P. v.d. A. WENST OVERDRACHT VAN DE SOUVEREINITEIT VAN N .-GUINEA „Geen ramp voor Nederland" Chef; „Kerk in nood" een congres op Gemeenschapsoord Drakenburgh Gewijd aan de Duitse vluchtelingen 4' AMPËRE VERBINDING tussen twee werelden HEILIGE AGNES I T?ekencursus Pietje Plaaggraag fopt zichzelf Belevenissen van de struisvogel Rasmus mrs tarme Vandaag grieperig morgen weer beier Agrarische producten naar West-Duitsland Sim, Sam (T} ZATERDAG 20 JANUARI 1951 PACjINA 7 PLEIDOOI VOOR VOORTGANG DER ONDERHANDELINGEN Opnieuw marchanderen Overdracht aan Indonsii Woord gebroken Uitgangsstandpunt handhaven Protest van Duitse boeren Liturgische weekkalender y/ivi sr ip|H| en Rasmus op de boerderij (Vergadering van Vrijdag, geopend te 13.45 uur; voorzitter mr. Kortenhorst) Deel der notulen openbaar Zonder stemming wordt aangenomen na een korte discussie tussen de heer De Haas (Kath.) en minister In 't Veld het wetsontwerp tot wijziging van hoofdstuk IXa van de begroting '50 t verhoging van tegemoetkomingen in de oorlogsschade aan onroerende goe deren op grond van de wet op de ma teriële oorlogsschaden). Voortgezet worden de beraadslagingen over de nota inzake de onderhandelin gen over Nieuw-Guinea. De voorzitter deelt mede. dat de Kamer besloten heeft tot publicatie van die passages uit de Handelingen van het comité-generaal van 28 en 29 Sep tember 1950, welke betrekking hebben op het contact tussen de regering en de Staen-Generaal met betrekking tot de toen komende onderhandelingen met Indonesië over Nieuw-Guinea. De pas sages zijn de volgende: De heer Romme: In de commissie voor Uniezaken heeft de regering de toezegging gedaan, om door middel van dit orgaan, de Kamer op de hoogte te zullen houden van het verloop van de onderhandelingen en met die commissie voeling te zullen houden. Wij menen, dat in deze uiter mate gewichtige zaak deze toezegging terecht door de regering is gedaan en dat van de zijde van de commissie voor Uniezaken naar mijn gevoelen het ook aldus is ontvangen en aanvaard. De heer Van Maarseveen, minister Voor Uniezaken en Overzeese Rijksde len: Wanneer een redelijk tegenvoorstel zou worden gedaan, dan zal de regering zich daarover hebben te beraden, maar het ligt in de bedoeling van "de rege ring om dienaangaande geen beslissing te nemen dan nadat zij tevoren heft geraadpleegd de commissie voor Unie zaken. Dat is bij een goede samenwer king tussen regering en parlement op zich zelf reeds 'n eis, het is ook een eis van practisch beleid, want de regering zal altijd voor ogen moeten houden, dat geen enkele oplossing van dit probleem mogelijk is zonder de uiteindelijke goedkeuring van het parlement. En in dien de regering met miskenning van de rechten van het parlement zou ko men met een oplossing, die door het parlement verworpen zou worden, dan zou dit resultaat veel ernstiger zijn voor de verhoudingen tussen Nederland en Indonesië, dan een volslagen mislukking van de conferentie. De heer Schermerhorn: Elk redelijk tegenvoorstel zal de regering overwe gen. Ik heb met veugde deze uitspraak vernomen. Verder heeft de minister gezegd, dat de inhoud van dergelijke voorstellen met de overwegingen van de regering te gelegener tijd aan de commissie voor tlniezaken uit deze Kamer worden Voorgelegd. Met dit alles ben ik tevre den. De heer WELTER (Kath. nat.) zegt nooit geloofd te hebben, dat deze regering haar woord zou houden en is fcijieicd -iedenken,, dat de regering zich bij het besluiten van de R.T.C. reeds vertrouwd had gemaakt met de idee, dat Nieuw-Guinea ook prijsgegeven zou moeten worden. Wat de P.v.d.A. de laatste dagen weer te zien en te horen heeft gege ven is een bewijs, dat deze partij niet geschikt is regeringsverantwoordelijk heid te dragen. Waarom keert de pu blieke opinie zich nu zo tegen haar? Zij heeft immers al deze jaren alles gedaan om Indonesië in de kaart te spelen. De K.V.P. is natuurlijk als zodanig Wel geschikt regeringsverantwoorde lijkheid te dragen Thans is zij echter gekomen in