Totale oorlog tegen de ratten
EIK DC NOOBMAH: De *lö*k VG/l het QtHtd
Minister Staf is niet zó
pessimistisch
Het teken zijner waardigheid
DE WERELD VAN DEZE WEEK
Voor f 125.000 aan goud
gesmokkeld
Belangstelling
is nodig
l
Mensen op reis
In de week van 14 tot 21 December
geheel Nederland ten strijde
Televisie
Suikercampagne
bijna beëindigd
en divisies
Een jaar tegen Amerikaan geëist
SLECHTS GECONCENTREERDE ACTIE
KAN SUCCES HEBBEN
312.000 ton suiker
te verwachten
II' IW
Europese defensie
Divisies
s
'/■v
Handlangster, een
Zwitserse, in vrijheid
ZATERDAG 8 DECEMBER 1951
PAGINA 5
MINISTER LIEFTINCK
NAAR DE V.S.
Medisch standpunt
fH
V
(Van onze speciale verslaggever)
Zonder enige schroom durven wij grootmoedig te bekennen, dat wij bang zijn
voor ratten. Wy vinden het verschrikkelijk nare beesten, die wjj evenzeer
verafschuwen als inbrekers. Wij houder, er niet van 's nachts te worden
opgeschrikt door een naargeestig geritsel of een monotoon knagen aan de plin
ten van ons huis en evenmin kunnen wij dulden dat deze nachtelijke bezoekers
de kaas voor onze boterham gebruiken om er hun misselijke vraatzucht mee te
stillen. Neen, wij voeler, iets voor huisdieren, maar op ratten zijn wij geenszins
gesteld. Daarom verheugt het ons uitermate, dat min of meer onder leiding van
de Plantenziektekundige Dienst in Wageningen tegen het einde van de volgende
week nationaal en op grote schaal de rattenbestrijding ter hand wordt genomen,
om in de gelederen van dit enge bruine monster een danige slachting aan te
richten. Een dergelijke actie wordt elk jaar uitgevoerd en mits de strijd goed
wordt gestreden gaan enige honderdduizenden ratten een nare tijd tegemoet,
waarover wij ons wreed als wij in dit opzicht zijn slechts kunnen ver
heugen.
Een bruine, of riool- of waterrat is,
wat wij in onze samenleving zouden
noemen: „familieziek". Een fors ge
bouwd rattenpaar brengt, wanneer het
in gunstige omstandigheden leeft, in één
jaar 200 tot 300 nakomelingen voort en
deze uitgebreide familie blijft in vele
gevallen bij elkaar op een jachtterrein,
dat door het rattenpaar is uitgekozen.
Dit jachtterrein is taboe voor andere
families die, wanneer zij de euvele moed
mochten bezitten er toch in door te
dringen, op een geduchte vechtpartij
moeten rekenen- Mocht een jachtterrein
dat door de opper-rattenbestrijders
in Wageningen „territorium" wordt ge
noemd niet meer voldoende opleve
ren, hetgeen bij een dergelijke snelle
familie-uitbreiding spoedig het geval
is, dan gaat een deel van de familie
migreren of op roof uit, waarbij in na
burige jachtvelden hevige oorlogen ont
staan. Hierbij zal het recht van de
sterkste zegevieren.
Door deze levenswijze is het niet mo
gelijk de bestrijding van de rat inciden-
(Vervolg van pag. 1)
En juist op dit beginsel is de wet op
de P.B.O. gegroeid.
De deelhebbers aan het bedrijfsleven
zelf dus ondernemers én arbeiders
ol om het in onze eigen (vak-technisch
niet-juiste) termen te zeggen: kapitaal
aandeelhouders en arbeidsaandeelhou-
ders, moeten samen uitmaken wat in
het belang is: a)van de onderneming,
b) van de daarin werkzame mensen
en c) van het algemeen welzijn.
Een van de gronden die telkens
weef door arbeiders worden
aangevoerd om hun betrekkelijke
onverschilligheid te verklaren is: on
danks die wet, hebben en krijgen we
toch niets te zeggen. Dit is de grootste
vergissing, die wordt gemaakt en die
alleen te verklaren is uit het feit. dat
men vroeger inderdaad niets te zeggen
had.
Maar nu gaat 't juist anders worden. Let
eens op de tekst van het zo belangrijke
artikel 93 ii<j 2 van deze wet. Daarin
worden niet minder dan 16 punten op
genoemd, waarin aan de product- en
/of bedrijfsschappen wordt overgelaten
met verordenende bevoegdheid regelen
te stellen. Met verordenende bevoegd
heid, dat wil zeggen daL« •itndien «en
bepaalde maatregel eenmaal is vastge
steld, ieder in het bedrijf waarop de ver
ordening betrekking heeft verplicht zich
hieraan te houden. Doet hij dat niet, dan
is hij wettelijk strafbaar.
