben
Donderdag heeft de minister voor
Uniezaken en Overzeese Rijksdelen a.i„
de heer L. Götzen, ten departemente de
Garantiewet-commissie geïnstalleerd.
Deze commissie bestaat uit: mr. J. A.
Jonkman (voorzitter), mr. Th. M. J. de
Graaf (tweede voorzitter), W. H. Licht
veld? dr. M. Brouwer (leden), J. W.
Vermeulen, en H. J. W. A. Meyerink
(plv. leden).
De minister wees er in een rede op,
dat het mogelijk is, dat men na verloop
van tijd tot de conclusie komt, dat het
èn in het belang van de betrokkenen èn
in het belang van de V.S.I. èn in dat
van Nederland beter zou zijn het stel
sel van de Garantiewet te verhangen
door het openen van de mogelijkheid
van afvloeiing op basis van algehele
vrijwilligheid. Daartoe zouden dan
waarschijnlijk besprekingen tussen de
beide regeringen nodig blijken, waar
bij niet slechts de positie van de af
vloeiing van de aanwezige ambtenaren
aan de orde zou dienen te worden ge
steld, maar ook die van eventueel nieuw
in dienst tredende ambtenaren van Ne
derlandse nationaliteit en de voorwaar
den* voor zulke indiensttreding.
Minister Götzen noemde de taak van
de commissie een zeer gewichtige en
een zeer delicate. In elk geval afzon
derlijk zullen de persoonlijke belangen
van de betrokkenen nauwgezet dienen te
worden afgewogen, zowel tegenover de
belangen van de V.S.I., als tegenover
die van het Rijk.
Naast het nemen van velerlei beslis
singen zal de commissie optreden als
adviesinstantie voor de minister voor
Uniezaken en Overzeese Rijksdelen.
De inspecteur van de vee-artsenijkun
dige dienst in Gelderland heeft bekend
gemaakt dat in de provincie Gelderland
vervoer van hanen en hennen weer toe
gestaan zal worden. Voor elk geval moet
echter toestemming gevraagd worden
aan de vee-artsenijkundige dienst.
Voorts mogen in Barneveld honden en
katten weer loslopen.
Sinds Zaterdag 22 Juli is in de ge
meente Barneveld geen geval van pseu-
do-vogelpest meer geconstateerd.
Onder de titel „Christ, the great un
known" Is Prinses Wilhelmina's Paas-
boodschap „De Grote Onbekende" té
Grand Rapids in de Verenigde Staten
uitgegeven.
Het Ministerie van Financiën geeft bij de
'tand der rijksmiddelen over de maand Juni
1950 een toelichting welke o.a. betreffende
belastingen welke volgens kohieren wor-
öen geheven inhoudt:
Kohierbedragen: In de maand Juni werd
v°or de gezamenlijke kohierbelastingen een
Aanzienlijk lager bedrag aan aanslagen op-
5?legd dan in de voorgaande maanden van
v't jaar. Het in totaal ten kohiere gebrachte
°?drag, inclusief opcenten en vermenigvuldi-
®lngsfactor voor de gemeentefondsbelastin-
fen, beliep in de afgelopen maand netto
93,4 min tegenover in Mei en April resp
U2.2 en f 178,2 min. De daling ten opzichte
van Mei is bijna geheel het gevolg van de
Omstandigheid dat voor de inkomstenbelas-
'hg een lager bedrag aan aanslagen werd
?Pgelegd De voorlopige aanslagregeling '49
is
Wat deze belasting betreft per ultimo Juni
Jractisch voltooid, evenals de definitieve
^hslagregeling over' 1946 en 1947.
Ontvangsten: Het op de gezamenlijke ko
hierbelastingen in Juni ingevorderde be
drag (f 160,3 min), was hoger dan de ont-
vangsten in de maanden Mei en April, toen
'esp. f 149,6 en f 121 min. werd geïnd.
