Een beroep op de Engelse Christenen
Vier mil Hoen pond nodig voor
herstel van historische kerken
Drie getuigenisromans van
Kam iel van Baelen
Bestemming van de mens
PRIJSVERLAGING!
777
Prof. Oud op hoogleraarsstoel
Tweede-Kamerleden wijzen op
stijging criminaliteit
rDe eenzame
Reizig
er
D
$T4TE (KPRJSSS
NUSOfp.20
St. Bartholomew
the Great
Pater Kammerer
Sterren stralen niet
waar zij staan
Verhouding der overheidsmachten
Politie treedt ruw op
v.
mm
J
LITERAIRE KRONIEK
VRIJDAG 31 OCTOBER 1952
PAGINA 3
Prentbriefkaarten uit
Engeland Y
Pingpongballen
bij longoperaties
Tillemans en Pater
Van Erp naar ons land
Audiënties
Onderzoek naar theorie
van prof. Einstein
Pater Wokke S.C.J. t
DEZELFDE TOPKLASSE VIRGINIA
Koreavrijwilligers uit
Suriname en N.-Guinea
Bijzondere voorzieningen
Pensioenen hogere
ambtenaren
Teleurstelling over
voorstellen
Subsidie Bossche
priesterstudenten
Priestermissiedag
Een Nederlandse
gasturbine
LONDEN, October.
/n een der krantenbedrijven aan Fleetstreet treft men de man die onlangs
belast is met de uitvoering van een tienjaren-plan, waarbij op de bijzondere
medewerking van alle Engelse Christenen gerekend wordt. Ivor Buhner
Thomas, schrijver van hoofdartikelen voor een vooraanstaand Conservatief dag
blad, is de voorzitter van het Uitvoerend Comité van de „Historie Churches Pre
servation Trust", een stichting die zich, zoals de naam aangeeft, belast met de
restauratie van in verval geraakte oude kerkgebouwen. Het genootschap is gesticht
door de „Church of England", maar het doel dat nagestreefd wordt gaat uiteraard
hxet alleen de Anglicanen, maar ook de Engelse katholieken, zeer ter harte. Al
sou het alleen maar zijn omdatbehalve 7000 kerken van na de Reformatie, ook
°000 kerken van vóór 1537 bij het plan betrokken zijn.
soms moeilijkheden: In de Oostelijke
graafschappen bevinden zich verschei
dene kerken met kunstig bewerkte ge
welven die slecht toegankelijk zijn en
in de Midlands treft men veel hoge
torenspitsen, waarvoor kostbare stei
gers moeten gebouwd worden.
Aan het restauratie-project zitten
twee interessante aspecten, die veel
vertrouwen geven in de resultaten:
Alleen die parochies die hun kerken
laten restaureren door een architect
die zich daarin gespecialiseerd heeft
zullen voor steun van de „Trust" in
aanmerking komen, terwijl voorts alle
betrokken kerken minstens eens in de
vijf jaar door een deskundige architect
zullen worden geïnspecteerd.
In de komende, tien jaar zal niet min
der dan vier millioen pond sterling
(ruim 42 millioen gulden) bijeengebracht
Kloeten worden. In een grote landelijke
propaganda-actie zal de Engelsen ver
teld worden waar het om gaat. Koningin
Elizabeth zelf heeft zich bereid verklaard
beschermvrouwe te worden van de
Trust en de Hertog van Edingburgh is
President. Beheerders zijn onder meer de
aartsbisschoppen van Canterbury en
"ork, benevens Churchill en Attlee.
,.A1S ieder gezin in Engeland zich ver-
Plichten zou, gedurende tien jaar, per
laar 1 shilling te geven zou het beno
digde bedrag reeds bijeen gebracht wor-
den", antwoordt de heer BulmerTho
mas op de vraag hoe de inzameling ge-
°rganiseerd zou moeten worden. „Maar
Zo gebeurt het natuurlijk niet", voegt
hij er aan toe, „en we hopen dus enige
aanzienlijke giften van grote instellingen
en bedrijven te ontvangen, benevens
schenkingen van welgestelde particulie
ren, naast de kleine bijdragen der minder
draagkrachtigen". Het plan blijkt opgezet
te zijn om de verwaarlozing, waaraan de
kerkgebouwen in de oorlogsjaren en on
middellijk daarna ten prooi zijn geweest
tveer goed te maken. Alles wordt in het
Werk gesteld om het geld in te zamelen,
en alleen wanneer er dan nóg een tekort
zou zijn wil men een beroep doen op de
Britse schatkist. De parochies dragen
Zelf uiteraard zoveel mogelijk bij aan de
restauratiekosten, maar er zijn heel wat
arme kerken, en heel wat minder rijke
dorpsnotabelen dan vroeger op wie een
beroep gedaan kan worden.
