SOMBERE DEVIEZEN-NOTA 1951
Regering voert besprekingen om op korte
termijn dollarhulp te verkrijgen
TRIEST HET STIEFKIND VAN ITALIË,
TWISTAPPEL VAN HET BUITENLAND
1
t
AMBTENAREN
HOUDING DER
TELEURGESTELD DOOR
REGERING
North State
CKefarine 4
E
GROTE INTERNATIONALE
TENTOONSTELLING IN
POSTZEGEL
UTRECHT
Voorlopige regeling is een
blijvende geworden
NA-00RL0GSE BELASTINGPOLITIEK
if
HOGE LEVENSSTANDAARD IN ZWEDEN
Deel van de verzameling van de Engelse Koning
waarschijnlijk naar ons land
Zieke en gewonde Korea-
strijders op thuisreis
Kruitvat, dat niemand
durft te ontladen
Vijf en een half jaar fiscale dictatuur
Misnoegen geuit over het uitblijven van
de ziektekostenregeling
Beier resuliaai door
samenwerking.
Zweedse volk ongetwijfeld een van de meest
verwende volkeren van de hele aardbodem
Vakbonden oppermachtig
WOENSDAG 23 MEI 1951
PAGINA 5
EEUWFEEST NEDERLANDSE POSTZEGEL
Directeur van „Berg en
Bosch" gepromoveerd
9
ÜH
TWEEDE DAG A.R.K.A.-CONGRES
cigarettes
IR. WARNERS DIRECTEUR VAN
HET K.N.M.I.
TEKORT KRANTEN-
PAPIER
Contactcomité Nederl.
detachement Korea
De 4 geneesmiddelen die teiemen
Chefarine „4" vormen zijn elk stuk
voor stuk al wereldberoemd. Haar in
één tablet verenigd werken zij n6g
krachtiger en weldadiger. Zij helpen
ook dan wanneer andere middelen
(alen. jmn
Geen werkloosheid
4
Zoals in de laatste jaren gebruikelijk is geworden, heeft de regering ook dit
jaar weer een nota aan de Tweede Kamer gezonden, waarin zij een beeld geeft
fan de Nederlandse deviezenpositie. Positie die blijkens de inhoud van de nota
Weinig opwekkend is. Zo zegt de deviezennota t.a-v. de handel met de dollararea
p.m., dat het importprogramma reeds in 1950 sterk vbas gereduceerd. Verdere
inkrimping stuit op grote bezwaren, aangezien de thans nog op het dollarpro
gramma voorkomende goederen dusdanig onmisbaar zijn voor de Nederlandse
economie, dat zij tengevolge van de liberalisatie ons land langs een omweg en
tegen veel hogere kosten toch zouden binnenkomen, hetgeen voor de essentialia
niet verantwoord is. Gezien de prijsstijgingen bedraagt dit gereduceerde program
in 1951 300 millioen dollar. Hierbij komt dat het twijfelachtig is of de opbrengst
Van de export naar de dollargebieden het niveau van 1950 zal overtreffen.
Bedacht dient te worden dat. de verhoging in 1950 van de export naar de dol
largebieden, welke voor 31 millioen dollar voor rekening komt van de U.S.A.
(64,4 millioen dollar in 1950 tegenover 33,millioen dollar in 1949) ten dele het
gevolg was van één keer optredende factoren, zoals de uitzonderlijk grote ver
kopen van schroot naar de U.S.A.; ook de doorwerking van de in 1949 tot stand
gebrachte devaluatie moet, hier in aanmerking worden genomen.
De uitzichten Voor 1951 zijn derhalve somber. Tegenover de waarschijnlijk
heid van een vergroting van het tekort op de lopende rekening met de dollar-
gebieden staat de onzekerheid van een eventuele voortzetting van de thans nog
zo onontbeerlijke steunverlening van Amerikaanse zijde.
Een verdere paragraaf van de Devie-
zennoia bevat een beschouwing over de
Voorlopige betalingsbalans over 1950 in
Vergelijking met die over 1948 en 1949.
Het belangrijkste element van de beta
lingsbalans is het tekort op lopende re
kening. Dit tekort steeg in 1950 ten op
zichte van 1949 met ruim f 850 millioen
tot f 1106 millioen. Van de verdere ont
wikkeling van de betalingsbalans wil de
Regering niet verhelen, dat het uit de
cijfers van de betalingsbalans sprekende
beeld haar met ernstige zorg voor de
toekomst heeft vervuld.
De absolute grootte van het te dekken
tekort in 1950 was van een zodanige
omvang, dat, gezien enerzijds het relatief
geringe bezit aan goud en deviezen en
anderzijds de waarschijnlijkheid dat
dckkingsmiddelen uit hoofde van bui
tenlandse hulp niet meer in die mate
beschikbaar zullen komen als in het af
gelopen jaar, het streven naar een meer
evenwichtige positie ten opzichte van
het buitenland een taak van eerste ur
gentie moest worden geacht.
