DE NEDERLANDSE BELANGEN ZULLEN GEWAARBORGD BLIJVEN tRicDEnoorman: *X)e (MIER De grote misdaden I van een kleine man juóóan kous en Huppen PROF. VERAART: „P.B.O. IS ZEKER MOGELIJK IH VERVOERSSECTOR PASOPUWKgEL ABDIJSIROOP HUURVERSCHILLEN WORDEN BIJ EVT. HUURVERHOGING TERUGGEBRACHT Geen bezwaren tegen verwezenlijking Overpeinzingen Samenwerking gewenst Binnen twee jaar een grote hoeveelheid bedrijfschappen tot stand gekomen Z.H. de Paus spreekt over film en boek Gemeentelijk initiatief tot nivellering vindt gunstig onthaal Boumabouw WOENSDAG 13 DECEMBER 1950 PAGINA 3 NOTA'S OVER STATUS VAN NIEUW-GUINEA Nederlandse arbeid in N.-Guinea geen vorm van kolonialisme Zeven millioen beschikbaar voor hotelaccommodatie BENOEMINGEN Katholieke Illustratie „ST. RAPHAEL" VERGADERT Techniek levert gevaar op voor intellectuele decadentie SMOKKELARIJ NEEMT TOE Grote buit te Aken MINISTER IN 'T VELD OVER DE WONINGBOUW door LESLIE FORD van Snorrebor LANDELIJKE PRIJSVRAAG VOOR KANKERBESTRIJDING Kabale und Liebe Vader en dochter De beide delegaties van de Nieuw-Guinea-confercntie hebben gisteren besloten, de tot nu toe gewisselde stukken te publiceren. Hieruit biykt, dat de Indonesische delegatie zich in een nota van 7 December op het standpunt stelde, dat over dracht en erkenning van de souvereiniteit van de republiek Indonesia over West- N.-Guinea geenszins tot doel hebben de Nederlandse belangen in dat gebied weg te wissen, omdat overdracht zal geschieden onder waarborgen voor de belangen van het Nederlandse volk. Het ten uitvoer brengen van de overdracht der sou vereiniteit over West-N.-Guinea zal de nationale aspiraties van Indonesische zijde bevredigen en kan plaats vinden in de tyd van vyf maanden na de datum 27 December 1950. De Indonesische delegatie acht het gewenst, dat het Indonesische en het Neder landse volk samenwerken, teneinde West-N.-Guinea vooruit te brengen op eco nomisch, sociaal en cultureel gebied; de Indonesische delegatie is bereid daarin bijzondere overeenkomsten aan te gaan. Een dergelijke oplossing stelt het on vervreemdbaar recht van de bevolking van Nieuw-Guinea tot zelfbeschikking volkomen veilig en kan aan alle in het conflict tussen Nederland en Indonesië belangstellende landen en volken, niet het minst ook aan Indonesië en Neder land, bevrediging geven Zij is niet in strijd, maar integendeel in volledige overeenstemming met de plichten, welke Nederland ingevolge het Handvest der Verenigde Naties heeft, en verdient reeds uit dien hoofde verre de voorkeur boven de oplossing, welke de Indonesi sche regering heeft voorgesteld, en wel ke om van andere bezwaren thans te zwijgen een bron van nieuwe conflic ten kan vormen. Wie kennis neemt van hetgeen in het Nederlandse volk inzake plan nen voor West-N.-Guinea tot uiting komt, constateert, dat dit gebied blijkbaar voor een aanzienlijk deel bedoeld wordt als reservoir voor Nederlandse overbevolking en voor Hierop verscheen op 8 December een Nederlands memorandum. Hierin wordt gezegd, dat de Neder landse regering met de Indonesische regering ervan overtuigd is, dat de grote verschuivingen, die in Azië heb ben plaatsgehad, niet alleen het kwade uit het verleden te niet hebben gedaan, maar dat deze verschuivingen ook het goede van vroeger en nu bedreigen. Tot het goede, dat bedreigd kan wo>- den, rekent Nederland ook de vreed zame arbeid, welke Nederland in Ne- derlands-Nieuw-Guinea tot ontwikke ling van land en volk verricht. De waardering, die de Indonesische rege ring voor deze arbeid Heeft willen aan de dag leggen, stemt Nederland tot bij zondere voldoening. Met leedwezen heeft de Nederlandse regering echter moeten vernemen, dat de Indonesische regering deze arbeid nog steeds als een vorm van kolonia lisme meent te moeten aanmerken. De wijze waarop Nederland de ontwikke ling van Nieuw-Gulnea bevordert, rechtvaardigt naar het oordeel van de Nederlandse regering een dergelijke aanduiding niet. Het bestuursstelsel, hetwelk in Nederlands-Nieuw-Guinea geldt, vindt men ook In andere gebie den, die in en buiten de naaste omge ving van Indonesië liggen. Het be staansrecht van dit bestuursstelsel is in het Handvest der Verenigde Naties erkend. Het doel van dit bestuursstel sel is in dit handvest omschreven. Met dit doel stemt de Nederlandse regering als lid van de Verenigde Naties vanzelf sprekend in en zü streeft dit in de practijk na. Het Nederlandse