Het herstel van de oude kerken stelt
de architecten voor problemen, die va
riëren naar het landschap. Zo is de
kalksteen die in het graafschap Ox
fordshire voor tal van kerkgebouwen
gebruikt is, bijzonder gevoelig voor
regen en wind. De brokkelige steen,
rag stone, die in Kent gewonnen werd
en waaruit zoveel Londense kerken zijn
opgetrokken, blijkt slecht bestand te
zijn tegen de atmosfeer van een grote
stad. En de kalk uit de duinen van
Wilshire, waarmee bijzonder mooie re-
jultaten zijn bereikt, heeft het nadeel
heel zacht te zijn. Maar niet alleen het
bouwmateriaal, ook de structuur schépt
Alleen al in Londen zijn reeds 560
kerken bij het plan betrokken
en daarvan dateren er 51 uit de
Middeleeuwen. Van die 51 is de kapel
in de Tower niet meegerekend de
kerk die St. Bartholomew the Great
genoemd wordt de oudste. Dit prach
tige voorbeeld van de Anglo-Norman-
dische bouwstijl, gelegen in het hart
van de stad, is ten onrechte te weinig
bekend. Men komt er het eenvoudigst
met de ondergrondse. Van de halte Al-
dersgate is het maar enkele minuten
lopen, al moet men het dan nog wel
ingebouwd. Intussen passeert men de
vermaarde vleeshallen van Smithfield,
een markt die daar al sinds eeuwen be
staat.
Voor twee grote rampen, die in de
onmiddellijke omgeving grote schade
hebben aangericht, is St. Bartholomew
gespaard: Voor de Grote Brand van
1666 en voor de bombardementen van
de Tweede Wereldoorlog. Een derde
ramp, de Reformatie en de daarmede
gepaard gaande Ontbinding van de
Kloosters, is aan de Middeleeuwse Au-
gustijnse priorij niet voorbij gegaan, en
het hele schip van de kerk is in die
tijd dan ook afgebroken. Maar het koor
van de kerk, die indertijd niet zonder
reden „the Great" werd genoemd, staat
er nog. Prachtige ronde bogen, steu
nend op cirkelvormige pilaren, die be
kroond worden door met eenvoudig
beeldhouwwerk versierde kapitelen en
galerijen met kleinere bogen, boven
langs de wanden, herinneren aan de
12e eeuw.
In het jaar 1123 is dan ook dit oudste
deel door een priester-geworden ex-
hoveling van Hendrik de Eerste, Rahere
genaamd, gebouwd. Nog rust het stof
felijk overschot van deze eerste prior
van St. Bartholomew in een prachtige
graftombe ten Noorden van het hoofd
altaar. Dat monument is een fraai voor
beeld van de Engelse laat-Gothiek, de
„Perpendicular Style", aldus genoemd
omdat de verticale lijn er in overheerst.
Bij het verlaten van de kerk loopt men
langs het kerkhof, op de plaats waar
zich eens het schip bevond. Dit kerkhof
is sinds onheuglijke tijden ieder jaar
op Goede Vrijdag het toneel van een,
typisch Engels, oud gebruik. Op een der
grafstenen wordt dan een aantal „six
pences" gedeponeerd, die door bejaarde
weduwen uit de parochie geïnd worden.
Wandelt men tenslotte in de omgeving
Specialisten, verbonden aan een
ziekenhuis te Lima (Peru) hebben,
volgens A.F.P., meegedeeld, dat zij bij
bepaalde longoperaties gebruik ma
ken van pingpongballen om de door
het wegnemen van aangetaste weef
sels ontstane ruimten op te vullen.
In verscheidene honderden gevallen
heeft men reeds met goed gevolg van
deze methode gebruik gemaakt, zo
verklaarde het hoofd van de chirur
gische afdeling van het Bravo Chico-
ziekenhuis. Tot dusver gebruikte men
kunsthars bij dergelijke operaties,
doch de prijs van dit materiaal was
te hoog.
(Vervolg van pag. 1)
E>e nieuwe verklaringen van Jonas
■Mote stemmen in hoofdzaak met die
}'an Jonas Peke overeen. Hij zegt let
terlijk:
Voor de pastoor vermoord werd,
Werden van hen de agia's afgepakt.
Daarna werd de pastoor gestoken,
maar wegens de vele mensen zagen
ze alleen maar het op en neergaan
van de lansen Op de vraag of ze
öe pastoor dood hadden gezien, zei
Jonas: „Neen, we zijn gauw gevlucht:
Ik, Goeroe Martinus en Okwarojoka
nebben het niet gezien".
Vraag pater Boersma: Waarom hebben
~e dan verteld, dat ze de pastoor bla
deren in de wonden hebben gestopt, ter-
id'jl jullie de pastoor niet konden heb-
en gezien en zijn gaan lopen?
Jonas: Ik ga weg.
Boersma: Eerst heb je gezegd: je hebt
eIf je agia's weggegooid en daarna, dat
Ze Waren afgepakt.
Jonas: Ik heb geen verstand van pa-
vraag het maar aan de goeroe.
Boersma: Je meende, dat het hier in
jjharotali met jullie verhaal wel afge-
aPen zou zijn, maar je bent de jongens
an i>igi vergeten, die gezegd hebben,
®t niemand gezien heeft, dat de pas-
o°r vermoord is.
Jonas: Hij is vermoord. Zjj liegen alle-
ik heb het gezien.
