i 1 Boog vav Allahd I T-uiS&n Keui ca dippen Sociëteit van het GoddelijE: Woord bestaat 75 jaar Haar missionarissen verspreid over heel de wereld Koopvaardijvloot wordt uitgerust tegen duikbootaanvallen II DE STEM VAN DE DODE Overpeinzingen VEEL GELEDEN IN DE OORLOG R.K. LEERGANGEN Verongelukte Firefly geborgen Nieuw kabinet R.I. Drie Nederlanders gefusilleerd Defensieopdrachten krijgen voorrang hoven particuliere orders Geen kapel bij Voorschoten DE SUPER MARGARINE GEWAARBORGD gehalte vitaminen a d Nederlands artikel in Osservatore DONDERDAG 7 SEPTEMBER 1950 PAGINA 3 Bevordering van de wetenschap Lich. Opvoeding M.O. naar Den Bosch Piloot had zwemvest goed aan Van der Taks Bergingsbedrijf is er in Nationalistische partij zal oppositie vormen WIE WORDT OPVOLGER VAN RUM? Sapomo en Abdul Hakim genoemd Duitsers voor het gerecht Brand op Brits schip BEGROTING VAN MARINE VOOR 1950 Staking op ondernemingen duurt nog voort door MAX MURRAY STUDIE IN INDOLOGIE Mededeling ministerie O., K. en W. van Snorrebor 1 Camembert Amateur Tien jaar geleden en thans Prutswagens In deze eerste dagen van Septem ber straalt hoog boven het dorpje Steyl bij Venlo een verlichte we reldbol. versierd met een kroon en een kruis. Een duidelijk-sprekend symbool van het grote werk, dat in de afgelopen 75 jaar is verricht door de missionarissen van Steyl. Mor gen viert n.l. de Sociëteit van het Goddelijk Woord (Societas Verbi Divini) haar 75-jarig bestaan. Er is veel reden om deze dag te herden ken. Pater Arnold Janssen, die in 1875 een cafétje aan de Maas verander de in een Missiehuis, had een groot ideaal: mee te werken aan de we reldbekering. AI hadden velen geen vertrouwen in zijn onderneming, hijzelf had een onomstotelijk ver trouwen op God, zette door en zó Is zijn stichting een werk van we reldbetekenis geworden en voor duizenden de weg naar tijdelijk en eeuwig geluk. De Sociëteit met haar 2200 Priesters (van wie 1 Kardinaal, 2 Aartsbisschop pen, 13 Bisschoppen en 5 Apostolische Prefecten), 1050 scholastieken en 1400 broeders is nu verspreid over de hele Wereld. Het eerste en voornamaste Werk is de heidenbekering. Daarom zijn aan haar zorgen toevertrouwd mis sies in China, Japan, Philippijnen, In donesië, N.-Guinea, India, Afrika en ook neger- en Indianenmissies in Ame rika met een gezamenlijk getalvan 59 millioen heidenen en bijna één mil- lioen christenen- Veel heeft de congregatie ook gedaan voor de ontwikkeling van de bevolking in die landen. Zij leidt nu drie univer siteiten (Peking-China, Cebu-Philippij- nen en Nagoya-Japan), tientallen mid delbare scholen, waarvan al 13 op de Philippijnen met 5997 studenten. Op de volksscholen in de missie, die door de Sociëteit zijn gesticht en worden ge leid, zijn 94,000 kinderen, waarbij nog komen de leerlingen van 21 parochie scholen in de negermissie van Noord- Amerika. Behalve de opleidingssemina ries voor de eigen Congregatie (met 3400 klein-seminaristen en 1050 scholas tieken) leidt zij nog 15 seminaries voor Wereldgeestelijken. Daarbij komen nog een groot aantal kweekscholen en scholen voor vak- en ambachtsonder- wijs. Wereldberoemd is ook het internatio nale instituut tot bevordering van da volkenkunde (ethnologie) en de taalwe tenschap (linguïstiek): „Anthropos". Dit staat onder leiding van P. Wilh. Schmidt Fr oidville-Zwitserland) en heeft zijn vertakkingen, over de hele wereld. In Nederland is het instituut vertegenwoordigd door P. B. Vroklage, professor aan de universiteit van Nijme- aen. Het wetenschappelijk tijdschrift yAnihroposverschijnt met een jaarlijk- &e omvang van 1000 blz Groot belang hechtte P. Arnold Jans- SëD ook: aan het apostolaat van de pers. Zelf stichtte hij in Steyl de eerste druk kerij die in de loop van de jaren nog gevolgd is door 17 drukkerijen in de verschillende werelddelen, waarvan er nu enkele door oorlogsomstandigheden vernietigd of onteigend zpn. Machtig veel is door deze drukkerijen voor de Dezer dagen heeft het curatorium van de R. K. Leergangen besloten, de M.O.