Uitgebreid programma van film, muziek,
toneel, ballet en exposities
15 MEI WEER ZOMERZEGELS
Vffl/ïïm
De herbouw van kerken
Laat heb ik II
bemind
Uitvoeringen voor een groot deel in
Amsterdam en Den Haag
STILLE OMGANG TER ERE VAN HET
H. BLOED TE ALKMAAR
Op Zondag 20 Mei
Pindakaas
fet.
HOLLAND FESTIVAL 1951
Bisschoppelijk College
van Roermond
Procesverbaal tegen
Jos. Mullens
Opbrengst zowel voor culturele als voor
sociale doeleinden
Auto's rijden na een
botsing tegen een boom
door ETHEL MANNIN
VRIJDAG 11 MEI 1951
PAGINA 3
Eeuwfeest op plechtige
wijze gevierd
ENCYCLIEKEN-HERDENKING
TE ROTTERDAM
Hoge belangstelling
Verzorgers van Ned. slacht
offers in Grenoble geëerd
Rode Kruis kent onder
scheidingen toe
Wegens overtreding van
de Arbeidswet
Lijst van omgekomen
Nederlanders
Eén zwaar gewonde
bij Well
W. de Booy met militaire
eer begraven
WEER 1200 AMBONEZEN
IN ONS LAND
107)
VALSE-BANKBILJETTEN-
AFFAIRE BERECHT
In hoger beroep dezelfde
straffen geëist
EISENHOWER NAAR PARIJS
VERTROKKEN
(Van onze speciale verslaggever)
Daar verschillende moeilijkheden
n:oesten worden overwonnen kwam de
leiding van het Holland-Festival, later
dan verleden jaar, Donderdagmiddag in
!het I.C.C. te Amsterdam, voor de dag
met het programma, dat thans vrijwel
volledig genoemd kan worden.
Reeds eerder berichtten wij enkele
bijzonderheden en uit het gehele pro
gramma doen wij thans een greep, die
een indruk kan geven, wat de bezoeker
van dit Festival geboden wordt. De
uitvoeringen concentreren zich groten
deels in Amsterdam en Den Haag, het
geen een intensieve deelname van ver
der wonende Nederlanders niet in de
hand werkt.
In het algemeen hadden wij trouwens
gaarne een geactiveerde deelname en
inschakeling gezien van meerdere mu
ziekgroepen en -centra van ons land, zo
dat de Nederlandse muziektraditie uit
heden en verleden een grotere plaats in
dit Festival had gekregen, zoals wèl het
geval is in de tentoonstellingen, geor
ganiseerd in de voornaamste Nederland
se musea. Wij denken hier ook aan de
intense koormuziekbeoefening overal
in ons land, de feestelijke harmoniemu-
ziek, volksmuziek en -dans en de blij
de klanken van onze wereldberoemde
Onder grote belangstelling heeft het
Bisschoppelijk College van Roermond
Donderdag zijn honderdjarig bestaan
herdacht. De dag werd ingezet met een
Pontificale Hoogmis, gecelebreerd door
Mgr. dr. J. Hanssen in de kathedrale
noodkerk van Roermond. Onder deze
H. Mis hield mgr. mr. F. op de Coul, direc
teur van het R.K. Centraal Bureau voor
Onderwijw op Opvoeding te Den Haag,
de feestpredicatie.
Later op de dag was er een plechtige
zitting van autoriteiten, leraren, oud
leerlingen en leerlingen in de aula van
het college. Nadat een leerling Mgr.
Hanssen als vertegenwoordiger van de
Bisschop van Roermond verwelkomd
had, liet directeur A. van Thiel de voor
naamste gebeurtenissen der afgelopen
honderd jaren de revue passeren. Mgr.
Hanssen hierna sprekend zowel als ver
tegenwoordiger van de bisschop, als in
zijn kwaliteit van oud-leerling, bracht
de waardering der kerkelijke overheid
naar voren. Ook persoonlijk getuigde
hij dankbaar van de goede vorming, op
het Roermondse college genoten.
Hetzelfde deed op zijn beurt de com-
misaris der Koningin in Limburg, mr.
dr. F. Houben, die de herinneringen
aan zijn studiejaren combineerde met
zijn waardering als hoogste wereld
lijke autoriteit in de provincie voor de
sfeer en de geest van het Roermondse
instituut. Talrijke oud-leerlingen op
hoge posten bewijzen, dat dit college
belangrijke resultaten boekte, zo zei hij.
De commissaris der Koningin kon
mededeling doen. dat directeur Van
Thiel, bij gelegenheid van dit eeuw
feest,' benoemd was tot Officier in de
orde van Oranje-Nassau. De burge
meester van Roermond, mr. dr. R. Geul-
jans, speldde de directeur vervolgens
de onderscheiding op.
Plebaan-deken Rhoen van Roermond
betuigde zijn dankbaarheid Y9°r u®
geestelijke betekenis van het jubilerend
college voor de stad Roermond en de
burgemeester deed hetzelfde namens
het wereldlijk bestuur. Deze laatste
bood als blijk van waardering een glas
in-loodraam voor hettrappenhuis aan.
Als laatste spreker bracht ui'.
