Er is een weg
alle nood
^EDEEEl
die leidt
Godsdienstig gezag van groot gewicht
voor oplossing van vredesprobleem
in/Hota
Gancia
RESOLUTIE van tijdschrift
redacteuren over „Podium
Wie alleen ziet naar de cijfers van
de bewapening, sal steeds te laat
komen om de vrede le redden
Deel van Niwin-goederen naar
Nieuw-Guinea en de West
Wat geeft het ie werken, als we niet
meewerken aan wat waarde
heeft voor God"
ZWITSALETTEN
Televisie
Kapitein speelde
het klaar
Vader van groot
gezin verdronken
Toezicht van directie op redactie
principieel ongewenst
WEK DE GAL
IN UW LEVER OP
Ander deel voor
mditaire tehuizen
RADIO-KERSTREDE VAN H M. DE KONINGIN
52
Passagiers van Japara
vóór Kerstmis thuis
Op weg naar de Nachtmis
KERSTBOODSCHAP VAN Z. H. PAUS PIUS XII
W apens in beslag genomen
op de ,,N-Hollenld
DONDERDAG 27 DECEMBER 1951
PAGINA 3
Ondanks pech te Marseille
„MTTC 2WAAH"/
DOOR ALEXANDRA ORME
Indon. regering stelt een
diepgaand onderzoek in
„Het is me een behoefte en een
vreugde, weer een kort moment van
bezinning met u te kunnen beleven. Op
het Kerstfeest voelen, geloof ik, de
meeste mensen die neiging tot nadenken
wel. Kerstmis wordt weliswaar volgens
vele verschillende opvattingen en naar
velerlei verschillende geestelijke in
stelling gevierd. Toch ben ik blij, tot u
allen te mogen spreken, want wie, die
het herdenkt, voelt niet diezelfde be
hoefte aan de vrede in het eigen hart,
die eenmaal over het hart der mens
heid als geheel zich moge uitbreiden",
aldus begon Koningin Juliana op Eerste
Kerstdag Haar Kerstrede, voor de radio
uitgesproken.
Zij vervolgde: „Bezinnen wij ons op
de Kerstgeschiedenis, dan verstommen
alle woorden voor het Woord, dat
vlees werd.
Wie heeft die boodschap verstaan?
Volgens de maatstaven der wereld
was en is er alles tegen, hiervoor
enig begrip te tonen. Toch zijn er
altijd mensen wier oren waakzaam
zijn voor het opvangen van een won
derbaar geluid.
Wat ik ons allen toewens, is, dat
het Woord niet alleen in onze oren
klinkt, maar dat wij er naar weten te
luisteren, dat het niet alleen maar een
Advertentie
Ut 29$ D£ ANTI-PIJN TABLETTEN
Op de avond van Eerste Kerstdag is
een begrijpelijk klein aantal televisie-
enthousiasten getuige geweest van de
geboorte van het eerste grote Neder
landse televisiespel. De KRO had op
die avond namelijk zijn gehele zend
tijd ter beschikking gesteld voor de uit
voering van een Kerstspel en. inder
daad. de keuze daarvoor was natuurlijk
gevallen op Ghéon's overbekende „Ker
misvolk op Kerstmis". Een prachtig
spel, waarvan wij ons menige ontroe
rende vertolking herinneren en dat wij
als televisiespel geruime tijd met span
ning tegemoet hebben gezien. Van een
geslaagd experiment kunnen wij ech
ter niet spreken. Daarvoor ontbraken
aan deze voorstelling te veel elementen
die ons essentieel lijken. Wij zouden
het echter ook geen mislukking willen
noemen. Het was een poging, een po
ging om iets te brengen dat eenmaal
geheel geslaagd een nieuwe kunst
vorm kan worden, het middenf?) hou
dend tussen tonqel en luisterspel. Van
een dergelijke poging mag men, gelo
ven wij, zelfs niet verwachten dat zij
in één keer succes oplevert. En vooral
eer wij bij deze uitzending dan ook
enige critische kanttekeningen plaatsen,
wensen wij ons respect te betuigen zo
wel aan de KRO als aan de Ghesellen
van den Spele onder leiding van Anton
Sweers. Zij hebben de eerste stap dur
ven zetten en fouten signaleren is nu
eenmaal eenvoudiger dan ze vermijden.
Desniettemin zijn er o.i. Dinsdagavond
meer misslagen gedaan dan strikt geno
men nodig waren. Immers het komt ons
voor. dat het televisiespel wil het
zich ooit werkelijk bestaansrecht ver
werven een eigen vorm zal moeten
vinden. Het zal toneel noch luisterspel
mogen zijn. maar iets dat volstrekt
autonoom is en waarvan de grenzen en
mogelijkheden bepaald worden door de
grenzen en mogelijkheden van de ca
mera. Nu is het natuurlijk duidelijk,
dat men niet van een eerste uitvoering
mag verwachten dat alle problemen die
hierbij ontstaan in een handomdraaien
worden opgelost. Het heeft ons echter
gefrappeerd dat er ook van een poging
in die richting maar weinig sprake was.
Wat wij te zien kregen, was een to
neelspel met als enige wijzigingen de
close-up en het vervangen van het op
komen door het verspringen op een an
dere camera.
