Ontwerp Ziekenfondswet gepubliceerd ii/ffS Misverstanden tussen Vlaanderen en Nederland sjjanflavin s isvMota Vlaams schilderij uit 16de eeuw ontdekt BK Lauwerkrans aan. Van Heutz- monument N.C.R.V. met televisie gestart Naar een Algemeen Beschaafd maar hoe H Geen leerplicht voor kleuters in huidige omstandigheden Verschil tussen verplichte en vrijwillige verzekering blijft PUROL in huis! Eerbiedige hulde aan het roemrijke ontbonden Nederl.-Indische leger Vrijheids- aanranding M ve/uudikefyk' Tweede rapport van Centrum voor Staatkundige Vorming Contact met niet- katholieken Loongrens f 4000- Licht programmer met enkele storingen LITERAIRE KRONIEK 10.286.250 inwoners ZATERDAG 13 OCTOBER 1951 PAGINA 3 CHOCOLADE/ 2e merkt het aan alles Ned.Zwitserse K. v. K. wordt stichting Psychiatrisch-Psychologisch Centrum geopend VERKOUDHEID GRIEP KEELONTSTEKING PRIJS 95ct^^^^_ DOOR ALEXANDRA ORME r -1! Dp minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid heeft beslopen het Ontwerp Ziekenfondswet te publiceren Dit besluit is gegrond op de overweging, dat in het huidige s*adium van behan deling kennisneming van de wijze. Waarop de belangrijke en moeilijke ma terie van de Ziekenfondsverzekering in dit ontwerp wordt geregeld, van belang >s voor brede kringen der bevolking. Zoals in de Troonrede werd vermeld is het advies over dit ontwerp gevraagd aan de Sociaal-Economische Raad. Het ontwerp heeft vooreerst ten doel het bestaande bezettingsrecht te ver vangen en hM Ziekenfondswezen een nieuwe wettelijke grondslag te geven. Volgens het ontwerp blijft het be staande verschil tussen de verplichte en de vrijwillige verzekering gehand haafd. De kring der verplicht ver zekerden wordt, behoudens enkele kleine correcties, niet verder uitge breid. Ten aanzien van de vraag, of de ambtenaren in het ontwerp onder de verplichte Ziekenfondsverzekering zul len vallen, is nog geen beslissing ge nomen Uitdrukkelijk is in het ontwerp tot biting gebracht, dat de basis van de Ziekenfondsverzekering wordt ge vormd door een privaat-rechtelijke overeenkomst. De ervaring van de laatste tien jaar heeft aanleiding gegeven tot het voor steilen van een aantal verbeteringen, voornamelijk op organisatorisch en fi- har.cieel gebied. Door bepalingen, krachtens welke de ziekenfondsen even tuele overschotten geheel of gedeelte- tijk ten bate van de verzekerden kun nen aanwenden, is aan de ziekenfonds- besturen een prikkel tot zuinig beheer gegeven, terwijl daardoor mede een stap in de richting van autonomie der ziekenfondsen is gedaan. De loongrens, welke in het ontwerp Voor de verplichte verzekering gelijk is aan de thans geldende, is in de wet opgenomen. Hierdoor komt deze in af wijking van de thans geldende tegeling los te staan van de loongrens in de Ziektewet. De inkomensgrens voor de Vrijwillige verzekering is gesteld op S 4000.per jaar. Nieuw is de mogelijkheid personen, wier totale inkomen uit loon en andere bronnen tezamen boven de loongrens komt. doch wier loon alleen verplichte verzekering met zich zou brengen, on hun verzoek van die verzekering vrij te stellen. Het systeem, dat de ziekenfondsver zekering wordt uitgevoerd door daartoe erkende algemene Ziekenfondsen, blijft gehandhaafd, met dit verschil, dat Zie- kenfonden op commerciële basis niet meer voor erkenning in aanmerking zullen komen. Het dienen van de volksgezondheid mag n.l. geen winst- obiect zijn. Aan de in bepaalde kringen levende wensen Ziekenfondsen ook dan tot werkzaamheid in bepaalde gebieden toe te laten, wanneer een voldoende aantal verzekerden zulks wenst, is tege moetgekomen. Hierbij is met name ge dacht aan de ziekenfondsen op levens beschouwelijke basis. Het toezicht op de uitvoering van de wet blijft opgedragen aan de Zieken fondsraad. De Raad. welke zes en der tig leden telt, zal volgens het ontwerp worden uitgebreid tot zeven en veertig leden, in overeenstemming met de bij belanghebbende groepen levende wen sen. Advertentie Bij brand- en snijwonden, Pijnlijke kloven, Ruwe handen en Schrale huid; (Van onze verslaggever) Aan een van de muren van het Van Heutzmonument te Amsterdam is een groen bronzen lauwerkrans aangebracht, waaraan een vergrote afbeelding .van de Militaire Willemsorde hangt. Met de bijbehorende gedenkplaat, waarop de woorden „Eerbiedige hulde aan het roemrijke op 26 Juli 1950 ontbonden Kon. Ned.