bestuursstelsel in Nieuw-Guinea mag daarom niet als ko lonialisme gezien worden en zeker niet op de enkele grond, dat in dit stelsel de inheemse bevolking nog niet zich zelf bestuurt. Het ogenblik is immers nog niet gekomen, waarop in Neder lands-Nieuw-Guinea dit bestuursstelsel kan worden verlaten, en waarop aan de inheemse bevolking zelf de taak kan worden overgelaten om zichzelf te be sturen en haar eigen staatkundige be stemming te bepalen. De Nederlandse regering neemt aan, dat de Indone sische regering dit inzicht deelt, daar ook de Indonesische regering niet wenst, dat de souvereiniteit over Nieuw-Gui nea aan de bevolking van Nieuw-Gui nea zelf zal worden overgedragen. Nederland zal aan de wensen van het volk van Nieuw-Guinea, ook wanneer deze zich in de toekomst mochten richten op een aansluiting bij Indonesië, niets in de weg leg gen. Zij is uit dien, hoofde bereid met de Indonesische regering een overeenkomst aan te gaan tot waar borging van de uitoefening van het zelfbeschikkingsrecht ten bekwamen tijd. Maandag 11 December antwoordde de Indonesische delegatie: Waar Indonesia de wettige erfgenaam is van de over- heidsrechten van de voormalige Neder lands-Indische regering in Indonesia, waartoe historisch en administratief West-N.-Guinea steeds heeft behoord, is daarom tussen Nederland en Indonesia niet in het geding de plicht en de moge lijkheid van beide naties om de politieke, economische, sociale en opvoedkundige vooruitgang van de bevolking van Wesl- N.-Guifiea te behartigen. Bij de Tweede Kamer is ingediend een ontwerp van wet tot wijziging van het tiende hoofdstuk der Rijksbegroting voor 1950 (uitgaven ten behoeve van de finan ciering van de nieuwbouw, reconstructie en modernisering van hotels in Nederland cn ter bevordering van het vreemdelingenver keer;. Uit de Memorie van Toelichting blijkt, dat teneinde het vreemdelingen verkeer te stimuleren de minister het uitermate gewenst acht goed geleide pro- paganda-actie8 te voeren. Aangezien ook bij de R c. A.-autoriteiten veel belang stelling bestaat voor de bevordering van het toerisme, zijn genoemde autoriteiten bereid gevonden, behoudens toestemming van de Nederlandse wetgever, goed keuring er aan te hechten dat van het saldo der speciale rekening bij de Neder- landsche Bank, houdende de guldenstegen waarde de E. H. P.-schenkingen, t 7.000.000 wordt gebruikt voor uitbreiding en moder nisering van de hotelaccommodatie in Neder land en f 500.000 voor maatregelen in het belang van de bevordering van het toeris me in Nederland. In overleg met de minister van Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen wordt voorgesteld, dat van het bedrag van f 500.000 f 200.000 wordt besteed voor cul turele propaganda, welke van direct be lang wordt geacht voor de bevordering van het vreemdelingenverkeer en f 300.000 voor het voeren van meer algemene toeristische propaganda. Het ligt in de bedoeling laatst genoemd bedrag te besteden voor het voe ren van afzonderlijke propaganda-acties. Z, H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft benoemd tot: rector van het Aloy- sius-gesticht te 's Gravenhage, de wel- eerw. heer A. J. Leenders en tot con rector van dit gesticht de weleerw. heer H. M. J. Brans, die tevens be noemd is tot algemeen diocesaan-direc- teur van het mannelijk jeugdwerk in het bisdom Haarlem. Wist u dat de regering van Ethiopië een aantal Nederlandse adviseurs heeft man nen die in Indonesië hun sporen als be stuursambtenaren hebben verdiend en van Wie er een zelfs vice-president v. d. Raad v. Indië is geweest? Zij staan bij keizer Haile Selassie hoog in aanzien en mede door hun bekwame arbeid heeft de naam van Neder land er een goede klank. De K.I. van 15 De cember publiceert een interview met deze neren van de eigen K.I.-redacteur en -foto graaf. Amsterdammers zullen met belang stelling het geïllustreerde artikel lezen over Ome Hein, „de laatste der porders". „Hoe lang nog?" luidt de veelzeggende titel boven *en fotoreportage van Hongkong. Commis- ^nis van politie Starrenburg vertelt boeiend "ver het veelzijdige werk van de Rotter damse havenpolitie. Behalve de gewone ru brieken brengt dit nummer een prijsvraag, ®cn kruiswoordpuzzle in foto's. Hoofdprijs **n bromfiets 1 Nederlands gezinde Indonesiërs. Bij hanhaving van het Nederlands be wind in een dunbevolkt land als West-N.