TBÖpJjy
Internationaal Gerechtshof beraadt zich
over het Britse verzoek
"Eric de ls/oofman: DE Pt^US DEP WPAKE
STUDIEDAGEN K.A.B. IN AARTSBISDOM
Old mac
ER
HEERST HONGERSNOOD
IN INDIA
TOT DE RAND VAN DE AFGROND
Twee Perzen woonden als waarnemers
deel van de zitting bij
GIDSEN UIT VELERLEI LANDEN IN
VUGHT BIJEEN
Meningsverschillen moeten niet tot
scherpe verhoudingen leiden
Hulpactie moet
slagen
KERSENTEELT IN BETUWE BEDREIGD
i
AKKERTJES
Tweejaarlijkse internationale conferentie
ONDERWERP: Wij en het communisme
FESTIVAL-AGENDA
Voortzetting werken
in Oosterpolder
Hoofdpijn
KARDINAAL DE JONG
Sociale zekerheid voor
de middenstand
Verkeersduiveltje van
drie jaar
SCHERPE CRITIEK OP
INDON. KABINET
Duizenden bomen
worden gerooid
MAANDAG 2 JULI 1951
PAGINA 3
Voor nu en nog's... Broches!
v«G(NfA VS
0.85
//ET OLIEGESCHIL TUSSEN PERZIË EN ENGELAND
Dezer dagen uitspraak
's gravenhage.
GEEN VISUM MEER VOOR
OOSTENRIJK
Deze week reeds naar
Amersfoort
ANDRIESSEN OVER POLITIEK DER K.V.P.
Minister Mansholt
DOOR LEO BRADY
29
Met „motor-step" op
de verkeersweg
Burgemeester van Maarn
gaat heen
Onderscheiding
Advertentie
(Van onze Haagse redacteur)
Or. Ali Chayegan, lid van het Perzische parlement en tevens van de gemengde
olie-commissie, is eer. vriendelijk slachtoffer bjj een ondervraging en zijn kleine
metgezel, Hassan Sadra, uit Teheran, heeft snel een glimlach gereed. Met Wes
terse ogen ziet men het deze twee Perzen niet aan, dat zij zo nauw betrokken
lijn bij een conflict, dat in het brandpunt van de wereldbelangstelling staat
maar het is bijzonder moeilijk vat te krijgen op deze waarnemers, die steeds de
bekende politieke aspecten belichten bij een gelegenheid, waar bij uitstek de
juridische kant van de zaak aan de orde is. Wij spraken de beide heren Zater
dag in het Vredespaleis, waar zij niet als gedelegeerden van Iran optraden het
leeg blijven van de voor hen gereserveerde plaatsen trok zeker zoveel aandacht
ais de bijna coquette pruiken van de Engelse advocaten ter andere zijde maar
toch wel als toeschouwers blijk gaven van hun belangstelling gedurende een
deel van de zitting, welke het Internationaal Gerechtshof wijdde aan de behan
deling van het Britse verzoek om tussentijdse maatregelen aan te geven ter be
scherming van de Anglo-Iranian Oil Company.
tijen medegedeeld. Het zal eerder een
kwestie van dagen dan van weken zijn,
naar de indruk van een Britse zegsman.
De Britse Procureur-Generaal Sir
Frank Soskice, die bij de behandeling
van het Perzische olie-geschil voor het
Internationaal Hof van Justitie als ver
tegenwoordiger van Groot-Brittannië is
opgetreden, verklaarde gisteren te Lon
den bij zijn terugkeer uit Den Haag dat
hij binnen enkele dagen een beslissing
van het Hof verwachtte.
Groot-Brittannië heeft het Hof ver
zocht Iran te gelasten het overnemen
der eigendommen der Anglo-Iraanse
Oliemaatschappij te staken in afwach
ting van de beslissing of de Perzen wet
telijk het recht hebben de onderneming
te nationaliseren.
3 Met een zucht van voldoening kijkt Likar naar hel spartelende konijn. Honger
heeft hij als nooit tevoren. Als een bedelaar, denkt hij bitter, strikken zetten! Maar
wat moet hij anders doen? Zwaard en boog heeft hij achter moeten laten op zijn
overhaaste vlucht De onverwachte snelle ineenstorting van Wcndir's samenzwering
tegen de koning liet hem geen tijd meer om voorzorgsmaatregelen te nemen.
Een konijn om blij mee te zijn, denkt hij weer schamper. Wel hij zal een vuur
aanleggen en
„Laat lopen dat dier!" klinkt hem eensklaps bevelend in de oren.
Verwonderd wendt Likar zich om. Hij ziet de reusachtige gestalte van Hovm op
zich toekomen
„Vervloekte beul!" scheldt Hovtn kwaadaardig, „loslaten, of ik zal eens een strik
"°Likar ziet^hem minachtend aan. Onwillekeurig strekt hij de rug wat rechter. Wat
verbeeldt die grootschreeuwer zich wel?
