Totale oorlog tegen de ratten EIK DC NOOBMAH: De *lö*k VG/l het QtHtd Minister Staf is niet zó pessimistisch Het teken zijner waardigheid DE WERELD VAN DEZE WEEK Voor f 125.000 aan goud gesmokkeld Belangstelling is nodig l Mensen op reis In de week van 14 tot 21 December geheel Nederland ten strijde Televisie Suikercampagne bijna beëindigd en divisies Een jaar tegen Amerikaan geëist SLECHTS GECONCENTREERDE ACTIE KAN SUCCES HEBBEN 312.000 ton suiker te verwachten II' IW Europese defensie Divisies s '/■v Handlangster, een Zwitserse, in vrijheid ZATERDAG 8 DECEMBER 1951 PAGINA 5 MINISTER LIEFTINCK NAAR DE V.S. Medisch standpunt fH V (Van onze speciale verslaggever) Zonder enige schroom durven wij grootmoedig te bekennen, dat wij bang zijn voor ratten. Wy vinden het verschrikkelijk nare beesten, die wjj evenzeer verafschuwen als inbrekers. Wij houder, er niet van 's nachts te worden opgeschrikt door een naargeestig geritsel of een monotoon knagen aan de plin ten van ons huis en evenmin kunnen wij dulden dat deze nachtelijke bezoekers de kaas voor onze boterham gebruiken om er hun misselijke vraatzucht mee te stillen. Neen, wij voeler, iets voor huisdieren, maar op ratten zijn wij geenszins gesteld. Daarom verheugt het ons uitermate, dat min of meer onder leiding van de Plantenziektekundige Dienst in Wageningen tegen het einde van de volgende week nationaal en op grote schaal de rattenbestrijding ter hand wordt genomen, om in de gelederen van dit enge bruine monster een danige slachting aan te richten. Een dergelijke actie wordt elk jaar uitgevoerd en mits de strijd goed wordt gestreden gaan enige honderdduizenden ratten een nare tijd tegemoet, waarover wij ons wreed als wij in dit opzicht zijn slechts kunnen ver heugen. Een bruine, of riool- of waterrat is, wat wij in onze samenleving zouden noemen: „familieziek". Een fors ge bouwd rattenpaar brengt, wanneer het in gunstige omstandigheden leeft, in één jaar 200 tot 300 nakomelingen voort en deze uitgebreide familie blijft in vele gevallen bij elkaar op een jachtterrein, dat door het rattenpaar is uitgekozen. Dit jachtterrein is taboe voor andere families die, wanneer zij de euvele moed mochten bezitten er toch in door te dringen, op een geduchte vechtpartij moeten rekenen- Mocht een jachtterrein dat door de opper-rattenbestrijders in Wageningen „territorium" wordt ge noemd niet meer voldoende opleve ren, hetgeen bij een dergelijke snelle familie-uitbreiding spoedig het geval is, dan gaat een deel van de familie migreren of op roof uit, waarbij in na burige jachtvelden hevige oorlogen ont staan. Hierbij zal het recht van de sterkste zegevieren. Door deze levenswijze is het niet mo gelijk de bestrijding van de rat inciden- (Vervolg van pag. 1) En juist op dit beginsel is de wet op de P.B.O. gegroeid. De deelhebbers aan het bedrijfsleven zelf dus ondernemers én arbeiders ol om het in onze eigen (vak-technisch niet-juiste) termen te zeggen: kapitaal aandeelhouders en arbeidsaandeelhou- ders, moeten samen uitmaken wat in het belang is: a)van de onderneming, b) van de daarin werkzame mensen en c) van het algemeen welzijn. Een van de gronden die telkens weef door arbeiders worden aangevoerd om hun betrekkelijke onverschilligheid te verklaren is: on danks die wet, hebben en krijgen we toch niets te zeggen. Dit is de grootste vergissing, die wordt gemaakt en die alleen te verklaren is uit het feit. dat men vroeger inderdaad niets te zeggen had. Maar nu gaat 't juist anders worden. Let eens op de tekst van het zo belangrijke artikel 93 ii<j 2 van deze wet. Daarin worden niet minder dan 16 punten op genoemd, waarin aan de product- en /of bedrijfsschappen wordt overgelaten met verordenende bevoegdheid regelen te stellen. Met verordenende bevoegd heid, dat wil zeggen daL« •itndien «en bepaalde maatregel eenmaal is vastge steld, ieder in het bedrijf waarop de ver ordening betrekking heeft verplicht zich hieraan te houden. Doet hij dat niet, dan is hij wettelijk strafbaar. Laten we maar eens een paar pun ten uit dit artikel nemen. (We letten niet op de volgorde zoals de wet die geeft) (j.) De lonen en andere arbeids voorwaarden. Loon-ontduiking, zowel van de zijde van de arbeiders, als van de werkgevers, zal, komt hierover een