Gebed gevraagd voor het Apostolaat
van de St. Willibrordus-vereniging
Eerste taak: het werk van Sint
Willibrord voortzetten
Ondergang motortrawler
Alkmaar IJ M 31
Raad voor de Scheepvaart
stelde ondersoek in
LAXEERAKKERTJES
Alle
Nato-leden hebben gelijk recht
verdediging van grondgebied
°P
vlugger
beter
en
rDe eenzame
v..
Reiziger
Louis Armstrong in Amsterdam
Offer gevraagd
Winkelsluitingswet
en de automaat
Benoemingen bij de
R.K. Universiteit
legercorps
Opbouw in Nederland van
van drie divisies
J
Meer show dan echte jazz-kunst
MAANDAG 3 NOVEMBER 1952
PAGINA 3
Herderlijk schrijven van Nederlandse bisschoppen
Principiële boete geëist
Wielrijder door trein
gegrepen en gedood
Jongetje uit trein
gevallen en gedood
Wèg die afvalstoffen
die Uw ingewanden verstoppen!
Zacht en toch snel werken
BENOEMINGEN
maar
's Zondags of
's Maandags...
Minister Staf over verdediging van het Westen
lllll
Zeer grote doos 28 ct
door ANTONIA WHITE
Hemelberghweek
Actie voor Hemelbergh-
loterij
De heer N. Neher
weer thuis
Een drummer als een
stoommachine
In de kerken van ons land is Zondag het volgend herderlijk schrijven
Voorgelezen:
De Aartsbisschop-Coadjutor en de Bisschoppen van Nederland
aan de Hun toevertrouwde Geestelijkheid en Gelovigen,
Zaligheid in de Heer.
Dierbare Gelovigen,
Aanstaande Vrijdag vieren wij weer het feest van de H. Willibrordus, de
eerste Bisschop van Utrecht en de apostel van Nederland. Al was in ons vader
land reeds voor de komst van de H. Willibrordus het evangelie gepredikt door
grote mannen, zoals de H. Servatius, het was door de gunstige tijdsomstandig
heden, dat de H. Willibrordus door Gods Voorzienigheid de gelegenheid kreeg
om in grote delen van ons land het katholieke geloof te prediken, zodat hij bij
traditie de ere-naam verw/ierf van apostel van Nederland. Door zijn zegenrijke
arbeid heeft hij de Kerk van Christus in Nederland mogen planten. Wij ver
eren hem dan ook als de eerste patroon van de Nederlandse kerkprovincie.
dat zovelen Christus en Zijn heilige
Kerk niet kennen en zovele anderen,
die Hem wel hebben leren kennen in
de Katholieke Kerk Christus vergeten
en de Kerk de rug toe keren.
Het zal onze taak zijn, Beminde
Gelovigen, om het geloof, dat St.
Willibrord in ons vaderland ge
bracht heeft, verder uit te breiden
eu de Kerk, die de H. Willibrord
luier heeft gesticht, te handhaven
en te doen groeien. Met grote
vreugde mogen wij constateren, dat
ieder jaar duizenden mensen, die
de waarheid zoeken, de weg vin
den naar de Katholieke Kerk. Maar
van de andere kant moeten wij met
grote droefheid vaststellen, dat zo-
velen in Nederland vijandig of on
verschillig staan tegenover de Ka
tholieke Kerk.
In het algemeen mogen Wij spreken
van een bloeiend katholiek leven onder
onze gelovigen. Maar daarnaast mogen
wij niet de ogen sluiten voor het feit,
dat vooral in de grote steden belang
rijke groepen van degenen, die althans
door hun H. Doopsel tot de Katholieke
Kerk behoren, onverschillig staan te
genover het geloof en nauwelijks meer
tot de Kerk gerekend kunnen worden.
Goddank zijn over het algemeen onze
kerken 's Zondags nog overvol; maar
dat mag ons niet doen vergeten, dat er
in de volkrijke steden velen zijn, die
hun godsdienstplichten niet alleen
verwaarlozen, maar nauwelijks meer
zich bewust zijn, dat zij katholiek zijn.
Daarnaast neemt het aantal onker-
kelijken in Nederland steeds meer toe.
Er zijn hele streken in ons vaderland,
waar de naam van Christus bijna on
bekend geworden is. Er komen in ons
land, dat f°ch graag de naam van een
christelijk volk wil blijven voeren,
steeds meer mensen, voor wie God
niets meer betekent, die nauwelijks
van Hem hebben gehoord en aan wie
de naam van Christus niets meer zegt.
Het feest van St. Willibrordus zal
Voor ons een welkome gelegenheid zijn
om God te danken voor de genade van
het H. Geloof. Wij willen God dankbaar
zijn, dat Hij ons door het H. Doopsel
heeft opgenomen in de Katholieke
Kerk. Wij zijn God dankbaar, dat Hij
ons door de Kerk deelachtig maakt aan
de verlossing, die Christus ons heeft
gebracht. Wij danken God voor de ge
nademiddelen, die Christus ons in de
Kerk ter beschikking stelt, die geheel
°ns leven begeleiden, en die ons hei-
Pen om als goede katholieken te leven
naar Gods bedoelingen. Wij danken God
Voor de leiding, die de Kerk aan ons
leven geeft door de prediking van de
■Waarheid. En wij willen dankbaar luis
teren naar de richtlijnen, die de Kerk
d i. de Paus en de Bisschoppen ons
Voorhouden: want het is door de Bis
schoppen, die het werk van St. Willi
brordus in Nederland voortzetten, dat
Gods Voorzienigheid de gelovigen van
ons vaderland wil leiden naar de he
mel.