een positie van horigheid ten opzichte van de P.v.d.A. Is de K.V.P. bang voor een kabinets crisis' De P.v.d.A. niet. Maar de heer Romme wilde het kabinet wel recon strueren, alsof de P.v.d.A. zich dan ook niet had teruggetrokken De regering van de R.I. heeft geen enkele houdbare rechtsgrond voor haar aanspraken op Nieuw-Guinea. Kaar argumenten zijn alle weelïf®r Toch gaat onze regering marchan deren. Doet zij dit ook, als bijv fle Relgische regering Zeeuws-Vlaanderen *ou opeisen? Spr. zou willen zeggen: houdt Nieuw- Guinea nog tien jaar, dan zou dit eiland als een lichttoren oprijzen bo ven het verworden gebied rondom. Maar dit zou deze regering niet be wegen. Het door de regering aangeboden compromis is waardeloos, houdt zeer Vele gevaren in en voert tot onaan vaardbare consequenties. Prof. Romme hoemde het een gulden middenweg; het te een staatsrechtelijk monstrum. Waar blijft de souvereiniteit als de Unie uit elkaar valt? Spr ziet in deze gehele geschiedenis eens te meer reden om aan te dringen °P het aftreden van dit kabinet. De heer DE KADT (Arb.) zegt, bij het besluiten van de R.T.C. het hiaximum moest worden aanvaard, wat het Nederlandse volk aan politieke Wijsheid bij elkaar kon brengen. Zo ^'erd Nieuw-Guinea van de overdracht Uitgesloten. Persoonlijk kwam het spr. het meest Juist voor de revolutionnaire toestand ••en bloc" te aanvaarden. Dit gebeurde echter niet. De harde werkelijkheid van |}et in de steek moeten laten van hen, uje hadden gestreden voor de politiek, C'e wij hadden voorgestaan, hield halt "ij Nieuw-Guinea. Waarom? Het is be grijpelijk voor hen, die oorlog willen actie-Westerling en de gebeurte nissen op Ambon en voor hen, die Achteraf spijt hebben niet de V.V.D. gaar wèl de volgelingen van mr. Oud. "et is alsof wij in een oorlog de ne derlaag hebben geleden en de Indone- Advertentie Zodra U zich onprettig voelt, neem [tan eens Chefarine „4". Elk tablet bevat 4 beroemde geneesmiddelen, «••e de griep krachtdadig aanpakken, ïodai U spoedig weer in orde bent. siërs hebben hun overwinning dikwijls uitgebuit op onbehoorlijke, •kinderlijke en onverstandige wijze. Wil men daar om echter een nieuw conflict, die ons te gronde zou richten, of een poging om de goede betrekkingen te behouden? Spr. acht alleen de laatste weg begaan baar. Dit betekent niet: alles toegeven". Men denkt aan de bevolking daar. Maar kunnen wij de Papoea's wel hel pen als wij zelf zijn uitgeput door een conflict? Denk voorts eens aan de tien tallen millioenen per jaar, die we zou den moeten uitgeven om de bevolking op een hoger peil te brengen. We heb ben het geld niet! Het gebiedsdeel wil len behouden zou ons te kort doen schieten in onze plichten t.a.v. Europa, de wereld en Indonesië. De Indonesiërs zouden chantage plegen. Spr. wil daar stellig niet aan toegeven. Maar men verlieze niet uit het oog de geestelijke en zedelijke belangen, die wij in geheel Indonesië hebben. De conferentie was tot mislukken gedoemd. Beide partijen hadden stand punten ingenomen, die niet tot elkaar konden komen. Spr.'s fractie heeft zich niet in het openbaar tot de re gering gewend met een voorstel om een oplossing te bieden. Spr. wijst het verwijt van „geheime democratie" af. Dergelijk vertrouwelijk contact is nuttig, soms nodig en soms geboden. „Trouw" heeft gezegd, dat de inhoud van de brief aan de Indonesiërs is doorgegeven. Laat men een naam noe men. Wij vrezen geen onderzoek. Mr. Van der Goes van Naters kon in derdaad niet spreken namens de fractie. Het interview behelsde zijn persoonlijke mening. Met dat van prof. 