Beroep op eensgezindheid in Troonrede
heeft veler instemming
Dinsdag is het te laat
ERIC DE NOQBMAN: 3e &l&@k IHM
SUf
J$tV\
Die
veilige
stad Vlissingen
Nieuwe mogelijkheden
der kleurenfotografie
Bezorgdheid over Benelux en
Europese Betalings Unie
Tot de kern
van de zaak
Voor f 40.000
opgelicht
Mensen
op
reis
J
en het kruiswoordraadsel
van ir. Den Hollander
Ned. ingenieurs
naar Irak
CRITIEK STADIUM
V..
Tegen ambtenaar twee
jaar geëist
ZATERDAG 27 OCTOBER 1951
PAGINA 5
Voorlopig verstag Tweede Kamer over Regeringsbeleid
Indonesië en Nieuw-
Guinea
II' l\\
Gezinsraad?
*Zakenmensen gedupeerd
STOPHOEST I
*-
Voor onze
amateurfolografen
Hoe ziet een kleurenfilm
er uit?
Ook hoogleraren voor
medisch onderwijs
oorlopig geen kleuren
televisie in V.Si
Liturgische weekkalender
Uit het voorlopig verslag der Tweede Kamer aangaande het regeringsbeleid
blijkt, dat men van verschillende zijden met instemming kennis heeft genomen
van het dringende beroep, dat in de Troonrede is gedaan op de eensgezindheid
der natie. Wie zich daarna heeft verdiept in de millioenennota en de verschil
lende begrotingshoofdstukken, zal, zo meent men, ongetwijfeld onder de indruk
zijn gekomen, dat dit beroep terecht is gedaan. Ook in het politieke vlak, zo
gaan vele leden verder, vraagt de situatie, waarin wij verkeren, om méér eens
gezindheid dan in normale omstandigheden nodig of misschien zelfs wenselijk
zou zijn. Deze leden herinneren er aan, dat zij in het begin van dit jaar gaarne
een kabinet hadden zien optreden, dat gesteund zou hebben op de vijf grootste
constructieve groepen in de Kamer.
Ook van verschillende andere zijden
betuigt men instemming met het in de
Troonrede gedane beroep op eensgezind
heid. Verscheidene leden willen daaraan
echter dadelijk toevoegen, dat men dan
ook van alle zijden zal moeten medewer
ken om die eensgezindheid mogelijk te
maken. Sommige leden verklaren zich,
juist met het oog op de noodzakelijke
eensgezindheid, voor de naaste toekomst
voorstanders van een nationaal kabinet.
Zonder in retrospectieve beschouwingen
te treden nopens hetgeen ter zake bij
de jongste reconstructie van het huidige
kabinet is voorgevallen, zijn zij van oor
deel, dat een zodanig kabinet zonder
medewerking van Anti-Revolutionnaire
zijde niet wel denkbaar is. Deze opvat
ting sluit in, dat het huidige kabinet niet
als zodanig is aan te merken.
Elke regering moet trachten op de
internationale gegevens invloed te
oefenen, waarbij, naar vanzelf
spreekt, de taken van de verschil
lende regeringen niet gelijk zijn.
Nederland zal, voor zover dat voor
een klein land mogelijk is, de ont
wikkeling in positieve zin moeten
blijven beïnvloeden, ook om voor
eigen vraagstukken een meer duur
zame oplossing te vinden.
Als een voortreffelijk aan de Neder
landse taak aangepast voorbeeld van be-
invloeding als hier bedoeld, noemen
vele leden de brief van H. M. Koningin
Juliana §an president Truman betref
fende de vluchtelingenpolitiek. Ook
maken zij met waardering melding van
de actieve invloed, welke van Neder
landse zijde is geoefbnd op de inhoud
van het 'Schuman-plan tot oprichting
van een Europese gemeenschap voor
kolen en staal; daarentegen komt het
hun onjuist voor, dat de Nederlandse
regering met betrekking tot de bespre
kingen over een Europees leger de ge
legenheid tot het oefenen van invloed
aanvankelijk ongebruikt heeft gelaten,
door naar die besprekingen slechts waar
nemers te zenden.
Met de politiek tot Europese, in het
bijzonder West-Europese, integratie
stemmen vrijwel alle leden van harte in
Naar hun oordeel zou een dergelijke po
litiek ook gevoerd behoren te worden,
indien de dreiging der totalitaire staten
niet bestond.
De gang van zaken met de Benelux
(Vervolg van pag. 1)
Nemen we als voorbeeld onze groot
ste „standsorgamsatie", de K.A.B.