Wanneer wij dankbaar zijn voor de
onschatbaar genade van ons heilig Ka
tholiek geloof, Beminde Gelovigen,
dan zullen wij gaarne ook anderen
daaraan deelachtig willen maken. Want
het dierbaarste, dat wij zelf bezitten,
zullen wij ook gaarne gunnen aan an
deren. Wie zijn geloof lief heeft en de
Kerk bemint, zal noodzakelijk meele
ven met de lotgevallen van de Kerk.
Hij zal verheugd zijn om de groei en
bloei van de Katholieke Kerk; en het
zal hem aan het hart gaan als hij moet
zien, hoe de Kerk schade lijdt of ach
teruit gaat. Wie dankbaar is voor zijn
katholiek geloof, zal een apostelziel in
zich dragen. Want hij zal graag alle
mensen voor Christus willen winnen.
En het zal hem pijn doen als hij ziet,
Op 15 Januari van dit jaar is de Ned.
dssersvloot door een grote ramp ge
troffen. Op 59 graden 10 min. N.B. .en 3
graden 10 min. O.L. woedde een hevige
orkaan, terwijl zich daar verschillende
Nederlandse vissersschepen bevonden.
Van deze schepen is de motortrawler
Alkmaar IJM 31 met man en muis ver
gaan. Maandagmorgen heeft de Raad
Voor de Scheepvaart in Amsterdam een
onderzoek ingesteld naar de oorzaak
Van deze ramp, waarbij de inspecteur-
generaal van de scheepvaartinspectie, de
heer J. Metz als zijn mening gaf, dat
het vergaan van de Alkmaar op de
eerste plaats geweten moet worden aan
de ongekende kracht van de elementen.
He vraag stellend, waarom van de Ne
derlandse vissersschepen alleen de Alk-
hiaar ten onder is gegaan, terwijl de
andere schepeil ook deze orkaan het<
hoofd konden bieden, meende hij de
conclusie te moeten trekken, dat een
Mayersteven bij zeer zwaar weer voor
de visserij geen aanbeveling verdient.
Als getuigen bij dit onderzoek werden
gehoord schipper E. de Groot, die vroe
ger op de Alkmaar gevaren heeft, schip-
Per L. Gravemaker, die met de stoom
trawler Vikingbank IJM 183 in dezelfde
orkaan zat, en de heer Schagen, die de
rederij Petten vertegenwoordigde. De
patste verklaarde dat de Alkmaar, na
klachten van de opvarenden, was terug
gebracht in de oorspronkelijke staat,
V'aarin hij in 1933 was gebouwd. Schip
per Koeman, die 23 maanden op de Alk-
blaar gevaren heeft en met het schip ten
onder ging, verklaarde na de verbou
wing
zeer tevreden te zijn. De beide
^hippers hadden nog nooit in hun leven
'bik zwaar weer meegemaakt.
He inspecteur van de scheepvaart
inspectie ging nog eens na, wat er in de
gaafste uren voor de ramp gebeurd is.
P 14 Januari verliet de Alkmaar met
goed weer Stavanger, waar een repara-
be aan de winch was uitgevoerd. Er
toen al een weerbericht van
Nordeich-radio uitgegaan, waarin ge
waarschuwd werd voor harde storm met
v'uidkracht 12. In de loop van de hon
denwacht dat was dus 15 Januari,
r'.oi'd het weer slechter en moest de
isserij gestaakt worden. Om 10 uur
??eft schipper Gravemaker van de Vi-
Ani'bank zijn zwager en collega van de
gtkmaar nog aan de telefoon gehad,
gesprek werd plotseling afgebroken,
e storm groeide aan tot een orkaan en
oet een exceptionele hevigheid hebben
senad.
v Jo be loop van de achtermiddag, toen
soh Weer wat beter werd, gingen de
Waelkaar praaien. De Alkmaar
-S de enige, die geen antwoord gaf.
v ^cYPeSd bij het feit, dat schipper
Hoo TT van de stoomtrawler „De
tei. *Im. 73 vaten, manden, een roos-
PisrUtr6*;!1 baringschuif, alles van ty-
Ven °Ilandse makelij, had zien drij-
he+eeks 12 uur, gaf .grond aan
der ®rmoedcn, dat de Alkmaar ten on-
gezrJL* Zljb gegaan. Er werd direct
Berrien 00k de hele volgende dag
Zonder resu^teat0"118611 v00rtgezet' doch
Weltt het ,een zeer zware storm ge-
af ■?°ft<zijn, leidt de heer J. Metz
daat„ feit' dat de schepen direct
het appel blelden. Zij waren door
leen tF VaF de naald gekropen en al
be? d^ Alkmaar ontbrak op het ap-
Plaats VG1'gaan moet op de eerste
geweten worden aan de woe
dende elementen en er is geen reden
om te twijfelen aan een juist hande
len van schipper en bemanning.
De Alkmaar was, ter bevordering van
de visserij, zo getraind, dat hij iets
achterover lag. Het gevolg was, dat 't
juist bij een Mayersteven moeilijker
was hem met de kop In de wind te
houden. Daarom achtte de heer Metz
een Mayersteven bij zeer zwaar weer
geen aanbeveling voor de visserij.
