TBÖpJjy Internationaal Gerechtshof beraadt zich over het Britse verzoek "Eric de ls/oofman: DE Pt^US DEP WPAKE STUDIEDAGEN K.A.B. IN AARTSBISDOM Old mac ER HEERST HONGERSNOOD IN INDIA TOT DE RAND VAN DE AFGROND Twee Perzen woonden als waarnemers deel van de zitting bij GIDSEN UIT VELERLEI LANDEN IN VUGHT BIJEEN Meningsverschillen moeten niet tot scherpe verhoudingen leiden Hulpactie moet slagen KERSENTEELT IN BETUWE BEDREIGD i AKKERTJES Tweejaarlijkse internationale conferentie ONDERWERP: Wij en het communisme FESTIVAL-AGENDA Voortzetting werken in Oosterpolder Hoofdpijn KARDINAAL DE JONG Sociale zekerheid voor de middenstand Verkeersduiveltje van drie jaar SCHERPE CRITIEK OP INDON. KABINET Duizenden bomen worden gerooid MAANDAG 2 JULI 1951 PAGINA 3 Voor nu en nog's... Broches! v«G(NfA VS 0.85 //ET OLIEGESCHIL TUSSEN PERZIË EN ENGELAND Dezer dagen uitspraak 's gravenhage. GEEN VISUM MEER VOOR OOSTENRIJK Deze week reeds naar Amersfoort ANDRIESSEN OVER POLITIEK DER K.V.P. Minister Mansholt DOOR LEO BRADY 29 Met „motor-step" op de verkeersweg Burgemeester van Maarn gaat heen Onderscheiding Advertentie (Van onze Haagse redacteur) Or. Ali Chayegan, lid van het Perzische parlement en tevens van de gemengde olie-commissie, is eer. vriendelijk slachtoffer bjj een ondervraging en zijn kleine metgezel, Hassan Sadra, uit Teheran, heeft snel een glimlach gereed. Met Wes terse ogen ziet men het deze twee Perzen niet aan, dat zij zo nauw betrokken lijn bij een conflict, dat in het brandpunt van de wereldbelangstelling staat maar het is bijzonder moeilijk vat te krijgen op deze waarnemers, die steeds de bekende politieke aspecten belichten bij een gelegenheid, waar bij uitstek de juridische kant van de zaak aan de orde is. Wij spraken de beide heren Zater dag in het Vredespaleis, waar zij niet als gedelegeerden van Iran optraden het leeg blijven van de voor hen gereserveerde plaatsen trok zeker zoveel aandacht ais de bijna coquette pruiken van de Engelse advocaten ter andere zijde maar toch wel als toeschouwers blijk gaven van hun belangstelling gedurende een deel van de zitting, welke het Internationaal Gerechtshof wijdde aan de behan deling van het Britse verzoek om tussentijdse maatregelen aan te geven ter be scherming van de Anglo-Iranian Oil Company. tijen medegedeeld. Het zal eerder een kwestie van dagen dan van weken zijn, naar de indruk van een Britse zegsman. De Britse Procureur-Generaal Sir Frank Soskice, die bij de behandeling van het Perzische olie-geschil voor het Internationaal Hof van Justitie als ver tegenwoordiger van Groot-Brittannië is opgetreden, verklaarde gisteren te Lon den bij zijn terugkeer uit Den Haag dat hij binnen enkele dagen een beslissing van het Hof verwachtte. Groot-Brittannië heeft het Hof ver zocht Iran te gelasten het overnemen der eigendommen der Anglo-Iraanse Oliemaatschappij te staken in afwach ting van de beslissing of de Perzen wet telijk het recht hebben de onderneming te nationaliseren. 3 Met een zucht van voldoening kijkt Likar naar hel spartelende konijn. Honger heeft hij als nooit tevoren. Als een bedelaar, denkt hij bitter, strikken zetten! Maar wat moet hij anders doen? Zwaard en boog heeft hij achter moeten laten op zijn overhaaste vlucht De onverwachte snelle ineenstorting van Wcndir's samenzwering tegen de koning liet hem geen tijd meer om voorzorgsmaatregelen te nemen. Een konijn om blij mee te zijn, denkt hij weer schamper. Wel hij zal een vuur aanleggen en „Laat lopen dat dier!" klinkt hem eensklaps bevelend in de oren. Verwonderd wendt Likar zich om. Hij ziet de reusachtige gestalte van Hovm op zich toekomen „Vervloekte beul!" scheldt Hovtn kwaadaardig, „loslaten, of ik zal eens een strik "°Likar ziet^hem minachtend aan. Onwillekeurig strekt hij de rug wat rechter. Wat verbeeldt die grootschreeuwer zich wel? „Mijn jachtbuit gaat u niets aan!" zegt hij scboudemphatcnd. Gy zyt zelcer familie van mijn