We mogen veilig aannemen, dat
van de 325.000 leden pl.m. 200.000 „na
oorlogse" leden zijn. Welnu, men moge
het een stoute bewering vinden, maar het
is onze stellige overtuiging, dat verre
weg de meeste „na-oorlogse" leden prac-
tisch niet begrijpen, dat de K.A.B. niet
een „vakbeweging" zonder meer is, maar
op de eerste plaats bedoelt te zijn een
integrale standsorganisatie. Als zodanig
kent zij twee uitvoeringsorganen voor
haar geweldige taak: de pl.m. 20 natio
nale vakbonden en de 5 diocesane bon
den. De laatste organen kregen tot spe
ciale opdracht de standsorgamsatorische
taak in de meer engere zin van dat
woord uit te voeren.
Maar dat neemt niet weg, dat ook de
vakbonden 'n deel standsorganisatorisch
werk verrichten. Herkerstening van de
maatschappelijke instellingen immers
(bevordering van de P.B.O. als christe-
lijk-sociologische gedachte) is leken-
apostolaat van de eerste orde. Nu wordt
evenwel naar onze mening deze fout ge
maakt (die mutatis mutandis óók in
andere „standsorganisaties" veelvuldig
gemaakt wordt)men is zo overtuigd
van de naar de kennelijke mening der
leiders integrale belangrijkheid der
vakbeweging, dat men in de propaganda
zich welhaast uitsluitend beperkt tot de
eigen vakbond en als medetrekmiddel
bovendien nog de aandacht vestigt op
Oen aantal sociaal-economische en so
ciaal-hygiënische hulpinstellingen. Het
komt naar onze ervaringen honderden
en waarschijnlijk duizenden malen voor,
dat een nieuw lid van de K.A.B., die
pas toegetreden een uitnodiging ont
vangt voor een ontwikkelings- of ont
spanningsavond van die K.A.B., min of
meer verbaasd opmerkt: maar daar ben
ik toch geen lid van! Hij is lid geworden
van zijn vak bond en ziet de rest een
voudig niet, omdat hij er hoe onge
looflijk het ook klinkt nog nooit van
gehoord heeft.
En nu nemen we nog het beste voor
beeld. Bij die K.A.B. is althans nog een
beduidende „stands-organisatorische" ac.
tiviteit. Credo Pugno, bedrijfs-aposto-
laatsgroepen, goed cursuswerk. Meer
Vreugde, speciale vrouwenactiviteiten,
jeugdbeweging, enz. Maar er zijn ook
standsorganisaties, waar de idee zelf veel
te beperkt leeft. Waar men zich beperkt
tot het zijn van „centrale van dienende
instellingen" of tot „vertegenwoordigend
lichaam".
Maar de „totale standsorganisatie"
heeft voornamelijk drie kenmerken. Zij
is: a) vormingsinstituut; b) centrale van
sociale, dienende instellingen; c) ver
tegenwoordigend lichaam.
Zodra men aan slechts een deel van de
taak aandacht schenkt, pleegt men een
aanslag op het geheel en wordt uitein
delijk het karakter misvormd.
Miskenning van deze gedachte spreekt
uit aanvallen, die van tijd tot tijd wor
den ondernomen op de standsorganisa
ties, wanneer weer eens wordt gesteld,
dat een of andere taak niet tot hun
competentie behoort
We moeten het aandurven tot de kern
van de zaak te gaan, hetgeen bereidheid
moet insluiten heilige huisjes omver te
gooien; de erkenning, dat de opvatting
van de belangrijkheid der eigen deel
taak te hoog in koers stond.
Dan kome men, om slechts één van de
vier conclusies van Colsen aan te halen:
tot een top-orgaan van alle R.K. Stands
organisaties, dat plaatselijk, diocesaan en
landelijk, zonder een eventuele interna
tionale en propagandadrang uit het oog
te verliezen, in nauwere en nauwere aan
eensluiting, daadwerkelijk de sociale
problemen, welke op wereldlijk terrein
uggen, aanpakt met ruime blik en met
Gods zegen tot oplossing brengt.
en de Europese Betalings-Unie geeft,
naar van verschillende zijden wordt op
gemerkt, reden tot bezorgdheid. Wat de
Europese Betalings-Unie betreft, zo me
nen vele leden, lijkt het er meer en meer
op. dat de grondoorzaak van de weinig
bevredigende gang van zaken is gelegen
in het feit, dat daarbij een min of meer
willekeurig aantal landen betrokken is,
die met eikaar een bepaald saldo van in-
en uitvoer hebben, dat voor de totaliteit
der aangesloten landen niet gunstig ligt.
Ten aanzien van de Benelux kan
men, aldus vele leden, van een cri-
tiek stadium spreken. Dat hier een
voorgenomen integratie tussen een
drietal landen, waarin men een voor
beeld en een stimulans zag voor het
overige Europa, schijnt vast te lopen,
stemt tot ernstige ongerustheid. Deze
leden zullen het op prijs stellen, in
dien de regering hierover uitvoerig
haar zienswijze wilde uiteenzetten
en bovenal wil mededelen, of zij
wegen en middelen ziet om uit de
impasse te geraken.
