Uitgebreid programma van film, muziek, toneel, ballet en exposities 15 MEI WEER ZOMERZEGELS Vffl/ïïm De herbouw van kerken Laat heb ik II bemind Uitvoeringen voor een groot deel in Amsterdam en Den Haag STILLE OMGANG TER ERE VAN HET H. BLOED TE ALKMAAR Op Zondag 20 Mei Pindakaas fet. HOLLAND FESTIVAL 1951 Bisschoppelijk College van Roermond Procesverbaal tegen Jos. Mullens Opbrengst zowel voor culturele als voor sociale doeleinden Auto's rijden na een botsing tegen een boom door ETHEL MANNIN VRIJDAG 11 MEI 1951 PAGINA 3 Eeuwfeest op plechtige wijze gevierd ENCYCLIEKEN-HERDENKING TE ROTTERDAM Hoge belangstelling Verzorgers van Ned. slacht offers in Grenoble geëerd Rode Kruis kent onder scheidingen toe Wegens overtreding van de Arbeidswet Lijst van omgekomen Nederlanders Eén zwaar gewonde bij Well W. de Booy met militaire eer begraven WEER 1200 AMBONEZEN IN ONS LAND 107) VALSE-BANKBILJETTEN- AFFAIRE BERECHT In hoger beroep dezelfde straffen geëist EISENHOWER NAAR PARIJS VERTROKKEN (Van onze speciale verslaggever) Daar verschillende moeilijkheden n:oesten worden overwonnen kwam de leiding van het Holland-Festival, later dan verleden jaar, Donderdagmiddag in !het I.C.C. te Amsterdam, voor de dag met het programma, dat thans vrijwel volledig genoemd kan worden. Reeds eerder berichtten wij enkele bijzonderheden en uit het gehele pro gramma doen wij thans een greep, die een indruk kan geven, wat de bezoeker van dit Festival geboden wordt. De uitvoeringen concentreren zich groten deels in Amsterdam en Den Haag, het geen een intensieve deelname van ver der wonende Nederlanders niet in de hand werkt. In het algemeen hadden wij trouwens gaarne een geactiveerde deelname en inschakeling gezien van meerdere mu ziekgroepen en -centra van ons land, zo dat de Nederlandse muziektraditie uit heden en verleden een grotere plaats in dit Festival had gekregen, zoals wèl het geval is in de tentoonstellingen, geor ganiseerd in de voornaamste Nederland se musea. Wij denken hier ook aan de intense koormuziekbeoefening overal in ons land, de feestelijke harmoniemu- ziek, volksmuziek en -dans en de blij de klanken van onze wereldberoemde Onder grote belangstelling heeft het Bisschoppelijk College van Roermond Donderdag zijn honderdjarig bestaan herdacht. De dag werd ingezet met een Pontificale Hoogmis, gecelebreerd door Mgr. dr. J. Hanssen in de kathedrale noodkerk van Roermond. Onder deze H. Mis hield mgr. mr. F. op de Coul, direc teur van het R.K. Centraal Bureau voor Onderwijw op Opvoeding te Den Haag, de feestpredicatie. Later op de dag was er een plechtige zitting van autoriteiten, leraren, oud leerlingen en leerlingen in de aula van het college. Nadat een leerling Mgr. Hanssen als vertegenwoordiger van de Bisschop van Roermond verwelkomd had, liet directeur A. van Thiel de voor naamste gebeurtenissen der afgelopen honderd jaren de revue passeren. Mgr. Hanssen hierna sprekend zowel als ver tegenwoordiger van de bisschop, als in zijn kwaliteit van oud-leerling, bracht de waardering der kerkelijke overheid naar voren. Ook persoonlijk getuigde hij dankbaar van de goede vorming, op het Roermondse college genoten. Hetzelfde deed op zijn beurt de com- misaris der Koningin in Limburg, mr. dr. F. Houben, die de herinneringen aan zijn studiejaren combineerde met zijn waardering als hoogste wereld lijke autoriteit in de provincie voor de sfeer en de geest van het Roermondse instituut. Talrijke oud-leerlingen op hoge posten bewijzen, dat dit college belangrijke resultaten boekte, zo zei hij. De commissaris der Koningin kon mededeling doen. dat directeur Van Thiel, bij gelegenheid van dit eeuw feest,' benoemd was tot Officier in de orde van Oranje-Nassau. De burge meester van Roermond, mr. dr. R. Geul- jans, speldde de directeur vervolgens de onderscheiding op. Plebaan-deken Rhoen van Roermond betuigde zijn dankbaarheid Y9°r u® geestelijke betekenis van het jubilerend college voor de stad Roermond en de burgemeester deed hetzelfde namens het wereldlijk bestuur. Deze laatste bood als blijk van waardering een glas in-loodraam voor hettrappenhuis aan. Als laatste spreker bracht ui'. Gerard Brom, hoogleraar te Nijmegen, de dank van de oud-leerlipgen over. Zowel de Pauselijke Internuntius mgr. Paolo