- opleiding voor de akte lichamelijke op- Voeding, welke gegeven wordt door het ft. K Centrale Instituut tot vorming van Leerkrachten in de Gymnastiek (het C.I.L.G.), over te brengen van Tilburg Baar Den Bosch. Het nieuwe leerjaar zal nog deze maand in Den Bosch in zetten. Zoals men weet, bestaan er in ons land op dit gebied in totaal vier oplei dingen, n.L in Amsterdam, Den Haag, Groningen en de enige katholieke van de R. K. Leergangen. Voor het practische gedeelte van de opleiding gymnastiek krijgt het insti tuut voorlopig de beschikking over de gemeentelijke gymnastiekzaal, welke kortgeleden geheel is gemoderniseerd. Voorts is bij de zaal een kleedruimte en een nieuwe wasgelegenheid gereed gekomen. De theoretische opleiding zal worden gegeven in een. aantal leslokalen van de B.L.O.-school aan de Keizerstraat. De sportterreinen in "het Plantsoen Sullen worden gebruikt voor het buiten- Werk, n.l. voor de practische klein- en grootterreinspelen en voor de athletiek. Ge ter plaatse aanwezige kleedlokalen Zullen eveneens door de studenten van het instituut worden gebruikt. De lessen zullen 's Woensdags en 's Zaterdags worden gegeven van 10.30 V»t 18.30 uur. Behalve voor de M. O.rakte wordt dok opgeleid voor de akte S, dit is de fikte L O. voor lichamelijke opvoeding. Zaterdag 16 September zal de offici ële opening van het nieuwe (27ste) cur susjaar plaats vinden. ^menwerking met de Koninklijke "iarine in geslaagd, de bü Kijkduin Verongelukte Firefly te lichten. Het "ergingsvaartuig „Ram" is, met het Vliegtuig op sleeptouw, gisteravond om Scs uur bij Hoek van Holland de Nieuwe V'aterweg binnengelopen en zal daar stroom blijven liggen. Het toestel, ijat nog half onder water ligt, zal heden £°or de bok „Kondor" op de wal °rden gezet. - Zoals bekend, is het stoffelijk over shot van de piloot op het strand bij J'oordwijk gevonden; hij bleek niet ge- J;°nd te zijn. Het daarna ingestelde oorlopjge onderzoek heeft, naar wij (jah de Marine vernemen, uitgewezen, alle reddingsmiddelen volmaakt in »,de waren. Van de Born had zijn reinvest goed aan. De mogelijkheid ba°rht niet uitgesloten geacht, dat hij do verlaten van zijn vliegtuig nog Whet zinkende toestel is meegetrok- tar k-v- doordat een lijn 'van zijn ^achute of zijn rubberboot nog vast- dr,: dat dit de oorzaak van zijn ver ding is geweest verspreiding van het Rijk Gods gedaan. Veel heeft de Sociëteit in de laatste oorlog geleden. 574 leden, onder wie 3 Bisschoppen, zijn door oorlogsgeweld of in concentratiekampen om het leven gekomen, 130 worden er nog vermist. Veel missiehuizen en staties, waaronder in Holland het Missiehuis St. Willibrord te Uden, zijn verwoest. Maar vol moed hebben de leden na de oorlog het werk weer aangepakt. In Nederland heeft de Sociëteit ook goed wortel geschoten. Uit de verschil lende Missiehuizen St. Willibrord in Uden (nu tijdelijk in Steyl), St. Francis- cus Xaverius in Teteringen, St. Lamber- tus in Helvoirt en St. Jan in Soester- berg zijn reeds méér dan 500 priesters en broeders voortgekomen. Tot de. vele hoogwaardigheidsbekle ders die uit deze Sociëteit zijn voortge komen, behoort ook de Nederlander Z.H. Exc. Mgr. Mart. N. Lucas, titulair-Aarts bisschop van Adulis, geboren te Haar lem, en thans Apostolisch Delegaat van Zuid-Afrika. Een van de ernstigste gevolgen van de oorlog is voor SVD, dat Steyl voor Duitse orde-candidaten nog altijd geslo ten moet blijven, terwijl voor de oorlog vele roepingen uit het Duitse grensland in Steyl tot ontplooiing konden komen. Het heilig vuur, dat eens pater Jans sen bezielde, toen hij in zijn priesters de woorden „EN HET WOORD IS VLEES GEWORDEN" belichaamd wilde zien, is echter niet gedoofd. Zoals de Congrega tie van het Goddelijk Woord in het ver leden reusachtige taken tot een goed einde wist te brengen, zó zal ook de toe komst zijn. Want de energie en de geest, die de stichter heeft gekend, zijn nog altijd vaardig over de missionarissen van