P. v.d. A. WENST OVERDRACHT VAN DE
SOUVEREINITEIT VAN N .-GUINEA
„Geen ramp voor Nederland"
Chef;
„Kerk in nood" een congres op
Gemeenschapsoord Drakenburgh
Gewijd aan de Duitse vluchtelingen
4'
AMPËRE
VERBINDING tussen twee
werelden
HEILIGE AGNES
I
T?ekencursus
Pietje Plaaggraag
fopt zichzelf
Belevenissen van de struisvogel Rasmus
mrs
tarme
Vandaag grieperig
morgen weer beier
Agrarische producten
naar West-Duitsland
Sim, Sam
(T}
ZATERDAG 20 JANUARI 1951
PACjINA 7
PLEIDOOI VOOR VOORTGANG
DER ONDERHANDELINGEN
Opnieuw marchanderen
Overdracht aan Indonsii
Woord gebroken
Uitgangsstandpunt
handhaven
Protest van Duitse boeren
Liturgische weekkalender
y/ivi sr
ip|H|
en
Rasmus
op de
boerderij
(Vergadering van Vrijdag, geopend te
13.45 uur; voorzitter mr. Kortenhorst)
Deel der notulen openbaar
Zonder stemming wordt aangenomen
na een korte discussie tussen de heer
De Haas (Kath.) en minister In 't Veld
het wetsontwerp tot wijziging van
hoofdstuk IXa van de begroting '50
t verhoging van tegemoetkomingen in
de oorlogsschade aan onroerende goe
deren op grond van de wet op de ma
teriële oorlogsschaden).
Voortgezet worden de beraadslagingen
over de nota inzake de onderhandelin
gen over Nieuw-Guinea.
De voorzitter deelt mede. dat de
Kamer besloten heeft tot publicatie van
die passages uit de Handelingen van
het comité-generaal van 28 en 29 Sep
tember 1950, welke betrekking hebben
op het contact tussen de regering en de
Staen-Generaal met betrekking tot de
toen komende onderhandelingen met
Indonesië over Nieuw-Guinea. De pas
sages zijn de volgende: De heer Romme:
In de commissie voor Uniezaken heeft
de regering de toezegging gedaan, om
door middel van dit orgaan, de Kamer
op de hoogte te zullen houden van het
verloop van de onderhandelingen en
met die commissie voeling te zullen
houden. Wij menen, dat in deze uiter
mate gewichtige zaak deze toezegging
terecht door de regering is gedaan en
dat van de zijde van de commissie voor
Uniezaken naar mijn gevoelen het ook
aldus is ontvangen en aanvaard.
De heer Van Maarseveen, minister
Voor Uniezaken en Overzeese Rijksde
len: Wanneer een redelijk tegenvoorstel
zou worden gedaan, dan zal de regering
zich daarover hebben te beraden, maar
het ligt in de bedoeling van "de rege
ring om dienaangaande geen beslissing
te nemen dan nadat zij tevoren heft
geraadpleegd de commissie voor Unie
zaken. Dat is bij een goede samenwer
king tussen regering en parlement op
zich zelf reeds 'n eis, het is ook een eis
van practisch beleid, want de regering
zal altijd voor ogen moeten houden, dat
geen enkele oplossing van dit probleem
mogelijk is zonder de uiteindelijke
goedkeuring van het parlement. En in
dien de regering met miskenning van
de rechten van het parlement zou ko
men met een oplossing, die door het
parlement verworpen zou worden, dan
zou dit resultaat veel ernstiger zijn voor
de verhoudingen tussen Nederland en
Indonesië, dan een volslagen mislukking
van de conferentie.
De heer Schermerhorn: Elk redelijk
tegenvoorstel zal de regering overwe
gen. Ik heb met veugde deze uitspraak
vernomen.
Verder heeft de minister gezegd, dat
de inhoud van dergelijke voorstellen
met de overwegingen van de regering
te gelegener tijd aan de commissie voor
tlniezaken uit deze Kamer worden
Voorgelegd. Met dit alles ben ik tevre
den.
De heer WELTER (Kath. nat.) zegt
nooit geloofd te hebben, dat deze
regering haar woord zou houden en is
fcijieicd -iedenken,, dat de regering zich
bij het besluiten van de R.T.C. reeds
vertrouwd had gemaakt met de idee,
dat Nieuw-Guinea ook prijsgegeven
zou moeten worden.
Wat de P.v.d.A. de laatste dagen
weer te zien en te horen heeft gege
ven is een bewijs, dat deze partij niet
geschikt is regeringsverantwoordelijk
heid te dragen. Waarom keert de pu
blieke opinie zich nu zo tegen haar?
Zij heeft immers al deze jaren alles
gedaan om Indonesië in de kaart te
spelen.
De K.V.P. is natuurlijk als zodanig
Wel geschikt regeringsverantwoorde
lijkheid te dragen Thans is zij echter
gekomen in een positie van horigheid
ten opzichte van de P.v.d.A.