Enkele leden, die zich met betrek
king tot de politiek t.a.v. Indonesië
kunnen aansluiten bij de daarop uit
geoefende critiek, hebben ook in
ander opzicht zeer ernstige beden
kingen tegen het gevoerde regerings
beleid en kunnen niet nalaten daar
aan opnieuw uiting te geven. Hun
bezwaren zijn in de eerste plaats van
principiële aard. Zij zijn van oordeel,
dat de grondslag van het regerings
beleid ondeugdelijk geweest is en
nog is.
Andere leden verklaren het met de
regering te betreuren, dat de legering
van de republiek Indonesië reeds thans
verzocht heeft overleg te plegen over
wijziging van de R.T.C.-overeenkomsten.
Bij de te voeren besprekingen zal de
regering zich er echter voor hebben te
hoeden enige bindende toezeggingen te
doen alvorens de Staten-Generaal in de
gelegenheid zijn geweest daaromtrent
hun mening kenbaar te maken. Raadple
ging ener commissie uit de Kamer is
daarvoor, aldus deze leden, niet vol
doende. Het gebeurde met betrekking
tot Nieuw-Guinea heeft dit duidelijk
aangetoond.
Inzake Nieuw-Guinea blijven vele
leden van mening, dat de oplossing van
deze kwestie bepaald moet worden door
de wil tot overeenstemming te komen
met Indonesië op een zodanige wijze, dat
de overwegend grote Nederlandse be
langen van culturele en materiële aard,
die in de Republiek Indonesië aanwezig
dikke veertien dagen geleden
zijn wij dan teruggekeerd van
uit Korea en nauwelijks lag de
schuit met zijn neus voor de Nieuwe
Waterweg of ik had al een stevige
Hollandse verkoudheid te pakken, ook
dat misten we zelfs in Korea.
Een berg werk lag te wachten en
zodoende trok ik links en rechts door
Nederland, Enige dagen geleden be
landde ik te Soesterberg en raakte in
handen van het bestuur van een op
te richten militair tehuis aldaar en
nadat ik vrijwel leeg gepompt was
omtrent Korea-ervaringen, kwam het
gesprek vanzelf op de kwestie: „Een
Katholiek Militair Tehuis bij de vlieg
basis Soesterberg".
Ik liet mijn spiedend oog rondgaan
en kwam tot de conclusie, dat hier
een Kath. Militair Tehuis noodzake
lijk is. In Korea hadden wij op dat
gebied niets; waren reeds blij een
'klapperende tent boven het hoofd te
hebben. Hier in Soesterberg staat een
juweel van een gebouw, dat zonder
meer aangekocht kan worden voor
onze jongens.
Het energieke, geestdriftige bestuur
beweegt hemel en aarde om er beslag
op te leggen, maar het kost geld en
om dat bij elkaar te krijgen is door
het bestuur vandmg een grote advertentie in dit blad geplaatst, waarin een
rebus staat, welke een kind kan oplossen. Lezer, u hebt waarschijnlijk deze
advertentie nog niet gezien, maar kijk er nu meteen naar. Verzuim dit
niet, want dan breekt ge dat schone gebouw af en moet onze soldaat, mis
schien wel uw eigen jongen, op de straat rondslenteren of in de kazerne
rondhangen, omdat hij nergens naar toe kan. Het gaat hier om grote din
gen; het betreffen de belangen vcm uw eigen kinderen. Los de rebus op.
plak 50 cents aan postzegels op een briefkaart, werp de briefkaart met gul
gebaar in de brievenbus en voor die dooie twee kwartjes koop je een
pracht van een militair tehuis. Doch dat is niet alles; u hebt tevens kans
prachtige prijzen te winnen. Het mes snijdt van tufee kanten.
Over een paar dagen, n.l. Woensdag 31 October a,s„ heeft de trekking
reeds plaats; zet er vaart achter, want het militair tehuis moet er komen.
Uiterlijk Maandagavond gaat de kaart de bus in. U zult er geen spijt
van hebben en wij zullen gelukkig zijn uw jongen een echt „tehuis" te
kunnen geven. Bij voorbaat dank voor uw hulp.
LOUIS v. d. V WAN DE M.S.C.,
Aalmoezenier.
J&F n„ ut UV
11. Het dichte geboomte van een brede bosstrook. beneemt Eric het uitzicht, en
hij zet de koolzwarte in een korte galop om zo snel mogelijk weer open terrein te
bereiken. Met de tong uit de bek draaft Wolf langs het smalle wildpaadje achter
zijn meester aan. Doch dan wordt het langzaam lichter tussen de stammen en weldra
strekt zich voor de Noorman een golvend heuvellandschap uit dat zover het oog
ieikt, slechts met verspreide boomgroepen en hakhout begroeid is. Ogenblikkelijk
hebben Eric's scherpe ogen de jonge arend ontdekt en met een kreet van voldoening
geeft hij zijn paard, de sporen. Ver voor hem uit buitelt en duikt de roofvogel in
de bijna wolkenloze lucht. Het doordringend langgerekte gefluit van de Noorman
heeft echter geen uitwerking: de arend keert niet terug. Hoewel Eric beseftdat de
afstand te groot is, fluit hij nogmaals, doch bijna gelijktijdig zwenkt de arend plot
seling en verdwijnt als een steeds kleiner wordende stip in de verte. Teleurgesteld
houdt Eric zijn ros in. Het is vergeefse moeitede jonge roofvogel nog verder te
volgen, evenzeer blijkbaar als zijn pogingen om hem af te richten. Er blijft niets
anders over, dan maar weer naar de burcht terug te keren en, met een laatste
blik in de lucht, waar van zijn vogel thans niets meer te bespeuren valt, wendt de
Noorman de teugel.