Gicbbe als mgr. Jos. W. M. Baeten. bisschop van Breda, mgr. J. M. J. A. Hanssen, bisschop-coadjutor van Roer mond. hebben reeds toegezegd, met mgr. J. P. Huibers. bisschop van Haarlem, op dc grote Encyclieken-herdenking in het Feijenoord-stadion op 26 Mei aanwezig te zijn. Voorts zullen er zijn dr. J. R. M. v. d. Brink, minister van Economische Zaken, mr. A. M. Joekes, minister van Sociale Zaken, ir. L. A. H. Peters, minis- tei van Uniezaken en Overzeese Rijks delen, Staatssecretaris mr. J. M. L. Th. Gals, terwijl voorts ook dr. F. J. Th. Rut ten, minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, aanwezig zal zijn, in ge zelschap van P. Harmei, de minister van Onderwijs in België. Ruim vijfhonderd Belgen zullen met het bestuur van het Christen Werkers verbond van België deze unieke manifestatie eveneens mee maken. Op 12 Augustus van het vorig jaar stortte in een ravijn van de Franse Alpen autobus uit Eindhoven met Neder landse pelgrims, die in verband met het Heilig Jaar een bezoek aan Rome brach ten. De slachtoffers hebben toentertijd bijzondere verzorging ondervonden van bevolking en autoriteiten uit de omge- Vlr>g van de plek, waar het ongeluk Plaats vond. Naar wij vernemen heeft het Neder landse Rode Kruis thans zijn waarde- ring tot uitdrukking gebracht voor de Soede zorgen, aan de Nederlanders be- steed, door aan de burgemeester en de dmecteur van het ziekenhuis te Grenoble £ïet kruis van verdienste toe te kennen, j-mte chirurgen van het ziekenhuis en de ssistente van de burgemeester ontvan- 8?n de Rode Kruis-mcdaille van ver- Wenste in zilver. R Advertentie randcnd maagzuur is maar een kwestie at> één of twee minuten Di» een Paar Rennies bij de hand hebt. oiiLj?5?,™ dat zuurbranden op Uw maag tot v,L. en aHe Pbn behoort prompt hierhn verleden. Een langdurige kuur is zuurbran nodiS. Als ge vandaag last van Ook -«■ ""«06 "VMV, nuu» fa»- Rennil 8 reeds zelf constateren, wat Öraailt? °?k voor u zo in een hand-om- n doen. Inderdaad een ideale op de maag hebt, kunt ge temedie, een prettig, practisch en smakelijk. Kennies bij Uw Apotheker of carillons! Maar ter zake; het Concertge bouw- en Residentieorkest geven on der leiding van Klemperer, Kubelik, Stokowski, Szell, Dorati, Gui en Van Otterloo tezamen met de Toonkunstko ren van Amsterdam en Den Haag uit voeringen van werken waaronder naast veel klassieke genoemd moeten worden Janacek, Mahler, Bartók, de Amerikaan Lukas Foss, Orthel, Landré, Frid en Mengelberg. Thé English Opera Group geeft onder leiding van Britten compo sities van Purcell en Monteverdi, van welke laatste het Nederlands Kamer koor de „Vespro della Beata Vergine" zingt evenals Missen van Okeghem, Haydn en Stravinsky, zij het buiten li turgisch verhand. De werkzaamheid van de Nederlandse Opera is allereerst ge- rieht op „Jenufa" van Janacek, verder: Verdi, Gluck, Beethoven, Milhaud, Fran$aix (wereldpremière l'Apostro- pbe). Ook dit jaar geeft de Bachvereni- gmg weer enige concerten. Het aandeel van de Nederlandse to neelgroepen bestaat uit Shakespeare's „Leer om leer'r en .Julius Caesar", „Elckerlyc" en Euripides' „Iphige- neia" in de reeds vroeger vermelde Oud-Griekse enscenering in Carré Behalve enige vaststaande en in het dezer dagen verkrijgbare volledigs programma genoemde buitenlandse dans- en balletuitvoeringen tracht men nog te komen tot een Nederland se manifestatie. Van de rubriek film noemen wij de door de A.mster(jamse Filmliga georga niseerde voorstellingen van het Frans programma: „Les Vagabonds imaginai- res" en de film „Marius" van Marcel Pagnol. Enige uitvoeringen zullen ook plaats vinden tegen gereduceerde prij zen o.a. in de Apollohal te Amsterdam en in de Haagse Houtrusthallen. een zij het beperkte mogelijkheid voor de minder kapitaalkrachtige kunstliefheb ber. Advertentie tegen doorzitten bij wiclrijden en stuklopen De directeur van het circus Jos Mul lens, welk circus momenteel op de Markt in Apeldoorn voorstellingen geeft, heeft een proces-verbaal gekre gen wegens overtreding van de Ar beidswet. Het betreft een bepaald nummer dat uitgevoerd wordt door vier kinderen in de leeftijden van acht tot twaalf jaar. 7. Goedgeluimd verlaat Eric de volgende ochtend zijn vertrekken om een rondgang door de burcht te