Doordat voor de kohierbelastingen, zoals
■Vermeld, f 93,4 min. aan aanslagen werd
?Pgelegd, daalde het reeds opgelegde, nog
jn te vorderen bedrag met 67 min. tot
1 U71 min.
De niet-kohierbelastingen: Deze middelen
Verden in het tweede kwartaal 1950 f 718.2
i*n- op tegenover f 723,8 min. in het eerste
wartaal. De gunstige ontwikkeling is alge-
la„.n> met uitzondering van de divldendbe-
^jjUng, de commissarisscnbelasting en de ac-
enjh' ?P zout, die in de loop van het jaar
h/Afzins onregelmatige ontvangsten leveren,
»aJ?he:n alle middelen de helft van de jaar-
fning overschreden.
heli6 °Phrengst van de rechten op de invoer
kraarP 'n de afgelopen maand f 42.4 min.,
h Pjode de tot dusverre ïiooeste opbrengst,
OVn„?ie van Mei j.l. (41,4 min.), nog werd
riroffen. Opgemerkt zij, dat de ontvang-
0e hans gunstig worden beïnvloed dopr
°b Verhoging van het bijzonder invoerrecht
benzine. Ook de ontvangsten aan sta-
Advertentie
van de tien
Anne
hen en vrouwen boven de veertig
Dat „Vatbaar voor Rheumatische pijnen,
ter r, °mt omdat, als die eerste jeugd ach-
ailan rug is- de bloedzuiverende organen
ban traSer Saan werken. En zo is het
Kru-he hoogste tijd om regelmatig
ter» j-nen te nemen. De zes minerale zou-
aa,. van Kruschen hebben een natuurlijke
*®hde rende werking op die bloedzuive-
gan„ °rganen. Naarmate die nu weer op
het ,k°men, krijgen de onzuiverheden in
te „Moed geen kans meer zich vast
hheui!en en hun slopende werk te doen.
Wantmatische pijnen maken chagrijnig,
Öe ri 26 Verstoren Uw goede humeur: op
vf zit ge Uzelf en anderen in de
Hrusch dt bever weer de oude. Neem
Noont^*1 als een vas)e dagelijkse ge-
tistiekrecht waren in Juni aanzienlijk
(f 1,1 min.).
Opvallend hoog was het bedrag, dat aan
accijns op bier werd ontvangen (f 2,3
min deze opbrengst was de hoogste se
dert Augustus 1948. Daarentegen werd aan
accijns op gedistilleerd ook in de afgelo
pen maand een lager bedrag ontvangen
dan in de overeenkomstige maand van
het vorige jaar. De opbrengst van de ac
cijns op tabak vertoont weer enig herstel
na de inzinking tot f 15,1 min. in April
j.l., in Mei en Juni werd resp. f 19.5 en
f 20,8 min. ontvangen.
Het bruto-kohierbedrag der beide bijzon
dere heffingen nam in de maand Juni toe
met f 4,3 min. en kwam daarmede op
f 3.445,5 min., van dit bedrag heeft f 2.373,7
min. betrekking op de vermogensaanwasbe-
lasting en f 1.071,8 min. op de vermogens
heffing ineens.
8 October zullen de Belgische grens
beambten die op het station te Roosen
daal werkzaam zijn het goede gebruik
van hun Nederlandse collega's overne
men en een gedeelte van de controle
reeds tijdens het laatste deel van de
treinreis voor de grens verrichten.
Hierdoor zal het wachten op het station
Roosendaal voor de reizigers opnieuw
bekort worden. Het oponthoud wordt
van 30 op 12 minuten teruggebracht.
Tot prior van het Dominicanenkloos
ter Albertinum te Nijmegen is herkozen
de zeereerwaarde pater Bonaventura
Jansen O.P.
rüc en. cCe zumete ntttier*
31. „Het was Sigurd die mijn vader Agar doodde begon Astara. Wellicht weet
ge, dat hij de half-broer van mijn vader is. Bij diens dood en de mijne zou hij
als enige erfgenaam, dit gehele Oostelijke leen onder zich krijgen. Vier maanden
geleden reden wij gedrieën uit op een jachttocht. Onverhoeds schoot Sigurd mijn
vader neer. Ik zag het op een afstand gebeuren. Hij achtervolgde mij, om ook mij
onschadelijk te mafyen, maar ik wist te ontkomen. Er was niets wat ik' d.oen kon.