Het resultaat over 3950 werd ongun
stig beïnvloed door de reactie op de af
wachtende houding, welke importeurs
in 1949 aanvankelijk hadden aangeno
men na de devaluatie en evenzeer
door het op peil brengen van voorraden
in verschillende geledingen van het be
drijfsleven, waartoe de liberalisatie van
het internationale handelsverkeer ge
legenheid bood.
Men mag aannemen, dat deze beide
factoren bij de ontwikkeling in 1951 in
het algemeen geen rol meer zullen spe
len.
In een later stadium vormden de ver
scherping der internationale politieke
verhoudingen en de door deze ont
ketende prijsstijgingen een belangrijke
stimulans voor de invoer. Hoewel facto
ren met een tijdelijk karakter als ver
vroegde aankopen en versterkte voor-
raadvorming een belangrijke rol heb
ben gespeeld, is hier een doorwerken
ook in 1951 niet zonder meer als on
mogelijk te beschouwen. Hetzelfde valt
op te merken ten aanzien van de ver
schuiving van handelscreciietan; een
verder voortschrijden hiervan zou ook
de betalingsbalans van het lopende jaar
kunnen belasten, zij het waarschijnlijk
in mindere mate dan die van 1950.
Daarnaast zijn evenzeer van betekenis
die posten van de kapitaalrekening,
waarvoor dekking moet worden gevon
den. Immers staan hiervoor, afgezien
Van buitenlandse hulp, als dekking in
Principe slechts ter beschikking een
overschot op de lopende rekening dan
wel intering op de deviezenreserves of
andere vermogensbestanddelen.
De onzekerheden die voorts blijven
bestaan betreffen in de eerste plaats
de omvang van de binnenlandse ef
fectieve koopkracht, ook na de daar
aan opgelegde, respectievelijk op te
leggen, beperkingen. Zo is het de
vraag, in welke mate het bedrijfsleven
en het publiek alsnog in staat en
bereid zullen blijken verder in te
teren op de in geldvorm aanwezige
liquide middelen. Gezien .de aanzien
lijke intering, die in het verleden
reeds op deze middelen heeft plaats
gevonden, en de gestegen behoeften
aan kasgelden voor transactiedoelein
den als gevolg van de toeneming der
nominale omzetten zijn de gevaren
voor de betalingsbalans in dit op
zicht thans minder groot.
Voorts zou een vergroting van de
koopkracht kunnen uitgaan van het
aanwenden van anders dan in geld
vorm aangehouden liquiditeiten zoals
schatkistpapier in handen van bedrij
ven of particulieren, termijndeposito's
en spaarbanktegoeden. Het valt niet
te ontkennen, dat tijdens de afgelopen
maanden tamelijk omvangrijke ont-
sparingen zijn opgetreden.
Een ander element van onzekerheid is
gelegen in de door het buitenland uit
geoefende vraag. De relatieve zwakte
van ons exportpakket, die vooral in om
standigheden als waarin de wereld thans
verkeert, sterk aan de dag treedt, maakt
de Nederlandse economie in dit opzicht
bijzonder kwetsbaar. Dat van deze zijde
plotseling ernstige gevaren voor de be
talingsbalans kunnen optreden, is ge
bleken uit de jongste moeilijkheden in
het handelsverkeer met Duitsland.
Het zal niet te vermijden zijn, dat
ook in 1951 een deel van de lopende
betalingen niet door deviezeninkom-
sten wordt gedekt. Het inzetten van
een belangrijk deel van de in het
licht van het huidige niveau van onze
buitenlandse handel toch reeds krap
pe goud- en deviezenreserves voor
dekking van dit tekort en van de ka
pitaalverplichtingen kan slechts wor
den voorkomep, voorzover door de
Ver. Staten in het kader van de eco
nomische en militaire hulpverlening
bijstand zal worden verleend. Bespre
kingen hierover met de Amerikaanse
autoriteiten zijn momenteel gaande.
De Nederlandse regering hoopt, dat
deze besprekingen er toe zullen lei
den. dat op korte termijn dollarhulp
ter beschikking zal worden gesteld.
Daarmede zou het gevaar worden af
gewend, dat de beschikbare reserves
tot een onaanvaardbaar peil zouden
dalen.
Het voorgaande overziende, kan de
regering niet loochenen, dat de moei
lijkheden op het stuk der deviezenvoor-
ziening nog groot en de vooruitzichten
in verschillende opzichten onzeker zijn.
Een en ander mag echter geen aanlei
ding zijn tot defaitisme.
(Van onze Haagse redacteur)
In dezelfde stad, waar honderd jaar
geleden de eerste Nederlandse postzegels
vervaardigd werden, bij 's Rijks Munt
aan de Neude te Utrecht, waar nu het
grote postkantoor staat, wordt van 28
Juni tot 6 Juli in 1952 een grote tentoon
stelling gehouden t.g.v. het feit, dat het
'dat jaar een eeuw geleden zal zijn, dat
na veel delibereren in Nederland de
postzegel werd ingevoerd. Utrecht krijgt
dan in de Beatrix- en Irenehallen een
expositie van bijna 5000 vierkante meter
met kostbare zegels uit tal van landen,
voor een gezamenlijke waarde van enige
millioenen.