„Mijn jachtbuit gaat u niets aan!" zegt hij scboudemphatcnd. Gy zyt zelcer familie
van mijn konijn?" Honend wijst hv op de dtcre.iuellen uan Hoving ktodtng.
„Ellendige lafaard!" gromt Hovm, „tegen weerloze dieren,
u laten zien!"
hè? Iets anders zal ik
Met gebalde vuisten treedt hij op Likar toe. Onbewogen ziet deze hem komen.
Maar dan gebeurt er iets wat Likar, die altijd trots is geweest op zijn krachtige ge
stalte en gespierde bouw, nog nooit is overkomen. Als mokers komen de vuisten
van de vreemde reus op hem neer. Een paar slagen kan hij afweren, maar dan is
het feitelijk al gedaan. Hij voelt zich meegesleurd in een wervelwind van tomeloos
geweld, dat zijn armen verlamt en zijn benen doet wankelen, dat de lucht uit zijn
longen perst en zijn ogen verduistert.
Met 'n vreemd-licht gevoel van verwondering zakt hij ineen. Wanneer inj de ogen
weer opslaat, ziet hij als door een waas verscheidene mannen om zich heen staan
en van heel ver dringt een stem. tot hem door:
„Een pijl tot besluit, heer Hovin?"
„Neen!" zegt een andere stem, „spaar die pijl maar. Een prikje met mijn speer
heer Hovin?"
„Neen," klinkt het weer en nu herkent Likar de stem van de reusachtige vreem
deling. „Neen, geen pijl en geen speer. Dit mannetje krijgt iets anders om aan mij
te denken!"
Er valt een ogenblik van onheilspellende stilte. Dan gaat Hovin langzaam en drei-
gend voort„Haal een touw!"
De Perzische waarnemers meenden,
dat eerst de kwestie van de competen
tie van het Hof diende te worden uit
gemaakt voordat die maatregelen aan
de orde zouden kunnen komen. De
Britse „Attorney-General", Sir Frank
Soskice, heeft zich daarentegen' in een
zeer groot deel van zijn uiteenzetting,
welke met de vertalingen in het Frans
mee ruim vier uren in beslag nam, be
ijverd om aan te tonen, dat ook zonder
dat het Hof zich reeds competent zou
hebben verklaard de beschermende
maatregelen aangegeven konden wor
den.
De gang van zaken bij tal van ge
schillen in het vèrleden, werd ter sta
ving van deze stelling gereleveerd.
Langzaam en nadrukkelijk droeg de
Britse vertegenwoordiger zijn betoog
voor. In de ochtendzitting was er een
volle gerechtszaal met vele leden van
net Corps Diplomatique en een druk
bezette publieke tribune om de behan
deling van deze actuele kwestie mee
te maken; s middags verflauwde als
steeds de belangsteling, hoewel de
sfeer deze dag toch aanmerkelijk le
vendiger bleef dan bij andere zaken,
welke de laatste jaren voor het Hof
zijn gekomen en die minder gemak
kelijk spraken tot de fantasie.
Sir Soskice schetste uitvoerig het bij
zondere karakter van de olieindustrie
m Iran, welke speciale deskundigen no
dig heeftzijn schildering van de ont
zetlende gevolgen, welke branden in de
raffinaderij van Abadan zouden mee
brengen, was één waarschuwing tot het
betrachten van spoed en uit de vele
cijfers, die hij niet zonder trots in zijn
betoog vlocht, sprak overduidelijk wel
ke grote belangden er hier op het spel
staan belangen voor de maatschap
pij, doch ook voor de welvaart van het
land, zo klonk het in deze redevoering.
Dit alles om tenslotte te stellen, dat
de Perzische olie alleen gered kan wor
den van onherstelbare verliezen, als de
Anglo Iranian, wat de essentie der zaak
aangaat, kan blijven werken, zoals zij
voorheen deed een handhaving van
de status quo derhalve tot over het ge
schil zelf uitspraak is gedaan.
Hiermee hadden de Britten alles ge
zegd wat zij op het hart hadden, zodat
in tegenstelling tot hun eigen verwach
ting, dat er wellicht ook Zondag nog
een zitting zou moeten worden gehou
den, de president van het Hof. dr. Jules
Basdevant. om even over half zes Za
terdagmiddag de mondelinge behande
ling voor gesloten kon verklaren. Het
Hof behoudt zich het recht voor zo no
dig nog nadere toelichtingen te vragen.