'Schermerhorn is het niet anders gesteld. Tegen een interview is geen bezwaar, mits het op het juiste moment gegeven wordt. De fractie is van mening, dat de best mogelijke oplossing gevonden wordt als de overdracht van de souvereiniteit de jure en de facto tot stand wordt ge bracht. Dit zou gezien spr.'s inleiding geen ramp zijn voor Nederland. Als de regering dit standpunt niet in neemt zal de fractie het vertrouwen niet opzeggen, omdat zij van mening is, dat de toestanden in het algemeen een rege ringscrisis ongewenst maken. Het laatste standpunt van.de regering voortzetting van de onderhandelingen ligt ons het best. Maar geen onder handelingen, waarbij men ons dicteert. Is de regering van de R. I. niet bereid redelijk te onderhandelen, dan bedenke men, dat zij met maatregelen tegen Ne derland zichzelf ook treft en in het bui tenland een slechte indruk vestigt. Tenslotte zijn wij ook van mening, dat de bevolking van Nieuw-Gumea door betere garanties beschermd moet zijn, dan tot dusver zijn gegeven. Maar ook dit kan tijdens de onderhandelingen ge- eist worden. Mr. VONK (V.V.D.) betoogt, dat de regering toegezegd heeft, dat de com missie zou worden geraadpleegd - zie de notulen, die zijn vrijgegeven. De re gering heeft zich daar niet aan gehou den door zichzelf een aantal beperkin gen op te leggen. In de nota wordt gezegd, dat de rege ring zich steeds heeft gehouden aan de toezegging. Waarom wordt dit opge merkt? Spr. vat het op als provocatie tot tegenspraak. Zijn tegenspraak zal hij niet bewijzen uit het gesprokene tijdens het overleg van de minister met de Ka. mer-commissie. Dit overleg is wel ver trouwelijk, maar het betreft hier een zuivere processuele kmestie, dus nie mand zal daartegen bezwaar maken. De VOORZITTER maakte echter wel bezwaar deze openbaarmaking zo maar toe te staan. Na een korte discussie wordt besloten, dat mr. Vonk zijn stelling handhavende zijn betoog zal voortzetten. Overleg zal worden ge pleegd tussen de minister en de com missie over de vraag, of mr. Vonk be paalde gedeelten aan de openbaarheid zal mogen prijsgeven om zijn stelling te bewijzen. Mr. VONK zet zijn rede voort en zegt, dat de regering goed was begon nen. Zij is gezwicht voor het extremis me. Het kabinet heeft zich nu in een po sitie begeven, die overdracht van de souvereiniteit onvermijdelijk maakt. De gave Nederlandse souvereiniteit is immers reeds verloren. Men zie toch, dat de regering van de R.I. met haar eisen het extremisme wil zoet houden; zij tracht er sterker door te worden. Dit zal niet gebeuren. Als onze regering door deze over dracht de regering van de R.I. nog vas ter in het zadel kon zetten, zou er ten minste nog één argument zijn. Maar onder deze omstandigheden is spr.'s fractie niet bereid de souvereiniteit over te dragen. Spr. ziet niet in hoe dit kabinet Nieuw-Guinea nog kan behou den. Het heeft zijn kans verspeeld. De heer TILANUS (C.H.U.) wijst er op, dat het tijdens het reces wel heel „slecht weer" is geweest. Nu is de mist wellicht iets opgetrokken en kunnen we misschien weer voortgaan. Het is niet waar, dat de regering haar woord zou hebben gebroken, wat betreft het cont' act met de commissie voor Unie-zaken. Het uitgangspunt van de regering, de souvereiniteit over Nieuw-Guinea niet over te dragen, was goed en redelijk. Dit standpunt wenst spr. in het oog te houden en hij wenst er niet van af te wijken. Het voorstel van de regering een Nieuw-Guinea-raad in te stellen ging al rijkelijk ver. Na afwijzing, ging de regering nog verder: opdracht van de souvereiniteit aan de Unie. Wij staan afwijzen^ tegenover deze voorstellen. Onder andere omstandigheden zou er misschien een mogelijkheid in liggen, maar thans niet. Spr. blijft vasthouden aan het oor spronkelijk standpunt van de regering en wijst bovendien op de strategische overwegingen. Spr. vraagt hoe het mogelijk is, dat het laatste voorstel van de regering twee dagen van te voren reeds in „De Telegraaf" bestreden kon worden door een Utrechts hoogleraar. Ook de laatste poging van de regering om een oplossing te vinden met behulp van de U.N.C.I. acht spr. niet juisl Derden kunnen het centrale probleem van de souvereiniteit niet oplossen. Spr. hcopt, dat de regering in staat zal zijn N.