..Boersma: Alle- jongens liegen dus, jij
'een niet. Denk er om: je hoeft hele-
aal njet bang te zijn voor de politie,
zult heus niet in de boeien komen. Ik
alleen de waarheid weten.
°nas: (Naar waarheid om er van af
wl'Jn?) Jk- «Ie goeroe en Okwarojoka
en het niet gezien.
Nm,6* f1*2! vliegtuig, dat a.s. Dinsdag 4
2-, mber uit Biak op Schiphol arriveert,
e AP9stolisch Vicaris van Merauke,
Zako„ Tillemans M.S.C., voor een kort
ven,nve1rlof naar Nederland komen. Te-
visit=t- rr?et datzelfde vliegtuig van zijn
3Vti«.«,f e.ls naar de missiegebieden der
Ceifh "a"Se.n van hot H. Hart op Java,
Euiri Ar en Tanimbareilanden en
Uoo;5leuw-Guinea terugkeeren de
Provine„rW', ^!ter Jac- van ErP M.S.C,.
t'an Kmal Overste der Missionarissen
het H. Hart (M.S.C.)
*S1 bLfXC', de Bisschop van Haarlem
geen -,,?ag j en Woensdag 5 November
n a"dientie verlenen.
even vragen, want de kerk is volkomen nog wat rond, dan komt men al gauw
langs het oudste
Het graf van Rahere, stichter en eerste prior van St. Bar
tholomew the Great. Het monument is een prachtig voor
beeld van de „Perpendicular Style".
ziekenhuis van En
geland, het ver
maarde St. Bartho
lomew's Hospital,
dat oorspronkelijk
tegelijk met de prio
rij door Rahere
werd gesticht. (Ove
rigens gebruikt geen
enkele Londenaar
dat officiële lange
woord, maar spreekt
men kortweg over
„Bart's").
St. Bartholo
mew the Great
is uit architecto
nisch oogpunt een
van de interes
santste kerkge
bouwen van En
geland. Maar het
is tevens 'n bouw
werk, waarin men
acht eeuwen kerk
geschiedenis te
rug vindt, een
stuk historie, dat
precies in het
midden doorbro
ken is, zoals let
terlijk ook met
deze kerk in de
tijd van Hendrik
de Achtste is ge
beurd.
Dat het werk van
de „Historie Chur
ches Preservation
Trust" alle sympa
thie en steun ver
dient, beseft men,
beter dan door de
meest overtuigende
betogen, bij een be
zoek aan deze his
torische Londense
kerk. H. Br.
In de Sterrenwacht van de Yale Univer
siteit te New Haven in de Amerikaanse
staat Connecticut wordt thans de juistheid
van een der theorieën van prof. Einstein
onderzocht.
In 1916 heeft de bekende wis- en natuur
kundige de theorie opgesteld, dat de sterren
zich niet bevinden op de plaats, waar zij
schijnen te staan, zulks tengevolge van het
feit, dat de baan van het licht, dat de ster
ren naar de aarde zenden, door de aan
trekkingskracht van de zon wordt afgebo
gen. Bij de tot dusver genomen proeven
bleek er inderdaad een afwijking in de
lichtbaan te zijn, doch deze was groter dan
prof. Einstein had voorspeld.
Op het ogenblik worden aan de Yale Uni
versiteit vier foto's door middel van nauw
keurige metingen onderzocht. Twee opna
men zijn gemaakt te Khartoem (Soedan)
tijdens de zonsverduistering in Februari van
dit jaar en de andere twee op dezelfde
plaats twee maanden later. Alleen bij een
zonsverduistering zijn de sterren rondom de
zon waar te nemen. Het tweede paar foto's
werd 's nachts gemaakt. Het vergelijkend
onderzoek van de opnamen zal, naar men
verwacht, over enige weken zijn beëindigd.
Er wordt gebruik gemaakt van de modern
ste meetinstrumenten.
Donderdagmiddag kreeg de familie
Wokke te Castricum het droevige bericht
dat pater P. C. Wokke S.C.J., als missio
naris werkzaam in Brazilië, Woensdag is
overleden. Pater Wokke was pastoor in
Tambê, provincie Pernambuco, en be
reikte de leeftijd van 46 jaar.
DE OUDE SYMFONIE VAN ONS HART
e werken van Kamiel van Baelen. in Duitse gevangenschap gestorven. (De
oude Symfonie van ons Hart en Een Mens op den Weg) zijn warm, studen
tikoos jeugdwerk, vol primaire, hinderlijke symboliek."
Dit is al wat Marnix Gijsen over Kamiel van Baelen te zeggen heeft in de vierde
herziene en vermeerderde herdruk van „De literatuur in Zriid-Nederland sedert
1330 Dat zijn kenschets prikkelt tot een kennismaking met het werk van Kamiel
van Baelen, kan men moeilijk zeggen. Toch is die kennismaking de moeite waard.
Gijsen heeft wel gelijk, kan men achteraf zeggen, maar toch is er in deze soms
stuntelige roman iets, dat, alle literaire bezwaren ten spijt, recht in het hart pakt.