-Indische Leger" staan ver meld werd deze door de Rijksbouw meester ir. Friedhof ontworpen krans Vrijdagmiddag op plechtige wijze ont huld door de dochter van generaal Van Heutz mevrouw v. d. Weyden-Van Als derde is gisteravond de N.C.R.V. met een televisieprogram van start ge gaan. Deze omroepvereniging heeft haar gehele zendtijd benut voor een licht verteerbare kost van zang, journaal, sneltekenen, een praatje, een demonstra tie met de multi-voice en een praatje van de „aartsbedelaar" Bodegraven. Daarbij is men niet verschoond geble ven van technische storingen, waarvan de eerste mr. Roosjen's openingsspeech volkomen onderbrak. Later kwam het Onder de vele redevoeringen, die Z. H. de Paus tijdens het Heilig t Jaar heeft gehouden, is vooral die van groot gewicht, die Hij uitsprak bij de opening van de Passie- tijd. De Paus spoorde de duizenden pelgrims, die naar Zijn woord luisterden, met kracht aan tot onophoudelijk gebed en boete voor de christelijke vernieu wing van de wereld, die in een toestand van ongekend moreel verval verkeert. Het kwaad als zodanig erkent men niet meer, met het gevolg, dat alle gezonde sociale levensregels verloren dreigen te gaan. Onze tijd wordt gekenmerkt door zonden, die voorbije eeuwen wellicht hooit hebben gekend. Althans niet in die omvang en intensiteit. Sprekend over de oorzaken van deze Zedelijke achteruitgang' wijst de Paus, scherp veroordelend, op de reeks van schaamteloze publicaties, die Hij rechtuit hhsdadig noemt, waarin ondeugd en diisdaad worden aangeprezen. Het *Waad is een handelsartikel geworden, winstgevend bedrijf, dat zich ten °el stelt de laagheid en de lelijkheid van de zonde te camoufleren onder het "lom van de aesthetica, de kunst en van vergankelijke, oppervlakkige schoon heid, waarmee men op schandelijke jyijze speculeert op de algemene zieke- hjke zucht naar sensatie. In de grond is tiit niets anders dan een opzettelijk op dekken der hartstochten, het bewuste degnemen van alle remmen, die, als Postulaat der meest elementaire zede lijkheidsbegrippen, de mens moeten be hoeden voor zelfvernietiging. Al wie, weldenkend, een open oog heeft voor de zedelijke ontreddering der huidige samenleving, zal toegeven, dat de H. Vader hier de vinger legt op een zeer wonde plek in de moderne levens- oudmg. Men wijst alle gebondenheid recht1 ™am dcr ..vrijheid" eist men het te npme>i .Van alles ongehinderd kennis willekeur L?lch uit te leven naar eigen l"SJ4teratuur, toneel, film, mode 5" de,zonde voor als een nor male uit ng der menselijke vermogens, S f ïh fd I gKder menselijke per soonlijkheid, en beroepen tich op de grote waarde van het „kunstgenot" voor de culturele verheffing van de vrije" mens zonder te beseffen, dat het contact met het kwaad, vaak nog aan trekkelijk voorgesteld, die kostbare vrij heid juisft hopeloos aan banden legt. Wanneer de Paus dan ook gebed om 'nzicht, versterving en zelfbeheersing Aanwijst als de middelen bij uit lek'tot een doeltreffend zedelijk her tel der mensheid, dan doet de H. Va- dat vanuit de onwrikbare zekerheid, "at alléén daarvan de genezing "Ier zieke wereld te verwachten is, orn aat alleen die houding met de absolute baarheid in overeenstemming is. Elk ander standpunt moet worden afgewezen a's een noodlottig zelfbedrog. Naar katholieke overtuiging ligt de fundamentele fout der moderne opvattingen in een totaal ver keerd begrip der menselijke vrijheid. Onverschillig of men hier wil teruggrij pen naar rationalisme, materialisme, hberalisme of naturalistisch humanis me, in de grond komen al deze systemen heer op een soort vrijdenkerij, die van ®een hogere wet, waaraan de mens on derworpen is, wil weten, en die daarom Advertentie Advertentie Bchfalon speciaal al- 1 kahvrij is voor wol. Ze ziet het aan de prachtige resul taten. Ook na een oneindig aantal wasbeurten behoudt haar wol de nieuwe soepel- hcid en de heldere kleuren. Bchfalon doet het precies goed, want Echfalon is spe ciaal alkalivry voor wol. zijn volledige autonomie propageert. Vanuit dit gezichtspunt kan vrijheid moeilijk iets anders betekenen dan totale ongebondenheid. Ook al dwingt de praktijk van het leven tot het aanvaarden van regelende normen; zonder