maken. Na een lange afwezigheid heeft hij er altijd weer behoefte aan alles weer eens in ogenschouw te nemen en hiér en daar een praatje te maken met de trouwe bedienden. De waarschuwingdie Ewoud hem gisteren toevoegde is hem geenszins ontgaan, maar op deze zonnige morgen is hij geneigd deze als over drijving te beschouwen. Er wordt altijd wel ergens over gevaren gemompeld vooral door de grijsaards. Wat kan er trouwens gebeuren nu hij zelf de zaken weer in handen gaat nemen? Maar in de ruime benedenzaal treft hij een eenzame figuur aan, wiens sombere blik in hevige tegenspraak is met de vrolijkheid van de vroege ochtend. „Awain!" roept de Noorman vrolijk uit. „Waarom kijkt ge zo somber? Heeft de wijn van gisteren uw vreugde in het leven vergald?" „Niet de wijn, heer." Awain schudt terneergeslagen het hoofd. „Maar er zijn andere dingen „Ik heb iets gehoord." Eric glimlacht fijntjes. „Het schijnt dat vrouwe Heidrun er nog steeds de voorkeur aan geeft alléén door de gangen te gaan, nietwaar? Maar misschien is dat juist een goed teken, mijn vriend. Wantrouw de bloem die te vroeg ontbloeit, zegt een oud spreekwoord „Dat verontrust mij thans niet in de eerste plaats," zegt Awain moeilijk. Hij knijpt zijn lippen krampachtig samen. Z'n oude verlegenheid overvalt hem weer. Liever staat hij met het zwaard in de vuist tegenover een overmacht dan hier te spreken. „Wat is het dan dat u bezwaart?" vraagt Eric verwonderd. Met een schok van verbazing luistert Eric naar het antwoord. „Heer," zegt Awain, „tijdens uw afwezigheid is het volk onrustig geworden. Men klaagt over hoge lasten en tienden en vooral mort men over de gestrengheid van koningin Winonah A Van 15 Mei tot 15 Juni a.s. zullen op alle postkantoren in Nederland de zomerzegels weer verkrijgbaar gesteld worden. Dit jaar vertonen ze, zoals be kend, afbeeldingen van kastelen. Ter bevordering van de verkoop van deze zegels worden nog uitgegeven blanco briefkaarten (1 cent per stuk); prent briefkaarten (10 cent) en spatwerkmap- jes (75 cent). Zoals steeds wordt de netto-opbrengst van de zegels bestemd voor sociale en culturele doeleinden en wel voor ieder de helft. Van het gedeelte, dat voor sociale doeleinden gebruikt wordt, komt 35 pet. ten goede aan de tuberculose bestrijding. De gelden zullen worden overgemaakt aan de Ned. Vereniging tot - Generaal Eisenhower en zijn echtgenote, die daarvoor speciaal per vliegtuig was overgekomen uit Parijs, hebben gisteren met Koningin Juliana en Prins Bern- hard op Paleis Soestdijk de lunch gebruikt. Op het bordes neemt het Koninklijk Paar afscheid van zijn gasten. Telkenjare wordt in Alkmaar op de eerste Zondag in Mei in de kerk van de tl. Laurentius de herinnering gevierd van het Mirakel van het Heilig Bloed, het wonder, dat 1 Mei 1429 geschied, is. In deze maand wordt ook de Stille Om gang ter ere van het H, Bloed gehou den. Deze kerkelijke plechtigheden, waar aan in de loop der jaren vele tiendui zenden hebben deelgenomen, vinden haar oorsprong in een wonder, dat bui ten Noord-Holland niet zo bekend :s als wel gewenst mag worden geacht. Op genoemde 1 Mei droeg de neomist Folkert zijn eerste H. Mis op en hij had daarbij het ongeluk een gedeelte van he.t L. Bloed op zijn kazuifel te laten neervloeien. Na de H. Mis bleek, dat drie druppels van het gestorte deel van de oorspronkelijk witte wijn van kleur veranderd waren en de rode kleur van bloed gekregen hadden. Het gevlekte deel van de kazuifel werd ter verbran ding in net vuur geworpen. Volgens een oude overlevering bleef dit frag ment echter „onverbrand boven de vlamn.en zweven". Over dit f°it meende de. Alkmaarse geestelijkheid het stilzwijgen te moeten bewaren. Vermoedelijk om de goede naam van de neomist te redden. Want al spoedig bleek, dat hij na de beruchte „Kennemerloop" in 1426 als soldaat enige vijanden had gedood. Dit was volgens de kerkelijke wetten een be letsel voor het geoorloofd ontvangen van het H. Sacrament van het Priester schap. Foikert had dus op ongeoorloof de, heiligschennende wijze de H.H. Wijdingen ontvangen en zijn eerste Mis opgedragen. God had dus het gezag van de H. Kerk op majestueuze wijze ge wroken door het wrochten van een MiraKel van waarschuwende barmhar tigheid. Na enige tijd verscheen aan