Gerard Brom, hoogleraar te Nijmegen,
de dank van de oud-leerlipgen over.
Zowel de Pauselijke Internuntius mgr.
Paolo Gicbbe als mgr. Jos. W. M. Baeten.
bisschop van Breda, mgr. J. M. J. A.
Hanssen, bisschop-coadjutor van Roer
mond. hebben reeds toegezegd, met mgr.
J. P. Huibers. bisschop van Haarlem, op
dc grote Encyclieken-herdenking in het
Feijenoord-stadion op 26 Mei aanwezig
te zijn. Voorts zullen er zijn dr. J. R. M.
v. d. Brink, minister van Economische
Zaken, mr. A. M. Joekes, minister van
Sociale Zaken, ir. L. A. H. Peters, minis-
tei van Uniezaken en Overzeese Rijks
delen, Staatssecretaris mr. J. M. L. Th.
Gals, terwijl voorts ook dr. F. J. Th. Rut
ten, minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, aanwezig zal zijn, in ge
zelschap van P. Harmei, de minister van
Onderwijs in België. Ruim vijfhonderd
Belgen zullen met het bestuur van het
Christen Werkers verbond van België
deze unieke manifestatie eveneens mee
maken.
Op 12 Augustus van het vorig jaar
stortte in een ravijn van de Franse Alpen
autobus uit Eindhoven met Neder
landse pelgrims, die in verband met het
Heilig Jaar een bezoek aan Rome brach
ten. De slachtoffers hebben toentertijd
bijzondere verzorging ondervonden van
bevolking en autoriteiten uit de omge-
Vlr>g van de plek, waar het ongeluk
Plaats vond.
Naar wij vernemen heeft het Neder
landse Rode Kruis thans zijn waarde-
ring tot uitdrukking gebracht voor de
Soede zorgen, aan de Nederlanders be-
steed, door aan de burgemeester en de
dmecteur van het ziekenhuis te Grenoble
£ïet kruis van verdienste toe te kennen,
j-mte chirurgen van het ziekenhuis en de
ssistente van de burgemeester ontvan-
8?n de Rode Kruis-mcdaille van ver-
Wenste in zilver.
R Advertentie
randcnd maagzuur is maar een kwestie
at> één of twee minuten
Di» een Paar Rennies bij de hand hebt.
oiiLj?5?,™ dat zuurbranden op Uw maag
tot v,L. en aHe Pbn behoort prompt
hierhn verleden. Een langdurige kuur is
zuurbran nodiS. Als ge vandaag last van
Ook -«■ ""«06 "VMV, nuu» fa»-
Rennil 8 reeds zelf constateren, wat
Öraailt? °?k voor u zo in een hand-om-
n doen. Inderdaad een ideale
op de maag hebt, kunt ge
temedie,
een
prettig, practisch en smakelijk.
Kennies bij Uw Apotheker of
carillons! Maar ter zake; het Concertge
bouw- en Residentieorkest geven on
der leiding van Klemperer, Kubelik,
Stokowski, Szell, Dorati, Gui en Van
Otterloo tezamen met de Toonkunstko
ren van Amsterdam en Den Haag uit
voeringen van werken waaronder naast
veel klassieke genoemd moeten worden
Janacek, Mahler, Bartók, de Amerikaan
Lukas Foss, Orthel, Landré, Frid en
Mengelberg. Thé English Opera Group
geeft onder leiding van Britten compo
sities van Purcell en Monteverdi, van
welke laatste het Nederlands Kamer
koor de „Vespro della Beata Vergine"
zingt evenals Missen van Okeghem,
Haydn en Stravinsky, zij het buiten li
turgisch verhand. De werkzaamheid van
de Nederlandse Opera is allereerst ge-
rieht op „Jenufa" van Janacek, verder:
Verdi, Gluck, Beethoven, Milhaud,
Fran$aix (wereldpremière l'Apostro-
pbe). Ook dit jaar geeft de Bachvereni-
gmg weer enige concerten.
Het aandeel van de Nederlandse to
neelgroepen bestaat uit Shakespeare's
„Leer om leer'r en .Julius Caesar",
„Elckerlyc" en Euripides' „Iphige-
neia" in de reeds vroeger vermelde
Oud-Griekse enscenering in Carré
Behalve enige vaststaande en in het
dezer dagen verkrijgbare volledigs
programma genoemde buitenlandse
dans- en balletuitvoeringen tracht
men nog te komen tot een Nederland
se manifestatie.
Van de rubriek film noemen wij de
door de A.mster(jamse Filmliga georga
niseerde voorstellingen van het Frans
programma: „Les Vagabonds imaginai-
res" en de film „Marius" van Marcel
Pagnol. Enige uitvoeringen zullen ook
plaats vinden tegen gereduceerde prij
zen o.a. in de Apollohal te Amsterdam
en in de Haagse Houtrusthallen. een
zij het beperkte mogelijkheid voor de
minder kapitaalkrachtige kunstliefheb
ber.