Dit had. Gijsen op moeten merken. Bovendien is zijn uitdrukking „studentikoos"
ongelukkig; zij suggereert een losheid, die wel in lijnrechte tegenspraak is met
dtopzware ernst, waarmee Kamiel van Baelen zijn ideeën met leven toerust.
Om nog even bij Marnix Gijsen en zijn
handhoek te blijven1). Zolang hij niet
te dicht tot zijn eigen tijd nadert, is zijn
kijk op de historie voortreffelijk. Maai
de Vlaamse jongeren doet hij schromelijk
tekort. In vier-en-een-halve bladzijde
wordt het proza van 1940'50 afgedaan,
hetgeen wil zeggen, dat uitgesproken
talenten als Johan Daisne, Louis Paul
Boon, Hubert Lampo en Piet van Aken.
om van mindere goden als André De-
medts en Pau Lebeau maar niet te spreken
met een paar aanmoedigingswoorden het
veld in worden gestuurd. Hapert er alles
aan de karakterschets van deze schrijvers
en hun werk afzonderlijk, ook een alge
meen tijdsbeeld, een uiteenzetting van
wat er leeft in de harten en hoofden
Advertentie
dier jongeren, blijft ons onthouden.
Zo'n uiteenzetting zou dienstig zijn
geweest tot begrip van de moderne
Vlaamse roman, die waarachtig wel wat
meer begrip verdient.
Over het algemeen kan men zeggen,
dat het tijdsbeeld, weerspiegeld in de
moderne roman, een grondig pessimis
tische instelling tegenover het leven
uitdrukt. Men is bekommerd om het
leven en om de devaluatie der levens
waarden. In psychologisch opzicht stijgen
de aandelen van de dood. Men interes
seert zich voor de dood als levensbe
stemming. Doodsdrift en levensdrift
gaan, bewust gemaakt, in de menselijke
geest een strijd met elkander aan. Hier
van getuigt, onvolmaakt, maar met bran-
derde eerlijkheid, Kamiel van Baelen.
„Een mens op den weg"
Dezer dagen verschenen zijn drie
romans, tezamen vormende zijn volle
dige werken, als trilogie in een karton
nen hoes verpakt. Alle drie romans
eindigen met de dood van de held. Hun
inzet was het leven, het behoud van de
integriteit des levens. Onverbiddelijk
moet deze inzet worden betaald met de
dood.
In 1939-'40 schreef Kamiel van Baelen
„Een mens op den weg". Dit is de ro
man, waarvan Gijsen zegt, dat hij vol
primaire, hinderlijke symboliek steekt.
Inderdaad, de levendigheid van de ro
manfiguren heeft deerlijk geleden on
der de opzet: twee mensen, twee zwer
versnaturen, die eigenlijk niets anders
zijn dan de twee tegenstelde kanten van
iedere persoonlijkheid, komen elkaar op
een tweesprong van wegen tegen. De
een heet Ludo; hij is de speler met het
leven, de genieter, de Lebemann. De
ander heet Viator, bij welke naam men
onmiddellijk denkt aan Johannes Viator
van Frederik van Eeden; hij betekent
de bezinning en de drang naar waar
heid. Ludo en Viator, twee zielen in
één borst dus, sluiten een zwerversver-
bond en trekken getweeën de wereld
Donderdagmiddag heeft prof. mr. P. J.
Oud in een openbare senaatsvergadering
in de aula der Nederlandse Economische
Hogeschool te Rotterdam met een rede
over „De verhouding der verschillende
overheidsmachten" het ambt aanvaard
van buitengewoon hoogleraar in het
Nederlands staats- en administratief
recht aan deze hogeschool.
Prof. Oud besprak eerst de zienswijzen
van Montesquieu en diens voorloper
Locke. Locke proclameert, dat de beide
huizen van het parlement (in Engeland
dus) tezamen de hoogste macht in de
staat vormen. Daarbij ziet hij bewust of
onbewust over het hoofd, dat de wet
gevende macht nimmer heeft berust bij
deze huizen alleen, doch dat zij aan hen
tezamen met de koning was toever
trouwd. Ook zag Locke over het hoofd,
dat het niet voldoende was de supre
matie van de wetgevende macht te pro
clameren, maar dat het even nodig was
die suprematie te verzekeren. Die ver
zekering vorderde, dat de uitvoerende
Veel Tweede-Kamerleden vragen in
het voorlopig verslag over de begroting
van Justitie, wat de regering denkt te
doen om de stjjging van de criminaliteit
tegen te gaan. In afwachting daarvan
zai zij echter onmiddellijk maatregelen
moeten nemen om aan de toeneming van
de bevolking der gestichten het hoofd te
bieden. Er is reeds thans in verscheidene
gestichten een ernstig gebrek aan plaats
ruimte.
Van meer dan een zijde wordt ge
vraagd, of van de minister voorstellen te
verwachten zijn tot herziening van de
thans geldende regeling van de voor
waardelijke invrijheidstelling. Vele leden
vragen, of de minister bereid is de tot
standkoming te bevorderen van een wet
telijke regeling, zoals die in het Belgi
sche recht bestaat, waarbij voorwaar
delijke invrijheidstelling reeds mogelijk
is na een termijn van een derde van de
straftijd en tenminste drie maanden bij
een eerste veroordeling en na een ter
mijn van twee/derde van de straftijd en
ten minste zes maanden bij herhaling.