Of de ballasttank gevuld was, staat
niet vast, maar de heer J. Metz achtte
het niettemin gewenst aaar aanleiding
hiervan op te merken, dat de kapiteins
zich niet alleen rekenschap moeten ge
ven van de stabiliteit van hun schip,
maar zich ook bewust moeten zijn van
de wijze, waarop deze kan worden ver
groot.
Bij de aanvang van het onderzoek
heeft de voorzitter van de Raad voor de
Scheepvaart, mr. H. Dirkzwager, met
een kort woord de omgekomen beman
ning van de Alkmaar en hun nagelaten
betrekkingen herdacht. Hjj noemde het
een enorme ramp, waarvan de omstan
digheden nooit ten volle achterhaald
kunnen worden. Dit onderzoek is een
pogen om althans zo veel mogelijk te
achterhalen met de bedoeling daaruit,
ten voordele van de scheepvaart, lering
te trekken. De Raad voor de Scheep
vaart zal schriftelijk uitspraak doen.
Ook ten opzichte van deze mensen
heeft de Kerk een taak te vervullen.
En zoals wij missionarissen uitzenden
naar verre landen om er Christus te
prediken, zo zullen wij in ons eigen
vaderland aan deze mensen het katho
lieke geloof moeten prediken op alle
manieren, die ons daartoe ter beschik
king staan. De opdracht van Christus:
Gaat en onderwijst alle volkeren, geldt
op de eerste plaats het eigen volk. Het
zal een apostolische taak van de Keik
zijn om te trachten ook deze mensen
voor Christus te winnen.
Daarenboven zijn er nog onze afge
scheiden broeders, die wel in Christus
geloven, maar zich afzijdig houden van
de Kerk, die wij als de ware Kerk van
Christus erkennen. Als een liefdevoile
Moeder zal de Kerk moeten trachten
ook hen te winnen. De apostolische ar
beid van de Kerk zal ook gericht moe
ten zijn op hen. Ook zij zijn gesproten
uit het Evangelie, dat de H. Willibrord
hier gepredikt heeft, maar door onge
lukkige omstandigheden leven zij ge
scheiden van de Kerk, die het Hoofd
en de Moeder van alle kerken is. Het
verlangen naar terugkeer naar de een
heid van de schaapstal van Christus is
allerwege aan het groeien. De Kerk van
St. Willibrord zal voor dit streven
moeten open staan en zij zal haar apos
tolische taak ten opzichte van deze af
gescheiden broeders moeten vervullen.
In de laatste jaren heeft dit binnen
landse apostolaat een nieuwe vorm ge
kregen in het werk van de St. Willi-
brordusvereniging, die in haar aposto
laat zo effectief gesteund wordt door de
onderzoekingen naar de kerkelijke en
godsdienstige situatie van ons land, zo
als die geschieden door het Katholiek
Sociaal Kerkelijk Instituut. Dit bin
nenlandse apostolaat tot herwinning en
herkerstening van het niet-Hatholieke
deel van ons volk verdlient de aan
dacht van alle gelovigen. Vergeten we
vooral niet om op de feestdag van St
Willibrord en op de aanstaande Zon
dag, de St. Willibrord-Zondag, voor dit
binnenlands apostolaat te bidden. Wij
willen God vragen, dat Hij op de voor
spraak van St. Willibrord dit aposto
lisch werk heel bijzonder mag zege
nen, opdat het evangelie, dat St. Wil
librord hier gepredikt heeft, steeds
meer in ons volk mag doordringen.
Vergeten we echter vooral niet, Be
minde Gelovigen, dat de beste ma
nier, om onze Kerk en ons geloof be
kend en bemind te maken bij de ande
ren, is ons eigen voorbeeldig deugd
zaam leven. Naar het woord van de
H. Petrus moet gij een voorbeeldig le
ven leiden, opdat zij omwille van Uw
goede werken God gaan verheerlijken
(I Petrus 2, 12). Een levend geloof, dat
zich uit in een deugdzaam leven is het
beste apostolaat.
Daarnaast, Beminde Gelovigen, ver
dient dit binnenlands apostolaat, dat de
St. Willibrord-vereniging in Nederland
verricht, ook Uw financiële steun. Er
wordt zoveel gearbeid op dit terrein en
daarom is er zoveel nodig. Wij kennen
Uw grote milddadigheid ten opzichte
van de buitenlandse missie. Nooit wordt
er tevergeefs een beroep gedaan op Uw
apostolische geest. Niet alleen door Uw
gebed, maar ook door Uw geldelijke
steun werkt gij altijd gaarne mee aan
de uitbreiding van de Kerk in de verre
missielanden. Wij twijfelen daarom niet
of gij zult ook voor dit binnénlandse
missiewerk gaarne Uw offer willen ge
ven. Want wie zou niet graag het chris
telijk karakter van ons volk zo onge
schonden mogelijk willen bewaren.
Wanneer wij voor het geslacht, dat na
ons komt, een volk willen behouden,
dat Christus kent, dan wordt het hoog
tijd, dat wij alles in het werk stellen
om tegen het ongeloof en de onkerke
lijkheid een dam op te werpen. Dan
moeten wij ons katholiek geloof predi
ken aan iedereen, die het horen wil.