-Guinea betekent dit, dat de uitoefening van het interne zelf beschikkingsrecht bij voorbaat in zijn uitslag is beslist, of op zijn minst twijfelachtig wordt. De souvereiniteitsoverdracht over West-N.-Guinea zou voor het Indonesi sche volk een ondubbelzinnig bewijs zijn en een symbool, dat hetgeen op de Ronde-Tafelconferentie werd afgespro ken en op 27 December 1949 geschiedde, volledig en oprecht gemeend was. Binnen het kader van de Indonesisch- Nederlandse economische samenwerking erkent de Indonesische regering be staande rechten en concessies en zal aan Nederland bijzondere consideratie ge geven worden bij de uitgifte van nieuwe concessies en kapitaalsinveste ring. Voorts zal bij het tot verdere ont wikkeling brengen van de natuurlijke hulpbronnen van West-N.-Guinea bij zondere aandacht worden geschonken aan Nederlandse belangen aldaar. Daar nevens is de Indonesische regering in het algemeen bereid bij de ontplooiing van West-N.-Guinea op economisch ge bied ten volle rekening te houden met de belangen van de Nederlandse handel, scheepvaart en industrie. Pensioenen van Nederlandse ambtena ren in West-N.-Gulnea zullen in de lijn van de R.T.C.-overeenkomsten worden gegarandeerd. Immigratie van Neder landse burgers zal door de Indonesische regering worden toegestaan. De gods dienstvrijheid zal volledig worden ge waarborgd en de humanitaire werk zaamheden van zending en missie, zoals onderwijs en ziekenzorg, zullen kunnen worden voortgezet. Bij bedoelde huma nitaire werkzaamheden zullen missie en zending desnodig steun verkrijgen van de Indonesische regering. 63. Aangespoord door de kreten van hun aanvoerder, sprongen de Stichi-krijgers toe om de paarden op te vangen. Nu zij hun kalmte hervonden, leken de aanstor mende dieren deze geoefende ruiters veel minder schrikwekkend dan gedurende de eerste ogenblikken, toen de troep uit de grot losbrak. Zij slaagden erin de meeste dieren te grijpen, eer zij de uitgang van de vallei bereikten. Alleen de merrie scheen ontembaar. Dwars door het wilde gewoel van stampende dieren en worstelende mannen brak zij naar voren. Het was of Raven's aanwezigheid in de verte haar krachten verdubbelde. Mogelijk kwam het ook door de man, die haar bereed, dacht Char grimmig. Hij zag de slanke gestalte van de ruiter nog steeds over de nek van het weg- stormende paard hangen, als was hij bang dat een pijl hem zou treffen. In een dolle ren joeg hij op de uitgang toe, en terwijl het oude opperhoofd nog volkomen in beslag genomen werd door het paard, dfet hij gegrepen had, zag hij de vluchteling het kamp verlaten en in de vallei verdwijnen. Woede verwrong het gelaat van Char. Met een wrede trek wist hij het paard te bedwingen en zich met katachtige lenigheid in het zadel werpend gilde hij zijn mannen toe: „Grijp uw dieren! Te paard! Hem na! Hij rnag ons niet ontkomen!" Gelijktijdig zette hij zijn ros reeds aan en stoof de vluchteling achterna, op de voet gevolgd door de eersten van zijn mannen, die hun paarden tot gehoorzaamheid hadden gedwongen. Vanuit het venster zag Onga hen verdwijnen achter de muur. Juist door haar eigen wanhopige toestand gaf het haar intense voldoening de verwarring te zien, welke de vlucht in het kamp ver oorzaakte. De laatste mannen worstelden nog met hun paarden. Maar de meesten waren naar de muur gesneld en sloegen thans de jacht op de vluchteling gade. Een doodse stilte, gespannen tot het uiterste, legde zich over het kamp. Vanaf de vlakte welke zij niet kon zien, drong geen enkel geluid door, behalve het verre gehinnik van Raven, lokkend als steeds. „Hij ontkomt!" fluisterde Onga terwijl haar vuisten zich samenknepen. ,JJe Noor- man is behendiger Zij zullen hem niet pakken „Ik geloof dat ge de bekwaamheid als mensenjager van mijn vriend het opper hoofd onderschat," klonk eensklaps Toeghir's stem onheilspellend hoffelijk. Hij hief plotseling het hoofd op. „Luister!" Op hetzelfde ogenblik ging er onder de Stichi-krijgers, die langs de muur de ach tervolging gadesloegen een gejuich op, vermengd met overwinningskreten. „Luister goed, Onga!" Voldaan kwam Toeghir op haar toe. Dit betekent de dood van uw vriend de Noorman En inderdaad omringde op dat ogenblik daarbuiten op de vlakte een triomfantelijke ruiterschaar de snuivende merrie. Een van hen liet zijn boog zakken en keek naar Char, terwijl hij een spottend gebaar naar de ruiter maakte, in wiens rug een pijl stak. Stichi ontgaat geen vluchteling