NEDERLANDSE IMMIGRANTEN
VERTELLEN HUN ERVARINGEN
feu was het ceel beter gewend
et*icde noorman: J{et
7
p
pen
Laat heb ik II
bemind
Komst der
grote
Ambonezen schept
moeilijkheden
SOMBERE VOORUITZICHTEN VOOR NEDERL. TUINBOUW
De moeilijkheden met Duitsland
£hefarine.4
Overpeinzingen
ABDUSIROOP
DE MOEILIJKHEDEN
BIJ HET TONEEL
J Snuif en wrijf
Hygiënische toestanden
in kampen slecht
Voor de helft is woon
ruimte gevonden
zéér
Viervoudige
krachtige werking.
m
NOG STEEDS GEHEIME
ZENDERS IN DRENTE
WOENSDAG 7 MAART 1951
PAGINA 3
SPAREN VOOR
DE TERUGREIS
Jier
8£r en
Onbevoegd tanden
getrokken
Twaalf weken tegen
„dentist" geëist
Dodelijke aanrijding
Mening van het A.T.G.
Jr m
1 -I
Twee Duitse gezinnen worden
uit Seifkant uitgewezen
van Snorrebor
Hongaars priester
in ons land
De roman van een oplichter
Uit het
Engels
vertaald door
DICK
OmVENDIJK
door ETHEL MANNIN
Met stomheid geslagen
Water en vuur
(Bijzondere correspondentie)
£)eeds verschillende malen is in dit blad geschreven over de grote moeilijk
je heden, die de emigranten in Australië te wachten staan en over de alles
behalve prettige omstandigheden, waarin zij na hun aankomst zijn komen
je verkeren. Dat deze beweringen, naar voren gebracht door mensen in Neder-
"nd, die over een groot verantwoordelijkheidsgevoel beschikken, inderdaad juist
yw. moge blijken uit de ervaringen, die wij hebben opgetekend uit de mond van
emigrant zelf. Die ervaringen zijn er geen over het vele geld, dat er te ver
benen zou zijn, want ook in Australië moet hard gewerkt worden voor de
"dterham.
Vele emigranten geraken in grote moeilijkheden door de geringe huisves-
XnOsmogelijkheden, die er in Australië zijnZij worden n.l. in barakkenkampen
°ndergebracht, wanneer zij niet in staat zijn zelf voor een woning te zorgen.
scheen of zij alle interesse voor het le
ven en alles om haar heen verloren had.
Ze spreekt nog steeds geen woord En
gels. De jongens gingen naar school en
deden niets anders dan breien en matjes
vlechten en dat is te begrijpen. De
meester spreekt geen Nederlands en hoe
kan hij hun wat leren, wanneer zij tegen
een horse" paard zeggen? De jaatste
keer, dat Uw correspondent deze mensen
bezocht, dacht hij bij zichzelf, dat de
kinderen hier als boeven zouden op
groeien. De familie zit natuurlijk dik in
de schulden. Men schafte zich huisraad
aan en alles ging op afbetaling. Hoe zij
hier uit moeten komen is een raadsel.
Zo spraken wij laatst een grossier in
suikerwerken, die onlangs hier aan
nam en, omdat hij èen valse huisves-
'ngsverklaring gekregen had, naar een
®amp moest. De man vertelde ons o.a.:
«Eindelijk bfcn ik in Australië aange
komen. Je weet, dat ik niet voor een
*leint,ie vervaard ben, maar ik vraag
JUe nu toch af, of ik niet de stomste
«heek van mijn leven heb uitgehaald.
J* nam mijn vrouw en kinderen gelijk
"lee en dat was de tweede domme
«teek.
We wonen nu al vier weken hier in
5|t kamp. Het is in een woord ver-
^hrikkelijk! Wij hebben ons npg niet
ongelukkig gevoeld. Ze doen maar
je wat ze willen. En dan de ligging!
^tierige houten barakken. Als het re-
«ent staat het water onder de bedden.
Puiten is het een grote modderpoel. De
55'giënlsche toestand is méér dan slecht.
I e W.C.'s en badkamers zijn te vies om
e gebruiken. We moeten een uur in de
'j staan voor etert en als we het dan
^idelijk krijgen gooien we er de helft
weg omdat het niet te eten is.
Gelukkig zijn de jongens niet zo
j'ein meer en kunnen ze voor zich zelf
,0rgen. Er wordt hier niets gedaan voor
®fc kinderen. Van de z.g. Displaced Per
sons uit Duitsland hoor ik, dat de kam-
Pe't in Europa tien keer beter zijn dan
n'er. Het ergste is, dat ik absoluut geen
{^gelijkheid zie hieruit te komen,
^lijkbaar is de woningtoestand slechter
h ergens anders in de wereld.
Ik nam mijn z.g. pre-fabricated
huis mee uit Holland, maar mag het
hier niet opzetten, omdat het vol
gens de bouw- en woningcommissie
hiet deugt.
Soms staat er een advertentie in de
*rant, waar ik dan direct op af ga, maar
,.°dra ik vertel, dat het voor een fami-
Pé met drie kinderen is, heeft men al-
I Dei uitvluchten en zie ik, dat ik nog
r'hger in die hel moet leven. Was ik
maar alleen gekomen en had ik eerst
gezorgd, dat ik onderdak had voordat
mijn vrouw en kinderen over liet
Komen. Was het maar mogelijk, dat we
efug konden gaan flaar Holland.