Laten we maar eens een paar pun
ten uit dit artikel nemen. (We letten
niet op de volgorde zoals de wet die
geeft) (j.) De lonen en andere arbeids
voorwaarden. Loon-ontduiking, zowel
van de zijde van de arbeiders, als van
de werkgevers, zal, komt hierover een
verordening tot stand, wettelijk straf
baar zijn. Welke arbeider kent uit zijn
eigen ervaringen niet de gevallen van
..onderkruiperij" (ook nu nog, in deze
tijd van spanning tussen lonen en prij
zen).
k. De arbeids-bemiddeling, de aan
stelling en het ontslag van personeel.
g.) de mechanisatie en de rationali
satie van ondernemingen.
Wat is dat niet een geweldig belang
rijk punt. Hoeveel twistgesprekken in
cantine, werkplaats en vergaderzaal zijn
hier al niet over gevoerd. Hoe is in de
loop der jaren n'et gemopperd en gekan
kerd over het feit dat bepaalde machi
nes tientallen en vaak honderdtallen
arbeiders overbodig maakten en tot ja
renlange werkloosheid doemden. Voorts:
de vakopleiding, omscholing en herscho
ling en de vaststelling van de getalsver
houdingen in ondernemingen getalsver
houding ouderen-jongeren, mannen-
vrouwen enz.); de concurrentie; de
verruiming van werkgelegenheid en de
voorkoming van werkloosheid; de voo- -
koming en aanvulling van een tekort
aan arbeidskrachten; het in het leven
roepen en houden van fondsen en in
stellingen in het belang van de bedrijf s-
genoten.
Over al deze en nog meer aangele
genheden had zich de laatste eeuw een
historisch klachtenboek ontwikkeld,
omdat in verreweg de meeste gevallen
steeds eenzijdig hieromtrent werd be
slist. Het ging over de arbeiders, maar
altijd zonder hen. Nu is er da histori
sche kans; ze kunnen mee gaan praten
en hoeven niet langer af te wachten
Ze kunnen meepraten door op hun ver
gaderingen hun wensen te laten groeien
in gezonde discussies en zo te zorgen,
dat hun vertegenwoordigers geen beslis
singen meenemen die geen klankbord
vinden in de werkelijke bedrijfsverhou-
dmgen.
Daarom blijven we twee dingen jam
mer vinden:
le. Dat er van onderaf zo weinig
aandrang blijkt te bestaan bij de ar
beiders zelf om tot „schappen" te ko
men.
2e. Dat van bovenaf er maar zo
traag schot komt in de practische en
feitelijke ontwikkeling.
Reeds op 8 November 1950 heeft de
Sociaal-Economische Raad de z.g. orga-
hisatie-commissie ingesteld.
Deze commissie (die een permanente
is) is sindsdien bezig zich te oriënte-
fen op wat zich in het bedrijfsleven
ontwikkelt. Het is een goede vader
landse gewoonte om vrees te hebben
voor alles wat van bovenaf wordt op
gelegd. Maar als dat er toe zou, leiden,
bat men nu maar lijdelijk gaat afwach
ten wat er komt, dan vrezen we, dat
bog heel wat geduld moet worden op
gebracht.
De organisatie-commissie heeft dan
ook wijselijk de juiste middenweg ge-
Rozen en plaatste in haar werkpro
gram vooral het woord: stimuleren.
Maar ook dat woord moet „Anklang"
vinden tot in de onderste lagen van ons
oedrijfsleven. Het gaat om waarachtige
rovensbelangen. niet alleen van de ar
beiders, maar van heel ons sociale
teel aan te grijpen, want mocht een be
paald jachtterrein gezuiverd zijn, dan
heeft een naburige familie onmiddellijk
in de gaten dat dit niet meer verdedigd
wordt. Het territorium wordt gean
nexeerd en de familie neemt er haar in
trek.
Voorheen werd het land voor de
jaarlijkse bestrijdingsactie in zeven dis
tricten verdeeld, waarin de bestrijding
afzonderlijk ter hand werd genomen.
Voor de eerste maal wordt dit jaar de
actie over het gehele land gelijktijdig
gevoerd. Hiertoe zullen vanaf 14 Decem
ber, veelal door de gemeentelijke reini
gingsdiensten medewerking van de
gemeenten is bij een dergelijke bestrij
ding onontbeerlijk en door particulie
ren drie en een half millioen blokjes
vergiftigd lokaas worden uitgelegd daar
waar ratten zijn gesignaleerd. Dit lokaas
is een zeer oud en beproefd middel en
bestaat uit een blokje gebakdeeg, dat is
gedrenkt in Scilla-extract, een aftrek
sel van de bollen van de Scilla-Maritima,
een bolgewas uit het gebied van de Mid
dellandse Zee. In tegenstelling tot vele
andere middelen is dit lokaas voor de
mens en het vee nagenoeg onschadelijk.
Een boer, die deze blokjes op de ratten-
gangen in zijn land legt, hoeft niet bang
te zyn, dat zijn koeien er dood aan zul
len gaan noch zijn ganzen, zoals onlangs
in de Noord-Oost-Polder is gebeurd toen
een groot aantal ganzen van de muizen-
tarwe aten, die daar bij de muizengaten
in de akkers was neergelegd. Wel moet
hij ermee oppassen voor zijn konijnen.