grijnsde hij. In de hut begon het meisje geluidloos te snikken Advertentie Bij guur weer en huishoudelijk werk Uw handen voor De burgemeester van Den Haag, mr. F. M. A. Schokking, heeft gisteren de „Constanten Huygensprijs" van de Jan Campertstichting overhandigd aan Geer- ten Gossaert (prof. dr. F. C. Gerretson) en de „Jan Campertprijs" aan Michel van der Plas. De eerste prfjs is bedoeld als bekroning van het gehele literaire oeuvre van een schrijver, de tweede als aanmoedigingsprijs. Het antwoord, dat prof. dr. J. A. Ver aart op de tweede dag van het congres van St. Raphael gaf op de vraag: Is ver wezenlijking van de Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie in de vervoerssector mogelijk?, was wel zeer duidelijk. „Ik vraag mij af", aldus spr., „wanneer deze verwezenlijking niet mogelyk is ln de vervoerssector, waar ze dan wel mo gelijk zal zijn". Tijdens de discussie sprak prof. Veraart zich zelfs nog po sitiever nit. Hier gaf hU als zijn vaste overtuiging, dat binnen 1 a 2 jaar een grote menigte bedrijfschappen tot stand zullen zijn gekomen, waaronder spr. hoopte, dat ook dat van het vervoer zou zijn. De vergadering begroette deze me dedeling met luid applaus. Dat bij de P.B.O. een zo belangrijke sociale en economische sector als die van het vervoerswezen zou worden uitgeschakeld, noemde spr. ondenk baar. Er is bovendien geen enkel be zwaar tegen verwezenlijking. Het mijnbedrijf, dat veel dichter aan de staat Is dan de spoorwegen immers is reeds enige jaren in een dergelijke re geling betrokken. De wet op de be drijfsorganisatie biedt geen moeilUk- heid tot het vormen van een hoofdbe drijfschap Vervoer- en Verkeerswezen en van bedrijfschappen voor spoor- en interlocaal tramvervoer; Intercommu naal autovervoer; plaatselijk auto- en tramvervoer en voor de binnenscheep vaart. Het Internationaal scheepsver keer en de luchtvaart wilde spr. met het oog op het Internationale aspect van de zaak voorlopig bulten beschou wing laten. Ten aanzien van de be voegdheden moet een scherp onder scheid worden gemaakt tussen die van hoofdbedrijfschap en bedrijfschappen De algemene zaken van sociale voor ziening en economische coördinatie behoren in het hoofdbedrijfschap; de typische eigen bedrijfsverschijnselen en bedrijfsbehoeften in de bedryt- schappen. Ten aanzien van de vele vragen, die na deze inleiding naar voren werden gebracht, constateerde spr., dat het no dig is de uitvoering van deze wet met groot enthousiasme te beleven. Mede werking aan beide zijden is uiterst ge wenst. Spr. meende ook, dat men om trent medewerking van de zijde der werkgevers niet te pessimistisch be hoeft te zijn. Spr. hoopt, dat de P.B.O.-Nederland genomen zal worden als programma voor geheel West-Europa. Z.H. de Paus heeft in een rede tot het internationale congres van katholieke schrijvers, dat te Rome gehouden wordt, gesproken over de invloeden van de film en het boek. Hij drong aan op de productie van goede boeken, om daar mee de verkeerde en negatieve invloe den, die van de film uitgaan, te bestrij den. „Wij leven in de tijd van de film en de televisie", zeide de H. Vader. „Onge twijfeld zullen beide een groot deel opeisen van de tijd, die vroeger aan het gedrukte woord besteed werd. Men kan evenwel vaststellen, dat televisie en film de behoefte aan goede boeken doen toenemen. Men kan de waarde van de techniek en van de filmkunst erkennen, zonder voorbij te zien, dat de eenzydige in vloed, die zij op de mens uitoefenen, en vooral op de jeugd, door hun byna zui ver visuele actie het gevaar van intel lectuele decadentie opleveren. Daarom is het des te meer de taak van het goede boek de mensen op te voeden tot een dieper begrip van de dingen, hen te helpen denken en medi teren over het leven". De H. Vader besloot met deze woor den: „Uw vroomheid en uw godsdien stigheid hebben u er toe gebracht deel te nemen aan dit congres, hier in het centrum van de Christenheid, in dit Heilige Jaar, bij het plechtige schouw spel van een geloofsgemeenschap, van een gemeenschap van liefde, gevestigd in God. Een liefde, die uitgaat boven alle kleinheid, boven ruzies en mense lijke zwakheden, en die alle zonen van de katholieke wereld verbindt om slechts één hart en één ziel te vormen". Gedurende de tweede helft van No vember heeft de Duitse douane bij Aken in totaal 12.500 sigaretten, 3300 kg. koffie, vijftien auto's en zes fiet sen