Waarom heeft men ons niet beter in
gelicht toen we nog in Holland waren?"
•Iet is wel heel erg wat deze man ver
leide. En dan te weten dat er dit jaar
«o'n 35.000 Nederlanders hier heen ko
men! Vele Australiërs wachten hier al
jaren lang op hun huis. Het enige wat
deze mensen voor verpaupering kan
oewaren js goe(je voorlichting in Ne
derland. Uit gesprekken, die Uw cor
espondent gehad heeft met verschil-
mde immigranten, is hem gebleken, dat
'r bij vele van hen de indruk bestaat,
"ut de Nederlandse Regering erg bly is
hjUhsen kwijt te raken en er zich dan
"iet veel meer van aantrekt op welke
Pottier cn hoe die mensen terecht ko-
?en. Zy geloven ook, dat de Austra-
'sehe Regering geen haar beter is. Men
ehreeuwt als het ware om mensen en
v's ze er dan eenmaal zijn is de taak
bi de regering afgelopen. De verschil-
r.de verenigingen en de kerkelijke
."stellingen doen veel goed werk, maar
De man sloot zelfs een lening met een
n.b. Hollandse geldschieter in de stad.
De vrouw voelt zich als een gevangene.
Nooit ziet ze iemand anders dan haar
man en de kinderen. Haar enige verlan
gen gaat uit naar Holland, maar het is
een verlangen, dat nooit werkelijkheid
zal worden. Ze vertelde o.a.:
„Zegt u maar aan alle mensen met
meer dan twee kinderen, dat ze nooit
naar Australië moeten komen. In Hol
land woonden we op een bovenhuis,
maar we hadden onze vrienden en ken
nissen. Hier kan ik niet eens met de
buren praten. In Holland hadden we
waterleiding en electriciteit. Hier moet
ik het water uit de kreek scheppen en
's avonds zitten we bij de petroleum
lamp. Toen we nog in Holland waren
werd ons wel verteld, dat we met dat
soort dingen rekening moesten houden,
maar u weet hoe dat gaat. Het enige
waaraan je dan denkt is: „weggaan uit
Holland" en „we zullen het wel klaar
spelen". Hetzelfde gaat het met de taal.
Ik dacht ook: „Als ik in Australië ben,
leer ik wel Engels," maar ik weet nu
wel, dat daar nooit iets van komt. De
kinderen, hoewel ze het op het ogenblik
erg moeilijk hebben op school, zullen na
verloop van tijd hun Hollands wel ver
geten en Engels spreken en denken Dan
zul je dus je eigen kinderen niet eens
meer kunnen verstaan. Nee, ik heb
nooit gedacht, dat we nog eens in alle
opzichten zó arm zouden worden...."
Voor deze mensen valt weinig meer te
doen. Bovendien moeten dergelijke
mensen niet te veel geholpen worden.
Ze zouden maar gaan denken, dat an
deren hun moeilijkheden wel zullen op-
rossen.
Immigranten, die terecht gekomen
zijn in de z.g. Hollandse Kolonie in Zee
zicht en reeds dozijnen brieven ge
schreven hebben over de toestanden
daar, hebben ons bezworen de Neder
landers toch hiervoor te waarschuwen.
Er zijn nu weer 40 Nederlanders naar
die kolonie onderweg. „Ze gaan hun
ongeluk tegemoet," heeft men ons ver
teld. Het volgende is n.l. het gevalt
Een Nederlandse fabrikant kocht in
Australië wat land en een boerdery. Hij
liet een aantal Nederlanders overkomen,
die voor hem moesten werken. Hij kocht
meer land en liet hen huizen bouwen.
Hy betaalde de overtocht voor nog meer
Nederlanders en breidde nog meer uit.
Nu wordt hij de koning van Zeezicht
genoemd. Hy wordt gehaat door zijn
landgenoten, die van hem afhankelijk
zijn en hij is ook niet erg gezien bij de
Australiërs teSen wie hij zijn landgeno
ten ophitst. Kolonievorming is nu juist
iets wat de Australiërs niet willen. Men
meent dat de immigranten zich beter
onder de Australiërs'kunnen mengen.
Wanneer wij hier vanuit Australië de
Nederlandse adspirant-emigranten een
raad zouden moeten geven, dan is dat
de volgende: Nederlanders, die niet jong
zijn, die zich niet aan willen passen, die
zich niet de moeite getroosten Engels te
leren, die niet het vaste plan en de vaste
wil hebben om te slagen in Australië,
mensen die rekenen op de hulp van an
deren, die bij zichzelf denken „we red
den het wel", die zich niet storen aan
eerlijke voorlichting over Australië,
kortom Nederlanders, die op de boot
stappen zonder zich terdege voorbereid
te hebben op de grote stap, die zij on
dernemen, kunnen beter bij hun klom
pen en windmolentjes blijven. Zij wor
den dan in Australië nooit zichzelf en
ze worden de gemeenschap tot een plaag.
Zij zullen dan ook niet de goede naam,
die de Nederlanders in Australië had
den, nog meer schade doen. Laat men.
zich niet druk maken over het klimaat
of over het weer; praat ook niet over
de verschillende staten en hoofdsteden,
over de strategische ligging van Aus
tralië, of over de bevolking. Laat dat
maar aan de voorlichtingsdiensrt over.
