Een beroep op de Engelse Christenen Vier mil Hoen pond nodig voor herstel van historische kerken Drie getuigenisromans van Kam iel van Baelen Bestemming van de mens PRIJSVERLAGING! 777 Prof. Oud op hoogleraarsstoel Tweede-Kamerleden wijzen op stijging criminaliteit rDe eenzame Reizig er D $T4TE (KPRJSSS NUSOfp.20 St. Bartholomew the Great Pater Kammerer Sterren stralen niet waar zij staan Verhouding der overheidsmachten Politie treedt ruw op v. mm J LITERAIRE KRONIEK VRIJDAG 31 OCTOBER 1952 PAGINA 3 Prentbriefkaarten uit Engeland Y Pingpongballen bij longoperaties Tillemans en Pater Van Erp naar ons land Audiënties Onderzoek naar theorie van prof. Einstein Pater Wokke S.C.J. t DEZELFDE TOPKLASSE VIRGINIA Koreavrijwilligers uit Suriname en N.-Guinea Bijzondere voorzieningen Pensioenen hogere ambtenaren Teleurstelling over voorstellen Subsidie Bossche priesterstudenten Priestermissiedag Een Nederlandse gasturbine LONDEN, October. /n een der krantenbedrijven aan Fleetstreet treft men de man die onlangs belast is met de uitvoering van een tienjaren-plan, waarbij op de bijzondere medewerking van alle Engelse Christenen gerekend wordt. Ivor Buhner Thomas, schrijver van hoofdartikelen voor een vooraanstaand Conservatief dag blad, is de voorzitter van het Uitvoerend Comité van de „Historie Churches Pre servation Trust", een stichting die zich, zoals de naam aangeeft, belast met de restauratie van in verval geraakte oude kerkgebouwen. Het genootschap is gesticht door de „Church of England", maar het doel dat nagestreefd wordt gaat uiteraard hxet alleen de Anglicanen, maar ook de Engelse katholieken, zeer ter harte. Al sou het alleen maar zijn omdatbehalve 7000 kerken van na de Reformatie, ook °000 kerken van vóór 1537 bij het plan betrokken zijn. soms moeilijkheden: In de Oostelijke graafschappen bevinden zich verschei dene kerken met kunstig bewerkte ge welven die slecht toegankelijk zijn en in de Midlands treft men veel hoge torenspitsen, waarvoor kostbare stei gers moeten gebouwd worden. Aan het restauratie-project zitten twee interessante aspecten, die veel vertrouwen geven in de resultaten: Alleen die parochies die hun kerken laten restaureren door een architect die zich daarin gespecialiseerd heeft zullen voor steun van de „Trust" in aanmerking komen, terwijl voorts alle betrokken kerken minstens eens in de vijf jaar door een deskundige architect zullen worden geïnspecteerd. In de komende, tien jaar zal niet min der dan vier millioen pond sterling (ruim 42 millioen gulden) bijeengebracht Kloeten worden. In een grote landelijke propaganda-actie zal de Engelsen ver teld worden waar het om gaat. Koningin Elizabeth zelf heeft zich bereid verklaard beschermvrouwe te worden van de Trust en de Hertog van Edingburgh is President. Beheerders zijn onder meer de aartsbisschoppen van Canterbury en "ork, benevens Churchill en Attlee. ,.A1S ieder gezin in Engeland zich ver- Plichten zou, gedurende tien jaar, per laar 1 shilling te geven zou het beno digde bedrag reeds bijeen gebracht wor- den", antwoordt de heer BulmerTho mas op de vraag hoe de inzameling ge- °rganiseerd zou moeten worden. „Maar Zo gebeurt het natuurlijk niet", voegt hij er aan toe, „en we hopen dus enige aanzienlijke giften van grote instellingen en bedrijven te ontvangen, benevens schenkingen van welgestelde particulie ren, naast de kleine bijdragen der minder draagkrachtigen". Het plan blijkt opgezet te zijn om de verwaarlozing, waaraan de kerkgebouwen in de oorlogsjaren en on middellijk daarna ten prooi zijn geweest tveer goed te maken. Alles wordt in het Werk gesteld om het geld in te zamelen, en alleen wanneer er dan nóg een tekort zou zijn wil men een beroep doen op de Britse schatkist. De parochies dragen Zelf uiteraard zoveel mogelijk bij aan de restauratiekosten, maar er zijn heel wat arme kerken, en heel wat minder rijke dorpsnotabelen dan vroeger op wie een beroep gedaan kan worden. Het herstel van de oude kerken stelt de architecten voor problemen, die va riëren naar het landschap. Zo is de kalksteen die in het graafschap Ox fordshire voor tal van kerkgebouwen gebruikt is, bijzonder gevoelig voor regen en wind. De brokkelige steen, rag stone, die in Kent gewonnen werd en waaruit zoveel