Steyl. Radio-Indonesië meldt, dat het nieuwe Indonesische kabinet in het parlement rekent op de steun van minstens 110 van de 235 leden.» Een vooraanstaand lid van de nationalisti sche partij, welke partij ijj het kabinet niet is vertegenwoordigd, heeft ver klaard, dat de nationalistische partij in het nieuwe parlement de oppositie zal vormen, maar dat het kabinet toch op haar steun kan rekenen als het in het belang is van Indonesië. Minister-president Natsir heeft tegen over de pers nog verklaard, dat zijn kabinet een onafhankelijke buitenland se politiek zal voeren. De kwestie- Nieuw Guinea moet worden opgelost volgens de richtlijnen van de Ronde Tafel Conferentie, zo zei hij. Na de plechtige beëdiging in het paleis Rijswijk, waarbij vier nieuwe ministers afwezig waren, is het kabinet- Natsir in eerste zitting bijeengekomen. In welingelichte kringen werd aan Aneta medegedeeld, dat in de eerste kabinetszittingen ook de aanwijzing van de nieuwe Hoge Commissaris in Neder land zal worden besproken. In verband hiermede noemden politieke waarne mers een tweetal candidaten, namelijk de afgetreden minister van Justitie, Supomo en de gewezen republikeinse minister van Financiën, Abdul Hakim, die onlangs werd aangewezen als direc teur van de Javabank. Het bestuur van het onlangs in een nieuw gebouw aan de Loolaan te Apel doorn heropende museum Felua heeft enige belangrijke schenkingen ontvan gen, o.a. een bekertje van omstreeks 1800 vóór Chr„ dat bij de grintafgraving op de begraafplaats Heidehof in Ugche- len ^gemeente Apeldoorn) is gevonden, Een gezelschap ouden van dagen uit Vlijmen heeft in 25 auto's en een autobus een bezoek gebracht aan het paleis Soestdijk, waar H. M. de Koningin het gezelschap ontving. De heer C. de Laat en zijn zuster, mevrouw A. v. d. Wielde Laat, boden do Koningin een hondenmand aan, die een product is van de laatste Vlijmense huisindustrie, de maqdenmakerijH. M. Koningin Juliana en prinses Irene bekijken met belangstelling het geschenk. Voor de Bijzondere Strafkamer te Rotterdam hebben terecht gestaan de 38-jarige Duitse kantonrechter W. K. uit Helmstedt en de 36-jarige Duitse chauffeur E. J." uit Kiel. K. werd er van verdacht 29 Maart 1945, toen hij „Ober- leutnant" bij de „Kriegsmarine" was, te lefonisch opdracht te hebben gegeven aan de „Obermaat" F. om de Nederlan ders Jan Kanters, Arie van de Merwe en Pieter Troost zonder vorm van pro ces nabij Dubbeldam te fusilleren. F., die het eerst terecht stond, gaf toe met een automatisch pistool de mensen te hebben doodgeschoten. In zijn requi sitoir noemde de officier van Justitie dit een gebeurtenis, die een diepe in druk in Dubbeldam heeft achtergelaten. „Drie mensen waren rechteloos gefusil leerd; zij konden zelfs geen afscheid van hun familie meer nemen". Hij eiste een gevangenisstraf van drie jaar met sftrck Requisitoir en pleidooi zullen Woens dag 13 September worden gehouden. Door kortsluiting in de signaallamp is brand uitgebroken in het kompashuis van het in de Maashaven te Rotterdam liggende Britse motorschip „Langlee- scont". Hoewel de brand zich aanvanke lijk ernstig liet aanzien, kon het vuur toch spoedig door de bemanning met een schuimblusapparaat bedwongen worden. Het kompashuis liep echter schade op. 17. „Wat voert gij hier uit!" beet de Noorman Hector grimmig toe, terwijl hij dreigend op hem toe kwam. „Vertel! Dit is de tweede maal, dat ik u hier in de gewelven vind!" Hij zag hoe de ander sullig zijn schouders ophaalde, waarbij het domme gelaat zich vertrok in een angstige grimas. Zijn argwaan groeide. Zoveel onnozelheid kon niet natuurlijk zijn. „Spreek!" beval Eric krachtig. Hector snakte naar adem. Alles aan hem scheen onmacht en bleke schrik uit te stralen. „H-h-hhhhectttor werd mee eh meegesleurd" bracht hij eindelijk lispelend uit. „M-m-m-meegesleurd door een M-m-m-monsterrrU!" „Praat geen onzin!" Eric haalde korzelig de schouders op. Was dit een goedkoop uituluchtje? Hij stelde de dienaar enige