konijn?" Honend wijst hv op de dtcre.iuellen uan Hoving ktodtng. „Ellendige lafaard!" gromt Hovm, „tegen weerloze dieren, u laten zien!" hè? Iets anders zal ik Met gebalde vuisten treedt hij op Likar toe. Onbewogen ziet deze hem komen. Maar dan gebeurt er iets wat Likar, die altijd trots is geweest op zijn krachtige ge stalte en gespierde bouw, nog nooit is overkomen. Als mokers komen de vuisten van de vreemde reus op hem neer. Een paar slagen kan hij afweren, maar dan is het feitelijk al gedaan. Hij voelt zich meegesleurd in een wervelwind van tomeloos geweld, dat zijn armen verlamt en zijn benen doet wankelen, dat de lucht uit zijn longen perst en zijn ogen verduistert. Met 'n vreemd-licht gevoel van verwondering zakt hij ineen. Wanneer inj de ogen weer opslaat, ziet hij als door een waas verscheidene mannen om zich heen staan en van heel ver dringt een stem. tot hem door: „Een pijl tot besluit, heer Hovin?" „Neen!" zegt een andere stem, „spaar die pijl maar. Een prikje met mijn speer heer Hovin?" „Neen," klinkt het weer en nu herkent Likar de stem van de reusachtige vreem deling. „Neen, geen pijl en geen speer. Dit mannetje krijgt iets anders om aan mij te denken!" Er valt een ogenblik van onheilspellende stilte. Dan gaat Hovin langzaam en drei- gend voort„Haal een touw!" De Perzische waarnemers meenden, dat eerst de kwestie van de competen tie van het Hof diende te worden uit gemaakt voordat die maatregelen aan de orde zouden kunnen komen. De Britse „Attorney-General", Sir Frank Soskice, heeft zich daarentegen' in een zeer groot deel van zijn uiteenzetting, welke met de vertalingen in het Frans mee ruim vier uren in beslag nam, be ijverd om aan te tonen, dat ook zonder dat het Hof zich reeds competent zou hebben verklaard de beschermende maatregelen aangegeven konden wor den. De gang van zaken bij tal van ge schillen in het vèrleden, werd ter sta ving van deze stelling gereleveerd. Langzaam en nadrukkelijk droeg de Britse vertegenwoordiger zijn betoog voor. In de ochtendzitting was er een volle gerechtszaal met vele leden van net Corps Diplomatique en een druk bezette publieke tribune om de behan deling van deze actuele kwestie mee te maken; s middags verflauwde als steeds de belangsteling, hoewel de sfeer deze dag toch aanmerkelijk le vendiger bleef dan bij andere zaken, welke de laatste jaren voor het Hof zijn gekomen en die minder gemak kelijk spraken tot de fantasie. Sir Soskice schetste uitvoerig het bij zondere karakter van de olieindustrie m Iran, welke speciale deskundigen no dig heeftzijn schildering van de ont zetlende gevolgen, welke branden in de raffinaderij van Abadan zouden mee brengen, was één waarschuwing tot het betrachten van spoed en uit de vele cijfers, die hij niet zonder trots in zijn betoog vlocht, sprak overduidelijk wel ke grote belangden er hier op het spel staan belangen voor de maatschap pij, doch ook voor de welvaart van het land, zo klonk het in deze redevoering. Dit alles om tenslotte te stellen, dat de Perzische olie alleen gered kan wor den van onherstelbare verliezen, als de Anglo Iranian, wat de essentie der zaak aangaat, kan blijven werken, zoals zij voorheen deed een handhaving van de status quo derhalve tot over het ge schil zelf uitspraak is gedaan. Hiermee hadden de Britten alles ge zegd wat zij op het hart hadden, zodat in tegenstelling tot hun eigen verwach ting, dat er wellicht ook Zondag nog een zitting zou moeten worden gehou den, de president van het Hof. dr. Jules Basdevant. om even over half zes Za terdagmiddag de mondelinge behande ling voor gesloten kon verklaren. Het Hof behoudt zich het recht voor zo no dig nog nadere toelichtingen te vragen. De datum waarop een beslissing in de zaak zal vallen wordt nog aan de par- Dat Mgr. W. Mutsaerts, bisschop van 's-Hertogenbosch, mr. F. van Rijckevor- sel, burgemeester van Vught, vertegen woordigsters van zuster (-en broeder) verenigingen en aalmoezeniers