verordening tot stand, wettelijk straf baar zijn. Welke arbeider kent uit zijn eigen ervaringen niet de gevallen van ..onderkruiperij" (ook nu nog, in deze tijd van spanning tussen lonen en prij zen). k. De arbeids-bemiddeling, de aan stelling en het ontslag van personeel. g.) de mechanisatie en de rationali satie van ondernemingen. Wat is dat niet een geweldig belang rijk punt. Hoeveel twistgesprekken in cantine, werkplaats en vergaderzaal zijn hier al niet over gevoerd. Hoe is in de loop der jaren n'et gemopperd en gekan kerd over het feit dat bepaalde machi nes tientallen en vaak honderdtallen arbeiders overbodig maakten en tot ja renlange werkloosheid doemden. Voorts: de vakopleiding, omscholing en herscho ling en de vaststelling van de getalsver houdingen in ondernemingen getalsver houding ouderen-jongeren, mannen- vrouwen enz.); de concurrentie; de verruiming van werkgelegenheid en de voorkoming van werkloosheid; de voo- - koming en aanvulling van een tekort aan arbeidskrachten; het in het leven roepen en houden van fondsen en in stellingen in het belang van de bedrijf s- genoten. Over al deze en nog meer aangele genheden had zich de laatste eeuw een historisch klachtenboek ontwikkeld, omdat in verreweg de meeste gevallen steeds eenzijdig hieromtrent werd be slist. Het ging over de arbeiders, maar altijd zonder hen. Nu is er da histori sche kans; ze kunnen mee gaan praten en hoeven niet langer af te wachten Ze kunnen meepraten door op hun ver gaderingen hun wensen te laten groeien in gezonde discussies en zo te zorgen, dat hun vertegenwoordigers geen beslis singen meenemen die geen klankbord vinden in de werkelijke bedrijfsverhou- dmgen. Daarom blijven we twee dingen jam mer vinden: le. Dat er van onderaf zo weinig aandrang blijkt te bestaan bij de ar beiders zelf om tot „schappen" te ko men. 2e. Dat van bovenaf er maar zo traag schot komt in de practische en feitelijke ontwikkeling. Reeds op 8 November 1950 heeft de Sociaal-Economische Raad de z.g. orga- hisatie-commissie ingesteld. Deze commissie (die een permanente is) is sindsdien bezig zich te oriënte- fen op wat zich in het bedrijfsleven ontwikkelt. Het is een goede vader landse gewoonte om vrees te hebben voor alles wat van bovenaf wordt op gelegd. Maar als dat er toe zou, leiden, bat men nu maar lijdelijk gaat afwach ten wat er komt, dan vrezen we, dat bog heel wat geduld moet worden op gebracht. De organisatie-commissie heeft dan ook wijselijk de juiste middenweg ge- Rozen en plaatste in haar werkpro gram vooral het woord: stimuleren. Maar ook dat woord moet „Anklang" vinden tot in de onderste lagen van ons oedrijfsleven. Het gaat om waarachtige rovensbelangen. niet alleen van de ar beiders, maar van heel ons sociale teel aan te grijpen, want mocht een be paald jachtterrein gezuiverd zijn, dan heeft een naburige familie onmiddellijk in de gaten dat dit niet meer verdedigd wordt. Het territorium wordt gean nexeerd en de familie neemt er haar in trek. Voorheen werd het land voor de jaarlijkse bestrijdingsactie in zeven dis tricten verdeeld, waarin de bestrijding afzonderlijk ter hand werd genomen. Voor de eerste maal wordt dit jaar de actie over het gehele land gelijktijdig gevoerd. Hiertoe zullen vanaf 14 Decem ber, veelal door de gemeentelijke reini gingsdiensten medewerking van de gemeenten is bij een dergelijke bestrij ding onontbeerlijk en door particulie ren drie en een half millioen blokjes vergiftigd lokaas worden uitgelegd daar waar ratten zijn gesignaleerd. Dit lokaas is een zeer oud en beproefd middel en bestaat uit een blokje gebakdeeg, dat is gedrenkt in Scilla-extract, een aftrek sel van de bollen van de Scilla-Maritima, een bolgewas uit het gebied van de Mid dellandse Zee. In tegenstelling tot vele andere middelen is dit lokaas voor de mens en het vee nagenoeg onschadelijk. Een boer, die deze blokjes op de ratten- gangen in zijn land legt, hoeft niet bang te zyn, dat zijn koeien er dood aan zul len gaan noch zijn ganzen, zoals onlangs in de Noord-Oost-Polder is gebeurd toen een groot aantal ganzen van de muizen- tarwe aten, die daar bij de muizengaten in de akkers was neergelegd. Wel moet hij ermee oppassen voor zijn konijnen. Wanneer de rioolrat een redelijke por tie van dit vergift, vraatzuchtig