UU, -uoJlWl UJWgl
42. Angst en afgrijzen staan in Olaf's verschrikte wijd-opengesperde ogen te
lezen.
Het zwaardzegt hij toonloos, „de vloek
„Bespied zijn wij op deze tocht!" zegt Eric hard.
Als in een flits ziet hij weer alle bijzonderheden van de laatste uren voor zich
van het ogenblik af, dat hij Olaf naar Pum-Pum vroeg. Iemand moet ons gevolgd
zijn, gaat het door hem heen.
Maar nu weet hij het ook! Een man hebben zij op hun tocht door de burcht
ontmoet: Vagen! De Fret, die zo zoetsappig vroeg of Eric de moordenaar van Gost
al gevonden had
Scherp blikt de Noorman om zich heen.
„Daar, die trap op," zegt hij tot Olaf, „langs auar moet de rover verdwenen zijn!"
Met grote sprongen is de Noorman al op de eerste treden. Olaf volgt hem en heeft
moeite hem bij te houden.
Door de snelheid, waarmede de beide mannen zich wegspoeden, blijft Pum-Pum
verbluft achter. Hij wü hen nalopen, maar bedenkt zich meteen weer. Een tevreden
blik komt in zijn ogen.
„Ik weer meester helpen!" denkt hij trots. „Pum-Pum goed kijken blijven, Pum-
Pum klein zijn en niet gauw gezien worden! Nog meer ontdekken?"
Ver voor Olaf uit bereikt Eric de bovenverdieping. Snel spoedt hij zich naar zijn
vertrek en gordt zich gehaast een zwaard om.
Vagen! denkt hij. Hij is de aanstichter van alles en het zwaard het doel. Maar
in het bos redde hij mij het leven bij die overval... Neen, een schijngevecht, weet
de Noorman nu met onfeil.bare zekerheid. Misleiden wilde hij mij! Daarom lieten
die aanvallers zich ook niet raken.
Daar is het vertrek van de Fret. Eric houdt de pas in en trekt zijn zwaard. Voor
zichtigheid is nu geboden. Een seconde later staat hij dreigend in de deuropening.
Maar geen woeste aanval treedt hem in de weg; de kamer is verlaten, op één
persoon na Heidrun!
De dienst Maatschappelijke Zorg van het
ministerie van Binnenlandse Zaken, die he
iast is met de verzorging van repatrianten,
ziet zich door de komst van drieduizend
Ambonese gezinnen (ongeveer twaalf dui
zend personen) voor grote moeilijkheden ge
plaatst. Door de ontruiming en uitbreiding
van een aantal woonoorden, o.a. Vught en
Schattenberg, en de beschikbaarstelling van
enkele DUW-karapcn zal er weliswaar tegen
1 Mei woonruimte zijn voor 1.500 Ambonese
gezinnen, maar voor de resterende 1.500 is
nog geen woonruimte gevonden. Men gaf ons
te verstaan, dat deze woonruimte in ieder
geval beschikbaar zal komen, desnoods
door vordering van woonruimte of door de
inrichting van andere kampen.
Sinds 1945 zijn ongeveer 200.000 gerepa-
trieerden uit Indonesië ons land binnengeko
men (57.000 emigranten verlieten ons land).
In het begin kon 25 pet. gerepatrieerden
niet zelf een onderdak vinden. In de vol
gende jaren was 50 a 60 pet. aangewezen op
de woonoorden. Op het ogenblik zijn er nog
bijna 4.000 gezinnen (ongeveer 18.000 per
sonen) verdeeld over woonoorden (52) en
hotels (500).
De komst van de Ambonezen werpt be
halve huisvestingsproblemen ook de vraag
op, wat er verder met hen in Nederland zal
geschieden. Hun verblijf wordt door de Ne
derlandse regering en door hen zelf be
schouwd als een tijdelijk verblijf. Zodra de
politieke situatie in Indonesië meer gestabi
liseerd zal zijn, zal het grootste deel der
Ambonezen, zo verwacht men, willen terug
keren. Daarom worden er geen maatregelen
voorbereid, die het opgaan van de Ambone
zen in de Nederlandse samenleving kunnen
bevorderen. De enige uitzondering hierop is
een Maleis-Nederlands leerboekje, dat hen
in staat moet stellen zich enigermate ver
staanbaar te maken.
stroom van emigranten is te groot en
Moeilijkheden zyn te talryk.
lh Nederland wordt zo gauw gezegd:
J- We vinden altijd wel iets; we zullen
niet op straat hoeven te slapen".
W"S niet zo lang geleden overnachtten
hebben
enige Nederlanders in het park!
ze onderdak. Ze wonen n.l.
vieren op twee kamers; hebben el-
dag ruzie met de mensen waar zij bij
Wonen en sparen voor de terugreis!