Wanneer de rioolrat een redelijke por
tie van dit vergift, vraatzuchtig als zij
is, naar binnen heeft gewerkt,, is zij voor
goed uit de circulatie verdwenen. Bin
nen een paar uur is zij er dan geweest
Van een rat, die op die manier aan haar
eindje komt vindt men niet veel meer
Want zodra het beest zich niet lekker
gaat voelen kruipt het weg in een afge
legen hoek. Het voelt zich zwak en is
bang voor aanvallen van soortgenoten
Het verdwijnt en sterft in de vergetel
heid een zware dood.
Het is van het grootste belang, dat
eenieder die last van ratten heeft ge
durende de nationale bestrijdingsweek
van 14-21 December ijverig meewerkt.
Wij zijn niet de enigen, die u daartoe
opwekken. In opdracht van de Plan
tenziektekundige Dienst heeft Koen
van Os een zeer suggestief affiche ont
worpen, dat over alle delen van ons
land is verspreid. Bovendien zijn 30.000
knap vervaardigde brochures vanuit
Wageningen het land doorgegaan.
Dat voor deze bestrijdingsactie juist
deze week is uitgekozen ligt in het feit,
dat de rioolrat thans, nu de winter dreigt
en het koud begin te worden, de woon
kernen opzoekt en gemakkelijk te vin
den is. Zomers zwerft zij buiten en zou
een dergelijke grootscheepse actie geen
nut hebben. In Amsterdam, waar vooral
in de oude binnenstad langs de grach
ten, de ratten schier onuitroeibaar zijn,
gaat de bestrijding van deze beesten het
gehele jaar rigoreus door, zodat men van
deze speciale actie in de hoofdstad des
lands weinig zal bemerken. Wel is dit het
geval in de randgemeenten.
Maandag vertrekt minister Lieftinck
naar de Verenigde Staten. Hij zal daar
besprekingen voeren over de aflossing
van de derde lening, die de Amerikaanse
Export-importbank sinds de oorlog aan
ons land verstrekt heett.
In Nederland huizen evenveel rat
ten als mensen. Let wel, dit wordt
niet gezegd ter discriminatie van het
menselijk ras, waarvan wij tenslotte
zelf, zeer tot ons genoegen, deel uit
maken. Elke rat berokkent minstens
voor één cent schade per dag. Dus
dat zijn tien millioen centen dage
lijks en dat is 36,5 millioen gulden
per jaar. Vier procent van de we
reldvoedselvoorraad wordt jaarlijks
door ratten en muizen vernietigd. Dat
zijn feiten. Een pakhuis had jaar
lijks vijfduizend gulden schade aan
aangevreten jutezakken. Een land
bouwer zag in één nacht 150 kuikens
door de vraatzucht van ratten sneu
velen. In Februari van dit jaar
kwam Zuid-Limburg tweemaal in
het donker te zitten omdat de ka
bels van de electrische centrale door
de ratten waren doorgeknaagd. De
schade liep in de honderdduizenden.
En dan nog de schade, die de boeren
aan hun gewassen ondervinden.
Voor ons is door deze feiten en door
eigen ervaring volkomen duidelijk
dat de bestrijding de komende we
ken m,et alle kracht dient te worden
aangepakt en dat niemand zijn me
dewerking hieraan mag weigeren.
Het is dat het karakter van deze ru
briek zulks niet toelaat, anders zouden
wij het N.C.R.V.-programma van gister
avond liever onbesproken laten. En dat
niet omdat het zo verschrikkelijk slecht
was geen recensent zou zich een der
gelijke kans laten ontglippen maar
eenvoudig omdat het zo onbelangrijk,
zo saai en vooral zo weinig experimen
teel, was. Men oordele zelf. De N.C.R.V.
begint zo'n uitzending na een veel
belovend openingsbeeld met een pro
gramma dat tot titel draagt: Kroniek
van actuele en interessanto zaken. En
dan krijgt men voorgeschoteld: een
kunstfluiter, die met in de hand een
vogelkooitje en een opgezet vogeltje
een lied ten beste geeft; een heer, die
pardoes een overigens zeer redelijke
lezing over India gaat houden en ten
slotte een andere heer, die staande bij
een fruitmand vertelt welke appels en
peren er op dit ogenblik te krijgen
zijn en wat voor heerlijke schoteltjes
daarvan nu wel vervaardigd kunnen
worden. Wat in 's hemelsnaam zal men
hierover opmerken? Het beeld was
slecht en vier of vijf goede shots zijn
werkelijk niet voldoende cm de tanen
de belangstelling te verlevendigen. Ge
lukkig kwam er in deze woestenij een
kleine oase. Een goed filmpje over Din-
gaansdag met een commentator, die in
zijn schijnbaar primitief Zuid-Afrikaans
gevoelige dingen zei.
Na de pauze volgde een poppenspel.