uit Bel gië, Frankrijk en Zwitserland de ope ningsplechtigheid van de internationa le conferentie van de Gidsenbeweging Het Internationaal Gerechtshof in Den Haag in openbare zitting bijeen, teneinde de mondelinge uiteenzettingen te horen van de partijen in het geschil tussen de Perzische regering en de Anglo-Iraanse Olie MaatschappijTwee der Britse vertegenwoordigers in een geanimeerd gesprek voor de aanvang der zit ting. Het zijn Attorney-general Sir Frank Soskice (rechts) en de juridische ad viseur bij het ministerie van Buitenlandse Zaken Sir Eric Beckett. .tt (Van onze Utrechtse correspondent) „Wij en het communisme" is een titel die allicht de idee wekt van twee tegen gestelde begrippen, doch zo heeft het bestuur der K.A.B. in het Aartsbisdom het niet bedoeld, toen het dit onder werp koos voor de studiedagen, van Vrijdag tot en met Zondag gehouden op het K.A.J.-Buitencentrum „De He- melbergh" te Schaarsbergen, de trots der •Kajotters. Ons doel is, aldus voorzitter L Zwanikken in zijn openingswoord, onze houding tegenover de communis tische infectie na te gaan en te zien, of en in hoeverre deze is binnengedrongen in ons leven, ons milieu, onze besturen, e.d. En mochten wij haar ontwaren, dan zullen wij zelf de kracht moeten tonen corrigerend op te treden en zelf zullen w(j daarvoor de verantwoordelijkheid durven en kunnen dragen. Aldus gedefinieerd zal dit onderwerp, naar de wens van het bestuur, het studieprogram vormen voor alle afde lingen in de komende wintermaanden, een program, waarvan de peilers eik in een der voordrachten verwerkt waren: God, de mens, het gezin, de maatschap pij en tenslotte het doordringen van^de drie laatste door de heilsgedachte. „God of pseudo-God" had pater Fidentius O.F.M. Cap. de eerste inleiding genoemd, Waarin hij duidelijk het pseudo-reli- gieuze karakter van het communisme schetste. Hierin ligt zijn werfkracht; hierin ook is het met zijn vals realisme de volstrekte tegenpool van de realiteit van het christendom. Slechts met God als middelpunt van het leven kan het practisch materialisme fel bestreden worden. De tweede dag werd geopend door dr. A. van der Wey O.Carm.. die de christelijke en de communistische ge zinsopvatting tegenover elkander stelde. Spr. gaf eerst een helder beeld van de drie_ stadia, die de communistische theo rie in de geschiedenis der mensheid on derscheidt en waaraan ook het beeld Dinsdag 3 Juli AMSTERDAM. Concertgebouw 11 uur Nap de Klijn- Alice Heksch. Stadsschouwburg 8.15 uur. Hommage a la danse classique. Carré 8 uur Leer om leer door Ned. Comedie. I.C.C. 8.30 uur Volksliederen door Harry van Oss. Tuschinski: Met eervol ontslag. Alhambra: God heeft de mensen no dig- Gebouw v. K. en W.: 8.30 Orfeo door Ned. Opera. Metropole-Tuschinski: Met eervol ont slag. SCHEVENINGEN. Kurzaal. 8.15 uur Hima Kesarcodi, klass. Hindoedansen. BLOEMEND AAL. Openluchttheater; 8.30 u. The Knigt of the burning pestle door Young Vic. van huwelijk en gezin moet correspon deren. Toen men echter in Rusland na de Revolutie de laatste phase van de „terugkeer" naar het paradijs" was in gegaan en men door het propageren van de vrije liefde, het vergemakkelijken van echtscheidingen etc. ook het huwe lijk tot de „paradijselijke" staat wilde terugbrengen, leidde dit tot een derge lijke zedenverwildering, dat de commu nistische leiders realisten als ze nu eenmaal zijn uiteindelijk met harde hand ingrepen. Velen in 't Westen zien nog niet de christelijke leer in, die Mos kou metterdaad heeft erkend: dat zonder een hecht huwelijk een sterke maat schappij onmogelijk is. Het Tweede Kamerlid, de heer B. A. A. Engelbertink, sprak vervolgens ever christelijke of communistische maatschappij-opvatting. Het gaat niet primair om het welvaartsniveau zo stelde spr., het is best mogelijk dat een Sovjet-staat over b.v. 50 jaar inder daad goedkoper en beter zou kunnen produceren. Maar de maatschappij is er voor de