Millioenen mensen verdwenen
uit de Baltische landen
Goed georganiseerd verzet
Jaal*
Monumentenwet al 25
in voorbereiding
Internationale doden
herdenking te Amsterdam
JEUK
D.D.D.
De eenzame
Reiziger
School en leven
Rumoerige K.Y.P.-vergadering
van de Kring Gelderland
LAXEER AKKERTJES
Interview met Edzard Schaper
Besprekingen over behoud van de
oude stad Amsterdam
Ter gelegenheid van Klaproosdag '52
Bestuursbenoeming
Nieuw-Guinea
J
Beschouwingen over wezen en
werkmethode van het onderwijs
Teleurstellende, cijfers
Trage darmwerking
Bouwvakarbeiders volgend jaar van
27 Juli tot 2 Aug. met vacantie
MAANDAG 17 NOVEMBER 1952
PAGINA 3
Minister Luns 23 November
terug
Monumentendag in Den Haag
Ontplooiing Postchèque-
en Girodienst ondervindt
nog belemmeringen
Raden Soerachman
overleden
Uien-export naar Engeland
open
Examens
Mr. P. Th. J. v. Tetering
hoofd van diensten
pplKll§
door ANTONIA WHITE
is schadelijk voor Uw gestel.
Neem zonder kans op gewenning
Prins Bernhard gast op
renbaan te Lima
Hoge onderscheiding voor
president van Peru
27December verplichte30 April mogelijke verlofdag
J a een lezing, die de Duits-Baltische schrijver Edzard Schaper dezer dagen
Y in Den Haag voor een kleine kring van de Europese Beweging hield, wa-
ren wij in de gelegenheid, in een persoonlijk gesprek enkele vragen over
de huidige situatie in de Baltische landen te stellen. Schaper heeft jarenlang en
juist de moeilijkste jaren tot aan het einde van de oorlog in deze landen ge
woond, en ook in Finland, waarvan hij het staatsburgerschap bezit. De gehele
tragedie van de eerste Russische bezetting in 1939. de nationaal-socialistische be
zetting en daarna de uiteindelijke totale onderdrukking van de Baltische landen
door het communisme na 1944 kent hij van dichtbij, en hij zelf %oerd, zo vertelt
hij ons, door de beruchte Freisler van het Volksgerichtshof ter dood veroordeeld
toen hij al gevlucht was naar Zweden en bovendien zaten hem ook de Russen
op de hielen.
Duitse schrijver Edzard Schaper en
zijn echtgenote-
Minister Luns, die, na gedurende drie
^eken de algemene vergadering van de
V.N. te hebben bijgewoond, Vrijdag uit
New York is vertrokken, keert per boot
v'a Frankrijk naar Nederland terug.
Hij reist met de ,,Ile de France" en
V'orci: 23 November in Nederland terug
Eerwacht.
„Hoe de volkeren in de Baltische lan
den leven?" herhaalt hij onze vraag.
„Wat wij weten, is erg genoeg. De balans,
die men tot nu toe kan opmaken, laat
het ergste voor de toekomst verwachten.
Rusland heeft de Oostzee-havens dringend
nodig. Dit ligt trouwens in de traditie
van de Russische politiek, daarom moet
het gebied van Litauen, Letland en Est
land een vaste militaire basis worden,
om in de gehele Oostzee op den duur de
Russische positie te versterken. Dit be
tekent voor de Baltische landen, dat zij
geheel in de Sovjet-Russische sfeer zijn
opgenomen, niet als satelliet-staten,
maar als volksrepublieken van de
USSR".
„Is dit gebeurd met enige vrijwillige
medewerking van de Baltische volke
ren?" vragen wij.
„Geen sprake van. De Sovjetisering
van deze staten gebeurde en gebeurt
nog onder de ergste druk en in de
vorm van een bloedige onderdrukking.
Een simpele statistiek kan u dit aan
tonen: één derde van de bevolking van
de drie landen is nu al verloren; door
vlucht, door deportatie en door terecht
stelling. Er leefden in deze streken voor
de oorlog 6V2 millioen mensen, nu zijn
het er ongeveer 4 mill. Honderdduizen
den werden en worden nog regelmatig
naar Siberië en Zuid-Rusland gedepor
teerd, tienduizenden zijn terechtgesteld.
In plaats van de gedeporteerde boeren
komen boeren en arbeiders uit de Mon
goolse en Zuid-Russische gebieden.
Daardoor wordt dus de ethnologische
samenstelling van de bevolking veran
derd. Want Rusland heeft arbeiders no
dig voor de grote industriële en econo
mische projecten, die hier op touw
Over „Vijf en twintig jaren Monumen
tendag" heeft prof. dr. A. W. Bijvanck.
voorzitter van de Commissie voor de
Monumentenzorg, op de drie en twintig
ste Monumentendag, welke Zaterdag in
de vergaderzaal van de Tweede Kamer
Werd gehouden, gesproken.
Tot zijn spijt moest hij erkennen, dat
de Commissie tekort is geschoten in de
taak, die zij zich bij de oprichting in
1927 voor ogen had gesteld. In Nederland
bestaat nog altijd geen monumenten-
Wet, ondanks de aandrang, die op de
Regering is uitgeoefend. Ook een na
tuurbeschermingswet is nog niet inge
steld. Een waarlijke samenwerking
tussen de organisaties, die bij de op
richtingsvergadering aanwezig waren
geweest, is niet tot stand kunnen ko
llen. De activiteiten van de Commissie
ju.in derhalve slechts beperkt gebleven
tot het organiseren van Monumenten
dagen. Op dit terrein is echter, ondanks
dat verder niet naar buiten werd ge
treden, veel bereikt en hierover is men
dan ook alleszins tevreden.