Als televisie-uitzending beslist niet on
aardig, maar waarom nu weer zo'n qua
si huiselijke en quasi populaire inlei
ding door een heer, die geheel schuil
gaat achter een bijzonder opdringerige
stropdas? Het is ons trouwens ook een
raadsel waarom deze overigens lichte
lijk ironiserende politieke satire aan
het eind plotseling zo'n moraal moest
krijgen van van-dik-hout-zaagt-men-
planken. De uitzending sluit dan met de
avondwijding. En ook die kent de kijker
zo onderhand. De dominee in zijn ge
bloemde leunstoel, een bureau, een tele
foon, een kastje met boeken, een vrien
delijk schemerlampje, men kan het
moeilijk nog gezelliger maken.
Enfin, de televisie is op mars. Eri als
ze blijft marcheren, zoals ze nu al
twee maanden doet. dan behoeft het
vaderland zich tenminste niet ongerust
te maken. De woelige wereld zal geen
stille huiskamer binnendringen. De ver
veling is haar voor. Alb. W.
De suikerfabrieken te Roosendaal en
Zevenbergen hebben de campagne be
ëindigd. De fabriek te Dinteloord en
die te Steenbergen komen volgende
week gereed. Nederland kan van deze
campagne ongeveer 312.000 ton suiker
verwachten Dit is nog altijd te weinig
om de consumptie en de behoefte van
de suikerverwerkende industrieën te
dekken. Daarom zal Nederland nog on
geveer 165.000 ton ruwe suiker moeten
importeren, die in het eigen land zal
worden geraffineerd.
46. In een vertwijfelde poging om zijn zegevierende tegenstanders in de tunnel
op te sluiten, zet de laatst overgebleven rover zijn schouder tegen het machtige
rotsblok, waarmee hij de doorgang wil versperren. Een hagel van stenen komt
omlaag en een ogenblik schijnt het, dat de opzet zal gelukken. Woede en doodsangst
geven de schavuit reuzenkrachten en er komt beweging in het gevaarte.
De kerel wijkt terug om met een hernieuwde inspanning zijn volle gewicht tegen
de steen te doen aankomen, doch dan achterhaalt ook hem de wrekende gerech
tigheid. Tamar's pijl zoeft trillend door de lucht en onder het uitstoten van een
snerpende gil stort de rover ruggelings omlaag.
„Mislukt!" juicht Gnom met jongensachtige vreugde.
Eric en Tamar voegen zich bij hem en na een laatste blik door de grot keren
de drie mannen naar de ingang terug.
Daar ziet Eric, zoals hij reeds verwachtte, de kaalkop terug, die voor zijn zwaard
ap de loop is gegaan. Plat op zijn buik ligt hij krampachtig op de grond, terwijl
Wolf grimmig de wacht houdt. Het angstzweet staat de kerel op het gelaat en hij
heft bij de nadering van de drie mannen kreunend het hoofd op.
Met een smekende blik uit zijn bloeddoorlopen ogen steunt de rover:
Die hond... haal hem weg... hij zal me... die tanden..."
De Noorman werpt een minachtende blik op de lafaard en hij roept Wolf bij
zich. Het trouwe dier loopt onmiddellijk op zijn meester toe en plotseling komt er
een flikkering van hooïp in de ogen van de kaalkop. Dit is zijn kans zijn aller
laatste kans Voordat de anderen er op bedacht zijn, springt de kerel op en in
drie stappen is hij x buiten en slingert zich tegen de rotsen om hoog. Wolf vliegt
hem met woedend gegrom achterna, doch zijn scherpe klauwen glijden af op de
gladde stenen en zijn vertwijfelde sprong mist de bandiet op een haar, zodat de
machtige kaken met een harde klap op elkaar komen.
Roekeloos klimt de rover verder. Tamar zendt hem een pijl na, doch de kaalkop
bukt zich en werkt 'zich nog meer omhoog. Eric begrijpt, dat alleen een onmid
dellijke achtervolging kan baten. Snel en zeker klimt hij de vluchteling na en
weldra gelukt het hem diens voorsprong te verkleinen. Gnom en Tamar volgen
op enige afstand. De kaalkop heeft nu een vlakte bereikt en rent wanhopig voort.
„Hij kan mij niet meer ontkomen!" denkt de Noorman grimmig, wanneer hij zich
eveneens op het bergmassief slingert.
Met iedere schrede wint hij op de bandiet, doch dan stokt Eric de adem in de keel.
Binnen enkele seconden speelt zich voor zijn ogen een afschuwelijk drama af.
Blindelings voorthollend stort de kaalkop met een door merg en been gaande gil in
de peilloze diepte van het ravijn en met woedend gekrijs duikt de adelaar hem na
Na de besprekingen over de Europese
defensie, welke te Parys en Rome zijn
gehouden, zijn weinig optimistische ge
luiden vernomen over de vorderingen
met betrekking tot de militaire inte
gratie. De Nederlandse minister van
Oorlog en Marine a.i., ir. C. Staf, heeft
gisteren echter te Den Haag verklaard
toch niet zó pessimistisch te zijn.