Londense kerken zijn opgetrokken, blijkt slecht bestand te zijn tegen de atmosfeer van een grote stad. En de kalk uit de duinen van Wilshire, waarmee bijzonder mooie re- jultaten zijn bereikt, heeft het nadeel heel zacht te zijn. Maar niet alleen het bouwmateriaal, ook de structuur schépt Alleen al in Londen zijn reeds 560 kerken bij het plan betrokken en daarvan dateren er 51 uit de Middeleeuwen. Van die 51 is de kapel in de Tower niet meegerekend de kerk die St. Bartholomew the Great genoemd wordt de oudste. Dit prach tige voorbeeld van de Anglo-Norman- dische bouwstijl, gelegen in het hart van de stad, is ten onrechte te weinig bekend. Men komt er het eenvoudigst met de ondergrondse. Van de halte Al- dersgate is het maar enkele minuten lopen, al moet men het dan nog wel ingebouwd. Intussen passeert men de vermaarde vleeshallen van Smithfield, een markt die daar al sinds eeuwen be staat. Voor twee grote rampen, die in de onmiddellijke omgeving grote schade hebben aangericht, is St. Bartholomew gespaard: Voor de Grote Brand van 1666 en voor de bombardementen van de Tweede Wereldoorlog. Een derde ramp, de Reformatie en de daarmede gepaard gaande Ontbinding van de Kloosters, is aan de Middeleeuwse Au- gustijnse priorij niet voorbij gegaan, en het hele schip van de kerk is in die tijd dan ook afgebroken. Maar het koor van de kerk, die indertijd niet zonder reden „the Great" werd genoemd, staat er nog. Prachtige ronde bogen, steu nend op cirkelvormige pilaren, die be kroond worden door met eenvoudig beeldhouwwerk versierde kapitelen en galerijen met kleinere bogen, boven langs de wanden, herinneren aan de 12e eeuw. In het jaar 1123 is dan ook dit oudste deel door een priester-geworden ex- hoveling van Hendrik de Eerste, Rahere genaamd, gebouwd. Nog rust het stof felijk overschot van deze eerste prior van St. Bartholomew in een prachtige graftombe ten Noorden van het hoofd altaar. Dat monument is een fraai voor beeld van de Engelse laat-Gothiek, de „Perpendicular Style", aldus genoemd omdat de verticale lijn er in overheerst. Bij het verlaten van de kerk loopt men langs het kerkhof, op de plaats waar zich eens het schip bevond. Dit kerkhof is sinds onheuglijke tijden ieder jaar op Goede Vrijdag het toneel van een, typisch Engels, oud gebruik. Op een der grafstenen wordt dan een aantal „six pences" gedeponeerd, die door bejaarde weduwen uit de parochie geïnd worden. Wandelt men tenslotte in de omgeving Specialisten, verbonden aan een ziekenhuis te Lima (Peru) hebben, volgens A.F.P., meegedeeld, dat zij bij bepaalde longoperaties gebruik ma ken van pingpongballen om de door het wegnemen van aangetaste weef sels ontstane ruimten op te vullen. In verscheidene honderden gevallen heeft men reeds met goed gevolg van deze methode gebruik gemaakt, zo verklaarde het hoofd van de chirur gische afdeling van het Bravo Chico- ziekenhuis. Tot dusver gebruikte men kunsthars bij dergelijke operaties, doch de prijs van dit materiaal was te hoog. (Vervolg van pag. 1) E>e nieuwe verklaringen van Jonas ■Mote stemmen in hoofdzaak met die }'an Jonas Peke overeen. Hij zegt let terlijk: Voor de pastoor vermoord werd, Werden van hen de agia's afgepakt. Daarna werd de pastoor gestoken, maar wegens de vele mensen zagen ze alleen maar het op en neergaan van de lansen Op de vraag of ze öe pastoor dood hadden gezien, zei Jonas: „Neen, we zijn gauw gevlucht: Ik, Goeroe Martinus en Okwarojoka nebben het niet gezien". Vraag pater Boersma: Waarom hebben ~e dan verteld, dat ze de pastoor bla deren in de wonden hebben gestopt, ter- id'jl jullie de pastoor niet konden heb- en gezien en zijn gaan lopen? Jonas: Ik ga weg. Boersma: Eerst heb je gezegd: je hebt eIf je agia's weggegooid en daarna, dat Ze Waren afgepakt. Jonas: Ik heb geen verstand van pa- vraag het maar aan de goeroe. Boersma: Je meende, dat het hier in jjharotali met jullie verhaal wel afge- aPen zou zijn, maar je bent de jongens an i>igi vergeten, die gezegd hebben, ®t niemand gezien heeft, dat de pas- o°r vermoord is. Jonas: Hij is vermoord. Zjj liegen alle- ik heb het gezien. ..Boersma: Alle- jongens liegen dus, jij 'een niet. Denk er om: je hoeft hele- aal njet bang te zijn voor de politie, zult heus niet in de boeien komen. Ik alleen de waarheid weten. °nas: (Naar waarheid om er van af wl'Jn?) Jk- «Ie goeroe en Okwarojoka en het niet gezien. Nm,6* f1*2! vliegtuig, dat a.s. Dinsdag 4 2-, mber uit Biak op Schiphol arriveert, e AP9stolisch Vicaris van Merauke, Zako„ Tillemans M.S.C., voor een kort ven,nve1rlof naar Nederland komen. Te- visit=t- rr?et datzelfde vliegtuig van zijn 3Vti«.