welke een geordende samenleving niet denk baar is. Het gemis aan eensgezindheid in het geloof, aan een absolute, metaphysische waarheid is oorzaak van de jammer lijke verdeeldheid op wijsgerig en gods dienstig gebied, en zolang de mensheid voortgaat de waarheid te verloochenen, blijft zij dan ook gedoemd tot de onte- rende slavernij aan haar blind instinc tenleven, dat uiteraard elke wetmatige ordening weerstreeft. Hier ligt het wezenlijke uitgangspunt van de Pauselijke rede. Ondanks zijn gebondenheid aan de stof, aan traditie, opvoeding, levensmilieu enz. leert de katholieke levensbeschouwing de geeste lijke vrijheid van de mens. De goddelijke zelfopenbaring schenkt ons de zekerheid over het bestaan van de absolute Waarheid, Goedheid en Schoonheid, het einddoel van het fhc"- selijk leven en de menselijke ontwik kelingsgang. Gods opdracht aan de mens luidt. Zich steeds meer te vervolmaken in de richting van de enige waarheid en wer kelijkheid betreffende zijn wezen en be staan, steeds meer te ontgroeien aan zijn belemmerende gebondenheid aan de stof, en zo geheel „zichzelf", geheel ..v r ij" te worden door het verlossende inzicht in de waarheid met betrekking tot zijn eióddoel. Dit is door God gegeven tezamen met Zijn wetten, die de rechte weg wijzen naar het bereiken van dit doel. Eerst wanneer de mens, na verstande lijk overleg, Gods richting kiest en deze keuze door een krachtige wils- daad principieel en consequent ten uitvoer legt, is. hij volkomen vrij, vol komen zichzelf, want los van alle zijn einddoel weerstrevende factoren en krachten. Vandaar dat op de eerste plaats no dig is het in-toom-houden van zijn van God aftrekkende, erfzondige instincten, die het juiste inzicht in de waarheid vertroebelen en afhouden van het goede. Om dezelfde reden belet elke verkeerde beïnvloeding-van-buiten de mens ongehinderd naar zijn doel te streven. Wat de moderne mentaliteit daarom in naam der „vrijheid" (lees: ongebondenheid!) voor zich opeist, is in feite een onverantwoordelijke aan randing der ware menselijke vrijheid, waaraan persoonlijkheid en maatschap pij onvermijdelijk te gronde gaan. L. Door de Nederlandse leden van de Nederlandsch-Zwitsersche Kamer van Koophandel is op de jaarlijkse vergade ring te Den Haag aan het bestuur mach tiging verleend, de organisatievorm om te zetten in een Stichting. Bij zijn toelichting op het voorstel wees de voorzitter er op» dat men reeds lang de behoefte had gevoeld om rechts persoonlijkheid voor de organisatie te verkrijgen. Met het verkrijgen van de koninklijke goedkeuring zou een twee tal jaren gemoeid zijn en daarom was besloten voor te stellen de orga nisatievorm in een stichting te wijzi gen. Bovendien kan in een stichting, aldus de voorzitter, gemakkelijker ka pitaal worden gevormd en voor de toekomst wil men niet alleen afhanke lijk zijn van de contributie der leden. Daar de leden in Zwitserland niet kon den meespreken, wilde het bestuur geen voorstel doen aan de vergadering om nu de stichting op te richten, maar het wenste alleen machtiging te vragen om demarches te mogen doen een derge lijke stichting in het leven te roepen. voor, dat het beeld gedurende enkele ogenblikken volkomen zoek was, doch vlak daarop weer gaaf te voorschijn kwam. Aan de belichting haperde wel het een en ander, het beeld was althans aan de duistere kant. De N.C.R.V. heeft zeer sporadisch gebruik gemaakt van close-ups, waardoor enerzijds de vaak eentonige en langdurige confrontatie „van aangezicht tot aangezicht" met een omroeper, spreker of zanger uitbleef, doch anderzijds de details nimmer dui delijk zichtbaar werden. Van de moge lijkheid tot sterke afwisseling in beel den, ons inziens een van de speciale aantrekkelijkheden der televisie, heeft de N.C.R.V. eveneens weinig gebruik gemaakt. De overgangen van het ene programmapunt naar het andere, kwa men in het begin wat abrupt, later ver viel men in een ander uiterste, n.l. dat van een kortstondig beeldloos tijdperk. In een rubriek onder de titel „30.000" verscheen Pim Tholen op het scherm met de multi-voice om daar de mogelijkhe den van te demonstreren. Hij werd op gevolgd door de heer Bodegraven, die herinneringen aan de „Haak-in-Actie" uit een grote ton grabbelde, daarbij ge holpen door de charmante omroepster mej. Gé Voorsteeg enFloris, een pop die als „vaste medewerker" zal blij ven optreden. Het journaal bracht ojn. de begrafenis van dr. Anton Philips. Roland Wagter met de sprekende Pop Flop zorgde voor het specifieke amuse ment van de avond. Roland Wagter, die zijn beeld op het scherm met wat te veel aan monoloog gepaard deed gaan, haalde voor zijn sneltekenen een twee tal Bussumers van vóór de studio op. Luisteraars-kijkers in den lande moch ten hem opbellen en een tekenopdracht verstrekken, een gelegenheid waarvan gretig gebruik werd gemaakt. Na de pauze was het program gewijd aan zang door een aantal N.C.R.V.