Sigurd in het openbaar aanklagen was onmogelijk. Ik kende hem genoeg om te
weten, dat hij mij uit de weg zou laten ruimen, zodra ik mij blootgaf. Ik dacht er
over een beroep op de bevolking te doen. Maar een vrouw wordt in deze streken
minder gauw geloofd dan een man. Daarom trok ik mannenkleren aan en maskerde
me. Ik werd de Zwarte Ruiter. In die rol wilde ik een opstand tegen Sigurd orga
niseren. Maar hij is sluw. Zodra hij bemerkte wat ik van plan was, strooide hij het
gerucht rond, dat de Zwarte Ruiter de moordenaar van Agar was. Dat was genoeg
om mij onmogelijk te maken. Maar Sigurd liet het daar niet bij. Met enkele
trawanten vermomde hij zich eveneens als de Zwarte Ruiter, en ondernam plunder
tochten in zijn eigen gebied. Op die manier sneed het mes naar twee kanten. Hij
perste nog meer rijkdommen uit zijn horigen, dan hij als leenheer kon doen, en
bovendien maakte hij de Zwarte Ruiter tot de meest gehate naam in de omgeving.
Ik kon mij nergens meer vertonen en moest mij overdag in grotten als deze ver
bergen. Op die manier hoopte Sigurd mij te dwingen dit gebied te verlaten, nu h#
mij niet doden kon. Maar ik wilde niet vluchten, hoe afschuwelijk de toestand ook
voor mij was. Ik wilde mijn vader wreken. En daarbij, ik kon de arme bevolkivg
toch niet aan haar lot overlaten. Haar armoede werd nijpend. Geld bezat ik niet.
Daarom begon ik edelen, in wie ik vrienden van Sigurd vermoedde, te overvallen
en hun geld en sieraden onder de allerarmsten te verdelen. Kunt ge dat begrijpen?**
„Volkomen," zei de Noorman kalm. Haar verhaal had zijn diepste vermoeden»
bevestigd en hij overzag de situatie thans geheel.
Maar ge behoeft niet langer bevreesd te zijn, Astara! Ik heb zo*n gevoel dat de
Zwarte Ruiter vannacht voor het laatst rijdt. Agar was een oud vriend van mijn
vader Wogram, en voor de zon is opgegaan hoop ik met zijn moordenaar te hebben
afgerekend."
Vreugde, vermengd met verbazing, maakte zich van het meisje meester. Stralend
keek ze de Noorman aan„Uw vader Wogram!" riep ze uit. Maar dan moet
ge dan kunt ge niet anders zijn dan Eric
Rechtop stond de Noorman voor haar. En zijn gestalte scheen nog hoger dan
anders, toen hij eenvoudig antwoordde: ,Jnderdaad! Ik ben Eric, koning over het
volk der Noren. Ik trek thans uit om mijn ontrouwe leenman Sigurd ter verant
woording te roepenZijt ge bereid mij te volgen, Astara?"
Mijn buurman is een grijze zestiger.
Hij is een rustige aardige man die tot
het vorige jaar nog nooit gevist had.
Het trof toen echter, dat ik hem voor
mijn huisdeur ontmoette op een dag,
dat ik een partij vis had gevrpgen zo
als in lang niet was gebeurd, liij vroeg
me waar de vangst was. Niet zonder
trots haalde ik mijn net te voorschijn:
het was werkelijk afgeladen met snoek
baars. Geïnteresseerd begon hij me vra
gen te stellen.
Om kort te gaan, vanaf die dag is
ook hij een enthousiast visser. Aange
zien het seizoen al aardig begon op te
schieten heb ik hem een hengel geleend.
Maar een paar maanden geleden haal
de hij me achter mijn krant vandaan
met de vraag of ik de volgende dag
met hem mee zou willen gaan.Hij wil
de zich in de bullen zetten. Van half
bakken werk hield hij niet: Niets min
der dan een complete hengeluitrusting
beoogde hij.