«,f e.ls naar de missiegebieden der Ceifh "a"Se.n van hot H. Hart op Java, Euiri Ar en Tanimbareilanden en Uoo;5leuw-Guinea terugkeeren de Provine„rW', ^!ter Jac- van ErP M.S.C,. t'an Kmal Overste der Missionarissen het H. Hart (M.S.C.) *S1 bLfXC', de Bisschop van Haarlem geen -,,?ag j en Woensdag 5 November n a"dientie verlenen. even vragen, want de kerk is volkomen nog wat rond, dan komt men al gauw langs het oudste Het graf van Rahere, stichter en eerste prior van St. Bar tholomew the Great. Het monument is een prachtig voor beeld van de „Perpendicular Style". ziekenhuis van En geland, het ver maarde St. Bartho lomew's Hospital, dat oorspronkelijk tegelijk met de prio rij door Rahere werd gesticht. (Ove rigens gebruikt geen enkele Londenaar dat officiële lange woord, maar spreekt men kortweg over „Bart's"). St. Bartholo mew the Great is uit architecto nisch oogpunt een van de interes santste kerkge bouwen van En geland. Maar het is tevens 'n bouw werk, waarin men acht eeuwen kerk geschiedenis te rug vindt, een stuk historie, dat precies in het midden doorbro ken is, zoals let terlijk ook met deze kerk in de tijd van Hendrik de Achtste is ge beurd. Dat het werk van de „Historie Chur ches Preservation Trust" alle sympa thie en steun ver dient, beseft men, beter dan door de meest overtuigende betogen, bij een be zoek aan deze his torische Londense kerk. H. Br. In de Sterrenwacht van de Yale Univer siteit te New Haven in de Amerikaanse staat Connecticut wordt thans de juistheid van een der theorieën van prof. Einstein onderzocht. In 1916 heeft de bekende wis- en natuur kundige de theorie opgesteld, dat de sterren zich niet bevinden op de plaats, waar zij schijnen te staan, zulks tengevolge van het feit, dat de baan van het licht, dat de ster ren naar de aarde zenden, door de aan trekkingskracht van de zon wordt afgebo gen. Bij de tot dusver genomen proeven bleek er inderdaad een afwijking in de lichtbaan te zijn, doch deze was groter dan prof. Einstein had voorspeld. Op het ogenblik worden aan de Yale Uni versiteit vier foto's door middel van nauw keurige metingen onderzocht. Twee opna men zijn gemaakt te Khartoem (Soedan) tijdens de zonsverduistering in Februari van dit jaar en de andere twee op dezelfde plaats twee maanden later. Alleen bij een zonsverduistering zijn de sterren rondom de zon waar te nemen. Het tweede paar foto's werd 's nachts gemaakt. Het vergelijkend onderzoek van de opnamen zal, naar men verwacht, over enige weken zijn beëindigd. Er wordt gebruik gemaakt van de modern ste meetinstrumenten. Donderdagmiddag kreeg de familie Wokke te Castricum het droevige bericht dat pater P. C. Wokke S.C.J., als missio naris werkzaam in Brazilië, Woensdag is overleden. Pater Wokke was pastoor in Tambê, provincie Pernambuco, en be reikte de leeftijd van 46 jaar. DE OUDE SYMFONIE VAN ONS HART e werken van Kamiel van Baelen. in Duitse gevangenschap gestorven. (De oude Symfonie van ons Hart en Een Mens op den Weg) zijn warm, studen tikoos jeugdwerk, vol primaire, hinderlijke symboliek." Dit is al wat Marnix Gijsen over Kamiel van Baelen te zeggen heeft in de vierde herziene en vermeerderde herdruk van „De literatuur in Zriid-Nederland sedert 1330 Dat zijn kenschets prikkelt tot een kennismaking met het werk van Kamiel van Baelen, kan men moeilijk zeggen. Toch is die kennismaking de moeite waard. Gijsen heeft wel gelijk, kan men achteraf zeggen, maar toch is er in deze soms stuntelige roman iets, dat, alle literaire bezwaren ten spijt, recht in het hart pakt. Dit had. Gijsen op moeten merken. Bovendien is zijn uitdrukking „studentikoos" ongelukkig; zij suggereert een losheid, die wel in lijnrechte tegenspraak is met dtopzware ernst, waarmee Kamiel van Baelen zijn ideeën met leven toerust. Om nog even bij Marnix Gijsen en zijn handhoek te blijven1). Zolang hij niet te dicht tot zijn eigen tijd