mens. terwij] in de Sovjet staat de mens slechts een productie middel is, dat zuiver economisch kan worden afgeschreven. In de namiddag sprak dr. ir. F. Teilegen over christe lijke of communistische mensopvatting. „Wat denkt u van de mens" is het uit gangspunt van elke levensbeschouwing en elk maatschappelijk stelsel, aldus de voorzitter der Kath. Actie. Daarom is het voor de christen zaak de valse leer van de mens slechts als schakel tus sen generaties en alleen als voort brenger van aardse goederen in zich zelf te overwinnen. Slechts zo kan men de waarheid ten volle dienen en de haat voor de leugen paren aan de liefde voor de mensen. De practijk van communistische pro paganda en katholiek apostolaat is ten slotte op de Zondagmorgen besproken door dr. A A. Olierook pr. Onder het motto „Ook van de vijand kan men leren" besprak de directeur van het Vormingsinstituut der K.A.B. achtereen volgens de communistische propaganda d.m v. de pers, systematische kadervor ming, bedrijfskernen, massa-organisatie en mantelorganisaties. Het katholiek apostolaat, de taak der Kerk buiten het kerkgebouw, staat daar tegenover. Het is de vervulling van Christus' opdracht door te leren, te leiden en te heiligen, in het gezinsleven, in het bedrijfsleven, 'n de rechtsorde en in het staatkundige leven. Dc leek heeft hier een taak, zo wel als hulp in de priesterlijke zielzorg in opdracht van de geestelijkheid De Maatschappij tot Uitvoering van Zuiderzeewerken heeft voorbereidingen getroffen om in de loop van deze week haar werkzaamheden aan de door haar aangenomen percelen van het bestek van de Oosterpolder te hervatten. Zoals men weet, is aan deze percelen sedert Kerst mis 1950 bijna niet meer gewerkt als door beïnvloeding van het maat schappelijk leven, het belangrijkste ar beidsveld van het lekenapostolaat. Hier ligt de meest verheven en eigentijdse taak van onze sociale organisaties, een taak, die dr. Olierook tot slot in haar verschillende vormen en mogelijkheden verduidelijkte. Advertentie op Huize „Bergen" bijwoonden, was in het geheel geen beletsel voor een ge zellige, ongedwongen sfeer. Integen deel! De spontane gezellige toespraak jes, waarin Mgr. Mutsaerts, burgemees ter Van Rijckevorsel en directeur Van Helden de buitenlandse gasten vereer den met Franse, Engelse en Duitse welkomstwoorden en wensen voor vruchtbare, prettige en leerzame dagen in Nederland droegen in niet geringe mate bij tot een opgewekte stemming. Turkije. Zwitserland, België, Luxem burg, Spanje, Canada. Italië, Frankrijk, Lichtenstein, Engeland, de Verenigde Staten en Indonesië waren op de ope ningsbijeenkomst vertegenwoordigd. De Duits eafgevaardigden zouden Zondag arriveren. Mej. mr. B. Twaalfhoven, nationaal- commissaresse der Ned. Gidsenbeweging heette alle aanwezigen hartelijk wel kom. Zij deelde mee, dat Mgr. P. Giob- be de deelneemsters zijn beste wensen voor het congres had doen toekomen en memoreerde de grote belangstelling van H. M. de Koningin, de bescherm vrouwe van de Nederlandse Gidsenbe weging. Donderdag a.s. zal H. M. te Soestdijk een persoonlijk onderhoud hebben met een gezelschap, waarin elk der deelnemende landen is vertegen woordigd. Het onderwerp van deze conferen tie. die tot 9 Juni duurt is „De gidsen beweging als hulp bij de opvoeding van de vrouwelijke jeugd". Dit onder werp zal in de loop der week door di verse sprekers van alle kanten worden belicht en door de deelneemsters wor den bediscussieerd. Daarnaast zullen de buitenlandse gas ten o.a. ook een bezoek brengen aan het Doofstommeninstituut te St. Michiels Gestel, Voorts nemen zij deel aan de feestdag der Gidsen, Maria Visitatie op 2 Juli, die gevierd wordt met een H. Mis in de St. Jan, een vlaggenparade en uitrei king van de witte margrieten als sym bool der dienstbaarheid op de Parade in Den Bosch en met een kampvuur. Voorts vermeldt het programma een bezoek aan de K.R.O.