Advertentie
tegen doorzitten bij
wiclrijden en stuklopen
De directeur van het circus Jos Mul
lens, welk circus momenteel op de
Markt in Apeldoorn voorstellingen
geeft, heeft een proces-verbaal gekre
gen wegens overtreding van de Ar
beidswet. Het betreft een bepaald
nummer dat uitgevoerd wordt door
vier kinderen in de leeftijden van acht
tot twaalf jaar.
7. Goedgeluimd verlaat Eric de volgende ochtend zijn vertrekken om een rondgang
door de burcht te maken. Na een lange afwezigheid heeft hij er altijd weer behoefte
aan alles weer eens in ogenschouw te nemen en hiér en daar een praatje te maken
met de trouwe bedienden. De waarschuwingdie Ewoud hem gisteren toevoegde is
hem geenszins ontgaan, maar op deze zonnige morgen is hij geneigd deze als over
drijving te beschouwen. Er wordt altijd wel ergens over gevaren gemompeld
vooral door de grijsaards. Wat kan er trouwens gebeuren nu hij zelf de zaken weer
in handen gaat nemen?
Maar in de ruime benedenzaal treft hij een eenzame figuur aan, wiens sombere
blik in hevige tegenspraak is met de vrolijkheid van de vroege ochtend.
„Awain!" roept de Noorman vrolijk uit. „Waarom kijkt ge zo somber? Heeft de
wijn van gisteren uw vreugde in het leven vergald?"
„Niet de wijn, heer." Awain schudt terneergeslagen het hoofd. „Maar er zijn
andere dingen
„Ik heb iets gehoord." Eric glimlacht fijntjes. „Het schijnt dat vrouwe Heidrun er
nog steeds de voorkeur aan geeft alléén door de gangen te gaan, nietwaar? Maar
misschien is dat juist een goed teken, mijn vriend. Wantrouw de bloem die te vroeg
ontbloeit, zegt een oud spreekwoord
„Dat verontrust mij thans niet in de eerste plaats," zegt Awain moeilijk. Hij knijpt
zijn lippen krampachtig samen. Z'n oude verlegenheid overvalt hem weer. Liever
staat hij met het zwaard in de vuist tegenover een overmacht dan hier te spreken.
„Wat is het dan dat u bezwaart?" vraagt Eric verwonderd.
Met een schok van verbazing luistert Eric naar het antwoord. „Heer," zegt Awain,
„tijdens uw afwezigheid is het volk onrustig geworden. Men klaagt over hoge lasten
en tienden en vooral mort men over de gestrengheid van koningin Winonah
A
Van 15 Mei tot 15 Juni a.s. zullen op
alle postkantoren in Nederland de
zomerzegels weer verkrijgbaar gesteld
worden. Dit jaar vertonen ze, zoals be
kend, afbeeldingen van kastelen. Ter
bevordering van de verkoop van deze
zegels worden nog uitgegeven blanco
briefkaarten (1 cent per stuk); prent
briefkaarten (10 cent) en spatwerkmap-
jes (75 cent).
Zoals steeds wordt de netto-opbrengst
van de zegels bestemd voor sociale en
culturele doeleinden en wel voor ieder
de helft. Van het gedeelte, dat voor
sociale doeleinden gebruikt wordt, komt
35 pet. ten goede aan de tuberculose
bestrijding. De gelden zullen worden
overgemaakt aan de Ned. Vereniging tot
-
Generaal Eisenhower en zijn echtgenote, die daarvoor speciaal per vliegtuig was
overgekomen uit Parijs, hebben gisteren met Koningin Juliana en Prins Bern-
hard op Paleis Soestdijk de lunch gebruikt. Op het bordes neemt het Koninklijk
Paar afscheid van zijn gasten.
Telkenjare wordt in Alkmaar op de
eerste Zondag in Mei in de kerk van de
tl. Laurentius de herinnering gevierd
van het Mirakel van het Heilig Bloed,
het wonder, dat 1 Mei 1429 geschied, is. In
deze maand wordt ook de Stille Om
gang ter ere van het H, Bloed gehou
den.
Deze kerkelijke plechtigheden, waar
aan in de loop der jaren vele tiendui
zenden hebben deelgenomen, vinden
haar oorsprong in een wonder, dat bui
ten Noord-Holland niet zo bekend :s
als wel gewenst mag worden geacht.
Op genoemde 1 Mei droeg de neomist
Folkert zijn eerste H. Mis op en hij had
daarbij het ongeluk een gedeelte van
he.t L. Bloed op zijn kazuifel te laten
neervloeien. Na de H. Mis bleek, dat
drie druppels van het gestorte deel van
de oorspronkelijk witte wijn van kleur
veranderd waren en de rode kleur van
bloed gekregen hadden. Het gevlekte
deel van de kazuifel werd ter verbran
ding in net vuur geworpen. Volgens
een oude overlevering bleef dit frag
ment echter „onverbrand boven de
vlamn.en zweven".
Over dit f°it meende de. Alkmaarse
geestelijkheid het stilzwijgen te moeten
bewaren. Vermoedelijk om de goede
naam van de neomist te redden. Want
al spoedig bleek, dat hij na de beruchte
„Kennemerloop" in 1426 als soldaat
enige vijanden had gedood. Dit was
volgens de kerkelijke wetten een be
letsel voor het geoorloofd ontvangen
van het H. Sacrament van het Priester
schap. Foikert had dus op ongeoorloof
de, heiligschennende wijze de H.H.