in beslag genomen; 230 smokkelaars werden in die periode samen tot vijf honderd maanden gevangenisstraf en 15.000 mark boete veroordeeld. De douane heeft geconstateerd, dat de smokkelarij, vooral die in koffie, de laatste weken is toegenomen. Advertentie In d« keel beginnen enkele der gevaarlijkste aandoe ningen. Neem bij de gering ste klacht, zoals kriebel, hees heid, pijn of gezwollenheid de slijmoplossenae, snelwerkende AKKER-S (Van onze speciale verslaggever) Tijdens een winterse zuurkdolmaaltyd te Leeuwarden heeft minister mr. J. in 't Veld een gezelschap Nederlandse journalisten in de gelegenheid gesteia hem vragen te stellen naar aanleiding van zgn woningbouwbeleid. Hg neeti daarbij toegegeven, dat het ongezond is dat de huur van de z.g.n. „goedkope en soms zelfs minder goede woningen (gebouwd met verminderde ryksbydrage) hier endaar aanmerkeiyk hoger is dan die van de duurdere en betere gewone woningwet-woningen. Hy heeft erkend, dat zyn departement vorig jaar by het begin van de stunt-Bouma wellicht iets te royaal is geweest met het ver strekken van vergunningen. Doch hy heeft als zijn mening uitgesproken dat bij een eventueel komende huurverhoging deze verschillen fteeds aanmerke lijk gereduceerd kunnen worden. Bovendien heeft hij verklaard open te staan voor ieder gemeentelijk initlatiéf tot nivellering van deze huurverschillen, aan genomen tenminste dat de gemeenten tevreden z«n met eenzelfde totaal aan rijksbijdragen. Met klem althans voor zover de minister geacht kan worden met klem te spreken heeft hij ontkend, dat het in de bedoeling zou liggen de con tingenten van de gemeenten, die dit jaar met verminderde rijksbydrage extra woningen gebouwd hebben, voor de komende jaren dienovereenkomstig te verminderen. Deze extra bouw, aldus minister in 't Veld, zal hoogstens op de lange duur enige rol gaan spelen, aangezien natuuriyk de woningtoewüzlng geschiedt op grond van de woningbehoefte. Opnieuw heeft de minister in ant woord op een desbetreffende vraag gepleit voor woningen met centrale voorzieningen. Met name de centrale verwarming en de centrale warmwater voorziening mogen zich bijzonder in 's excellentie's belangstelling verheugen. In het buitenland, zo zeide hij, doet men dit reeds algemeen en wij die altijd op het gebied van de woningbouw de toon hebben aangegeven vormen te genwoordig zo'n beetje een uitzondering. Uiteraard valt dit probleem onder de huidige omstandigheden natuurlijk niet op te lossen. Doch het is al winst, wan neer wij het onderkennen. Bovendien zijn experimenten zeer wel mogelijk. Minister in 't Veld gaf daarbij een in middels iets verouderd voorbeeld naar hij zelf zeide waarin hij de kos ten van kolen en warm water op f3.50 per week per gezin stelde, terwijl men in Amsterdam een plan had uitgewerkt voor centrale verwarming etc. f4.50 per week. Hij toonde zich bijzonder enthou siast toen een vertegenwoordiger van de nationale woningraad mededeelde, dat onder verantwoordelijkheid van negen samenwerkende Amsterdamse woningbouwverenigingen een eerste proef in die richting met tweehonderd huizen in Amsterdam zal worden ge. nomen. Hij voegde daaraan toe: „Ieder gemeentebestuur, dat op verantwoor de wijze soortgelijke plannen koes tert, kan op mijn steun rekenen. Trouwens wanneer straks door mijn departementeen prijsvraag voor de ideale woning zal worden uitgeschre ven, dan moeten ook de heren ar chitecten zich maar eens op dit vraag, stuk beraden. Het is mijn indruk dat het kleine middenstandsgezin- en het intellectuele arbeidersgezin een kleine woning met centrale voorzieningen zai prefereren boven een grotere woning zonder dit comfort". Ten aanzien van de stunt-Bouma deze terminologie is van de minister zeide hij nog: „Zij heeft meegeholpen de verstarring in de bouwwereld te ver. breken. Zij zal van belang blijken nu ook de woningbouwsector in de naaste toekomst grote moeilijkheden zowel van monetaire als van budge taire aard te wachten staan. De bedragen, die eng bezien eigenlijk voor de woningbouw zouden moeten worden uitgetrokken Teneinde zich een beeld te vor men van de resultaten welke door de woningbouw met vermindetde rijksbijdrage het z.g. Bouma-ex- perimentin het afgelopen jaar werden bereikt, heeft een aantal Nederlandse journalisten op uit nodiging van het Ministerie van Volkshuisvesting een tournée ge maakt door het Noorden van ons land. Aan het slot daarvan hadden zij te Leeuwarden een ontmoeting met de minister, die de bij hen ge rezen vragen openhartig beant woordde. Onze speciale verslagge ver, die deze reis meemaakte, schrijft hierover in nevenstaande bijdrage. 