Men had zelfs een volstrekt overbo
dige bedrijfsgewijze indeling gehand
haafd waardoor wij tot driemaal toe
enige minuten lang lichtelijk verdwaasd
in het lege décor zaten te staren. Waar
om? Dat décor zelf en trouwens ook de
costuums leken ons nog al slordig ge
kozen. Er zat te weinig contrastwerking
in en wij kunnen de televisieregisseur
vèrzekeren dat zijn grijzig beeld op de
duur bijzonder vermoeiend was. Dat de
beeldkwaliteit op zich Dinsdagavond ook
al matig was, is een omstandigheid die
de vergrijzing nog extra in de hand
werkte. Belangrijker echter nog dan
deze zaken lijkt ons het feit dat men
eigenlijk niet'van een aparte televisie
bewerking kan spreken. Men speelde
toneel en men heeft er blijkbaar niet
aan gedacht dat b.v. de steeds weer
kerende close-ups van Melchior althans
gedeeltelijk door andere betere beelden
hadden kunnen worden vervangen.
Waarom is de camera tijdens de
scheldpartijen niet een enkele maal de
woonwagen ingedraaid? Waarom b.v.
bij de inleiding over die wrede koning
Herodes niet even snel met de camera
een kijkje achter de schermen genomen
om te zien hoe Jozef zich in een hand
omdraai tot die figuur transformeerde?
Wat een kans om de bedoelingen van
Ghéon als het ware op heterdaad te
betrappen. Over beeldrijm, beeldrhyth-
me en beeldassociatie zwijgen wij nu,
al moet ook het bescheiden gebruik
daarvan in het televisiespel mogelijk
zijn. Tenslotte resteert ons nog één op
merking. Die betreft de geest van de
uitzending. Ten aanzien daarvan viel
Dinsdagavond een merkwaardige discre
pantie te ontdekken.
Het spel werd namelijk ingeleid door
mr. Jan Derks, die ons voor zover
wij dat door een afschuwelijke geluids
weergave konden waarnemen wees
op Ghéon's vrolijke vroomheid en vrome
vrolijkheid. Daarvan echter bleef bij de
uitzending weinig over. Men had na
een uitstekend begin voortdurend moeite
om te geloven dat dit spel werkelijk
een spel was van een groep vrolijke zi
geuners. De tekst werd zeer vroom
wij bedoelen niet cerebraal gezegd,
maar dat die vroomheid stamde uit de
harten van een stel rauwe kerels, wier
godsdienstigheid zich beperkt tot een
jaarlijkse kerkgang, was nauwelijks aan
te nemen. Daarvoor was alles te breed,
te geacheveerd en een enkele maal ook
te zoet. Een grotere rapheid, gepaard
gaande met een grotere spontaneïteit,
ware voor het experiment weldadig ge
weest. Alb. W.
Kerststemming voor ons zal zijn, die
enkele dagen duurt, maar ik wens ons
allen toe, dat wij de zekerheid mogen
ontvangen, dat er een weg is, die leidt
uit alle nood 'en die beschenen wordt
door het Licht, dat alle duistere oor
den wil komen vervullen.
Die weg Jeidt altijd uit onze zelf
zucht, de bron van alle kwaad op
aarde, en naar de bevrijding van ons
diepste wezen en van de wereld.
En hoeveel pijn het ons ook kosten
mag, ons los te scheuren van onszelf,
er is geen andere uitweg, willen we
ooit in de ruimte en de vrijheid ade
men met onze ziel.
Al wie het offer kent,, kent ook de
duizendvoudige beloning daarna. Wij
zijn niet voor ons zelf op de wereld,
maar voor elkander. Al wat men voor
zichzelf doet. is nutteloos, al wat men
voor een ander doet, heeft waarde. Dit
geldt zowel voor mensen, als voor
groeperingen van mensen onderling,
nationaal en internationaal.
En het komt er nu. en in 1952, zo
ontzaglijk op aan, dat ieder kracht
station, daarmee bedoel ik ieder mens,
op volle toeren werkt. 1952 zal heus
alle hens aan dek nodig hebben.
Denkt niet. dat ik nu ineens spreek
over de stoffelijke noden, en daarnet
over het welzijn van onze ziei.
Hoe wil men zich een stoffelijke
wereld var, enig nut of zin of doel
voorstellen, zonder mensen met een
levende ziel? Hoe wil men zich mensen
rnet een levende ziel voorstellen, die
zich niet kan uiten in het scheppen van
een goed bestaan voor hun medemens?
Ik herhaal wat ik al wel eerder heb
gezegd: de wereld houdt de ogen op
Nederland gericht en verwacht veel
van Nederland als bijdrage aan de sa
menleving van deze wereld. Dit zijn
niet dingen, die van enkele begaafde of
invloedrijke mensen moeten uitgaan.
Deze dingen moeten door allen gedra
gen worden, anders zijn ze slechts als
een valse gevel.
Ik moge hier uw aller Kerstgroeten
overbrengen aan de Nederlanders over
de hele wereld. Hun zwerversgeest
heeft toch altijd weer Nederland ver
ruiming gebracht en daardoor een mo
bilisering van alles wat in het rond in
ieder opzicht tot heil van een volk en
een mens kan leiden.