Eerst nu bemerkt Eric welk een grote afstand hij reeds heeft afgelegd.
„Wij zijn ver van huis geraakt, Wolf!" zegt hij tot de hond, „kom aan, de zwarte
wil ook op stal gaan."
Een koele wind is opgestoken; de zon neigt reeds ter kimme en in de langzaam
dalende schemering rijdt Eric ontmoedigd huiswaarts
Eensklaps klinktdoor de ijle avondlucht de verre roep van een roofvogel. Wolf heft
luisterend de kop op en jankt zachtjes. Hij blijft staan en neemt zijn meester vol
verwachting op, doch als Eric niets schijnt te merken, voegt de hond zich mismoedig
bij hem. De roep herhaalt zich echter, ditmaal dichterbij. Onwillekeurig heft de
Noorman het hoofd op, en daar, scherp afgetekend tegen de purperen avondhemel,
ziet hij een adelaar op breedte wiekslag naderen. Geboeid slaat hij de machtige koning
der lucht gade, en eerst wanneer de grote vogel een zwenking maakt en op hem neer-
duikt, begrijpt de Koning, dat zijn adelaar is teruggekeerd.
Klapwiekend zet de roofvogel zich op de arm, die Eric hem toegestoken houdt.
Doch het gevoel van trots en voldoeningdat Eric doortrilt om de trouw van zijn ge
vleugelde vriend, wijkt plotseling voor hevige ontsteltenis. Want in zijn gekromde
snavel klemt de arend een ruw afgescheurd stuk leder, bevlekt met donkerrode plek
ken Bloed
zijn. niet mogen worden opgeofferd aan
het behoud van Nieuw-Guinea binnen
het Koninkrijk.
Indien dan ook een oplossing kan
worden gevonden, waardoor over
eenstemming met Indonesië wordt
verkregen, terwijl tegelijkertijd reële
eventueel internationaal gewaarborg
de garanties aanwezig zijn .voor de
vrije ontwikkeling van de inheemse
bevolking van Nieuw-Guinea, dan
handhaven deze leden hun opvatting,
dat zulk een oplossing niet mag af
stuiten op de wil om Nieuw-Guinea
tot elke prijs binnen het Koninkrijk
te houden.
Deze opvatting vindt van verschillende
zijden krachtige bestrijding. Van deze
zijden verzet men zich tegen elke sug-
gestie om Nieuw-Guinea eventueel aan
de republiek Indonesië over te dragen.
Wat het gezin betreft, herinneren
sommige leden er aan. dat zij het
vorige jaar de gedachte hebben
geopperd van de instelling van een
gezinsraad. Gaarne zouden zij van
de regering vernemen, hoe deze
thans tegenover deze gedachte
staat.
Naar aanleiding van de opmerkingen
over de kinderbijslag geven verscheide
ne leden nog als hun mening te ken
nen, dat behoort te worden teruggekeerd
tot de oude regeling hiervan, welke na
de oorlog is verlaten, n.l. toekenning
van deze bijslag eerst van het derde
kind af een opvatting, waarmede tal
van andere leden zich voor het tegen
woordige niet kunnen verenigen.
Bij de behandeling van de belasting
wetten in deze zomer is uitdrukkelijk
aan de minister van Financiën de vraag
gesteld of hij de belofte wilde geven, in
geen geval door middel van een geld-
seheppende actie van de Circulatiebank
de Schatkist aan de nodige middelen te
zullen helpen. De leden, hier aan het
woord, zouden het op prijs stellen, in
dien de regering de bedoelde vraag zou
willen beantwoorden.
In samenhang hiermede zouden zij
de vraag willen stellen, of de minister
van Financiën kan verzekeren, nog in
zijn ambtsperiode de belofte te zullen
inlossen, die hij bij de behandeling van
de Bankwet heeft gedaan, n.l. dat de
wet, bedoeld in artikel 17, niet langer
dan twee jaar achterwege zou blijven.
Een beroep op de moeilijkheid van de
materie en de tegenstrijdigheden in ad
viezen zou een zwakke verontschuldi
ging zijn voor het achterwege blijven
van een regeling, die juist ter verdedi
ging van de waarde van onze rekeneen
heid betekenis heeft.