twee zeelieden, in de buurt van Vlissingen in nood, een engel, die de schepelingen redding beloofde als zij toezegden naar Alkmaar te gaan, om daar aan geeste lijkheid en burgerij het Mirakel bekend te maken. Toen de pastoor van hun redding en hun opdracht .vernam, aar zelde hij niet de relikwie uit haar schuilplaats te halen en haar ter ver ering üit te stellen. Van die dag dateert de kerkelijke viering. De reliek werd in hpt vervolg omgedragen in de. pro cessie op „Meyendach". Deze processie werd aanvankelijk beperkt binnen de (Grote) kerk, maar van 1 Mei 1501 af werd zij door de stad gehouden. De her vorming maakte, hieraan een einde voorlopig. Voor het laatst werd de re liek op 1 Mei 1572 rondgedragen. Zij vond een veilige bewaarplaats. 25 Maart 1897 verklaarde de toenma lige bisschop van Haarlem, mgr. C. J. M. Bottemanne, dat de in Alkmaar aan wezige relikwie „echt is en openlijk mag worden vereerd". Onder deken Ooms werd opgericht de. „Vrienden kring van het Allerheiligst Sacrament", op welks initiatief in 1927 de aloude „Meyendach'/ in ere werd hersteld. Thans wordt op een Zondag in Mei weer regelmatig de Stille Omgang van he- Heilig Bloed gehouden. De relikwie is opgesteld in de St. Laurentiuskerk. Dit jaar is de Omgang op 20 Mei. Om nalf één des middags is er een kort Lof met toespraak in de drie parochieker ken, voor deelnemers van buiten Alk maar in de St. Dominicuskerk aan de Laat. Na het Lof, om één uur, wordt de omgang gehouden. bestrijding der t.b.c. Het 2/3 deel hiervan is voor het verpleegfonds voor open t.b.c.; 1/3 is bestemd voor het z.g. post- zegelverpleegfonds en komt ten goede aan kinderen, die aan een of andere vorm van t.b.c. lijden. Hoewel het sterftecijfer der tubercu lose sterk is gedaald en ook het ziekte- cijfer een gunstige wending neemt, kun nen de gelden niet gemist worden, zo verklaarde dr. P. Muntendam, Staats secretaris van Sociale Zaken, in zijn toe lichting op de verdeling der opbrengst. De t.b. moet actief bestreden worden. Men is hiermede op vele plaatsen reeds volop bezig. De resultaten van de be- di ijfsonderzoeken en de bevolkingson derzoeken wijzen er op, dat men in de komende jaren met een toeneming van t.b.-gevallen te maken zal hebben. Een gedeelte dezer gevallen zuilen zich in een zodanig stadium bevinden, dat uit zending noodzakelijk is en dus gelden nodig zijn. Naar het Irenefonds zal 20 pet. van de opbrengst gaan. Dit fonds organiseert culturele ontspanning in sanatoria, zie kenhuizen en psychiatrische inrichtin gen. Verder gaat 15 pet. naar de Fede ratie van Instellingen voor de Ongehuw de Moeder en haar kind. Er is, percents gewijze, een daling van het aantal on wettige geboorten. In 1950 bedroeg het absolute aantal echter nog 3.369 (14.7 oo de 1000 geboorten). Voor het Zwitsers Nederlands Asthmafonds is 15 pet. be stemd. Tenslotte gaat 15 pet naar het Nationale Fonds voor Bijzondere Noden. De Staatssecretaris van O., K. en W., mr. Cals, deelde mede, dat dit jaar van het gedeelte der opbrengst, dat voor culturele doeleinden bestemd is, 65 pet. besteed zal worden voor opdrachten aan noodlijdende werkers op cultureel ge bied. Verder gaat 15 pet. naar het Voor zieningsfonds voor culturele werkers voor steun in bijzondere gevallen en 20 pet. naar het Prins Bernhard Fonds. De toestand onder de schilders en grafici is zeer droevig, aldus mr. Cais. De nood onder de culturele werkers in het algemeen is zeer hoog gestegen. Er kan ten enenmale onvoldoende hulp worden geboden. Uit Rijksmiddelen komt zeer weinig. Ook de monumenten zorg is een zeer nijpend probleem. De subsidie, die het Rijk hieraan geeft, be draagt slechts f2.500! Daarom zal zo mogelijk de Nederlandse kastelenstich ting in de opbrengst delen. In een bijvoegsel van de Nederlandse Staatscourant is opgenomen een lijst met ongeveer 440 namen van vermiste perso nen van wier overlijden, 10 Mei 1951. van wege de minister van Justitie aangifte is gedaan bij de desbetreffende ambtenaren van de burgerlijke stand. Het betreft hier merendeels Nederlanders, van wie wordt aangenomen dat zij zijn omgekomen in Os- wiecim in Polen, verder o.m. in Bergen- Belsen, Dachau, Ravensbrueck en Oraniën- burg. Advertentie Op de Rijksweg VenloNijmegen tussen Well en Wellerlooi