Iedere ingrijpende verandering brengt
barensnood dus pijn ervoor, tij
dens en erna. Maar we kunnen er al
tijd doorkomen. Het is als het binnen
komen, het thuiskomen in de ruimte,
waar men eindelijk de vleugels kan
uitslaan en de vrije lucht invliegen.
Want: „Al wie door ootmoed wordt
herboren, die is van het hemelse ge
slacht". En „het hemelse geslacht'' kan
men onder meer zó omschrijven:
de mensen die weten, dat ze in de we
reld var, het vergankelijke niet thuis
horen en die zich niet kunnen laten be
ïnvloeden door wat vergankelijk is,
doch die zich weten in waarheid ver
antwoord aan God en mens, zolang ze
voor zichzelf weten het goede te doen.
Die zich desnoods daarvoor zouden la
ten offeren, en toch de enige eigenlijke
gelukkige mensen zijn.
Maar de mensen hebben de duisternis
liever dan het licht, en hoèvelen durven
werkelijk het licht in hun ziel te laten
schijnen? En toch moeten we, elk voor
ons, en als mensheid eens de duisternis
de rug toekeren en ons richten naar het
licht.'
En wat geeft het te werken, te zwoe
gen en te ploeteren, als we niet mee
werken aan wat waarde heeft voor God.
Hij is het leven, het perpetuum mobile.
Hij is schepping. Hij laat allen steeds
veranderen. Hij schept het hogere dan
wij, waaraan wjj echter mogen mee
werken.
Werken wij in Zijn licht, dan kunnen
wij iets volbrengen, wij mensen, wij
volkeren, wij mensheid.
Door God geleid is zo vanuit de
eeuwig ruisende zee ons vaderland
zichzelf geworden.
Vanuit de eeuwig barende tijden,
door God geleid, zal Nederland zichzelf
geborgen weten door offering in een
voud, en door waakzaamheid voor
's mensen plicht en 's mensen recht.
Op deze bodem kan vrede op aarde
worden bevestigd, en gehandhaafd, en
in de mensen een welbehagen."
Kapitein G. M. de Bruyn. gezagvoer
der van de Japara van de Kon. Rotter-
damsche Lloyd, heeft op het laatste tra
ject van zijn thuisreis uit Indonesië
naar Rotterdam er met zijn schip
vaart in gezet en passagiers en beman
ning de gelegenheid gegeven nog met
de Kerstdagen thuis te zijr,. 't Heelt
echter aan een zijden draadje gehan
gen.
De aanvankelijk verwachte aankomst
datum was Eerste Kerstdag., maar een
zeer voorspoedige dooi vaart door het
Suezkanaal maakte daar 24 December
van. Bij het aanlopen van Marseille
scheen het toch weer mis te zullen lo
pen. Eerst moest er buitengaats - een
paar uur op een loods gewacht wor
den en later duurde het oponthoud in
de haven weer langer dan voorzien
was. zodat een half etmaal verspeeld
werd.
Maar de Japara zette zijn beste been
tje voor en meerde reeds Maandag
avond acht uur in een vliegende storm
aan de Lloydkade
De douane toonde begrip voor de bij
zondere omstandigheden en kwam met
een dusdanige ploec ambtenaren, dat
passagiers en bemanning tegelijk ge
holpen konden worden.
Op Eerste Kerstdag is te Uitgeest de
heer C. Bloedjes, wonende in de Lim-
mer Koog, verdronken.
Omstreeks twee uur had hij zich met
drie van zijn kinderen per fiets op weg
naar de eerste Nachtmis begeven, die
om half drie zou beginnen. Niet ver van
zijn woning werd hij plotseling onwel
de dokter vermoedde later, dat hij een
hartverlamming had gekregen en reed
in een sloot langs de kant van de weg.
Zijn dochtertje, dat achter op zijn fiets
zat, wist bijtijds van de bagage-drager
te springen. De drie kinderen zagen
geen kans hem uit het water te halen,
zodat het slachtoffer in de sloot is blij
ven liggen tot er hulp kwam. De Uit-
geester geneesheer dr. Druyff kon later
slechts de dood constateren. De heer
Bloedjes was vader van negen kinde
ren.
Op Eerste Kerstdag is in Den Burg op
Texel een twaalf meter hoge en vijfen
twintig meter Lange steiger, staande te
gen de gevel van de Ned. Hervormde
Kerk. met veel geraas omver gewaaid
door de sterke wind. De steiger kwam
terecht op het kerkhof. Er gebeurden
geen ongelukken.
Dezer dagen arriveerdein de haven van New York het m.s. Rijndammet aan
boord o.a. twaalf Nederlandse boerenfamilies. die in de staat Alabama nieuw
lancL in cultuur zullen brengen. Zij zullen echter eerst gedurende een jaar bi}
Amerikaanse boerenfamilies verblijventeneinde te kunnen wennen aan de ver
anderde levensomstandighedendaarna zullen zij hun nieuwe land 1632
hectaren per familie in bezit kunnen nemen. Dit plan is uitgegaan van een
plaatselijke textielfabriek, teneinde de veeteelt in Alabama te bevorderen.
Acht gesubsidieerde culturele tijdschriften
hebben Zaterdag een resolutie aangeboden
aan de staatssecretaris van O. K. en W.,
naar aanleiding van zijn beslissing om gel
delijke steun aan .Podium" te onthouden,
zolang een strafvervolging tegen dit tijd
schrift aanhangig is.