-Guinea te behouden voor ons land om het tot bloei te brengen. De vergadering wordt te 17.30 uur gesloten. /L ^ROEMDE geneesmiddelen IN EÉN TABLET 1 =v.tN PUNENEN^S" 20 TABLETTEN F 0.75 Van 911 Februari a.s. wordt op het Gemeenschapsoord Drakenburgh een congres gehouden dat onder het motto „Kerk in Nood" het probleem van de vluchtelingen in Duitsland zal behande len. Als organisatoren treden op het Kath. Genootschap voor Geestelijke Ver nieuwing, dat het initiatief nam, de Actie Oost-Priesterhulp en het Kath. Sociaal-Kerkelijk Instituut. Aan dit congres komt uit vele overwegingen een bijzondere betekenis toe. In toenemende mate trekt de situatie van de Duitse vluchtelingen ook de internationale aan dacht. Zo zijn er in Nederland en in andere landen commissies ter bestude ring van dit vraagstuk in het leven ge roepen, omdat men begint te voelen dat het bijna onoplosbare probleem van de ze twaalf millioen ontheemden ook re percussies op geheel Europa kan hebben. Daarbij vormt zoals bekend de religi euze nood, waarin deze millioenen vluchtelingen leven, natuurlijk een zeer speciaal aspect van het probleem. Daar om hebben de organisatoren gemeend goed te doen door voor het eerst in West- Europa op dit congres „Kerk in Nood" de religieuze en sociale nood van de ontheemden aan de orde te stellen en zo grondig mogelijk te behandelen. Onder voorzitterschap van ir. Ridder de van der Schueren, commissaris van de provincie Overijsel en pater dr. Stal- mans O.Praem., Prelaat van Tongerloo, zal een aantal deskundige sprekers uit binnen- en buitenland de verschillende terreinen van het onderwerp behande len. Na een historische uiteenzetting over de voorgeschiedenis*van de verdrij ving, die door dr. K. J. Hahn verzorgd zal worden, zullen vooraanstaande Duit se katholieke leiders, die op het terrein van de vluchtelingen reéds jaren werk zaam zijn, uit hun ervaringen vertellen. Prelaat prof. Kindermann, stichter en rector van het vluchtelingen-seminarie te Königstein, en pater Sladek, die in de zielzorg onder de vluchtelingen werkt, zullen het religieuze en het sociale as pect ieder in een lezing behandelen. Ook de West-Duitse Bondsminister voor Vluchtelingenzaken dr. Lukaschek. die tegelijk voorzitter van de Katholieke Vluchtelingenraad is, zal een inleiding houden Prof. Zeegers en prof. Olden- dorff van het Kath. Sociaal-Kerkelijk Instituut zullen een uiteenzetting geven over 't maandenlange wetenschappelijke onderzoek van het sociale religieuze leven in Duitsland, speciaal dan onder de vluchelingen. Pater van Straaten zal tenslotte een beeld van de grootse en nog steeds groeiende Actie Oost-Pries- terhulp ontvouwen, waarbij de laatste ervaringen met 'de Kapellenbussen en nieuwe middelen van geestelijke en ma teriële hulp besproken zullen worden. Het congres zal een internationaal ka rakter dragen. Er zullen deelnemers uit België, Frankrijk, Zwitserland en Duits land aanwezig zijn. Een Frans priester Guervel zal een inleiding houden over zijn werk onder de Duitse vluchtelingen. Deze energieke en vurige priester heeft met een equipe van jonge Franse katho lieken maanden in een Duits kamp door gebracht als vluchteling onder de vluch telingen, om daadwerkelijk hetzelfde leven ais zij te voeren en daardoor een echt apostolaat te kunnen verrichten. Men kan op grond van al dit verwach ten, dat het congres „Kerk in Nood" niet alleen een degelijke voorlichting geeft over de situatie van de vluchtelingen in Duitsland, maar ook een appèl tot de christenen zal richten zich op de nood te bezinnen, waarin de Kerk heden ver keert. Blijkens een publicatie in de „Bundesan- zeiger", de Duitse staatscourant, zijn ander maal deviezen beschikbaar gesteld voor in- voeraanvragen door Duitse importeurs van de volgende artikelen: Boter 500.000, kaas 500.000, reuzel 500.000, fruit 300.000, snij bloemen 100.000. De bovenstaande bedra gen werden door de Duitse regering uitslui tend voor invoer uit Nederland vrijgegeven. Alle, sedert 26 December 1950 m Duitsland geschiede uitschrijvingen voor import uit Nederland zullen in mindering op de bij handelsverdrag vastgestelde contingenten worden gebracht. Hieraan kan worden