Zo vertrokken we de volgende mid
dag naar de stad. We fietsten langs een
paar hengelsportzaken en bekeken de
étalages. De sortering hengels, dobbers,
netten en al de andere benodigdheden
waren heel wat uitgebreider dan 'n paar
jaar tevoren. Op ons gemak namen we
alles in ogenschouw en we stapten de
winkel binnen welke, gezien de étalage,
de grootste keus had.
Na een paar andere hengelaars aan
gerief" te hebben geholpen vroeg de
eigenaar van de zaak, zelf een kundig
en verwoed hengelaar, waarmede hij
ons van dienst kon zijn. Mijn buurman,
zette hem de situatie uiteen.
Allereerst kwamen de voornhengels
voor de dag. We wilden een vier-delige
stok hebben met een totale lengte van
zes meter. Het werd gewoon een afval
race tussen hengels. Ten laatste bleven
er twee over: een bruine bajnboe in-
schuifhengel, een z.g. japanner, (on
sympathiek woord) terwijl de andere
een bamboe fijn was. De eerste sluit
gewoon hout in hout maar heeft het
voordeel dat je bij het vervoer maar
met twee delen te maken hebt, door
dat de dikste delen uitgehold zijn en als
bergplaats dienen voor de top en het
tweede lid. Bovendien is hij zeer licht
in de hand. De bamboe, fijn hengel is
wat zwaarder, maar beter uitgevoerd
met een sluiting van koper in hout.
In de regel gaat hij langer mee en heeft
hij een fraaier uiterlijk.
We besloten de laatste te nemen en
vroegen de winkelier om er een slagje
dikkere reservetop bij te maken. Het
naaldfijne zwiepje voor de voorn en de
ongeveer 3 m.m. dikke top voor de
baars en de brasem.
Als no. 2 stond op de lijst een snoek-
of karperhengel. Het moest ook alweer
een bruine bamboestok zijn met vier de
len van 1.30 meter en een Engelse slui
ting; koper in koper dus met een oen-
treerpunt, zodat niet alles op de bussen
aan zou kemen. We zochten er een uit
met een top van zes m.m. dikte, stevig
genoeg en toch soepel en veerkrachtig.
Het liefst had ik nikkelen brug-ogen op
de hengel gezien. Doch deze waren uit
verkocht en we werden tevreden ge
steld met koperen geleid-ringen. Als
Van 4 tot 9 September zal op Drakert-
burgh te Baarn een universitaire Volks-
hogeschoolweek worden gehouden over
het thema „Het drama der wereldge
schiedenis".
Het probleem, dat in deze universitaire
week zal besproken worden, kan in het
kort worden samengevat in de vraag:
..Wat voor zin heeft het leven en wer
ken van enkelingen en volkeren in het
grote drama der Wereldgeschiedenis?
Geelt de rede een antwoord of kunnen
wij alleen een antwoord vinden in het
licht van het geloof?
Van de te bespreken onderwerpen
noemen wij: de heidense visie op de ge
schiedenis, de bijbelse visie op de ge
schiedenis, de visie van St. Augustinus,
de civitate Dei, de Middeleeuwse visie
en het rijk van de H. Geest (het derde
rijk) van Joachim van Fiore, een onbe
grepen grote: Giambatista Vico en zijn
Nuova Scienza, de breuk met de pro
videntiële beschouwing der geschiede
nis; Voltaire Turgot, Conddorcet Comte.
de wereldgeest van Hegel, de visie op
de geschiedenis van Marx en het com
munisme, Oswald Spengler en Toynbe,
zin of zinloosheid der geschiedenis in
het Existentialisme en de moderne pro
testantse visie op de geschiedenis.
Reeds kan worden meegedeeld dat
medewerking werd verkregen tan prof.
dr. J. Alfrink, mgr. prof. dr. K. L. Bel-
lon, dr. Chr. Lannoy, dr. J. L. Springer,
Modestus van Straaten, dr. Hendrickse,
dr. J. Smit, terwijl het geheel onder
voorzitterschap staat van prof. dr. L. J.
Rogier.
Nadere inlichtingen zijn verkrijgbaar
aan het secretariaat van de Stichting
Landgoed „Drakenburgh" - post Baarn.