Wijdingen ontvangen en zijn eerste Mis
opgedragen. God had dus het gezag van
de H. Kerk op majestueuze wijze ge
wroken door het wrochten van een
MiraKel van waarschuwende barmhar
tigheid.
Na enige tijd verscheen aan twee
zeelieden, in de buurt van Vlissingen
in nood, een engel, die de schepelingen
redding beloofde als zij toezegden naar
Alkmaar te gaan, om daar aan geeste
lijkheid en burgerij het Mirakel bekend
te maken. Toen de pastoor van hun
redding en hun opdracht .vernam, aar
zelde hij niet de relikwie uit haar
schuilplaats te halen en haar ter ver
ering üit te stellen. Van die dag dateert
de kerkelijke viering. De reliek werd
in hpt vervolg omgedragen in de. pro
cessie op „Meyendach". Deze processie
werd aanvankelijk beperkt binnen de
(Grote) kerk, maar van 1 Mei 1501 af
werd zij door de stad gehouden. De her
vorming maakte, hieraan een einde
voorlopig. Voor het laatst werd de re
liek op 1 Mei 1572 rondgedragen. Zij
vond een veilige bewaarplaats.
25 Maart 1897 verklaarde de toenma
lige bisschop van Haarlem, mgr. C. J.
M. Bottemanne, dat de in Alkmaar aan
wezige relikwie „echt is en openlijk
mag worden vereerd". Onder deken
Ooms werd opgericht de. „Vrienden
kring van het Allerheiligst Sacrament",
op welks initiatief in 1927 de aloude
„Meyendach'/ in ere werd hersteld.
Thans wordt op een Zondag in Mei
weer regelmatig de Stille Omgang van
he- Heilig Bloed gehouden. De relikwie
is opgesteld in de St. Laurentiuskerk.
Dit jaar is de Omgang op 20 Mei. Om
nalf één des middags is er een kort Lof
met toespraak in de drie parochieker
ken, voor deelnemers van buiten Alk
maar in de St. Dominicuskerk aan de
Laat. Na het Lof, om één uur, wordt
de omgang gehouden.
bestrijding der t.b.c. Het 2/3 deel hiervan
is voor het verpleegfonds voor open
t.b.c.; 1/3 is bestemd voor het z.g. post-
zegelverpleegfonds en komt ten goede
aan kinderen, die aan een of andere
vorm van t.b.c. lijden.
Hoewel het sterftecijfer der tubercu
lose sterk is gedaald en ook het ziekte-
cijfer een gunstige wending neemt, kun
nen de gelden niet gemist worden, zo
verklaarde dr. P. Muntendam, Staats
secretaris van Sociale Zaken, in zijn toe
lichting op de verdeling der opbrengst.
De t.b. moet actief bestreden worden.
Men is hiermede op vele plaatsen reeds
volop bezig. De resultaten van de be-
di ijfsonderzoeken en de bevolkingson
derzoeken wijzen er op, dat men in de
komende jaren met een toeneming van
t.b.-gevallen te maken zal hebben. Een
gedeelte dezer gevallen zuilen zich in
een zodanig stadium bevinden, dat uit
zending noodzakelijk is en dus gelden
nodig zijn.
Naar het Irenefonds zal 20 pet. van de
opbrengst gaan. Dit fonds organiseert
culturele ontspanning in sanatoria, zie
kenhuizen en psychiatrische inrichtin
gen. Verder gaat 15 pet. naar de Fede
ratie van Instellingen voor de Ongehuw
de Moeder en haar kind. Er is, percents
gewijze, een daling van het aantal on
wettige geboorten. In 1950 bedroeg het
absolute aantal echter nog 3.369 (14.7 oo
de 1000 geboorten). Voor het Zwitsers
Nederlands Asthmafonds is 15 pet. be
stemd. Tenslotte gaat 15 pet naar het
Nationale Fonds voor Bijzondere Noden.
De Staatssecretaris van O., K. en W.,
mr. Cals, deelde mede, dat dit jaar van
het gedeelte der opbrengst, dat voor
culturele doeleinden bestemd is, 65 pet.
besteed zal worden voor opdrachten aan
noodlijdende werkers op cultureel ge
bied. Verder gaat 15 pet. naar het Voor
zieningsfonds voor culturele werkers
voor steun in bijzondere gevallen en 20
pet. naar het Prins Bernhard Fonds.
De toestand onder de schilders en
grafici is zeer droevig, aldus mr. Cais.
De nood onder de culturele werkers in
het algemeen is zeer hoog gestegen. Er
kan ten enenmale onvoldoende hulp
worden geboden. Uit Rijksmiddelen
komt zeer weinig. Ook de monumenten
zorg is een zeer nijpend probleem. De
subsidie, die het Rijk hieraan geeft, be
draagt slechts f2.500! Daarom zal zo
mogelijk de Nederlandse kastelenstich
ting in de opbrengst delen.