-studio en aan Am sterdam. De stemming, die op de openings bijeenkomst heerste ondanks de „spraakverwarring" „waarom leren we niet meteen allemaal Esperanto?", zuchtte een der aanwezigen, die beken de, dat ze het zelf ook niet spreekt belooft het beste voor het welslagen van deze tweejaarlijkse conferentie. Te Wenen is thans officieel medege deeld, dat de visumformaliteitèn tussen Nederland en Oostenrijk met ingang van gisteren zijn opgeheven. Advertentie Een „barstende" hoofdpijn, een tergende kiespijn, een slopende zenuwpijn overvallen U op het meest ongelegen ogen blik. Neem dan één of twee ...die helpen direct! J Naar wU vernemen kan thans wel als vaststaand worden aangenomen, dat Z.Em. Johannes Kardinaal de Jong in het midden van deze week, waarschijnlijk a.s. Woensdag, zijn in trek zal nemen bij de Zutsers van O.L. Vrouw te Amersfoort, wier rector hU in de jaren vóór de eerste wereld oorlog geweest is. Het huis waarin Z.Em. zich metterwoon zal vestigen staat in Amersfoort bekend als „het huis met de blauwe ruitjes" en is een bijna twee eeuwen oude patriciërs woning aan een der singels. Een le vensavond, rustiger dan zjjn zo bij zonder zware episcopaat, moge hem hier beschoren zijn. Hoewel men ons van de zijde van het Aartsbisdom hierover nog niet kon in lichten, achten wij het op grond van andere gegevens die ons ten dienste staan niet onwaarschijnlijk, dat Mgr Alfrink zich reeds in de loop van de komende week metterwoon aan de Utrechtse Maliebaan zal vestigen. Mgr. Alfrink zai als opvolger van Z.Em. Joh. Kardinaal de Jong voor zitter worden van de Sint Radboudstich- ting der R.K. Universiteit. (Van onze correspondent) Voor de Statenkring Goes der K.V.P. heeft Zaterdagmiddag de partijvoorzit ter, de heer W. J. Andriessen, gesproken over de na-oorlogse politiek der K.V.P., waarover zoals bekend is een dis cussie is ontstaan met prof. mr. F. Duyn- stee. Hangende het overleg ter zake wenste de heer Andriessen niet op deze kwestie in te gaan, maar wel gaf hjj uiting aan enkele wensen, die hierom trent bij hem leven. Zo sprak hij de hartgrondige hoop uit, dat de bestaande meningsverschillen zullen worden over brugd zonder dat aan de partijstructuur afbreuk wordt gedaan en met volledig bewaren van de eenheid, ook in organi satorisch opzicht. Tenslotte uitte de heer Andriessen de diepgevoelde wens, dat de meningsver schillen in politicis niet zullen leiden tot scherpe verhoudingen in sociaal op zicht. Dit zou wel een zeer betreurens waardige ontwikkeling zijn in deze pe riode van verwezenlijking der P.B.O. Hiervóór had de partijvoorzitter een overzicht van het beleid der K.V.P. ge geven. Uitvoerig behandelde spreker de resultaten, welke dank zij het optreden der fractie bereikt zijn met betrekking tot de middenstand. Er zijn echter nog desiderata. Het middenstandsbeleid moet op een gelijkwaardig niveau met het arbeids- en landbouwbeleid gebracht worden, waarvoor een speciaal apparaat en organen in de P.B.O. nodig worden In een Zaterdagavond gehouden ra diotoespraak heeft de minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorzie ning, de heer S. L. Mansholt, de hulp actie India van de Nederlandse Jeugd Gemeenschap ingeleid. De minister vroeg aandacht voor het zeer ernstige voedselprobleem in India. Er heerst na- Er kwam verbittering over hem, om hetgeen hij verloren had verbittering en de neiging tot wraak. De moordenaar moest worden gevonden. Onwillekeurig stelde hij zich een mager, stompzinnig gezicht voor boven kleren vol vlekken; een type „moordenaar" luk-raak samen gesteld uit krantenfoto's. Instinctief stel de hij dat type verantwoordelijk. Maar Mandel had gezegd: „Iedereen kan het gedaan hebben." Hij herinnerde zich die woorden in dezelfde doffe, egale toon waarmee de rechercheur ze had gesproken. Iedereen! Juffrouw Greer, de huis houdster, Pat Scully, de koster; het meisje! Hij keek boos op naar haar, on willekeurig kwam de beschuldiging hem op de lippen, zijn spieren