is een ge compliceerd auto-ongeluk gebeurd. Bij het passeren geraakte een auto, be stuurd door dr. Van Maarsseveen uit Venlo, in botsing met een vrachtauto van de fa. Slothauber uit Arnhem. De botsing was zó hevig, dat de vooras van de vrachtwagen brak, tengevolge waar van de wagen tegen een boom slinger de. De cabine werd geheel vernield, doch de chauffeur bekwam geen noe menswaardig letsel. Een mede-inzit tende moest echter naar het ziekenhuis te Venlo worden overgebracht. De auto vloog eveneens in volle vaart te gen een boom en werd geheel ver nield. Dr. Van Maarsseveen kwam er vrij goed af, maar zijn assistente werd met zware hoofdwonden in zorgwek kende toestand naar het ziekenhuis ver voerd. Donderdagmiddag is met militaire eer van het Stads- en Acadenrrieziekenhuis te Utrecht uit op de Eerste Algemene Begraafplaats te Utrecht begraven het stoffelijk overschot van de om het leven gekomen adelborst eerste klasse W. Th. de Booij, zoon van de kapitein ter zee O. de Booij, commandant van de onder zeedienst te Rotterdam. De stoet werd voorafgegaan door een tamboer en pijper van het corps mariniers en twee onge wapende pelotons en een vuurpeloton onder leiding van luitenant ter zee van speciale diensten tweede klasse W. cje Jong. Aan de groeve sprak de rector van de senaat van het Delftse studenten corps een herdenkingswoord. Nadat het vuurpeloton drie salvo's had afgegeven, bad de hoofdvlootpredikant, ds. Sillevis Smitt, het Onze Vader. Met het Noorse ms „Skaubryn" een nieuw schip, dat hiermede zijn eerste reis maakte, zijn Donderdagmiddag ruim 1200 Ambonese militairen met tijdelijke' KL-status te Rotterdam aangekomen. Er waren 320 mannen, 380 vrouwen en 550 kinderen aan boord. Een bijzonderheid is wel, dat dit aantal kinderen hetzelfde is, dat in Indonesië werd ingescheept; dit is de eerste reis met Ambonese ge zinnen waarop geen baby's werden ge boren. Advertentie nee in een extra fI voor de feestdagen (Van onze bijzondere medewerker) Bij de totstandkoming van de Wet op de Materiële Oorlogsschaden is in de. Eerste en Tweede Kamer de beduchtheid tot uiting gekomen, dat de uitvoering van deze wet niet geheel zou zijn overeenkomstig de bedoelin gen, welke de Staten-Generaal daar bij hadden. Ervaringen, op dat punt in het verleden opgedaan, deden de Kamers enigszins gereserveerd staan tegenover de nadrukkelijke verzekeringen, van de zijde der Regering gedaan, dat de wet zo soepel mogelijk zou worden uitge voerd. Het is nu eenmaal zó. dat de uit voerende macht in casu de ministers van Financiën en van Wederopbouw en Volkshuisvesting en de onder hen werkzame instanties en ambtenaren het in de hand heeft om. middels een enge interpretatie van de wettelijke be palingen, deze in de practijk een be perktere werking te. geven dan in de bedoeling van de wetgevende macht heeft gelegen. Wij moesten hieraan denken, toen ons dezer dagen onder de ogen kwam een circulaire van de minister van Weder opbouw en Volkshuisvesting betref fende de subsidiëring van de herbouw van door oorlogsgeweld beschadigde kerken. De minister zegt daarin, dat hem gebleken is, dat provinciale- en gemeentebesturen voornemens zijn sub sidie te verlenen aan besturen van door oorlogsgeweld beschadigde of verwoeste kerken en kerkelijke gebouwen, bóven de door het rijk op grond van de Oor- logsschade-regeling-kerkelijke-gebouwen toegekende, bijdragen. De minister zegt nu. dat deze pro vinciale en gemeentelijke subsidies voor de betrokken kerkbesturen uitein delijk geen voordeel kunnen opleveren, omdat de rijksbijdragen dan in gelijke mate. zullen worden verminderd. Een dergelijke subsidie, later verleend, zal tot terugbetaling van een overeenkom stig deel van de rijksvergoeding moeten leiden. Naar onze mening is deze circulaire een gevolg van een onjuiste, althans enge. interpretatie van de terzake gel dende wettelijke bepalingen, waardoor daaraan een andere toepassing wordt gegeven dan bij hun totstandkoming de bedoeling is geweest. In de oorlogsschaderegeling voor ker kelijke gebouwen is onder meer be paald, dat het rijk een bijdrage ver leent van 75 pet. in de kosten van her bouw van openbare kerken en kapel len en van 65 pet. in de kosten van her bouw van pastorieën, koste-rswoningen e.d. Voor