De bewindsman grondde deze mening
ten eerste op het feit, dat de twaalf lan
den van het Atlantisch Pact op open
wijze hun moeilijkheden hebben kunnen
bespreken en ook de chefs van staven
dagen lang lot in de details de problema
tiek gezamenlijk onder ogen hebben
gezien hetgeen toch wel iets is, waar
van men onder de indruk komt. Ten
tweede is er het feit, dat er spoed wordt
betracht met de plannen voor 1952 er-
dat het plan voor 1954 nog steeds intact
is. Er zijn slechts modificaties aange
bracht voor wat het tijdschema tussen
de jaren 1952 en 1954 betreft. Het stre
ven is in 1954 een staand gevecht te
kunnen leveren met de mogelijkheid om
tot een mobiel gevecht te kunnen over
gaan.
Ten aanzien van het Europees leger
gat de minister als zijn oordeel, dat
niemand eigenlijk goed ziet hoe het
zou moeten worden. Over de bevel
voering zijn geen moeilijkheden; de
schoen wringt bij het beheersorgaan
(namelijk bij de bevoegdheid der ver
schillende landen in de te creëren
Hoge Autoriteit).
Men moet streven naar een efficiënt
beheer en daarbij omzichtig en geleide
lijk te werk gaan. De bewindsman
noemde een overgangstijd van minstens
twee jaar welke voor een solide op
bouw vereist is.
Het Nederlandse standpunt is: mee
gaan op militair terrein, maar inmiddels
ook de moeilijkheden zien. Wellicht is
Op een persbijeenkomst, gisteren ie
Den Haag gehouden, heeft minister
ötaf verklaard hever niet meer over
divisies te willen praten. Bij alle be
richten over aantallen divisies, wel
ke voor de Atlantische verdediging
nodig zijn, over tekorten aan divisies
enz., icomt men er namelijk niet meer
uit, omdat het begrip „divisie" zeer
rekbaar blijkt te zijn. Men spreekt
over mobilisabele divisies, parate di
visies, divisies op 75 pet. sterkte, op
60 pet. sterkte enz., en deze nuances
betekenen, dat men het kan hebben
zowel over 7000 als over30.000
man.
Indien een tekenaar moeite
doet om een arts uit te
beelden, zal hij er niet
buiten kunnen om de wit-
gejaste figuur te voorzien
van een luisterapparaat-met-
slangen, teneinde verwarring
met andere witgejaste figu
ren zoals apothekers, tand-
technici, kappers, drogisten,
laboranten, slagers witkie
len etc. te voorkomen. Een
burger met één bengelende
slang van genoemd luister-
apparaat uit zijn colbertjas-
sche huurlieden, waren in van Napoleon. Deze zelfde
het begin van de 19e eeuw Corvisart merkte op, dai
op de juiste weg om het hartslagen en hartgeruis
lichamelijk onderzoek te ver- hoorbaar werden als hij zijn
fijnen. Tot dan toe werden oor dicht bij de borst van de
de patiënten alleen maar zieke bracht. Zijn leerlingen
nauwkeurig bekeken en be- Bayle en Laennec gingen er
tast Een Weense arts,
Leopold Auenbrugger, een
herbergierszoon, had van zijn
het eerst toe over om syste
matisch bij elke patiënt het
oor op de borst te leggen
teneinde het hart te beluis
teren. Laennec moest eens
een jonge vrouw onderzoe
ken en wilde haar het aan
leggen van zijn oor bespa
ren U lacht wellicht om
deze schroom, die in onze
dagen nagenoeg denkbeeldig
zak is geen burger, maar een
dokter! Het is niet te veel
gfr.egd. wanneer we het
blijkbaar kenmerkende ap
paraat, de stethoscoop,
het teken noemen van de
artselijke waardigheid, reden
misschien, waarom ook som
mige huid- en voetspecialis
ten er niet buiten kunnen.
De stethoscoop is in de loop
der tijden meer geworden
dan een uiterst nuttig in
strument; het is welhaast tot
een symbool uitgegroeid, dat
macht suggereert, een gro
tere macht dan die afstraalt
van de aloude aesculaap,
welk teken alleen nog maar
een enkele veerman of een
goedgemutste politieagent
vertedert.
Dat de stethoscoop ge
bruikt wordt om harttonen,
ademhaling, buikrommelin
gen en vaatgeruisen te be
luisteren, is een ieder be
kend. Honderdvijftig jaar
geleden echter had nog nooit
iemand van een stethoscoop
vader geleerd, hoe men door
bekloppen van het wijnvat
de stand van de inhoud kan
bepalen, m.a.w. de verhou-
is. Toch is de ontdekking
r ding tussen het lucht- en het van de stethoscoop aan een
gehoord. De uitvinder zelf wijnhoudende deel van het dergelijke schroom te dan-
vermoedde toen zelfs nog vat. Hij paste dit zelfde prin- ken. Hij nam daartoe het
niet, dat hij ooit op het idee cipe toe op zijn patiënten en geschiktste voorwerp, dat in
van de stethoscoop zou ko- beschreef zijn methode in de buurt lag, een papieren
men. Toch zat er destijds ai 1761. Pas vijftig jaren later cahier, rolde het tot een
„iets" in de lucht. De Franse werd de grote betekenis van stijve koker, plaatste deze op
klinici, altijd iets genialer zijn methode erkend, en wei de borst van de patiënte en
en verlichter dan hun medi- door Corvisart, de lijfarts luisterde met zijn oor aan de
andere kant. Het resultaat
was verbluffend: hij hoorde
de harttonen luider en dui
delijker dan ooit tevoren.