Het" invoeren van de postzegel, die om
streeks 1850 gèmeengoed werd over de
gehele wereld, heeft een ware ommekeer
in het maatschappelijk verkeer bewerk
stelligd; kort voor de invoering bestond
uit het kantoor te Sneek zelfs nog ver
voer van poststukken per trekschuit
hetgeen ook op de expositie zal worden
(Van onze Utrechtse correspondent)
De geneesheer-directeur van het sana
torium der K.A.B. te Bilthoven „Berg
en Bosch", J. J. Hirdes, is gisteren onder
overweldigende belangstelling te Utrecht
gepromoveerd tot doctor in de genees
kunde op proefschrift „Het clinische
longfunctie-onderzoek". Promotor was
de voorganger van dr. Hirdes aan Berg
en Bosch, prof. dr. W. Bronkhorst, bui
tengewoon hoogleraar in de longziekten.
Toen de Academische Senaat na zijn
traditionele retraite in de Senaatskamer
terugkeerde, bleek dat dr. Hirdes met
zijn lijvig proefschrift het praedicaat
cum laude" had verworven.
uitgebeeld met er op volgend verschil
lende merkwaardigheden uit de eerste
geschiedenis van de postzegel, zoals het
wachten van het publiek op straat voor
een loket, het drukproces van de eerste
zegel bij Enschedé en een trampost-
rijtuig.
Het pièce de resistance op de ITEP
de Internationale Tentoonstelling Eeuw
feest Postzegel wordt echter de expo
sitie van gehele vellen van de oudste Ne
derlandse zegel en daarom heen de eerste
emissies van zegels in andere landen
een waar festijn voor de philatelist.
Postzegels zijn deviezen en men is dus
r.u al druk doende aan besprekingen met
de Nederlandsche Bank, instanties voor
invoerrechten, omzetbelasting enz., om
van de expeditie, verzekering en bewa
king nog maar niet eens te spreken.
O.a. uit'Amerika, Car.ada en Egypte
ziin reeds inzendingen toegezegd en on
der zeker voorbehoud is ook reeds de
beschikbaarstelling Van zegels uit de be
roemde verzameling van de Koning van
Engeland beloofd, zo deelde de heer L.
Neher, zelf geen philatelist, maar daar
om niet minder enthousiast voor de vie
ring van dit belangrijke postale gebeu
ren, Woensdagmorgen te Den Haag mede.
Er komt natuurlijk de uitgifte van een
bijzondere zegel door de P.T.T., die zon
der toeslag verkocht zal worden en bi]
hoge uitzondering dit keer ook in blok
ken van vier. Tenslotte zal de bezoekei
ook versgedrukte zegels ter plaatse kun-
nèn kopen. Prins Bernhard heeft het
beschermheerschap van de ITEP aan
vaard. De handel, die met de philate-
listen ook bij de manifestatie is inge
schakeld, organiseert in dezelfde periode
een internationale beurs.
De Emir van Cyrenaica (in het midden), die aangezocht is koning van Libië te
worden, is eind vorige week met grote sfaatsie in Tripolis aangekomen. De pre
mier van Libië, Mahmoud Bey Muntasser (rechts), was ter verwelkoming aan
wezig. In Tripolis zijn twee bomaanslagen op de Emir gepleegd, die echter mis-
I lukten.
Met het Amerikaanse troepenschip
„General McRae" zijn drie en twintig
manschappen van het Nederlandse de
tachement in Korea van Japan naar
Europa onderweg. Het zijn zieken en
gewonden, die voor verdere dienst zijn
afgekeurd. „De Maasbode" vermeldt de
namen van de thuisvaarders: sold. J.
Abels (Arlo, Dr.), sold. W. Haxe (En
schede), sold. W. H. Post, korp. M. B. W.
Reuter, sold. J. H. Bronius (Utrecht),
korp. H. J. M. Goossens ('s-Hertogen-
bosch), sold. H. J. Swart (Rotterdam),
sold. J. Woudsma (Hilversum), sold. H.-
W. v. Leeuwen (Hulsberg), sold. J. D.
Kruvs (Schiedam), sold. J. P. Stijvers
(Amsterdam), korp. W. M. E. Vond eren
(Grave), sergt. C. J. Hagers (Amster
dam), J. C. Kampmeindert (Amster
dam), sergt. J. J. Seeuwen (Den Haag),
sergt. W. A. Snoeys (Nieuw-Vennep),
sergt. J F. A. M. Petit (Breda), sold.
A. Fredêriksen (Putten), sergt C. Kruyf
(Rotterdam), korp. B. Visser (Gaande
ren), sold. F. Plomp (Delft), sergt. A. G.
Wagner ('t Gooi) en sold. J Deeder
(Sittard).
(Van onze Weense correspondent)
Teen, de eerste indruk is toch niet altijd de juiste. Op weg naar Triest pas-
Y seerden wij het stadje Udine, waar het wemelde van lanterfantende, pit-
tige Italiaanse soldaatjes. „Weer een bewijs dat men in andere landen
meer ernst maakt met de verdediging van het Oude Europa", dachten wij. Wan
neer het in Udine soldaten regent, dan moet er in Rome en Venetië overstroming
zijn. Maar Rome en Venetië waren leeggestroomd, want heel het soldateske Italië
was naar Udine opgecommandeerd.omdat het voor Ike moest défileren.