Is de K.V.P. bang voor een kabinets
crisis' De P.v.d.A. niet. Maar de heer
Romme wilde het kabinet wel recon
strueren, alsof de P.v.d.A. zich dan
ook niet had teruggetrokken
De regering van de R.I. heeft geen
enkele houdbare rechtsgrond voor
haar aanspraken op Nieuw-Guinea.
Kaar argumenten zijn alle weelïf®r
Toch gaat onze regering marchan
deren. Doet zij dit ook, als bijv fle
Relgische regering Zeeuws-Vlaanderen
*ou opeisen?
Spr. zou willen zeggen: houdt Nieuw-
Guinea nog tien jaar, dan zou dit
eiland als een lichttoren oprijzen bo
ven het verworden gebied rondom.
Maar dit zou deze regering niet be
wegen.
Het door de regering aangeboden
compromis is waardeloos, houdt zeer
Vele gevaren in en voert tot onaan
vaardbare consequenties. Prof. Romme
hoemde het een gulden middenweg; het
te een staatsrechtelijk monstrum. Waar
blijft de souvereiniteit als de Unie uit
elkaar valt?
Spr ziet in deze gehele geschiedenis
eens te meer reden om aan te dringen
°P het aftreden van dit kabinet.
De heer DE KADT (Arb.) zegt,
bij het besluiten van de R.T.C. het
hiaximum moest worden aanvaard, wat
het Nederlandse volk aan politieke
Wijsheid bij elkaar kon brengen. Zo
^'erd Nieuw-Guinea van de overdracht
Uitgesloten.
Persoonlijk kwam het spr. het meest
Juist voor de revolutionnaire toestand
••en bloc" te aanvaarden. Dit gebeurde
echter niet. De harde werkelijkheid van
|}et in de steek moeten laten van hen,
uje hadden gestreden voor de politiek,
C'e wij hadden voorgestaan, hield halt
"ij Nieuw-Guinea. Waarom? Het is be
grijpelijk voor hen, die oorlog willen
actie-Westerling en de gebeurte
nissen op Ambon en voor hen, die
Achteraf spijt hebben niet de V.V.D.
gaar wèl de volgelingen van mr. Oud.
"et is alsof wij in een oorlog de ne
derlaag hebben geleden en de Indone-
Advertentie
Zodra U zich onprettig voelt, neem
[tan eens Chefarine „4". Elk tablet
bevat 4 beroemde geneesmiddelen,
«••e de griep krachtdadig aanpakken,
ïodai U spoedig weer in orde bent.
siërs hebben hun overwinning dikwijls
uitgebuit op onbehoorlijke, •kinderlijke
en onverstandige wijze. Wil men daar
om echter een nieuw conflict, die ons
te gronde zou richten, of een poging
om de goede betrekkingen te behouden?
Spr. acht alleen de laatste weg begaan
baar. Dit betekent niet: alles toegeven".
Men denkt aan de bevolking daar.
Maar kunnen wij de Papoea's wel hel
pen als wij zelf zijn uitgeput door een
conflict? Denk voorts eens aan de tien
tallen millioenen per jaar, die we zou
den moeten uitgeven om de bevolking
op een hoger peil te brengen. We heb
ben het geld niet! Het gebiedsdeel wil
len behouden zou ons te kort doen
schieten in onze plichten t.a.v. Europa,
de wereld en Indonesië.
De Indonesiërs zouden chantage plegen.
Spr. wil daar stellig niet aan toegeven.
Maar men verlieze niet uit het oog de
geestelijke en zedelijke belangen, die wij
in geheel Indonesië hebben.
De conferentie was tot mislukken
gedoemd. Beide partijen hadden stand
punten ingenomen, die niet tot elkaar
konden komen. Spr.'s fractie heeft zich
niet in het openbaar tot de re
gering gewend met een voorstel om
een oplossing te bieden. Spr. wijst
het verwijt van „geheime democratie"
af. Dergelijk vertrouwelijk contact is
nuttig, soms nodig en soms geboden.
„Trouw" heeft gezegd, dat de inhoud
van de brief aan de Indonesiërs is
doorgegeven. Laat men een naam noe
men. Wij vrezen geen onderzoek.
Mr. Van der Goes van Naters kon in
derdaad niet spreken namens de fractie.
Het interview behelsde zijn persoonlijke
mening. Met dat van prof. 'Schermerhorn
is het niet anders gesteld. Tegen een
interview is geen bezwaar, mits het op
het juiste moment gegeven wordt.
De fractie is van mening, dat de best
mogelijke oplossing gevonden wordt als
de overdracht van de souvereiniteit de
jure en de facto tot stand wordt ge
bracht.
Dit zou gezien spr.'s inleiding geen
ramp zijn voor Nederland.