De datum waarop een beslissing in de
zaak zal vallen wordt nog aan de par-
Dat Mgr. W. Mutsaerts, bisschop van
's-Hertogenbosch, mr. F. van Rijckevor-
sel, burgemeester van Vught, vertegen
woordigsters van zuster (-en broeder)
verenigingen en aalmoezeniers uit Bel
gië, Frankrijk en Zwitserland de ope
ningsplechtigheid van de internationa
le conferentie van de Gidsenbeweging
Het Internationaal Gerechtshof in Den Haag in openbare zitting bijeen,
teneinde de mondelinge uiteenzettingen te horen van de partijen in het geschil
tussen de Perzische regering en de Anglo-Iraanse Olie MaatschappijTwee der
Britse vertegenwoordigers in een geanimeerd gesprek voor de aanvang der zit
ting. Het zijn Attorney-general Sir Frank Soskice (rechts) en de juridische ad
viseur bij het ministerie van Buitenlandse Zaken Sir Eric Beckett.
.tt
(Van onze Utrechtse correspondent)
„Wij en het communisme" is een titel
die allicht de idee wekt van twee tegen
gestelde begrippen, doch zo heeft het
bestuur der K.A.B. in het Aartsbisdom
het niet bedoeld, toen het dit onder
werp koos voor de studiedagen, van
Vrijdag tot en met Zondag gehouden
op het K.A.J.-Buitencentrum „De He-
melbergh" te Schaarsbergen, de trots der
•Kajotters. Ons doel is, aldus voorzitter
L Zwanikken in zijn openingswoord,
onze houding tegenover de communis
tische infectie na te gaan en te zien, of
en in hoeverre deze is binnengedrongen
in ons leven, ons milieu, onze besturen,
e.d. En mochten wij haar ontwaren, dan
zullen wij zelf de kracht moeten tonen
corrigerend op te treden en zelf zullen
w(j daarvoor de verantwoordelijkheid
durven en kunnen dragen.
Aldus gedefinieerd zal dit onderwerp,
naar de wens van het bestuur, het
studieprogram vormen voor alle afde
lingen in de komende wintermaanden,
een program, waarvan de peilers eik in
een der voordrachten verwerkt waren:
God, de mens, het gezin, de maatschap
pij en tenslotte het doordringen van^de
drie laatste door de heilsgedachte. „God
of pseudo-God" had pater Fidentius
O.F.M. Cap. de eerste inleiding genoemd,
Waarin hij duidelijk het pseudo-reli-
gieuze karakter van het communisme
schetste. Hierin ligt zijn werfkracht;
hierin ook is het met zijn vals realisme
de volstrekte tegenpool van de realiteit
van het christendom. Slechts met God
als middelpunt van het leven kan het
practisch materialisme fel bestreden
worden.
De tweede dag werd geopend door
dr. A. van der Wey O.Carm.. die de
christelijke en de communistische ge
zinsopvatting tegenover elkander stelde.
Spr. gaf eerst een helder beeld van de
drie_ stadia, die de communistische theo
rie in de geschiedenis der mensheid on
derscheidt en waaraan ook het beeld
Dinsdag 3 Juli
AMSTERDAM.
Concertgebouw 11 uur Nap de Klijn-
Alice Heksch.
Stadsschouwburg 8.15 uur. Hommage
a la danse classique.
Carré 8 uur Leer om leer door Ned.
Comedie.
I.C.C. 8.30 uur Volksliederen door
Harry van Oss.
Tuschinski: Met eervol ontslag.
Alhambra: God heeft de mensen no
dig-
Gebouw v. K. en W.: 8.30 Orfeo door
Ned. Opera.
Metropole-Tuschinski: Met eervol ont
slag.
SCHEVENINGEN.
Kurzaal. 8.15 uur Hima Kesarcodi,
klass. Hindoedansen.
BLOEMEND AAL.
Openluchttheater; 8.30 u. The Knigt
of the burning pestle door Young Vic.
van huwelijk en gezin moet correspon
deren. Toen men echter in Rusland na
de Revolutie de laatste phase van de
„terugkeer" naar het paradijs" was in
gegaan en men door het propageren van
de vrije liefde, het vergemakkelijken
van echtscheidingen etc. ook het huwe
lijk tot de „paradijselijke" staat wilde
terugbrengen, leidde dit tot een derge
lijke zedenverwildering, dat de commu
nistische leiders realisten als ze nu
eenmaal zijn uiteindelijk met harde
hand ingrepen. Velen in 't Westen zien
nog niet de christelijke leer in, die Mos
kou metterdaad heeft erkend: dat zonder
een hecht huwelijk een sterke maat
schappij onmogelijk is.
Het Tweede Kamerlid, de heer B. A.