Advertentie
reelhouder was op het achtereind een
stel van drie metalen banden aange
bracht. Uit ondervinding wist ik, dat
deze veel beter voldoen dan een plaat
met twee schuifjes. Nu was het werk
een goede lichtdraaiende reel uit te kie
zen; een reel voorzien van een verstel
bare rem cf ratel. Hij moest een lichte
loop paren aan een grote omvangrijke
as. Met zo'n rol op de hengel kan je het
aasvisje zonodig wel twintig meter van
je at te water brengen. Na enig wikken
en wegen pikten we een product uit
van een bekende Engelse fabriek. H;j
was wel wat prijzig, maar het was dar.
ook een prachtding. Van dezelfde firma
namen we tevens een zwartzijden lijn
met een trekkracht van ongeveer tien
pond Ook een doosje lijnvet om het
snoer voor het snoeken drijvend te hou-
i den kwam er nog bij.
Op mijn aanraden nam mijn buur
man geen dreggen cf fleuren, maar dia
mantlijntjes met een enkele, scheef
staande haak; van de no.'s 1/0, 1 en 2
elk drie stuks. De bijpassende dobbers
waren van kurk met een gleuf en een
stokje. Deze zijn erg practisch omdat zt
in enkele seconden op de lijn gezet kun
nen worden. Daar wit in het water op
een afstand beter te zien is dan rood
kozen we twee witte dobbertjes zo
groot als een eikel en eentje, de wer
kelijke dobber, ter grootte van een klein
duivenei.
Vervolgens lieten we de Rotterdam
mers aanrukken. Voor witvis twee dun
ne pennetjes van twaalf en vijftien cm.
lang met een slanke kurk. De brasem
kreeg er twee toebedacht van resp. zes
tien en achttien cm. De grote broers van
de Rotterdammer-familie dienden voor
de karper. Beiden waren een kwart me
ter lang, doch de ene was wat forser
dan de andere, zodat hij iets meer lood
kon hebben; in ruw water staan deze
rustiger. Als snoer kwam natuurlijk al
leen maar nylonsilk in aanmerking en
wel 16. 18, 20 en 22/100ste. Benevens 26
en 30/100. Van elk vijf meter was vol
doende. Voor de karperlijn zochten we
platgesmede ty-emshaken met dubbele
weerhaak uit; no. 5 en 8. Aan de overige
tuigen kwamen goudhaakjes te zitten.
Limerick-model, grootte 8 tot en met
14. Tevens kochten we een nieuwigheid-
je op het gebied van hageldoosjes. Een
doosje met zes bergplaatsen, elk met een
klein rond gaatje. Het doorzichtige
draaibare deksel was daar ook van
voorzien en dus kon je zonder alle locd-
jes per ongeluk op de grond te morsen,
op een gemakkelijke en practische ma
nier het begeerde hageltje uit het doosje
op je hand schudden.
Het baarstuigje werd gefabriekt door
een blauw forellenhaakje aan vijf me
ter 20/100 nylon te bevestigen, waarbij
als dobber een capo-pen zou fungeren.
We legden ook beslag op een stuk cf
wat snoerrekjes om de tuigjes, eenmaal
compleet, op te winden.
Hoewel mijn buurman zijn zinnen had
gezet op een schepnet met een opvouw
bare beugel, heeft hij op aandringen
van mij er toch een met -een vaste beu-
SNW
üsaWHmilliiiiiiiiiiHHiiiiiinimiiiiiiiuiniiiiiiifHfiiiiiiiititif
„Ik ben met Mien en Jan en Leida
naar Rotterdam Ahoy geweest", ver
telde Snorrebor.
„Hoe vond ie het?"
„Geweldig. Ik ben er geweldig moe
geworden. En Mien en Jan en Leida.
óók. Tjonge wat een oppervlakte en
dan die versperringen en pijlen, die je
dwingen langs alles te lopen, wat er
te zien is, ook als het je geen bliksem
kan schelen. Het was machtig interes
sant, tenminste voor deskundigen,
maar ik f>en geen deskundige, al ben
ik oók in een havenstad geboren".
„Maar vond je het niet mooi?"
„Mooi? Nee, Russisch".
