Er is een weg alle nood ^EDEEEl die leidt Godsdienstig gezag van groot gewicht voor oplossing van vredesprobleem in/Hota Gancia RESOLUTIE van tijdschrift redacteuren over „Podium Wie alleen ziet naar de cijfers van de bewapening, sal steeds te laat komen om de vrede le redden Deel van Niwin-goederen naar Nieuw-Guinea en de West Wat geeft het ie werken, als we niet meewerken aan wat waarde heeft voor God" ZWITSALETTEN Televisie Kapitein speelde het klaar Vader van groot gezin verdronken Toezicht van directie op redactie principieel ongewenst WEK DE GAL IN UW LEVER OP Ander deel voor mditaire tehuizen RADIO-KERSTREDE VAN H M. DE KONINGIN 52 Passagiers van Japara vóór Kerstmis thuis Op weg naar de Nachtmis KERSTBOODSCHAP VAN Z. H. PAUS PIUS XII W apens in beslag genomen op de ,,N-Hollenld DONDERDAG 27 DECEMBER 1951 PAGINA 3 Ondanks pech te Marseille „MTTC 2WAAH"/ DOOR ALEXANDRA ORME Indon. regering stelt een diepgaand onderzoek in „Het is me een behoefte en een vreugde, weer een kort moment van bezinning met u te kunnen beleven. Op het Kerstfeest voelen, geloof ik, de meeste mensen die neiging tot nadenken wel. Kerstmis wordt weliswaar volgens vele verschillende opvattingen en naar velerlei verschillende geestelijke in stelling gevierd. Toch ben ik blij, tot u allen te mogen spreken, want wie, die het herdenkt, voelt niet diezelfde be hoefte aan de vrede in het eigen hart, die eenmaal over het hart der mens heid als geheel zich moge uitbreiden", aldus begon Koningin Juliana op Eerste Kerstdag Haar Kerstrede, voor de radio uitgesproken. Zij vervolgde: „Bezinnen wij ons op de Kerstgeschiedenis, dan verstommen alle woorden voor het Woord, dat vlees werd. Wie heeft die boodschap verstaan? Volgens de maatstaven der wereld was en is er alles tegen, hiervoor enig begrip te tonen. Toch zijn er altijd mensen wier oren waakzaam zijn voor het opvangen van een won derbaar geluid. Wat ik ons allen toewens, is, dat het Woord niet alleen in onze oren klinkt, maar dat wij er naar weten te luisteren, dat het niet alleen maar een Advertentie Ut 29$ D£ ANTI-PIJN TABLETTEN Op de avond van Eerste Kerstdag is een begrijpelijk klein aantal televisie- enthousiasten getuige geweest van de geboorte van het eerste grote Neder landse televisiespel. De KRO had op die avond namelijk zijn gehele zend tijd ter beschikking gesteld voor de uit voering van een Kerstspel en. inder daad. de keuze daarvoor was natuurlijk gevallen op Ghéon's overbekende „Ker misvolk op Kerstmis". Een prachtig spel, waarvan wij ons menige ontroe rende vertolking herinneren en dat wij als televisiespel geruime tijd met span ning tegemoet hebben gezien. Van een geslaagd experiment kunnen wij ech ter niet spreken. Daarvoor ontbraken aan deze voorstelling te veel elementen die ons essentieel lijken. Wij zouden het echter ook geen mislukking willen noemen. Het was een poging, een po ging om iets te brengen dat eenmaal geheel geslaagd een nieuwe kunst vorm kan worden, het middenf?) hou dend tussen tonqel en luisterspel. Van een dergelijke poging mag men, gelo ven wij, zelfs niet verwachten dat zij in één keer succes oplevert. En vooral eer wij bij deze uitzending dan ook enige critische kanttekeningen plaatsen, wensen wij ons respect te betuigen zo wel aan de KRO als aan de Ghesellen van den Spele onder leiding van Anton Sweers. Zij hebben de eerste stap dur ven zetten en fouten signaleren is nu eenmaal eenvoudiger dan ze vermijden. Desniettemin zijn er o.i. Dinsdagavond meer misslagen gedaan dan strikt geno men nodig waren. Immers het komt ons voor. dat het televisiespel wil het zich ooit werkelijk bestaansrecht ver werven een eigen vorm zal moeten vinden. Het zal toneel noch luisterspel mogen zijn. maar iets dat volstrekt autonoom is en waarvan de grenzen en mogelijkheden bepaald worden door de grenzen en mogelijkheden van de ca mera. Nu is het natuurlijk duidelijk, dat men niet van een eerste uitvoering mag verwachten dat alle problemen die hierbij ontstaan in een handomdraaien worden opgelost. Het heeft ons echter gefrappeerd dat er ook van een poging in die richting maar weinig sprake was. Wat wij te zien kregen, was een to neelspel met als enige wijzigingen de close-up en het vervangen van het op komen door het verspringen op een an dere camera. Men had zelfs een volstrekt overbo dige bedrijfsgewijze indeling gehand haafd waardoor wij tot driemaal toe enige minuten lang lichtelijk verdwaasd in het lege décor zaten te staren. Waar om? Dat décor