als zij is, naar binnen heeft gewerkt,, is zij voor goed uit de circulatie verdwenen. Bin nen een paar uur is zij er dan geweest Van een rat, die op die manier aan haar eindje komt vindt men niet veel meer Want zodra het beest zich niet lekker gaat voelen kruipt het weg in een afge legen hoek. Het voelt zich zwak en is bang voor aanvallen van soortgenoten Het verdwijnt en sterft in de vergetel heid een zware dood. Het is van het grootste belang, dat eenieder die last van ratten heeft ge durende de nationale bestrijdingsweek van 14-21 December ijverig meewerkt. Wij zijn niet de enigen, die u daartoe opwekken. In opdracht van de Plan tenziektekundige Dienst heeft Koen van Os een zeer suggestief affiche ont worpen, dat over alle delen van ons land is verspreid. Bovendien zijn 30.000 knap vervaardigde brochures vanuit Wageningen het land doorgegaan. Dat voor deze bestrijdingsactie juist deze week is uitgekozen ligt in het feit, dat de rioolrat thans, nu de winter dreigt en het koud begin te worden, de woon kernen opzoekt en gemakkelijk te vin den is. Zomers zwerft zij buiten en zou een dergelijke grootscheepse actie geen nut hebben. In Amsterdam, waar vooral in de oude binnenstad langs de grach ten, de ratten schier onuitroeibaar zijn, gaat de bestrijding van deze beesten het gehele jaar rigoreus door, zodat men van deze speciale actie in de hoofdstad des lands weinig zal bemerken. Wel is dit het geval in de randgemeenten. Maandag vertrekt minister Lieftinck naar de Verenigde Staten. Hij zal daar besprekingen voeren over de aflossing van de derde lening, die de Amerikaanse Export-importbank sinds de oorlog aan ons land verstrekt heett. In Nederland huizen evenveel rat ten als mensen. Let wel, dit wordt niet gezegd ter discriminatie van het menselijk ras, waarvan wij tenslotte zelf, zeer tot ons genoegen, deel uit maken. Elke rat berokkent minstens voor één cent schade per dag. Dus dat zijn tien millioen centen dage lijks en dat is 36,5 millioen gulden per jaar. Vier procent van de we reldvoedselvoorraad wordt jaarlijks door ratten en muizen vernietigd. Dat zijn feiten. Een pakhuis had jaar lijks vijfduizend gulden schade aan aangevreten jutezakken. Een land bouwer zag in één nacht 150 kuikens door de vraatzucht van ratten sneu velen. In Februari van dit jaar kwam Zuid-Limburg tweemaal in het donker te zitten omdat de ka bels van de electrische centrale door de ratten waren doorgeknaagd. De schade liep in de honderdduizenden. En dan nog de schade, die de boeren aan hun gewassen ondervinden. Voor ons is door deze feiten en door eigen ervaring volkomen duidelijk dat de bestrijding de komende we ken m,et alle kracht dient te worden aangepakt en dat niemand zijn me dewerking hieraan mag weigeren. Het is dat het karakter van deze ru briek zulks niet toelaat, anders zouden wij het N.C.R.V.-programma van gister avond liever onbesproken laten. En dat niet omdat het zo verschrikkelijk slecht was geen recensent zou zich een der gelijke kans laten ontglippen maar eenvoudig omdat het zo onbelangrijk, zo saai en vooral zo weinig experimen teel, was. Men oordele zelf. De N.C.R.V. begint zo'n uitzending na een veel belovend openingsbeeld met een pro gramma dat tot titel draagt: Kroniek van actuele en interessanto zaken. En dan krijgt men voorgeschoteld: een kunstfluiter, die met in de hand een vogelkooitje en een opgezet vogeltje een lied ten beste geeft; een heer, die pardoes een overigens zeer redelijke lezing over India gaat houden en ten slotte een andere heer, die staande bij een fruitmand vertelt welke appels en peren er op dit ogenblik te krijgen zijn en wat voor heerlijke schoteltjes daarvan nu wel vervaardigd kunnen worden. Wat in 's hemelsnaam zal men hierover opmerken? Het beeld was slecht en vier of vijf goede shots zijn werkelijk niet voldoende cm de tanen de belangstelling te verlevendigen. Ge lukkig kwam er in deze woestenij een kleine oase. Een goed filmpje over Din- gaansdag met een commentator, die in zijn schijnbaar primitief Zuid-Afrikaans gevoelige dingen zei. Na de pauze volgde een poppenspel. Als televisie-uitzending beslist niet on aardig, maar waarom nu weer zo'n qua si huiselijke en quasi populaire inlei ding door een heer, die geheel schuil gaat