Daarom, Beminde Gelovigen,
schrijven Wij met vertrouwen voor,
dat op aanstaande Zondag, de St.
Willibrord-Zondag, in alle kerken
van de Nederlandse Kerkprovincie
voor dit binnenlands apostolaats-
werk een collecte zal worden ge
houden, en Wij bevelen die gaarne
in Uw milde vrijgevigheid aan.
Moge Uw geldelijke gave een dank
offer zijn aan God voor de genade
van het heilig geloof ter ere van
St. Willibrord, de apostel van Ne
derland.
En zal dit Ons gezamenlijk herder
lijk schrijven in alle tot de Nederlandse
Kerkprovincie behorende kerken en
kapellen, waarover een Rector is aan
gesteld, op Zondag 2 November onder
alle vastgestelde H.H. Missen op de
gebruikelijke wijze van de preekstoel
worden voorgelezen.
Gegeven te Utrecht, 5 October 1952.
t Dr. B. J. ALFRINK,
Aartsbisschop-Coadjutor van
Utrecht,
t Dr. J. H. G. LEMMENS,
Bisschop van Roermond,
t J. P. HUIBERS,
Bisschop van Haarlem,
t W. P. A. M. MUTSAERTS,
Bisschop van 's-Hertogenbosch-
t J. W. M. BAETEN,
Bisschop van Breda.
Overtreding van de op 1 October in
werking getreder Winkelsluitingswet
1951 door verkoop uit een automaat na
sluitingstijd was de 38-jarige banket
bakker G. van der S. uit Rotterdam,
die voor de economische strafkamer
te Rotterdam terecht heeft gestaan, ten
laste gelegd.
Volgens de dagvaarding, die in deze
principiële zaak tegen de banketbak
ker was uitgebracht, zou hij zijn in
richting voor het verkopen van banket
waren na sluitingstijd geopend hebben
gehad, omdat aan zijn deur een ver
koopautomaat was bevestigd, die van
de winkel uit bijgevuld kon worden.
De Officier van Justitie was van oor
deel dat automaten, die van de winkel
uit bijgevuld kunnen worden, na slui
tingstijd niet meer gebezigd mogen
worden. Hij meende, dat overtreding
van de Winkelsluitingswet 1951 vast
stond en eiste, gezien het principiële
van deze kwestie, een geldboete van
twee gulden, sübs. een dag hechtenis.
Mr. W. Noordijk was van oordeel, dat
de wetgever er niet in geslaagd is ver
koop door middel van automaten te re
gelen. Op grond van een jurisprudentie
meende pleiter, dat er geen sprake van
is, dat zijn cliënt zijn winkel voor het
publiek geopend heeft gehad.
Hoe kan het open zijn van een win
kel gebaseerd zijn op het hebben van
een automaat? zo vroeg pleiter zich af.
Uitspraak 13 November.
Op de onbewaakte overweg bij Loe-
nersloot is de 64-jarige G. H. uit Vin-
keveen, die per rijwiel passeerde, door
een trein uit de richting Amsterdam ge
grepen en op slag gedood. Waarschijn
lijk heeft de man de trein niet zien
aankomen.
Op het perron te Echt (L.) is een jon
getje van vier jaar, afkomstig uit Melik-
Herkenbosch, uit een sneltrein gevallen
en op slag gedood. Hij werd tussen de
wagon en het perron vermorzeld. Het
jongetje had op het balcon gestaan van
de trein, die deuren had welke naar bui
ten openklappen. De vader van het kind
bevond zich ook in de trein.
Advertentie
Het bestuur van de Sint Radboud-
stichting heeft met ingang van 1 Janu
ari bevorderd tot buitengewoon hoog
leraar in de faculteit der letteren en
wijsbegeerte en bij het missiologisch
instituut der R.K. Universiteit te Nij
megen met als leeropdracht: leer en in
stellingen van de Islam en Arabisch,
dr. J. J. A. Houben S.J.
In 1948 werd dr. Houben reeds aange
steld als docent aan het missiologisch
instituut der R.K. Universiteit met leer
opdracht philosophie en theologie van de
Islam. Prof. Houben maakt thans een
studiereis naar Egypte, Irak, Pakistan,
India, Java en de Libanon ter nadere
bestudering van de hedendaagse stro
mingen in de Islamcultuur.
Het bestuur van de St. Radboudstich-
ting heeft voor het geven van onder
wijs in de practische heilpaedagogiek
en in de kinderpsychiatrie voor de heil-
paedagogische opleiding aan de R.K.
Universiteit benoemde zuster Gaudia
Frije, adjunct-directrice van het paeda-
gogisch instituut te Nijmegen en de
heer J. J. Prick, zenuwarts te Nijmegen.
Z H. Exc. de Bisschop van Haarlem
heeft benoemd tot: pastoor te Dordrecht
(O. L. Vrouw-Nieuwe parochie), de
weleerw. heer W. P. M. Haring; tot pas
toor te Nieuw-Vennep, de weleerw.
heer A. C. Schaaper, die rector was te
Amsterdam (Pius-Gesticht).
Advertentie
Het is, aldus deelt de minister van Oorlog in zijn memorie van antwoord aan de
Tweede Kamer mede, naar zijn weten in de NATO geen vraag geweest, of alle
aan de Europese verdediging deelnemende NATO-landen een gelijk recht op ver
dediging zouden hebben. Hij is het er mede eens, dat op zichzelf dit recht op
verdediging niet voldoende is, maar dat men zal dienen te weten hoe deze ver
dediging zal worden gevoerd. Reeds meermalen heeft de regering kenbaar ge
maakt, dat de verdediging van West-Europa in zeer belangrijke mate zal worden
beïnvloed door het deelnemen van Duitsland.