A. Engelbertink, sprak vervolgens
ever christelijke of communistische
maatschappij-opvatting. Het gaat niet
primair om het welvaartsniveau zo
stelde spr., het is best mogelijk dat een
Sovjet-staat over b.v. 50 jaar inder
daad goedkoper en beter zou kunnen
produceren. Maar de maatschappij is
er voor de mens. terwij] in de Sovjet
staat de mens slechts een productie
middel is, dat zuiver economisch kan
worden afgeschreven. In de namiddag
sprak dr. ir. F. Teilegen over christe
lijke of communistische mensopvatting.
„Wat denkt u van de mens" is het uit
gangspunt van elke levensbeschouwing
en elk maatschappelijk stelsel, aldus de
voorzitter der Kath. Actie. Daarom is
het voor de christen zaak de valse leer
van de mens slechts als schakel tus
sen generaties en alleen als voort
brenger van aardse goederen in zich
zelf te overwinnen. Slechts zo kan men
de waarheid ten volle dienen en de
haat voor de leugen paren aan de
liefde voor de mensen.
De practijk van communistische pro
paganda en katholiek apostolaat is ten
slotte op de Zondagmorgen besproken
door dr. A A. Olierook pr. Onder het
motto „Ook van de vijand kan men
leren" besprak de directeur van het
Vormingsinstituut der K.A.B. achtereen
volgens de communistische propaganda
d.m v. de pers, systematische kadervor
ming, bedrijfskernen, massa-organisatie
en mantelorganisaties. Het katholiek
apostolaat, de taak der Kerk buiten het
kerkgebouw, staat daar tegenover. Het
is de vervulling van Christus' opdracht
door te leren, te leiden en te heiligen,
in het gezinsleven, in het bedrijfsleven,
'n de rechtsorde en in het staatkundige
leven. Dc leek heeft hier een taak, zo
wel als hulp in de priesterlijke zielzorg
in opdracht van de geestelijkheid
De Maatschappij tot Uitvoering van
Zuiderzeewerken heeft voorbereidingen
getroffen om in de loop van deze week
haar werkzaamheden aan de door haar
aangenomen percelen van het bestek van
de Oosterpolder te hervatten. Zoals men
weet, is aan deze percelen sedert Kerst
mis 1950 bijna niet meer gewerkt
als door beïnvloeding van het maat
schappelijk leven, het belangrijkste ar
beidsveld van het lekenapostolaat. Hier
ligt de meest verheven en eigentijdse
taak van onze sociale organisaties, een
taak, die dr. Olierook tot slot in haar
verschillende vormen en mogelijkheden
verduidelijkte.
Advertentie
op Huize „Bergen" bijwoonden, was in
het geheel geen beletsel voor een ge
zellige, ongedwongen sfeer. Integen
deel! De spontane gezellige toespraak
jes, waarin Mgr. Mutsaerts, burgemees
ter Van Rijckevorsel en directeur Van
Helden de buitenlandse gasten vereer
den met Franse, Engelse en Duitse
welkomstwoorden en wensen voor
vruchtbare, prettige en leerzame dagen
in Nederland droegen in niet geringe
mate bij tot een opgewekte stemming.
Turkije. Zwitserland, België, Luxem
burg, Spanje, Canada. Italië, Frankrijk,
Lichtenstein, Engeland, de Verenigde
Staten en Indonesië waren op de ope
ningsbijeenkomst vertegenwoordigd. De
Duits eafgevaardigden zouden Zondag
arriveren.
Mej. mr. B. Twaalfhoven, nationaal-
commissaresse der Ned. Gidsenbeweging
heette alle aanwezigen hartelijk wel
kom. Zij deelde mee, dat Mgr. P. Giob-
be de deelneemsters zijn beste wensen
voor het congres had doen toekomen en
memoreerde de grote belangstelling
van H. M. de Koningin, de bescherm
vrouwe van de Nederlandse Gidsenbe
weging. Donderdag a.s. zal H. M. te
Soestdijk een persoonlijk onderhoud
hebben met een gezelschap, waarin elk
der deelnemende landen is vertegen
woordigd.
Het onderwerp van deze conferen
tie. die tot 9 Juni duurt is „De gidsen
beweging als hulp bij de opvoeding
van de vrouwelijke jeugd". Dit onder
werp zal in de loop der week door di
verse sprekers van alle kanten worden
belicht en door de deelneemsters wor
den bediscussieerd.
Daarnaast zullen de buitenlandse gas
ten o.a. ook een bezoek brengen aan het
Doofstommeninstituut te St. Michiels
Gestel,
Voorts nemen zij deel aan de feestdag
der Gidsen, Maria Visitatie op 2 Juli,
die gevierd wordt met een H. Mis in de
St. Jan, een vlaggenparade en uitrei
king van de witte margrieten als sym
bool der dienstbaarheid op de Parade in
Den Bosch en met een kampvuur.