Dat was afgezien van de duurte de enige teleurstelling die Italië ons
bezorgde. Na zoveel jaren weer de onverwoestbare pijnbomen en cypressen te-
zien, die ons door de laagvlakte tot aan de kale steenrotsen rond Triest bege
leidden! Onsterfelijk Italië met de onvergankelijke geuren van espresso, olie,
knoflook en fruit. En midden in deze brandend hete vlakte het kleinood van
Aquileja, het pronkjuweel van een oud-christelijke basiliek, in een nest van een
dorpje, een Carthago in Noord-Italië, dat ten ondergang is gedoemd, maar waar
de basilieken met haar prachtige muurschilderingen en mozaïeken, haar
bisschopszetel en het altaar naar het volk gekeerd, het graf der martelaren en de
cancelli voor de catechumenen ons doen denken aan de „Grote- Kerk" en de
liturgie van Augustinus.
Het spijt ons voor Oostenrijk het
heeft in deze barre steenwoestijn tijdens
de beruchte elf Isonso-veldslagen min
stens evenveel bloed vergoten als Italië
maar Triëst is en blijft een Italiaanse
stad, en ook Tito kan daaraan niets ver
anderen. noch ook de kolossale gebou
wen in Weense keizerstijl, die onder de
oude monarchie werden opgetrokken.
Triëst is een havenstad, waarvoor Italië
heeft gevochten, maar die het toch een
beetje heeft verwaarloosd. Het dankt
zijn betekenis aan de belangstelling van
hét buitenland. Eerst was het jarenlang
de enige en grote zeehaven van Oosten
rijk, maar Tito heeft schijnbaar niet ge
noeg aan het verwaarloosde Fiume en
wil ook Triëst. hebben. Oostenrijk is
Triëst trouw gebleven, ondanks het po
litieke verlies, en is op de allereerste
plaats het land dat van deze haven ge-
Tien auto's kunnen in de schaduw
staan van deze enorme schoorsteen,
welke bestemd is voor de „United Sta
tes", het grootste passagiersschip dat tot
dusverre in Amerika gebouwd is. De
oceaanreus, die ruim 300 meter lang
is, zal de volgende maand te water wor
den gelaten. De schoorstenen hebben
een hoogte van 161A meter en een
breedte van 18 meter.
Onder deze titel heeft prof. mr. G.
M. G. H. Russel, hoogleraar bij
de R.K. Universiteit in fiscaal
Recht, een belangwekkende brochure
geschreven, waarin déze als belasting
consulent tevens te Amsterdam zeer
bekende specialist in felle woorden de
na-oorlogse belastingpolitiek en de
daarbij in praktijk gebrachte methodes
Wraakt.
De belastingplichtigen hebben onder
bonden, aldus prof. Russel, dat bevrij
ding van de Duitse bezetting niet heeft
betekend het herkrijgen van zelfstan
digheid. Daarom acht schrijver het
Wenselijk een blik te werpen op het
geen zich op belastinggebied heeft af
gespeeld sedert de bevrijding van de
Duitse druk, die heeft plaats gemaakt
voor de fiscale Politiestaat. Wij laten
hier enkele van de voornaamste passa
ges uit het belangwekkende geschrift
ha» prof. Russel volgen:
De belastingplichtigen hebben onder-
Vonden, dat bevrijding van de Duitse
bezetting niet heeft betekend het her
krijgen van zelfstandigheid. Integen
deel, zij zijn kort na Mei 1945 in han
den gevallen van belastingambtenaren,
die een van bovenaf georganiseerde
terreur hebben uitgeoefend, zoals die in
Nederland niet voor mogelijk was ge
houden.
De tegenwoordige belastingpolitiek
gaat e- kennelijk van uit, dat aan de
doeleinden van de belastingheffing
geen grenzen kunnen worden gesteld.
Belastingen mogen in deze opvatting
borden geheven, zodra de Staat gelden
hodig heeft om uitgaven te financieren,
°hverschillig van welke aard zij zijn.
Onder het motto, dat belasting in het
algemeen geen aparte rechtsgrond heeft,
jpijpt de Staat aldus steeds verder in
de particuliere taken in en werpt hij
ajch op als vrijwel uitsluitend behar-
Wger van het algemeen welzijn.
Welk een onheil door de foutieve fis-
politiek wordt veroorzaakt, zal
T°oral de christelijke caritas gaan be
seffen. wanneer het te laat is.
De desorganisatie van het bedrijfs- en
handelsleven, van de scheepvaart,
«ank-, effecten- en beurswereld, niet
ginder van de vrije beroepen en de
dreigende ondergang var de sociale
®kerheid van de werknemers, is aan
riierpe waarnemers niet ontgaan. De
en voornaamste taak van het
"*aatsgezag is de rechtsbescherming.
Het staatsgezag, dat naar goedvinden
de burgers lasten oplegt, loochent de
particuliere eigendom.