In een bijvoegsel van de Nederlandse
Staatscourant is opgenomen een lijst met
ongeveer 440 namen van vermiste perso
nen van wier overlijden, 10 Mei 1951. van
wege de minister van Justitie aangifte is
gedaan bij de desbetreffende ambtenaren
van de burgerlijke stand. Het betreft hier
merendeels Nederlanders, van wie wordt
aangenomen dat zij zijn omgekomen in Os-
wiecim in Polen, verder o.m. in Bergen-
Belsen, Dachau, Ravensbrueck en Oraniën-
burg.
Advertentie
Op de Rijksweg VenloNijmegen
tussen Well en Wellerlooi is een ge
compliceerd auto-ongeluk gebeurd. Bij
het passeren geraakte een auto, be
stuurd door dr. Van Maarsseveen uit
Venlo, in botsing met een vrachtauto
van de fa. Slothauber uit Arnhem. De
botsing was zó hevig, dat de vooras van
de vrachtwagen brak, tengevolge waar
van de wagen tegen een boom slinger
de. De cabine werd geheel vernield,
doch de chauffeur bekwam geen noe
menswaardig letsel. Een mede-inzit
tende moest echter naar het ziekenhuis
te Venlo worden overgebracht. De
auto vloog eveneens in volle vaart te
gen een boom en werd geheel ver
nield. Dr. Van Maarsseveen kwam er
vrij goed af, maar zijn assistente werd
met zware hoofdwonden in zorgwek
kende toestand naar het ziekenhuis ver
voerd.
Donderdagmiddag is met militaire eer
van het Stads- en Acadenrrieziekenhuis
te Utrecht uit op de Eerste Algemene
Begraafplaats te Utrecht begraven het
stoffelijk overschot van de om het leven
gekomen adelborst eerste klasse W. Th.
de Booij, zoon van de kapitein ter zee
O. de Booij, commandant van de onder
zeedienst te Rotterdam. De stoet werd
voorafgegaan door een tamboer en pijper
van het corps mariniers en twee onge
wapende pelotons en een vuurpeloton
onder leiding van luitenant ter zee van
speciale diensten tweede klasse W. cje
Jong. Aan de groeve sprak de rector
van de senaat van het Delftse studenten
corps een herdenkingswoord. Nadat het
vuurpeloton drie salvo's had afgegeven,
bad de hoofdvlootpredikant, ds. Sillevis
Smitt, het Onze Vader.
Met het Noorse ms „Skaubryn" een
nieuw schip, dat hiermede zijn eerste
reis maakte, zijn Donderdagmiddag ruim
1200 Ambonese militairen met tijdelijke'
KL-status te Rotterdam aangekomen. Er
waren 320 mannen, 380 vrouwen en 550
kinderen aan boord. Een bijzonderheid
is wel, dat dit aantal kinderen hetzelfde
is, dat in Indonesië werd ingescheept;
dit is de eerste reis met Ambonese ge
zinnen waarop geen baby's werden ge
boren.
Advertentie
nee in een
extra fI
voor de
feestdagen
(Van onze bijzondere medewerker)
Bij de totstandkoming van de Wet
op de Materiële Oorlogsschaden
is in de. Eerste en Tweede Kamer
de beduchtheid tot uiting gekomen, dat
de uitvoering van deze wet niet geheel
zou zijn overeenkomstig de bedoelin
gen, welke de Staten-Generaal daar bij
hadden. Ervaringen, op dat punt in het
verleden opgedaan, deden de Kamers
enigszins gereserveerd staan tegenover
de nadrukkelijke verzekeringen, van de
zijde der Regering gedaan, dat de wet
zo soepel mogelijk zou worden uitge
voerd. Het is nu eenmaal zó. dat de uit
voerende macht in casu de ministers
van Financiën en van Wederopbouw en
Volkshuisvesting en de onder hen
werkzame instanties en ambtenaren
het in de hand heeft om. middels een
enge interpretatie van de wettelijke be
palingen, deze in de practijk een be
perktere werking te. geven dan in de
bedoeling van de wetgevende macht
heeft gelegen.
Wij moesten hieraan denken, toen ons
dezer dagen onder de ogen kwam een
circulaire van de minister van Weder
opbouw en Volkshuisvesting betref
fende de subsidiëring van de herbouw
van door oorlogsgeweld beschadigde
kerken. De minister zegt daarin, dat
hem gebleken is, dat provinciale- en
gemeentebesturen voornemens zijn sub
sidie te verlenen aan besturen van door
oorlogsgeweld beschadigde of verwoeste
kerken en kerkelijke gebouwen, bóven
de door het rijk op grond van de Oor-
logsschade-regeling-kerkelijke-gebouwen
toegekende, bijdragen.
De minister zegt nu. dat deze pro
vinciale en gemeentelijke subsidies
voor de betrokken kerkbesturen uitein
delijk geen voordeel kunnen opleveren,
omdat de rijksbijdragen dan in gelijke
mate. zullen worden verminderd. Een
dergelijke subsidie, later verleend, zal
tot terugbetaling van een overeenkom
stig deel van de rijksvergoeding moeten
leiden.
Naar onze mening is deze circulaire
een gevolg van een onjuiste, althans
enge. interpretatie van de terzake gel
dende wettelijke bepalingen, waardoor
daaraan een andere toepassing wordt
gegeven dan bij hun totstandkoming de
bedoeling is geweest.