zelf en trouwens ook de costuums leken ons nog al slordig ge kozen. Er zat te weinig contrastwerking in en wij kunnen de televisieregisseur vèrzekeren dat zijn grijzig beeld op de duur bijzonder vermoeiend was. Dat de beeldkwaliteit op zich Dinsdagavond ook al matig was, is een omstandigheid die de vergrijzing nog extra in de hand werkte. Belangrijker echter nog dan deze zaken lijkt ons het feit dat men eigenlijk niet'van een aparte televisie bewerking kan spreken. Men speelde toneel en men heeft er blijkbaar niet aan gedacht dat b.v. de steeds weer kerende close-ups van Melchior althans gedeeltelijk door andere betere beelden hadden kunnen worden vervangen. Waarom is de camera tijdens de scheldpartijen niet een enkele maal de woonwagen ingedraaid? Waarom b.v. bij de inleiding over die wrede koning Herodes niet even snel met de camera een kijkje achter de schermen genomen om te zien hoe Jozef zich in een hand omdraai tot die figuur transformeerde? Wat een kans om de bedoelingen van Ghéon als het ware op heterdaad te betrappen. Over beeldrijm, beeldrhyth- me en beeldassociatie zwijgen wij nu, al moet ook het bescheiden gebruik daarvan in het televisiespel mogelijk zijn. Tenslotte resteert ons nog één op merking. Die betreft de geest van de uitzending. Ten aanzien daarvan viel Dinsdagavond een merkwaardige discre pantie te ontdekken. Het spel werd namelijk ingeleid door mr. Jan Derks, die ons voor zover wij dat door een afschuwelijke geluids weergave konden waarnemen wees op Ghéon's vrolijke vroomheid en vrome vrolijkheid. Daarvan echter bleef bij de uitzending weinig over. Men had na een uitstekend begin voortdurend moeite om te geloven dat dit spel werkelijk een spel was van een groep vrolijke zi geuners. De tekst werd zeer vroom wij bedoelen niet cerebraal gezegd, maar dat die vroomheid stamde uit de harten van een stel rauwe kerels, wier godsdienstigheid zich beperkt tot een jaarlijkse kerkgang, was nauwelijks aan te nemen. Daarvoor was alles te breed, te geacheveerd en een enkele maal ook te zoet. Een grotere rapheid, gepaard gaande met een grotere spontaneïteit, ware voor het experiment weldadig ge weest. Alb. W. Kerststemming voor ons zal zijn, die enkele dagen duurt, maar ik wens ons allen toe, dat wij de zekerheid mogen ontvangen, dat er een weg is, die leidt uit alle nood 'en die beschenen wordt door het Licht, dat alle duistere oor den wil komen vervullen. Die weg Jeidt altijd uit onze zelf zucht, de bron van alle kwaad op aarde, en naar de bevrijding van ons diepste wezen en van de wereld. En hoeveel pijn het ons ook kosten mag, ons los te scheuren van onszelf, er is geen andere uitweg, willen we ooit in de ruimte en de vrijheid ade men met onze ziel. Al wie het offer kent,, kent ook de duizendvoudige beloning daarna. Wij zijn niet voor ons zelf op de wereld, maar voor elkander. Al wat men voor zichzelf doet. is nutteloos, al wat men voor een ander doet, heeft waarde. Dit geldt zowel voor mensen, als voor groeperingen van mensen onderling, nationaal en internationaal. En het komt er nu. en in 1952, zo ontzaglijk op aan, dat ieder kracht station, daarmee bedoel ik ieder mens, op volle toeren werkt. 1952 zal heus alle hens aan dek nodig hebben. Denkt niet. dat ik nu ineens spreek over de stoffelijke noden, en daarnet over het welzijn van onze ziei. Hoe wil men zich een stoffelijke wereld var, enig nut of zin of doel voorstellen, zonder mensen met een levende ziel? Hoe wil men zich mensen rnet een levende ziel voorstellen, die zich niet kan uiten in het scheppen van een goed bestaan voor hun medemens? Ik herhaal wat ik al wel eerder heb gezegd: de wereld houdt de ogen op Nederland gericht en verwacht veel van Nederland als bijdrage aan de sa menleving van deze wereld. Dit zijn niet dingen, die van enkele begaafde of invloedrijke mensen moeten uitgaan. Deze dingen moeten door allen gedra gen worden, anders zijn ze slechts als een valse gevel. Ik moge hier uw aller Kerstgroeten overbrengen aan de Nederlanders over de hele wereld. Hun zwerversgeest heeft toch altijd weer Nederland ver ruiming gebracht en daardoor een mo bilisering van alles wat in het rond in ieder opzicht tot heil van een volk en een mens kan leiden. Iedere ingrijpende verandering brengt barensnood dus pijn ervoor, tij dens en erna. Maar we kunnen er al tijd doorkomen. Het is als het binnen komen, het thuiskomen in de ruimte, waar men eindelijk de vleugels kan uitslaan en de vrije lucht invliegen. Want: „Al wie