achter een bijzonder opdringerige stropdas? Het is ons trouwens ook een raadsel waarom deze overigens lichte lijk ironiserende politieke satire aan het eind plotseling zo'n moraal moest krijgen van van-dik-hout-zaagt-men- planken. De uitzending sluit dan met de avondwijding. En ook die kent de kijker zo onderhand. De dominee in zijn ge bloemde leunstoel, een bureau, een tele foon, een kastje met boeken, een vrien delijk schemerlampje, men kan het moeilijk nog gezelliger maken. Enfin, de televisie is op mars. Eri als ze blijft marcheren, zoals ze nu al twee maanden doet. dan behoeft het vaderland zich tenminste niet ongerust te maken. De woelige wereld zal geen stille huiskamer binnendringen. De ver veling is haar voor. Alb. W. De suikerfabrieken te Roosendaal en Zevenbergen hebben de campagne be ëindigd. De fabriek te Dinteloord en die te Steenbergen komen volgende week gereed. Nederland kan van deze campagne ongeveer 312.000 ton suiker verwachten Dit is nog altijd te weinig om de consumptie en de behoefte van de suikerverwerkende industrieën te dekken. Daarom zal Nederland nog on geveer 165.000 ton ruwe suiker moeten importeren, die in het eigen land zal worden geraffineerd. 46. In een vertwijfelde poging om zijn zegevierende tegenstanders in de tunnel op te sluiten, zet de laatst overgebleven rover zijn schouder tegen het machtige rotsblok, waarmee hij de doorgang wil versperren. Een hagel van stenen komt omlaag en een ogenblik schijnt het, dat de opzet zal gelukken. Woede en doodsangst geven de schavuit reuzenkrachten en er komt beweging in het gevaarte. De kerel wijkt terug om met een hernieuwde inspanning zijn volle gewicht tegen de steen te doen aankomen, doch dan achterhaalt ook hem de wrekende gerech tigheid. Tamar's pijl zoeft trillend door de lucht en onder het uitstoten van een snerpende gil stort de rover ruggelings omlaag. „Mislukt!" juicht Gnom met jongensachtige vreugde. Eric en Tamar voegen zich bij hem en na een laatste blik door de grot keren de drie mannen naar de ingang terug. Daar ziet Eric, zoals hij reeds verwachtte, de kaalkop terug, die voor zijn zwaard ap de loop is gegaan. Plat op zijn buik ligt hij krampachtig op de grond, terwijl Wolf grimmig de wacht houdt. Het angstzweet staat de kerel op het gelaat en hij heft bij de nadering van de drie mannen kreunend het hoofd op. Met een smekende blik uit zijn bloeddoorlopen ogen steunt de rover: Die hond... haal hem weg... hij zal me... die tanden..." De Noorman werpt een minachtende blik op de lafaard en hij roept Wolf bij zich. Het trouwe dier loopt onmiddellijk op zijn meester toe en plotseling komt er een flikkering van hooïp in de ogen van de kaalkop. Dit is zijn kans zijn aller laatste kans Voordat de anderen er op bedacht zijn, springt de kerel op en in drie stappen is hij x buiten en slingert zich tegen de rotsen om hoog. Wolf vliegt hem met woedend gegrom achterna, doch zijn scherpe klauwen glijden af op de gladde stenen en zijn vertwijfelde sprong mist de bandiet op een haar, zodat de machtige kaken met een harde klap op elkaar komen. Roekeloos klimt de rover verder. Tamar zendt hem een pijl na, doch de kaalkop bukt zich en werkt 'zich nog meer omhoog. Eric begrijpt, dat alleen een onmid dellijke achtervolging kan baten. Snel en zeker klimt hij de vluchteling na en weldra gelukt het hem diens voorsprong te verkleinen. Gnom en Tamar volgen op enige afstand. De kaalkop heeft nu een vlakte bereikt en rent wanhopig voort. „Hij kan mij niet meer ontkomen!" denkt de Noorman grimmig, wanneer hij zich eveneens op het bergmassief slingert. Met iedere schrede wint hij op de bandiet, doch dan stokt Eric de adem in de keel. Binnen enkele seconden speelt zich voor zijn ogen een afschuwelijk drama af. Blindelings voorthollend stort de kaalkop met een door merg en been gaande gil in de peilloze diepte van het ravijn en met woedend gekrijs duikt de adelaar hem na Na de besprekingen over de Europese defensie, welke te Parys en Rome zijn gehouden, zijn weinig optimistische ge luiden vernomen over de vorderingen met betrekking tot de militaire inte gratie. De Nederlandse minister van Oorlog en Marine a.i., ir. C. Staf, heeft gisteren echter te Den Haag verklaard toch niet zó pessimistisch te zijn. De