-medewerkers en medewerksters. De voorzitter van de vereniging „Ons Leger", gen.-maj. b.d. K. E. Oudendijk, bood in zijn rede dit gedenkteken aan de stad Amsterdam aan om „de schone herinnering aan het Ned.-Indische leger levendig te houden". Uit tweeërlei oog punt is het gedenkteken juist op deze plaats aangebracht, omdat volgens spre ker gen. Van Heutz moet worden be schouwd als de verpersoonlijking van het Ned-Indisch leger, dat de verheven taak heeft gehad, in alle delen van de Archipel orde, rust en welvaart te brengen. Op de tweede plaats heeft de zakelijke 'overweging een rol gespeeld, wijl het moeilijk was in een kort tijds bestek een waardig gedenkteken op te richten. Na de onthulling speelde de staf muziek van het Garderegiment Gre nadiers onder leiding van kapitein Ro- cus van Yperen het Wilhelmus en aan vaardde de burgemeester van Amster dam, mr. A. d'Ailly officieel de 'auwer- krans. Twee erepelotons van het Regi ment Intendancetroepen uit Amsterdam defileerden daarna voor de aanwezigp autoriteiten, onder wie de minister van Oorlog, ir C. Staf, de Staatssecretaris van Uniezaken en Overzeese Rijksdelen L. Götzen, de vice-admiraal N. A. Rost van Tonningen namens H. M. de Konin gin en Z.K.H. Prins Bernhard, en de oud- gouverneur generaal van Ned. Indië jhr. Tjarda van Starkenborgh Stachouwer, de chef van de Generale Staf It. gen. B. R. P. F. Hasselman en voorts ex-K.N.I. L.-generaals, opper- en hoofdofficieren van land- en luchtmacht, leden van „Ons Leger", verschillende oudgedien den van het Ned.-Indisch leger en vele andere genodigden. Mr. L. A. Kesper, Commissaris der Koningin in Zuid-Holland heeft Vrij dagmiddag geopend het Psychiatrisch- Psychologisch Centrum, dat onderge bracht is in een der nieuwe pavlij'oens van de Martha-Stichting te Alphen aan den Rijn. Tegelijkertijd met deze ge beurtenis werd het nieuwe paviljoen Zonnestraal" voor debiele meisjes in gebruik genomen, welke is ingericht in een deel van een bestaand gebouw. Dit was een drievoudige feestdag voor bestuur en medewerkers van de Martha- stichting. Immers dit vond plaats pre cies op de dag van het zestigjarig bestaan van deze nuttige instelling ten behoeve van de jeugd. Hiermede voltrekt zich langzaam een reorganisatie die de lei ding zich voorstelt om zelfs dit chari tatief werk in andere banen te stuwen. Advertentie et Nederlandse taalgebied is maar klein, in vergelijking met het domein van de wereldtalen Engels en Spaans, en met dat van de in het internatio nale verkeer teruglopende maar in de culturele samenspraak nog altijd voorbeeldige talen Frans, Duits en Italiaans. Maar het strekt zich toch verder uit dan onze landsgrens schijnt te willen. Wij denken nu niet aan Zuid-'Afrika, waar het hedendaagse Afrikaans de expansiekracht vam het Nederlands met tenminste één aandoenlijk voorbeeld bevestigt. Het Afrikaans, aanvankelijk een verbasterd Hollands, met een tong val die verraadt, dat de piorliers ter Kaapkolonie van de Zuid-Hollandse eilan den afkomstig zijn, verwierf zijn erkenning als eigen taal in 1875, toen Ss J. du Toit, als voorzitter van het in dat jaar gestichte Genootskap van Regte Afrika ners, in de statuten naar voren l'iet komen: „Die doel van ons Genootskap is te staan ver ons Taal, ons N&sie en ons Land". Toen konden de Afrikaners gaan werken aan hun eigen Bijbelvertaling, aan hun eigen Afrikaanse volkslied, aan hun éigen literatuur en cultuur. Toen kon allengs de band met het moederland weer worden aangehaald; kon allengs in Nederland begrip worden gewekt voor de Afrikaanse Beweging en voor de taalstrijd, die ten grondslag ligt aan de bewustwording vam dit