Een Nederlandse familie met twee
Kleine kinderen werd bij een Austra
lische boer ondergebracht, ongeveer
Mijl buiten de stad. Zij kregen een
"bis en mochten de groenten uit de
bin halen. De eigenaar, een echte
Vrijgevige Australische boer met een
°Pen oog voor de moeilijkheden van
«ih nieuwe huurders, sloofde zich
Jht om het hun zo prettig mogelijk
Maken Hij leende hun zelfs een van
'Jn koeien en hij gaf hun zes kip
pen. Eén dag is die familie daar ge-
P'even! Toen pakten ze hun spullen
!n. de ondankbaren, en kwamen ze
'erug naar de stad, waar ze bij het
^rbeidsbureau kwamen klagen: men
P'as het in Holland beter gewend; er
as geen electrisch licht; het was zo
Ppr van de stad enz. Het is begrijpe-
}'Jk welke indruk dergelijke voorval-
*en op de Australiërs maken. Dezelfde
(amilie woont nu ergens op het platte
iand bij een andere boer, maar nü on-
b®r de meest beroerde omstandighe
den!
Januari 1950 kwam een Nederlan-
naar Australië. Hij had zijn vrouw
.vUf kinderen achtergelaten, om hen,
isTra hij een huis had gevonden, over te
vta komen. Na vijf maanden zoeken,
hjj ®eh en advertenties plaatsen vond
'ets dagen voordat zijn vrouw kwam
dat inderdaad op een huis leek.
cjjh^as wel geen electriciteit, waterlei-
b\,jf en het was wel ongeveer 18 mijl
"bd de stad, maar het was toch een
ï^bmen. De man sprak gebroken
Sr.ife's; de vrouw kende de taal in het
tij ®el niet. De oudste van de vijf kin
ken was 8 jaaf, de jongste was nog
!iju 2bigeling. De familie ging een moei-
*''d tegemoet. Vijf maanden later
de vrouw totaal veranderd. Het
Advertentie
Jiefarine „4" werkt viervoudig,
I elk tablet bevat vier verschil-
e"de geneesmiddelen tegen pijnen
n 9riep. Deze brachten aan nulli
jn n*n mensen in de gehele wereld
J*'*' vaak ook wanneer andere
^[adelen (aaiden. De werking is
■Ronder krachtig maar weldadig.
/S BEROEMDE GENEESMIDDELEN
IN ÉÉN TABLET
KUNEN EN GRIEP 20 TABLETTEN F 0.7»
In zijn openingsrede van de 15e alge
mene vergadering der afdeling tuinbouw
van het Koninklijk Nederlands Land
bouw Comité, die Dinsdag in Amsterdam
is gehouden, zei voorzitter W. J. van
Kampen somber gestemd te zijn over
de vooruitzichten voor de Nederlandse
tuinbouw, „die op het ogenblik in dé
mist vaart".
Overvloed van productie in geheej
Europa had de vorige zomer geleid tot
een aanmerkelijke daling van de prijzen,
die hier en daar een catastrophe tot ge
volg had. Spr. achtte de tuinbouw een
object van nationale importantie, „een
van de economische fundamenten, waar
op Nederland gebouwd is". Nationale
hulp dient gegeven te worden aan de
tuinders, wanneer deze buiten hur.
schuld in moeilijkheden geraakten als
gevolg van de internationale overvloed
aan producten.
Besproken werd een bestuursvoorstel,
waarin er bij de regering op wordt aan
gedrongen een nationaal plan te ontwer
pen met het doel elke uitbreiding van
gemeenten, industrieterreinen, vliegvel
den enz. zodanig te regelen, dat de goede
cultuurgronden in ons land niet meer
worden aangetast.
De vergadering droeg het bestuur op
de tekst zo te wijzigen, dat de regering
aan de gemeentebesturen slechts richt
lijnen verstrekt. Het bestuur was tot dit
voorstel gekomen, „omdat steeds meet
goede cultuurgronden ten offer vallen
aan uitbreiding van gemeenten".
De vroegere handelsattaché in Duits
land, ir. T. P Huisman, thans voorzitter
en directeur van het Hoofdbedrijfschap
voor akkerbouwproducten, heeft in een
uitvoerig overzicht over de toestand in
de Duitse tuinbouw medegedeeld, dat
het huidige verdrag de Nederlandse
tuinbouw niet geheel bevredigt, doch
dat het door de Duitse land- en tuin
bouworganisaties in alle opzichten als
funest wordt aangezien.
De export van onze gecontingenteerde
producten is afhankelijk van de export
der vrije producten. Wordt deze te groot,
zo ging hij voort, dan moet de gecontin
genteerde export verminderd worden,
daar de invoer uit Duitsland en de ex
port naar dat land anders te veel uit
hun evenwicht worden getrokken. Hoe
groter de invoer uit Duitsland, hoe
minder gevaar op deze grond voor onze
export. Tenslotte" is de gehele betalings
positie van Duitsland tegenover alle
O.E.E.C.-landen tezamen van betekenis.
Het verbod van invoer van groente, dat
27 Februari werd gepubliceerd nadat
de zg. vrije invoer in Duitsland al eerder
was stopgezet vloeide volgens spreker
voort uit het feit, dat de totale invoer
uit de O.E.E.C.-landen het daarvoor ge
raamde bedrag zeer sterk had over
schreden.
Later is de géhele invoer uit alle
O.E.E.C.-landen stopgezet. Spreker meen
de, dat dit niet lang zal duren, doch
geloofde, dat van de liberalisatie niet
veel kan overblyven en de Duitse rege
ring nauwlettend toezicht op de Invoer
zal blyven houden.