spanden zich. Zij stond rustig bij het raam in de kale kamer onberispelijk gekleed, irriterend keurig, tot in de puntjes verzorgd; zij had het lege en opzettelijk onbekom merde van een mode-advertentie. „Juffrouw Conroy!" Hij bemerkte, dat hij tegen haar schreeuwde met iets bar baars in zijn stem. Die uitbarsting bracht hem weer tot zich zelf; hij moest den ken aan zijn plichten, zijn zelfbeheer sing en kon niets meer zeggen. Bijna op hetzelfde ogenblik werd er gebeld, het gerinkel vulde de stilte, die na zijn schreeuwen nog dieper was geworden. „Dat zal Mandel misschien zijn", zei hij op zachte, neutrale toon, zich schamend over zijn woede. Hij trachtte zich pas toor Kirkman in soortgelijke omstandig heden voor te stellen: bedaard, geduldig, minzaam, met een vredige blik in de oude ogen achter de brilleglazen. Maar zijn woede leidde -toch tot iets: hij kwam tot een besluit. „Ik zal hem over gisteravond vertellen", zei hij en het verwonderde hem, dat hij vriendelijk sprak. „We moeten alles doen wat we kunnen om te helpen". Mandel kwam op zijn afwezige ma nier binnen, zonder rechtstreeks naar het meisje te kijken. Hij knikte nors, toen ze aan elkaar werden voorgesteld. „Dat is uw portret, daar op het bureau van uw oom, is het niet"? vroeg hij. „Dezelfde ogen". Het meisje begreep hem niet. „De foto van je eerste heilige Communie", (Uit het Engels vertaald door André Noorbeek en uitgegeven door Het Spectrum, Utrecht.) zei de jonge priester. „Pastoor Kirkman was er erg op gesteld". Zij knikte langzaam. Mandel doorliep de gewone reeks vragen, die het meisje nogal stug beantwoordde. Haar gedach ten schenen elders te zijn, ofschoon zij zonder aarzeling sprak toidat Man del haar over de vorige avond onder vroeg. „Misschien kan ik u helpen", zei de jonge priester. „Wij zouden het erg op prijs stellen, als dit niet bekend werd gemaakt in de kranten of zo". Hij keek met een blik van verstandhouding naar het meisje. „Uit eerbied voor pas toor Kirkman". Mandel knikte en bleef objectief en onverschillig kijken. „Juf frouw Conroy", begon de jonge pries ter, „was van plan gisteravond een niet- kerkelijk huwelijk aan te gaan. Omdat zoiets in strijd is met de wetten van de Kerk, kon haar oom zich daarmee moei lijk verenigen". Zij had de ogen niet neergeslagen; zij keek hem recht in het gezicht, met koele beheersing, alsof zij benieuwd was, hoe hij het zou inkleden. „Toen ik terug kwam, na iemand van onze parochie te hebben bediend, ver zocht hij mij, haar achterna te gaan en te proberen, haar van dat plan af te brengen. Ik reed hier om ongeveer half negen vandaan ze zouden even over de grens van de staat trouwen, in Bel leville. Ik kwam daar tegen tienen en hij keek even naar het meisje, „ik kwam nog op tijd. Tegen middernacht waren we hier terug". Mandel maakte geen notities. Hij staarde afwezig naar de Sint Jozef in de hoek. „Dan moet u op de heenweg veel te hard hebben ge reden", mompelde Mandel. „Dat kan wel". Het meisje sloeg nu langzaam de ogen neer om op haar polshorloge te kijken. „Bent u nog steeds van plan te gaan trouwen, juffrouw" Mandel raad pleegde zijn notitieboekje „Juffrouw Conroy? Na een tijdje, bedoel ik". In de stilte kon de jonge priester zijn eigen adem onregelmatig horen gaan. Het meisje vertrok geen spier. Mandel staarde onafgebroken naar de punt van zijn potlood, draaide het rond in zijn hand en keek er nog eens terzijde naar. Die vraag was in zekere zin een peilen naar de invloed van de oude priester, de loyaliteit van het meisje, de gesteld heid van haar ziel op die stralende mor gen, terwijl het zonlicht door het raam stroomde en blonk op de geboende vloer, waar het bloed van een oude man een duidelijk zichtbare donkere vlek vormde bij de haard. „Ja", zei het meis je zacht, „ik ga trouwen". De priester bad smekend om genade voor het jonge, onafhankelijke wezen, dat daar op de harde pastorie-stoel zat. „Bent u blij dat hij dood is"? vroeg