nadert, is zijn kijk op de historie voortreffelijk. Maai de Vlaamse jongeren doet hij schromelijk tekort. In vier-en-een-halve bladzijde wordt het proza van 1940'50 afgedaan, hetgeen wil zeggen, dat uitgesproken talenten als Johan Daisne, Louis Paul Boon, Hubert Lampo en Piet van Aken. om van mindere goden als André De- medts en Pau Lebeau maar niet te spreken met een paar aanmoedigingswoorden het veld in worden gestuurd. Hapert er alles aan de karakterschets van deze schrijvers en hun werk afzonderlijk, ook een alge meen tijdsbeeld, een uiteenzetting van wat er leeft in de harten en hoofden Advertentie dier jongeren, blijft ons onthouden. Zo'n uiteenzetting zou dienstig zijn geweest tot begrip van de moderne Vlaamse roman, die waarachtig wel wat meer begrip verdient. Over het algemeen kan men zeggen, dat het tijdsbeeld, weerspiegeld in de moderne roman, een grondig pessimis tische instelling tegenover het leven uitdrukt. Men is bekommerd om het leven en om de devaluatie der levens waarden. In psychologisch opzicht stijgen de aandelen van de dood. Men interes seert zich voor de dood als levensbe stemming. Doodsdrift en levensdrift gaan, bewust gemaakt, in de menselijke geest een strijd met elkander aan. Hier van getuigt, onvolmaakt, maar met bran- derde eerlijkheid, Kamiel van Baelen. „Een mens op den weg" Dezer dagen verschenen zijn drie romans, tezamen vormende zijn volle dige werken, als trilogie in een karton nen hoes verpakt. Alle drie romans eindigen met de dood van de held. Hun inzet was het leven, het behoud van de integriteit des levens. Onverbiddelijk moet deze inzet worden betaald met de dood. In 1939-'40 schreef Kamiel van Baelen „Een mens op den weg". Dit is de ro man, waarvan Gijsen zegt, dat hij vol primaire, hinderlijke symboliek steekt. Inderdaad, de levendigheid van de ro manfiguren heeft deerlijk geleden on der de opzet: twee mensen, twee zwer versnaturen, die eigenlijk niets anders zijn dan de twee tegenstelde kanten van iedere persoonlijkheid, komen elkaar op een tweesprong van wegen tegen. De een heet Ludo; hij is de speler met het leven, de genieter, de Lebemann. De ander heet Viator, bij welke naam men onmiddellijk denkt aan Johannes Viator van Frederik van Eeden; hij betekent de bezinning en de drang naar waar heid. Ludo en Viator, twee zielen in één borst dus, sluiten een zwerversver- bond en trekken getweeën de wereld Donderdagmiddag heeft prof. mr. P. J. Oud in een openbare senaatsvergadering in de aula der Nederlandse Economische Hogeschool te Rotterdam met een rede over „De verhouding der verschillende overheidsmachten" het ambt aanvaard van buitengewoon hoogleraar in het Nederlands staats- en administratief recht aan deze hogeschool. Prof. Oud besprak eerst de zienswijzen van Montesquieu en diens voorloper Locke. Locke proclameert, dat de beide huizen van het parlement (in Engeland dus) tezamen de hoogste macht in de staat vormen. Daarbij ziet hij bewust of onbewust over het hoofd, dat de wet gevende macht nimmer heeft berust bij deze huizen alleen, doch dat zij aan hen tezamen met de koning was toever trouwd. Ook zag Locke over het hoofd, dat het niet voldoende was de supre matie van de wetgevende macht te pro clameren, maar dat het even nodig was die suprematie te verzekeren. Die ver zekering vorderde, dat de uitvoerende Veel Tweede-Kamerleden vragen in het voorlopig verslag over de begroting van Justitie, wat de regering denkt te doen om de stjjging van de criminaliteit tegen te gaan. In afwachting daarvan zai zij echter onmiddellijk maatregelen moeten nemen om aan de toeneming van de bevolking der gestichten het hoofd te bieden. Er is reeds thans in verscheidene gestichten een ernstig gebrek aan plaats ruimte. Van meer dan een zijde wordt ge vraagd, of van de minister voorstellen te verwachten zijn tot herziening van de thans geldende regeling van de voor waardelijke invrijheidstelling. Vele leden vragen, of de minister bereid is de tot standkoming te bevorderen van een wet telijke regeling, zoals die in het Belgi sche recht bestaat, waarbij voorwaar delijke invrijheidstelling reeds mogelijk is na een termijn van een derde van de straftijd en tenminste drie maanden bij een eerste veroordeling en na een ter mijn