Als de regering dit standpunt niet in
neemt zal de fractie het vertrouwen niet
opzeggen, omdat zij van mening is, dat
de toestanden in het algemeen een rege
ringscrisis ongewenst maken.
Het laatste standpunt van.de regering
voortzetting van de onderhandelingen
ligt ons het best. Maar geen onder
handelingen, waarbij men ons dicteert.
Is de regering van de R. I. niet bereid
redelijk te onderhandelen, dan bedenke
men, dat zij met maatregelen tegen Ne
derland zichzelf ook treft en in het bui
tenland een slechte indruk vestigt.
Tenslotte zijn wij ook van mening, dat
de bevolking van Nieuw-Gumea door
betere garanties beschermd moet zijn,
dan tot dusver zijn gegeven. Maar ook
dit kan tijdens de onderhandelingen ge-
eist worden.
Mr. VONK (V.V.D.) betoogt, dat de
regering toegezegd heeft, dat de com
missie zou worden geraadpleegd - zie
de notulen, die zijn vrijgegeven. De re
gering heeft zich daar niet aan gehou
den door zichzelf een aantal beperkin
gen op te leggen.
In de nota wordt gezegd, dat de rege
ring zich steeds heeft gehouden aan de
toezegging. Waarom wordt dit opge
merkt? Spr. vat het op als provocatie
tot tegenspraak. Zijn tegenspraak zal hij
niet bewijzen uit het gesprokene tijdens
het overleg van de minister met de Ka.
mer-commissie. Dit overleg is wel ver
trouwelijk, maar het betreft hier een
zuivere processuele kmestie, dus nie
mand zal daartegen bezwaar maken.
De VOORZITTER maakte echter wel
bezwaar deze openbaarmaking zo maar
toe te staan. Na een korte discussie
wordt besloten, dat mr. Vonk zijn
stelling handhavende zijn betoog zal
voortzetten. Overleg zal worden ge
pleegd tussen de minister en de com
missie over de vraag, of mr. Vonk be
paalde gedeelten aan de openbaarheid
zal mogen prijsgeven om zijn stelling
te bewijzen.
Mr. VONK zet zijn rede voort en
zegt, dat de regering goed was begon
nen. Zij is gezwicht voor het extremis
me.
Het kabinet heeft zich nu in een po
sitie begeven, die overdracht van de
souvereiniteit onvermijdelijk maakt.
De gave Nederlandse souvereiniteit is
immers reeds verloren. Men zie toch,
dat de regering van de R.I. met haar
eisen het extremisme wil zoet houden;
zij tracht er sterker door te worden. Dit
zal niet gebeuren.
Als onze regering door deze over
dracht de regering van de R.I. nog vas
ter in het zadel kon zetten, zou er ten
minste nog één argument zijn. Maar
onder deze omstandigheden is spr.'s
fractie niet bereid de souvereiniteit
over te dragen. Spr. ziet niet in hoe dit
kabinet Nieuw-Guinea nog kan behou
den. Het heeft zijn kans verspeeld.
De heer TILANUS (C.H.U.) wijst er
op, dat het tijdens het reces wel heel
„slecht weer" is geweest. Nu is de mist
wellicht iets opgetrokken en kunnen we
misschien weer voortgaan.
Het is niet waar, dat de regering
haar woord zou hebben gebroken, wat
betreft het cont' act met de commissie
voor Unie-zaken.
Het uitgangspunt van de regering, de
souvereiniteit over Nieuw-Guinea niet
over te dragen, was goed en redelijk.
Dit standpunt wenst spr. in het oog te
houden en hij wenst er niet van af te
wijken.
Het voorstel van de regering een
Nieuw-Guinea-raad in te stellen ging
al rijkelijk ver. Na afwijzing, ging de
regering nog verder: opdracht van de
souvereiniteit aan de Unie. Wij staan
afwijzen^ tegenover deze voorstellen.
Onder andere omstandigheden zou er
misschien een mogelijkheid in liggen,
maar thans niet.
Spr. blijft vasthouden aan het oor
spronkelijk standpunt van de regering
en wijst bovendien op de strategische
overwegingen.
Spr. vraagt hoe het mogelijk is, dat
het laatste voorstel van de regering
twee dagen van te voren reeds in „De
Telegraaf" bestreden kon worden door
een Utrechts hoogleraar.
Ook de laatste poging van de regering
om een oplossing te vinden met behulp
van de U.N.C.I. acht spr. niet juisl
Derden kunnen het centrale probleem
van de souvereiniteit niet oplossen.
Spr. hcopt, dat de regering in staat zal
zijn N.-Guinea te behouden voor ons
land om het tot bloei te brengen.
De vergadering wordt te 17.30 uur
gesloten.