Van verschillende zijden wordt de mi
nister de vraag gesteld, wat hij denkt te
doen inzake de Friese kwestie en speci
aal inzake het toestaan van het afleg
gen van de eed in het Fries.
Wat denkt de minister te doen, zo
vragen sommige leden, tegen geheime
organisaties van voormalige leden der
NSB?
Het komt aan vele leden billijkheids
halve noodzakelijk voor aan ambtenaren
wier carrière in Indonesië ten gevolge
van de souvereiniteitsoverdracht is afge
broken, goede kansen te bieden op aan-
I stelling in de Nederlandse rechterlijke
macht. Is de minister bereid zulks met
meer kracht dan tot dusverre is geschied
te bevorderen?
Sommige leden herhaalden hun
reeds vaker geuite klacht, dat de po
litie dikwijls ruw optreedt, zowel bij
het tegengaan van demonstraties als
bij het verrichten van arrestaties, en
dat zij daarbij vaak onnodig van
vuurwapenen gebruik maakt. Als
voorbeelden noemden zij het beken
de optreden in de Friese kwestie te
Leeuwarden en het schieten op
iemand, die van inbraak verdacht
werd, te Arnhem.
Vele andere leden vertrouwen dat de
minister niet alleen vrouwen zal benoe
men als gespecialiseerde kinderrechters,
doch eveneens als rechters met een vol
ledige, algemene taak
Van verschillende zijden werd de be
handeling van de gedetineerde Duitse
oorlogsmisdadigers in het gesticht Nor-
gerhaven ter sprake gebracht.
Per legerorder is bekendgemaakt, dat
er bijzondere voorzieningen zijn getrof
fen voor Korea-vrijwilligers, die afkom
stig zijn uit Suriname of Nieuw-Gui-
nea. Deze voorzieningen houden in, dat
militairen die zich in Suriname of op
Nieuw-Guinea hebben aangemeld voor
het Nederlandse detachement V.N., in
Suriname of Nieuw-Guinea gedemobili
seerd kunnen worden. Indien de in Suri
name woonachtige vrijwilliger in Neder
land is gedemobiliseerd en zich hier
heeft laten herscholen, kan hij zich drie
jaar na zijn demobilisatie voor rijks
rekening naar Suriname doen vervoeren.
Hij kan dan naar Suriname een bedrag
in Nederlandse courant a pari overma
ken, dat niet meer mag bedragen dan
hetgeen hem na zijn terugkeer uit Korea
is overgemaakt.
De vereniging van hogere ambtena
ren bij departementen van algemeen
bestuur, hoge colleges van Staat en
centrale Rijksdiensten te 's-Gravenhage,
hebben Woensdag in Den Haag- een
ledenvergadering gehouden ter bespre
king van het interim-rapport van de
staatscommissie voor de pensioenwet-
eving voor zover betreft de eigen pen
sioenen van de hogere ambtenaren.
In deze vergadering is een motie aan
genomen, waarin de vereniging met te
leurstelling en bezorgdheid vaststelt, dat
de in het rapport voorkomende voor
stellen voor de hogere ambtenaren als
groep geen verbetering van merkbare
betekenis inhouden, en bovendien een
goed personeelsbeleid onmogelijk ma
ken. De vereniging dringt er bij de re
gering met grote nadruk op aan de voor
stellen zodanis te wijzigen, dat ten aan
zien van de pensionnering van de ho
gere ambtenaren op korte termijn recht
wordt gedaan.
Deze motie is ter kennis gebracht
van de raad van ministers en van de
Staten-Generaal.
macht onder de controle van de wet
gevende macht zou worden geplaatst.
Hier heeft de practijk op den duur de
oplossing gevonden in de vorm van het
aan het parlement verantwoordelijke
kabinet. Maar door de nauwe samenhang
van kabinet en parlement is er van een
scheiding der machten geen sprake
meer. Op het terrein der wetgeving
spreekt dit al heel sterk. Niet alleen,
dat er geen wet tot stand kan komen
zonder de medewerking van het kabinet,
maar bovendien is een met de dag groter
wordend deel der wetgeving uit de han
den van het parlement overgegaan in
die van de regering.
De practijk kan de delegatie niet
missen. Zich ertegen verzetten is vech
ten tegen de bierkaai. Men zal een
gans andere weg moeten inslaan. Niet
in verzet tegen de delegatie als zoda
nig, doch in een betere regeling van
de wijze, waarop zij zal worden uit
geoefend, moet de oplossing worden
gezocht. Het hoofdbezwaar tegen de
wijze van vaststelling van zo menig
krachtens gedelegeerde bevoegdheid
vastgesteld algemeen voorschrift is het
ontbreken van iedere openbare pro
cedure.
Vervolgens besprak prof. Oud het be
lang van decentralisatie. Hoe dichterbij
dé beslissingen kunnen worden geno
men, hoe beter dat is. Als alles wordt
geconcentreerd op de verantwoordelijk
heid van de ministers tegenover de Sta
ten-Generaal, moet heel veel reeds
wegens tijdsgebrek onbesproken blijven.