.Jlussisch?"
„Ja, al die grafieken, statistieken,
maquettes, foto's enz. en die rare
Ouborgiaanse versieringen deden me
denken aan de manier, waarop de
Sovjet-Unie indertijd op internationale
tentoonstellingen haar stands en pavil
joens inrichtte. Ik heb daar vaak
plaatjes van gezien. Alles even zake
lijk, nuchter, materialistisch, koud en
hard, zogezegd. Ik heb ervan gerild, 'al
was het er snikheet".
„Maar aan de andere kant van de
luchtbrug, daar is het toch wel aardig
met al die oude schepen en die onder
zeeër, die onderduikt en weer boven
komt, en dat aquarium met die zwem
mers met reddingsapparaten en die
kikvorsman".
„Spreek me niet over die kikvors
man'", viel Snorrebor me in de rede,
„Leida was er eenvoudig niet van weg
te slaan".
„Je moet eens naar de „Mijlpaal" in
Arnhem gaandaar is het nog veel
statistiekeriger", adviseerde ik.
„Dank je wel, ik heb al méér dan
mijn bekomst van Ahoy!"
gel aangeschaft. Omdat we geen grotere
tas konden veroveren, was het net niet
al te groot doch wel zeer diep. Immers
mceten zowel leefnet als schepnet in die
tas. Een peilloodje no. 1 van het oude
soort werd .nog bij de verzameling ge
voegd alsmede een wormendoos van
plastic. Met het oog op zijn niet meer
zo jonge benen, legde" mijn buurman
tevens beslag op een klapstoeltje. Ik
vond het nogal duur. maar het is na
tuurlijk altijd beter duur te zitten dan
-jax 'uespiez aj uaaq joop ua doc tog
wijl we, ook ik, een tube patent-aeeg
in dank toegestopt kregen.
Mijn buurman keek wel even van de
tekening op. maar hij was toch blij
eigenaar te zijn van een uitrusting, die
klonk als een klok.
s Avonds, toen ik mijn gedachten eens
liet gaan over de aanwinsten, schoot mij
te binnen dat we een foudraal hadden
vergeten.
D.
Advertentie
ID van
'l
12
„Het gaat over die moord."
„Wou je zeggen, dat je de schuldige
nog niet hebt?"
De brigadier probeerde grappig te zijn
„Wou u zeggen, dat u hem wel hebt,
majoor?",
„En stel je voor, dat dat zo was? Ik
zou het je toch niet vertellen."
„Dat meent u natuurlijk niet."
„Verduiveld, kerel, waarom zou ik het
niet menen? Wat kan het mij schelen
wie Angela Pedsey vermoord heeft? Ik
zou die vent alleen wel eens hartelijk de
hand willen drukken."
„Moord blijft moord, meneer,"
„Moord blijft moord klets! Wou je
zeggen dat het in de haak is iemand op
te hangen, die de wereld van die ouwe,
krolse heks verlost heeft?"
De brigadier was oprecht ontdaan. Zo
sprak men eenvoudig niet over een dode,
die in koelen bloede vermoord was.
„Maar, majoor, dat is geen manier van
praten."
Beste kerel, je hebt dat wijf niet
gekend."
„Ik weet, dat ze het onschuldige slacht
offer is geworden van een lafhartige
overval."
„Hoe weet je, dat ze onschuldig was?"
„Ieder mens is onschuldig totdat het
tegendeel bewezen is," zei brigadier
Porter rechtschapen.
Majoor Torrens beantwoordde dit
staaltje van nonsens met gepaste verach
ting. „Ze was een geboren onruststook-
ster. Weet je wat ze me eens gevraagd
heeft?"
„Nee, meneer," antwoordde Porter met
tegenzin.
„Of ik deel wou nemen aan één van
haar vervloekte volksdansen!"
De brigadier ontving deze mededeling
met gepaste ernst en begon toen, om de
een of andere onverklaarbare reden, te
lachen. Hij gaf een slag op zijn dij, die
ieder ander mens geveld zou hebben, en
brulde letterlijk. De. majoor staarde hem
aan en stak zijn verbazing niet onder
stoelen of banken. Brigadier Porter wist,
dat hij de regels van het fatsoen met
voeten trad, maar hij kon het niet hel
pen. Iedere keer probeerde hij zich te
bedwingen, maar telkens kwam hem
weer het beeld voor de geest van de
volksdansende majoor Torrens in een
fantasie-costuumpje.