door ootmoed wordt herboren, die is van het hemelse ge slacht". En „het hemelse geslacht'' kan men onder meer zó omschrijven: de mensen die weten, dat ze in de we reld var, het vergankelijke niet thuis horen en die zich niet kunnen laten be ïnvloeden door wat vergankelijk is, doch die zich weten in waarheid ver antwoord aan God en mens, zolang ze voor zichzelf weten het goede te doen. Die zich desnoods daarvoor zouden la ten offeren, en toch de enige eigenlijke gelukkige mensen zijn. Maar de mensen hebben de duisternis liever dan het licht, en hoèvelen durven werkelijk het licht in hun ziel te laten schijnen? En toch moeten we, elk voor ons, en als mensheid eens de duisternis de rug toekeren en ons richten naar het licht.' En wat geeft het te werken, te zwoe gen en te ploeteren, als we niet mee werken aan wat waarde heeft voor God. Hij is het leven, het perpetuum mobile. Hij is schepping. Hij laat allen steeds veranderen. Hij schept het hogere dan wij, waaraan wjj echter mogen mee werken. Werken wij in Zijn licht, dan kunnen wij iets volbrengen, wij mensen, wij volkeren, wij mensheid. Door God geleid is zo vanuit de eeuwig ruisende zee ons vaderland zichzelf geworden. Vanuit de eeuwig barende tijden, door God geleid, zal Nederland zichzelf geborgen weten door offering in een voud, en door waakzaamheid voor 's mensen plicht en 's mensen recht. Op deze bodem kan vrede op aarde worden bevestigd, en gehandhaafd, en in de mensen een welbehagen." Kapitein G. M. de Bruyn. gezagvoer der van de Japara van de Kon. Rotter- damsche Lloyd, heeft op het laatste tra ject van zijn thuisreis uit Indonesië naar Rotterdam er met zijn schip vaart in gezet en passagiers en beman ning de gelegenheid gegeven nog met de Kerstdagen thuis te zijr,. 't Heelt echter aan een zijden draadje gehan gen. De aanvankelijk verwachte aankomst datum was Eerste Kerstdag., maar een zeer voorspoedige dooi vaart door het Suezkanaal maakte daar 24 December van. Bij het aanlopen van Marseille scheen het toch weer mis te zullen lo pen. Eerst moest er buitengaats - een paar uur op een loods gewacht wor den en later duurde het oponthoud in de haven weer langer dan voorzien was. zodat een half etmaal verspeeld werd. Maar de Japara zette zijn beste been tje voor en meerde reeds Maandag avond acht uur in een vliegende storm aan de Lloydkade De douane toonde begrip voor de bij zondere omstandigheden en kwam met een dusdanige ploec ambtenaren, dat passagiers en bemanning tegelijk ge holpen konden worden. Op Eerste Kerstdag is te Uitgeest de heer C. Bloedjes, wonende in de Lim- mer Koog, verdronken. Omstreeks twee uur had hij zich met drie van zijn kinderen per fiets op weg naar de eerste Nachtmis begeven, die om half drie zou beginnen. Niet ver van zijn woning werd hij plotseling onwel de dokter vermoedde later, dat hij een hartverlamming had gekregen en reed in een sloot langs de kant van de weg. Zijn dochtertje, dat achter op zijn fiets zat, wist bijtijds van de bagage-drager te springen. De drie kinderen zagen geen kans hem uit het water te halen, zodat het slachtoffer in de sloot is blij ven liggen tot er hulp kwam. De Uit- geester geneesheer dr. Druyff kon later slechts de dood constateren. De heer Bloedjes was vader van negen kinde ren. Op Eerste Kerstdag is in Den Burg op Texel een twaalf meter hoge en vijfen twintig meter Lange steiger, staande te gen de gevel van de Ned. Hervormde Kerk. met veel geraas omver gewaaid door de sterke wind. De steiger kwam terecht op het kerkhof. Er gebeurden geen ongelukken. Dezer dagen arriveerdein de haven van New York het m.s. Rijndammet aan boord o.a. twaalf Nederlandse boerenfamilies. die in de staat Alabama nieuw lancL in cultuur zullen brengen. Zij zullen echter eerst gedurende een jaar bi} Amerikaanse boerenfamilies verblijventeneinde te kunnen wennen aan de ver anderde levensomstandighedendaarna zullen zij hun nieuwe land 1632 hectaren per familie in bezit kunnen nemen. Dit plan is uitgegaan van een plaatselijke textielfabriek, teneinde de veeteelt in Alabama te bevorderen. Acht gesubsidieerde culturele tijdschriften hebben Zaterdag een resolutie aangeboden aan de staatssecretaris van O. K. en W., naar aanleiding van zijn beslissing om gel delijke steun aan .Podium" te onthouden, zolang een strafvervolging tegen dit tijd schrift aanhangig is. In die resolutie verklaren de redacteuren van de navolgende tijdschriften: Het boek van Nu; Critisch Bulletin; De Gids; Kro niek voor Kunst en