Voorts vermeldt het programma een
bezoek aan de K.R.O.-studio en aan Am
sterdam.
De stemming, die op de openings
bijeenkomst heerste ondanks de
„spraakverwarring" „waarom leren
we niet meteen allemaal Esperanto?",
zuchtte een der aanwezigen, die beken
de, dat ze het zelf ook niet spreekt
belooft het beste voor het welslagen
van deze tweejaarlijkse conferentie.
Te Wenen is thans officieel medege
deeld, dat de visumformaliteitèn tussen
Nederland en Oostenrijk met ingang van
gisteren zijn opgeheven.
Advertentie
Een „barstende" hoofdpijn, een
tergende kiespijn, een slopende
zenuwpijn overvallen U op
het meest ongelegen ogen
blik. Neem dan één of twee
...die helpen direct! J
Naar wU vernemen kan thans wel
als vaststaand worden aangenomen,
dat Z.Em. Johannes Kardinaal de
Jong in het midden van deze week,
waarschijnlijk a.s. Woensdag, zijn in
trek zal nemen bij de Zutsers van
O.L. Vrouw te Amersfoort, wier rector
hU in de jaren vóór de eerste wereld
oorlog geweest is. Het huis waarin
Z.Em. zich metterwoon zal vestigen
staat in Amersfoort bekend als „het
huis met de blauwe ruitjes" en is een
bijna twee eeuwen oude patriciërs
woning aan een der singels. Een le
vensavond, rustiger dan zjjn zo bij
zonder zware episcopaat, moge hem
hier beschoren zijn.
Hoewel men ons van de zijde van het
Aartsbisdom hierover nog niet kon in
lichten, achten wij het op grond van
andere gegevens die ons ten dienste
staan niet onwaarschijnlijk, dat Mgr
Alfrink zich reeds in de loop van de
komende week metterwoon aan de
Utrechtse Maliebaan zal vestigen.
Mgr. Alfrink zai als opvolger van
Z.Em. Joh. Kardinaal de Jong voor
zitter worden van de Sint Radboudstich-
ting der R.K. Universiteit.
(Van onze correspondent)
Voor de Statenkring Goes der K.V.P.
heeft Zaterdagmiddag de partijvoorzit
ter, de heer W. J. Andriessen, gesproken
over de na-oorlogse politiek der K.V.P.,
waarover zoals bekend is een dis
cussie is ontstaan met prof. mr. F. Duyn-
stee. Hangende het overleg ter zake
wenste de heer Andriessen niet op deze
kwestie in te gaan, maar wel gaf hjj
uiting aan enkele wensen, die hierom
trent bij hem leven. Zo sprak hij de
hartgrondige hoop uit, dat de bestaande
meningsverschillen zullen worden over
brugd zonder dat aan de partijstructuur
afbreuk wordt gedaan en met volledig
bewaren van de eenheid, ook in organi
satorisch opzicht.
Tenslotte uitte de heer Andriessen de
diepgevoelde wens, dat de meningsver
schillen in politicis niet zullen leiden
tot scherpe verhoudingen in sociaal op
zicht. Dit zou wel een zeer betreurens
waardige ontwikkeling zijn in deze pe
riode van verwezenlijking der P.B.O.
Hiervóór had de partijvoorzitter een
overzicht van het beleid der K.V.P. ge
geven. Uitvoerig behandelde spreker de
resultaten, welke dank zij het optreden
der fractie bereikt zijn met betrekking
tot de middenstand. Er zijn echter nog
desiderata. Het middenstandsbeleid moet
op een gelijkwaardig niveau met het
arbeids- en landbouwbeleid gebracht
worden, waarvoor een speciaal apparaat
en organen in de P.B.O. nodig worden
In een Zaterdagavond gehouden ra
diotoespraak heeft de minister van
Landbouw, Visserij en Voedselvoorzie
ning, de heer S. L. Mansholt, de hulp
actie India van de Nederlandse Jeugd
Gemeenschap ingeleid. De minister
vroeg aandacht voor het zeer ernstige
voedselprobleem in India. Er heerst na-
Er kwam verbittering over hem, om
hetgeen hij verloren had verbittering
en de neiging tot wraak. De moordenaar
moest worden gevonden. Onwillekeurig
stelde hij zich een mager, stompzinnig
gezicht voor boven kleren vol vlekken;
een type „moordenaar" luk-raak samen
gesteld uit krantenfoto's. Instinctief stel
de hij dat type verantwoordelijk. Maar
Mandel had gezegd: „Iedereen kan
het gedaan hebben." Hij herinnerde zich
die woorden in dezelfde doffe, egale
toon waarmee de rechercheur ze had
gesproken.
Iedereen! Juffrouw Greer, de huis
houdster, Pat Scully, de koster; het
meisje! Hij keek boos op naar haar, on
willekeurig kwam de beschuldiging hem
op de lippen, zijn spieren spanden zich.