D® Amsterdamse rechtbank behan
delde in hoger beroep de zaak tegen de
43-jarige Amsterdammer J. J, E., wiens
beroep aldus de president - „den
tist" was. De kantonrechter had ver
dachte wegens het onbevoegd uitoefe
nen van een beroep tot twee keer twee
weken veroordeeld. Verdachte had bij
een patiënte een aantal kiezen en tan
den getrokken onder narcose. Deze nar
cose was toegediend door dr. S., die als
getuige werd gehoord. Hij verklaarde,
dat hij verdachte reeds van ver voor
de oorlog kende en geregeld met hem
samenwerkte. Hij beschouwde de ver
dachte als „semi-tandarts." De Officier
van Justitie maakte hierover de opmer
king: „Het medisch tuchtcollege zal wel
belangstelling hebben voor een dokter,
die zich niet ontziet dergelijke lieden
te steunen." En de president deelde even
later mede, dat de geneeskundige inspec
teur voor de volksgezondheid van een
en ander in kennis was gesteld. De pa
tiënte verklaarde, dat verdachte haar
tot volle tevredenheid had behandeld.
De Officier van Justitie noemde het
geval een ernstig feit. Dit kwaad moet
worden uitgeroeid. Verdachte is reeds
eerder voor een soortgelijke overtreding
met de justitie in aanraking gewe'est
Hij eiste twee keer zes weken hechte
nis.
De verdediger, mr. F. Heemskerk,
merkte op, dat zijn cliënt zijn practijk
heeft overgedragen. Voorts voerde hij
aan, dat bij de behandeling dr. S. lei
ding naar deze zelf gezegd heeft
gaf. Hij verzocht vrijspraak, subs, cle
mentie. Uitspraak 20 Maart.
De twee-en-zestigjarige nachtportier
van het vliegveld Ypenburg, J. A. de
Heus, is Dinsdagavond op de weg voor
dit vliegveld door een auto aangereden
en gedood.
jt
Een uiterst merkwaardig monument voor Gandhi heeft de beeldhouwer Kar-
marhan uit Bombay ontworpen. De Mahatma leunt over de ingangspoort van een
monumentaal gebouw, dat meer dan dertig meter hoog zal worden, en kijkt zo
uit over New-Delhi, de hoofdstad van India. De ontwerper wil het bouwwerk in
rode zandsteen laten uitvoeren zoals zoveel openbare gebouwen in New-Delhi
maar in het comité, dat voor een monument voor Gandhi moet zorgen, gaan
stemmen op ten gunste van wit marmer.
Gelijkvloers zal een restaurant ingericht worden, waar men uitsluitend ge
droogde vruchten zal serveren, geitenmelk, vruchtensap en andere soortgelijke
dranken. Op de verdiepingen wil men tentoonstellingen inrichten, die bijzonder
heden laten zien over Gandhi en andereIndiase leiders. Op de vierde verdieping
komt een uitkijkpost, waar de bezoekers de hoofdstad kunnen zien „door de ogen
van de Mahatma". De kosten zullen, ruw geschat, anderhalf millioen dollar bedra
gen. Maar dat bedrag zal spoedig bijeen zijn, zegt de ontwerper, .als men de
bezoekers van het gebouw een kleine heffing oplegt.
De leiding van het Amsterdams Toneelge
zelschap heeft te kennen gegeven, het ten
zeerste te betreuren, dat Ko Arnoldi een
persconferentie heeft gehouden en daarin
„de vuile was van de toneelwereld heeft
uitgehangen".
„Zelfs al was het geheel waar, wat de
heer Arnoldi heeft gezegd", aldus de zake
lijke leider van het A.T.G., de heer Jo
Sternheim, „dan komt het nog niet te pas
zo te spreken. De heer Arnoldi heeft het
toneel door zijn optreden geen goede dienst
bewezen. Een dergelijke manier van doen
brengt de stand van de toneelspelers in een
kwade reuk".
De heer Sternheim ging voort met te
zeggen, dat het toneel in Rotterdam een
probleem zal blijven, zolang er geen fi
guur gevonden wordt, „een peiler, die ook
de ideële kant van het toneel ziet", die
daar de leiding in handen neemt. De heer
Arnoldi heeft nooit de gedachte van het
Centraal Coördinatie-bureau aangehangen
en hij heeft er nooit aan meegewerkt
die te verwezenlijken. Door deze houding
heeft hij het werk van het C.C.B. gehin
derd en geremd.
„Op het moment, dat de heer Arnoldi in
de coördinatie werd opgenomen'', aldus de
heer Sternheim, „was het met het C. C B
gebeurd". De heer Arnoldi wil een eigen
zaak voeren op liberale grondslag. „Doch
dit alles", zo vervolgde de heer Sternheim.
„vormt het Rotterdamse probleem niet. Het
probleem ligt veel dieper. In Rotterdam
gaat het er om door te breken tot de paar
duizend mensen, die zich aansluiten bij de
smaak van Amsterdam en Den Haag en om
ze op te vangen voor een behoorlijk, breed
opgezet toneel. Men kent de weg niet die
hiertoe leidt en daarom zal de toestand bij
het toneel in Rotterdam zo blijven als hij
is. Er zijn in Rotterdam, afgezien hiervan,
tegenstellingen, die wij hier niet kennen
Enerzijds is er een streven te komen tot
cultureel verantwoord toneel, anderzijds be
staat de neiging te zeggen: wij zijn tevre
den met wat wij hebben en de rest inte
resseert ons niet. Wat het Rotterdams to
neel nodig heeft is een aantal door idealen
bezielde spelers, die scheppend werk willen
verrichten en niet voor een zacht prijsje te
koop zijn".