Cultuur; Libertinage; De Nieuwe Stem; Roeping en De Tsjerne zich n.a.v. de brief, door de staatssecreta ris van O. K. en W. gericht aan de uit gever van Podium, ernstig verontrust over de suggestie van de adviescommissie van enig toezicht, dat door de directie der uit geverij zou dienen te worden uitgeoefend op het redactionele beleid. Zij achten deze suggestie in strijd met de onafhankelijkheid en de eigen verantwoordelijkheid van de redacties. Zij onthouden zich principieel van een oordeel over de strafrechtelijke kwestie, menen evenwel, dat deze strafrechtelijke kwestie een 'zaak is van geheel andere orde (Vervolg van pag. 1) De zending' en de vredeswil van de Kerk komen niet voort uit kleinmoedig heid of zwakheid, die slechts in staat zijn om tegenover het kwaad en de kwaadwilligen berusting en geduld te stellen. Wanneer echter de Kerk en haar op perste Herder zich vanuit de zoete, vre dige en hartverwarmende intimiteit met het Kindje van Bethlehem, wenden tot de wereld, die ver van Christus leeft, dan voelen zij zich als het ware geraakt door een ijskoude luchtstroom. Die we reld spreekt van niets anders dan van vrede maar zij heeft de vrede niet; zij eist voor zich alle mogelijke en onmoge lijke rechtstitels op om vrede te stichten, maar zij kent of erkent niet die vrede brengende zending, die onmiddellijk uit God voortvloeit, de vredestaak van het godsdienstig gezag der Kerk. Armc Uortzichtigen, wier beperkt ge zichtsveld zich niet verder uitstrekt, dan tot de controleerbare mogelijkheden van het huidige ogenblik, niet verder dan tot de cijfers van het militair en economisch potentieel! Hoe zouden zij zich het ge ringste idee kunnen vormen van het ge wicht en het belang van het godsdien stig gezag voor de oplossing van het vre desprobleem? Hoe zouden zij, opper vlakkige geesten, die niet in staat zijn om de waarde en de scheppende kracht van het Christendom in al zijn waar heid en omvang te zien, hoe zouden zij er in kunnen slagen, om hun twijfel en minachting tegenover de vredebrengen de macht der Kerk af te leggen? Maar de anderen en God geve. dat zij de meerderheid zijn zullen, min of meer bewust, gaan inzien, dat de tragische Advertentie WW.AU€MAAL ZWAWEWBERG'S ROOKH/ORSr..KOlOSSAACf AA NET PU2/SR/G GL'JDEN OP GlAOPE BAAN TRACTEERT MOEDOR OP ROOKWORST VAN DE t DE RUSSEN VERTALING! FRANS VAN OLDENBURG ERMKE 10 KOMEN Daaruit zou kunnen blijken, dat in het Rusland van thans de enige voorwaar de voor sexuele betrekkingen het ver schil in sexe is, zoals dit het geval is bij dieren. Leeftijd, voorkomen, enzo voorts zijn van geen belang. Zo kan een jonge jongen even goed met een oude vrouw opschieten als met een jong meis je van zijn eigen leeftijd, maar met een jonge vrouw is het heel anders. Wat heeft ze aan een oude man? Een vrouw is om zo te zeggen nooit te oud, maar een man op een goed ogenblik wel. Op die manier zouden de Russen zich neer gelegd hebben bij het feit, dat Jack de minnaar van Lina of van Mathilde was, maar nooit konden ze begrijpen, wat ik deed met een man, die dertien-en-een- half jaar ouder was dan ik. Een Rus van vijftig is een oude man, opgebruikt, aftands, en dus schudde menige, aardige, jonge Russische kerel medelijdend het hoofd over me, als hij hoorde, dat Jum bo mijn man was. Hoe had ik zo'n „ouwe vent" kunnen kiezen? Ongeloof lijk. Van de andere kant probeerden veel van die aardige jonge kerels zich op te dringen aan Mathilde. Ze kende drie woorden Russisch, was vriendelijk tegen hen en de baas in de keuken. Om dit laatste feit beschouwden veel Rus sen haar als de meesteres van het huis, want voor hen betekende de heerschap pij over potten en pannen de heerschap pij over het hele huis. Daar ze geen be grip hadden van stand, van soorten van gezichten, van de Europese manier van zich te kleden, bleven ze die vergissing maken, vooral als ze nu en dan Mathilde met de familiariteit van een oud erf stuk van de familie met haar schrille stem tegen Marietta hoorden uitpakken, die dan op die schreeuwparty beleefd en met een glimlach antwoordde. Geen Europeaan zou er een ogenblik aan ge twijfeld hebben, dat de een 'n dame. de ander het type van een oude keuken meid was. Maar de Russen schudden dan van het lachen: moet je die oude mees teres van het huis eens horen uitpakken tegen dat jonge vrouwmens! Wat voor ons zonder meer duidelijk was. bleef voor hen een gesloten boek. Ze trokken door Europa, als op de tast, als in het donker, volkomen verblind door de Rus sische