Zij stond rustig bij het raam in de kale
kamer onberispelijk gekleed, irriterend
keurig, tot in de puntjes verzorgd; zij
had het lege en opzettelijk onbekom
merde van een mode-advertentie.
„Juffrouw Conroy!" Hij bemerkte, dat
hij tegen haar schreeuwde met iets bar
baars in zijn stem. Die uitbarsting bracht
hem weer tot zich zelf; hij moest den
ken aan zijn plichten, zijn zelfbeheer
sing en kon niets meer zeggen. Bijna
op hetzelfde ogenblik werd er gebeld,
het gerinkel vulde de stilte, die na zijn
schreeuwen nog dieper was geworden.
„Dat zal Mandel misschien zijn", zei hij
op zachte, neutrale toon, zich schamend
over zijn woede. Hij trachtte zich pas
toor Kirkman in soortgelijke omstandig
heden voor te stellen: bedaard, geduldig,
minzaam, met een vredige blik in de
oude ogen achter de brilleglazen. Maar
zijn woede leidde -toch tot iets: hij
kwam tot een besluit. „Ik zal hem over
gisteravond vertellen", zei hij en het
verwonderde hem, dat hij vriendelijk
sprak. „We moeten alles doen wat we
kunnen om te helpen".
Mandel kwam op zijn afwezige ma
nier binnen, zonder rechtstreeks naar
het meisje te kijken. Hij knikte nors,
toen ze aan elkaar werden voorgesteld.
„Dat is uw portret, daar op het bureau
van uw oom, is het niet"? vroeg hij.
„Dezelfde ogen".
Het meisje begreep hem niet. „De
foto van je eerste heilige Communie",
(Uit het Engels vertaald door André Noorbeek
en uitgegeven door Het Spectrum, Utrecht.)
zei de jonge priester. „Pastoor Kirkman
was er erg op gesteld".
Zij knikte langzaam. Mandel doorliep
de gewone reeks vragen, die het meisje
nogal stug beantwoordde. Haar gedach
ten schenen elders te zijn, ofschoon zij
zonder aarzeling sprak toidat Man
del haar over de vorige avond onder
vroeg.
„Misschien kan ik u helpen", zei de
jonge priester. „Wij zouden het erg op
prijs stellen, als dit niet bekend werd
gemaakt in de kranten of zo". Hij
keek met een blik van verstandhouding
naar het meisje. „Uit eerbied voor pas
toor Kirkman". Mandel knikte en bleef
objectief en onverschillig kijken. „Juf
frouw Conroy", begon de jonge pries
ter, „was van plan gisteravond een niet-
kerkelijk huwelijk aan te gaan. Omdat
zoiets in strijd is met de wetten van de
Kerk, kon haar oom zich daarmee moei
lijk verenigen". Zij had de ogen niet
neergeslagen; zij keek hem recht in het
gezicht, met koele beheersing, alsof zij
benieuwd was, hoe hij het zou inkleden.
„Toen ik terug kwam, na iemand van
onze parochie te hebben bediend, ver
zocht hij mij, haar achterna te gaan en
te proberen, haar van dat plan af te
brengen. Ik reed hier om ongeveer half
negen vandaan ze zouden even over
de grens van de staat trouwen, in Bel
leville. Ik kwam daar tegen tienen en
hij keek even naar het meisje, „ik
kwam nog op tijd. Tegen middernacht
waren we hier terug". Mandel maakte
geen notities. Hij staarde afwezig naar
de Sint Jozef in de hoek. „Dan moet u
op de heenweg veel te hard hebben ge
reden", mompelde Mandel.
„Dat kan wel". Het meisje sloeg nu
langzaam de ogen neer om op haar
polshorloge te kijken.
„Bent u nog steeds van plan te gaan
trouwen, juffrouw" Mandel raad
pleegde zijn notitieboekje „Juffrouw
Conroy? Na een tijdje, bedoel ik".
In de stilte kon de jonge priester zijn
eigen adem onregelmatig horen gaan.
Het meisje vertrok geen spier. Mandel
staarde onafgebroken naar de punt van
zijn potlood, draaide het rond in zijn
hand en keek er nog eens terzijde naar.
Die vraag was in zekere zin een peilen
naar de invloed van de oude priester,
de loyaliteit van het meisje, de gesteld
heid van haar ziel op die stralende mor
gen, terwijl het zonlicht door het raam
stroomde en blonk op de geboende
vloer, waar het bloed van een oude man
een duidelijk zichtbare donkere vlek
vormde bij de haard. „Ja", zei het meis
je zacht, „ik ga trouwen".
De priester bad smekend om genade
voor het jonge, onafhankelijke wezen,
dat daar op de harde pastorie-stoel zat.