In die resolutie verklaren de redacteuren
van de navolgende tijdschriften: Het boek
van Nu; Critisch Bulletin; De Gids; Kro
niek voor Kunst en Cultuur; Libertinage;
De Nieuwe Stem; Roeping en De Tsjerne
zich n.a.v. de brief, door de staatssecreta
ris van O. K. en W. gericht aan de uit
gever van Podium, ernstig verontrust over
de suggestie van de adviescommissie van
enig toezicht, dat door de directie der uit
geverij zou dienen te worden uitgeoefend
op het redactionele beleid. Zij achten deze
suggestie in strijd met de onafhankelijkheid
en de eigen verantwoordelijkheid van de
redacties.
Zij onthouden zich principieel van een
oordeel over de strafrechtelijke kwestie,
menen evenwel, dat deze strafrechtelijke
kwestie een 'zaak is van geheel andere orde
(Vervolg van pag. 1)
De zending' en de vredeswil van de
Kerk komen niet voort uit kleinmoedig
heid of zwakheid, die slechts in staat
zijn om tegenover het kwaad en de
kwaadwilligen berusting en geduld te
stellen.
Wanneer echter de Kerk en haar op
perste Herder zich vanuit de zoete, vre
dige en hartverwarmende intimiteit met
het Kindje van Bethlehem, wenden tot
de wereld, die ver van Christus leeft,
dan voelen zij zich als het ware geraakt
door een ijskoude luchtstroom. Die we
reld spreekt van niets anders dan van
vrede maar zij heeft de vrede niet; zij
eist voor zich alle mogelijke en onmoge
lijke rechtstitels op om vrede te stichten,
maar zij kent of erkent niet die vrede
brengende zending, die onmiddellijk uit
God voortvloeit, de vredestaak van het
godsdienstig gezag der Kerk.
Armc Uortzichtigen, wier beperkt ge
zichtsveld zich niet verder uitstrekt, dan
tot de controleerbare mogelijkheden van
het huidige ogenblik, niet verder dan tot
de cijfers van het militair en economisch
potentieel! Hoe zouden zij zich het ge
ringste idee kunnen vormen van het ge
wicht en het belang van het godsdien
stig gezag voor de oplossing van het vre
desprobleem? Hoe zouden zij, opper
vlakkige geesten, die niet in staat zijn
om de waarde en de scheppende kracht
van het Christendom in al zijn waar
heid en omvang te zien, hoe zouden zij
er in kunnen slagen, om hun twijfel en
minachting tegenover de vredebrengen
de macht der Kerk af te leggen? Maar
de anderen en God geve. dat zij de
meerderheid zijn zullen, min of meer
bewust, gaan inzien, dat de tragische
Advertentie
WW.AU€MAAL ZWAWEWBERG'S ROOKH/ORSr..KOlOSSAACf
AA NET PU2/SR/G GL'JDEN
OP GlAOPE BAAN
TRACTEERT MOEDOR
OP ROOKWORST VAN DE t
DE RUSSEN
VERTALING! FRANS VAN OLDENBURG ERMKE 10
KOMEN
Daaruit zou kunnen blijken, dat in het
Rusland van thans de enige voorwaar
de voor sexuele betrekkingen het ver
schil in sexe is, zoals dit het geval is
bij dieren. Leeftijd, voorkomen, enzo
voorts zijn van geen belang. Zo kan een
jonge jongen even goed met een oude
vrouw opschieten als met een jong meis
je van zijn eigen leeftijd, maar met een
jonge vrouw is het heel anders. Wat
heeft ze aan een oude man? Een vrouw
is om zo te zeggen nooit te oud, maar
een man op een goed ogenblik wel. Op
die manier zouden de Russen zich neer
gelegd hebben bij het feit, dat Jack de
minnaar van Lina of van Mathilde was,
maar nooit konden ze begrijpen, wat ik
deed met een man, die dertien-en-een-
half jaar ouder was dan ik. Een Rus
van vijftig is een oude man, opgebruikt,
aftands, en dus schudde menige, aardige,
jonge Russische kerel medelijdend het
hoofd over me, als hij hoorde, dat Jum
bo mijn man was. Hoe had ik zo'n
„ouwe vent" kunnen kiezen? Ongeloof
lijk. Van de andere kant probeerden
veel van die aardige jonge kerels zich
op te dringen aan Mathilde. Ze kende
drie woorden Russisch, was vriendelijk
tegen hen en de baas in de keuken. Om
dit laatste feit beschouwden veel Rus
sen haar als de meesteres van het huis,
want voor hen betekende de heerschap
pij over potten en pannen de heerschap
pij over het hele huis. Daar ze geen be
grip hadden van stand, van soorten van
gezichten, van de Europese manier van
zich te kleden, bleven ze die vergissing
maken, vooral als ze nu en dan Mathilde
met de familiariteit van een oud erf
stuk van de familie met haar schrille
stem tegen Marietta hoorden uitpakken,
die dan op die schreeuwparty beleefd
en met een glimlach antwoordde. Geen
Europeaan zou er een ogenblik aan ge
twijfeld hebben, dat de een 'n dame. de
ander het type van een oude keuken
meid was. Maar de Russen schudden dan
van het lachen: moet je die oude mees
teres van het huis eens horen uitpakken
tegen dat jonge vrouwmens! Wat voor
ons zonder meer duidelijk was. bleef
voor hen een gesloten boek. Ze trokken
door Europa, als op de tast, als in het
donker, volkomen verblind door de Rus
sische propaganda.