bewindsman grondde deze mening ten eerste op het feit, dat de twaalf lan den van het Atlantisch Pact op open wijze hun moeilijkheden hebben kunnen bespreken en ook de chefs van staven dagen lang lot in de details de problema tiek gezamenlijk onder ogen hebben gezien hetgeen toch wel iets is, waar van men onder de indruk komt. Ten tweede is er het feit, dat er spoed wordt betracht met de plannen voor 1952 er- dat het plan voor 1954 nog steeds intact is. Er zijn slechts modificaties aange bracht voor wat het tijdschema tussen de jaren 1952 en 1954 betreft. Het stre ven is in 1954 een staand gevecht te kunnen leveren met de mogelijkheid om tot een mobiel gevecht te kunnen over gaan. Ten aanzien van het Europees leger gat de minister als zijn oordeel, dat niemand eigenlijk goed ziet hoe het zou moeten worden. Over de bevel voering zijn geen moeilijkheden; de schoen wringt bij het beheersorgaan (namelijk bij de bevoegdheid der ver schillende landen in de te creëren Hoge Autoriteit). Men moet streven naar een efficiënt beheer en daarbij omzichtig en geleide lijk te werk gaan. De bewindsman noemde een overgangstijd van minstens twee jaar welke voor een solide op bouw vereist is. Het Nederlandse standpunt is: mee gaan op militair terrein, maar inmiddels ook de moeilijkheden zien. Wellicht is Op een persbijeenkomst, gisteren ie Den Haag gehouden, heeft minister ötaf verklaard hever niet meer over divisies te willen praten. Bij alle be richten over aantallen divisies, wel ke voor de Atlantische verdediging nodig zijn, over tekorten aan divisies enz., icomt men er namelijk niet meer uit, omdat het begrip „divisie" zeer rekbaar blijkt te zijn. Men spreekt over mobilisabele divisies, parate di visies, divisies op 75 pet. sterkte, op 60 pet. sterkte enz., en deze nuances betekenen, dat men het kan hebben zowel over 7000 als over30.000 man. Indien een tekenaar moeite doet om een arts uit te beelden, zal hij er niet buiten kunnen om de wit- gejaste figuur te voorzien van een luisterapparaat-met- slangen, teneinde verwarring met andere witgejaste figu ren zoals apothekers, tand- technici, kappers, drogisten, laboranten, slagers witkie len etc. te voorkomen. Een burger met één bengelende slang van genoemd luister- apparaat uit zijn colbertjas- sche huurlieden, waren in van Napoleon. Deze zelfde het begin van de 19e eeuw Corvisart merkte op, dai op de juiste weg om het hartslagen en hartgeruis lichamelijk onderzoek te ver- hoorbaar werden als hij zijn fijnen. Tot dan toe werden oor dicht bij de borst van de de patiënten alleen maar zieke bracht. Zijn leerlingen nauwkeurig bekeken en be- Bayle en Laennec gingen er tast Een Weense arts, Leopold Auenbrugger, een herbergierszoon, had van zijn het eerst toe over om syste matisch bij elke patiënt het oor op de borst te leggen teneinde het hart te beluis teren. Laennec moest eens een jonge vrouw onderzoe ken en wilde haar het aan leggen van zijn oor bespa ren U lacht wellicht om deze schroom, die in onze dagen nagenoeg denkbeeldig zak is geen burger, maar een dokter! Het is niet te veel gfr.egd. wanneer we het blijkbaar kenmerkende ap paraat, de stethoscoop, het teken noemen van de artselijke waardigheid, reden misschien, waarom ook som mige huid- en voetspecialis ten er niet buiten kunnen. De stethoscoop is in de loop der tijden meer geworden dan een uiterst nuttig in strument; het is welhaast tot een symbool uitgegroeid, dat macht suggereert, een gro tere macht dan die afstraalt van de aloude aesculaap, welk teken alleen nog maar een enkele veerman of een goedgemutste politieagent vertedert. Dat de stethoscoop ge bruikt wordt om harttonen, ademhaling, buikrommelin gen en vaatgeruisen te be luisteren, is een ieder be kend. Honderdvijftig jaar geleden echter had nog nooit iemand van een stethoscoop vader geleerd, hoe men door bekloppen van het wijnvat de stand van de inhoud kan bepalen, m.a.w. de verhou- is. Toch is de ontdekking r ding tussen het lucht- en het van de stethoscoop aan een gehoord. De uitvinder zelf wijnhoudende deel van het dergelijke schroom te dan- vermoedde toen zelfs nog vat. Hij paste dit zelfde prin- ken. Hij nam daartoe het niet, dat hij ooit op het idee cipe toe op zijn patiënten en geschiktste voorwerp, dat in van de