propaganda. Fifi en ik hielden onze vier gasten be zig, -erwijl Jack in allerijl op zoek ging Tui- schildwacht. Er was echter ge den vaak van taart en bielstuk met ge bakken aardappelen. We gingen zelfs zo ver, om. nadat we hadden afgewassen de bridgekaarten op tafel te leggen, maar het spel moest onderbroken wor- liiVb-iï* rr„ l■*-" wetö gc- llLdcll "c;l ayv. W91" geen hulp nodig, want de officier den, toen Marietta ontdekte, dat ze een an "71in Hi'ln 1 TT-i 1-2 en zijn drie mannen stonden, toen ze onze namen en leeftijden gehoord en ons alles over zichzelf verteld hadden, juist op het punt om te vertrekken De wacht fluisterde Jack in het oor: „Dat zijn geen contra-spionnagemensen, maar grenswachten. Als ze een huiszoeking willen doen', staan we machteloos, maar als ze beginnen te plunderen, moet je ons maar onmiddellijk waarschuwen. Dan zullen we hun wel eens een lesje leren". We brachten de rest van de morgen door met de resten van ons fortuin te inspecteren, de dingen, welke we bij de tuinman en de rijwielreparateur hadden neergezet. Alles was kapot en onbruik baar. Een boerenvrouw, 'n echt goeie ziel, bracht ons wat aardappelen. Een ander kwam met het nieuws, dat er vijf-en- twintig-honderd kozakken de volgende dag in de naburige stad verwacht wer den, O, hemel! kreunden we, wat was drie mijl voor een ruiter te paard? We zouden ze de hele dag in Mora hebben rondhangen. Na het middageten begon de zon te schijnen, maar thuis was het erg verve lend. De priester kwam om een praatje met Jumbo te maken, die nog steeds te bed lag, en zij amuseerden elkaar met verhalen over Popen. In een andere hoek van het vertrek vertrouwde Dolly Fifi toe. dat ze er van overtuigd was, dat Elsie verliefd was op Rudi. „Ze huilt de hele nacht, de zot", fluisterde ze ver ontwaardigd. Onze mannen hadden nu voldoende moed gekregen om het huis te verlaten en hout te gaan hakken op het erf. Het middagmaal was uitstekend: aardappelen en erwten, en er was zelfs voor ieder een schijfje vlees, want de boeren waren wat vriendelijker gewor den, sinds de Hongaarse regering aan de andere kant van de rivier begon te functionneren. Maar onze geeuwhonger was niet zo gauw gestild en we droom- luis had. Het feit nochtans, dat onze zorgen nog slechts dingen golden' als luizen en ongelukkige liefdes, bewees enkel, dat de oorlog ver weg was en ons niet meer zou kunnen overvallen. Mathilde haalde ons in alle vroegte uit ons bed, omdat er een vreemde sol daat de keuken was binnen gewandeld. Het was evenwel alleen maar de nieuwe schildwacht, die trots kwam vertellen, hoe goed hij ons huis vannacht had ver dedigd. En dat had hij inderdaad, want tijdens de nacht waren er vijftienhon derd Russen op Mora neergestreken, en een luitenant-kolonel had geprobeerd om zich een weg in ons huis te banen. On danks deze nieuwe ramp gingen de Hon garen met z'n allen naar de school om daar Mis te horen. Het was Marietta's verjaardag. Toen ze weg was, tekende ik een potsierlijke verjaardagskaart voor haar met wensen in acht verschillende talen. We deden wat ongebrande koffie bonen in haar kopje en versierden haar stoel met klimopblaren. Om het effect te verhogen, zetten we een porseleinen nimf met maar één arm en zonder haar Griekse haarwrong op tafel en een beeldje van Napoleon, gezeten op een steigerend paard. Terwijl we trots ons werk bekeken, kwam Sashka binnen. Het gezicht van een zo smaakvol ver sierde tafel en van de verschrikkelijke tekeningen op de verjaardagskaart wek te klaarblijkelijk een soort van culturele afgunst in Sashka's hart want hij haalde een devotieprentje uit zijn zak om te laten zien, dat ook hij interesse voor kunst had. Het plaatje stelde het Jezus- kind voor, dat met een lammetje speelde. „Dat is een klein meisje," verklaarde hij trots, want we kwamen allemaal om hem heen staan om te kijken. „Zie je, ze speelt met een lam. Aardig, vinden jullie niet? Kijk eens naar die ogen en dat haar! Da's goed gedaan, hè? Is het geen lief, klein meisje?" (Wordt vervolgd). toestand van verwarring, waarin de mo derne wereld zich bevindt, nog is ver ergerd. doordat men aan het godsdien stig gezag der Kerk de voorwaarden onttrekt, die voor een krachtdadige ac tie ter beveiliging van de vrede onont beerlijk zijn. Het is de geloofsafval van niet weini gen, die tot dit haast onverdraaglijke uiterste heeft gedreven. En men zou kunnen zeggen, dat God op deze misda dige verwijdering van Christus heeft ge antwoord met de gesel van een voortdu