strenge vragen. Maar hoewel deze zich aller hevigst in zijn eigen woorden verwarde, en doorlopend naar adem snakte, bleef hij toch bij wat hij gezegd had. Hij had in de burchtzaal gestaan, toen hij plotseling aangegrepen werd door een groot ruig ding, dat Iwm gromrr\end meevoerde. ,Ji-h-het was een ding d-dat hier niet h-h-hoorde, hee-heer.' Ik verzette mij eh dapper. Maar het voerde mij mee. G-g-griezelig, hè7" „Waar bracht het u dan heen?" wou Eric sceptisch weten. Hierheenmompelde Hector sullig. „Bij deze deur7" Bij deze deur, jaeh ja.'" „En wat gebeurde er toen?" T-t-toen llliet het me los zei Hector innig voldaan. „Om d-deze deur open te maken. En toen p-pakte het me ntet w-weer, maar het ging ge-gewoon weg." Hij wierp Eric een glazige blik toe, die scheen te moeten uitdrukken, dat alles hiermee toch tot algemene tevredenheid was opgelost. Maar plotseling verscheen er schrik in zijn ogen toen hij zag, dat Eric op het punt stond de deur te openen. „N-nee, nee!" zei hij angstig. „Ge m-moogt niet naar binnen!" „Waarom niet?" vroeg Eric, wiens argwaan weer enkele graden steeg. Steeds sterker kreeg hij het gevoel, dat deze man iets trachtte te verbergen. ,jZ-zoo maarV-van heer AUard!" lispelde Hector, slecht op zijn gemak. „Dit is d-de Ver-Verboden Deur Het begon Eric plotseling te vervelen. „Kom mee!" gebood hij strak. En de angstige Hector bij de arm grijpend, opende hij de deur en trad met hem naar binnen. Tot zijn verbijstering zag hij dat in de verte enkele flambouwen brandden. Iemand moest de Verboden Deur voor hen hebben geopend. En dat kon onmogelijk lang geleden zijnJ Verschenen is de Memorie van Ant woord van de minister van Marine op het voorlopig verslag der Tweede Kamer over de begroting van Marine voor 1950. Aan deze Memorie is het volgende ont leend: Naar aanleiding van de door vele le den geuite mening, dat de minister in de nota inzake het defensiebeleid een ernstige kans zou hebben verzuimd om de Kamer nader omtrent het marine- beleid in te lichten," merkt hij op, dat dit, in tegenstelling tot het beleid ten aanzien van de andere onclerdelen der krijgsmacht ten aanzien van de Ko ninklijke Marine, na de indiening van de ontwerp-begroting 1950 geen princi piële wijzigingen onderging, zodat met een nota van wijziging kon worden vol staan. De minister wil echter gaarne erkennen, dat het uit een oogpunt van volledigheid wellicht juister ware ge weest indien hü deze beweegredenen in meergenoemde nota nadrukkelijk had vermeld. De minister deelt vervolgens mede, dat, gelet op de aangegane verplich tingen en de te beschermen belangen, de Nederlandse vloot, zoals deze voor 1955 is geprojecteerd, wat betreft de typen, aan de vereiste samenstelling zal vol doen. Wat betreft de aantallen merkt liy op, dat het noch financieel, noch uit een oogpunt van personeel- en materieel beleid voor Nederland mogelijk zal zijn een maritieme macht te scheppen, die alle taken gelijktijdig zal kunnen ver vullen. Vandaar dan ook, dat hij in de Memorie van Toelichting stelde, dal ten volle profijt zal moeten worden getrok ken van de karakteristieke eigenschap van de vloot: de mobiliteit. Als gevolg van het feit, dat ver schillende industrieën tot die capaci teit bezet zijn en mede door het feit, dat het tengevolge van de grote vraag naar geschoold technisch personeel bij die industrieën, voor de Koninklijke Marine uiterst moeilijk is op de be staande salariëring in bepaalde tech nische vakken geschoold personeel te behouden of aan te trekken begin nen zich moeilijkheden af te tekenen, welke een vlot verloop van de aan bouw dreigen te belemmeren. Hoewel nog niet kan worden gezegd, dat deze moeilijkheden de opleveringsdata in ongunstige zin zullen beïnvloeden, blijft de minister hieraan voortdurend zijn aandacht schenken. Mocht in de toekomst .blüken, dat be paalde voor de maritieme defensie van Advertentie Eis de ECHTE MEPPELER KLUIT Willekeurige namaak-Kluitjes kunnen wij NIET garanderen. eminent