jonge volk. schrijven, dat nergens hun taalgevoel geweld aandoet. Zij staan dan, om één voorbeeld te geven, vooir de vraag of zij „kuisvrouw" kunnen ge bruiken, waar de Nederlander van „werkster" spreekt. Kuisen is in Vlaanderen het huis schoon maken: maar de pure betekenis van het woord is: een taal van ongerechtig heden zuiveren. Wij kunnen spreken van een gekuist boek, maar niet van een gekuist huis. Dit laatste, hoe charmant het een vreemdeling misschien in de oren klinkt, blijft dialect; niet omdat het Vlaams is, maar omdat het een onzuiver woord gebruik is. Moderne Vlaamse schrij vers zullen dergelijke onzuiverheden Beschermt legen Maar wij denken nu aan een Neder lands taalgebied van ruim vijf millioen zielen, vlak ten Zuiden van onze lands grens gelegen: aan Vlaanderen. Ook Vlaanderen heeft een taalstrijd ten grondslag liggen aan zijn bewustwor ding. Ook al is het Nederlands in Bel gië heden officieel gelijkwaardig aan het Frans; de taalstrijd leeft nog latent voort. Alleen is het tactischer thans slechts te spreken over een taal- stréven. Nu zijn er aan het taalstreven van de Vlamingen twee aspecten waar te nemen, die van groot belang zijn, zo wel bij een bespreking van de culturele kansen van Vlaanderen in de toekomst als bij een pleidooi voor een beter be grip tussen Nederlanders en Vlamin gen. In het ene aspect verschijnt ons de Vlaming, die wel „officieel" de „Ne derlandse" taal naast de Franse erkend weet, maar die in de omgang, in het gesproken en geschreven woord, er een eigen „Vlaams" op na houdt, dat van Oost- naar West-Vlaanderen, en van Brabant naar Limburg, zo aanzienlijk verandert, dat men slechts van een aan tal verwante streektalen, dialecten eigenlijk, kan spreken. Daarom heeft de Waal, die in België op school het „Nederlands" als verplichte tweede taal onderwezen krijgt, weinig interesse in dit voor hem erg moeilijke vak. Wat heb ik er aan, zegt hij, ik versta er de mensen in Gent en in Brugge toch niet mee. „Officieel" worden op de Vlaamse scholen de lessen gegeven in het Ne derlands (met als verplichte tweede taal het Frans), maar komt een inspec teur bij het onderwijs onverwachts in een klas op bezoek, dan ontstaat een hevige spraakverwarring tussen de Vlaams klappende leerlingen en hun meester, die krampachtige pogirlgen doet zijn klas in Algemeen Beschaafd toe te spreken. Zo is de Vlaamse taal strijd heden minder een strijd tegen het dominante Frans, dan wel een be- schavingsstrijd binnen het eigen, goed zakkige, Vlaamse kamp. De minderheidsgevoelens, waaraan de goede Vlamingen zich tegenover de Noord-Nederlanders enerzijds en tegenover de Frans-talige Belgen anderzijds ten prooi voelen, zullen nawijsbare oorzaken behouden, zo lang men van bepaalde zijde de Vla ming nog tot zelfbewustzijn meent te moeten brengen door hem een eigen Vlaams, als ware het een eigen taal, te laten voeren. Zo lang ook zal er iets blijven haperen aan de literaire betrekkingen tussen Noord en Zuid. Curiosa van sappig dialect Literair bekeken is de kwestie peni bel; want waar men in het werk van Streuvels en Timmermans, en zelfs van Gezelle, het typisch-Vlaamse idioom als aantrekkelijke en integrerende lite raire waarde moet erkennen, kan men zich als Noord-Nederlander toch moei lijk onttrekken aan het gevoel, dat men verleid wordt door „curiosa van sappig dialect". Naarmate de Vlaamse literatuur „mo derner" wordt, wordt zij Nederlandser van taal. Naarmate zij beide wordt, wordt zij als literatuur warmer gewaar deerd in Nederland. Dit weten de Vlaamse schrijvers van heden; althans de prozaïsten Het brengt hen in een onzekere po sitie. Ze willen Vlaams blijven, ten einde hun Vlaamse lezers geen aj te onwennige spijs voor te schotelen, en zij willen een Algemeen Beschaafd DE RUSSEN KOMEN VERTALING! FRANS VAN OLDENBURG ERMKE En Nicolas, zijn voorhoofd gefronst in diep nadenken, staarde naar me zonder me te zien. „En je zou zo denken, dat een schaap duizend keer meer waard moet zijn voor iemand die er maar vijf heeft, dan voor iemand die er tweehonderd bezit En toch zijn beiden er evenzeer aan ge hecht en vinden het even moeilijk om er afstand van te doen. En die oude boer bijvoorbeeld gaf er nooit een van weg, hoewel ik er iedere dag weer over be gon, en toen ik weg