Fifi en ik hielden onze vier gasten be
zig, -erwijl Jack in allerijl op zoek ging
Tui- schildwacht. Er was echter ge
den vaak van taart en bielstuk met ge
bakken aardappelen. We gingen zelfs zo
ver, om. nadat we hadden afgewassen
de bridgekaarten op tafel te leggen,
maar het spel moest onderbroken wor-
liiVb-iï* rr„ l■*-" wetö gc- llLdcll "c;l ayv. W91"
geen hulp nodig, want de officier den, toen Marietta ontdekte, dat ze een
an "71in Hi'ln 1 TT-i 1-2
en zijn drie mannen stonden, toen ze
onze namen en leeftijden gehoord en
ons alles over zichzelf verteld hadden,
juist op het punt om te vertrekken De
wacht fluisterde Jack in het oor: „Dat
zijn geen contra-spionnagemensen, maar
grenswachten. Als ze een huiszoeking
willen doen', staan we machteloos, maar
als ze beginnen te plunderen, moet je
ons maar onmiddellijk waarschuwen.
Dan zullen we hun wel eens een lesje
leren".
We brachten de rest van de morgen
door met de resten van ons fortuin te
inspecteren, de dingen, welke we bij de
tuinman en de rijwielreparateur hadden
neergezet. Alles was kapot en onbruik
baar.
Een boerenvrouw, 'n echt goeie ziel,
bracht ons wat aardappelen. Een ander
kwam met het nieuws, dat er vijf-en-
twintig-honderd kozakken de volgende
dag in de naburige stad verwacht wer
den, O, hemel! kreunden we, wat was
drie mijl voor een ruiter te paard? We
zouden ze de hele dag in Mora hebben
rondhangen.
Na het middageten begon de zon te
schijnen, maar thuis was het erg verve
lend. De priester kwam om een praatje
met Jumbo te maken, die nog steeds te
bed lag, en zij amuseerden elkaar met
verhalen over Popen. In een andere
hoek van het vertrek vertrouwde Dolly
Fifi toe. dat ze er van overtuigd was,
dat Elsie verliefd was op Rudi. „Ze huilt
de hele nacht, de zot", fluisterde ze ver
ontwaardigd. Onze mannen hadden nu
voldoende moed gekregen om het huis
te verlaten en hout te gaan hakken op
het erf. Het middagmaal was uitstekend:
aardappelen en erwten, en er was zelfs
voor ieder een schijfje vlees, want de
boeren waren wat vriendelijker gewor
den, sinds de Hongaarse regering aan
de andere kant van de rivier begon te
functionneren. Maar onze geeuwhonger
was niet zo gauw gestild en we droom-
luis had. Het feit nochtans, dat onze
zorgen nog slechts dingen golden' als
luizen en ongelukkige liefdes, bewees
enkel, dat de oorlog ver weg was en
ons niet meer zou kunnen overvallen.
Mathilde haalde ons in alle vroegte
uit ons bed, omdat er een vreemde sol
daat de keuken was binnen gewandeld.
Het was evenwel alleen maar de nieuwe
schildwacht, die trots kwam vertellen,
hoe goed hij ons huis vannacht had ver
dedigd. En dat had hij inderdaad, want
tijdens de nacht waren er vijftienhon
derd Russen op Mora neergestreken, en
een luitenant-kolonel had geprobeerd om
zich een weg in ons huis te banen. On
danks deze nieuwe ramp gingen de Hon
garen met z'n allen naar de school om
daar Mis te horen. Het was Marietta's
verjaardag. Toen ze weg was, tekende ik
een potsierlijke verjaardagskaart voor
haar met wensen in acht verschillende
talen. We deden wat ongebrande koffie
bonen in haar kopje en versierden haar
stoel met klimopblaren. Om het effect
te verhogen, zetten we een porseleinen
nimf met maar één arm en zonder haar
Griekse haarwrong op tafel en een
beeldje van Napoleon, gezeten op een
steigerend paard. Terwijl we trots ons
werk bekeken, kwam Sashka binnen.
Het gezicht van een zo smaakvol ver
sierde tafel en van de verschrikkelijke
tekeningen op de verjaardagskaart wek
te klaarblijkelijk een soort van culturele
afgunst in Sashka's hart want hij haalde
een devotieprentje uit zijn zak om te
laten zien, dat ook hij interesse voor
kunst had. Het plaatje stelde het Jezus-
kind voor, dat met een lammetje speelde.
„Dat is een klein meisje," verklaarde
hij trots, want we kwamen allemaal om
hem heen staan om te kijken. „Zie je,
ze speelt met een lam. Aardig, vinden
jullie niet? Kijk eens naar die ogen en
dat haar! Da's goed gedaan, hè? Is het
geen lief, klein meisje?"
(Wordt vervolgd).
toestand van verwarring, waarin de mo
derne wereld zich bevindt, nog is ver
ergerd. doordat men aan het godsdien
stig gezag der Kerk de voorwaarden
onttrekt, die voor een krachtdadige ac
tie ter beveiliging van de vrede onont
beerlijk zijn.