Mandel. De woorden vielen koel eh be daard in de stille kamer en ontploften niet vóór hun echo in het oor tot volle kracht kwam. alsof een bom, die er uitzag als een stuk speelgoed, op een ongelukkige manier was komen binnen rollen en onverhoeds uit elkaar sprong. „U heeft niet het recht zoiets te vra gen", zei het meisje opstaande, waarbij haar keurige pose plaats maakte voor een onbevallige houding van woede. „Ik probeer een moordenaar te vin den", zei Mandel bijna klaaglijk. „De moordenaar van uw oom. Die vraag is heel gewoon. U was op dat ogenblik mij len ver weg. En dat wordt bevestigd door een priester. Al wat ik weten wil is „Goed, ik ben er blij om." De stem van het meisje was zacht, maar intens, ge stuwd door toorn. „Ik ben er blij om. Waarom niet? Mijn hele leven heeft hij me op m'n kop gezeten, bij alles zat hij me dwars. Overal bemoeide hij zich mee. Waarom zou ik dan niet blij zijn?" Ze begon te huilen; slapjes zakte ze terug op haar stoel en alles wat er nog over was van het beeld van de gereserveerde, ongenaakbare jonge vrouw verdween; ze huilde, als was ze nog het groot-ogige kind van de foto. „Kom, kom." zei de jonge priester. „Dat is alles, wat ik wilde weten." zei Mandel opstaande en zijn notitieboekje dichtklappend. Hij keek schuw naar de jonge priester. „Ik ben iets te weten ge komen, eerwaarde. We hebben de buren ondervraagd. Een vrouw van de overkant heeft verteld, dat ze gisteravond om on geveer negen uur iemand hier heeft zien binnengaan. Een man, zei ze. Zij is ove rigens bijziende." Wordt vervolgd). melijk in belangrijke delen van dat lana hongersnood. Spr. herinnerde de luis teraars aan de verschrikkelijke honger winter van 19441945 om hen te doen beseffen wat het betekent als in dat grote land met zijn millioenen-bevolking ernstig wordt geleden door een tekort aan de meest elementaire voeding. We hebben toch duidelijk ondervon den welk een redding uit de nood zelfs betrekkelijk kleine zendingen konden betekenen. Wij leven nu in een zekere overvloed, zo zeide de minister verder o.m, en wij dreigen maar al te gemak kelijk voorbij te gaan aan het feit, dat op ditzelfde moment millioenen mensen in India grote ontberingen moeten doorstaan. We mogen ons er niet afma ken met te zeggen: „Och, dat land is zo ver." Wil er werkelijk sprake zijn van Samenwerking tussen de volkeren, dan moet dat blijken uit daden, uit dat gene wat we over hebben voor anderen. Vooral het laatste jaar heeft de land bouw in India met grote tegenslagen te kampen. Ernstige overstromingen, ge volgd door droogteperioden, hebben in verschillende delen de productie tot 1/5 deel teruggebracht. Daarnaast neemt India's bevolking snel toe. Door de Vereniging Nederland-India- Pakistan wordt nu samen met de Ne derlandse Jeugdgemeenschap een hulp actie georganiseerd om voedsel naar In dia te zenden. Melkpoeder, geconden seerde melk, gedroogde groente, ge droogde aardappelen zijn producten, die we zelf voortbrengen, waarvan wij kun nen afstaan aan dat zwaar geteisterde land en die geschikt zijn om daarheen te zenden. Spr. deed tenslotte een dringend be roep op allen de actie te doen slagen. geacht. In het overgangsstadium achtte spr. een alzijdige ën structurele midden- standspolitiek noodzakelijk. Ook dienen de zelfstandig-werkenden beneden de loongrens der sociale verzekering in de rechten dier verzekering te delen. Prijspolitiek is voor de midden stands-ondernemer loonpolitiek en meer dan dat, zo betoogde spreker. In de prijs moet naast het loon voor de arbeid van hem en zijn gezinsleden ook de grondslag voor de kapitalisatie van zijn onderneming en voor zijn so ciale zekerheid aanwezig zijn. De ver vangingswaarde moet voor normale voorwaarden berekend kunnen wor den met het oog op de toekomstige financiering van zijn onderneming. Nodig is een organisme, dat in samen werking met het Economisch Instituut voor de Middenstand zeer actief en stelselmatig