toegevoegd, aldus deelt men ons van de zijde van het ministe rie van Landbouw, Visserij en Voedselvoor ziening mede, dat, hoewel een uitschrijving voor uien nog niet is geschied, een redelij ke verwachting is gerechtvaardigd, dat bin nen afzienbare tijd de Duitse autoriteiten een bedrag aan deviezen voor import van Nederlandse uien beschikbaar zullen stellen. De Duitse Boerenbond heeft bij het West-Duitse ministerie voor de Voedselvoor ziening geprotesteerd tegen de hoge fruit en groente-contingenten, die zijn vastgesteld in de op 18 Januari j.l. geparafeerde han delsovereenkomst tussen Nederland en West- Duitsland. Naar in vakkringen bekend is ge worden zou aan Nederland door het ministe rie voor de Voedselvoorziening een invoer contingent zijn toegestaan van 10 millioen dollar voor groente en van 2 millioen dol lar voor uien, alsmede 8 millioen dollar voor fruit. De Duitse deskundigen hadden echter slechts een invoercontingent voorgesteld van 5,5 millioen dollar voor groente, met inbe grip van uien, en van 2 millioen dollar voor fruit. ZONDAG 21 JANUARI: Septuagesi ma; Mis v. d. dag; 2. H. Agnes; Credo; prefatie v. de H. Drievuldigheid paars. MAANDAG: H.H. Vincentius en Anastasius, martelaren; Mis Intret; 2. tot de H. Maagd; 3. voor Kerk of Paus; gewone prefatie rood. DINSDAG: H. Raymundus van Pen- nafort, belijder; Mis Os justi; 2. H. Emerentiana; 3. tot de H. Maagd; ge wone prefatie; wit. WOENSDAG: H. Timotheus, bisschop, martelaar; Mis Statuit; gewone prefa- fatie rood. DONDERDAG: St. Paulus' bekering; eigen Mis; 2. H. Petrus; Credo; prefa tie van de Apostelen wit. VRIJDAG: H.JPolycarpus, bisschop, martelaar; eigen Mis; gewone prefatie rood. ZATERDAG: H. Joannes Chrysosto- mus, bisschop, belijder, kerkleraar; eigen Mis; Credo; gewone prefatie wit. ZONDAG 28 JANUARI: Sexagesima; Mis v. d. dag; 2. H. Petrus Nolascus; 3 H. Agnes; Credo; prefatie t. d. H. Drievuldigheid paars. 20 Januari 1775 werd André Louis Ampère te Lyon in Frankrijk geboren. Reeds op zeer jeugdige leeftijd toonde hij een grote liefde voor de rekenkunde en op twaalfjarige leeftijd was hij hierin reeds zover bekwaamd, dat hij op de school te- Lyon de lessen in de hogere wiskunde kon volgen. Het scheen dat er een goede toekomst voor hem was weg gelegd, maar reeds spoedig moest Ampère kennis maken met de harde zijde van het le ven. Zijn vader werd veroor deeld tot de dood. Voor de teergevoelige Ampère was dit verschrikkelijk; zijn studielust verdween, hij dreigde moede loos te worden. Om afleiding in zijn smart te vinden, ging hij zich toeleggen op plant kunde, muziek en letterkunde. Eerst later ging hij natuur- en scheikunde studeren. Na enige tijd werd Ampère benoemd tot leraar aan een ly ceum en in het jaar 1809 werd hij tot professor benoemd. Am père was een groot geleerde. Zijn hoofdwerk ligt op het ge bied van de electriciteit. Am père verduidelijkte het begrip electriciteitsstroom en voerde de grootheid stroomsterkte in, waarvan, zo je weet, de een heid naar hem is genoemd (denk aan ampère-meter). Louis Ampère Spreekwoordelijk was Am- père's grote verstrooidheid. Zo verhaalt men van deze grote geleerde, dat hij eens bij het station op een huurrijtuig een wiskundige berekening uit werkte, terwijl hij in de me ning verkeerde dat hij voor een schoolbord stond. Toen het rijtuig vertrok liep Ampère er achteraan, terwijl hij de becij fering voortzette! Bekend is ook, dat hij op zekere dag een krijtdoek in zijn professorale jas stak in plaats vaii een zak doek. Tijdens een groot diner meende Ampère een ogen blik, dat hij zich thuis be vond, waar zijn zuster de huis houding leidde en plotseling riep hij uit: „Verdraaid, mijn zuster moet de keukenmeid maar ontslaan, dan eten wij tenminste weer eens wat sma kelijker." c- 7tcL<l>, de vrnfO-nriryke v v„ 'V/V'' ,v„ i&Kfeb,., - :s„. Een duidelijk beeld van de sluiswerken van het Panamakanaal. Nog ieder jaar heeft in de Agneskerk te Rome een heel bijzondere plechtigheid plaats. Enkele lammeren worden