De regering heeft reeds bij herhaling te kennen gegeven, dat een inschakeling
van Duitsland bij de verdediging van het Westen noodzakelijk is. Dit zal kunnen
geschieden in het E.D.G.-verband, maar de regering zou ook zeker bereid zijn in
het verband van de NATO een medewerking met Duitsland te aanvaarden. Iedere
mogelijke oplossing dient te worden gezocht om West-Duitsland bij de voorberei
ding van de verdediging te betrekken. Op dit ogenblik kunnen geen verdere
stappen worden gedaan en mag worden verwacht, dat spoedige aanvaarding van
de E.D.G. ook bij de overige deelnemende landen als noodzakelijk wordt gevoeld.
Na het in werking treden van de
NATO werd getracht te komen tot
een versnelling in de legeropbouw,
welk streven zijn uitdrukking vond in
het tot uitvoering brengen van de in
December 1950 aangegane verplichtin
gen, het z,g, Legerplan 1952. Dit plan
omvatte de opbouw van 5 infanterie
divisies waarvan één paraat, welke in
1954 gereed moesten zijn.
Bij nadere uitwerking van dit plan
bleek, dat het slechts mogelijk zou zijn
voor drie van deze divisies legercorps
troepen, en dan nog van zeer beperkte
omvang, te vormen.
Het, ter voldoening aan deze ver
plichting, ontworpen legerplan voorzag
in de opbouw van complete gevechts
eenheden, welke, na een tijdperk van
opleiding, gedurende enige tijd als
parate troepen beschikbaar bleven om
daarna met groot verlof te vertrekken
en te worden vervangen door andere
nieuw opgeleide eenheden.
Aldus zouden, van 1953 of, steeds drie
parate regimentsgevechtsgroepen (der
halve de waarde van één divisie) be
schikbaar zijn, terwijl de overige
reeds geoefende en met groot verlof
zijnde divisies in geval van mobilisa
tie zouden worden opgeroepen.
Bij het met Shape gevoerde over
leg is gebleken, dat de aanvankelijk
in uitzicht genomen legercorpstroepen
te zwak zijn en aanzienlijk versterking
behoeven, zomede dat de operatieve
waarde van niet in legerkorpsverband
opgenomen divisies welke de ver-
eischte gevechts- en logistieke onder
steuning missen onvoldoende wordt
geacht.
In gemeenschappelijk overleg is een
oplossing gekozen, welke naast een
versnelde opbouw van de luchtdoelartil
lerie per 1 October 1954 zal lei
den tot de opbouw van een legerkorps
van drie divisies, n.l. een parate divisie
en twee mobilisabele divisies en de vol
ledige daarbij behorende legerkorpstroe
pen (deels paraat, deels mobilisabel).
Aanvullingssysteem
De parate divisie komt voort uit de
lichtingsploegen 1952-1, 1952-11, en 1952-
III, welke nog volgens het huidige sys
teem opgeroepen, opgeleid en paraat
worden.
Teneinde in 1953 en 1954 steeds te kun
nen beschikken over twee mobilisabele
divisies (dus in totaal over drie divi
sies) blijft de uit de lichtingsploegen
1950-11, 1951-1 en 1951-11 gevormde divi
sie (de 3e divisie) onaangetast. De mobi
lisabele eerste twee divisies worden
evenwel zodanig benut, dat hieruit wordt
Advertentie
Verkrijgbaar in de kleuren: zwart, donker-,middel- en lichtbruin, oxblood en wit.
Vertaald
door
W. HOFSTKA
48
„Och, ik heb enkel maar met wat
bladen gesjouwd en boodschappen ge
daan dat is iets wat iedereen kan."
„Ja, maar je ging zo handig en rustig
je gang. Ik geloof dat ik het gekraak van
een verpleegstersschort nooit meer zal
kunnen horen. Ik werd er bijna dol van
toen ik zo doodziek was. Je weet hoe
gevoelig ik al ben als ik niets mankeer."
„Ja.
„Je kunt niet begrijpen hoe 'n verschil
het maakt als er iemand voor je zorgt,
die van je houdt en niet iemand die er
nu eenmaal voor betaald wordt. Ik ge
loof heus, dat je veel van je dwaze moe
dertje houdt, is het niet? Als ik me o
zo zwak en moe voelde dan was ik wel
eens geneigd om niet meer voor mijn
herstel te vechten. Maar dan zei ik tegen
mezelf: „Clara is er nog. Denk aan haar
en wees dapper. Je bent er toch blij om,
dat ik zo deed, schat?"
„Natuurlijk", zei Clara en begon reso
luut verder te pakken. „Zal ik twee
paar wandelschoenen inpakken?"
„Eén paar is meer dan genoeg. Zoveel
zal ik van het jaar niet wandelen. Je
hebt er geen idee van wat het is zon
der moeder achter te blijven. Ik weet
dat maar al te goed."
„Eén paar dan maar", zei Clara zake
lijk. „Het voornaamste is dat U nu be
ter bent. U moet oppassen dat U niet
weer ziek wordt."