rende bedreiging van de vrede en van de beklemmende vrees voor de oorlog. De Kerk is geen politieke, maar een godsdienstige gemeenschap; dat verhin dert haar evenwel niet. om met de Sta ten niet alleen uitwendige, maar ook in wendige en levens-betrekkingen te on derhouden. De Kerk is immers door Christus gesticht als een zichtbare ge meenschap. en als zodanig ontmoet zij de Staten op hetzelfde terrein, omringt zij met haar zorg dezelfde mensen, en gebruikt zij op veelvuldige wijzen en onder verschillende opzichten dezelfde goederen en dezelfde instellingen. Indien de mensheid, door zich te rich ten naar de Goddelijke wil, dat zekere redmiddel zal aanwenden, dat bestaat in de volmaakte Christelijke orde in de wereld, dan zal zij spoedig zien, dat de mogelijkheid gaat verdwijnen van zelfs een rechtvaardige oorlog, die geen en kele bestaansreden meer zal hebben vanaf het ogenblik, waarop de activiteit van de gemeenschap dei" Staten als een echte vredesordening zal verzekerd zijn. Practische bijdrage Ook vandaag weer. zoals reeds ande re keren, zien Wij Ons genoodzaakt vóór het stalletje van de Goddelijke Vorst des Vredes te verklaren: de we reld is wel ver verwijderd van die door God in Christus gewilde orde, die een waarachtige, duurzame vrede verzekert. Wij achten het onontbeerlijk, om de blik te richten op de christelijke orde, die heden door al te velen uit het oog wordt verloren, indien men tenminste de kern wil zien van het probleem, zo als het zich thans voordoet, indien men zich tenminste niet alleen theoretisch maar ook practisch rekenschap wil geven van de bijdrage, die allen, en op de eerste plaats de Kerk, werkelijk kunnen ge ven, ook in ongunstige omstandigheden en ondanks de sceptici en de pessimis ten. Vóór alles zal die blik iedere onpar tijdige toeschouwer er van overtuigen, dat op dit ogenblik de kern van het vredesprobleem in de geestelijke orde ligt en bestaat in een tekortkoming of gebrek van geestelijke aard. Al te schaars is in de hedendaagse wereld het diep christelijke inzicht, al te wei nig in aantal zijn de ware en volmaakte christenen. Op deze wijze zijn het de mensen zelf, die aan de verwezenlijking van de door God gewilde orde hinder palen in de weg stellen. Iedereen behoort van dit geestelijk karakter, dat onafscheidelijk met het oorlogsgevaar verbonden is, overtuigd te zijn. Deze overtuiging hij te brengen is op de eerste plaats de taak van de Kerk, en is heden tevens haar eerste bijdrage tot de vrede- Ontwapening Ook Wij en wel meer dan wie an ders ook betreuren de monsterachtige wreedheid der moderne wapenen. Wij betreuren ze en houden niet op te bid den,. dat zij nooit mogen worden aange wend. Maar is het, van de andere, kant, niet een vorm van practisch materialis me, van oppervlakkige sentimentaliteit, om in het probleem van de vrede alleen of hoofdzakelijk het bestaan en de be dreiging van die wapenen te beschou wen, terwijl men er zich niet om be kommert, dat de christelijke orde, die de echte waarborg is van de vrede, ont breekt? Vandaar - naast de andere redenen het verschil en de onnauwkeurigheid der meningen omtrent de vraag of de moderne oorlog geoorloofd is of niet; vandaar eveneens de illusie van staats lieden, die te veel rekenen op het be staan of op het verdwijnen van die wa penen. De schrik, die zij inboezemen, be gint op de lange duur zijn uitwerking te verliezen, zoals elke andere schrik wekkende oorzaak; of zij zou tenminste niet voldoende zijn, om in geval van nood. het uitbreken van een oorlog te beteugelen, vooral daar, waar de gevoe lens der burgers bij de beslissingen hun ner regeringen niet voldoende gewicht in de schaal leggen. Van de andere kant, de ontwapening, of de wederzijdse gelijktijdige vermin dering der bewapening, steeds door Ons gewenst en met aandrang gevraagd, is een weinig soliede waarborg voor een duurzame vrede, indien zij niet gepaard gaat met de afschaffing der wapens van de haat, van de hebzucht en van het buitensporig verlangen naar prestige. Met andere woorden: wie het vraagstuk van de vrede al te nauw verbindt met dat van de stoffelijke wapenen, begaat de vergissing, dat hij het allervoornaamste geestelijke aspect van elk oorlogsgevaar over het hoofd ziet. Zijn blik reikt niet verder dan de cijfers, en is bovendien noodzakelijk beperkt tot het ogenblik, waarop het conflict dreigt uit te breken. Vriend van de vrede, zal hij toch steeds te laat komen om haar te redden. Indien men werkelijk de oorlog wil