in de kerk gebracht en daar aan God toegewijd. De wol name lijk van deze lammeren zal in het komende jaar gebruikt worden om het pallium van de aartsbisschoppen te maken. (Het pallium is een wollen band met zes zwarte zijden kruisjes. die door hogere geestelijken als een ereteken gedragen wordt). Het wijden van deze lam meren is al een zeer oud ge bruik en herinnert ons aan de verschijning van de heilige Agnes aan haar ouders, acht dagen na haar marteldood. De vader en moeder van Agr.es zagen toen hun dochter te midden van een grote groep maagden, terwijl Agnes zelf een sneeuwwit lam aan de hand hield. Op het feest van de heilige Agnes, de 21ste Januari, zingt de H. Kerk dan ook: „Aan haar rechterzijde stond een Lam, witter dan sneeuw. Het is Christus, Die haar aan zich toewijdde als Bruid en Bloedgetuige," Inderdaad! De H. Agnes was de Bruid van Christus. Hem alleen wilde zij toebehoren. Op jeugdige H. Agnes. ren. Dan komt de met succes bekroonde Amerikaanse poging. Zo begon in 1904 opnieuw de koortsachtige drukte op de landengte tussen Colon en Pa- je-eftijd zou zij zelfs haar Maar de Amerikanen nama. begonnen geheel anders dan de Fransen hadden gedaan. Na leven voor Hem geven. Agnes leefde tegen het eind van de derde euw in het hei- lang wikken en wegen besloten waV Christen nog steeds iets strafbaars zij tot het aanleggen van een kanaal met een uitgebreid systeem van sluizen. Ir. Goethals kreeg de leiding. Op zijn programma stond de strijd tegen de gele koorts en aan dit punt begon hij het eerst te werken. Vijf jaar lang voer de ir. Goethals het „opperbe vel" over duizenden werklie den, 100 baggermolens, 160 lo comotieven, 560 boormachines en in die jaren ontstonden op Agnes had genoeg aan de 90 km. brede landengte van - Panama steden voor de werk lieden en hun familieleden hotels voor de ingenieurs, sla gerijen. bakkerijen, bioscopen enz. Ieder jaar werden vijf mil lioen dollars uitgegeven ter be strijding van de moerasziekten en vijftienhonderd mensen werkten in gezondheidsdienst. Vijfhonderd pond kinine moes ten wekelijks verbruikt worden rechter gebracht, om de gele koorts te bestrijden, veranderde ook Er werd gekerkt in drie ploe gen; dag en lacht. Met alle middelen van de mo derne medische wetenschap ging men de muskieten verdel gen en in 1906 was men reeds zover, dat er na dat jaar geen geval van malaria of gele koorts tussen Colon en Panama meer voorkwam. Hierna begonnen de Ameri kanen met het bouwen en gra ven van het eigenlijke kanaal. Sluis volgde op sluis, alles in beweging gebracht door een pompinstallatie. De schepen, die uit de Atlantische Oceaan kwa- zijn was. Agnes was ook Christin. Zij had zich zelfs geheel aan God toegewijd. Daarom wenste zij ook niet te luisteren naar die voorname Romein, die met haar wilde trouwen. De Ro mein trachtte eerst, door Ag nes allerlei kostbare dingen aan te bieden, haar tot andere gedachten te brengen. Maar Gods liefde en genade en wilde niet naar de jongeman luiste ren. Toen deze tenslotte inzag, dat ai zijn pogingen om Agnes te winnen vergeefs waren, werd hij kwaad en besloot hij zich te wreken. En dat ging al heel gemakkelijk. Hij klaagde Agnes aan: zij was Christin. Onmiddellijk werd Agnes ge vangen genomen en voor de Natuurlijk hier de maagd niet van gedachten. „Dan zullen wij je wel dwingen!" dreigde de rechter. Hij liet het meisje naar een huis brengen, waar veel slechte mensen bijeen waren. In hun tegenwoordigheid zou het meisje ook wel enig kwaad doen, dacht de rechter. Maar hij veurgiste zich. Want God stond Zijn dienares bij. In het slechte huis gebracht, straalde Agnes zo'n sterk licht uit, dat niemand haar kon aanzien, laat staan haar durfde te na deren. „Dan maar op de brandsta- men, werden geleidelijk door pel met die Christin!" gebood de reeks sluizen omhoog ge- de rechtr. Maar de vlammen bracht op het niveau van het deden Agnes geen kwaad. Zij hooggelegen binnenland, dat zij doofden tenslotte, terwijl Ag- konden bevaren op reeds daar