van twee/derde van de straftijd en ten minste zes maanden bij herhaling. Van verschillende zijden wordt de mi nister de vraag gesteld, wat hij denkt te doen inzake de Friese kwestie en speci aal inzake het toestaan van het afleg gen van de eed in het Fries. Wat denkt de minister te doen, zo vragen sommige leden, tegen geheime organisaties van voormalige leden der NSB? Het komt aan vele leden billijkheids halve noodzakelijk voor aan ambtenaren wier carrière in Indonesië ten gevolge van de souvereiniteitsoverdracht is afge broken, goede kansen te bieden op aan- I stelling in de Nederlandse rechterlijke macht. Is de minister bereid zulks met meer kracht dan tot dusverre is geschied te bevorderen? Sommige leden herhaalden hun reeds vaker geuite klacht, dat de po litie dikwijls ruw optreedt, zowel bij het tegengaan van demonstraties als bij het verrichten van arrestaties, en dat zij daarbij vaak onnodig van vuurwapenen gebruik maakt. Als voorbeelden noemden zij het beken de optreden in de Friese kwestie te Leeuwarden en het schieten op iemand, die van inbraak verdacht werd, te Arnhem. Vele andere leden vertrouwen dat de minister niet alleen vrouwen zal benoe men als gespecialiseerde kinderrechters, doch eveneens als rechters met een vol ledige, algemene taak Van verschillende zijden werd de be handeling van de gedetineerde Duitse oorlogsmisdadigers in het gesticht Nor- gerhaven ter sprake gebracht. Per legerorder is bekendgemaakt, dat er bijzondere voorzieningen zijn getrof fen voor Korea-vrijwilligers, die afkom stig zijn uit Suriname of Nieuw-Gui- nea. Deze voorzieningen houden in, dat militairen die zich in Suriname of op Nieuw-Guinea hebben aangemeld voor het Nederlandse detachement V.N., in Suriname of Nieuw-Guinea gedemobili seerd kunnen worden. Indien de in Suri name woonachtige vrijwilliger in Neder land is gedemobiliseerd en zich hier heeft laten herscholen, kan hij zich drie jaar na zijn demobilisatie voor rijks rekening naar Suriname doen vervoeren. Hij kan dan naar Suriname een bedrag in Nederlandse courant a pari overma ken, dat niet meer mag bedragen dan hetgeen hem na zijn terugkeer uit Korea is overgemaakt. De vereniging van hogere ambtena ren bij departementen van algemeen bestuur, hoge colleges van Staat en centrale Rijksdiensten te 's-Gravenhage, hebben Woensdag in Den Haag- een ledenvergadering gehouden ter bespre king van het interim-rapport van de staatscommissie voor de pensioenwet- eving voor zover betreft de eigen pen sioenen van de hogere ambtenaren. In deze vergadering is een motie aan genomen, waarin de vereniging met te leurstelling en bezorgdheid vaststelt, dat de in het rapport voorkomende voor stellen voor de hogere ambtenaren als groep geen verbetering van merkbare betekenis inhouden, en bovendien een goed personeelsbeleid onmogelijk ma ken. De vereniging dringt er bij de re gering met grote nadruk op aan de voor stellen zodanis te wijzigen, dat ten aan zien van de pensionnering van de ho gere ambtenaren op korte termijn recht wordt gedaan. Deze motie is ter kennis gebracht van de raad van ministers en van de Staten-Generaal. macht onder de controle van de wet gevende macht zou worden geplaatst. Hier heeft de practijk op den duur de oplossing gevonden in de vorm van het aan het parlement verantwoordelijke kabinet. Maar door de nauwe samenhang van kabinet en parlement is er van een scheiding der machten geen sprake meer. Op het terrein der wetgeving spreekt dit al heel sterk. Niet alleen, dat er geen wet tot stand kan komen zonder de medewerking van het kabinet, maar bovendien is een met de dag groter wordend deel der wetgeving uit de han den van het parlement overgegaan in die van de regering. De practijk kan de delegatie niet missen. Zich ertegen verzetten is vech ten tegen de bierkaai. Men zal een gans andere weg moeten inslaan. Niet in verzet tegen de delegatie als zoda nig, doch in een betere regeling van de wijze, waarop zij zal worden uit geoefend, moet de oplossing worden gezocht. Het hoofdbezwaar tegen de wijze van vaststelling van zo menig krachtens gedelegeerde bevoegdheid vastgesteld algemeen voorschrift is het ontbreken van iedere openbare pro cedure. Vervolgens besprak prof. Oud het be lang van decentralisatie. Hoe