Onmiddellijk trok Laennec
zijn conclusies, de Franse
esprit deed de rest. De oor
spronkelijke stethoscoop was
een eenvoudige houten buis.
zoals die heden ten dage nog
gebruikt wordt door verlos
kundigen. Met dit houten in
strumentje, een gestyleerde
verbetering van de cahierrol.
onderzocht Laennec alle ge
luidsverschijnselen, die aan
de borst kunnen worden
waargenomen en beschreef
ze in 1819 op meesterlijke en
ongeëvenaarde wijze.
Zo werd uit waardige
schroom een belangrijke ont
dekking geboren. De eerste
stethoscoop was het teken
van Laennec's waardigheid.
De ontwikkeling van het in
strument tot een vernuftig
ontvangtoestelletje, waarvan
de trillingen via gummislan
gen worden geleid naar een
beugelpaar, dat in de oren
past, en het veelvuldig ge
bruik daarvan door vrijwel
alle huisartsen en specialis
ten, maakte het tot h t
teken van artselijke
waardigheid.
Deze geschiedenis, die niet
alleen de ontdekking van de
stethoscoop, maar ook de
uitbreiding van de medische
onderzoekmethoden met be
kloppen en beluisteren weer
geeft, wilde ik U nog ver
tellen, voordat het jaar 1951
afloopt. We herdenken in dit
jaar namelijk zowel de ge
boorte- als de sterfdag van
René Theophile Hya-
cinthe Laennec. De
eerste is honderdzeventig
jaren geleden, de laatste
honderdvijfentwintig. (1781
1826). Hij was een beroemde
internist te Parijs, één der
grootste artsen van zijn tijd.
J. M.1
ons land het meest progressief: de inte
gratie wordt hier namelijk bewust aan
vaard, terwijl het in andere landen met
de pracktijk wei eens minder zou kun
nen vlotten dan met de theorie. De mo
gelijkheid is er, dat bij de komende
grondwetsherziening ook de voor een
Europese defensiegemeenschap noodza
kelijke grondwetswijziging aan de orde
zal komen. De studie hiervoor is aan
de gang.
Advertentie
De onderwerpen voor deze
maand zullen veelal flitsopna- p||
men binnenshuis zijn. Hier 11
geldt als eerste vereiste: ge
bruik voor dit doel de beste
film - de AGFA ISOPAN ISS.
Hebt U het al eens geprobeerd
met de AGFACOLOR negatief/
positief kleurenfilm De kerst
boom leent zich hiervoor uit
stekend.
Voor hen, die met flitsfoto's
gaan beginnen, is een AGFA
Camera met synchrooncontact
uitmuntend materiaal. Vraag
Uw fotohandelaai U de AGFA
CAMERA'S te tonen.
VRAAG NAAR
De wachtkamer op Centraal zit vol
met nieuwe dassen en manchet
knopen als jaarlijks gevolg van
het Sinterklaasfeest. In het uiterste
hoekte hinnikt Alexander Pola zijn
hoge hik-lachje en grijnst Jan de Cler
breed onder zijn boen dersnor. De tafel
ligt bezaaid met papieren en papier
tjes, zelfs de koffiekopjes zijn onvind
baar. Hier wordt het nieuwe vervolg
van de Familie van Tutte geboren.
„Móge. hoe gaat het?"
„Slecht, uitgesproken slecht", vindt
Jan de Cler ,.ik ben zwaar gehandi
capt."
„Ben je soms weer schor?"
„Nee, mijn auto-tje is schor. Ik hol
van Jut naar Jul en kom zo nooit
klaar. En dan die programma's voor
de Klok heit Negen. Iedere dag mis
sen wij Dico van der Meer nog. On be
grijpelijk dat nou altijd net de goeie
mensen dood moeten gaan.. Enfin, met
Januari krijgen we tenminste een
plaatsvervanger voor hem. Vooruit,
verder met. van Tutte."
Vlot wordt dan de tekst voor tante
Koos geschreven. Beiden lachen af er.
toe om een vondst, die je doet schate
ren, maar die je nou net niet in een
Klokprogramma kan hebben.
„Ziezo, klaar. Nou de Freule."
Uit zakken en tassen komen nu hele
pakken kranten en vellen met opge
plakte krantenknipsels. In gedachten
horen wij al de stem van Pepijn: „Hep
U ook gèlese, Vruile
Met een potloodje vliegt Alexander
Pola langs de kolommen. Jan de Cler
schudt moedeloos zijn goed beplante
hoofd.
„Pet."
„Hopeloos."
Nieuwe kranten, nieuwe knipsels,
Zoeken, lezen, denken. Twee Hoofden
schudden.