„Schei uit in vredesnaam!" zei majoor
Torrens tenslotte. Dat hielp, vooral toen
majoor Torrens er aan toevoegde: „Ik
dacht, dat iemand, die een moord wilde
oplossen, zich waardiger kon gedragen."
Brigadier Porter incasseerde de beris
ping sportief. Hij kleurde nog heftiger,
indien dit althans mogelijk was.
„Juist, meneer," zei hij, „ik wilde u
een paar vragen stellen."
„Voor de dag er mee dan!" Majoor
Torrens vergat niet licht een hem aan
gedane smaad.
De brigadier herstelde zich door lang
en aandachtig zijn notitieboekje te be
studeren. „Allereerst wilde ik weten," zei
hij, „of u in de loop van gisteren enig
verdacht persoon gezien of gehoord
hebt."
„Nee."
„U wilt dus zeggen van niet."
„Ik zei toch nee."
„Hebt u gisteren het huis verlaten?"
„Ja."
„Waar bent u heen geweest?"
„In de tuin."
De majoor stond op het punt zich eens
danig in dit antwoord te verkneukelen,
maar de brigadier gunde hem er geen
tijd toe.
„Waar nog meer?"
„Wat bedoel je, waar nog meer?"
„Waar bent u nog meer naar toe ge
weest?"
„Naar de stal en naar het kippenhok
en de boomgaard en de garage en w.c.
Genoeg?"
Maar brigadier Porter was nu in zijn
element. Schampere opmerkingen vie
len juist in zijn straatje.
Jaar in, jaar uit, was hij daarop ont
haald geworden door gauwdieven, echt
brekers, schooiers en vagebonden. Hij
schreef alles op en maakte het van be
lediging tot bewijs. Majoor. Torrens be
schreef zeer tegen ziin zin zijn bezig
heden.
„Ja?" zei de brigadier effen.
„Wat „ja", man, wat „ja?"
„Ja," wat volgt, majoor? Waar bent u
nog meer toe geweest?"
„Dat heb ik je toch net verteld?"
„Hebt u het terrein verlaten?"
„Natuurlijk heb ik het terrein verla
ten."
„Waar bent u heen geweest?"
„Hoor eens hier, ik laat me niet als
een citroen uitknijpen."
„U bent niet verplicht mijn vragen te
beantwoorden, majoor Torrens."
„En als ik het niet doe, dan loop je
als een hazewind naar weet-ik-wie en
vertelt ze, dat ik je in de wielen rijd!"
En heftig voegde hij eraan toe: „In vre
desnaam dan, maar schiet op!"
„U stond op het punt mij te vertellen
waar u naar toe geweest bent."
„Ik ben naar de stad geweest en heb
een bezoek aan mijn bank gebracht. Ik
ben naar de Club geweest, heb er de
correspondentie ingekeken, een glas
gedronken en ben toen naar huis ge
gaan om koffie te drinken. En daar ben
ik gebleven."
„En al die tijd hebt u geen mens ge
zien. die uw argwaan opwekte?"
„Verduiveld, man, wat voor arg
waan?"
„Ik bedoel argwaan ten opzichte van
de onderhavige kwestie. Ik zoek naar
iemand, die de indruk wekte van een
landloper."
„Wou je me vertellen dat je een land
loper de schuld wilt geven?"
„Ik ben van oordeel," zei brigadier
Porter statig, „dat deze misdaad door
een vreemdeling is begaan."
„Laat mij je dan even vertellen, dat
je je tijd verprutst. Degene ,die die
ouwe, zingende slang vermoord heeft,
moet haar al jaren gekend en gehaat
hebben. Een stil en fatsoenlijk mens,
iemand die peen tweede keer zoiets
doen zou." Hij stond op. „En ik voor
mij hoop, dat je hem nooit vindt
Brigadier Porter rees op. „Als u er
niets op tegen heeft, meneer, zou ik nn
graag geven met de bedienden spreken."