verhinderen, dan moet men op de eerste plaats hulp trachten te bieden aan de geestelijke bloedarmoede der volkeren en aan hun gebrek aan besef van hun eigen verantwoordelijkheid tegenover God en de mensen, als gevolg van het ontbreken der christelijke orde, die ai- leen de vrede vermag veilig te stellen. Daarop is thans de krachtsinspanning der Kerk gericht. Doch zij stoot hier op een bijzondere moeilijkheid, die te wijten is aan de structuur van de hedendaagse sociale toestanden: haar aansporing ten gunste van de christelijke orde, in zoverre deze de voornaamste factor is voor het her stel van de vrede, is tegelijkertijd een prikkel om de juiste opvatting te vesti gen over de ware vrijheid. Immers de christelijke orde is essentieel een orde van vrijheid. Zij bestaat in de solidaire samenwerking van vrije mensen en vrije volkeren aan de progressieve verwezen lijking op alle levensgebieden van de doeleinden, die God voor de mens heid heeft vastgesteld. Nu is het echter een droevig feit, dat men tegenwoordig de ware vrijheid niet meer wa,ardeert of niet meer bezit; in deze omstandigheden is de menselijke samenleving, als vredes ordening, inwendig verzwakt en bloed loos. uitwendig elk ogenblik aan gevaar blootgesteld. Diegenen, bijvoorbeeld die op econo misch en sociaal gebied alles, ook de Advertentie U zult 's morgens „kiplekker" uit bed springen. Elke dag moet uw lever een liter gal ln uw ingewanden doen stromen, anders ver teert uw voedsel niet. het bederft U raakt verstopt, wordt humeurig en loom. Neem de plantaardige CARTER'S LEVERPIE- LETJES om die liter gal op te wekken en uw spijsvertering en stoelgang op natuur lijke wijze te regelen. Een plantaardig zacht middel, onovertroffen om de gal te doea stromen. Eist Carter's Leverpiüetjes. dan de culturele verdiensten, op grond waarvan Podium blijkens liet advies geacht wordt in aanmerking te komen voor suh- sidiëring. Zij zijn van oordeel, dat het on redelijk is twee zaken van zo verschillende aard met elkander te verbinden en dringen er daarom met klem op aan de voorlopige beslissing te herzien en het tijdschrift Po dium alsnog op te nemen in de subsidie regeling. In een onderhoud, dat de staatssecreta ris van O. K. en W. aan een delegatie van de gesubsidieerde tijdschriften, bestaande uit D. A. M. Binnendijk. H. A. Gomperts, dr. O Noordenbos en Gabriël Smit, Zater dag 1-1. heeft toegestaan, heeft hij zijn in zichten over de aangeboden resolutie ken baar gemaakt. De staatssecretaris zegde toe, deze kwestie nog eens te zullen bezien en ook de daarvoor aangewezen adviescom missie te zullen verzoeken 'n oplossing voor te stellen, waardoor de ook z.i. onwenselijke figuur van een door de uitgevers op de redacties uit te oefenen toezicht zou worden vermeden. Ten aanzien van zijn opschorting van een beslissing over de subsidiëring van Podium, zolang een strafvervolging hangende is. zei mr. Cals. dat dit besluit alleen betrekking had op het subsidie voor 1951, het jaar waarin de aanleiding tot de strafvervolging had plaats gehad, maar dat hij ten aanzien van de subsidieverlening voor 1952 een be slissing zou nemen los van deze kwestie, ook al zou de strafvervolging op dat tijdstip nog niet zijn voltooid. De opschorting van zijn beslissing voor 1951 meende de staatssecreta ris evenwel te moeten handhaven. Advertentie leiding en de zekerheid van hun bestaan, zouden willen afschuiven op de gemeen schap; of die heden hun enig dagelijks voedsel steeds minder van zichzelf ver wachten dat wil zeggen: van hun eigen overtuiging en kennis en steeds meer, reeds toebereid, van de pers, van de radio, van de bioscoop, van de tele visie: hoe zouden zij nog een begrip kun nen hebben van de ware vrijheid, hoe zouden zij haar nog kunnen hoogachten en verlangen, indien zij geen plaats meer heeft in hun leven? Zij zijn toch nog slechts raderen in de verschillende sociale organismen; geen vrije mensen meer, in staat om een deel van de verantwoordelijkheid voor het openbare leven op zich te nemen en te aanvaarden. Daarom, indien zij vandaag uitroepen: Nooit meer oorlog!, hoe zou men dan vertrouwen in hen kunnen hebben? Het is immers niet hun eigen stem: het is de naamloze stem van de sociale groep, waaraan zij zich zien uitgeleverd. Dat is de treurige toestand, die ook de Kerk ernstig belemmert in haar krachtige pogingen tot herstel van de vrede, in haar herhaalde roep om de ware menselijke vrijheid te beseffen, die volgens de christelijke opvatting een onmisbaar