/L ^ROEMDE geneesmiddelen
IN EÉN TABLET
1 =v.tN PUNENEN^S"
20 TABLETTEN F 0.75
Van 911 Februari a.s. wordt op het
Gemeenschapsoord Drakenburgh een
congres gehouden dat onder het motto
„Kerk in Nood" het probleem van de
vluchtelingen in Duitsland zal behande
len. Als organisatoren treden op het
Kath. Genootschap voor Geestelijke Ver
nieuwing, dat het initiatief nam, de
Actie Oost-Priesterhulp en het Kath.
Sociaal-Kerkelijk Instituut. Aan dit
congres komt uit vele overwegingen een
bijzondere betekenis toe. In toenemende
mate trekt de situatie van de Duitse
vluchtelingen ook de internationale aan
dacht. Zo zijn er in Nederland en in
andere landen commissies ter bestude
ring van dit vraagstuk in het leven ge
roepen, omdat men begint te voelen dat
het bijna onoplosbare probleem van de
ze twaalf millioen ontheemden ook re
percussies op geheel Europa kan hebben.
Daarbij vormt zoals bekend de religi
euze nood, waarin deze millioenen
vluchtelingen leven, natuurlijk een zeer
speciaal aspect van het probleem. Daar
om hebben de organisatoren gemeend
goed te doen door voor het eerst in West-
Europa op dit congres „Kerk in Nood"
de religieuze en sociale nood van de
ontheemden aan de orde te stellen en
zo grondig mogelijk te behandelen.
Onder voorzitterschap van ir. Ridder
de van der Schueren, commissaris van
de provincie Overijsel en pater dr. Stal-
mans O.Praem., Prelaat van Tongerloo,
zal een aantal deskundige sprekers uit
binnen- en buitenland de verschillende
terreinen van het onderwerp behande
len. Na een historische uiteenzetting
over de voorgeschiedenis*van de verdrij
ving, die door dr. K. J. Hahn verzorgd
zal worden, zullen vooraanstaande Duit
se katholieke leiders, die op het terrein
van de vluchtelingen reéds jaren werk
zaam zijn, uit hun ervaringen vertellen.
Prelaat prof. Kindermann, stichter en
rector van het vluchtelingen-seminarie
te Königstein, en pater Sladek, die in de
zielzorg onder de vluchtelingen werkt,
zullen het religieuze en het sociale as
pect ieder in een lezing behandelen. Ook
de West-Duitse Bondsminister voor
Vluchtelingenzaken dr. Lukaschek. die
tegelijk voorzitter van de Katholieke
Vluchtelingenraad is, zal een inleiding
houden Prof. Zeegers en prof. Olden-
dorff van het Kath. Sociaal-Kerkelijk
Instituut zullen een uiteenzetting geven
over 't maandenlange wetenschappelijke
onderzoek van het sociale religieuze
leven in Duitsland, speciaal dan onder
de vluchelingen. Pater van Straaten zal
tenslotte een beeld van de grootse en
nog steeds groeiende Actie Oost-Pries-
terhulp ontvouwen, waarbij de laatste
ervaringen met 'de Kapellenbussen en
nieuwe middelen van geestelijke en ma
teriële hulp besproken zullen worden.
Het congres zal een internationaal ka
rakter dragen. Er zullen deelnemers uit
België, Frankrijk, Zwitserland en Duits
land aanwezig zijn. Een Frans priester
Guervel zal een inleiding houden over
zijn werk onder de Duitse vluchtelingen.
Deze energieke en vurige priester heeft
met een equipe van jonge Franse katho
lieken maanden in een Duits kamp door
gebracht als vluchteling onder de vluch
telingen, om daadwerkelijk hetzelfde
leven ais zij te voeren en daardoor een
echt apostolaat te kunnen verrichten.
Men kan op grond van al dit verwach
ten, dat het congres „Kerk in Nood" niet
alleen een degelijke voorlichting geeft
over de situatie van de vluchtelingen in
Duitsland, maar ook een appèl tot de
christenen zal richten zich op de nood te
bezinnen, waarin de Kerk heden ver
keert.
Blijkens een publicatie in de „Bundesan-
zeiger", de Duitse staatscourant, zijn ander
maal deviezen beschikbaar gesteld voor in-
voeraanvragen door Duitse importeurs van
de volgende artikelen: Boter 500.000, kaas
500.000, reuzel 500.000, fruit 300.000, snij
bloemen 100.000. De bovenstaande bedra
gen werden door de Duitse regering uitslui
tend voor invoer uit Nederland vrijgegeven.
Alle, sedert 26 December 1950 m Duitsland
geschiede uitschrijvingen voor import uit
Nederland zullen in mindering op de bij
handelsverdrag vastgestelde contingenten
worden gebracht.
Hieraan kan worden toegevoegd, aldus
deelt men ons van de zijde van het ministe
rie van Landbouw, Visserij en Voedselvoor
ziening mede, dat, hoewel een uitschrijving
voor uien nog niet is geschied, een redelij
ke verwachting is gerechtvaardigd, dat bin
nen afzienbare tijd de Duitse autoriteiten
een bedrag aan deviezen voor import van
Nederlandse uien beschikbaar zullen stellen.