Het is de geloofsafval van niet weini
gen, die tot dit haast onverdraaglijke
uiterste heeft gedreven. En men zou
kunnen zeggen, dat God op deze misda
dige verwijdering van Christus heeft ge
antwoord met de gesel van een voortdu
rende bedreiging van de vrede en van
de beklemmende vrees voor de oorlog.
De Kerk is geen politieke, maar een
godsdienstige gemeenschap; dat verhin
dert haar evenwel niet. om met de Sta
ten niet alleen uitwendige, maar ook in
wendige en levens-betrekkingen te on
derhouden. De Kerk is immers door
Christus gesticht als een zichtbare ge
meenschap. en als zodanig ontmoet zij
de Staten op hetzelfde terrein, omringt
zij met haar zorg dezelfde mensen, en
gebruikt zij op veelvuldige wijzen en
onder verschillende opzichten dezelfde
goederen en dezelfde instellingen.
Indien de mensheid, door zich te rich
ten naar de Goddelijke wil, dat zekere
redmiddel zal aanwenden, dat bestaat
in de volmaakte Christelijke orde in de
wereld, dan zal zij spoedig zien, dat de
mogelijkheid gaat verdwijnen van zelfs
een rechtvaardige oorlog, die geen en
kele bestaansreden meer zal hebben
vanaf het ogenblik, waarop de activiteit
van de gemeenschap dei" Staten als een
echte vredesordening zal verzekerd zijn.
Practische bijdrage
Ook vandaag weer. zoals reeds ande
re keren, zien Wij Ons genoodzaakt
vóór het stalletje van de Goddelijke
Vorst des Vredes te verklaren: de we
reld is wel ver verwijderd van die door
God in Christus gewilde orde, die een
waarachtige, duurzame vrede verzekert.
Wij achten het onontbeerlijk, om de
blik te richten op de christelijke orde,
die heden door al te velen uit het oog
wordt verloren, indien men tenminste
de kern wil zien van het probleem, zo
als het zich thans voordoet, indien men
zich tenminste niet alleen theoretisch
maar ook practisch rekenschap wil geven
van de bijdrage, die allen, en op de eerste
plaats de Kerk, werkelijk kunnen ge
ven, ook in ongunstige omstandigheden
en ondanks de sceptici en de pessimis
ten.
Vóór alles zal die blik iedere onpar
tijdige toeschouwer er van overtuigen,
dat op dit ogenblik de kern van het
vredesprobleem in de geestelijke orde
ligt en bestaat in een tekortkoming of
gebrek van geestelijke aard. Al te
schaars is in de hedendaagse wereld
het diep christelijke inzicht, al te wei
nig in aantal zijn de ware en volmaakte
christenen. Op deze wijze zijn het de
mensen zelf, die aan de verwezenlijking
van de door God gewilde orde hinder
palen in de weg stellen.
Iedereen behoort van dit geestelijk
karakter, dat onafscheidelijk met het
oorlogsgevaar verbonden is, overtuigd
te zijn. Deze overtuiging hij te brengen
is op de eerste plaats de taak van de
Kerk, en is heden tevens haar eerste
bijdrage tot de vrede-
Ontwapening
Ook Wij en wel meer dan wie an
ders ook betreuren de monsterachtige
wreedheid der moderne wapenen. Wij
betreuren ze en houden niet op te bid
den,. dat zij nooit mogen worden aange
wend. Maar is het, van de andere, kant,
niet een vorm van practisch materialis
me, van oppervlakkige sentimentaliteit,
om in het probleem van de vrede alleen
of hoofdzakelijk het bestaan en de be
dreiging van die wapenen te beschou
wen, terwijl men er zich niet om be
kommert, dat de christelijke orde, die
de echte waarborg is van de vrede, ont
breekt?
Vandaar - naast de andere redenen
het verschil en de onnauwkeurigheid
der meningen omtrent de vraag of de
moderne oorlog geoorloofd is of niet;
vandaar eveneens de illusie van staats
lieden, die te veel rekenen op het be
staan of op het verdwijnen van die wa
penen. De schrik, die zij inboezemen, be
gint op de lange duur zijn uitwerking
te verliezen, zoals elke andere schrik
wekkende oorzaak; of zij zou tenminste
niet voldoende zijn, om in geval van
nood. het uitbreken van een oorlog te
beteugelen, vooral daar, waar de gevoe
lens der burgers bij de beslissingen hun
ner regeringen niet voldoende gewicht
in de schaal leggen.
Van de andere kant, de ontwapening,
of de wederzijdse gelijktijdige vermin
dering der bewapening, steeds door Ons
gewenst en met aandrang gevraagd, is
een weinig soliede waarborg voor een
duurzame vrede, indien zij niet gepaard
gaat met de afschaffing der wapens van
de haat, van de hebzucht en van het
buitensporig verlangen naar prestige.
Met andere woorden: wie het vraagstuk
van de vrede al te nauw verbindt met
dat van de stoffelijke wapenen, begaat de
vergissing, dat hij het allervoornaamste
geestelijke aspect van elk oorlogsgevaar
over het hoofd ziet. Zijn blik reikt niet
verder dan de cijfers, en is bovendien
noodzakelijk beperkt tot het ogenblik,
waarop het conflict dreigt uit te breken.