dichterbij dé beslissingen kunnen worden geno men, hoe beter dat is. Als alles wordt geconcentreerd op de verantwoordelijk heid van de ministers tegenover de Sta ten-Generaal, moet heel veel reeds wegens tijdsgebrek onbesproken blijven. Maar als in duizend gemeenteraden aan duizend colleges van B. en W. inlichtin gen kunnen worden gevraagd, wordt het terrein van verantwoordingsmogelijk heid onmeteljjk verruimd. Wat geldt van decentralisatie over territoriaal bepaalde lichamen als pro vinciën en gemeenten, geldt ook voor decentralisatie over wat men tegenwoor dig doelcorporaties noemt. Bij de vele overheidsbemoeiingen met het bedrijfs leven kunnen hier straks de publiek rechtelijke bedrijfsorganisaties een nut tige rol gaan spelen. Mits zij werkelijk autonome lichamen zullen worden, geen verlengstuk van de overheid. Waar de verhoudingen in het bedrijf voor een dergelijke organisatie nog niet rijp zijn, onthoude de centrale overheid zich er van de oprichting te forceren. Prof. P. J. üud wordt gelukgewenst met zijn ambtsaanvaarding door mr. L. G. Kortenhorst, voorzitter van de Tweede Kamer. Evenals verscheidene andere gemeen ten heeft dezer dagen ook de gemeen teraad van 's-Hertogenbosch, en wel met algemene stemmen, goedgunstig be schikt op een voorstel van B. en W., om voortaan ook aan seminaria en priester colleges subsidie te verstrekken uit de gemeentekas, voorzover leerlingen, uit Den Bosch afkomstig, studeren aan der gelijke opleidingsinstituten. Voor Den Bosch bedraagt dit aantal thans zestig. Voor ieder dezer leerlingen wordt een subsidie van f 100.per jaar beschik baar gesteld. Gehoor gevend aan de wens van Z. Em. Kerd. Fumasoni Biondi, Prefect van de H. Congregatie tot Voortplanting van het Geloof, en in navolging van vele an dere landen, spoort het Nationaal Be stuur van de Priester-Missie-Bond zijn leden aan, de feestdag van de H. Fran- ciscus Xaverius (3 December) voortaan te vieren als hun jaarlijkse Priester-Mis siedag. door ANTONIA WHITE Vertaald door J. W. HOFSTRA 47 Hij scheen de hele Clara vergeten er. tot zichzelf te spreken. „Misschien is het toch niet zo gek", zei hij met een eigenaardig lachje. „Het was een grote troost voor me, dat Wilde katholiek ge storven is." Hij bracht zichzelf weer tot de werkelijkheid en richtte zich weer tot Clara. „Ja, kind, ik zou graag willen dat je de Egoist las. Ik hoop niet dat het je ijdel maakt als je ziet, wat voor een voorstelling ik mij in gedachten van je maakt. Je zult er Larry ook in vinden." „Bent U er ook in", vroeg ze een beetje verlegen. „Helaas niet liefje. Ik wou dat ik me zelf in Vernon Withford kon zien. Maar het „Phoebus Apollo veranderd in vas tende monnik" is nauwelijks op mij van toepassing. Misschien heb ik iets van Dr. Middleton.en, het spijt me dat ik het moet zeggen, veel van Sir Wil- loughby." „Dat is de Egoist, hè?" vroeg Clara. „Maar ik vind U juist erg onzelfzuchtig." „Heel lief van je kind, maar een il lusie te meer." Hij scheen al wat te betrekken. Ze meende, dat ze al een voorafschaduwing van morgen op zijn gezicht zag, hoewel ze nog geestdriftig over boeken en Tann- hauser spraken, terwijl hij zijn cognac dronk en een sigaar rookte. Clara bemerkte, dat het zaaltje lang zamerhand stil werd en dat ze slaap kreeg. De ober begon discreet om hen heen te draaien. Haar vader zuchtte en doofde zijn si gaar. Zonder op het briefje te kijken, wierp hij een stapeltje goudstukken op het schoteltje. „Wa-at?" zei ze, niet geheel een geeuw onderdrukkend. Zij spraken weinig in de wagen toen deze hen snel terugbracht naar West Kensington en het gewone leven. Bij do geel-porceleinen parapluiebak kuste hij haar goedennacht, aandachtiger dan hij in lange tijd had gedaan. Hij streek haar over het haar, terwijl zij hem trachtte te zeggen hoe 'n heerlijke avond het geweest was. De klok in de eetka mer sloeg half twee met een venijnige ping. De naglans verdween van zijn gezicht. „Vlug naar bed, assepoes." Toen voeg de hij er nog, bijna met zijn gewone strengheid aan toe: „Denk er aan dat je je kamerdeur zachtjes sluit, dat je je moeder niet wakker maakt." Ze ging op haar tenen naar haar ka mer. Deze scheen te zijn gekrompen in de paar. uur dat ze weg was geweest. Het armelijke meubilair, dat