„Het doet me goed je dat te horen
zeggen. Ik dacht soms heus dat je al-
leen maar om je vader gaf, maar ik ge
loof nu werkelijk, dat we alle twee een
plaatsje in je hart hebben."
„Dat is zo", zei Clara. „Net zo zeker
als er in deze koffer geen plaats meer
is voor de kleinste speld", voegde ze er
met een opgewekte grijns aan toe. Ze
sloot het deksel en ging er op zitten.
„Pas op schat. Je drukt hem uit zijn
verband. Je bent zo'n dikzak. Ik was zo
slank als een den op jouw leeftijd. Een
veel te zwak poppetje natuurlijk. Ze wa
ren wel eens bang dat ik t.b. had."
„Ik ben zo gezond als een vis, net als
de Batchelors", zei Clara, „vreselijk on
interessant." Ze schreef heel nauwkeu
rig een label. „Nu enkel nog uw kleine
handkoffertje."
„Je pakt heel goed, lieverd. Ik ver
wonder er me altijd over, want je bent
eigenlijk 'n grote sloddervos. Ze hebben
het je zeker op kostschool zo precies ge
leerd."
„Mère Damaris het hoofd van de
Lingerie was een draak. Haar alziend
oog zal mij tenminste geen koffers meer
zien pakken."
„In sommige opzichten speet het je
misschien toch wel dat je er weg moest.
„Och, het moest vroeger of later toch
gebeuren."
„Je geeft mij er natuurlijk een beetje
de schuld van. Ik wilde anders heus niet
ziek worden."
„Natuurlijk niet."
„Mam, mag het raam misschien open?
't Is hier zo warm."
„Kind, de ramen staan open. Alle
twee. Kom hier, en geef moeder maar
een zoen, en vertel haar hoe 'n mede
lijden je met haar hebt, omdat ze zo ziek
geweest is,"
„Ik dacht dat U misschien wat Eau-
de-Cologne op Uw voorhoofd wilde heb
ben", zei Clara vlug. „,'t Is veel te warm
om te praten."
Ze bette haar moeders slapen, als
hoopte ze, dat de Eau-de-Cologne haar
ongevoeliger voor emoties zou maken.
Ze was zich er van bewust, dat ze niet
hartelijk deed en dat haar moeder best
aanspraak kon maken op een beetje
medeleven na al die ellende. Maar ze
voelde zich wrevelig. Toen ze met hun
drieën in de taxi zaten en ze haar va
ders stralende gezicht onder zijn oude
panama zag, verdween echter haar vij
andige stemming. Haar moeder zag er
wel moe, maar opgewekt uit, en neurie
de voor zich heen. Clara grijnsde bijna
zusterlijk tegen haar. De oude betove
ring begon te werken. Tegen dat ze bij
Victoria Station kwamen, waren ze ge
drieën volkomen in hun grote vacantie-
rol.
Op het station ging het net als alle
andere jaren. Claude kocht het zomer
nummer van Punch voor Clara, de
„Ware Geschiedenissen'' voor Isabel en
de laatste Philips Oppenheim voor zich
zelf. Ze dineerden in het restaurant met
de paars, wit en groene tegels en maak
ten hun oude flauwe grapjes over de
suffragette-kleuren. Claude bestelde een
fles Rijnwijn en Clara vroeg om cider
in plaats van gingerale, want ze voelde
zich een stuk ouder dan vorig jaar.
„Alweer een jaar dichter bij ons doel"
zei Claude. Hij hief zijn glas naar Isabel.
Het was een dierbare wens van hem
Paget's Fold met een paar vertrekken
uit te breiden en er een halve hectare
land bij te kopen, om er zich op zijn
zestigste jaar te kunnen terugtrekken.
De familie van zijn moeder had het ge
presteerd om in de laatste tweehonderd
jaar een veertig her en der liggende
stukjes grond bij elkaar te krijgen, plus
een stuk of zes daglonershuisjes. Tijdens
dit diner sprak hij altijd imponerend
over „de pachters".
„Haywood zeurt mijn kop gek om een
nieuwe put", zei hij dan met een grimas,
die niemand verkeerd kon uitleggen. „Ik
zal er wel niet van buiten kunnen om
iets voor die ouwe schurk te doen", of:
„Het gaat me vreselijk aan 't hart, dat
Cruttenden de Six Berries heeft omge
ploegd. Als ik er maar een vermoeden
van had gehad, dat hij zo idioot zou zijn,
dan had ik een clausule laten opnemen
in zijn pachtcontract. Het was een van
de beste weilanden in West Sussex, als
ik John Hoadley geloven mag."
Clara noch haar moeder hadden de
moed hem te weerstaan als hij in zo'n
landheer-achtige stemming was. Zelfs
Isabel kon het niet over zich verkrijgen
hem een verwijt te maken, wanneer hij
veel meer aan reparaties, flessen port en
tabak voor zijn „pachters" uitgaf dan de
geringe opbrengst van de bezitting
eigenlijk toeliet. Ze vergaten hun eigen
kleine ruzietjes en speelden met hem
mee, als volwassenen met een kind.
„De oude landjonker Batchelor", zei
Clara. „Houd hem in de gaten, moeder.
Nog even, en hij kauwt op strootjes en
spreekt over „die luizige pachters."
„Denk je, dat hij ooit zijn Grieks en
Latijn zal kunnen vergeten, Clara? Of
de stuipen, die hij die stakkers van leer
lingen op het lijf joeg?"