belang zijnde industrieën zo danig met particuliere orders zijn be zet, dat defensieopdrachten daardoor in het gedrang zouden komen, dan zullen maatregelen worden overwogen en zo nodig voorstellen worden gedaan ten einde de prioriteit voor defensieopdrach ten te verzekeren. Tot het inrichten van een kapel in het marinierskamp „Woestduin" te Doorn en op het marinevliegkamp Valkenburg zal eerst kunnen worden overgegaan nadat andere de hoogste prioriteit vragende bouwprojecten zijn ver werkt. De minister acht het niet ver antwoord totaanbouw van een kapel bij het marineopkomstcentrum Voor schoten over te gaan. De minister deelt de mening van vele leden, dat het van het grootste gewicht is, dat op voortvarende wijze wordt gewerkt aan de uitrus ting van de koopvaardijvloot tegen duikbootaanvallen. Behalve geschut nit eigen voorraad wordt thans re gelmatig geschut verkregen uit M.D.A.P.-steun. Eind 1950 zal voor ruim 5 pCt. van de schepen voor de grote vaart en voor 34,5 pCt. voor de schepen van de kustvaart bewape ning aanwezig zijn. Deze percen tages zullen eind 1951 zijn resp. 15 pCt. en 44 pCt. Tot dusver nam 1651 man koop- vaardijpersoneel aan de verkorte cursus voor de behandeling van koopvaardjjbewapening deel. Aan de leden, die meenden te weten, dat er tien Marva's zijn met drie-en- twintig verzorgsters, deelt de minister mede, dat de sterkte van het korps op het ogenblik 530 Marva's bedraagt, on der wie er 97 zijn, die tot het huishou delijk personeel kunnen worden gere kend, alzo ongeveer 18 pCt. van de to tale sterkte. De minister meent dat, ge zien de bijzondere verzorging, welke hij voor dit korps nodig acht, dit percen tage geenszins verontrustend is. Van een uitvinding van het Schnor- kel-apparaat door de betrokken Neder landse officier kan naar de mening van de minister, niet worden gesproken. Het probleem was overal ter wereld reeds lang in studie. De verdienste van de betrokken is, dat hij bepaalde ideeën heeft ontwikkeld en het is niet juist, dat deze ideeën door de autoriteiten zijn afgekeurd. Hoewel de officier geen rechten kon doen gelden, heeft de mi nister toch gemeend, dat er aanleiding was diens verdiensten te belonen. Van de zijde van het Indonesische mi nisterie van Arbeid vernam Aneta, dat de besprekingen tussen de Sarbuprl en het A.L.S. die door tussenkomst van het mi nisterie worden gevoerd, niet zulk een vlot verloop hebben, als te voren wel ver wacht werd. De Sarbupri heeft deze kwestie helemaal in handen van de rege ring gelegd en zal zich houden aan even tuele door de regering genomen besluiten. De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat de regering handelend zal optreden met de invoering van een loonregeling. 'l 40 Er volgde een lange pauze, die hij, om de een of andere onverklaarbare reden, erg prettig vond. Ze keek niet naar hem, maar lag heel stil, haar ogen gericht op het lommer boven haar, en toen, tot zijn ontsteltenis, zag hij dat ze huilde. Haar lippen bewogen niet. maar als vanzelf vulden zich haar ogen met tranen, die langs haar wangen neer drupten. „Celia." Hij sprong op uit zijn stoel en li et zich naast haar neervallen. „Celia, wat is er?" Ze draaide zich om en begroef haar hoofd in haar armen. „Ik vind het erg naar, maaralles is ook zo ver ward!" „Ik heb je van streek gemaakt." t „Ik geloof, dat ik liever heb dat je bars bent, zoals gisteren, dan zo lief als daarnet. Ik geloof, dat ik er niet tegen kan." „Maar waarom dan?" Hij streek haar zachtjes over het haar. „Waar kun je niet tegen?" „Dat je lief tegen mij bent, geloof ik." „Maar ik ben altijd lief tegen je." „Ik je hebt het totnogtoe beter we ten te verbergen." „Maar wil je dan niet, dat ik lief te gen je ben?" „Ik geloof van wel, ja." „Waarom huil je dan?" Haar lichaam trilde, half van het hui len, half van het lachen. „Dat is een bespottelijke vraag. In ieder geval huil ik al niet meer". „Wel waar". „Niet waar, ik wil tenminste niet meer huilen". „Celia, je bent gek". „Weet