De majoor keek hem verbaasd aan.
„De bedienden?"
„Jazeker." Hij glimlachte zelfbewust
„Bedienden hebben evengoed ogen als
hun meesters. En dikwijls genoeg zijn
ze heel wat nieuwsgieriger naar wat er
om ze heen gebeurt."
„Ik heb maar twee vaste bedienden
in huis. Watson en zijn vrouw; en dan
nog een tuinman, die af en toé komt.
Aan hen heb je niets."
Zalm, die 's ochtends bij Tromsö in het
Noorden van Noorwegen nog dartel
rondzwemt, wordt al dezelfde dag
's avonds in de luxueuze restaurants van
Landens V/est End door late souper-
gasten, die het neusje van de zalm
verlangen, geconsumeerd. Dit gewel
dige wereldbelang wordt op de vol-
gende wijze gediend. Onmiddellijk na
de vangst wordt de zalm in vetvrij pa
pier naar Oslo gezonden met de Sand-
ringham-vliegboot van de Noorse lucht
vaartmaatschappij. Daar wordt zij ver
laden in het lijnvliegtuig van de British
European Airways, dat om half negen
's avonds vertrekt en 45 minuten later
op het Londense vliegveld Northolt
landt. De Noorse en Londense douane
verlenen aan de aldus aangevoerde
zalm „voorrang", zodat zij onmiddellijk
naar de gereedstaande auto's kan ver
huizen en naar de restaurants kan wor
den getransporteerd. Tengevolge van de
snelheid van het transport behoeft de
zalm niet op ijs te staan, hetgeen de
marktprijs binnen redelijke grenzen
houdt.
Als de Europese samenwerking een
gelijke snelheid betrachtte om de Atlan
tische mogendheden in een behoorlijke
staat van militaire verdediging te bren
gen, dan zou het er voor de democratie
in de wereld wat zalmkleuriger uitzien.
Advertentie
Wanneer de filmproducenten in Hol
lywood met de handen in het haar of
in lege zakken zitten, ctndat de produc
ten van hun droomfabrieken het bij het
uitgeslapen publiek niet meer „doen",
dan nemen zij bij gebrek aan meer oor
spronkelijke gedachten of bij ontstente
nis van alle gedachten hun toevlucht
maar weeT tot de Wild-West-drama's
met paarden en een scheut liefde als
limonade-gazeuse, omdat het kinderlijk
publiek daaraan altijd nog pleizier be
leeft. Ook nu zit Hollywood weer in
zak en as. De bioscoopbezoekers blijken
hun buik méér dan vol te hebben van
psychopathen en hun analysten. Come
dies en musicals slikken ze nog wel,
maar het is moeilijk aan goede te ko
men. Bijna even moeilijk als aan een
goede, echte film. Daarom neemt de
productie van Wild-West-films weer toe.
Zij vormen bijna 25 pot. van de tegen
woordige productie. Geen wonder, want
het gaat in de huidige wereld nogal op
z'n Wild-West toe. Het knallen is er
niet van de lucht, politiek slaat men er
als wilde paarden cp hol. het leven
wordt sober als in een blokhut, en de
liefde wordt genoten als coca cola met
een rietje.
Het vroegere Duitse „Europa" geheten
schip, dat 49.000 ton meet, is thans als
de grootste Franse oceaanstomer onder
de naam „La Liberté" (DeVrijheid) voor
een proefvaart uitgevaren. Sinds 1947 is
men eraan bezig geweest om het te her
stellen. Men kent het tragische einde
van de „Normandie" die indertijd het
grootste Franse passagiersschip was, en
na een enkele vaart in de haven van St.
Nazaire verbrandde en voer oud roest
werd gesloopt. Laten we hopen, dat de
„Liberté" niet in een onverhoopte derde
wereldoorlog door Russische onderzeeërs
zal worden getorpedeerd, want als de
Russen ooit zulk een oorlog zcuden be
ginnen, dan is het er hun slechts om te
doen van de vrijheid in de wereld oud
roest voor de sloop te maken.