„Een paar verzen van de Georgica
zuilen er wel blijven hangen. Die zal hij
dan voor zich uit mompelen met een
slepend Sussex-accent als hij de rug van
een varken krabt."
Wordt vervolgd).
gevormd één mobilisabele divisie, terwijl
de resterende onderdelen gebruikt wor
den als legerkorpstroepen. De genoemde
parate divisie zal in Juni 1953 zodanig
worden gegroepeerd, dat overgegaan
kan worden tcct het door Shape aanbevo
len zgn. „aanvullingssysteem".
Dit systeem beoogt de aanvulling
van de bij de parate divisie en de pa
rate legerkorpstroepen ontstane te
korten als gevolg van het vertrek
met groot verlof, door het periodiek
instromen van een hoeveelheid nog
in onderdeelsverband gebrachte re-
cruten uit depots, waarin de stamre-
gimenten als instructie-eenheden uit
traditieoverwegingen zijn onderge
bracht. Het percentage recruten,
zijnde de laatste ingestroomde ploeg
opgeleide recruten in de parate troe
pen. mag in het algemeen 15 niet
overschrijden. Voor het gros zal het
12,5 bedragen.
Dit stelsel biedt het voordeel, dat alle
eenheden der parate troepen niet alleen
steeds op de gewenste sterkte doch te
vens doorlopend op een gelijk peil van
geoefendheid zijn. De minister is van
oordeel dat, nu medio 1953 de legerop
bouw zo ver is gevorderd, dat toepas
sing van dit stelsel mogelijk is, tot de
invoering daarvan behoort te worden
overgegaan.
De per 1 October j.l. in werkelijke
dienst zijnde militairen, waren als volgt
over de onderdelen der strijdkrachten
verdeeld:
beroepspers
dienstpl.
Totaal:
Marine Landm. Luchtm.
15.452 16.350 6.680
6.810 58.307 10.146
22.235 74.657
16.826
Gelet op de totaal beschikbare man
kracht en de aan die mankracht op te
dragen taken kan vermindering van de
eerste oefeningstijd momenteel niet in
overweging v/orden genomen.
In verband met de tot stand te komen
E-D.G. werd overeenstemming bereikt
om een minimum diensttijd van 18
maanden aan te houden. Dit minimum
is echter niet voldoende om Nederland
te doen voldoen aan de aangegane in
ternationale verplichtingen. De sterkte
van de wenselijk geachte parate een
heden is zodanig, dat aan een eerste
oefening van 20 maanden dient te wor
den vastgehouden. In de internationale
besprekingen neemi de regering het
standpunt in dat na een periode van
overgang een gelijke duur van de eerste
oefening van de deelnemende landen
zal moeten worden aangehouden.
Vliegtuigongelukken
Ten antwoord op de vraag van
zeer veel Tweede Kamerleden hoe
de verhouding van het aantal onge
lukken bij de luchtstrijdkrachten
tot dat in andere landen ligt. diene,
dat vergelijking met het buitenland
heeft uitgewezen, dat gerekend
naar een gelijk aantal vlieguren
de ongevallencurve bij de Neder
landse luchtmacht niét ongunstiger
ls dan bijvoorbeeld die bij de
Engelse en Belgische luchtmacht.
Desondanks acht ook minister Staf
het aantal vliegongevallen, dat zich
in de loop van dit jaar heeft voor
gedaan, hoog.
Hij heeft aan de Supreme Allied Com
mander Europe verzocht een interna
tionale commissie te benoemen tenein
de hem te adviseren omtrent maatrege
len, welke er toe kunnen leiden dat
ongelukken zouden kunnen worden
voorkomen.
Deze ommissie van deskundigen
heeft hier te lande een onderzoek inge
steld en is tot de conclusie gekomen,
dat hoewel geen andere directe oorza
ken voor de vliegongevallen konden
worden aangewezen, dan die welke bij
het nationale onderzoek reeds waren
gebleken, het aantal vliegongevallen
indirect ongunstig zou kunnen worden
beïnvloed door de te korte diensttijd
van de vliegers.
Met betrekking tot de productie van
straaljagers kan worden medegedeeld,
dat het inderdaad noodzakelijk is, over
te gaan p een moderner type.
Van het invoeren van een overgangs-
Jet-lesvliegtuig (S. 14) waartoe Neder
land als eerste het voornemen heeft
over te gaan. is een verhoging van de
veiligheid van de vliegeropleiding te
verwachten.
De minister kan de verzekering
geven, dat de vliegeigenschappen van de
in gebruik zijnde Gloster-Meteor-toe-
stellen aan hoge eisen voldoen
De minister kan niet instemmen met
de vrij algemeen naar voren gebrachte
mening, dat een gelijkschakeling van de
drie krijgsmachtonderdelen tot uitdruk
king dient te worden gebracht ir de op
richting van een* staatssecretariaat voor
de luchtmacht.
Wapenleveranties
Er is met betrekking tot de wapen
leveranties geen sprake van achterstel
ling van Nederland bij andere landen-
De tot dusverre in Nederland in het
kader van de eigenlijke offshore procu
rements geplaatste bestellingen bedra
gen naar schatting ongeveer 36.000.000
dollars.