ik. Leuk hè?" „Maar niettemin mag ik je graag lijden". ,Je gaat toch niet weer lief tegen me worden?" „Nee-nee-nee. Niets daarvan. Uc zal me uitsluitend verkneukelen over je verdriet. Ik vind het gewoonweg een genot, grote huilebalk. Is dat beter?" „Het past althans beter bij jou, dat moet ik zeggen". „Goed zo. Vertel me nu liever waarom je huilde". „Ik huilde, omdat de kleine jongen van hiernaast mijn hoepel heeft afge pakt. De hoofdzaak is, dat de reden kin derachtig was". Ze graaide naar haar handtasje en begon, zonder op hem te letten, haar gezicht op te kalefateren. .Firth liet zich naast haar op het kleedje achterover zakken en keek om hoog naar de blauwe hemel. „Celia". „Ja?" Ze zat nu naast hem overeind. „Het was om Graham Ward, niet waar?" „Ik denk van wel". „Hij laat zich niet meer zien". „Hij vindt dat waarschijnlijk het ver standigste, zolang dit miserabele zaakje aan de gang is". „Bel hem eens op". „Heb ik gedaan". „En?" „Hij zei, dat hij het voor alle betrok kenen het beter achtte, dat hij uit de buurt bleef. Hij zei, dat hij naar de stad zou gaan". „Dat was niet erg verstandig van hem, Celia". „Ik weet niet was je bedoelt", zei ze ontwijkend. „Soms kan weggaan veel op vluchten lijken, engel". Ze boog zich naar hem toe en keek hem boos aan. „Noem mij geen „engel" en zeg geen afschuwelijke dingen". „Neem me niet kwalijk." Er was een stilzwijgen, toen zei hij: „Celia, weet jij waarmee Angela Pewsey Graham Ward bedreigde?" „Nee, ik heb er geen idee van." „Vonden jullie het allebei niet beter, die brieven aan de politie te geven?" „Ik wel, maar Graham verzette zich met hand en tand. Hij zei, dat alles beter was dan dat het bekend werd." „Ja, maar wat bedoelde hij met „het"? Jij, voor jou, had niet veel te vrezen." „Dat vond ik ook, maar hij zei, dat ze het tot iets afschuwelijks zouden op blazen en je weet hoe het in dorpen toegaat. Moeder had een uitgestreken gezicht moeten trekken. Ik voor mij geloof niet, dat ze er een zier om zou geven, maar Graham beweerde, dat we het moesten vermijden. En dan, het was nog geen afperserij." „Niet om geld tenminste. Maar ik stel erg veel belang in datgene, waar voor hij zo bang is." „Waarom? Ik helemaal niet." „M'n lieve Celia, je schiet er werke lijk niets mee op, met niet openhartig tegenovei jezelf te zijn. De politie zal iedereen ondervragen die, in hoe ge ringe mate ook, bij de zaak betrokken is geweest. Vroeg of laat komt Graham Ward ook aan de beurt. Wil je niets te binnen schieten, dat ze te weten kan zijn gekomen en dat ze hem voor de voeten gegooid heeft? Hij haatte haar om de een of andere reden toch nogal. dat moet zelfs jij toegeven." „Niet meer dan een boel andere men sen haar haatten." En ze voegde er on geduldig aan toe: „Ik heb het je toch gezegd, zodra ik in de gaten kreeg waar die brief heen wilde. Ik heb hem in het vuur gegooid. Ik heb maar ene bladzij gelezen en dat was genoeg." Ze hui verde. „En stond er niets definitief* in wat je gelezen hebt?" „Nee, het was een soort redevoering; allerlei Zinspelingen en hoe goed het toch was om me te bedenken eer het te laat was. Er was iets, dat ik diende te weten, als ik tenminste de rest van mijn levensdagen niet in schande wilde slijten. De man, die ik op het punt stond te trouwen mocht dan galant en knap zijn, maar wie ging er nu alleen op het uiterlijk af zulk soort ge wauwel. Ik werd woest." „Zo woest, dat één bladzij genoeg was; daarna heb je de brief n het vuur gegooid." „Dat weet je immers." „Precies; en daarna ben je naar mij toegekomen om me te vragen of ik uit wilde zoeken wie hem geschreven had." Hij lachte. „Ziedaar." „Graham had er niets mee te maken." „Desondanks wou ik, dat hij niet was weggegaan." Celia haalde lusteloos een hand door haar haar. „Ik ook." Ze gaf het schoor voetend toe, bijna alsof ze liever niets gezegd had. XVI Dokter Daw veroorloofde zich per week een halve dag vrijaf, en dit was de bewuste dag. Hij wandelde naar het station en nam de trein naar