49) Toen hoorde i k het. Als ik er nu weer aan denk, lijkt het een nachtmerrie een langgeleden afschuwelijke nacht merrie, die nig nog achtervolgt. Maar toen was het -p-lmmig en voelbaar en vlak om me heen. Ik wilde niet sterven. Ik wilde niet neertuimelen in de don kere afgrond van het onbekende. Ik wil de de wereld niet vaarwel zeggen, zon der te weten, wat er allemaal gaande was. Ik wilde mijn twee jongens niet achterlaten, noch kolonel Primrose, die met mazelen in het ziekenhuis lag. Toch was ik zo gehypnotiseerd, dat Ik me niet vermocht te verroeren. Ik wist, dat ik me kon omkeren en de deur achter me grendelen, <jn opbellen, maar er was geen slot op de deur. Ik wist dat ik kon schreeuwen. Mnar ik wist ook, dat de spookachtige voetstappen, die uit de zit kamer naderbij gleden, veel vlugger zouden zijn dan ik. want ik was verstijfd van angst en zij werden voortgedreven door een andere angst, angst tut schuld en angst voor vergelding. Weer kraakte «de plank. De scheme rige lichtstreep bovenaan de deur scheen te bewegen. 'r:; bewoog werkelijk. De deur draaide -n. Toen se! i uwde ik. „Lilac! Lilac!" Maar er ku im geen geluid, ik hoorde slechts een schot, gefluisterd „Lilac! Lilac!" in mijn oren. Ik wist, dat het te laat was. Niemand ter wereld zou mij horen. HOOFDSTUK XIII OLLIE. Toen ging de deur open en floepte het portaallicht aan. Half verblihd struikel de ik en zakte neer op de traptrede ach ter mij, ontdaan en ontredderd als nim mer tevoren, doch slechts half zo ont daan en ontredderd als sergeant Buck. Na een ogenblik dat een oneindigheid scheen, keerde hij terug naar de zitka mer en hoorde ik zijn metaalachtigf stem achter een kier van de deur. Hy had me niet aan het schrikken willen maken, zei bij. Hij was er alleen maar om me te beschermen. „Beschermen!" Mijn tanden klapper den onbedaarlijk. „Beschermen! Om 's hemels wil!" Ik lachte en huilde door elkaar en was een zenuwtoeval meer na bij dan ooit te voren. Ik trilde zo, dat, toen ik de trapleuning greep om mij tegen vallen te behoeden, de hele ba lustrade mee schudde. „U hebt me een doodsschrik op het lijf gejaagd. Ik kom dit nooit meer te boven." Het kwam niet bij me op, dat dit ser geant Buck hoogstwaarschijnlijk zeer welkom zou zijn. Ik stond op het punt. hem alles te vertellen wat me op het hart lag, toen het tot me doordrong, dat het weinig zin had een alleenspraak te voeren tegen een gesloten deur. „U deed beter met naar bed te gaan, mevrouw," zei de stem achter de deur, „u zult nog kou vatten." „Ik zal naar bed gaan zodra u het huis verlaat," zei ik. Gelukkig vergat ik niet eraan toe te voegen: „Wat moeten de buren wel denken?" „Gaat u naar bed, mevrouw," zei ser geant Buck koel. Hij sloot de deur af, ten teken, dat het gesprek was beëindigd en dat, hoe min der er verder gezegd werd, hoe beter het was. Ik rees op en toen ik dacht, dat mijn knieën weer sterk genoeg waren, deed ik zoals mij was gezegd. In zeker opzicht was ik dankbaar. Ik keek door het portaalraam de tuin in. De donkere kruipende gedaanten waren als bij to verslag verdwenen. Om kort te gaan, ik was blij dat sergeant Buck in huis was. En pas in de morgen, toen ik mij weer het telefoongesprek te binnen bracht, rees er een tikje twijfel in mij. Misschien was hij werkelijk gekomen om mij te beschermen. Misschien had hij uit tijdverdrijf meegeluisterd. Deson danks probeerde ik me te herinneren wat Dorothy precies had gezegd. Er was niets bij. dat door een buitenstaander uitgelegd kon worden als iets anders dan een redelijke vrees voor de onbe kende sluipmoordenaar. Waarom ik zo vol vertrouwen was, dat Buck niet meer wist dan wij beiden, weet ik niet. Ik rook de geur van de ham en eieren, die Lilac voor hem aan 't bakken was en hoorde haar opgetogen kakelen, ter wijl ze zich aanstelde als de volmaakte keukenprinses en dienstmaagd, na mij met een half-rauw ei en een paar uit gedroogde sneetjes brood afgescheept te hebben. Toen ik naar beneden ging was hij in de tuin. Hij wierp zijn tandensto ker in het bloembed en zei: „Góeden- mórgen, mevrouw. Kan ik u even spre ken? We moeten een paar dingetjes op helderen." Het ophelderingsproces liet de zaak voor mij even