eens wit geweest was, had haar nog nooit zo shabby geleken en de katoenen sprei zo verschoten. Ze rukte de witte jurk uit, die nu helemaal gekreukt was, en gooi de haar andere kledingstukken op een hoop. Maar de verlepte rose anjer red de ze van de ondergang en legde deze op haar kussen, zodat ze de bloembladen tegen haar wang kon voelen en de zoe te geur van de verwelkende bloem kon ruiken in de duisternis. DEEL II. EERSTE HOOFDSTUK. Te langen leste brak ook haars vaders vacantie aan. Clara bracht nog een paar dingen aan haar katoenen jurken in orde en kon haast niet begrijpen, dat zij en haar ouders die nacht op Paget's Fold Zouden slapen. Het begin van de grote vacantie ging steeds gepaard met bepaalde opeenvol gende gebeurtenissen. Gewoonlijk woon de het hele gezin de prijsuitdeling op de St. Marcus School bij, waardoor er nau welijks tijd over bleef om zich te ver kleden, voordat de taxi voor de deur toeterde en de oude Mevrouw Batchelor, die, met de bedoeling om te helpen, ieder een in de weg liep, hun bezwoer, dat ze de trein zouden missen. Volgens de tra ditie was het ook de warmste middag van het jaar en zat Claude, zijn blanke voorhoofd vol zweetdruppels en gekleed in toga, waaronder hij zijn jacquet droeg, samen met zijn transpirerende collega's op het podium achter de bekers en de in kalfsleer gebonden boeken. Clara schepte altijd een pervers genoegen in deze beproeving. Hoe benauwder de zaal was, hoe wijdlopiger de toespraken en hoe langer het Griekse stuk, des te meer genoot ze van het naar huis jachten en de jaarlijkse gedaanteverwisseling van van haar vader. Hij placht de deur van zijn kleedkamer overdreven prikkelbaar dicht te slaan en tien minuten later kalm gekleed in een oud tweed pak met een verschoten panama op zijn hoofd, te voorschijn te koten, en een uitdrukking van innige tevredenheid op zijn gezicht. Clara was dit jaar vrijgesteld van de „Sprekers" om haar moeder te kunnen helpen met kleden en pakken. Ofschoon het gloeiend heet was. speet het haar toch de gebruikelijke kwelling te moe ten missen en ze benijdde haar groot moeder toen deze met Claude weg reed, zo trots als een koningin-moeder in haar zwart satijnen tentel en met een toque met parma-viooltjes op het hoofd. In haar moeders slaapkamer waren de rose gordijnen dichtgetrokken om de Juli-zon buiten te houden. Isabel lag reeds geheel gekleed voor de reis ach terover in een stoel met haar benen in de hoogte en gaf met kwijnende stem allerlei aanwijzingen. In de veertien da gen die verlopen waren na de avond van de Tannhauser was ze bijna geheel nersteld. Die veertien dagen hadden Clara zon der einde geschenen en nu de langver wachte dag gekomen was, was ze niet eens zo uitgelaten. Sedert de dag van de begrafenis was ze niet meer op Paget's Fold geweest. Ze was bang, dat A.e het huis niet meer met de ogen van vroeger zou kunnen bezien. „Mijn meiske ziet pips", zei Isabel toen Clara even ophield met pakken en zuchtend op haar hurken ging zitten. Ik geloof, dat ze even hard als ik een flinke portie buitenlucht nodig heeft." ,Ik zal het in ieder geval prettig vin den om uit Londen weg te zijn." ,Je stem klinkt vermoeid. Je bent de laatste tijd erg lief geweest voor moe der, je hebt erg veel voor me gedaan. Ik had niet gedacht dat er zo'n flink verpleegstertje in je stak." (Wordt vervolgd). De schrijver Kamiel van Baelen, in 1945 op jeugdige leeftijd omge komen in het concentratiekamp Dachau. door. Zij ontmoeten op hun verdere le vensweg Thomas, de ongelovige, de ge boren twijfelaar. Het driehoeksverhou- dinkje dat nu ontstaat, ontneemt alle harmonie aan de verhouding tussen Lu do en Viator. Ludo vermoordt Viator. Wat overblijft is de blinde levensdrift: het hart van de dolleman, die de dood (de gesmoorde bezinning) met orgieën viert. Het hart van Lou Anders Het hart is voor Kamiel van Baelen het orgaan, waarmee wij voelen of wij gelukkig zijn of ongelukkig. Deze sym boliek van het hart werd nadrukkelijk leidmotief in Van Baelen's tweede ro man „De oude symfonie van ons hart" geschreven in '41-'42. Dit is het verhaal van de jongeman Lou Anders, die zo graag gelukkig zou willen zijn, maar er geen kans toe ziet. Op het moment, dat hij van de Brug in de zwarte rivier