ging, had hij er nog tweehonderd. Is het niet zonderling? En wat heeft hij er aan?" vroeg Nico las, en voegde er toen, met die schuwe, gedwongen glimlach van hem, aan toe; „Waarom?" „Als hij er enkel maar een paar had weggegeven," ging Nicolas verder, „wat een plezier zou hij er niet mee gegeven hebben! En hij zou iets aan het leven hebben gehad. Zoveel plezier! En hijzelf zou minder zorg, minder werk gehad hebben. Maar de mensen houden van de zorg, aan rijkdom verbonden; zij geven er de voorkeur aan boven het genoegen van een arme stakker iets cadeau te doen. Ze verkiezen het zelfs boven hun eigen leven Daar heb je nu de mens heid!" Nicolas zei, dat over die „mensheid" als sloot hij zichzelf er van uit, alsof er andere, hogere wezens op onze planeet bestonden, van wie hij er zelf een was, in tegenstelling tot de mensheid, welke achterlijk was en onwetend omtrent het leven en de wijze waarop het geleefd moest worden. Hoe nodig had ik het, dat Nicolas iedere dag kwam en me de illusie schonk, dat er zulke wezens van hogere orde op onze aarde bestonden! Hij bleef daar zo een poosje zitten, zon der te spreken, in gedachten verzonken; toen schoof hij zijn pet naar achteren ten teken van verbaasde verbijstering, stond op, gaf me de hand en ging zwijgend heen. Hij kwam nog maar een keer, en enkel om afscheid te nemen. Nauwelijks was de deur achter hem dicht, of ik hoorde het gebruikelijke geroep van „Lida! Lida?" en Ignaty sloop de keuken binnen met een verle gen glimlach op zijn gezicht en drie ver fomfaaide sigaretten in zijn uitgesto ken hand. „Hallo, Lida!" zei hij en zijn kinder lijke glimlach was zo ernstig en bemin nelijk, als was hij de engel Gabriël in eigen persoon geweest. „Ik heb een paar sigaretten voor je meegebracht. Alsje- blieft." Hij legde de sigaretten op tafel en bleef daar staan, zoals de engel, een beetje verlegen, maar tegelijk ook ver heugd en vereerd. Ignaty werd gevolgd door zijn vriend, een dikke, verwaande, oudere soldaat, die onderzoekend om zich heen keek. Ik stond juist op het punt om Samuel te roepen om met Ignaty te spelen, toen ik aan de uitdrukking op het gezicht van die ander zag, dat er vandaag niet gespeeld zou worden. Als je voortdurend op je hoede bent, voortdurend bang en bezorgd, en altijd van alles verwacht, dan krijg je een steeds weer scherpere blik op alles. Met tertijd werd ik z0'n expert, dat ik in staat was om een Kus in een bepaalde categorie onder te brengen zo gauw ik hem voor het eerst onder mijn ogen kreeg en dan behandelde ik hem ook dienovereenkomstig. Die vriend, die de ongelukkige Ignaty met zich mee had gebracht, was er een van de ergste soort: dat van de stomp zinnige, op eigen initiatief agerende agi tator, die blind is voor alles, wgt hij niet ziet, het soort man, dat door heel Europa kan trekken zonder er iets van te leren. Dat was de vriend, die de arme Ignaty mee had gebracht, en of dat niet genoeg was werden zij gevolgd door een jonge Hongaar, de timmerman van Mora, die nu met een rode band om zijn arm rondtrok. De jonge Ignaty zag erg tegen die twee op en wilde klaarblijkelijk een beetje tegenover hen opsnijden: hoe knap hij was, dat hij zo'n huis als dat van ons had ont dekt; want voor Ignaty was ons huis iets uit de Duizend-en-Een-Nacht. Maar voor zijn vrienden wqs het allesbehalve een sprookje. De jonge timmerman was meegekomen als tolk, en we gingen een formele ondervraging krijgen, welke door Ignaty's oudere vriend geleid werd. Daar hij alles over mij gehoord had met inbe grip natuurlijk van het feit, dat ik geen kinderen had, begon hij met een tirade tegen de bourgeois af te steken. Hij zei ons recht in ons gezicht, dat we bour geois waren, wees op Mathilde en bul derde. dat we als een vampier haar bloed zogen, zelfs hoewel ze oud was en nauwelijks op haar benen meer staan kon. En terwijl hij zo bulderde, rinkelde de rij medailles op zijn borst en schom melde nerveus heen en weer. Ik legde hem uit, dat Mathilde een vriendin van de vrouw des huizes was en helemaal zo hard niet werkte, wat waar was. Mathilde, die zag. dat we het over haar hadden en daar trots op scheen, schud de haar onzichtbare veren, als een kip, die zijn buit verdedigt en nu met ge weldige vleugelslagen tot de aanval overgaat. „Ja," schreeuwde