Gemoedelijke artikelen, waarin wordt
betoogd, dat de Staat het geld toch
moet halen waar het is, om de doelein
den die hij nastreeft te kunnen behar
tigen, zijn een groot gevaar te achten
omdat zij de geesten vertroebelen.
De vraag rijst in hoever zij, die de
zgn. bezitsspreiding propageren, begrip
hebben van het huidige belastingstelsel.
Zij schijnen niet te begrijpen, dat zij
geen spreiding van rijkdom voorstaan,
doch algemene verarming en hun stre
ven tot gevolg zal hebben dat er geen
rijken en armen, doch uitsluitend armen
zullen zijn. Wellicht is het de bedoeling
dat vervolgens allen steun ontvangen
uit de „rijkdommen", die de Staat zich
dan onrechtmatig mocht hebben toe
geëigend
De redactie van de na-oorlogse be-
lastingbesluiten en wetten is ondeugde
lijk, onleesbaar en herhaaldelijk onjuist,
zodat die bepalihgen tot onrecht leiden
en aan ambtenaren macht geven daar
van gebruik te maken.
Krachtig zijn vooral in de Kamer se-
dèrt enkele jaren de bezwaren, die
enige Kamerleden tegen het financiële
en vooral tegen het fiscale beleid van
de minister van Financiën hebben in
gebracht. Met klem van argumenten
stelden Kamerleden onrechtvaardig
heden uit belastingwetten en het
gruwzame optreden van belasting
ambtenaren in het licht. De veel
te geringe spreektijd, die voor der
gelijke onderwerpen ter beschikking
staat, komt de minister goed van pas.
Ontkenningen, toezeggingen, algemeen
heden en niet het minst de partij
politiek, redden telkens het hoofd van
de bewindsman. Deskundigen in en bui
ten de Kamer zien elk jaar dit steek
spel en de onbevredigende afloop en
vragen zich af met stijgende beklem
ming hoe ver dat, tengevolge van 's Mi
nister's houding, onverantwoordelijke en
onwezenlijke woordenspel zal voort
gaan en hoe lang het nog zal duren dat
ook de laatste eerlijke belastingplich
tigen met afschuw de fiscus de hand
schoen in ljet gezicht werpen.
Tot slot haalt prof. Russel de woorden
van (Michiel Adriaanszoon de Ruyter
aan toen déze sprak tot een der leden
van de Staten: „Indien het hier in het
Vaderland zo gelegen is, dat men de
waarheid niet mag spreken, zo is het
er ellendig gesteld; nochtans zal ik de
waarheid spreken, zolang als mijn ogen
openstaan."
bruik maakt. Alle voor Oostenrijk be
stemde E.R.P.-goederen worden langs
Triëst aangevoerd ep men is weer be
gonnen de oude Oostenrijkse Lloyd van
Triëst te reactiveren.-Terwijl Italië zelf
genoeg heeft aan Genua, Napels en zo
veel andere beter gelegen havens, ver
leent de Engels-Amerikaanse bezetting
deze stad een internationaal en modern
karakter, waar met behulp van Ameri
ka ank kapitaal veel wordt gebouwd en
nieuwe industrieën werden opgericht
Triëst is Italiaans, ondanks de aan
spraken van Tito, die als een zinloze
echo op de kale rotsen rondom de stad
afstuiten, nu ze geen weerklank meer
vinden in Moskou. Het is een van de
weinige plekken op aarde waar het
Westen een succesje op het commu
nisme heeft behaald. Want, terwijl de
geallieerde legers zich in 1945 op alle
door Stalin gedecreteerde linies in
Duitsland en Oostenrijk moesten te
rugtrekken, wisten Engeland en Ame
rika toch beslag te leggen op Triëst
ofschoon Tito hun hier was voor ge
weest. Er had een Joegoslavisch schrik
bewind gewoed en er zijn veel slacht
offers gevallen, maar ten slotte heeft
toch de Anglo-Amerikaanse stijfkop
pigheid gewonnen en Tito moest
zich naar zijn „Zone B" terugtrekken
en de stad opgeven.
Op drie kilometer afstand, even bo
ven het dorpje Opicina, hoort hij de
Engelsen voortdurend schietoefeningen
houden en staat hij machteloos te kij
ken naar een havenbedrijf dat zich
zienderogen verder ontwikkelt, beter en
voorspoediger dan het verlopen Fiume,
waar Joegoslavië eigenlijk geen raad
mee weet. In Triëst laat Italië nu drie
grote luxe-schepen bouwen van meer
dan 25.000 ton elk, waarmee deze stad
Genua de loef wil afsteken. En de
voortvarende bisschop, Mgr. Santin,
bouwt hier tezamen met de architect
Dr. Frandoli een nieuw, modern semi
narie, waarom andere bisdommen
ook in het buitenland hem kunnen
benijden. Grote scheepsladingen ruwe
olie uit Israël en Perzië komen hier
aan en worden in het belastingvrije ha
vengebied geraffineerd. llfet is een Per
nis in het groot. Ook heeft het ILVA-
concern met hulpmiddelen uit het Mar
shall-fonds nieuwe staal- en gasfabrie
ken opgericht en uitgebouwd. De vroe
gere haven in de eerste bocht wordt te
klein en men begint een nieuwe, gro
tere te bouwen in de beschutting van
de vooruitspringende rotswand aan de
zuidkant van de stad.