nes nog geheel ongedeerd was. Hier is Jac of Jaap, de aan voerder van de muizen uit de mooie tekenfilm van Walt Dis ney. Jac is een bijzonder slim me en leuke muis, wel mager, in tegenstelling met Guus, die erg dik is. Maar wat Jac al niet bedenkt in moeilijke om standigheden, is bewonderens waardig. Natuurlijk moet je dat zelf eens gaan zien, want jullie zullen ook de muizen in deze tekenfilm wel bijzonder aardig en leuk vinden. Jac en Guus weten telkens alle moei- De geschiedenis van het Pa namakanaal is van zeer oude datum en begint feitelijk al met de ontdekking van Amerika Immers het was op zijn vierde reis, dat Columbus de kust van Honduras onderzocht en zelfs rivieren een eindweegs opvoer om die geheimzinnige straat te vinden, die hem tot voor de troon van de grote Khan van China zou voeren. De Indianen hadden hem verteld van een smalle strook land tussen twee oceanen. Acht jaar later ont dekte De Balboa de Zuidzee en bleek het dus, dat sléchts een smalle strook lands de beide zeeën scheidde en die weg, door De Balboa gevolgd, werd later als een der mogelijke kanaal routes aangegeven. Maar niet tegenstaande die ontdekking hield het geloof aan een zee straat hardnekkig stand, want de Indianen vertelden De Bal boa, dat er dwars door die smalle landstrook een water verbinding bestond. Nimmer werd die straat gevonden, maar het was uit die mislukking, dat het idee is voortgekomen om die weg te graven. Het Panamakanaal is dan ook geen plan van de achttiende eeuw, het dateert van 1523. Maar de behoefte aan een goede verbinding groeide steeds en om daarin te voorzien, werd de Panama-spoorweg aange legd, een werk in 1850 begon nen en in 1855 voltooid. Dan komt het tenslotte tot een ernstige poging om het langgewenste kanaal tot stand te brengen. Met een staf van ingenieurs reisde de Fransman Ferdinand de Lesseps naar Panama. Hij had het Suez-kanaal gebouwd en ging als het grootste techni sche talent ter wereld door. Het Panama-kanaal zou kinderspel zijn, vergeleken bij het Suez- kanaal; het zou slechts half zo lang zijn. Zeven jaar lang heerste op do landengte van Panama een koortsachtige drukte. Men be gon bij Colon het kanaal te graven. De rust in het oerwoud werd verstoord door het helse lawaai van de arbeid van dui zenden. Bergen werden afge graven, moerassen gedempt, de muskieten zaaiden dood en ver derf onder de arbeiders. Dui zenden gingen aan malaria te gronde; duizenden werden slachtoffers van de gele koorts Daartegen stond de toenmalige wetenschap machteloos. Nieuwe duizenden moesten de gestorve nen vervangen, maar ook zij stierven. Bij deze Franse poging gin gen 16.000 mensenlevens verlo- lijkheden, die zich bij Asse poester voordoen, te overwin nen en haar in de armen van de schone prins te voeren. Hier zie je Jac staan met een grote bloem in zijn linker hand, nadat hij er twee blaad jes heeft uitgetrokken (een valt op de grond). Maak eerst een rechthoek a, b, c, d en verdeel de zijden in twee gelijke delen. Er ont staan dan vier rechthoekjes. Let op de lijn MM. Deze lijn gaat juist door de hals en door het rechterbeen (links). Ook loopt de lijn M. door het rech teroog. De lijn mm gaat door de bloemknop en rechterhand. Dit zijn enkele punten waar je houvast aan hebt. Je kunt nu Jac wel tekenen Eerst dun schetsen, geen dikke lijnen in- Hier zie je de geweldige sluisdeuren van het Panamakanaal. (De eens trekken. En als de teke- deuren van de leeggelopen sluis worden gerepareerd. Vergelijk ning af is, dan kun je Jac met do grootte van de arbeiders met de hoogte van de muur en sluis- zijn bloem mooi kleuren. deuren). bestaande meren of door later aangelegde verbindingskanalen In zijn woede gaf de rechter tenslotte het bevel, de maagd tussen die meren. Hebben ech- met het zwaard te doden. ter die schepen het hoogste punt bereikt, dan laat een an- Zo werd het jonge meisje door haar standvastigheid in het der sluizen-systeem de vaar- geloof een martelares. tuigen geleidelijk dalen naar de Oceaan. In 