Mathilde en sloeg klapwiekend met de armen ze be greep niets van wat er aan de hand was en viel dus volkomen uit de toon met wat ze opmerkte „ja, twintig jaar lang ben ik nu al in dienst van mijn meneer en mevrouw. En ik heb hen trouw gediend. Twintig jaar lang ben ik nu al in de familie. De oude mevrouwneen, kwaad was ze niet, maar het was ongelooflijk, hoe ze je treiteren kon. Moge zij rusten in vre de! En toch verdroeg ik het allemaal, want ik hield van haar." Haar stem re gistreerde een pathetische snik en er kwamen tranen in haar ogen, die langs haar grijs vuil gezicht rolden. Ik wist niet, waar ze naar toe wilde; niemand wist het. zelfs de sluwe, kleine timmer man niet. „En wat heb ik er bij gewonnen?" Mathilde was goed op dreef nu. „Niets, dank zij die vervloekte oorlog. Waarom kunnen jullie niet ophouden met dat vechten? Vermoord, wie je vermoorden wilt, en ruk in! Wat moet ik doen, arme wees, die ik ben. Twintig jaar, en mijn goede meesteres is dood. mijn lieve, enige! En haar zoon, zo echt haar even beeld, precies even kieskeurig, laat me ook geen rust. Alleen het beste is goed genoeg voor hem!" (Wordt vervolgd). zo veel mogelijk trachten te vermij den. Ze hebben ook oog voor de vele voorzetsel-moeilijkheden, waar het Vlaams, onder invlosd van een slecht-verwerkt Frans, mee te kam pen heeft. Niettemin kost het zelfs een knap schrijver als Raymond Brulez mo.-ite om te schrijven „onder een ladder doorlo pen" in plaats van „onder een ladder passeren". Bij een ijverig correct-Neder- lands betrachtend auteur als Johan Daisne lijkt het er soms op, of hij een taal wil voeren, die in alle opzichten boven-Moerdijks is. Dit is natuurlijk ook weer niet nodig. Het tweede aspect van het Vlaamse taalstreven wordt er door bepaald. Te genover het Vlaamse taalparticularisme staat een taaipurisme dat in zijn strijd voor Algemeen Beschaafd, als voorwaar de voor de culturele emancipatie van het Vlaamse volksdeel binnen het groot- Nederlandse taalgebied, de levende taal geweld aan dreigt te doen. Het gevolg hiervan is, dat een schrijver als Daisne in Nederland breder geapprecieerd kan worden dan in Vlaanderen; zijn moder niteit plus zijn taalgebruik (het een hangt met het ander samen) slaan in Nederland beter aan. Dat zijn boeken hier desalniettemin moeilijk doordringen is voor een belangrijk deel te wijten aan naoorlogse deviezenproblemen, ge lijk het tussen de twee wereldoorlogen aan economische oorzaken te danken was, dat Vlaamse schrijvers in Neder land gemakkelijk verspreiding van hun werk vonden. NICO VERHOEVEN Aan het hiernaast afgebeelde schilde rij is een hoogst merkwaardige ge schiedenis verbon den. Wat er thans op te zien is, is eerst te voorschijn gekomen nadat de kunstschilder en ■restaurateur Anto ny de Keizer uit Meppel het doek had gezuiverd van wat inderdaad „het stof der eeuwen" bleek te zijn. In de staat, waar in de eigenaar, de heer F- J. ten Bos uit Almelo het stuk ter restauratie had gegeven was er niet veel op te onder scheiden. Nadat het was schoongemaakt bleek men te ma ken te hebben met een paneel uit de 17e eeuw, dat alle tekenen vertoonde van een Vlaamse oorsprong. Het ver toonde een medail lon, gevat in een omlijsting van fris geschilderde bloe men. De voorstel ling binnen het me daillon geeft Maria te zien met het kind Jesus op haar schoot, terwijl het de hulde in ontvangst neemt van een kinderlijk engeltje met libellenvleugels. De oorspronkelijke kleurencombinatie; het ivoor witte kleed met karmozijnen schoudermantel, het diepe emeraldgroen, het ge nuanceerde incarnaat, het rossig-blonde haar, de kleurwisseling der libellen- vleugels wezen als vanzelf naar het atelier van P. P. Rubens, wiens Vlucht van Loth dezelfde kleurencombinatie vertoont. En inderdaad heeft de gevonden signatuur „D.S-" het zeker gemaakt, dat het doek dateert uit de 17de eeuw. Men kan daarvan zo zeker zijn, omdat historisch vaststaat, dat er maar één schilder is geweest, die op deze wijze combinaties van bloemen wist te schilderen en die schilder heette Daniël Segers, een man met een boeiende levensloop (opgevoed in het Calvinisme, daarna katholiek en tenslotte Jezuïet geworden), die het grootste deel'van zijn leven in Antwerpen neeft doorgebracht en daar gestorven is in 1661. Het