stethoscoop zou ko- beschreef zijn methode in de buurt lag, een papieren men. Toch zat er destijds ai 1761. Pas vijftig jaren later cahier, rolde het tot een „iets" in de lucht. De Franse werd de grote betekenis van stijve koker, plaatste deze op klinici, altijd iets genialer zijn methode erkend, en wei de borst van de patiënte en en verlichter dan hun medi- door Corvisart, de lijfarts luisterde met zijn oor aan de andere kant. Het resultaat was verbluffend: hij hoorde de harttonen luider en dui delijker dan ooit tevoren. Onmiddellijk trok Laennec zijn conclusies, de Franse esprit deed de rest. De oor spronkelijke stethoscoop was een eenvoudige houten buis. zoals die heden ten dage nog gebruikt wordt door verlos kundigen. Met dit houten in strumentje, een gestyleerde verbetering van de cahierrol. onderzocht Laennec alle ge luidsverschijnselen, die aan de borst kunnen worden waargenomen en beschreef ze in 1819 op meesterlijke en ongeëvenaarde wijze. Zo werd uit waardige schroom een belangrijke ont dekking geboren. De eerste stethoscoop was het teken van Laennec's waardigheid. De ontwikkeling van het in strument tot een vernuftig ontvangtoestelletje, waarvan de trillingen via gummislan gen worden geleid naar een beugelpaar, dat in de oren past, en het veelvuldig ge bruik daarvan door vrijwel alle huisartsen en specialis ten, maakte het tot h t teken van artselijke waardigheid. Deze geschiedenis, die niet alleen de ontdekking van de stethoscoop, maar ook de uitbreiding van de medische onderzoekmethoden met be kloppen en beluisteren weer geeft, wilde ik U nog ver tellen, voordat het jaar 1951 afloopt. We herdenken in dit jaar namelijk zowel de ge boorte- als de sterfdag van René Theophile Hya- cinthe Laennec. De eerste is honderdzeventig jaren geleden, de laatste honderdvijfentwintig. (1781 1826). Hij was een beroemde internist te Parijs, één der grootste artsen van zijn tijd. J. M.1 ons land het meest progressief: de inte gratie wordt hier namelijk bewust aan vaard, terwijl het in andere landen met de pracktijk wei eens minder zou kun nen vlotten dan met de theorie. De mo gelijkheid is er, dat bij de komende grondwetsherziening ook de voor een Europese defensiegemeenschap noodza kelijke grondwetswijziging aan de orde zal komen. De studie hiervoor is aan de gang. Advertentie De onderwerpen voor deze maand zullen veelal flitsopna- p|| men binnenshuis zijn. Hier 11 geldt als eerste vereiste: ge bruik voor dit doel de beste film - de AGFA ISOPAN ISS. Hebt U het al eens geprobeerd met de AGFACOLOR negatief/ positief kleurenfilm De kerst boom leent zich hiervoor uit stekend. Voor hen, die met flitsfoto's gaan beginnen, is een AGFA Camera met synchrooncontact uitmuntend materiaal. Vraag Uw fotohandelaai U de AGFA CAMERA'S te tonen. VRAAG NAAR De wachtkamer op Centraal zit vol met nieuwe dassen en manchet knopen als jaarlijks gevolg van het Sinterklaasfeest. In het uiterste hoekte hinnikt Alexander Pola zijn hoge hik-lachje en grijnst Jan de Cler breed onder zijn boen dersnor. De tafel ligt bezaaid met papieren en papier tjes, zelfs de koffiekopjes zijn onvind baar. Hier wordt het nieuwe vervolg van de Familie van Tutte geboren. „Móge. hoe gaat het?" „Slecht, uitgesproken slecht", vindt Jan de Cler ,.ik ben zwaar gehandi capt." „Ben je soms weer schor?" „Nee, mijn auto-tje is schor. Ik hol van Jut naar Jul en kom zo nooit klaar. En dan die programma's voor de Klok heit Negen. Iedere dag mis sen wij Dico van der Meer nog. On be grijpelijk dat nou altijd net de goeie mensen dood moeten gaan.. Enfin, met Januari krijgen we tenminste een plaatsvervanger voor hem. Vooruit, verder met. van Tutte." Vlot wordt dan de tekst voor tante Koos geschreven. Beiden lachen af er. toe om een vondst, die je doet schate ren, maar die je nou net niet in een Klokprogramma kan hebben. „Ziezo, klaar. Nou de Freule." Uit zakken en tassen komen nu hele pakken kranten en vellen met opge plakte krantenknipsels. In gedachten horen wij al de stem van Pepijn: „Hep U ook gèlese, Vruile Met een potloodje vliegt Alexander Pola langs de kolommen. Jan de Cler schudt moedeloos zijn goed beplante hoofd. „Pet." „Hopeloos." Nieuwe kranten, nieuwe knipsels, Zoeken, lezen, denken. Twee Hoofden schudden. „Nee", zegt