De Duitse Boerenbond heeft bij het
West-Duitse ministerie voor de Voedselvoor
ziening geprotesteerd tegen de hoge fruit
en groente-contingenten, die zijn vastgesteld
in de op 18 Januari j.l. geparafeerde han
delsovereenkomst tussen Nederland en West-
Duitsland. Naar in vakkringen bekend is ge
worden zou aan Nederland door het ministe
rie voor de Voedselvoorziening een invoer
contingent zijn toegestaan van 10 millioen
dollar voor groente en van 2 millioen dol
lar voor uien, alsmede 8 millioen dollar voor
fruit. De Duitse deskundigen hadden echter
slechts een invoercontingent voorgesteld van
5,5 millioen dollar voor groente, met inbe
grip van uien, en van 2 millioen dollar voor
fruit.
ZONDAG 21 JANUARI: Septuagesi
ma; Mis v. d. dag; 2. H. Agnes; Credo;
prefatie v. de H. Drievuldigheid
paars.
MAANDAG: H.H. Vincentius en
Anastasius, martelaren; Mis Intret; 2.
tot de H. Maagd; 3. voor Kerk of Paus;
gewone prefatie rood.
DINSDAG: H. Raymundus van Pen-
nafort, belijder; Mis Os justi; 2. H.
Emerentiana; 3. tot de H. Maagd; ge
wone prefatie; wit.
WOENSDAG: H. Timotheus, bisschop,
martelaar; Mis Statuit; gewone prefa-
fatie rood.
DONDERDAG: St. Paulus' bekering;
eigen Mis; 2. H. Petrus; Credo; prefa
tie van de Apostelen wit.
VRIJDAG: H.JPolycarpus, bisschop,
martelaar; eigen Mis; gewone prefatie
rood.
ZATERDAG: H. Joannes Chrysosto-
mus, bisschop, belijder, kerkleraar;
eigen Mis; Credo; gewone prefatie
wit.
ZONDAG 28 JANUARI: Sexagesima;
Mis v. d. dag; 2. H. Petrus Nolascus;
3 H. Agnes; Credo; prefatie t. d.
H. Drievuldigheid paars.
20 Januari 1775 werd André
Louis Ampère te Lyon in
Frankrijk geboren. Reeds op
zeer jeugdige leeftijd toonde
hij een grote liefde voor de
rekenkunde en op twaalfjarige
leeftijd was hij hierin reeds
zover bekwaamd, dat hij op de
school te- Lyon de lessen in de
hogere wiskunde kon volgen.
Het scheen dat er een goede
toekomst voor hem was weg
gelegd, maar reeds spoedig
moest Ampère kennis maken
met de harde zijde van het le
ven. Zijn vader werd veroor
deeld tot de dood. Voor de
teergevoelige Ampère was dit
verschrikkelijk; zijn studielust
verdween, hij dreigde moede
loos te worden. Om afleiding
in zijn smart te vinden, ging
hij zich toeleggen op plant
kunde, muziek en letterkunde.
Eerst later ging hij natuur-
en scheikunde studeren.
Na enige tijd werd Ampère
benoemd tot leraar aan een ly
ceum en in het jaar 1809 werd
hij tot professor benoemd. Am
père was een groot geleerde.
Zijn hoofdwerk ligt op het ge
bied van de electriciteit. Am
père verduidelijkte het begrip
electriciteitsstroom en voerde
de grootheid stroomsterkte in,
waarvan, zo je weet, de een
heid naar hem is genoemd
(denk aan ampère-meter).
Louis Ampère
Spreekwoordelijk was Am-
père's grote verstrooidheid. Zo
verhaalt men van deze grote
geleerde, dat hij eens bij het
station op een huurrijtuig een
wiskundige berekening uit
werkte, terwijl hij in de me
ning verkeerde dat hij voor
een schoolbord stond. Toen het
rijtuig vertrok liep Ampère er
achteraan, terwijl hij de becij
fering voortzette! Bekend is
ook, dat hij op zekere dag een
krijtdoek in zijn professorale
jas stak in plaats vaii een zak
doek.
Tijdens een groot diner
meende Ampère een ogen
blik, dat hij zich thuis be
vond, waar zijn zuster de huis
houding leidde en plotseling
riep hij uit: „Verdraaid, mijn
zuster moet de keukenmeid
maar ontslaan, dan eten wij
tenminste weer eens wat sma
kelijker."
c-
7tcL<l>, de vrnfO-nriryke
v v„
'V/V'' ,v„
i&Kfeb,., -
:s„.
Een duidelijk beeld van de sluiswerken van het Panamakanaal.
Nog ieder jaar heeft in de
Agneskerk te Rome een heel
bijzondere plechtigheid plaats.