„Bent u blij dat hij dood is"? vroeg
Mandel. De woorden vielen koel eh be
daard in de stille kamer en ontploften
niet vóór hun echo in het oor tot volle
kracht kwam. alsof een bom, die er
uitzag als een stuk speelgoed, op een
ongelukkige manier was komen binnen
rollen en onverhoeds uit elkaar sprong.
„U heeft niet het recht zoiets te vra
gen", zei het meisje opstaande, waarbij
haar keurige pose plaats maakte voor
een onbevallige houding van woede.
„Ik probeer een moordenaar te vin
den", zei Mandel bijna klaaglijk. „De
moordenaar van uw oom. Die vraag is
heel gewoon. U was op dat ogenblik mij
len ver weg. En dat wordt bevestigd door
een priester. Al wat ik weten wil is
„Goed, ik ben er blij om." De stem van
het meisje was zacht, maar intens, ge
stuwd door toorn. „Ik ben er blij om.
Waarom niet? Mijn hele leven heeft hij
me op m'n kop gezeten, bij alles zat hij
me dwars. Overal bemoeide hij zich mee.
Waarom zou ik dan niet blij zijn?" Ze
begon te huilen; slapjes zakte ze terug
op haar stoel en alles wat er nog over
was van het beeld van de gereserveerde,
ongenaakbare jonge vrouw verdween; ze
huilde, als was ze nog het groot-ogige
kind van de foto.
„Kom, kom." zei de jonge priester.
„Dat is alles, wat ik wilde weten." zei
Mandel opstaande en zijn notitieboekje
dichtklappend. Hij keek schuw naar de
jonge priester. „Ik ben iets te weten ge
komen, eerwaarde. We hebben de buren
ondervraagd. Een vrouw van de overkant
heeft verteld, dat ze gisteravond om on
geveer negen uur iemand hier heeft zien
binnengaan. Een man, zei ze. Zij is ove
rigens bijziende."
Wordt vervolgd).
melijk in belangrijke delen van dat lana
hongersnood. Spr. herinnerde de luis
teraars aan de verschrikkelijke honger
winter van 19441945 om hen te doen
beseffen wat het betekent als in dat
grote land met zijn millioenen-bevolking
ernstig wordt geleden door een tekort
aan de meest elementaire voeding.
We hebben toch duidelijk ondervon
den welk een redding uit de nood zelfs
betrekkelijk kleine zendingen konden
betekenen. Wij leven nu in een zekere
overvloed, zo zeide de minister verder
o.m, en wij dreigen maar al te gemak
kelijk voorbij te gaan aan het feit, dat
op ditzelfde moment millioenen mensen
in India grote ontberingen moeten
doorstaan. We mogen ons er niet afma
ken met te zeggen: „Och, dat land is
zo ver." Wil er werkelijk sprake zijn
van Samenwerking tussen de volkeren,
dan moet dat blijken uit daden, uit dat
gene wat we over hebben voor anderen.
Vooral het laatste jaar heeft de land
bouw in India met grote tegenslagen te
kampen. Ernstige overstromingen, ge
volgd door droogteperioden, hebben in
verschillende delen de productie tot 1/5
deel teruggebracht. Daarnaast neemt
India's bevolking snel toe.
Door de Vereniging Nederland-India-
Pakistan wordt nu samen met de Ne
derlandse Jeugdgemeenschap een hulp
actie georganiseerd om voedsel naar In
dia te zenden. Melkpoeder, geconden
seerde melk, gedroogde groente, ge
droogde aardappelen zijn producten, die
we zelf voortbrengen, waarvan wij kun
nen afstaan aan dat zwaar geteisterde
land en die geschikt zijn om daarheen
te zenden.
Spr. deed tenslotte een dringend be
roep op allen de actie te doen slagen.
geacht. In het overgangsstadium achtte
spr. een alzijdige ën structurele midden-
standspolitiek noodzakelijk. Ook dienen
de zelfstandig-werkenden beneden de
loongrens der sociale verzekering in de
rechten dier verzekering te delen.
Prijspolitiek is voor de midden
stands-ondernemer loonpolitiek en
meer dan dat, zo betoogde spreker. In
de prijs moet naast het loon voor de
arbeid van hem en zijn gezinsleden
ook de grondslag voor de kapitalisatie
van zijn onderneming en voor zijn so
ciale zekerheid aanwezig zijn. De ver
vangingswaarde moet voor normale
voorwaarden berekend kunnen wor
den met het oog op de toekomstige
financiering van zijn onderneming.
Nodig is een organisme, dat in samen
werking met het Economisch Instituut
voor de Middenstand zeer actief en
stelselmatig wijdt aan de bedrijfseco
nomische en bedrijfstechnische voor
lichting van de middenstand.