element is van de so ciale orde, beschouwd als organisatie van vrede. Coede diensten H. Stoel De vrede zoals Wij reeds hebben gezegd kan niet worden verzekerd, indien God niet heerst in de door hem vastgestelde wereldorde, in de naar de vereiste normen georganiseerde ge meenschap der Staten, waarin elke Staat naar binnen de vredesordening van de vrije mensen en hun gezinnen, en naar buiten de vredesordening der volkeren verwezenlijkt, waarvoor de Kerk op haar terrein en volgens haar eigen taak zich borg stelt. Dat is altijd het verlangen geweest van grote en wijze mannen, ook buiten de Kerk, en voor het laatst nog bij gelegenheid van het Vaticaans Concilie. Intussen draagt de Kerk bij tot de vrede door tot de practische kennis van de geestelijke kern van het probleem op te wekken en aan te sporen- trouw aan de geest van haar goddelijke Stichter en aan haar zending van lief de, beijvert zij zich om. binnen de grenzen van de haar gegeven moge lijkheden, haar goede diensten aan te bieden, overal waar zij de bedreiging van een conflict tussen de volkeren ziet opkomen. Deze Apostolische Stoel vooral heeft zich nooit onttrokken en zal zich nooit onttrekken aan deze plicht. De Niwin, die, zoals bekend, haar werkzaamheden heeft beëindigu. heeft haar laatste jaarverslag, dat over 1950/ 1951 doen verschijnen en daaraan een overzicht van vijf jaar Niwin-activiteit toegevoegd. Dit overzicht toont de vol gende cijfers: Ontvangsten: ingezamelde particu liere gelden f 7-000.000, rijkssubsidie f 15.300.000. Uitgaven: musici, toneel gezelschappen f 3.200.000- Films, film apparatuur, filmjeeps, fototoestellen en materiaal: f 2.800-000. Boeken, tijd schriften, ingezamelde lectuur, solda- tencouranten. cursussen: f 3.300 000. Radio-apparaten, heruitzendingen van programma's: f 1.000.000. Sport, spelen huisvlijt, rimboekisten: f 2.100.000. So ciale zorg. hospitalen, arbeidstherapie subsidies enz.: f 1-300.000. Kerstpakket ten, geschenkzendingen, prijzen: 3.800.000. Muziekinstrumenten, 'gra- mofoons en platen f 900.000. Cantine- wagens. overige acties: f 700.000. Cen traal Bureau, Indië-kantoor, publici teit en propaganda: f 3-200 000. Bij tiet vaststellen van de eindbe stemming der weer ingeleverde goe deren heeft het Niwin-bestuur bepaald, dat in de eerste plaats de in Nieuw- Guinea en West-Indië dienende troe pen een aandeel zouden ontvangen en flaarnaast de militairen, deel uitma kende van de Nederlandse militaire missies van de Kon. Marine en het le ger in Indonesië. Van het naar Nieuw- Guinea gezonden materiaal is een groot gedeelte door diefstal en ver nieling aan boord verloren gegaan. Een ander deel van het materiaal werd geschonken aan Nederlandse instellin gen. verenigingen en scholen in Indo nesië. De nog bruikbare cantinewagens en filmjeeps zijn naar Nederland terug gebracht om hier bij het leger te wor den gebruikt. Op verzoek van de hoofdaalmoeze nier, mgr. van Straelen. en de hoofd- legerpredikant, ds. de Kluys, werd het niet voor heruitzending in aanmerking komende materiaal te hunner beschik king gesteld voor militaire tzhuizen in Nederland. Een klein gedeelte gaat naar de woonoorden van gerepatrieer de Nederlanders en Ambonezen. Enke le jeugdorganisaties, die zich met de zorg voor de verwaarloosde jeugd be lasten, kregen sportmateriaal. De Indon. regering heeft het noodza kelijk geoordeeld de aangelegenheid van de wapenzendingen aan een diepgaand onderzoek te onderwerpen, alvorens een beslissing te nemen,, aldus neeft het In donesische ministerie van Voorlich ting medegedeeld. Daartoe is een minis teriële commissie van drie gevormd, be staande uit de minister van Buitenland se Zaken, Subardjo, de minister van Jus- stitie, mr. Nasrum en de minister van Algemene Zaken, Pellaupessy. Het is nog niet bekend, wanneer deze commis sie aan het kabinet rapport zal uitbren gen. De „Talisse" ligt inmiddels nog aan de haven van Priok een lading, die be stemd is voor Djakarta, uit te laden. Inmiddels heeft de correspondent van Aneta te Makassar bericht, dat het ha vencommando aldaar zeven kisten met wapens in beslag heeft genomen, die door de „Nieuw Holland" uit Australië werden aangevoerd en in Makassar uit geladen waren voor doorvoer naar Ti- mor. De scheepspapieren waren in orde, maar het was niet bekend van wie de wapens afkomstig en voor wie zij be stemd waren. De kisten bevatten zeven tig jachtgeweren met bijbehorende mu nitie.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1951 | | pagina 3