In de oorlogsschaderegeling voor ker
kelijke gebouwen is onder meer be
paald, dat het rijk een bijdrage ver
leent van 75 pet. in de kosten van her
bouw van openbare kerken en kapel
len en van 65 pet. in de kosten van her
bouw van pastorieën, koste-rswoningen
e.d. Voor een oppervlakkig beoorde
laar zal het duidelijk zijn, dat zelfs met
deze rijksbijdragen de besturen van
verwoeste kerken nog voor geweldige
financiële moeilijkheden zitten om het
te hunnen laste blijvende deel der uit
zonderlijk hoge bouwkosten op te bren
gen. Te meer daar de rijksbijdrage
wordt geBaseerd op de door het rijk
goedgekeurde bouwkosten, welke be
perkt blijven tot een sobere bouw, be
antwoordende aan de strikt noodzake
lijke behoeften. Ervaringen in andere
sector n van de wederopbouw hebben
geleerd. dat een dergelijke bepaling
tengevolge heeft, dat de. rijksbijdrage
wordt gebaseerd op een fictief en te
laag bedrag van de bouwkosten.
De kerkbesturen zien zich dus bij de
herbouw van de verwoeste kerkelijke
gebouwen voor schier onoverkomelijke
financiële moeilijkheden geplaatst. Zii
zijn genoopt grote kapitalen te four
neren, doch vooral in geteisterde ge
bieden, waarin de oorlogsschade fre
quent is, zijn de middelen, om tot fi
nanciering van de benodigde bedragen
te komen, beperkt
De herbouw van de kerkelijke ge
bouwen is niet alleen een be
lang van het betrokken kerkge
nootschap. maar ook een groot alge
meen belang. Dit laatste zal men in
sommige Haagse kringen wellicht nog
niet voldoende beseffen.
Uit het
Engels
vertaald door
DICK
OUWENDIJK
Ditmaal was Francis het, die zijn moe
der wegbracht, naar de boot. Zij sprak
er over om in het begin van het volgen
de jaar naar Ierland te komen. Zij hoop
te dat hij aan de lerarenstaf van het
Jezuïetencollege in Clongowes zou wor.
den toegevoegd en dacht er zelfs over
om zich in Ierland te komen vestigen
tenzij er oorlog kwam. Geloofde hij, dat
er oorlog zou komen? Hij haalde zijn
schouders op. Het zag er wel naar uit,
maar wie kon er iets van zeggen? En
als er oorlog kwam, was er reden te meer
om zich in Ierland- te vestigen, dat er
waarschijnlijk niet bij betrokken zou
raken, maar ze antwoordde beslist: „Als
er oorlog komt blijf ik in Engeland"; ze
zei het met een houding die verdere dis
cussie daarover uitsloot.
Hij werd inderdaad benoemd tot le
raar in Clongowes en begon zijn lessen
met het herfsttrimester, toen de tweede
wereldoorlog reeds over Europa was los
gebroken. Tegen het einde van het vol
gende jaar begonnen de bommen op
Engeland te vallen en Francis hoopte,
dat zijn moeder naar het Noorden, naar
Crag House zou gaan, hij ried haar Ook
dringend aan het te doen. Zij schreef
dadelijk terug dat hij daar niet op moest
aandringen. „Ik ben een oude vrouw
(schreef zij) en heb mijn dierbaarste
droom rijkelijk in vervulling zien gaan.
Ik ben met dit léven gereed en ben niet
bang voor de dood. Wanneer de bommen
dichtbij vallen bid ik, en niet alleen voor
mijzelf, het is dus niet uit zogenaamde
heldhaftigheid dat ik beweer niet bang
te zijn. Ik hoef je niet te herinneren aan
de waarde, welke pater Sullivan hecht
te aan het gebed, daarom zul je het wel
begrijpen als ik zeg, dat ik me vQlmaakt
veilig voel en heel wat gelukkiger nu
ik met anderen de gevaren deel dan
wanneer ik mij in veiligheid zou bren-
ben. Als ik naar Ierland was gegaan,
toen het nog mogelijk was in het begin
van het jaar, was ik zeker weer terug
gegaan toen de raids begonnen; ik zou
daar niet met mijn handen in mijn schoot
hebben kunnen blijven zitten.
Er is hier wel niet zo heel veel werk,
dfct ik kan doen, maar ik kan toch iets
doen. al is het dan op mijn eigen, klei
ne, onopvallende wijze. Je zult je wel
gemakkelijker kunnen voorstellen, dat
ik kopjes thee schenk en ketels vul met
heet water dan dat ik rondloop met een
stalen helm en met een soldatenbroek."
Hij glimlachte, toen hij dit las. Hij
kon haar zich niet voorstellen in mili
taire uniform en als strijdlustige pa-
triotte; wat zij ook mocht doen, zij zou
het doen op een kalme, persoonlijke en
onopvallende wijze.
„Steven en Honor (vervolgde de
brief) hebben mij verzocht bij hen te
komen en ik kan hun maar niet aan het
verstand brengen, dat ik er de voorkeur
aan geef om te blijven. Ik hoop, dat jij
me in ieder geval begrijpt. Ik ben hele
maal geen heldin, maar het gaat."