een oppervlakkig beoorde laar zal het duidelijk zijn, dat zelfs met deze rijksbijdragen de besturen van verwoeste kerken nog voor geweldige financiële moeilijkheden zitten om het te hunnen laste blijvende deel der uit zonderlijk hoge bouwkosten op te bren gen. Te meer daar de rijksbijdrage wordt geBaseerd op de door het rijk goedgekeurde bouwkosten, welke be perkt blijven tot een sobere bouw, be antwoordende aan de strikt noodzake lijke behoeften. Ervaringen in andere sector n van de wederopbouw hebben geleerd. dat een dergelijke bepaling tengevolge heeft, dat de. rijksbijdrage wordt gebaseerd op een fictief en te laag bedrag van de bouwkosten. De kerkbesturen zien zich dus bij de herbouw van de verwoeste kerkelijke gebouwen voor schier onoverkomelijke financiële moeilijkheden geplaatst. Zii zijn genoopt grote kapitalen te four neren, doch vooral in geteisterde ge bieden, waarin de oorlogsschade fre quent is, zijn de middelen, om tot fi nanciering van de benodigde bedragen te komen, beperkt De herbouw van de kerkelijke ge bouwen is niet alleen een be lang van het betrokken kerkge nootschap. maar ook een groot alge meen belang. Dit laatste zal men in sommige Haagse kringen wellicht nog niet voldoende beseffen. Uit het Engels vertaald door DICK OUWENDIJK Ditmaal was Francis het, die zijn moe der wegbracht, naar de boot. Zij sprak er over om in het begin van het volgen de jaar naar Ierland te komen. Zij hoop te dat hij aan de lerarenstaf van het Jezuïetencollege in Clongowes zou wor. den toegevoegd en dacht er zelfs over om zich in Ierland te komen vestigen tenzij er oorlog kwam. Geloofde hij, dat er oorlog zou komen? Hij haalde zijn schouders op. Het zag er wel naar uit, maar wie kon er iets van zeggen? En als er oorlog kwam, was er reden te meer om zich in Ierland- te vestigen, dat er waarschijnlijk niet bij betrokken zou raken, maar ze antwoordde beslist: „Als er oorlog komt blijf ik in Engeland"; ze zei het met een houding die verdere dis cussie daarover uitsloot. Hij werd inderdaad benoemd tot le raar in Clongowes en begon zijn lessen met het herfsttrimester, toen de tweede wereldoorlog reeds over Europa was los gebroken. Tegen het einde van het vol gende jaar begonnen de bommen op Engeland te vallen en Francis hoopte, dat zijn moeder naar het Noorden, naar Crag House zou gaan, hij ried haar Ook dringend aan het te doen. Zij schreef dadelijk terug dat hij daar niet op moest aandringen. „Ik ben een oude vrouw (schreef zij) en heb mijn dierbaarste droom rijkelijk in vervulling zien gaan. Ik ben met dit léven gereed en ben niet bang voor de dood. Wanneer de bommen dichtbij vallen bid ik, en niet alleen voor mijzelf, het is dus niet uit zogenaamde heldhaftigheid dat ik beweer niet bang te zijn. Ik hoef je niet te herinneren aan de waarde, welke pater Sullivan hecht te aan het gebed, daarom zul je het wel begrijpen als ik zeg, dat ik me vQlmaakt veilig voel en heel wat gelukkiger nu ik met anderen de gevaren deel dan wanneer ik mij in veiligheid zou bren- ben. Als ik naar Ierland was gegaan, toen het nog mogelijk was in het begin van het jaar, was ik zeker weer terug gegaan toen de raids begonnen; ik zou daar niet met mijn handen in mijn schoot hebben kunnen blijven zitten. Er is hier wel niet zo heel veel werk, dfct ik kan doen, maar ik kan toch iets doen. al is het dan op mijn eigen, klei ne, onopvallende wijze. Je zult je wel gemakkelijker kunnen voorstellen, dat ik kopjes thee schenk en ketels vul met heet water dan dat ik rondloop met een stalen helm en met een soldatenbroek." Hij glimlachte, toen hij dit las. Hij kon haar zich niet voorstellen in mili taire uniform en als strijdlustige pa- triotte; wat zij ook mocht doen, zij zou het doen op een kalme, persoonlijke en onopvallende wijze. „Steven en Honor (vervolgde de brief) hebben mij verzocht bij hen te komen en ik kan hun maar niet aan het verstand brengen, dat ik er de voorkeur aan geef om te blijven. Ik hoop, dat jij me in ieder geval begrijpt. Ik ben hele maal geen heldin, maar het gaat." Hetzelfde, dat zij gezegd had toen hij was heen gegaan om in de Sociëteit te treden en toen zij, bij zijn vertrek naar Stonyhurst, wederom voor enkele jaren afscheid van elkander namen. Hetzelf de ook, wat Cathryn