Alexander Pola „er staat weer niks geen Vruiligheid in," Men heeft thans een soort balans op gemaakt van de ramp in Italië en het blijkt, dat er 217.000 men sen dakloos werden door de overstroming. Ze zijn inderhaast ondergebracht en verspreid over heel Italië. Maar er bevinden zich ook nog velen geïso leerd in de moddervlak ten, die met behulp van hefschroefvliegtuigen van het nodige moeten wor den voorzien. Er hangt nu een zware mist over het overstroomde gebied, die het hulpwerk ernstig belemmert. Maar bekwa me hulpkrachten uit alle landen voeren de groot scheepse plannen uit om de schade zo snel moge lijk te herstellen. Tegen het voorjaar hoopt men de Po-delta weer bewoon baar te hebben gemaakt. Het was een verschrikke lijke ramp, maar de spontane hulp uit alle delen van de wereld is zeer bemoedigend in deze tijden. Tegen overstromings rampen staat de mens niet machteloos en het ligt voor de hand, dat er in Italië stemmen opgaan, die een onderzoek eisen naar de schuldvraag. Wer den de dijken verwaar loosd? Binnen zeventig dagen zullen alle bressen in de dijken langs de Po gedicht zijn, zo werd be kend gemaakt. En dan komt natuurlijk de kwes tie aan de orde, hoe men in de toekomst een der gelijke ramp zal kunnen vermijden. Op het Philippijnse eiland Camiguin vond een andere natuurramp plaats. Daar kwam namelijk een vulkaan plotseling tot werking en tal van dor pen werden door de erup tie verrast. Over een ge bied van tien vierkante kilometer werd de gloei ende lava uitgestort en men vreest, dat er niet minder dan 2000 mensen onder de lava en de ver zengende as zijn bedolven. Reeds werden 200 lijken geborgen. Een groot pro bleem vormen de gewon den, men heeft geen ge nees- en verbandmiddelen om hen te helpen. In Korea is de winter koude ingetreden, aan het Oostfront in de bergen is de temperatuur reeds 16 en 18 graden onder nul. Gevechten van enige om vang schijnen er niet meer plaats te vinden. Met de onder handelingen over de wa penstilstandsvoorwaarden maakt men intussen nog geen grote vorderingen. Men spreekt op het ogen blik over „neutrale" in- spectiegroepen ter contro le op de wapenstilstands bepalingen; de geallieer den hebben aan de communisten een nieuwe lijst van vragen voorge legd. De besprekingen vorderen langzaam, hier en daar leeft de hoop, dat er tegen Kerstmis een einde aan de strijd zal gemaakt zijn. Reeds wordt er over gesproken, dat men het oorlogstuig uit Korea zal overbrengen naar andere bedreigde ge bieden, als bijv. naar Malakka of Viet-Nam. Maar deze berichten lij ken voorshands nog wel wat voorbarig. De toestand In Egypte wordt inmiddels ook cri- tiek. Langs het Suez- kanaal en in Suez zelf zijn gewapende LX botsingen aan de orde van de dag. In de laatste zes weken zijn er aan Egyptische zijde reeds meer dan 500 doden of zwaar-gewonden te be treuren. En de Engelse troepen lijden ook vrij belangrijke verliezen in de telkens weer oplaaien de botsingen. De Egyp tische regering heeft be kend gemaakt, dat de verhouding tot Engeland nog steeds slechter wordt. Ze ziet geen mogelijk heid tot verbetering vóór dat Egypte al zijn Ver langens bevredigd zal zienDe toestand in de hele Mohammedaanse we reld is zorgwekkend. En een inmiddels in Syrië plaatsgevonden staats greep, die een meer Wes- tersgezinde regering aan het roer bracht, heft die zorg niet op. Integendeel, deze gebeurtenis vergroot het wantrouwen tegen de Europese en Amerikaanse invloeden, aan welke men het initiatief tot de staats greep in Syrië toeschrijft. Voor het eerst sinds 2t jaar heeft men te Londen weer een Duitse kanse lier ontvan gen. De West- Duitse kanse lier dr. Ade nauer voert in de Britse hoofdstad be sprekingen met Engelse regeringsper sonen. Men heeft hem met groot ceremonieel ont vangen. Een muziekcorps van de Britse luchtmacnt speelde en een erewacht was opgesteld. Churchill verklaarde, dat men een streep door het verleden moest halen en dat er nieuwe, vriendschappelij ke betrekkingen, geba seerd op de gemeen schappelijke belangen, moesten worden aange knoopt. Over de besprekingen van de subcommissie der Grote Vier, die tot taak heeft de ontwapenings voorstellen van Oost en West nader tot elkaar te brengen, wordt vrijwel niets bekend gemaakt. De Russen houden vast