Maar als in duizend gemeenteraden aan
duizend colleges van B. en W. inlichtin
gen kunnen worden gevraagd, wordt het
terrein van verantwoordingsmogelijk
heid onmeteljjk verruimd.
Wat geldt van decentralisatie over
territoriaal bepaalde lichamen als pro
vinciën en gemeenten, geldt ook voor
decentralisatie over wat men tegenwoor
dig doelcorporaties noemt. Bij de vele
overheidsbemoeiingen met het bedrijfs
leven kunnen hier straks de publiek
rechtelijke bedrijfsorganisaties een nut
tige rol gaan spelen. Mits zij werkelijk
autonome lichamen zullen worden, geen
verlengstuk van de overheid. Waar de
verhoudingen in het bedrijf voor een
dergelijke organisatie nog niet rijp zijn,
onthoude de centrale overheid zich er
van de oprichting te forceren.
Prof. P. J. üud wordt gelukgewenst
met zijn ambtsaanvaarding door mr.
L. G. Kortenhorst, voorzitter van de
Tweede Kamer.
Evenals verscheidene andere gemeen
ten heeft dezer dagen ook de gemeen
teraad van 's-Hertogenbosch, en wel met
algemene stemmen, goedgunstig be
schikt op een voorstel van B. en W., om
voortaan ook aan seminaria en priester
colleges subsidie te verstrekken uit de
gemeentekas, voorzover leerlingen, uit
Den Bosch afkomstig, studeren aan der
gelijke opleidingsinstituten. Voor Den
Bosch bedraagt dit aantal thans zestig.
Voor ieder dezer leerlingen wordt een
subsidie van f 100.per jaar beschik
baar gesteld.
Gehoor gevend aan de wens van Z.
Em. Kerd. Fumasoni Biondi, Prefect van
de H. Congregatie tot Voortplanting van
het Geloof, en in navolging van vele an
dere landen, spoort het Nationaal Be
stuur van de Priester-Missie-Bond zijn
leden aan, de feestdag van de H. Fran-
ciscus Xaverius (3 December) voortaan
te vieren als hun jaarlijkse Priester-Mis
siedag.
door ANTONIA WHITE
Vertaald
door
J. W. HOFSTRA
47
Hij scheen de hele Clara vergeten er.
tot zichzelf te spreken. „Misschien is
het toch niet zo gek", zei hij met een
eigenaardig lachje. „Het was een grote
troost voor me, dat Wilde katholiek ge
storven is." Hij bracht zichzelf weer tot
de werkelijkheid en richtte zich weer tot
Clara.
„Ja, kind, ik zou graag willen dat je
de Egoist las. Ik hoop niet dat het je
ijdel maakt als je ziet, wat voor een
voorstelling ik mij in gedachten van je
maakt. Je zult er Larry ook in vinden."
„Bent U er ook in", vroeg ze een
beetje verlegen.
„Helaas niet liefje. Ik wou dat ik me
zelf in Vernon Withford kon zien. Maar
het „Phoebus Apollo veranderd in vas
tende monnik" is nauwelijks op mij van
toepassing. Misschien heb ik iets van
Dr. Middleton.en, het spijt me dat ik
het moet zeggen, veel van Sir Wil-
loughby."
„Dat is de Egoist, hè?" vroeg Clara.
„Maar ik vind U juist erg onzelfzuchtig."
„Heel lief van je kind, maar een il
lusie te meer."
Hij scheen al wat te betrekken. Ze
meende, dat ze al een voorafschaduwing
van morgen op zijn gezicht zag, hoewel
ze nog geestdriftig over boeken en Tann-
hauser spraken, terwijl hij zijn cognac
dronk en een sigaar rookte.
Clara bemerkte, dat het zaaltje lang
zamerhand stil werd en dat ze slaap
kreeg. De ober begon discreet om hen
heen te draaien.
Haar vader zuchtte en doofde zijn si
gaar. Zonder op het briefje te kijken,
wierp hij een stapeltje goudstukken op
het schoteltje.
„Wa-at?" zei ze, niet geheel een
geeuw onderdrukkend.
Zij spraken weinig in de wagen toen
deze hen snel terugbracht naar West
Kensington en het gewone leven. Bij do
geel-porceleinen parapluiebak kuste hij
haar goedennacht, aandachtiger dan hij
in lange tijd had gedaan. Hij streek
haar over het haar, terwijl zij hem
trachtte te zeggen hoe 'n heerlijke avond
het geweest was. De klok in de eetka
mer sloeg half twee met een venijnige
ping. De naglans verdween van zijn
gezicht.
„Vlug naar bed, assepoes." Toen voeg
de hij er nog, bijna met zijn gewone
strengheid aan toe: „Denk er aan dat
je je kamerdeur zachtjes sluit, dat je je
moeder niet wakker maakt."
Ze ging op haar tenen naar haar ka
mer. Deze scheen te zijn gekrompen in
de paar. uur dat ze weg was geweest.