placht te zeggen wanneer er op hun tochten in de ber gen een moeilijke traverse te overwin nen was. Je schreeuwde van boven: „Gaat het?" en onmiddellijk klonk dan haar heldere, lieve stem: „O ja, het gaat!" Vroeg je haar of zij moe was, dan was ook onveranderlijk het ant woord: „O nee. het gaat." Dit waren mensen aan wie men zich kon hechten, omdat zij zich nooit „druk" maakten, weldadig beheerste mensen, die geen eisen stelden aan je ..gevoeligheid", men sen met wie het altijd ..ging', omdat zij hun onafhankelijkheid wisten te bewa ren. Zo waren ook Lotte en Johann. Mensen met wie het nooit ..ging" wa ren mensen als Johnny en Sue. omdat zij hun geluk afhankelijk maakten van hun gevoelsverbindingen met anderen. Faalden zij daarin dan was er niemand tot wie zij zich konden wenden, want God aanvaardden zij niet. Enfin, het zou dus wel gaan met zijn moeder, al bleven de bommen om haar heen vallen; zij zou doorgaan met bid den en geen vrees kennen. Natuurlijk was dit iets, dat Steven en Honor (noch de Johnny's of de Sues) niet konden be grijpen, want voor Steven en Honor was God een zuivere conventie en voor de Johnny's en de Sues bestond Hij eenvoudig niet. Niettemin was het voor hem niet ge makkelijk om die zes jaren in Ierland te zitten, de jongens les te geven in Latijn, Grieks en geschiedenis, hen klaar te stomen voor hun examens, op wandelingen mee te nemen kortom in een oase van vrede te leven temid den van de verschrikking, die over de rest van Europa was losgebarsten. Hij wenste stellig niet, dat ook Ierland er bij betrokken zou worden; hij bad dag en nacht, dat het land er voor ge spaard mocht blijven; hij dacht zo ook niet uit begrijpelijke angst voor zijn moeder, het was hoofdzakelijk het ge voel van niets te kunnen doen, van onmachtig te zijn terwijl een verschrik kelijke tragedie zich afspeelde. Hij bad dag en nacht, niet voor een overwin ning der geallieerden, maar om vrede; hij geloofde, dat het zijn plicht als ka tholiek was om alleen daarvoor te bid den: hij leefde en werkte in een neu traal land. Hij was een Engelsman, maar op de eerste plaats was hij katho liek en hij was er zich van bewust dat aan de andere zijde millioenen Duitse en Italiaanse katholieken vochten, leden en stierven. Hij kon alleen bidden om vrede, want de Kerk was universeel en ais christen kon je op geen enkele wijze instemmen met de oplossing van een conflict door middel van een massale moord. Tenslotte kon je alleen maar voor beide zijden bidden: vergeef het hun. Vader, omdat ze niet weten wat zij doen. Maar temidden van deze verschrik king van moord en vernieling ging je door met les geven, je onderwees ge schiedenis die door je eigen dagen werd gemaakt. Dikwijls, vooral toen hij las dat er bommen begonnen te vallen op Wenen, vroeg hij zich af wat er van Jo hann en Lotte en Gustaaf geworden was, en met het toenemende gevoel van machteloosheid groeide ook het ver driet. Je voelde getuige te zijn van het verval en de ondergang van een be schaving, die geheel materialistisch ge worden was; tot hun ongeluk hadden de mensen zich van God afgekeerd. Het enige wat hij daartegenover kon doen was: bidden en proberen aan de jonge mensen die door zijn handen gingen de geestelijke waarden mee te geven, wel ke hen in staat zouden stellen de vlam men van het christendom in hun eigen land brandende te houden; hun land was nog een land waar men het ver schil kende tussen goed en kwaad, een oase van godsdienstzin en morele ge zondheid temidden ener waanzinnige wildernis en amoraliteit. (Wordt vervolgd). Het is dan ook niet te verwonderen dat sommige provinciale en gemeente besturen die de plaatselijke noden en behoeften het best kunnen beoordelen er toe zijn overgegaan de helpende hand te bieden, opdat de herbouw van kerkelijke gebouwen niet nodeloos zal stagneren tot schade van het locale en regionale algemeen belang. Hier gaat de minister van Wederop bouw en Volkshuisvesting nu een stok je voor steken. Hij hanteert daarvoor artikel 7 van de Wet op de Materiële Oorlogsschaden, waarin wordt bepaald dat de rijksbijdrage onder meer niet wordt verleend voor zover de schade op andere wijze is goedgemaakt, of de benadeelde op andere wijze voor de schade vergoeding heeft gekregen, kan verkrijgen