aan hun eis, dat eerst de atoombom verboden moet worden en dat alle be staande voorraden dienen te worden vernietigd. Ook heeft Wisjinski verklaard, dat eerst daarna Rusland accoord zou gaan met een doelmatig stelsel van con trole en inspectie. Maar het wederzijds wantrou wen blijft. Men onderhan delt op het ogenblik niet in het openbaar. Niemand weet dus hoever men is opgeschoten met het werk waarvan het leven van millioenen mensei wel licht afhangt. Zolang de staatslieden geen over eenkomst bereiken over de ontwapening zal de nachtmerrie aanhouden, die alle vreedzame acti viteit verlamt. Want het is niet mogelijk met volle energie de uitvoering van de grootste opbouwplan- nen aan te pakken, zolang de wereld rekening moet houden met de mogelijk heid van een nieuwe oorlog. Toen 17 September j.I. de „Wester- dam" van de Holland-Amerika-lijn uit Amerika in Rotterdam aankwam en de bagage van de passagiers werd gevisi teerd, viel het oog van een der ambte naren van de Invoerrechten en Accijn zen op een drietal koffers, die zwaarder wogen dan men op het eerste gezicht zou zeggen. Een nauwkeuriger onder zoek volgde en toen bleken de koffers een dubbele bodem en wand te hebben, waarin zich 23 kilogram goud bevon den ter waarde van circa f 125.000. De „eigenaressevan de koffers, de 48-jarige G- C. V, uit La Chaud de Fonds (Zwitserland) werd aangehou den. In de ontschepingshal bevond zich ook de 50-jarige importeur en expor teur H. E. R-, geboren in Boedapest en wonende in New York. Deze kwam de Zwitserse dame afhalen en toen hy zag wat er gebeurde, verdween hy. Later werd hij eveneens aangehouden, omdat men vermoedde, dat ook hy by de zaak was betrokken. Vrijdagmiddag stonden zij terecht voor de economische rechtbank te Rot terdam, die werd gepresideerd door mr. dr. W. Schenk. De Amerikaan was ten laste gelegd, dat hij zonder de vereiste vergunning 23 kilogram goud had laten vervoeren- Hij zou de dame in New York de koffers, waarin het goud -was verborgen, hebben gegeven. Verder werd hij er van verdacht 14 September j-l„ reizende met de trein van Amster dam naar Brussel, zeven kilo goud te hebben uitgevoerd, hetgeen in strijd was met het Deviezenbesluit 1945. Bij zijn verhoor gaf R. op een vraag van de president toe, dat de vrouw de koffers op zijn verzoek had meegeno men op de „Westerdam". Hij wist, dat er goud inzat, doch het was hem onbe kend, dat de invoer hiervan in ons land was verboden. De man, die in horloges handelde, ontkende eerst ooit andere dingen te hebben ingevoerd, doch na het pleidooi verklaarde hij nog illegaal horloges in Amsterdam te koop te heb ben aangeboden Het goudvervoer naar Brussel bekende hij. In zijn requisitoir vroeg de Officier van Justitie, mr. A. Klein, aanhouding van de zaak in afwachting van de te rugkomst van de rogatoire commissie uit België, doch de rechtbank wees dit verzoek af- Mr. Klein achtte bewezen, dat verdachte zelf, door bemiddeling van de vrouw, het goud opzettelijk in gevoerd eeft. Hy eiste een gevangenis straf van één jaar met aftrek met ver beurdverklaring van het goud en ver nietiging van de valiezen- Nadat verdachte nog had gezegd niet te hebben geweten tegen de Nederland se wet te hebben gehandeld en na het betuigen van zijn spijt werd de uit spraak bepaald op 19 December. „Vrouw er in gevlogen" De Zwitserse, die daarna voor de groene tafel verscheen, was ten laste gelegd, dat zij 17 September j.L in strijd met het Deviezenbesluit 1945 23 kilo gram goud zou hebben ingevoerd. Zij verklaarde niet te hebben geweten, dat er goud in de koffers zat. De Officier van Justitie, mr. A. Klein, zag de vrouw niet als hoofdfiguur; hij requireerde een gevangenisstraf van zes maanden met aftrek. Mr. F. A. M- Cavadino, haar raads man, zei de stenige overtuiging te neb ben, dat zij „er 'n gevlogen was". Hij vroeg haar onmiddellijke mvrijheids- stelling, welk verzoek door de recht bank werd ingewilligd. „Merci, merci beaucoup", bracht zy snikkende uit, toen de tolk haar het besluit van de rechtbank overbracht. Uitspraak eveneens 19 December. De Aartsbisschop-Coadjutor. Z. H. Exc. Mgr. B. J. Alfrink, zal in de ko mende week alleen Maandag en Dins dag audiëntie verlenen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1951 | | pagina 5