Enkele lammeren worden in
de kerk gebracht en daar aan
God toegewijd. De wol name
lijk van deze lammeren zal in
het komende jaar gebruikt
worden om het pallium van
de aartsbisschoppen te maken.
(Het pallium is een wollen
band met zes zwarte zijden
kruisjes. die door hogere
geestelijken als een ereteken
gedragen wordt).
Het wijden van deze lam
meren is al een zeer oud ge
bruik en herinnert ons aan de
verschijning van de heilige
Agnes aan haar ouders, acht
dagen na haar marteldood. De
vader en moeder van Agr.es
zagen toen hun dochter te
midden van een grote groep
maagden, terwijl Agnes zelf
een sneeuwwit lam aan de
hand hield. Op het feest van
de heilige Agnes, de 21ste
Januari, zingt de H. Kerk dan
ook:
„Aan haar rechterzijde stond
een Lam, witter dan sneeuw.
Het is Christus, Die haar aan
zich toewijdde als Bruid en
Bloedgetuige," Inderdaad! De
H. Agnes was de Bruid van
Christus. Hem alleen wilde
zij toebehoren. Op jeugdige
H. Agnes.
ren. Dan komt de met succes
bekroonde Amerikaanse poging.
Zo begon in 1904 opnieuw de
koortsachtige drukte op de
landengte tussen Colon en Pa- je-eftijd zou zij zelfs haar
Maar de Amerikanen
nama.
begonnen geheel anders dan de
Fransen hadden gedaan. Na
leven voor Hem geven.
Agnes leefde tegen het eind
van de derde euw in het hei-
lang wikken en wegen besloten waV Christen
nog steeds iets strafbaars
zij tot het aanleggen van een
kanaal met een uitgebreid
systeem van sluizen.
Ir. Goethals kreeg de leiding.
Op zijn programma stond de
strijd tegen de gele koorts en
aan dit punt begon hij het eerst
te werken. Vijf jaar lang voer
de ir. Goethals het „opperbe
vel" over duizenden werklie
den, 100 baggermolens, 160 lo
comotieven, 560 boormachines
en in die jaren ontstonden op Agnes had genoeg aan
de 90 km. brede landengte van -
Panama steden voor de werk
lieden en hun familieleden
hotels voor de ingenieurs, sla
gerijen. bakkerijen, bioscopen
enz. Ieder jaar werden vijf mil
lioen dollars uitgegeven ter be
strijding van de moerasziekten
en vijftienhonderd mensen
werkten in gezondheidsdienst.
Vijfhonderd pond kinine moes
ten wekelijks verbruikt worden rechter gebracht,
om de gele koorts te bestrijden, veranderde ook
Er werd gekerkt in drie ploe
gen; dag en lacht.
Met alle middelen van de mo
derne medische wetenschap
ging men de muskieten verdel
gen en in 1906 was men reeds
zover, dat er na dat jaar geen
geval van malaria of gele
koorts tussen Colon en Panama
meer voorkwam.
Hierna begonnen de Ameri
kanen met het bouwen en gra
ven van het eigenlijke kanaal.
Sluis volgde op sluis, alles in
beweging gebracht door een
pompinstallatie. De schepen, die
uit de Atlantische Oceaan kwa-
zijn
was.
Agnes was ook Christin. Zij
had zich zelfs geheel aan God
toegewijd. Daarom wenste zij
ook niet te luisteren naar die
voorname Romein, die met
haar wilde trouwen. De Ro
mein trachtte eerst, door Ag
nes allerlei kostbare dingen
aan te bieden, haar tot andere
gedachten te brengen. Maar
Gods
liefde en genade en wilde
niet naar de jongeman luiste
ren. Toen deze tenslotte inzag,
dat ai zijn pogingen om Agnes
te winnen vergeefs waren,
werd hij kwaad en besloot hij
zich te wreken. En dat ging al
heel gemakkelijk. Hij klaagde
Agnes aan: zij was Christin.
Onmiddellijk werd Agnes ge
vangen genomen en voor de
Natuurlijk
hier de
maagd niet van gedachten.
„Dan zullen wij je wel
dwingen!" dreigde de rechter.
Hij liet het meisje naar een
huis brengen, waar veel
slechte mensen bijeen waren.
In hun tegenwoordigheid zou
het meisje ook wel enig kwaad
doen, dacht de rechter. Maar
hij veurgiste zich. Want God
stond Zijn dienares bij. In het
slechte huis gebracht, straalde
Agnes zo'n sterk licht uit, dat
niemand haar kon aanzien,
laat staan haar durfde te na
deren.
„Dan maar op de brandsta-
men, werden geleidelijk door pel met die Christin!" gebood
de reeks sluizen omhoog ge- de rechtr. Maar de vlammen
bracht op het niveau van het deden Agnes geen kwaad. Zij
hooggelegen binnenland, dat zij doofden tenslotte, terwijl Ag-
konden bevaren op reeds daar nes nog geheel ongedeerd was.