„Nee", zegt Alexander Pola „er staat
weer niks geen Vruiligheid in,"
Men heeft thans een
soort balans op
gemaakt van de
ramp in Italië en het
blijkt, dat er 217.000 men
sen dakloos werden door
de overstroming. Ze zijn
inderhaast ondergebracht
en verspreid over heel
Italië. Maar er bevinden
zich ook nog velen geïso
leerd in de moddervlak
ten, die met behulp van
hefschroefvliegtuigen van
het nodige moeten wor
den voorzien. Er hangt
nu een zware mist over
het overstroomde gebied,
die het hulpwerk ernstig
belemmert. Maar bekwa
me hulpkrachten uit alle
landen voeren de groot
scheepse plannen uit om
de schade zo snel moge
lijk te herstellen. Tegen
het voorjaar hoopt men
de Po-delta weer bewoon
baar te hebben gemaakt.
Het was een verschrikke
lijke ramp, maar de
spontane hulp uit alle
delen van de wereld is
zeer bemoedigend in deze
tijden.
Tegen overstromings
rampen staat de mens
niet machteloos en het
ligt voor de hand, dat er
in Italië stemmen opgaan,
die een onderzoek eisen
naar de schuldvraag. Wer
den de dijken verwaar
loosd? Binnen zeventig
dagen zullen alle bressen
in de dijken langs de Po
gedicht zijn, zo werd be
kend gemaakt. En dan
komt natuurlijk de kwes
tie aan de orde, hoe men
in de toekomst een der
gelijke ramp zal kunnen
vermijden.
Op het Philippijnse
eiland Camiguin vond een
andere natuurramp plaats.
Daar kwam namelijk een
vulkaan plotseling tot
werking en tal van dor
pen werden door de erup
tie verrast. Over een ge
bied van tien vierkante
kilometer werd de gloei
ende lava uitgestort en
men vreest, dat er niet
minder dan 2000 mensen
onder de lava en de ver
zengende as zijn bedolven.
Reeds werden 200 lijken
geborgen. Een groot pro
bleem vormen de gewon
den, men heeft geen ge
nees- en verbandmiddelen
om hen te helpen.
In Korea is de winter
koude ingetreden, aan het
Oostfront in de bergen is
de temperatuur
reeds 16 en 18
graden onder
nul. Gevechten
van enige om
vang schijnen er
niet meer plaats
te vinden. Met de onder
handelingen over de wa
penstilstandsvoorwaarden
maakt men intussen nog
geen grote vorderingen.
Men spreekt op het ogen
blik over „neutrale" in-
spectiegroepen ter contro
le op de wapenstilstands
bepalingen; de geallieer
den hebben aan de
communisten een nieuwe
lijst van vragen voorge
legd. De besprekingen
vorderen langzaam, hier
en daar leeft de hoop, dat
er tegen Kerstmis een
einde aan de strijd zal
gemaakt zijn. Reeds wordt
er over gesproken, dat
men het oorlogstuig uit
Korea zal overbrengen
naar andere bedreigde ge
bieden, als bijv. naar
Malakka of Viet-Nam.
Maar deze berichten lij
ken voorshands nog wel
wat voorbarig.
De toestand In Egypte
wordt inmiddels ook cri-
tiek. Langs het Suez-
kanaal en in
Suez zelf zijn
gewapende
LX botsingen
aan de orde
van de dag. In de laatste
zes weken zijn er aan
Egyptische zijde reeds
meer dan 500 doden of
zwaar-gewonden te be
treuren. En de Engelse
troepen lijden ook vrij
belangrijke verliezen in
de telkens weer oplaaien
de botsingen. De Egyp
tische regering heeft be
kend gemaakt, dat de
verhouding tot Engeland
nog steeds slechter wordt.
Ze ziet geen mogelijk
heid tot verbetering vóór
dat Egypte al zijn Ver
langens bevredigd zal
zienDe toestand in de
hele Mohammedaanse we
reld is zorgwekkend. En
een inmiddels in Syrië
plaatsgevonden staats
greep, die een meer Wes-
tersgezinde regering aan
het roer bracht, heft die
zorg niet op. Integendeel,
deze gebeurtenis vergroot
het wantrouwen tegen de
Europese en Amerikaanse
invloeden, aan welke men
het initiatief tot de staats
greep in Syrië toeschrijft.
Voor het eerst sinds 2t
jaar heeft men te Londen
weer een Duitse kanse
lier ontvan
gen. De West-
Duitse kanse
lier dr. Ade
nauer voert
in de Britse
hoofdstad be
sprekingen
met Engelse regeringsper
sonen. Men heeft hem met
groot ceremonieel ont
vangen. Een muziekcorps
van de Britse luchtmacnt
speelde en een erewacht
was opgesteld. Churchill
verklaarde, dat men een
streep door het verleden
moest halen en dat er
nieuwe, vriendschappelij
ke betrekkingen, geba
seerd op de gemeen
schappelijke belangen,
moesten worden aange
knoopt.