van de dood wil springen, voelt hij een hand op zijn schouder. Een chirurg spreekt hem aan. Deze chirurg, professor Buerbaum, lijkt in wezen op Pluizer uit De kleine Jo hannes; eenzelfde nietsontziende weten schappelijkheid kenmerkt hem. Deze hartspecialist is in staat Lou Anders een nieuw hart te geven; het hart van een grandioos, succesvol zakenman. Een ogenblik denkt Lou, dat hij nu geluk kig is, maar integendeel. Liever vul hij een haveloze zwerver zijn. Dank zij een tweede operatie slaat hij, uiterst ro mantisch, aan het zwerven: terug naar de natuur, zo ongecompliceerd mogelijk, Voor het menselijk intellect, verfijnd en decadent als het is, blijft deze alge hele regressie echter onbevredigend. Lou wil in kènnis zijn geluk beproeven. Een tijdlang leeft hij als kamergeleerde. Als alle kennis tenslotte faalt, duikt hij vrijwillig onder in de krankzinnigheid- Als hij daarna, wederom na een opera tieve ingreep, in een zwierbol is geme tamorfoseerd, ziet hij scherper dan ooit in, dat het geluk op geen enkele manier kan worden nagejaagd. Nergens vindt zijn hart rust. Lou Anders is zinloos zoe kende stilaan een oud man geworden. Nog één pdoef wenst de chirurg met hem te nemen: Lou krijgt een mecha nisch hart. De operatie „lukt": het kunsthart klopt nog zeker een kwartier nadat het bezielde lichaam van Lou Anders dood op de operatietafel is ge bleven....! Lou Anders stierf met op zijn lippen de Latijnse tekst van Augus- tinus' woorden: „Onrustig is ons hart.,., totdat het rust in God...." „Gebroken melodie" Een derde maal zal het leven zijn be stemming in de dood vinden in „Gebro ken melodie", van welk boek de auteur de uitgave niet meer heeft mogen be leven. Hij schreef het in '42'43. In '44 werd hij, als illegaal werker, gevangen genomen door de Duitsers. Op 16 April 1945 overleed hij te Dachau, enkele da gen voor de bevrijding van het kamp. Hij was toen juist dertig jaar oud. „Gebroken melodie", op zich geen sterke roman. het is trouwens meer een verhalend essay dan een roman leest men ontroerd als een boek, waar in het leven met de moed van de wan hoop tegen het opdringend défaitisme wordt verdedigd. In dit boek is de mens niet zozeer het slachtoffer van zijn eigen levensonrust, als wel van de algehele verdwazing die oorlog heet Achteraf kan men zeggen, dat Kamiel van Baelen in „Gebroken melodie" met vooruitziende blik zijn eigen slachtof ferschap heeft verbeeld. De roman verkreeg er een rechtstreeks aanspre kende menselijkheid door, die het getui geniskarakter van de moderne roman kunst wel heel bijzonder prononceert Het is al vaker opgemerkt: de heden daagse roman evolueert van verbeel dingskunstwerk naar getuigenisdocu ment. Wat Kamiel van Baelen wilde zeggen over het leven, over ons heimwee naar God en over God als de Zingever van leven en dood, dit alles heeft hij allerminst meesterlijk kunnen doen. Zijn symboliek is vaak opgelegd. Ongetwijfeld zou zijn werk omstreeks 1900 betere kansen hebben gemaakt. Men denkt bij deze jeugdige gedrevene aan klassieke voorbeelden, die hij na streefde, zonder aan hun visie toe te zijn. In zijn werk heeft hij iets weg ven Peer Gynt en van Le grand Meaulv.es, die prachtige romanfiguur van Alain Fournier (hier vertaald onder de titel: „Het grote avontuur"). Literair is hij geen zelfstandige persoonlijkheid; mis schien had hij het na deze drie voorbe reidende romans kunnen worden. Niet temin spreekt hij de lezer hevig aan, door de gemoedsdrift waarmee hij van zijn levenswaarheid getuigt. Uit on ze hedendaagse katholieke romankunst is hij niet weg te denken 2). NICO VERHOEVEN 1) Marnix Gijsen: „De literatuur in Zuid- Nederland sedert 1830". Vierde herziene en vermeerderde druk. Uitg. Mij. Standaard boekhandel, Amsterdam. 1951. 2) Kamiel van Baelen: De volledige werken, drie delen in foudraal. Uitg. Desclée De Brouwer, Bussum. De heer ir. Ch. Th. Stork, gedelegeerd commissaris der Kon. Machinefabriek Gebr. Stork en Co., heeft meegedeeld, dat vijf grote Nederlandse fabrieken momenteel be zig zijn een gasturbine te ontwikkelen. De werkzaamheden aan dit object zijn reeds dermate gevorderd, dat deze Nederlandse gasturbine binnenkort proef zal draaien.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1952 | | pagina 3