Hetzelfde, dat zij gezegd had toen hij
was heen gegaan om in de Sociëteit te
treden en toen zij, bij zijn vertrek naar
Stonyhurst, wederom voor enkele jaren
afscheid van elkander namen. Hetzelf
de ook, wat Cathryn placht te zeggen
wanneer er op hun tochten in de ber
gen een moeilijke traverse te overwin
nen was. Je schreeuwde van boven:
„Gaat het?" en onmiddellijk klonk dan
haar heldere, lieve stem: „O ja, het
gaat!" Vroeg je haar of zij moe was,
dan was ook onveranderlijk het ant
woord: „O nee. het gaat." Dit waren
mensen aan wie men zich kon hechten,
omdat zij zich nooit „druk" maakten,
weldadig beheerste mensen, die geen
eisen stelden aan je ..gevoeligheid", men
sen met wie het altijd ..ging', omdat zij
hun onafhankelijkheid wisten te bewa
ren. Zo waren ook Lotte en Johann.
Mensen met wie het nooit ..ging" wa
ren mensen als Johnny en Sue. omdat
zij hun geluk afhankelijk maakten van
hun gevoelsverbindingen met anderen.
Faalden zij daarin dan was er niemand
tot wie zij zich konden wenden, want
God aanvaardden zij niet.
Enfin, het zou dus wel gaan met zijn
moeder, al bleven de bommen om haar
heen vallen; zij zou doorgaan met bid
den en geen vrees kennen. Natuurlijk
was dit iets, dat Steven en Honor (noch
de Johnny's of de Sues) niet konden be
grijpen, want voor Steven en Honor
was God een zuivere conventie en voor
de Johnny's en de Sues bestond Hij
eenvoudig niet.
Niettemin was het voor hem niet ge
makkelijk om die zes jaren in Ierland
te zitten, de jongens les te geven in
Latijn, Grieks en geschiedenis, hen
klaar te stomen voor hun examens, op
wandelingen mee te nemen kortom
in een oase van vrede te leven temid
den van de verschrikking, die over de
rest van Europa was losgebarsten. Hij
wenste stellig niet, dat ook Ierland
er bij betrokken zou worden; hij bad
dag en nacht, dat het land er voor ge
spaard mocht blijven; hij dacht zo ook
niet uit begrijpelijke angst voor zijn
moeder, het was hoofdzakelijk het ge
voel van niets te kunnen doen, van
onmachtig te zijn terwijl een verschrik
kelijke tragedie zich afspeelde. Hij bad
dag en nacht, niet voor een overwin
ning der geallieerden, maar om vrede;
hij geloofde, dat het zijn plicht als ka
tholiek was om alleen daarvoor te bid
den: hij leefde en werkte in een neu
traal land. Hij was een Engelsman,
maar op de eerste plaats was hij katho
liek en hij was er zich van bewust dat
aan de andere zijde millioenen Duitse
en Italiaanse katholieken vochten, leden
en stierven. Hij kon alleen bidden om
vrede, want de Kerk was universeel en
ais christen kon je op geen enkele wijze
instemmen met de oplossing van een
conflict door middel van een massale
moord. Tenslotte kon je alleen maar
voor beide zijden bidden: vergeef het
hun. Vader, omdat ze niet weten wat
zij doen.
Maar temidden van deze verschrik
king van moord en vernieling ging je
door met les geven, je onderwees ge
schiedenis die door je eigen dagen werd
gemaakt. Dikwijls, vooral toen hij las
dat er bommen begonnen te vallen op
Wenen, vroeg hij zich af wat er van Jo
hann en Lotte en Gustaaf geworden
was, en met het toenemende gevoel van
machteloosheid groeide ook het ver
driet. Je voelde getuige te zijn van het
verval en de ondergang van een be
schaving, die geheel materialistisch ge
worden was; tot hun ongeluk hadden
de mensen zich van God afgekeerd. Het
enige wat hij daartegenover kon doen
was: bidden en proberen aan de jonge
mensen die door zijn handen gingen de
geestelijke waarden mee te geven, wel
ke hen in staat zouden stellen de vlam
men van het christendom in hun eigen
land brandende te houden; hun land
was nog een land waar men het ver
schil kende tussen goed en kwaad, een
oase van godsdienstzin en morele ge
zondheid temidden ener waanzinnige
wildernis en amoraliteit.
(Wordt vervolgd).
Het is dan ook niet te verwonderen
dat sommige provinciale en gemeente
besturen die de plaatselijke noden en
behoeften het best kunnen beoordelen
er toe zijn overgegaan de helpende
hand te bieden, opdat de herbouw van
kerkelijke gebouwen niet nodeloos zal
stagneren tot schade van het locale en
regionale algemeen belang.
Hier gaat de minister van Wederop
bouw en Volkshuisvesting nu een stok
je voor steken. Hij hanteert daarvoor
artikel 7 van de Wet op de Materiële
Oorlogsschaden, waarin wordt bepaald
dat de rijksbijdrage onder meer niet
wordt verleend voor zover de schade
op andere wijze is goedgemaakt, of de
benadeelde op andere wijze voor de
schade vergoeding heeft gekregen, kan
verkrijgen of door zijn schuld niet heeft
verkregen.