Hier is Jac of Jaap, de aan
voerder van de muizen uit de
mooie tekenfilm van Walt Dis
ney. Jac is een bijzonder slim
me en leuke muis, wel mager,
in tegenstelling met Guus, die
erg dik is. Maar wat Jac al
niet bedenkt in moeilijke om
standigheden, is bewonderens
waardig. Natuurlijk moet je
dat zelf eens gaan zien, want
jullie zullen ook de muizen in
deze tekenfilm wel bijzonder
aardig en leuk vinden. Jac en
Guus weten telkens alle moei-
De geschiedenis van het Pa
namakanaal is van zeer oude
datum en begint feitelijk al met
de ontdekking van Amerika
Immers het was op zijn vierde
reis, dat Columbus de kust van
Honduras onderzocht en zelfs
rivieren een eindweegs opvoer
om die geheimzinnige straat te
vinden, die hem tot voor de
troon van de grote Khan van
China zou voeren. De Indianen
hadden hem verteld van een
smalle strook land tussen twee
oceanen. Acht jaar later ont
dekte De Balboa de Zuidzee en
bleek het dus, dat sléchts een
smalle strook lands de beide
zeeën scheidde en die weg, door
De Balboa gevolgd, werd later
als een der mogelijke kanaal
routes aangegeven. Maar niet
tegenstaande die ontdekking
hield het geloof aan een zee
straat hardnekkig stand, want
de Indianen vertelden De Bal
boa, dat er dwars door die
smalle landstrook een water
verbinding bestond. Nimmer
werd die straat gevonden, maar
het was uit die mislukking, dat
het idee is voortgekomen om
die weg te graven.
Het Panamakanaal is dan ook
geen plan van de achttiende
eeuw, het dateert van 1523.
Maar de behoefte aan een
goede verbinding groeide steeds
en om daarin te voorzien, werd
de Panama-spoorweg aange
legd, een werk in 1850 begon
nen en in 1855 voltooid.
Dan komt het tenslotte tot
een ernstige poging om het
langgewenste kanaal tot stand
te brengen.
Met een staf van ingenieurs
reisde de Fransman Ferdinand
de Lesseps naar Panama. Hij
had het Suez-kanaal gebouwd
en ging als het grootste techni
sche talent ter wereld door. Het
Panama-kanaal zou kinderspel
zijn, vergeleken bij het Suez-
kanaal; het zou slechts half zo
lang zijn.
Zeven jaar lang heerste op do
landengte van Panama een
koortsachtige drukte. Men be
gon bij Colon het kanaal te
graven. De rust in het oerwoud
werd verstoord door het helse
lawaai van de arbeid van dui
zenden. Bergen werden afge
graven, moerassen gedempt, de
muskieten zaaiden dood en ver
derf onder de arbeiders. Dui
zenden gingen aan malaria te
gronde; duizenden werden
slachtoffers van de gele koorts
Daartegen stond de toenmalige
wetenschap machteloos. Nieuwe
duizenden moesten de gestorve
nen vervangen, maar ook zij
stierven.
Bij deze Franse poging gin
gen 16.000 mensenlevens verlo-
lijkheden, die zich bij Asse
poester voordoen, te overwin
nen en haar in de armen van
de schone prins te voeren.
Hier zie je Jac staan met een
grote bloem in zijn linker
hand, nadat hij er twee blaad
jes heeft uitgetrokken (een
valt op de grond).
Maak eerst een rechthoek
a, b, c, d en verdeel de zijden
in twee gelijke delen. Er ont
staan dan vier rechthoekjes.
Let op de lijn MM. Deze lijn
gaat juist door de hals en door
het rechterbeen (links). Ook
loopt de lijn M. door het rech
teroog. De lijn mm gaat door
de bloemknop en rechterhand.
Dit zijn enkele punten waar
je houvast aan hebt. Je kunt
nu Jac wel tekenen Eerst dun
schetsen, geen dikke lijnen in- Hier zie je de geweldige sluisdeuren van het Panamakanaal. (De
eens trekken. En als de teke- deuren van de leeggelopen sluis worden gerepareerd. Vergelijk
ning af is, dan kun je Jac met do grootte van de arbeiders met de hoogte van de muur en sluis-
zijn bloem mooi kleuren. deuren).
bestaande meren of door later
aangelegde verbindingskanalen
In zijn woede gaf de rechter
tenslotte het bevel, de maagd
tussen die meren. Hebben ech- met het zwaard te doden.
ter die schepen het hoogste
punt bereikt, dan laat een an-
Zo werd het jonge meisje
door haar standvastigheid in het
der sluizen-systeem de vaar- geloof een martelares.
tuigen geleidelijk dalen naar
de Oceaan.
In 1914 werd het kanaal vol- verlangde, zie ik,
tooid en in Januari 1915 werd hoopte, heb ik reeds
het ongeveer negentig kilome
ter lange kanaal opengesteld.