duister als voorheen. Alles bijeengenomen kwam het erop neer, dat Bill Kent een hoogstaande jongeman was, die 's ochtends aan een onderzoek zou worden onderworpen en zich waar schijnlijk niet als een lam ter slachtbank zou laten leiden. Mevrouw Hallet was een hooggeplaatste dame, maar desal niettemin was het bekend, dat ze door de achterdeur uit huis was geglipt, ter wijl toch verondersteld werd, dat hoog geplaatste dames door de voordeur naar buiten gaan. Het was voorts geen geheim, dat zij en Ellery Seymour sedert enige tijd op vriendschappelijke voet verkeerden. Wat Milton Minor aanging, hij was een deugniet, die door een degelijke dame als ik niet ontvangen behoorde te wor den. De politie hield hem in de gaten. Sergeant Buck vertelde mij dit in mijn eigen belang en niet omdat hij persoon lijk iets tegen Milton Minor had. Niet temin scheen het feit, dat Milton stuk ken in kranten schreef, tegen hem te getuigen. Wat de overigen betrof, die waren ook allen óf hooggeplaatst, óf hoogstaand. Volgens sergeant Buck was en bleef de moord op Betty Livingstone een „liefdesaangelegenheid". De brieven, beweerde hij, zouden wel aan het licht brengen, wie de man was met wie zij het had aangelegd. „Brieven?" vroeg ik. „Wat voor brie ven?" „De brieven die ze haar moeder de laatste jaren heeft geschreven. De oude dame heeft ze allemaal bewaard. Lamb heeft er gisteren een jongen heen ge stuurd. Vanmorgen zou hij Ze allemaal mee terugbrengen". (Wordt vervolgd zullen niet helemaal ongemoeid kunnen worden gelaten en het zal mij moeite genoeg kosten het op de begroting 1951 voorkomende bedrag van 540 millioen gulden te handhaven". Een verlaging van de bouwkosten is dus een levens kwestie en in verband hiermede her. haalde hij d,e mededeling, die hij ook reeds in de Kamer deed, namelijk, dat de beide thans geldende rijksbijdrage regelingen zullen worden vervangen door één nieuwe met een zo laag mogelijk basisbedrag en een zo soepel mogelijk systeem voor aanpassing aan plaatselijke omstandigheden. De minister noemde in dit verband een bedrag van 170 k 180 gulden 's jaars, waarmede, naar hij zeide, in tal van gemeenten behoorlijk gebouwd zou kunnen worden. ttMIIIHIIHMMHIIIIIIIIIIIIMHHIIllllllllllllltlllllltlltllltimtltia „De familie Hertogh zal wel blij zijn, als ze Bertha eenmaal goed en wel thuis heeft," zei Snorrebor. „Moe der Hertogh heeft als een leeuwin voor haar jong gevochten en gewon nen. De stem van het bloed is tenslotte toch sterker gebleken dan de inbla zingen van AminahWat dat arme kind al niet heeft meegemaakt. Ik moet me niet indenken, als dat alle maal met m'n Lei da gebeurd zou zijn. Eigenlijk is het een vechten om de ziel van de kleine Bertha geweest. En met Gods hulp is ze gered. Ik neem m'n petje af voor het gerecht in Singa pore, dat zuiver recht heeft gesproken ondanks de terreur van dc opgehitste Mohammedanen. Of de communisten achter de relletjes, die twaalf mensen levens kostten, hebben gezeten, is maar bijzaak. Een verschrikkelijk idee, dat er twaalf mensen het leven hebben moeten laten, ook al heb je er niet direct schuld aan. Het is nu te hopen, dat de Hertogh's wat rust krijgen en vooral de kleine Bert ha. Nu het recht heeft gezegevierd, dient de publieke belangstelling zich terug te trekken voor de intimiteit van het gezin. Op de eerste plaats in het be lang van de kleine Bertha zelf en haar toekomst. Hoe eerder die nachtmerrie vergeten zal zijn, hoe beter." De vereniging „Het Nederlands Kan kerinstituut organiseert mede onder auspiciën van de vereniging „Het Ko ningin Wilhelminafonds", een grotej landelijke prijsvraag ten bate van da kankerbestrijding. Niet minder ddn 21A millioen ■Drijsvraagformulieren worden deze maand door de post in het gehele land huis aan huis bezorgd. Op het formulier zijn reclamevignetten van 52 industrieën, fabrieken enz. in ons land afgebeeld. Aan de achterzijde staan een gelijk aantal op deze vignet ten betrekking hebbende vragen, die beantwoord moeten worden. Men mag twaalf fouten maken of eenzelfde aantal vragen onbeantwoord laten om toch aan de prijsvraag mee te kunnen doen. Op verzoek zijn bij het instituut meer for mulieren verkrijgbaar. De opbrengst, die bestaat uit het bo ven het verschuldigde briefporto extra geplakte bedrag aan postzegels mi nimum 50 cent tot een maximum van één gulden, komt geheel ten goede aan de kankerbestrijding. De kosten voor