Centrum voor Staatkundige Vor ming heeft thans uitgegeven het tweede gedeelte van het rapport van de com- missie-Eggermont betreffende wettelij ke regeling van het kleuteronderwijs. Het eerste gedeelte van het rapport werd op 13 April van het vorige jaar gepu bliceerd. De commissie vangt het tweede ge deelte van haar rapport aan met een raming van de kosten, welke aan de door haar aanbevolen overgangsrege ling zijn verbonden, en besteedt spe ciale aandacht aan de opleiding van de leidsters. Door een goede opleiding van de leidsters te bevorderen en zo nodig voor het openbaar onderwijs zelf ter hand te nemen kan de staat bewerken, dat de scholen de beschikking krijgen over een voldoend aantal goede leid sters, waardoor zal kunnen worden vol daan aan de eisen, welke een subsi- diëringsstelsel t.a.v. het personeel van de scholen zal moeten stellen. Zij acht het behoudens enige beper kingen noodzakelijk, dat slechts wette lijk bevoegde hoofden en leidsters tot de gesubsidieerde scholen worden toe gelaten. Zij zou twee diploma's willen zien ingesteld, een voor leidsters en een voor hoofdleidsters. Vervolgens ontvouwt de commissie haar denkbeelden over de organisatie van de opleidingsinrichtingen, de duur van de opleiding, de vooropleiding en toelating, het leerplan, de bevoegdheden van de docenten aan de opleidingsin richtingen en de examens. Een wette lijke regeling zou zich t.a.v. het leer plan kunnen beperken tot: a- het aan geven van de verplichte en facultatieve vakken; b. het vaststellen van een uren tabel; c. het geven van richtlijnen voor de practische oefening. Tenslotte behandelt de commissie twee bijzondere onderwerpen: de leef tijdsgrenzen en de leerplicht. De toela tingsleeftijd kan men stellen op onge veer 3V2 jaar, de leeftijd voor overgang naar de school voor gewoon lager on derwijs op 6 a 7 jaar. De laatste be grenzing komt- overeen met de huidi ge practijk van de Lager-Onderwijswe Hoewel de commissie de leerplicht voor het kleuteronderwijs niet onder alle omstandigheden verwerpelijk acht, is zij eenstemmig in haar afwijzing van een wettelijke verplichting hic et nunc. Naar haar oordeel mag, in de huidige omstandigheden en zolang niet vast staat dat het algemeen belang anders eist, geen inbreuk worden gemaakt op het recht van de ouders om in vrijheid te beslissen of zij hun kinderen al dan niet naar een kleuterschool zenden. De commissie wijst er op, dat tal van practische bezwaren zich overigens te gen invoering van leerplicht op dit ogenblik en in de nabije toekomst zou den verzetten. Er is in een stad als Amsterdam uiter aard een veelvuldig en veelzijdig c?n" tact tussen katholieken en niet-katno- lieken, door vriendschappelijke omgang en collegiale samenwerking in en buiten het beroep of bedrijf. Vele katholieken zijn zich in dit contact niet alleen be wust geworden van hun verantwoorde- lijkheid als katholieken, maar ook van de moeilijkheden om wederzijds elkaar te kunnen begrijpen als het gaat ornüe diepste overtuiging en levensopvatting. Hieruit groeide de behoefte aan verdie ping van eigen persoonlijke geloofsken nis en daarnaast aan beter begrip van de denkwijze en opvattingen van met- katholieken, waardoor men ook over eigen geloofsbezitop een voor anderen verstaanbare wijze gemakkelijker kan spreken. Voor jonge mensen tussen IS en 30 jaar, met eindexamen gymnasium of H B.S.; L.O.-akte e.d., wordt er in het Reinildahuis te Amsterdam voor dat doel een avondcursus geopend, lopende van November tot half Mei. Iedere Dins dagavond te beginnen 6 November a.s. zijn er drie lesuren: van 5.459.15 uur. De cursus omvat lessen van verschillen de docenten over de inhoud van het ge loof, kerkgeschiedenis, liturgisch leven, hedendaags protestantisme, moderne stromingen, hedendaags socialisme, hu manisme e.d. Moderator is dr. P. Schoo- nenberg S.J. Het cursusgeld bedraagt f 20.te voldoen in twee termijnen. Volledig programma en inlichtingen zijn te verkrijgen bij: mej. ir. P. J. van Hardenberg S.R.S. Reinildahuis, Mamix- straat 285 tel. 30285 Amsterdam. Nederland telde 1 September 10.286.250 inwoners, zo blijkt uit het zojuist ver schenen statistisch bulletin van het Cen traal Bureau voor de Statistiek.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1951 | | pagina 3