Het is het drukst bevaren ka
naal ter wereld. Je moet het lief gehad
op de atlas eens opzoeken
(Midden-Amerika)
Zie," zo zingt de Kerk op
haar feestdag, „waarnaar ik
wat ik
ontvan
gen; met Hem ben ik verenigd
in de hemel, Die ik op aarde
met volledige overgave heb
Tf
(Slot)
Jan lachte zo hard, dat ver
schillende jongens kwamen
aanlopen. Die arme Piet be
greep er nog niets van. Die
vond hef juist fijn. dat ie zo
met ketting en slot van Jan
om zijn hals liep.
„Moeten jullie zien, jon
gens." lachte Jan weer, ..die
Piet heeft mijn ketting om zijn
hals. En nu heeft hij het hang
slot dichtgedrukt. En ik heb er
niet eens een sleuteltje van
Dat heb ik verloren."
De andere jongens snapten
het dadelijk.
„Ha, ha. die Piet", juichten
ze. „Die moet nu de hele dag
met die ketting om zijn hals
blijven lopen."
„Net een hondje met een
halsband om!" spotte er een.
„Daar zal je mee naar bed
moeten," riep weer een ander.
Pietje probeerde nog even,
zich van die ijzeren band om
zijn hals te bevrijden. Maar
toen dat niet lukte en alle jon
gens nog harder begonnen te
spotten, rende Pietje huilend
naar huis.
Maar Jan rende mee, die
moest zijn ketting terug heb
ben.
„Moeder, moeder," jammerde
Pietje bij de geopende deur van
zijn huis, „ik kan die ketting
niet meer van mijn hals krij
gen."
„Maar hoe komt dat dan?"
vroeg moeder verwonderd.
Nou, dat kon Jan wel gauw
even uitleggen. Zo gauw moe
der hoorde van het sleuteltje,
dat weg was, begon zij ook te
lachen.
„Ja, daar weet ik heus geen
raad op, Pietje. Nu zul je
voortaan met die ijzeren band
om je hals moeten lopen. Dat
is wel erg lastig als je je was
sen moet."
Piet begon nog harder te
brullen. Dat moeder ook al
meespotte vond ie wel heel erg.
En ja, die Jan Manders
stond ook wel een beetje gek
te kijken. Die was nu zijn ket
ting kwijt. En die kon hij toch
eigenlijk niet missen. Dat be
greep moeder ook wel.
„Ja Jan," zei ze. „Zo gauw
we het slot open hebben zul
len we je ae spullen laten
brengen. Misschien dat vader
er straks raad op weet."
Tot zolang moest Pietje dus
wachten. Een uur lang zat hij
op een stoel in de kamer te
huilen. Toen kwam vader. Die
lachte natuurlijk ook eerst eens
hartelijk.
„Dat komt ervan jongen, als
je steeds maar andere kinderen
plagen wilt. Nu heb je jezelf
lelijk te pakken. Wat we daar
aan doen moeten? Het beste is.
dat we even naar de smid
gaan.-Misschien kan die de ket
ting doorvijlen."
„Doet dat geen pijn?" vroeg
Pietje nog.
„Dat moet je maar afwach
ten" antwoordde vader.
De smid keek heel ernstig,
toen hij vaders verhaal ge
hoord had. Hij nam een grote
vijl en zei heel gewichtig:
„Nou doodstil zitten, Pietje,
want anders heb je kans, dat
ik je hele hoofd er nog afvijl."
Wat zat Pietje Plaaggraag
stil. Het leek hem wel, of er
nooit een eind aan dat vijlen
kwam. Maar gelukkig.in
eens pats, daar viel de ketting
op de grond. „Hè, hè", zucht
te Pietje opgelucht.
De smid herstelde de ketting
nog even en vond zelfs een
sleuteltje, dat op het hangslot
paste.
„Daar boffen we nog bij," zei
vader. „Ziezo, ga jij die dingen
nu maar gauw naar Jan bren
gen. Beloof hem meteen maar,
dat je zoiets nooit.meer doen
zal."
Dat deed Piet. Hij had dit keer
een goeie les gehad, die hij
niet gauw vergeten zou.
18. Rasmus wilde meteen zijn hengel en visbun pro
beren. Sim en Sam wilden meegaan, maar Rasmus
zei: „Nee, jullie blijven thuis als ik ga vissen. Dat is
niets voor twee zulke kleine jongens als jullie. Als
er sneeuw in de lucht zit is het best visweer." Sint en
Sam bleven toen maar lekker achter de kachel zit
ten. Rasmus hakte een gat in het ijs en begon te vis
sen. En de vissen sprongen dadelijk op de haak af
(Rasmus had er ook glimwurmen aan gedaan, die
met snelkokende havermout gevoed waren) en Ras
mus had dus al gauw een heel maaltje gevangen.