Advertentie
CARBOVIT (Actieve Kool-Dragées)
reinigt maag en ingewanden van kwade
stoffen. Per doos 41 ct. Flacon f 1.03.
De rechtbank te Middelburg heeft een
der grootste oplichtingszaken van de
laatste jaren in Zeeland behandeld, n.l.
die tegen de 35-jarige J. de B., ex-amb
tenaar van de provinciale planologische
dienst in Zeeland in Middelburg, die er
van verdacht werd 73 zakenmensen
voor een totaal bedrag van 40.000 te
hebben gedupeerd. Tegen hem werd
twee jaar gevangenisstraf geëist met
aftrek van voorarrest en voorwaarde
lijke ter beschikking stelling van de
regering.
De B. die ver boven zijn stand heeft
geleefd, kocht voor enorme bedragen
goederen zonder deze echter te betalen
Een aantal van deze goederen verkocht
hij vrijwel onmiddellijk weer voor een
appel en een ei om de lastigste schuld
eisers te kunnen voldoen. Zijn verloofde,
waarmede hij inmiddels is getrouwd, gaf
hij geschenken voor een waarde van
bijna 10.000, maar ook deze cadeaux
werden niet of slechts ten dele betaald.
De provinciale planologische dienst werd
benadeeld voor een bedrag van onge
veer 100 terwijl De B. bovendien 35
pakken cyclostylepapier, die aan deze
dienst toebehoorden, voor eigen reke
ning verkocht. Toen de dag van zijn
huwelijk naderde kocht De B. zonder
ook maar één cent te betalen een groot
herenhuis te Middelburg, dat 14.000
moest opbrengen. Op dit huis nam hij
een hypotheek en bovendien liet hij het
geheel opknappen zonder daarvoor te
betalen. Bij het onderzoek kwam ook
aan het licht, dat hij een tante in
Zeeuws-Vlaanderen. bij wie hij is opge
voed, nagenoeg geruïneerd heeft.
Advertentie
Hoesten h Kinder-
tijk I STOPHOEST J
verzacht direct die
lastige keelkriebeE
Kinderen zijn er
dol opl Geef ze
STOPHOEST
als ze hoesten
Voorkomen re beter dan
genezenl STOPHOEST
gezond èn lekker
»T KT£
r>. gi.(?\f*
Zorg, dat U altijd 'n paar rolletjes
m huis heettI Met STOPHOEST
•s het hoesten snel verleerd en
wie niet hoest, snoept graag mee.
Proef ze maar eens!
/n Woerden wringt zich een goed
gevulde swagger door de coupé
deur. Een knalgeel veertje wuift
op een groen hoedje. De eigenares is
ongeveer vijftig en heeft al die jaren
haar mondje goed geoefend.
„Zag je Marius ook?", vraagt zij aan
haar dochter, „hij was nog net op tijd.
En dat mens van over ons moest na
tuurlijk gauw een tweede klaskaartje
hebben, toen zij mij zag. Ik kan mij
niet voorstellen dat die zaak van hun
zo goed gaat. Heb je gehoord van juf
frouw Jans'! Die gaat trouwen met een
weduwnaar van zes en zestig! Begrijp
jij zo'n mens van drie en vijftig nou?
Enne, ze zeggen....'' Het hoedveertje
buigt naar de dochter. De intieme
roddelverhalen worden onder geheim
houding discreet gesmiespeld.
Onze coupé neemt vervolgens kennis
van de laatste nieuwtjes over een
drankzuchtige neef, het huis van juf
frouw Jansen, dat onbewoonbaar is
van het ongedierte, de scharrelpartij
van de bakkersdochter met de zoon
van een der notabelen en het aan
staande faillissement van ome Arie, die
elke Maandag naar Amsterdam gaat.
Wij naderen Utrecht en gaan vast op
het balcon staan, om vlug over te
kunnen stappen. Achter ons horen wij
dan twee dames het doopceel van het
Veertje lichten.
„En kletsen dat ze doet. Moet je d'r
horen opscheppen over lutar omgang
met de Dingensen. Nou, van mij weet
ze gelukkig niets".
„Nou", zegt haar buurvrouw veelbe
tekenend, „nou".
„Oh wel, soms? Wat kan zij van mij
nou kletsen
Ook deze twee hoofden buigen zich
fluisterend naar elkaar toe en lopen
een beetje rood aan.
Als de trein langs het perron schuift,
verschijnen Veertje en haar dochter.
„Hé, jullie ook naar de stad? Gezellig,
gaan wij samen een kopje thee drin
ken? Ik heb nog een paar leuke
nieuwtjes voor jullie".
Vriendelijk pratend lopen de vier
vrouwen naar de uitgang. Als man ben
je sprakeloos na zo'n gesprek aange
hoord te hebben en je dwingt je te
denken: „Mijn vrouw en dochter zijn
zo niet".