Triëst groeit tegen de verdrukking
in, omdat het profiteert van de jalou-
zie der buitenlandse rivalen: van Oos
tenrijk, Tito, Engeland-Amerika en ook
nog altijd van Rusland. Het stiefkind
van Italië heet nog altijd de parel aan
de Adriatische Zee, maar het is de ge
vaarlijkste troef in het internationale
spel om de vrede in Europa. Om Triëst
werd het Italiaanse vredesverdrag on-
Voor de tweede dag van het ARKA-
congres bleven er nog genoeg agenda
punten over, die aanleiding konden ge
ven tot min of meer felle discussies. De
vergadering stak haar teleurstelling niet
onder stoelen of banken over het feit,
dat de toezegging van de Regering om
2 pet. vacantietoeslag ongelimiteerd toe
te kennen aan alle ambtenaren niet in
vervulling was gegaan. Bij acclamatie
werd besloten de regering op de hoogte
te stellen van de nog steeds bij de ARKA
levende hoop, dat aan de als redelijk
erkende verlangens zal worden tege_
moet gekomen. De loon-index van de
ambtenaren steekt wel zeer ongunstig af
bij die van de werknemers in het parti
culiere bedrijf.
Eveneens gaf het congres uiting aan
het misnoegen over het uitblijven van
een definitieve ziektekostenregeling
voor het overheidspersoneel. De minis
ter van Binnenlandse Zaken heeft aan
de provinciale en gemeentebesturen ver
zocht een tijdelijke regeling op dit punt
te treffen, maar voor het Rijkspersoneel
is zulk een regeling nog steeds niet
vastgesteld.
Op deze tweede congresdag kwam
ook de structuur van ARKA ter sprake.
De afdelingen Almelo, Amsterdam en
Venlo drongen aan op structuurveran
dering van de algemene organisatie.
Volgens de afdeling Almelo lag de
werkkracht van de ARKA meer in de
groepen dan in de afdelingen. Er werd
daarom voorgesteld om te onderzoeken
in hoeverre het mogelijk was grotere
bevoegdheden toe te kennen aan de
hoofd- en subgroepen. De afdeling Am
sterdam meende, dat de doorvoering
van haar voorstel op korte termijn ge
wenst was. Dit voorstel betrof de in
stelling van districtsbureaux, die de
belangen van de in de districten woon
achtige ambtenaren zouden moeten be
hartigen.
De voorzitter zegde toe een commissie
in te stellen, die nader zou bezien of
structuurverandering in ARKA al dan
niet wenselijk was.
Een ander belangrijk punt was de
kwestie van de medezeggenschap. De
landelijke hoofdgroep I was van oor
deel, dat met de nieuwe regeling van *t
overleg in 's Rijks Dienst onmatig lang
gewacht werd en dat met klem aange
drongen moest worden op het spoedig
tot stand komen van de nieuwe rege
ling. Uit de discussies bleek wel, dat er
onder de congresleden een sterke
drang was naar het wederinstellen van
het georganiseerd overleg.
Utrecht bracht tenslotte een motie ter
kennis van het hoofdbestuur, waarbij
verzocht werd stappen te doen om te
bevorderen, dat de onderhandelings
positie van de ambtenarenorganisaties
verstevigd werd, o.a. door een meer
doeltreffende samenwerking tussen de
ambtenarenorganisaties en door na te
gaan hoe de nadelen van het stakings
verbod voor ambtenaren ondervangen
konden worden. Deze motie werd ech
ter aangehouden tot het volgend con
gres, dat naar de voorzitter mede
deelde het volgend jaar plaats zou
vinden in Breda, welke stad dan zeven
honderd jaar bestaat.
geldig verklaard en van Triëst maakte
Rusland het Oostenrijkse staatsverdrag
afhankelijk.
Goed beschouwd hangt deze stad in
het luchtledige. Zij heeft geen statuut,
geen gouverneur, zij is alleen twistap
pel; en de naam „vrijstaat" is ten aan
zien van het 10.090 man tellende bezet
tingsleger en een politiecorps van 9000
man een grap. Alles is hier provisorisch,
en toch leeft en werkt men hier alsof er
een blijvende toestand was geschapen.
De Amerikaanse sergeanten leven hier
in volle tevredenheid met een douceur
tje van 180^000 lire per maand. Door de
„austerity" gedwongen, zijn de Engelsen
wel veel bescheidener, maar ze hebben
hele families hierheen laten komen en
zitten 's avonds in de grote hotel-foyers
gezellig bij elkaar, alsof het hier old
sweet England is. Schoolbussen brengen
Engelse en Amerikaanse kinderen naar
de verschillende scholen en men heeft
het gevoel dat deze jeugd straks de toe
komst van, Triëst zal gaan bepalen
Amerika bouwt op eigen kosten langs
de promenade een geweldig flatgebouw
voor meer dan zestig complete Ameri
kaanse families en men kan kwalijk
geloven dat het dit offer brengt uit me
delijden met de dakloze Italianen.