Ten behoeve van de beroepsmili
tairen an de Koninklijke Land
macht en de Luchtmacht zal verbe
tering vorden gebracht in de toe
passing van de regeling met be
trekking tot de geneesku-iiige ver
zorging van de gezinnen, terwijl de
minister overweegt de toekenning
van detacher: .gstoelagen aan ge
huwde militairen, die in Nederland
niet ter standplaats van het gezin
hun werkzaamheden verrichten.
Het ligt inderdaad in het voornemen
de staf commandant strijdkrachten te
velde naar Apeldoorn over te brengen,
waardoor deze commandan meer dan
tot dusverre temidden van de onder
zijn bevelen gestelde onderdelen is ge
legerd en bovendien meer in de nabij
heid van het vermoedelijke operatie
terrein.
Tenslotte deelt minister Staf mede,
dat, hoewel het onderzoek nog niet is
beëindigd, de aan het Rijk toegebrachte
schade tengevolge van geconstateerde
onregelmatigheden bij de Luchtmacht
reeds nu benaderend kan worden vast
gesteld op ongeveer i 190000.
Zondag kwamen ongeveer 500 kajot-
tersleiders in de grote plaatsen van het
aartsbisdom bijeen als inzet van de
„Hemelberghweek", die van 1 tot 9 No
vember zal worden gehouden.
Het doel van deze actie is om in alle
plaatsen de grote Hemelberghloterij
t.b.v. het K.A.J.-centrum „De Hemel
bergh" te activeren. „De Hemelbergh'
is op initiatief van de K.A..J. in het
aartsbisdom in 1950 in gebruik gesteld
en dient enerzijds als cursus- en vor
mingscentrum van de K.A.J., anderzijds
als vacantiecentrum voor de gehele Ka
tholieke jeugd in Nederland.
De vacantiebesteding van jongens en
meisjes in Katholieke geest zal vooral
op de Veluwe. waar de Hemelbergh ge
legen is, gewaarborgd moeten zijn. Juist
deze streek van het land trekt iedere
zomer duizenden toeristen, onder wie
zeer veel jeugdigen.
„De Hemelbergh" blijkt in dit opzicht
in een grote behoefte te voorzien, ge
zien de overbezetting in de zomermaan
den. Voor dit ideaal zullen de Kajotters
in het aartsbisdom zich inzetten door
overal in grootscheepse acties deze lo
terij, waarvan de opbrengst voor de
afbouw van dit buitencentrum bestemd
is, ingang te doen vinden.
De directeur-generaal van de P.T.T.,
de heer L. Neher, die tengevolge van
een auto-ongeval sinds 20 October in
het ziekenhuis Bronovo te 's-Gravenhage
werd verpleegd, heeft deze inrichting
verlaten. Vooralsnog is hem thuis vol
strekte .rust voorgeschreven. De toestand
van professor ir. G. H. Bast, die nog in
het ziekenhuis vertoeft, is zeer goed
vooruitgaande.
Nog geen half uur nadat Louis Arm
strong met zijn vijf .stars" het podium
betreden had was de duizendkoppige me
nigte, die het Concertgebouw Zondagavond
te Amsterdam tot in alle hoeken en gaten
opvulde, in een staat van wilde opwin
ding gebracht. Nog een half uur later wa
ren onze oren en zinnen afgestompt van
het onophoudelijk gedruis en gekwetter
dat deze zes mensen deden opstijgen, en
tot het einde toe is er geen respijt ge
weest van snerpend fortissimo-lawaai, dat
de verduisterde zaal doorzinderde. Er hing
zoveel rook dat de blauwe costumes van
de artisten nauwelijks te zien waren.
Wij waren gekomen met het verlangen
om de Armstrong te herkennen, die wij
eens bewonderd hebben, de bijna ge
niale, virtuoze trompettist en vindingrij
ke, innig muzikale improvisator, wiens
intonaties op zijn instrument volstrekt
uniek waren. Duke Ellington heeft con
cessies aan zijn publiek gedaan maar is
toch nog steeds zichzelf gebleven; Arm
strong is echter in zijn concessies ten on
der gegaan.
Waar hij zijn talloze jonge bewonderaar»
deze avond in Amsterdam op vergast heeft
is „show" van de kwalijkste en ordinairste
soort, humbug waarmee men veel geld
verdient, maar die met de serieuze jazz-
kunst niets meer te maken heeft.
Armstrong is nu 52 jaar en nog altijd een
formidabel musicus, in die zin dat hij zijn
stijl zelf bepaalt en, als hij wil, zijn
luisteraars tot de bodem omroert. Maar
kennelijk wil hij dat niet meer. De tijd
van zijn Savoy Blues met de Hot Five
schijnt voorgoed voorbij. Zijn „vocals" zijn
schorre grollen geworden; wat de corpu
lente Velma Middleton zingt is het aanho
ren niet waard. Fascinerend is nog de
drummer Coz Cole, die op zijn apparatuur
(die er uitziet als een kookinstallatie van
een ziekenhuis) een 5 minuten solo geeft
die aan een stoommachine van duizenden
P.K. doet denken. Maar ook deze opwin
ding gaat in een ommezien voorbij, en aan
het eind komt een leegte, die niet eens
melancholiek is (zoals na de muziek van
.Ellington). En de wild klappende en flui
tende jongelieden, die een verre reis voor
dit concert hebben overgehad, beseffen
niet eens hoezeer hun. eigen ideaal van
originele jazz-kunst om hals is gebracht.
v. E.