Vriend van de vrede, zal hij toch steeds
te laat komen om haar te redden.
Indien men werkelijk de oorlog wil
verhinderen, dan moet men op de eerste
plaats hulp trachten te bieden aan de
geestelijke bloedarmoede der volkeren
en aan hun gebrek aan besef van hun
eigen verantwoordelijkheid tegenover
God en de mensen, als gevolg van het
ontbreken der christelijke orde, die ai-
leen de vrede vermag veilig te stellen.
Daarop is thans de krachtsinspanning
der Kerk gericht.
Doch zij stoot hier op een bijzondere
moeilijkheid, die te wijten is aan de
structuur van de hedendaagse sociale
toestanden: haar aansporing ten gunste
van de christelijke orde, in zoverre deze
de voornaamste factor is voor het her
stel van de vrede, is tegelijkertijd een
prikkel om de juiste opvatting te vesti
gen over de ware vrijheid. Immers de
christelijke orde is essentieel een orde
van vrijheid. Zij bestaat in de solidaire
samenwerking van vrije mensen en vrije
volkeren aan de progressieve verwezen
lijking op alle levensgebieden van
de doeleinden, die God voor de mens
heid heeft vastgesteld. Nu is het echter
een droevig feit, dat men tegenwoordig
de ware vrijheid niet meer wa,ardeert of
niet meer bezit; in deze omstandigheden
is de menselijke samenleving, als vredes
ordening, inwendig verzwakt en bloed
loos. uitwendig elk ogenblik aan gevaar
blootgesteld.
Diegenen, bijvoorbeeld die op econo
misch en sociaal gebied alles, ook de
Advertentie
U zult 's morgens „kiplekker"
uit bed springen.
Elke dag moet uw lever een liter gal ln
uw ingewanden doen stromen, anders ver
teert uw voedsel niet. het bederft U raakt
verstopt, wordt humeurig en loom. Neem
de plantaardige CARTER'S LEVERPIE-
LETJES om die liter gal op te wekken en
uw spijsvertering en stoelgang op natuur
lijke wijze te regelen. Een plantaardig zacht
middel, onovertroffen om de gal te doea
stromen. Eist Carter's Leverpiüetjes.
dan de culturele verdiensten, op grond
waarvan Podium blijkens liet advies geacht
wordt in aanmerking te komen voor suh-
sidiëring. Zij zijn van oordeel, dat het on
redelijk is twee zaken van zo verschillende
aard met elkander te verbinden en dringen
er daarom met klem op aan de voorlopige
beslissing te herzien en het tijdschrift Po
dium alsnog op te nemen in de subsidie
regeling.
In een onderhoud, dat de staatssecreta
ris van O. K. en W. aan een delegatie van
de gesubsidieerde tijdschriften, bestaande
uit D. A. M. Binnendijk. H. A. Gomperts,
dr. O Noordenbos en Gabriël Smit, Zater
dag 1-1. heeft toegestaan, heeft hij zijn in
zichten over de aangeboden resolutie ken
baar gemaakt. De staatssecretaris zegde toe,
deze kwestie nog eens te zullen bezien en
ook de daarvoor aangewezen adviescom
missie te zullen verzoeken 'n oplossing voor
te stellen, waardoor de ook z.i. onwenselijke
figuur van een door de uitgevers op de
redacties uit te oefenen toezicht zou worden
vermeden.
Ten aanzien van zijn opschorting van een
beslissing over de subsidiëring van Podium,
zolang een strafvervolging hangende is. zei
mr. Cals. dat dit besluit alleen betrekking
had op het subsidie voor 1951, het jaar
waarin de aanleiding tot de strafvervolging
had plaats gehad, maar dat hij ten aanzien
van de subsidieverlening voor 1952 een be
slissing zou nemen los van deze kwestie, ook
al zou de strafvervolging op dat tijdstip nog
niet zijn voltooid. De opschorting van zijn
beslissing voor 1951 meende de staatssecreta
ris evenwel te moeten handhaven.
Advertentie
leiding en de zekerheid van hun bestaan,
zouden willen afschuiven op de gemeen
schap; of die heden hun enig dagelijks
voedsel steeds minder van zichzelf ver
wachten dat wil zeggen: van hun
eigen overtuiging en kennis en steeds
meer, reeds toebereid, van de pers, van
de radio, van de bioscoop, van de tele
visie: hoe zouden zij nog een begrip kun
nen hebben van de ware vrijheid, hoe
zouden zij haar nog kunnen hoogachten
en verlangen, indien zij geen plaats meer
heeft in hun leven?
Zij zijn toch nog slechts raderen in
de verschillende sociale organismen;
geen vrije mensen meer, in staat om een
deel van de verantwoordelijkheid voor
het openbare leven op zich te nemen
en te aanvaarden. Daarom, indien zij
vandaag uitroepen: Nooit meer oorlog!,
hoe zou men dan vertrouwen in hen
kunnen hebben? Het is immers niet
hun eigen stem: het is de naamloze
stem van de sociale groep, waaraan zij
zich zien uitgeleverd.
Dat is de treurige toestand, die ook
de Kerk ernstig belemmert in haar
krachtige pogingen tot herstel van de
vrede, in haar herhaalde roep om de
ware menselijke vrijheid te beseffen,
die volgens de christelijke opvatting
een onmisbaar element is van de so
ciale orde, beschouwd als organisatie
van vrede.