Nu Tito met zijn eisen alleen staat,
is het in de stad en in de „Zone A" rus
tig geworden. Er wordt hier op z'n Ita
liaans gewerkt, niet te hard. maar toch
voldoende om het dagelijkse brood en
de nodige espresso's te verdienen; bo
vendien stromen hier rijkdommen uit
de hele wereld tezamen, zodat er voor
iedereen wel een fooitje afvalt. Zelfs
het hardvochtige Italië vindt somtijds de
weg naar dit stiefkind, omdat er geen
belasting wordt geheven op tabak en
andere genotsartikelen.
Triëst is het beeld van de huidige in
ternationale toestand; een aanfluiting
van de anti-koloniale politiek der Ame
rikanen en van de Russische Vredes
campagne. Na zes jaar „Vrede" is deze
stad, die kalm haar gang gaat zolang de
grootmachten haar met rust laten, nog
steeds niet bevrijd. Er wordt zelfs niet
meer onderhandeld. Hier is een proviso-
rium tot iets blijvends geworden, de kou
de oorlog tot stilstand verstard. In deze
haven ligt een kruitvat dat niemand
waagt te ontladen.
Advertentie
(Van onze Utrechtse correspondent)
Tot opvolger van prof. dr. ir. F. A.
Vening Meinesz, die enige maanden ge
leden aftrad als hoofddirecteur van bet
Kon. Ned. Meteorologisch Instituut in
De Bilt, is bij K.B. benoemd ir. C. J.
Warners, gewezen directeur van Verkeer
en Waterstaat in Indonesië. In de prae-
federale regering was hij secretaris van
Staat van hetzelfde departement, waar
onder de Indonesische Meteorologische
Dienst ressorteert.
Ik. Warners koestert bijzondere be
langstelling voor een terrein, dat op het
K.N.M.I. de laatste jaren diepgaand
wordt bestudeerd, n.l. de weervoorspel
ling op lange termijn.
Directeuren en hoofdredacteuren van bla
den uit 13 Europese landen ztjn in Lon
den bijeengekomen om een oplossing te
zoeken voor het nijpende gebrek aan rota
tiepapier.
De meeste van de afgevaardigden op de
vierde jaarvergadering van de Internatio
nale Federatie van Dagbladuitgevers wil
len een internationaal orgaan, dat regelend
odtreedt bij de toewijzing van krantenpa
pier.
Dit zal door de Franse delegatie met
steun van de Nederlandse. Belgische. Ita
liaanse en Zwitserse delegatie, worden voor
gesteld.
Verwacht wordt, dat het Franse voor
stel zal aandringen op een beperking van
vijf percent in het Amerikaanse gebruik
van krantenpapier en op de fabricage van
rotatiepapier uit nieuwe grondstoffen als
suikerriet en stroo.
De belangen van de vrijwilligers van
het Nederlands detachement Verenigde
Naties worden behartigd door een co
mité, waarin enige familieleden zich
hebben verenigd om samen te werken
met de betrokken diensten van de Ko
ninklijke Landmacht dienst RAO
en van het Nederlandse Rode Kruis.
Het comité draagt de naam „Contact-
comité detachement Verenigde Naties
Korea" en staat onder leiding van mevr.
E C. den Ouden.
Het contact-comité zal op Maandag
28 Mei de eerste bijeenkomst beleggen
van familieleden der vrijwilligers in het
gebouw van de Nederlandse Vereniging
van Vrouwenbelar.gen te Den Haag, Van
Speijkstraat 153.
Advertentie
BEROEMDE GENEESMIDDELEN
IN EÉN TABIET
TEGEN EUNW> EN GRIEP, 20 TAM.ETTEN 7»
(Van een speciale verslaggever)
Toen wij een dezer dagen het was 'snachts om 5 minuten over drie
op Schiphol in de Moon-Liner stapten voor Stockholm, hadden we slecht»
een flauw vermoeden van de grote welstand, achteraf kunnen we wel zeg
gen: van de weelde, die we in Zweden een land, dat de laatste 150 jaar geen
oorlog heeft gekend, zouden ontmoeten. Een vergelijking met het Nederland van
vóór de oorlog valt voor ons land bepaald ongunstig uit. Het degelijke Zweedse
ontbijt, dat ons in het restaurant van het vliegveld Bromma onmiddellijk na
onze aankomst werd voorgezet, zou ons om zijn exclusiviteit misschien verrast
hebben, wanneer we niet wisten, dat we dit te danken hadden aan de jjoede
zorgen ran de K.L.M. Voor het overige kannen we n wel verzekeren, dat we
"ons gewaand hebben in een land, dat letterlijk in weelde baadt. Het is natuurlijk
mogelijk, dat de versobering waaraan we ons noodgedwongen sinds de laatste
wereldoorlog hebben moeten onderwerpen, onze indruk over Zweden gepronon
ceerd heeft, maar een feit blijft het, dat het Zweedse volk ongetwijfeld een
van de meest verwende volken op de hele aardbodem is.