deze priisvraag worden namelijk uit an dere middelen bestreden. Het instituut hoopt met deze prijs vraag een f 100.000 f 150.000 binnen te krijgen, dat zal worden gebruikt voor de aankoop van een behandelines- apparatuur voor de rönteenkamer. De radio-therapeutische afdeling, waarop door de oorlog een achterstand is ont staan, moet dringend worden ver nieuwd. Voor een volledige moderni sering van de apparatuur wordt vijf ton nodig geacht. De bekende Duitse toneelspeler en filmacteur Werner Krauss treedt op het ogenblik met een Weens toneelge zelschap, dat door het gemeentebestuur van West-Berlijn werd uitgenodigd om zes voorstellingen te geven en daardoor de culturele banden met Oostendgk aan te halen, in Berlijn op, niettegenstaan de hij onder het Nazi-bewind geregeld bleef spelen en zelfs in de anti-semieti- sche film „Jud Süsz" de hoofdrol ver vulde. In drie denazificatieprocessen in Duitsland is Krauss onder de zgn. „lich te gevallen" geclassificeerd. Het gezel schap, waarin hij optreedt met Helene Thimig, de weduwe van de Joodse re gisseur Max Reinhardt, speelt Ibsen's „Johann Gabriël Borkmann". Dit „lichte geval" lag vele Berlijners echter te zwaar op de maag, want een menigte van 2.000 Berlijners heeft getracht de deuren van het Stadstheater te ram meien om het optreden van Werner Krauss te verhinderen. In de tientallen afzonderlijke gevechten, die ontston den, kreeg de politie het zwaar te ver duren. Toen de menigte het laatste po- litiecordon rondom het theater aan de Kurfuerstendamm naderde, moest de brandspuit er aan te pas komen. De de monstranten gooiden met stenen en baanden zich een weg naar de foyer van het theater, waar zij woedend eisten, dat Krauss het veld zou ruimen. Tien de monstranten werden gearresteerd, vijf demonstranten moest de eerste hulp bij ongelukken worden verleend en twee van de tweehonderd politiemannen, die in actie waren, werden gewond. Zoveel Kabale als er buiten het theater wer den gemaakt, zoveel Liebe werd er bin nen betoond. Na elke acte moest tien keer gehaald worden en aan het slot zelfs twintig maal, terwijl het schouw burgpubliek hem staande een ovatie bracht. De 66-jarige acteur was na de voorstelling volkomen uitgeput. Rabbi Levinson van Cincimati, die als rabbi van Berlijn optreedt, wijst alle verantwoordelijkheid voor deze relle tjes af op het stadsbestuur en burge meester Reuter, die het Weense Burg theater met Werner Krauss hebben uit genodigd. Wie meent, dat president Truman zo mét kwellende wereldzorgen overladen is, dat hij oog noch oor heeft voor de kleine zorgen in zijn naaste omgeving, kent deze kleine grote man weinig. Zo als men weet, is zijn zingende dochter Margaret zijn oogappel. Niettemin waagde de muziekrecensent Paul Hume het onlangs te schrijven, dat Marg. Tru man een zeer aantrekkelijke figuur op de planken was, maar niet zo heel best kon zingen. Prompt daarop ontving hij een brief van de verontwaardigde va der, waarin deze hem dreigde „te zullen afdrogen". De brief was ondertekend met H. S. T., de initialen van de presi dent en het Witte Huis bevestigde, dat Truman aan Paul Hume, de muziekcri ticus van de „Washington Daily News", een brief had geschreven. Hume wilde de letterlijke tekst echter niet publice ren, maar zijn blad zegt, dat deze onge veer hierop neerkomt: „Ik heb juist uw minne reqensie gelezen, u spreekt als een teleurgestelde oude man, die nim mer succes heeft gehad. Ik heb u nooit ontmoet, maar pas op, dat u uit mijn handen blijft, want anders zult u een nieuwe neus en een heleboel biefstuk nodig hebben". Margaret zelf betwijfelde, of haar va der deze brief geschreven had. en ver klaarde zeer verstandig, dat Hume een goed criticus was en het recht had te zeggen wat hij denkt. Ze mag misschien dan niet zo goed zingen, ze heeft hier mee bewezen, méér tact te bezitten dan haar vader. Paul Hume toonde zich een goed psycholoog, toen hij verklaarde, dat een man, die pas een goede vriend (perschef Ross) verloren heeft en de verschrikkelijke last van de huidige wereldcrisis draagt, zich nu en dan eens een uitbarsting van woede moet kun nen permitteren. Men kan zich na deze geschiedenis voorstellen, wat een moei te het Attlee moet hebben gekost om de temperamentvolle Truman te kalme ren, toen Amerika en de Verenigde Na ties in Korea bun aangezicht schonden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1950 | | pagina 3