wijdt aan de bedrijfseco nomische en bedrijfstechnische voor lichting van de middenstand. Op één Nederlander heeft de Vei- lig-Verkeeractie kennelijk geen vat gehad: in Meppel is de bestuurder van een door een zestig cc-moiat aangedreven.... „step' tegen een stilstaande cAito opgereden. De be stuurder teldedrie lentes. De kleuter liep een gescheurde lip op en is ter observatie in het Diaconee- senhuis opgenomen. Was de jongen ouder geweest en dus iemand die geacht wordt de wet te kennen, dan had hij processen- verbaal kunnen krijgen wegens het rijden zonder rijbewijs, zonder we- genbelastingkaart, zonder nummer- bewijs en zonder dat het voertuig een rem bezat. De „motor-step" behoorde aan de 13-jarige H. B. Deze mocht er na tuurlijk niet mee op de weg ver schijnen: hij had haar aan de dreu mes geleend! Een aantal bladen te Djakarta heeft in hoofdartikelen scherpe critiek uitge oefend op het Indonesische kabinet. De „Pedoman" vraagt zich af, of de demo cratie nog niet tot het inzicht is geko men, dat het tegenwoordige kabinet absoluut incompetent is, zodat het zaak wordt naar andere wegen te zoeken om het land te redden. „Keng Po" wijst op de tekortkomingen en zwakheden van het kabinet-Sukiman, waar volgens het blad een gecoördi neerde samenwerking vrijwel geheel ontbreekt. „Een dergelijke situatie is wel grappig in een cabaretnummer, maar helemaal niet in de tegenwoordige positie van het land." Het blad van de Masjumi, „Abadi", zegt, dat het volk meer aan persoonlijk heden dan aan politieke beginselen haar vertrouwen geeft. Het zet uiteen, dat het huidige coalitie-kabinet is samenge steld uit partijvertegenwoordigers, waar bij in de eerste plaats gelet is of de betrokken persoonlijkheden aantrekke lijk waren voor het volk. „De Nieuwsgier" schrijft in een hoofd artikel: „Niemand heeft meer vertrou wen in dit kabinet, dat in de eerste plaats op vertrouwen was gebaseerd. Wij critiseren niet, wij constateren slechts." De kersenteelt in de Betuwe de kersenstreek bij uitstek loopt ernstig gevaar. De pluklonen en de lonen der „spreeuwenkeerders" zijn dusdanig hoog, dat de telers met grote verliezen wer ken en er toe overgaan duizenden bo men in de komende winters te rooien. Alleen de meubelfabriek in Culemborg heeft vijfduizend bomen aangekocht." Dit iverd medegedeeld op een perscon ferentie, die gehouden werd door het V.V.V.-bestuur „Geldermalsen en Om streken" in samenwerking met de Ne derlandse Fruittelers Organisatie. De hoge pluklonen van f 15 per dag, (keerders krijgen zelfs f 20), worden veroorzaakt door het feit dat er geen plukkers met vakkennis te krijgen zijn. Ongetwijfeld hebben de kersentelers goede jaren gehad, doch dit schijnt voorbij te zijn. De teler heeft thans moeite het bedrijf gaande te houden. Naast de hoge pluklonen zijn ook de kosten van de grondstoffen, bemesting, bespuiting enz. te hoog. Voorts heeft de hagel vorig jaar en afgelopen week veel schade berokkend. De halfzure smaak van de kers vindt vrijwel alléén waardering in de Betuwe. Utrecht, Noord- en Zuid-Holland. Het andere deel van ons la'nd heeft liever de zoete kersen. Meer waardering voor de meikers in ons land zou het afzet gebied vergroten. Dat de teler met groot verlies werkt blijkt uit de volgende cijfers: zijn pro ductie-kosten in 1948 berekend bij een opbrengst van 5.000 k.g. per h.a. bedroe gen 62 cent per kg. De veilingprijs was in 1946 f 1.70 per k.g., in 1947 f 0.82 per k.g.. in 1948 f 0.63. in 1949 f 0.46 per k.g. en in 1950 f 0.50. Voor 1951 zijn de vei- lingprijzen nog niet bekend, doch de productiekosten zijn weer hoger. Bij Kon. Besl. is aan F. E. Everwijn Lange, op zijn verzoek, met ingang van 1 Juli eervol ontslag verleend als bur gemeester der gemeente Maarn. Mr. dr. R. H. baron De Vos van Steen- wijk, commissaris van de Koningin in de provincie Drenthe, is benoemd tot groot officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1951 | | pagina 3