De leiding van het A.T.G. betwijfelt of
het, Ko Arnoldi zal gelukken een goed ge
zelschap samen te stellen, zelfs als hij ac
teurs en actrices tot zich zou trekken, wier
contracten bij de bestaande gezelschappen
niet zijn verlengd.
Advertentie
Uw verkoudheid van neus.
keel of borst weg met
Hoewel onlangs een einde werd ge
maakt aan de clandestiene uitzendingen
van de amateurzender Erica, blijven des
Zondagsmorgens nog steeds geheime zen
ders in de aether, speciaal te beluisteren
in de Zuid-Oosthoek van Drente. De
afgelopen Zondagmorgen was „Klaver
Vier" ongeveer een uur in de aether.
Ook deze zender verzorgde een pro
gramma verzoekplaten, met daar tussen
door een praatje.
De Nederlandse regering heeft beslo
ten twee Duitse gezinnen, het ene be
staande uit vader en twee zoons en het
andere uit moeder en dochter, uit de
Seifkant naar Duitsland uit te wyzen.
Vóór de grenscorrecties doorgevoerd
werden, hadden zich ongeveer twintig
Duitse gezinnen, die na de bevrijding
uit Nederland waren verwyderd, schie-
lijk in de Seifkant gevestigd, in de hoop
op deze manier toch weer in ons land
terecht te komen. Nadat dit bekend ge
worden was, is opnieuw een onderzoek
naar de antecedenten van deze mensen
ingesteld, met het gevolg, dat nu twee
gezinnen opnieuw over de grens gezet
worden. Een en ander is ih overeen
stemming met de in Parijs in 1948 ge
nomen besluiten inzake de grenscorrec
ties. De gezinnen kunnen voorlopig in
de Seifkant blijven, totdat Duitse in
stanties woonruimte ter beschikking
stellen, waaromtrent overleg is ge
pleegd.
Htn 3
■unit Htuiiiiiiiiii ui ttiiiiiiiiftiiiiifiiiiiiHiiiii ui minimis
„Er is één goeie kant aan de mis
lukking van de zeer brede basis in de
kabinetscrisis", zei Snorrebor.
„Welke?" vroeg ik benieuwd.
„Wel, je kunt er donder op zeggen,
dat er verdraaid onaangename maat
regelen zullen moeten genomen wor
den, maatregelen, die ons volk zwaar
op de maag zullen liggen en het het
zuur zullen bezorgen Als nou die zeer
brede basis met de Anti-revolutionnai
ren méé zou zijn gelukt, zouden de
communisten alleen in de oppositie
hebben gezeten en zouden dan gemak
kelijk spel hebben gehad om er poli
tieke zij bij te spinnen. Hoeveel, zou
bij de verkiezingen in 1952 dan wel
zijn gebleken".
„Je hebt een vooruitziende geest",
zei ik.
„Ik ben nog altijd betalend lid van
de K.V.P.", antwoordde Snorrebor.
Met toestemming van Z.Em. Joh. Kar
dinaal de Jong vertoeft voor ongeveer
twee weken in ons land de Hongaarse
priester Th. Kertesz. Gedurende die tijd
belast hij zich speciaal met de zielzorg
onder de in ons land vertoevende Hon
garen. Voor elk hunner is pater Kertesz
te spreken. Bemiddeling verleent de
Stichting Hulpactie voor Hongarije, hui
ze Zeeburg, Zeeburgerdijk 236 te Am
sterdam. De Hongaarse priester heeft
domicilie gekozen in de pastorie St. Ge-
rardus, Ambonplein 13, Amsterdam.
In enkele grote steden, zoals Amster
dam en Den Haag zullen bijeenkomsten
voor Hongaren worden gehouden.
Advertentie
Oie krampachtige
hoest laat U geen rust.
Spaar Uw longen, neem
de slijmoplossende
Voor een Weense rechtbank heeft een
man terecht gestaan, die zich om beurten
uitgaf voor „Mijnheer van Hattum
„Graaf van Bever", „Dr. Otto Wagner"
„Graaf Marticano" of „Guenther Marti-
ken". Men vermoedt, dat deze laatste
naam tenminste niet vals Is. De man
heeft zich aan oplichting schuldig ge
maakt om van de rest maar niet te
spreken. Het is merkwaardig, hoe in on
ze democratische tijd een titel, zelfs een
onrechtmatige, nog altijd een geweldig
crediet bij de goedgelovige menigte
heeft. Vandaar dat oplichters vooral in
moeilijk te controleren internationale
milieu s er een lucratief gebruik of lie
ver misbruik van trachten te maken.
Guenther Martiken diste tijdens het
proces het volgende levensverhaal op,
dat de heren rechters zó zeer boeide
dat zij af en toe schenen te vergeten
dat zij niet met Moeder de" Gans, maar
met een verdachte te maken hadden.