of door zijn schuld niet heeft verkregen. Wij kennen niet de tekst van de ver schillende besluiten der Provinciale Sta ten en gemeenteraden. Wij kunnen ons echter moeilijk voorstellen dat daarin bepaald is, dat een vergoeding zal wor den gegeven in de oorlogsschade, toe gebracht aan kerkelijke gebouwen. Het ligt in de rede te veronderstellen, dat de provinciale en gemeentelijke subsi dies worden verleend om de bouw van kerken e.d. mogelijk te maken. Dit is trouwens in vroegere jaren ook regel matig voorgekomen. Het standpunt van de minister van Wederopbouw en Volks huisvesting is dus niet alleen bezwaar lijk in overeenstemming te brengen met de tekst van de wet, het zou bo vendien tengevolge hebben dat vele kerken in geteisterde gebieden zouden verstoken blijven van provinciale en/of gemeentelijke subsidies, die normaliter wel verleend zouden worden indien het geen herbouw van verwoeste ge bouwen betrof. Met betrekking tot de vraag w-elke be doeling de wetgever met het hierboven gedeeltelijk weergegeven artikel 7 van de Wet op de Materiële Oorlogsschaden heeft gehad, hebben wij geraadpleegd het lijvige commentaar op deze Wet, van de hand van mr. N. H. Wiarda, directeur van het bureau van het Com missariaat voor Oorlogsschaden, iln een voorwoord zegt minister Lieftinck, dat hij het gelukkig vindt, dat mr. Wiarda zijn grote ervaring op het gebied van de regeling der oorlogsschaden heeft willen benutten om de bedoelingen en moge lijkheden der wet een ieder duidelijk voor ogen te stellen). Deze bij uitstek deskundige zegt nu, dat de oorlogsschade-wet het zogenaam de subsidiariteitsbeginsel kent; dat wil zeggen, wanneer uit anderen hoofde ver goeding kan worden verkregen treedt zij terug. Vervolgens somt hij een zes tiental wettelijke regelingen op, welke de benadeelde in bepaalde gevallen aan spraak geven op vergoeding van schade. Dit beginsel werkt ook bij aanspraken tegenover derden en bij openbare hulp verlening niet vanwege de overheid. Onder op andere wijze goedmaken van de schade wordt volgens de commentator verstaan het geval dat aan de handeling, die de schade veroorzaakte, ook een voordelige kant zit. Als voorbeeld wordt genoemd inkwartiering voor de Duitse Weermacnt De daardoor aangerichte schade is veelal ruimschoots goedge maakt door de hoge inkwartieringsver goedingen. Uit het vorenstaande volgt dat de minister van Wederopouw en Volkshuis vesting zachtjes gezegd over een grote fantasie moet beschikken om aan de hand van artikel 7 van de Oorlogs- schadewet de subsidiëring van de her bouw van kerkelijke gebouwen te willen beletten. Naar aanleiding van de Nijmeegse valse-bankbiljetten-affaire die in Febru ari van dit jaar voor de Arnhemse recht bank werd behandeld, stonden drie van de hoofdverdachten, de Nijmeegse bloe- mengrossier L. G. J. v. L„ de electricien G. J. de K. en de Groesbeekse chauf feur H. J. thans in hoger beroep voor het Arnhemse Hof terecht. De procureur generaal wees er op. dat de omvang van de valsemunterij en de Verspreiding van de biljetten zó groot is geweest, dat de normale biljetten- circulatie in gevaar dreigde te komen. Beide verdachten, v. L. en de K. heb ben 3000 Duitse marken in Parijs ge kocht voor 15 frs. het stuk. Deze werden in de trein meegesmokkeld en in Nijme gen iri circulatie gebracht; 2500 verkocht men er ongeveer voor 74 cent per stuk. In Frankrijk heeft men'gelukkig de pers waarop het papier gedrukt werd, in be slag kunnen nemen, hoewel toen reeds grote hoeveelheden vals bankpapier in omloop waren. De proc. generaal vond de door de rechtbank opgelegde straffen zeker niet te hoog en eiste bevestiging van het vonnis, voor v. L. een jaar en negen maanden, voor De K. een jaar en drie maanden en voor J. zes maanden gevan genisstraf. Generaal Eisenhower is Donderdag middag om half vijf met zijn Constella tion „Columbine" van Schiphol naar Parijs vertrokken. Hü werd op zijn vlucht vergezeld door zijn echtgenote. Nadat de generaal gisterochtend op de Leeuwarder vliegbasis arriveerde in een Dakota van de Amerikaanse lucht macht, heeft de Commissaris der Ko ningin in Friesland, mr. H. P. Linthorst Homan, hem een stuk Makkumer aarde werk aangeboden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1951 | | pagina 3