's-GRAVENHAGE 26 Oc
tober. Vergade ring-min
ded zijn wij allerminst. Men
denkt er bij ons op de redac
tie eenvoudig niet aan, ons
af te vaardigen naar de zit
ting van de gemeenteraad,
of naar het congres van de
K.V.P. Ja zelfs het parlement
van de K.N.V.B., waarop
ons stokpaardje, het Ama
teurisme, wordt bereden,
vindt in ons een van zijn
minst enthousiaste bezoe
kers en een van zijn gretig
ste vertrekkers. Maar een
zwak, dat zelfs het ongerief
van de vergaderingsweeën
blijkt te kunnen overwin
nen, is onze interesse voor
Weg en Verkeer En dus za
ten wij vanochtend weer
Cesproken handleiding
voor automobilisten
plichtsgetrouw in Pulchri
Studio. Niet om ons te ver
lustigen aan de Italiaanse
landweggetjes, Zwitserse Al
penhutten, Middellandse Zee
gezichten, kerkinterieurs,
schone en zeer schone
(jonk) vrouwen, stillevens
van gebruiksvoorwerpen,
bloemen en fruit in pastel,
water- en olieverf, maar
om op de negende Wegver-
keersdag van de K.N.A.C.
te luisteren naar hetgeen
men wenselijk en nuttig
vond, ons over diverse ver
keerszaken voor te houden
en zo mogelijk in te pren
ten.
Om te beginnen hebben
wij geleerd, dat wij dom
mer dingen kunnen doen,
dan ons binnen de kortst
mogelijke tijd metterwoon
in Vlissingen gaan vestigen.
Vlissingen is namelijk bij
de dit jaar gehouden Veilig
Verkeer Competitie de vei
ligste stad in Nederland ge
bleken. Het aantal verkeers
ongevallen is er maar liefst
met ruim 55% gedaald en dat
is een resultaat waarmee de
stad van Michiel de Ruyter
niet alleen in haar eigen
categorie (20.00030.000 in
woners), maar ook ln ver
gelijking met de nummers
één uit de vijf andere klas
sen, een Groot en Waarach
tig Kampioen is. Overigens
behoorden tot de winnaars in
die andere categorieën, be
halve Rotterdam, Nijmegen,
Zwolle. Roosendaal en Nis
pen, ook Schiedam en dat is
naar het duiveltje ter lin
kerzijde ons arglistig in
fluisterde toch eigenlijk
wel een plausibele reden, om
het dan maar in de stad van
een onzer belangrijkste al
thans populairste industrieën
te gaan proberen, wanneer er
in de Zeeuwse havenstad
voor Onze Geringheid geen
gaatje te vinden zou zijn.
Maar voorlopig hadden wij
toch meer behoefte aan
hoest- dan aan andere
drankjes. Wij waren n.l.
even na aan de griep toe als
prof. dr. ing. Halbertsma, die
zou spreken over „De te
genwoordige stand van de
wegverlichting'', maar die
veilig (nergens Veiliger Ver
keer!) bij zijn asperine en
warme melk onder de dekens
kon blijven, omdat hij in dr.
Vermeulen een consciënti
euze plaatsvervanger had ge
vonden. Ons stond die plaats
vervanger niet ten dienste,
zodat wij gewapend met een
potlood, een half ons drop
en anderhalf dozijn apothe
kerszakdoekjes hebben ge
tracht de hitte van de dag,
die vanwege de centrale ver
warming aanvankelijk koude
was, zo goed mogelijk te
doorstaan.
Vóór alles onze dank aan
de chef van de Rotterdamse
verkeerspolitie, de heer K.
i. Muller, die, sprekende
over goede en slechte ge
woonten van H H. Automo
bilisten. een paar opmerkin
gen heeft gemaakt, die ons
(niet-automobilisten!) uit
het hart waren gegrepen.
Het ging natuurlijk niet te
gen iemand van de aanwezi
gen in het algemeen of van
de K.N.A.C. in het bijzon
der; maar de desbetreffenden
onder de afwezigen mogen
weten dat de heer Müller,
hoewel hij bezwoer de auto
mobilisten niet als „grof
wild" te beschouwen, enke
le uiterst behartigingswaardi-
ge woorden aan hun adres
heeft gesproken. Hij verweet
hur, 'n nogal algemeen gebrek
aan stijl; hij noemde hen,
vrij naar het Zuid-Afrikaans,
gorillabestuurders of daken
klauwers; hij had oprechte
bezwaren tegen hun „narrow
escape"-spelletjes; hij wees
ben erop dat hun achteruit
kijkspiegel belangrijker was
dan hun richtingaanwijzers
en hun claxon bij elkaar; hij
adviseerde hen om bij het
passeren van motorrijders
(en bromfietsen! bravo!) op
de inhaalbaan te gaan rij
den en vroeg hun tenslotte
in gemoede. waarom ze wél
wilden erkennen een matig
bridger, roeier of tennisser
te zijn, maar op hun wijze
van autorijden geen critiek
konden velen.