Het armelijke meubilair, dat eens wit
geweest was, had haar nog nooit zo
shabby geleken en de katoenen sprei zo
verschoten. Ze rukte de witte jurk uit,
die nu helemaal gekreukt was, en gooi
de haar andere kledingstukken op een
hoop. Maar de verlepte rose anjer red
de ze van de ondergang en legde deze
op haar kussen, zodat ze de bloembladen
tegen haar wang kon voelen en de zoe
te geur van de verwelkende bloem kon
ruiken in de duisternis.
DEEL II.
EERSTE HOOFDSTUK.
Te langen leste brak ook haars vaders
vacantie aan. Clara bracht nog een paar
dingen aan haar katoenen jurken in orde
en kon haast niet begrijpen, dat zij en
haar ouders die nacht op Paget's Fold
Zouden slapen.
Het begin van de grote vacantie ging
steeds gepaard met bepaalde opeenvol
gende gebeurtenissen. Gewoonlijk woon
de het hele gezin de prijsuitdeling op de
St. Marcus School bij, waardoor er nau
welijks tijd over bleef om zich te ver
kleden, voordat de taxi voor de deur
toeterde en de oude Mevrouw Batchelor,
die, met de bedoeling om te helpen, ieder
een in de weg liep, hun bezwoer, dat ze
de trein zouden missen. Volgens de tra
ditie was het ook de warmste middag
van het jaar en zat Claude, zijn blanke
voorhoofd vol zweetdruppels en gekleed
in toga, waaronder hij zijn jacquet droeg,
samen met zijn transpirerende collega's
op het podium achter de bekers en de
in kalfsleer gebonden boeken. Clara
schepte altijd een pervers genoegen in
deze beproeving. Hoe benauwder de zaal
was, hoe wijdlopiger de toespraken en
hoe langer het Griekse stuk, des te meer
genoot ze van het naar huis jachten en
de jaarlijkse gedaanteverwisseling van
van haar vader. Hij placht de deur van
zijn kleedkamer overdreven prikkelbaar
dicht te slaan en tien minuten later
kalm gekleed in een oud tweed pak met
een verschoten panama op zijn hoofd, te
voorschijn te koten, en een uitdrukking
van innige tevredenheid op zijn gezicht.
Clara was dit jaar vrijgesteld van de
„Sprekers" om haar moeder te kunnen
helpen met kleden en pakken. Ofschoon
het gloeiend heet was. speet het haar
toch de gebruikelijke kwelling te moe
ten missen en ze benijdde haar groot
moeder toen deze met Claude weg
reed, zo trots als een koningin-moeder
in haar zwart satijnen tentel en met
een toque met parma-viooltjes op het
hoofd.
In haar moeders slaapkamer waren de
rose gordijnen dichtgetrokken om de
Juli-zon buiten te houden. Isabel lag
reeds geheel gekleed voor de reis ach
terover in een stoel met haar benen in
de hoogte en gaf met kwijnende stem
allerlei aanwijzingen. In de veertien da
gen die verlopen waren na de avond
van de Tannhauser was ze bijna geheel
nersteld.
Die veertien dagen hadden Clara zon
der einde geschenen en nu de langver
wachte dag gekomen was, was ze niet
eens zo uitgelaten. Sedert de dag van
de begrafenis was ze niet meer op
Paget's Fold geweest. Ze was bang, dat
A.e het huis niet meer met de ogen van
vroeger zou kunnen bezien.
„Mijn meiske ziet pips", zei Isabel
toen Clara even ophield met pakken en
zuchtend op haar hurken ging zitten.
Ik geloof, dat ze even hard als ik een
flinke portie buitenlucht nodig heeft."
,Ik zal het in ieder geval prettig vin
den om uit Londen weg te zijn."
,Je stem klinkt vermoeid. Je bent de
laatste tijd erg lief geweest voor moe
der, je hebt erg veel voor me gedaan.
Ik had niet gedacht dat er zo'n flink
verpleegstertje in je stak."
(Wordt vervolgd).
De schrijver Kamiel van Baelen,
in 1945 op jeugdige leeftijd omge
komen in het concentratiekamp
Dachau.
door. Zij ontmoeten op hun verdere le
vensweg Thomas, de ongelovige, de ge
boren twijfelaar. Het driehoeksverhou-
dinkje dat nu ontstaat, ontneemt alle
harmonie aan de verhouding tussen Lu
do en Viator. Ludo vermoordt Viator.
Wat overblijft is de blinde levensdrift:
het hart van de dolleman, die de dood
(de gesmoorde bezinning) met orgieën
viert.
Het hart van Lou Anders
Het hart is voor Kamiel van Baelen
het orgaan, waarmee wij voelen of wij
gelukkig zijn of ongelukkig. Deze sym
boliek van het hart werd nadrukkelijk
leidmotief in Van Baelen's tweede ro
man „De oude symfonie van ons hart"
geschreven in '41-'42.
Dit is het verhaal van de jongeman
Lou Anders, die zo graag gelukkig zou
willen zijn, maar er geen kans toe ziet.