Martiken is opgevoed in Tsjechoslo
wakije en thans midden dertig. In 1937
werd hij wegens een zedendelict in het
gevang gezet. Een jaar later diende hij
bij de Edel-Germanen in de S.S., maar,
naar hij beweerde, als spion in opdracht
van de verzetsbeweging. Hoe dit ook zij,
in 1943 bevond hij zich in een Duits con
centratiekamp. Volgens zijn eigen ver
haal was hij ter dood veroordeeld, om
dat hij een stuk van een Duitse vesting
in de lucht had laten vliegen. Hij wist
53)
„Morgen zul je die droom uit de tijd,
toen je nog klein. was. verwerkelijkt
zien. Dat is van belang voor je; het be
tekent veel voor je. Dan kom je bij me
terug en begint onze eigen droom, de
droom die we samen zulen maken. We
dromeh er nu over en zuilen er nooit uit
ontwaken
Het was nog maar nauwelijks licht,
toen Cathryn en Francis in de vroege
ochtend vertrokken. Johann had er op
gestaan koffie voor hen te zetten en her.
uitgeleide te doen. Hij stond aan de deur
van het Gasthaus en bleef wuiven tot zij
in de lege straat uit het gezicht ver
dwenen waren. Cathryn vond, dat hij er
in zijn bruine kamerjas met het toege-
knoopte koord uitzag als een monnik
Het koord met de knopen, dat 'n symbool
was van zuiverheid, armoede en gehoor
zaamheid. Het koord, dat je bii.het klim
men om je middel wond; de knoop der
veiligheid in het koord, dat het leven
zelf vlecht.
Zij gingen over weidegronden, door
pijnbossen en lariksbossen. over steen
gruis naar de gletscher, in het grijze
licht een desolate uitgestrektheid ijs vol
sleten en plooien. Zij gingen verder door
de sneeuw aan de kant, langs de rots
wanden; zij hoefden zich niet aali elkan
der vast te binden of de. klimijzers aan
te doen. Zij klommen, zwijgzaam, met
taaie volharding, ook de zon klom en
ineens was het volop licht. Boven de
gletscher stegen de sneeuwwanden steil
op naar een grillig gevormde kam. zij
bonden zich aan elkander vast, hakten
treden in de wand en klommen omhoog
in de wind. Aan de rand kreeg de wind
een bulderende kracht. Het was een
wind, die je verblindde, die je adem af
sneed. Zij begroeven hun mond en kin
in de kraag van hun leren wind jackels
en worstelden verder. Het leek, vond
Cathryn, alsof de, berg hun onvriendelijk
gezind was; hij verzette zich tegen je
met alle macht; je moest hem bevechten
en hij vocht terug, met rotsen, ijs en een
bulderende, snijdende wind Maar je
worstelde verder, je zette door. Dit wa
ren, wat Johann noemde, de „kwad°
dingen"; maar het goede was weer, dat
je ze bevocht, samen met Francis. De
steile, bevroren sneeuwwand boven de
gletscher scheen geen einde te hebben
'Je wachtte tot Francis klaar was een
trede te hakken, wendde je ogen af van
verblindende witheid van de wand en
keek omhoog naar de graten. Zij teken
den zich af tegen de lucht als de krab
bels van een kindertekening. De krab
bels waren echter stevige rotsen, en
iedere dunne, golvende lijn een ingewik
kelde samenstelling van uitspringsels,
smalle graten, loodrechte rotspunten,
waar je op de een of andere wijze om
heen moest zien te komen, of je moest
er op zien te komen, centimeter bij cen
timeter, je vastklemmend met je nagels
en de punten van je schoenen. En heel
de tijd huilde de wind om je heen, je
verblindend, je verstikkend. Maar je
deed het, omdat je er jaren lang naar
had uitgezien en zette door.
Je kwam eindelijk op de graat, die de
sneeuwwand verbond met het rotsmas
sief van de Schwarzkogel. Je vroeg je
af, h9eveel uren het zou vergen om die
grillig gevormde granieten massa over te
komen; en hoe de graat zou zijn, die
haar weer met de top verbondDan
kroop je al weer vooruit op handen en
voeten, met je hoofd omlaag als een
dier, dat snuffelend een spoor volgt. De
zon werd krachtiger en de schittering
begon te verblinden, je dreef je ijsbijl
diep in de sneeuw en tastte naar je
sneeuwbril. De wind probeerde hem uit
je handen te rukken, maar op een ol
andere wijze kreeg je hem toch op. Wol
ken stroomden van de bergpiek als rook,
door een vulcaan uitgebraakt; als hete
dampen schenen de wolken op te stijgen
uit de kokende ketel, die het dal was,
bijna tienduizend voet beneden hen. Je
kon niet zien, horen of denken. Je han
delde als een automaat en zette door,
blindelings, zonder te denkenin een
inferno van de wind, die om je heen
bulderde en raasde. Je kroop vooruit
achter Francis, en het touw kroop tus
sen hem en jou in, het koord, waarvan
je leven afhing. Eenmaal toen Francis
zijn pickel dreef in een rand een paar
voet boven hen, brokkelde de sneeuw af
en een kleine lawine gleed omlaag langs
de helling. Hij sloeg zijn pickel opnieuw
vast, hoger, cn hij hield. Zij klommen
verder.
Eindelijk bevonden zij zich op een ter
ras aan de voet van de Schwarzkogel, zij
leunden met de rug tegen de rotswand,
waren wel niet buiten de wind, doch
werden nu niet van alle kanten aange
vallen.