Lewes. Hij leunde achter in de coupé en sloot zijn ogen. Er drukte vandaag een matheid als een loden last op hem. Wordt vervolgd) (Telegrafisch van onze Romeinse correspondent) Voor de eerste keer in de tach tig-jarige geschiedenis van de Osser vatore Romano heeft dit blad giste ren een artikel in de Nederlandse taal opgenomen. Het blad publiceerde de volledige tekst van de toespraak, waarmee de Heilige Vader zich Zon dag via de Vaticaanse radiozender tot de ruim vijf en zeventigduizend katholieke jonge arbeiders en ar beidsters richtte, die in het enorme Heijselstadion te Brussel het vijf en twintig-jarig bestaan van de Kajot- tersbeweging vierden. Zoals gemeld sprak de Paus ook toen tot ieders verrassing behalve in het Frans ook in het Nederlands. Wij ontvingen van het ministerie van O., K. en W. de volgende mededeling: De minister van Onderwijs. Kunsten en Wetenschappen maakt bekend, dat de studie in de indologie, bedoeld in art. 4 par. 62 e.v. van het academisch statuut haar bestaansrecht heeft verloren. Het ligt derhalve in het voornemen deze studierichting op te heffen. Studenten, die hun studie krachtens een, inmiddels door de regering van Indonesië beëin digde, verbintenis hebben aangevangen, alsmede doctorandi in de indologie, die krachtens in 1945 met de regering van Indonesië aangegane verbintenis hebben gestudeerd, kunnen onder bepaalde om standigheden in aanmerking worden gebracht voor een voorschot met oog op verdere studiën. Ten einde de be trokken studenten ter zake te adviseren is een commissie van advies ingesteld. Zij, die deze commissie om raad willen vragen, alsmede degenen, die op een studievoorschot aanspraak menen te kunnen maken, dienen zich onverwijld schriftelijk te melden bij de secretaris van de verenigde faculteiten der rechts geleerdheid en der letteren en wijsbe geerte van de universiteit, waar zij zijn ingeschreven. De mogelijkheid om examens in de indologie af te leggen blijft voorlopig nog opengesteld. Nadere mededelingen daaromtrent zullen tijdig worden gedaan. ui mi ■MM iimiMmitiHiiiiiitiimitiintiimiiii „Ik heb nog eens nagedacht over wat je gisteren naar aanleiding van de komende prijsstijging van de sigaret ten en de kerftabak hebt gezegd", zei ik tegen Snorrebor. „Maar eigenlijk i* die prijsstijging nog het gemakkelijkst te verduren, want roken is en blijft toch geen noodzakelijke levensbehoef te, maar een te ontberen genot". Snorrebor trok zijn voorhoofd in rimpels. „Dat ben ik niet met je eens", zei hij dan. lyAls de mensen minder of niet meer gaan roken,dan komt de tabaksindustrie in het gedrang en mèt die industrie de arbeiders die er werk vinden. Voor die fabrikanten en die arbeiders is het wel degelijk een nood zakelijke levensbehoefte, dat in ieder geval de anderen blijven roken. En dat het een te ontberen genot zou zijn, zou ik niet zonder meer durven bewe ren. Daar moet je m'n neefje, die ia het concentratiekamp heeft gezeten, maar eens over horen. Daar was roken voor sommigen een meer dringende levensbehoefte dan eten, want er waren er, die voor een rokertje hun prakkie verkwanselden, tot ze hongeroedeem kregen. En wat voor rokertjes waren dat, een plukkie houtwolshag of ge brande aardappelschillen, gerold in een W. C.-papiertje" ,JJie dat deden, waren aan het roken verslaafd. .Huh onbeheerste hartstocht kun je moeilijk tot maatstaf nemen voor normale omstandigheden", zei ik. ,JIet is maar de vraag in hoeverre de omstandigheden van vandaag de dag normaal zijn", antwoordde Snorrebor. ,JIoe groter zorgen, hoe meer de men sen behoefte hebben aan roken, en aan zorgen is er niet bepaald gebrek. Roken is voor velen een soort medicijn tegen de zenuwen". ..Een vergiftig medicijn" merkte tfc op. ,JJie zijn er meer, en die doen onder bepaalde omstandigheden nuttig dienst. Moeten we in deze onpleizierige tijden de kleine man nog op zijn weinige kleine pleizertjes beknibbelen? Ik zeg maar zo: de mens is een gezeUig huis en dan moet de schoorsteen