In de middagzitting luister
den wij geboeid naar de pre
sident van de Nederlandse
Spoorwegen, Ir Den Hollan
der. die in de letterlijke zin
van het woord sprak over de
kruising van het spoor- en
wegverkeer, toen hij het pro-
bleem van de spoor-weg-
kruising aan de orde stelde.
De heer Den Hollander
vouwde met betrekking tot
dit probleem openhartig het
huishoudboekje van de
Spoorwegen voor ons open
en aangezien wij als ordente
lijke burgesr altijd graag wil
len weten hoe onze buurman
het zaakje runt, luisterden
wij geïnteresseerd; zélfs toen
de spreker van zijn kruisin
gen een waar kruiswoord
raadsel met millioenen en
milliarden maakte. Maar toen
wij hem hoorden zeggen, dat
er voor de oplossing van dit
probleem een hele boei geld
op tafel zou moeten komen,
schroefden wij teleurgesteld
onze vulpen dicht. Wie heeft
er nu geld? „Wij hebben het
n i e t," zei de heer Den Hol
lander nadrukkelijk. Minister
Wemmers, die de Wegver-
keersdag geopend had, was
intussen zo diplomatiek ge
weest met de stille trom te
verdwijnen en mr. Smits van
Oyen, de voorzitter van dé
KNAC, zat met zijn secreta
ris mr. Harinxma om het
hardst van „nee" te schud
den.
En dus lieten we ons maar
weer tot de werkelijkheid te
rugroepen door ir. A. J. Mol-
linger, wiens voordracht
„Lichte wagens versus zwa
re niet de ravage oplever
de, welke wij er in onze naïe-
veteit en sensatie|lust, volgens
de wetten van de zwaarte
kracht, van hadden verwacht.
Maar toen de inleider met
a-j-b en z-j-y en x kwadraat
begon, overmande ons weer
de algebraïsche sluimer van
onze gymnasiale jaren. Welk
een vreugde, toen niet de
scherpe stem van onze wis
kundeleraar, maar het ap
plaus van de vergadering ons
daaruit wektel Cr.
Zoals wij vorige week reeds mede
deelden, zullen wij deze week een
begin maken met het onderwerp
kleurenfotografie. Natuurlijk heeft
iedere amateur wel eens gehoord over
kleurenfotografie, maar deze fotografie
werd, zoals wij haar tot nu toe kenden,
maar door enkele amateurs gebruikt.
Dit waren n.l. de zg. diapositief kleu
renfilms, welke in doorzicht bekeken
of geprojecteerd moesten worden, het
geen werkelijk fantastisch mooi was,
maar voor velen bezwaren opleverde.
De hiermee verkregen beelden zijn
prachtig, mits men bij de opname geen
fouten in de belichtingstijd en~.
maakt, want een eigenschap van deze
films is, dat men zeer precies moet
werken.
Zo krijgt men bij de geringste onder
belichting direct onjuiste kleuren, ter
wijl ook de kleurtempera'tuur van
het opvallende licht een grote rol
speelt: maar daarover later. Hoewel
deze films door veel amateurs met suc
ces werden en nog worden gebruikt,
acht men hiervan het grootste nadeel,
dat er geen afdrukken van gemaakt
kunnen worden, terwijl ook met came
ra's, waarin een minder lichtsterke lens
zit. moeilijk behoorlijke resultaten be
reikt kunnen worden.
Heel anders is het met de nieuwe
kleurenfilms, welke pas sedert kort op
de markt kwamen, n.l. de zg. nega
tief-positief kleurenfilms. Deze films
kunnen in de eerste plaats afgedrukt
worden; men kan hiervan een onbe
perkt aantal afdrukken en/of vergro
tingen laten maken, terwijl met een ca
mera met minder lichtsterk objectief
vrij behoorlijke resultaten verkregen
kunnen worden, mits men zich precies
houdt aan de instructies, welke door de
fabrikant verstrekt worden. Weliswaar
levert het werken met deze film lang
niet zoveel moeilijkheden op als met de
diapositieffilm, daar de belichtings
speelruimte veel groter is, maar toch
is het fotograferen hiermee nog wel
moeilijker dan met de gewone zwart-
wit-fotografie. Om een juist begrip te
verkrijgen van de moeilijkheden, die
hierbij voorkomen, volgt hier een
kleine beschouwing van de filmopbouw
en haar reacties op het licht.