1914 werd het kanaal vol- verlangde, zie ik, tooid en in Januari 1915 werd hoopte, heb ik reeds het ongeveer negentig kilome ter lange kanaal opengesteld. Het is het drukst bevaren ka naal ter wereld. Je moet het lief gehad op de atlas eens opzoeken (Midden-Amerika) Zie," zo zingt de Kerk op haar feestdag, „waarnaar ik wat ik ontvan gen; met Hem ben ik verenigd in de hemel, Die ik op aarde met volledige overgave heb Tf (Slot) Jan lachte zo hard, dat ver schillende jongens kwamen aanlopen. Die arme Piet be greep er nog niets van. Die vond hef juist fijn. dat ie zo met ketting en slot van Jan om zijn hals liep. „Moeten jullie zien, jon gens." lachte Jan weer, ..die Piet heeft mijn ketting om zijn hals. En nu heeft hij het hang slot dichtgedrukt. En ik heb er niet eens een sleuteltje van Dat heb ik verloren." De andere jongens snapten het dadelijk. „Ha, ha. die Piet", juichten ze. „Die moet nu de hele dag met die ketting om zijn hals blijven lopen." „Net een hondje met een halsband om!" spotte er een. „Daar zal je mee naar bed moeten," riep weer een ander. Pietje probeerde nog even, zich van die ijzeren band om zijn hals te bevrijden. Maar toen dat niet lukte en alle jon gens nog harder begonnen te spotten, rende Pietje huilend naar huis. Maar Jan rende mee, die moest zijn ketting terug heb ben. „Moeder, moeder," jammerde Pietje bij de geopende deur van zijn huis, „ik kan die ketting niet meer van mijn hals krij gen." „Maar hoe komt dat dan?" vroeg moeder verwonderd. Nou, dat kon Jan wel gauw even uitleggen. Zo gauw moe der hoorde van het sleuteltje, dat weg was, begon zij ook te lachen. „Ja, daar weet ik heus geen raad op, Pietje. Nu zul je voortaan met die ijzeren band om je hals moeten lopen. Dat is wel erg lastig als je je was sen moet." Piet begon nog harder te brullen. Dat moeder ook al meespotte vond ie wel heel erg. En ja, die Jan Manders stond ook wel een beetje gek te kijken. Die was nu zijn ket ting kwijt. En die kon hij toch eigenlijk niet missen. Dat be greep moeder ook wel. „Ja Jan," zei ze. „Zo gauw we het slot open hebben zul len we je ae spullen laten brengen. Misschien dat vader er straks raad op weet." Tot zolang moest Pietje dus wachten. Een uur lang zat hij op een stoel in de kamer te huilen. Toen kwam vader. Die lachte natuurlijk ook eerst eens hartelijk. „Dat komt ervan jongen, als je steeds maar andere kinderen plagen wilt. Nu heb je jezelf lelijk te pakken. Wat we daar aan doen moeten? Het beste is. dat we even naar de smid gaan.-Misschien kan die de ket ting doorvijlen." „Doet dat geen pijn?" vroeg Pietje nog. „Dat moet je maar afwach ten" antwoordde vader. De smid keek heel ernstig, toen hij vaders verhaal ge hoord had. Hij nam een grote vijl en zei heel gewichtig: „Nou doodstil zitten, Pietje, want anders heb je kans, dat ik je hele hoofd er nog afvijl." Wat zat Pietje Plaaggraag stil. Het leek hem wel, of er nooit een eind aan dat vijlen kwam. Maar gelukkig.in eens pats, daar viel de ketting op de grond. „Hè, hè", zucht te Pietje opgelucht. De smid herstelde de ketting nog even en vond zelfs een sleuteltje, dat op het hangslot paste. „Daar boffen we nog bij," zei vader. „Ziezo, ga jij die dingen nu maar gauw naar Jan bren gen. Beloof hem meteen maar, dat je zoiets nooit.meer doen zal." Dat deed Piet. Hij had dit keer een goeie les gehad, die hij niet gauw vergeten zou. 18. Rasmus wilde meteen zijn hengel en visbun pro beren. Sim en Sam wilden meegaan, maar Rasmus zei: „Nee, jullie blijven thuis als ik ga vissen. Dat is niets voor twee zulke kleine jongens als jullie. Als er sneeuw in de lucht zit is het best visweer." Sint en Sam bleven toen maar lekker achter de kachel zit ten. Rasmus hakte een gat in het ijs en begon te vis sen. En de vissen sprongen dadelijk op de haak af (Rasmus had er ook glimwurmen aan gedaan, die met snelkokende havermout gevoed waren) en Ras mus had dus al gauw een heel maaltje gevangen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1951 | | pagina 7