roken. Ook bij de tabakverwerkende industrie en de arbeiders die erin werken". „Maar Lieftinck moet óók zien, dat hij de eindjes aan elkaar knoopt", wierp ik tegen. „Als hij teveel aan die eindjes plukt, zullen ze alsmaar korter worden e* niet meer aan elkaar te krijgen zijn. Laten we er maar over uitscheiden. Ik heb er tabak van", zei Snorrebor en met een vervaarlijke zwaai van zijn tong wen telde hij de pruim in z*n mond van rechts naar links. Volgens de legende dankt de wereld beroemde sterke Franse dessertkaas haar naam aan de grote kleine Napoleon. Toen zijn legers door het plaatsje Ca membert bij Vimoutiers trokken bood een zekere Mademoiselle Harel de veld heer een stuk van door haar zelf ge maakte kaas aan. Napoleon toonde zich zo verrukt over de lekkernij, dat hij het geenszins onappetijtelijke meisje een kus gaf en de kaas naar haar dorp noemde. Ter herdenking van deze idyl lische gebeurtenis werd in 1928 een standbeeld in Vimoutiers opgericht, maar in 1944 bezweek het onder een allerminst idyllisch bombardement van Amerikaanse bommenwerpers. De em- ployé's van de kaasfabriek te Wert in Ohio hebben nu 2000 dollar aan de bur gemeester van Vimoutiers geschonken om een nieuw standbeeld voor Made moiselle Harel te laten vervaardigen. Zo worden de kleine wonden van de oorlog soms geheeld. De beroepsworstelaars, die in Holly wood voor de film werken, zijn doods benauwd voor de acteur John Hall, die, ofschoon hij niet meer dan 171 pond weegt, een robbertje moet vechten met de professional Rube Wright, die 250 pond zwaar is. Na de eerste repetitie verklaarde Rube, dat hij bang was vóór ■het einde van de opname in het zie kenhuis te zullen moeten worden opge nomen. want Johnnie weet van geen ophouden en drukt door, zodat Rube telkens de kans loopt een arm of een been te breken. „Amateurs zijn gevaar lijk en in het bijzonder mijnheer Hall" zegt Wright. „Wij mensen van het vak weten iemand op de mat te krijgen zon der hem pijn te doen." Zodra iets een vak wordt, is het dikwijls met de lief hebberij gedaan. Tien jaar geleden dansten in Perzië de zigeunermeisjes nog als rinkelende schellebomen met snoeren van echt gou den munten om hun wiegende heupen. Thans hebben ze geen gouden munten meer, maar sieren hun middel met snoe ren vankroonkurken van bierfles jes. Het is wel geen goud meer, wat er tinkelt, maar het bier is weer best. Het goud werd verkocht voor voedsel. Tien jaar geleden toonden de dorpelingen in de provincie Khorassen vol trots de bezoekers hun prachtige Perzische ta pijten. Het kopen van een tapijt stond toen gelijk met het brengen van geld naar de bank. Thans hebben de kost bare tapijten de vloer moeten ruimen voor een goedkopere bedekking, want het leven werd duur en de bevolking arm en eten is belangrijker dan luxe. De verarming van Perzië speelt de Sov jet-Unie in de kaart, zoals overal ter wereld. Spanje heeft geen geld om nieuwe auto's te kopen. Vandaar dat het een paradijs is voor autoherstellers. Er zijn thans 162.000 wagens geregistreerd en daarvan zijn slechts 70.000 particuliere „luxe wagens". Van deze 70.000 is 60% vooroorlogs d.w.z. van vóór de Spaanse burgeroorlog (19361937). De helft van deze 60% werd vóór 1930 gefabriceerd. Dat de meeste van deze welhaast prae- historische vehikels nog lopen is uitslui tend te danken aan de aangeboren han digheid van de Spanjaard in het prutsen. En zij zullen moeten blijven prutsen, zo lang de Westerse democratieën Franco blijven achtersteilen bij de vijand in d« koude oorlog, Moskou. Over enkele weken zal een Belglscne filmmaatschappij een 16 mm. documentairs op de markt brengen, gewijd aan Vermeer vervalsingen. De film is vervaardigd in nauwe samenwerking met prof. dr. P B. Coremans. directeur van het centraal la boratorium van de Belgische musea, die in deze zaak van schilderijen-vervalsing als voornaamste expert is opgetreden voor de Nederlandse justitie.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1950 | | pagina 3