Francis keek haar met een glimlachje
aan.
„Gaat het?"
Zij knikte. „Uitstekend."
„Dat stuk" hij wees met een knikje
naar het labyrinth van rotspunten, sple
ten, uitspringsels en steilten achter hen,
„is niet zo erg als het er uit ziet.
We krijgen nu een hele tijd een vlak
gedeelte en dan een couloir bijna tot
de top. De graat naar de top is niet zo
moeilijk je hoeft in ieder geval niet
te kruipen. Zullen we verder gaan?"
Zij gingen verder over het terras, ter
wijl de wind hen bedreigde van bene
den en van boven. De top van de berg
was nu uit he't gezicht verdwenen. Zij
hadden alleen maar voor zich het smal
le, met sneeuw bedekte terras met de
granieten wanden aan de ene zijde en
de open ruimte aan de andere zijde.
Het terras versmalde en eindigde in een
groot bastion van grillig gevormde rot
sen.
„Dit is gemakkelijk", zei Francis.
Het was het gemakkelijkste stuk dat
zij kregen; er waren steunpunten voor
handen en voeten. Er had alleen geen
sneeuw moeten zijn, vond Cathryn; die
kwam naar beneden telkens wanneer je
je aan een vooruitstekende punt m-o-
beerde vast te grijpen of met je pickel
een houvast probeerde te vinden, zij
kwam in je gezicht en bedekte je hoofd
en schouders; ook moest er niet steeds
die snijdende wind zijn, waardoor je
ogen pijn begonnen te doen en je uitge
put raakte; het was echter een ver
moeidheid die tot je brein beoerkt bleef;
je lichaam, je benen en voeten, je ar
men, handen en schouders bleven hun
werk doen, doch automatisch.
(Wordt vervolgd)
echter uit het kamp te ontvlus^-en,
ging naar Frankrijk en België ert werkte
daar in de verzetsbeweging. Hij ontken
de, dat hij in 1945 te Wenen als Russische
„volkscommissaris" is opgedoken en gro
te hoeveelheden goud en juwelen heeft
„gevorderd". Wel beweerde hij in die
tijd te Brussel te zijn geweest en door
Paul Henri Spaak te zijn geïntroduceerd
bij een zekere graaf van Bever, die hem
als zoon zou hebben geadopteerd. Hier
door kreeg deze slanke,' zwartharige
nieuwbakken aristocraat, die vriende
lijk onder zijn donkere, elegante snor
retje a la mode lacht, connecties met de
beste Belgische families. „Een zeer rijke
dame werd verliefd op mij", verklaarde
deze moderne Casanova, die met vrou
wenharten ^omspringt als met gebroken
borstplaat. *,t)eze dame gaf mij een luxe.
auto en veel gouden dollars. Ik was ech
ter niet op haar, maar op haar zeventien
jarige dochter Monica verliefd en ben
met haar, de dollars en een deel der fa
miliejuwelen in mijn auto naar Wenen
gevlucht, waar ik haar trouwde. Zij is :n
Wenen onder de naam van „prinses de
Montigny" aan typhus gestorven en ik
ben erfgenaam van de Belgische nrilli-
oenen van haar vader."
In 1946 werd Martiken in Wenen we
gens afpersing en smaad tot twee jaar
gevangenisstraf veroordeeld. Nauwelijks
uit de gevangenis vatte hij zijn oude
practijken weer op en wist in kringen
van filmsterren, filmproducenten en
rijke zakenlieden binnen te dringen, die
hij voor grote bedragen bezwendelde.
Met zijn geaffecteerde stem vertelde hij,
dat hij „officieel" vier keer getrouwd is
geweest. Tijdens het beraad van de rech
ters wendde hij zich tot de perstribune
en vroeg aan de journalisten, of ze hem
geen honorarium wilden geven voor „het
bijzonder interessante verhaal", dat hij
hun had geleverd.
Er wordt nog onderzocht of Martiken
ook in Nederland heeft gewerkt. Het zou
ons niet verwonderen, indien wij hier te
doen hebben met dezelfde „Dr. Wagner",
die in Rotterdam een mannequin met
voorspiegelingen van een filmcarrière
bijna tot zijn slachtoffer had gemaakt.
De „Third Man" van het na-oorlogse
Wenen is maar een schooljongen verge
leken by deze veelnamige zwendelende
Don Juan.
In Treviso in Italië is een man van
middelbare leeftijd letterlijk met stom
heid geslagen, toen hij in een café de
uitslag van een voetbalpool hoorde en
het bleek, dat zijn nummer gewonnen
had. „Dat is mijn nummer", brulde hy
en zakte toen in elkaar. Sindsdien heeft
hij slechts onverstaanbare klanken kun
nen uitbrengen. Hij werd in het zieken
huis opgenomen. De dokter zegt, dat de
emotionele schok te groot is geweest,
maar verwacht veel heil van de tweede
schok, die de patiënt zal krijgen als hij
hoort, dat hij niet de enige gelukkige is
en slechts 425 gulden van de grote prijs
zal ontvangen.
Toen het huis van Walter C. Boyles te
Fort Wayne in de staat Indiana van alle
kanten door water was omringd, trok hij
met zijn vrouw en zes kinderen weg. De
volgende dag brandde het tot de grond
toe af.