Het is moeilijk om hun duidelijk te maken welke ontbHUnpen de wereld geleden
heeft en nog lijdt; ze kunnen het zichzelf eenvoudig niet voorstellen. De enige
schaduw, die over het land en de bevolking valt is de vrees voor een mogelijk
conflict met Rusland. Dit weerspiegelt zich wel enigszins in het dagelijkse leven,
maar de laatste tijd is ook die vrees aan het afnemen. Men blijft hopen ook bij
een volgend conflict buiten schot te zullen blijven. Typerend hiervoor is wel.
dat de uitgaven voor de defensie die voor de sociale voorzieningen nauwelijks
overtreffen.
De Sociaal Democraten de grootste
partij in Zweden wensen een strikt
neutrale buitenlandse politiek te voeren.
Ze laten er zich eenvoudig niet van
doordringen, dat een dergelijke politiek
thans tot de onmogelijkheden behoort.
In een toekomstige oorlog zal Zweden
zowel voor het Westen als voor Rusland
een zeer belangrijk volgens militaire
deskundigen een volkomen onmisbaar
strategisch gebied zijn. Het lijdt dan
ook geen twijfel, dat Zweden bij een
toekomstig conflict betrokken zal wor
den. Toch blijft men zich vastklampen
aan de hoop, dat het toch wel niet zal
gebeuren en blijft men rustig voortleven
op een levensstandaard, die voor onze
begrippen beslist paradijselijk is.
Men kan van het huidige Zweden met
recht zeggen, dat het meer eiland is dan
Engeland. Dit geldt ook in sterke mate
voor de binnenlandse politiek. Er doen
zich in dit land toestanden voor, die
voor onze begrippen volkomen onwer
kelijk zijn. De „Lands Organizationen"
een organisatie waarbij alle vakver
enigingen zijn aangesloten controleert
er als oppermachtig orgaan de hele ar
beidsmarkt en de hele regering is niet
in staat, die macht te doorbreken. Deze
organisatie bepaalt b.v. eenvoudig welke
en hoeveel vreemde arbeidskrachten op
een bepaald bedrijf toegelaten mogen
worden. De sociale zekerheid van de
Zweedse arbeider gaat n.l. vóór alles en
daaraan wordt zelfs een verbetering van
de economische situatie van het land
opgeofferd.
Deskundigen hebben ons verzekerd,
dat wanneer de Zweedse industrie
uitgebreid zou worden iets dat ge
zien de rijkdom van het land zeer
wel mogelijk is er beslist voor één
millioen arbeiders meer werk gevon
den zou kunnen worden. Deze arbei
ders zouden dan met hun gezinnen
van een zelfde hoge levensstandaard
kunnen genieten als de huidige
Zweedse arbeider. Een uitbreidmg
van de industrie komt er echter niet,
omdat er natuurlijk enig risico aan zit.
En de_ organisatie wenst geen enkel
risico, *hce klein ook, te nemen. De
onaantastbare sociale zekerheid van
de arbeider en het handhaven van het
huidige hoge levenspeil is het enige
doel en dat zou misschien wel een»
gevaar kunnen lopen!
In Zweden heerst dan ook geen werk
loosheid; er is eerder een tekort aan
arbeidskrachten. De lonen liggen dan
ook zeer hoog. Ze zijn per 1 Januari jJ.
met 18 tot 40 pet. gestegen en bedragen
op het ogenblik gemiddeld 150 Kr. per
week (f 112.50)Een tramconducteur b.v.
verdient er rond "00 Kr. per maand
(f525). Naar verhouding liggen de lonen
voor kantoorpersoneel iets lager. Ook in
Zweden kost bet geld een witte boord
te dragen. Aan belasting betaalt men
ongeveer hetzelfde als in Nederland.
De huren zijn er enorm hoog. Voor een
enkele kamer betaalt men 100 a 150 Kr.
per maand. Aangezien men slechts ka
mers kan huren, komt een „huis" van
drie kamers op 300 a 450 Kr. (f225 b
f 340) per maand! Dienstmeisjes en keu
kenmeisjes zijn nauwelijks te krijgen en
heeft men dit geluk, dan betaalt men
hiervoor resp. 250 en 350 Kr. (f 190 en
f265). Het is duidelijk, dat het salaris
van de man zeker niet voldoende is om
dit alles te betalen. De vrouw helpt dan
ook ijverig mee de hoge levensstandaard
op peil te houden. Zij werkt op kantoren,
in eetgelegenheden en in winkels. Daar
komt nog bij. dat er slechts weinig kin
deren zijn om te verzorgen dat de
huizen de enkele kamers, die men kan
huren zo klein zijn, dat er nauwelijks
in gewerkt behoeft te worden en dat de
Zweedse vrouw een zeer grote mate van
zelfstandigheid bezit. Het familieleven
lijdt door dit alles natuurlijk heel erg,
maar een hoge levensstandaard schijnt
voor de Zweed belangrijker te zijn. Daar
wenst hij hand voor te werken,
Kr.