Zoals u weet. bestaat de gewone
zwart-wit-film uit een celluloid band,
waarop een lichtgevoelige emulsielaag
is aangebracht. Ook de kleurenfilm
bestaat uit een celluloidband met daar
op een emulsielaag; het verschil is hier
echter, dat de emulsielaag van de zwart-
wit-film in zijn geheel gevoelig is voor
alle kleuren licht, terwij] de emulsie
laag van de kleurenfilm uit enige ver
schillend-gevoelige lagen bestaat. De
eerste laag is uitsluitend gevoelig voor
rood licht: hierop is een tweede laag
aangebracht, die uitsluitend gevoelig is
voor groen licht en vervolgens nog een
emulsielaag, die uitsluitend gevoelig is
voor blauw licht. Tussen deze boven
liggende laag en de daaronder liggende
groengevoelige laag bevindt zich er
nog een: dit is geen emulsielaag, maar
een geelfilterlaag. welke dient om het
blauwe en ultraviolette licht te ab
sorberen, daar een fotografische emulsie
altijd gevoelig is voor
deze kleuren en de
twee onderlagen niet
door dit licht belicht
mogen worden. Om
misverstand te voorko
men moeten wij er nog
wel even op wijzen,
dat deze emulsielagen
niet gekleurd zijn,
docii alleen maar ge
voelig zijn voor de ge
noemde kleuren; de
filmemulsie heeft de
zelfde vaal grijsgroene
tint als bij de zwart-
wit-film. De kleuren
film heeft dus drie
emulsielagen, die elk
gevoelig zijn voor een
van de drie primaire
kleuren (hoofdkleu
ren), waardoor dus het
gereflecteerde licht van
alle gekleurde voor
werpen afzonderlijk in
zijn verhoudingen kan
worden „vastgehou
den", daar elke kleur
uit een of meer van
deze primaire kleuren
bestaat, zoals wij in het
volgende artikel zullen
zien.
De hierbij afgedruk
te foto wordt eveneens
volgende week in het
kader van deze kleu-
ren-uiteenzetting na
der besproken. Het
verdient misschien aan
beveling deze hiervoor
te bewaren.
(Van onze Haagse redacteur)
Contacten met autoriteiten uit Irak
o-a. met een minister, die enkele
maanden geleden ons land heeft be
zocht hebben ertoe geleid, dat vier
Nederlandse deskundigen een pharma
coloog, een anatoom, een physicus en
een chemicus, zeer binnenkort hun
krachten zullen gaan geven aan de op
bouw van het medisch' hoger onderwijs
te Bagdad.
Voorts vernemen wij, dat Irak tot
Engeland, Zweden en Nederland een
aanvrage heeft gericht om ingenieurs,
gespecialiseerd in irrigatie- en draina
gewerkzaamheden. Er is goede grond
voor de verwachting, dat van Neder
landse zijde hierin een belangrijk aan
deel zal worden genomen. Een delega
tie uit Irak zal over enige tijd naar
Nederland komen om deze zaken nader
te regelen.
Voor de uitvoering van bedoelde wer
ken die voor de ontwikkeling van Irak
van bijzonder belang zijn, zou de In
ternationale Bank een lening verstrek
ken: een beslissing hierover is echter
nog niet genomen.
De heer J. G. Goedhart, directeur
van de N.V. vleeswarenfabriek te Wier
den, is benoemd tot ridder in de orde
van Oranje Nassau.
De kleurentelevisie in de V.S. is naar
de nabije toekomst verschoven door een
verzoek van de regering om de massa
productie van apparaten voor kleuren
televisie stop te zetten.
Charles Wilson, directeur van het
bureau voor economische mobilisatie,
gaf als reden voor het verzoek op, dat
schaarse grondstoffen door stopzetting
van de productie der kleurentelevisie
apparaten ten goede zouden kunnen
komen aan de defensie-inspanning.
ZONDAG 28 October: Feest van Christus
Kc-ning: Mis v. h. feest; 2 gebed v. d. Zon
dag; Credo; prefatie v. Christus Koning;
laatste evangelie v. d. Zondag; wit.
MAANDAG: H.H. Simon en Judas, apos
telen; eigen Mis; Credo; prefatie v. d.
Apostelen; rood
DINSDAG: Mis 'v. d. 24ste Zondag na
Pinksteren: 2 tot alle heiligen: 3 naar keuze;
gewone prefatie; groen.
WOENSDAG: vigilie van Allerheiligen;
eigen Mis: 2 tot de H. Geest; 3 voor Kerk
,oi Paus: gewone prefatie; paars.
DONDERDAG: Allerheiligen; Mis v. h.
feest; Credo; gewone prefatie; wit.
VRIJDAG Allerzielen: H.H. Missen van
de dag; sequentie; prefatie voor overle
denen; zwart.
ZATERDAG: Mis v. Allerheiligen: 2 tot
de H. Geest: 3 voor Kerk of Paus; Credo;
gewone prefatie; wit; Den Bosch, Roer
mond Breda: H. Hubertus. bisschop-belij
der; Mis Statuit; 2 Allerheiligen; Credo;
gewone prefatie; wit.
ZONDAG 4 November: 25ste Zondag na
Pinksteren; Mis v. d. 4de Zondag na Drie
koningen; 2 H. Carolus: 3 Allerheiligen; 4
H.H. Vitalis en gezellen; Credo: prefatie
v. d. H. Drievuldigheid; groen; Roer
mond; 4 H. Perpetuus; 5 H.H. Vitalis en
gezellen.