Over de besprekingen
van de subcommissie der
Grote Vier, die tot taak
heeft de ontwapenings
voorstellen van Oost en
West nader tot elkaar te
brengen, wordt vrijwel
niets bekend gemaakt. De
Russen houden vast aan
hun eis, dat eerst de
atoombom verboden moet
worden en dat alle be
staande voorraden dienen
te worden vernietigd. Ook
heeft Wisjinski verklaard,
dat eerst daarna Rusland
accoord zou gaan met een
doelmatig stelsel van con
trole en inspectie. Maar
het wederzijds wantrou
wen blijft. Men onderhan
delt op het ogenblik niet
in het openbaar. Niemand
weet dus hoever men is
opgeschoten met het werk
waarvan het leven van
millioenen mensei wel
licht afhangt. Zolang de
staatslieden geen over
eenkomst bereiken over
de ontwapening zal de
nachtmerrie aanhouden,
die alle vreedzame acti
viteit verlamt. Want het
is niet mogelijk met volle
energie de uitvoering van
de grootste opbouwplan-
nen aan te pakken, zolang
de wereld rekening moet
houden met de mogelijk
heid van een nieuwe
oorlog.
Toen 17 September j.I. de „Wester-
dam" van de Holland-Amerika-lijn uit
Amerika in Rotterdam aankwam en de
bagage van de passagiers werd gevisi
teerd, viel het oog van een der ambte
naren van de Invoerrechten en Accijn
zen op een drietal koffers, die zwaarder
wogen dan men op het eerste gezicht
zou zeggen. Een nauwkeuriger onder
zoek volgde en toen bleken de koffers
een dubbele bodem en wand te hebben,
waarin zich 23 kilogram goud bevon
den ter waarde van circa f 125.000.
De „eigenaressevan de koffers, de
48-jarige G- C. V, uit La Chaud de
Fonds (Zwitserland) werd aangehou
den. In de ontschepingshal bevond zich
ook de 50-jarige importeur en expor
teur H. E. R-, geboren in Boedapest en
wonende in New York. Deze kwam de
Zwitserse dame afhalen en toen hy zag
wat er gebeurde, verdween hy. Later
werd hij eveneens aangehouden, omdat
men vermoedde, dat ook hy by de zaak
was betrokken.
Vrijdagmiddag stonden zij terecht
voor de economische rechtbank te Rot
terdam, die werd gepresideerd door mr.
dr. W. Schenk. De Amerikaan was ten
laste gelegd, dat hij zonder de vereiste
vergunning 23 kilogram goud had laten
vervoeren- Hij zou de dame in New
York de koffers, waarin het goud -was
verborgen, hebben gegeven. Verder
werd hij er van verdacht 14 September
j-l„ reizende met de trein van Amster
dam naar Brussel, zeven kilo goud te
hebben uitgevoerd, hetgeen in strijd
was met het Deviezenbesluit 1945.
Bij zijn verhoor gaf R. op een vraag
van de president toe, dat de vrouw de
koffers op zijn verzoek had meegeno
men op de „Westerdam". Hij wist, dat
er goud inzat, doch het was hem onbe
kend, dat de invoer hiervan in ons land
was verboden. De man, die in horloges
handelde, ontkende eerst ooit andere
dingen te hebben ingevoerd, doch na
het pleidooi verklaarde hij nog illegaal
horloges in Amsterdam te koop te heb
ben aangeboden Het goudvervoer naar
Brussel bekende hij.
In zijn requisitoir vroeg de Officier
van Justitie, mr. A. Klein, aanhouding
van de zaak in afwachting van de te
rugkomst van de rogatoire commissie
uit België, doch de rechtbank wees dit
verzoek af- Mr. Klein achtte bewezen,
dat verdachte zelf, door bemiddeling
van de vrouw, het goud opzettelijk in
gevoerd eeft. Hy eiste een gevangenis
straf van één jaar met aftrek met ver
beurdverklaring van het goud en ver
nietiging van de valiezen-
Nadat verdachte nog had gezegd niet
te hebben geweten tegen de Nederland
se wet te hebben gehandeld en na het
betuigen van zijn spijt werd de uit
spraak bepaald op 19 December.
„Vrouw er in gevlogen"
De Zwitserse, die daarna voor de
groene tafel verscheen, was ten laste
gelegd, dat zij 17 September j.L in strijd
met het Deviezenbesluit 1945 23 kilo
gram goud zou hebben ingevoerd. Zij
verklaarde niet te hebben geweten, dat
er goud in de koffers zat.
De Officier van Justitie, mr. A. Klein,
zag de vrouw niet als hoofdfiguur; hij
requireerde een gevangenisstraf van
zes maanden met aftrek.
Mr. F. A. M- Cavadino, haar raads
man, zei de stenige overtuiging te neb
ben, dat zij „er 'n gevlogen was". Hij
vroeg haar onmiddellijke mvrijheids-
stelling, welk verzoek door de recht
bank werd ingewilligd. „Merci, merci
beaucoup", bracht zy snikkende uit,
toen de tolk haar het besluit van de
rechtbank overbracht.
Uitspraak eveneens 19 December.
De Aartsbisschop-Coadjutor. Z. H.
Exc. Mgr. B. J. Alfrink, zal in de ko
mende week alleen Maandag en Dins
dag audiëntie verlenen.