Wij kennen niet de tekst van de ver
schillende besluiten der Provinciale Sta
ten en gemeenteraden. Wij kunnen ons
echter moeilijk voorstellen dat daarin
bepaald is, dat een vergoeding zal wor
den gegeven in de oorlogsschade, toe
gebracht aan kerkelijke gebouwen. Het
ligt in de rede te veronderstellen, dat
de provinciale en gemeentelijke subsi
dies worden verleend om de bouw van
kerken e.d. mogelijk te maken. Dit is
trouwens in vroegere jaren ook regel
matig voorgekomen. Het standpunt van
de minister van Wederopbouw en Volks
huisvesting is dus niet alleen bezwaar
lijk in overeenstemming te brengen
met de tekst van de wet, het zou bo
vendien tengevolge hebben dat vele
kerken in geteisterde gebieden zouden
verstoken blijven van provinciale en/of
gemeentelijke subsidies, die normaliter
wel verleend zouden worden indien
het geen herbouw van verwoeste ge
bouwen betrof.
Met betrekking tot de vraag w-elke be
doeling de wetgever met het hierboven
gedeeltelijk weergegeven artikel 7 van
de Wet op de Materiële Oorlogsschaden
heeft gehad, hebben wij geraadpleegd
het lijvige commentaar op deze Wet,
van de hand van mr. N. H. Wiarda,
directeur van het bureau van het Com
missariaat voor Oorlogsschaden, iln een
voorwoord zegt minister Lieftinck, dat
hij het gelukkig vindt, dat mr. Wiarda
zijn grote ervaring op het gebied van de
regeling der oorlogsschaden heeft willen
benutten om de bedoelingen en moge
lijkheden der wet een ieder duidelijk
voor ogen te stellen).
Deze bij uitstek deskundige zegt nu,
dat de oorlogsschade-wet het zogenaam
de subsidiariteitsbeginsel kent; dat wil
zeggen, wanneer uit anderen hoofde ver
goeding kan worden verkregen treedt
zij terug. Vervolgens somt hij een zes
tiental wettelijke regelingen op, welke
de benadeelde in bepaalde gevallen aan
spraak geven op vergoeding van schade.
Dit beginsel werkt ook bij aanspraken
tegenover derden en bij openbare hulp
verlening niet vanwege de overheid.
Onder op andere wijze goedmaken van
de schade wordt volgens de commentator
verstaan het geval dat aan de handeling,
die de schade veroorzaakte, ook een
voordelige kant zit. Als voorbeeld wordt
genoemd inkwartiering voor de Duitse
Weermacnt De daardoor aangerichte
schade is veelal ruimschoots goedge
maakt door de hoge inkwartieringsver
goedingen.
Uit het vorenstaande volgt dat de
minister van Wederopouw en Volkshuis
vesting zachtjes gezegd over een
grote fantasie moet beschikken om aan
de hand van artikel 7 van de Oorlogs-
schadewet de subsidiëring van de her
bouw van kerkelijke gebouwen te willen
beletten.
Naar aanleiding van de Nijmeegse
valse-bankbiljetten-affaire die in Febru
ari van dit jaar voor de Arnhemse recht
bank werd behandeld, stonden drie van
de hoofdverdachten, de Nijmeegse bloe-
mengrossier L. G. J. v. L„ de electricien
G. J. de K. en de Groesbeekse chauf
feur H. J. thans in hoger beroep voor
het Arnhemse Hof terecht.
De procureur generaal wees er op. dat
de omvang van de valsemunterij en de
Verspreiding van de biljetten zó groot
is geweest, dat de normale biljetten-
circulatie in gevaar dreigde te komen.
Beide verdachten, v. L. en de K. heb
ben 3000 Duitse marken in Parijs ge
kocht voor 15 frs. het stuk. Deze werden
in de trein meegesmokkeld en in Nijme
gen iri circulatie gebracht; 2500 verkocht
men er ongeveer voor 74 cent per stuk.
In Frankrijk heeft men'gelukkig de pers
waarop het papier gedrukt werd, in be
slag kunnen nemen, hoewel toen reeds
grote hoeveelheden vals bankpapier in
omloop waren.
De proc. generaal vond de door de
rechtbank opgelegde straffen zeker niet
te hoog en eiste bevestiging van het
vonnis, voor v. L. een jaar en negen
maanden, voor De K. een jaar en drie
maanden en voor J. zes maanden gevan
genisstraf.
Generaal Eisenhower is Donderdag
middag om half vijf met zijn Constella
tion „Columbine" van Schiphol naar
Parijs vertrokken. Hü werd op zijn
vlucht vergezeld door zijn echtgenote.
Nadat de generaal gisterochtend op
de Leeuwarder vliegbasis arriveerde in
een Dakota van de Amerikaanse lucht
macht, heeft de Commissaris der Ko
ningin in Friesland, mr. H. P. Linthorst
Homan, hem een stuk Makkumer aarde
werk aangeboden.