Op het moment, dat hij van de Brug
in de zwarte rivier van de dood wil
springen, voelt hij een hand op zijn
schouder. Een chirurg spreekt hem aan.
Deze chirurg, professor Buerbaum, lijkt
in wezen op Pluizer uit De kleine Jo
hannes; eenzelfde nietsontziende weten
schappelijkheid kenmerkt hem. Deze
hartspecialist is in staat Lou Anders een
nieuw hart te geven; het hart van een
grandioos, succesvol zakenman. Een
ogenblik denkt Lou, dat hij nu geluk
kig is, maar integendeel. Liever vul hij
een haveloze zwerver zijn. Dank zij een
tweede operatie slaat hij, uiterst ro
mantisch, aan het zwerven: terug naar
de natuur, zo ongecompliceerd mogelijk,
Voor het menselijk intellect, verfijnd
en decadent als het is, blijft deze alge
hele regressie echter onbevredigend.
Lou wil in kènnis zijn geluk beproeven.
Een tijdlang leeft hij als kamergeleerde.
Als alle kennis tenslotte faalt, duikt hij
vrijwillig onder in de krankzinnigheid-
Als hij daarna, wederom na een opera
tieve ingreep, in een zwierbol is geme
tamorfoseerd, ziet hij scherper dan ooit
in, dat het geluk op geen enkele manier
kan worden nagejaagd. Nergens vindt
zijn hart rust. Lou Anders is zinloos zoe
kende stilaan een oud man geworden.
Nog één pdoef wenst de chirurg met
hem te nemen: Lou krijgt een mecha
nisch hart. De operatie „lukt": het
kunsthart klopt nog zeker een kwartier
nadat het bezielde lichaam van Lou
Anders dood op de operatietafel is ge
bleven....! Lou Anders stierf met op
zijn lippen de Latijnse tekst van Augus-
tinus' woorden: „Onrustig is ons hart.,.,
totdat het rust in God...."
„Gebroken melodie"
Een derde maal zal het leven zijn be
stemming in de dood vinden in „Gebro
ken melodie", van welk boek de auteur
de uitgave niet meer heeft mogen be
leven. Hij schreef het in '42'43. In '44
werd hij, als illegaal werker, gevangen
genomen door de Duitsers. Op 16 April
1945 overleed hij te Dachau, enkele da
gen voor de bevrijding van het kamp.
Hij was toen juist dertig jaar oud.
„Gebroken melodie", op zich geen
sterke roman. het is trouwens meer
een verhalend essay dan een roman
leest men ontroerd als een boek, waar
in het leven met de moed van de wan
hoop tegen het opdringend défaitisme
wordt verdedigd. In dit boek is de mens
niet zozeer het slachtoffer van zijn eigen
levensonrust, als wel van de algehele
verdwazing die oorlog heet
Achteraf kan men zeggen, dat Kamiel
van Baelen in „Gebroken melodie" met
vooruitziende blik zijn eigen slachtof
ferschap heeft verbeeld. De roman
verkreeg er een rechtstreeks aanspre
kende menselijkheid door, die het getui
geniskarakter van de moderne roman
kunst wel heel bijzonder prononceert
Het is al vaker opgemerkt: de heden
daagse roman evolueert van verbeel
dingskunstwerk naar getuigenisdocu
ment. Wat Kamiel van Baelen wilde
zeggen over het leven, over ons
heimwee naar God en over God als de
Zingever van leven en dood, dit alles
heeft hij allerminst meesterlijk kunnen
doen. Zijn symboliek is vaak opgelegd.
Ongetwijfeld zou zijn werk omstreeks
1900 betere kansen hebben gemaakt.
Men denkt bij deze jeugdige gedrevene
aan klassieke voorbeelden, die hij na
streefde, zonder aan hun visie toe te
zijn. In zijn werk heeft hij iets weg ven
Peer Gynt en van Le grand Meaulv.es,
die prachtige romanfiguur van Alain
Fournier (hier vertaald onder de titel:
„Het grote avontuur"). Literair is hij
geen zelfstandige persoonlijkheid; mis
schien had hij het na deze drie voorbe
reidende romans kunnen worden. Niet
temin spreekt hij de lezer hevig aan,
door de gemoedsdrift waarmee hij van
zijn levenswaarheid getuigt. Uit on
ze hedendaagse katholieke romankunst
is hij niet weg te denken 2).
NICO VERHOEVEN
1) Marnix Gijsen: „De literatuur in Zuid-
Nederland sedert 1830". Vierde herziene en
vermeerderde druk. Uitg. Mij. Standaard
boekhandel, Amsterdam. 1951.
2) Kamiel van Baelen: De volledige werken,
drie delen in foudraal. Uitg. Desclée De
Brouwer, Bussum.
De heer ir. Ch. Th. Stork, gedelegeerd
commissaris der Kon. Machinefabriek Gebr.
Stork en Co., heeft meegedeeld, dat vijf
grote Nederlandse fabrieken momenteel be
zig zijn een gasturbine te ontwikkelen. De
werkzaamheden aan dit object zijn reeds
dermate gevorderd, dat deze Nederlandse
gasturbine binnenkort proef zal draaien.