Coede diensten H. Stoel
De vrede zoals Wij reeds hebben
gezegd kan niet worden verzekerd,
indien God niet heerst in de door hem
vastgestelde wereldorde, in de naar de
vereiste normen georganiseerde ge
meenschap der Staten, waarin elke
Staat naar binnen de vredesordening
van de vrije mensen en hun gezinnen,
en naar buiten de vredesordening der
volkeren verwezenlijkt, waarvoor de
Kerk op haar terrein en volgens haar
eigen taak zich borg stelt. Dat is altijd
het verlangen geweest van grote en
wijze mannen, ook buiten de Kerk, en
voor het laatst nog bij gelegenheid van
het Vaticaans Concilie.
Intussen draagt de Kerk bij tot de
vrede door tot de practische kennis van
de geestelijke kern van het probleem
op te wekken en aan te sporen- trouw
aan de geest van haar goddelijke
Stichter en aan haar zending van lief
de, beijvert zij zich om. binnen de
grenzen van de haar gegeven moge
lijkheden, haar goede diensten aan te
bieden, overal waar zij de bedreiging
van een conflict tussen de volkeren
ziet opkomen. Deze Apostolische Stoel
vooral heeft zich nooit onttrokken en
zal zich nooit onttrekken aan deze
plicht.
De Niwin, die, zoals bekend, haar
werkzaamheden heeft beëindigu. heeft
haar laatste jaarverslag, dat over 1950/
1951 doen verschijnen en daaraan een
overzicht van vijf jaar Niwin-activiteit
toegevoegd. Dit overzicht toont de vol
gende cijfers:
Ontvangsten: ingezamelde particu
liere gelden f 7-000.000, rijkssubsidie
f 15.300.000. Uitgaven: musici, toneel
gezelschappen f 3.200.000- Films, film
apparatuur, filmjeeps, fototoestellen en
materiaal: f 2.800-000. Boeken, tijd
schriften, ingezamelde lectuur, solda-
tencouranten. cursussen: f 3.300 000.
Radio-apparaten, heruitzendingen van
programma's: f 1.000.000. Sport, spelen
huisvlijt, rimboekisten: f 2.100.000. So
ciale zorg. hospitalen, arbeidstherapie
subsidies enz.: f 1-300.000. Kerstpakket
ten, geschenkzendingen, prijzen:
3.800.000. Muziekinstrumenten, 'gra-
mofoons en platen f 900.000. Cantine-
wagens. overige acties: f 700.000. Cen
traal Bureau, Indië-kantoor, publici
teit en propaganda: f 3-200 000.
Bij tiet vaststellen van de eindbe
stemming der weer ingeleverde goe
deren heeft het Niwin-bestuur bepaald,
dat in de eerste plaats de in Nieuw-
Guinea en West-Indië dienende troe
pen een aandeel zouden ontvangen en
flaarnaast de militairen, deel uitma
kende van de Nederlandse militaire
missies van de Kon. Marine en het le
ger in Indonesië. Van het naar Nieuw-
Guinea gezonden materiaal is een
groot gedeelte door diefstal en ver
nieling aan boord verloren gegaan.
Een ander deel van het materiaal werd
geschonken aan Nederlandse instellin
gen. verenigingen en scholen in Indo
nesië. De nog bruikbare cantinewagens
en filmjeeps zijn naar Nederland terug
gebracht om hier bij het leger te wor
den gebruikt.
Op verzoek van de hoofdaalmoeze
nier, mgr. van Straelen. en de hoofd-
legerpredikant, ds. de Kluys, werd het
niet voor heruitzending in aanmerking
komende materiaal te hunner beschik
king gesteld voor militaire tzhuizen in
Nederland. Een klein gedeelte gaat
naar de woonoorden van gerepatrieer
de Nederlanders en Ambonezen. Enke
le jeugdorganisaties, die zich met de
zorg voor de verwaarloosde jeugd be
lasten, kregen sportmateriaal.
De Indon. regering heeft het noodza
kelijk geoordeeld de aangelegenheid van
de wapenzendingen aan een diepgaand
onderzoek te onderwerpen, alvorens een
beslissing te nemen,, aldus neeft het In
donesische ministerie van Voorlich
ting medegedeeld. Daartoe is een minis
teriële commissie van drie gevormd, be
staande uit de minister van Buitenland
se Zaken, Subardjo, de minister van Jus-
stitie, mr. Nasrum en de minister van
Algemene Zaken, Pellaupessy. Het is
nog niet bekend, wanneer deze commis
sie aan het kabinet rapport zal uitbren
gen. De „Talisse" ligt inmiddels nog aan
de haven van Priok een lading, die be
stemd is voor Djakarta, uit te laden.
Inmiddels heeft de correspondent van
Aneta te Makassar bericht, dat het ha
vencommando aldaar zeven kisten met
wapens in beslag heeft genomen, die
door de „Nieuw Holland" uit Australië
werden aangevoerd en in Makassar uit
geladen waren voor doorvoer naar Ti-
mor. De scheepspapieren waren in orde,
maar het was niet bekend van wie de
wapens afkomstig en voor wie zij be
stemd waren. De kisten bevatten zeven
tig jachtgeweren met bijbehorende mu
nitie.