Op één Nederlander heeft de Vei-
lig-Verkeeractie kennelijk geen vat
gehad: in Meppel is de bestuurder
van een door een zestig cc-moiat
aangedreven.... „step' tegen een
stilstaande cAito opgereden. De be
stuurder teldedrie lentes. De
kleuter liep een gescheurde lip op
en is ter observatie in het Diaconee-
senhuis opgenomen.
Was de jongen ouder geweest en
dus iemand die geacht wordt de wet
te kennen, dan had hij processen-
verbaal kunnen krijgen wegens het
rijden zonder rijbewijs, zonder we-
genbelastingkaart, zonder nummer-
bewijs en zonder dat het voertuig
een rem bezat.
De „motor-step" behoorde aan de
13-jarige H. B. Deze mocht er na
tuurlijk niet mee op de weg ver
schijnen: hij had haar aan de dreu
mes geleend!
Een aantal bladen te Djakarta heeft
in hoofdartikelen scherpe critiek uitge
oefend op het Indonesische kabinet. De
„Pedoman" vraagt zich af, of de demo
cratie nog niet tot het inzicht is geko
men, dat het tegenwoordige kabinet
absoluut incompetent is, zodat het zaak
wordt naar andere wegen te zoeken om
het land te redden.
„Keng Po" wijst op de tekortkomingen
en zwakheden van het kabinet-Sukiman,
waar volgens het blad een gecoördi
neerde samenwerking vrijwel geheel
ontbreekt. „Een dergelijke situatie is
wel grappig in een cabaretnummer,
maar helemaal niet in de tegenwoordige
positie van het land."
Het blad van de Masjumi, „Abadi",
zegt, dat het volk meer aan persoonlijk
heden dan aan politieke beginselen haar
vertrouwen geeft. Het zet uiteen, dat
het huidige coalitie-kabinet is samenge
steld uit partijvertegenwoordigers, waar
bij in de eerste plaats gelet is of de
betrokken persoonlijkheden aantrekke
lijk waren voor het volk.
„De Nieuwsgier" schrijft in een hoofd
artikel: „Niemand heeft meer vertrou
wen in dit kabinet, dat in de eerste
plaats op vertrouwen was gebaseerd.
Wij critiseren niet, wij constateren
slechts."
De kersenteelt in de Betuwe de
kersenstreek bij uitstek loopt ernstig
gevaar. De pluklonen en de lonen der
„spreeuwenkeerders" zijn dusdanig hoog,
dat de telers met grote verliezen wer
ken en er toe overgaan duizenden bo
men in de komende winters te rooien.
Alleen de meubelfabriek in Culemborg
heeft vijfduizend bomen aangekocht."
Dit iverd medegedeeld op een perscon
ferentie, die gehouden werd door het
V.V.V.-bestuur „Geldermalsen en Om
streken" in samenwerking met de Ne
derlandse Fruittelers Organisatie.
De hoge pluklonen van f 15 per dag,
(keerders krijgen zelfs f 20), worden
veroorzaakt door het feit dat er geen
plukkers met vakkennis te krijgen zijn.
Ongetwijfeld hebben de kersentelers
goede jaren gehad, doch dit schijnt
voorbij te zijn. De teler heeft thans
moeite het bedrijf gaande te houden.
Naast de hoge pluklonen zijn ook de
kosten van de grondstoffen, bemesting,
bespuiting enz. te hoog. Voorts heeft de
hagel vorig jaar en afgelopen week veel
schade berokkend.
De halfzure smaak van de kers vindt
vrijwel alléén waardering in de Betuwe.
Utrecht, Noord- en Zuid-Holland. Het
andere deel van ons la'nd heeft liever
de zoete kersen. Meer waardering voor
de meikers in ons land zou het afzet
gebied vergroten.
Dat de teler met groot verlies werkt
blijkt uit de volgende cijfers: zijn pro
ductie-kosten in 1948 berekend bij een
opbrengst van 5.000 k.g. per h.a. bedroe
gen 62 cent per kg. De veilingprijs was
in 1946 f 1.70 per k.g., in 1947 f 0.82 per
k.g.. in 1948 f 0.63. in 1949 f 0.46 per k.g.
en in 1950 f 0.50. Voor 1951 zijn de vei-
lingprijzen nog niet bekend, doch de
productiekosten zijn weer hoger.
Bij Kon. Besl. is aan F. E. Everwijn
Lange, op zijn verzoek, met ingang van
1 Juli eervol ontslag verleend als bur
gemeester der gemeente Maarn.
Mr. dr. R. H. baron De Vos van Steen-
wijk, commissaris van de Koningin in de
provincie Drenthe, is benoemd tot groot
officier in de Orde van Oranje-Nassau.