De heer Bijvanck besloot met te zeg-
Sen, dat hij geen beroep op de Regering
deed, een Monumentenwet in te stellen.
Wel deed hij een beroep op het gewe
ten van de aanwezigen op de vergade
ring. „Denk aan de toekomst. die U
eens ter verantwoording zal roepen."
Jhr. mr. dr. A. B. G. M. van Rijcke-
In 1951 kon de taak, welke in het Ne
derlandse betalingsverkeer aan de Post-
cnèque- en Girodienst is toebedeeld, ook
dl het verslagjaar niet in die omvang
,orden verricht als met de doelstellin
gen van het bedrijf overeenkomt. De
deperking met betrekking tot het ope
nen van nieuwe postrekeningen kon nog
?'et geheel worden opgeheven. De uit
leiding van het aantal rekeninghou-
ders-niet-ingezetenen bleef bij voortdu-
r.'Ug de belemmering ondervinden van
de van kracht zijnde deviezenbepalin-
p'n. De winst van de Postchèque- en
girodienst is de laatste jaren sterk ge
baald. Terwijl het bedrijfsoverschot in
i nog ca. 11 min. gld. beliep, be
jaagt de winst over het verslagjaar 3,9
'fi. gld. Door de langzame groei van
et bedrijf, de stabiliteit van de rente-
oet en de handhaving van de tarieven
•er vergoedingen op het oude peil zijn
- baten van het girobedrijf in ver-
I-Ifl 1 tl ft /I rfivi w v, r\ 1 r,nt/ws Vk J
sjduding tot de stijging van de lasten n.
chts in geringe mate toegenomen. In
Van met de Srote schommelingen
WgLde saldi van de rijksrekeningen
le„_. het wenselijk geoordeeld de be-
®"ig geleidelijk iets te verminderen.
hut? de *00p van Zondag is te zijnen
ZiektL ln 's-Gravenhage na een korte
jjyf °P 58-jarige leeftijd overleden
jo JIen ?oeracllman studeerde behal-
VaVi rkl bij het Hoge Commissariaat
Eernai onesië in Nederland en o.m. re-
htaatschappjj 'SSariS V°°r d6 Billiton"
Soerachman studeerde behat-
Delft technische Hogeschool te
titel in 1930 de ingenieurs-
bij .behaalde, ook te Berlijn, waarna
richtte bJmtsland praetisch werk ver
sgemaakt he_,eft enkele malen deel
Publiek lnrt^an de r?§ering van de re-
teitsoverdraeht68^ V°°r d8 souvereini"
ficier in rif j overledene was of-
er m de orde van Oranje-Nassau.
Beland fi"er"8S 2,4 November a.s. in En-
Oerhalve een weft eze invoer kan
aanvankelijk wm Ver«* Cginllen dan
vorsel sprak daarna over: „Rijksmonu
mentenzorg". Ons land kan zich niet
beroemen op vele eerste rangsmonu
menten, maar de hoeveelheid van de
meer eenvoudige, die in hun verschei
denheid zulk een charme aan het land
verlenen, is ontzaglijk.
De voorlopige monumentenraad
heeft een commissie ingesteld om een
voorontwerp Monumentenwet voor te
bereiden. Dit voorontwerp is eind
1948 door de Monumentenraad inge
diend, maar het is nog immer in onder
zoek bij de betrokken departementen.
Het wordt echter tijd, aldus de heer
Van Rijckevorsel, dat deze wet nu
eindelijk tot stand komt. Nederland
is op dit punt ver achter en de tijde
lijke Monumentenwet van Februari
1950 is slechts surrogaat.
De heer Van Rijckevorsel gaf voorts
een overzicht van de monumenten, die
de zorg van de Rijkscommissie behoe
ven. Hierbij deelde hü mede, dat de
Commissie ook in voorbereidende be
spreking is met Amsterdam voor sa
menwerking en tot herstel en behoud
van de Oude Stad, welke in haar geheel
wellicht het belangrijkste Nederlandse
monument is en zeker het meest uit
zonderlijke. Er zijn slechts een paar
steden in de gehele wereld, die zo'n
grote en prachtige oude stad hebben.
Na de pauze sprak Jhr. W. H. de Beau
fort over „Van het schone land en de
schendende hand". In een lyrisch be
toog kwam inleider tot de conclusie, dat
de jeugd vanaf de kleuterschool ge
vormd moet worden tot behoud van het
goede en het schone in ons land. Hij be
pleitte de instelling van natuurreserva
ten, zo nodig in federatief verband.
Op deze 23ste Monumentendag waren
o.a. aanwezig, Zijne Excellentie de minis
ter van O., K. en W. en wethouder Lut-
tevelt als vertegenwoordiger van de
burgemeester van 's-Gravenhage. Voor
de aanvang van de vergadering werd
door dr. mr. P. G. v. Tienhoven aan de
voorzitter van de Commissie voor de
Monumentendag, prof. dr. A. W. Bij
vanck, een voorzittershamer aangeboden.
worden gezet. Er komt oorlogsindustrie;
grote havenwerken en militaire ver
sterkingen worden aangelegd. Het eco
nomische systeem wordt totaal gecollec
tiviseerd, het spoorwegsysteem aan de
nieuwe strategische en economische
eisen aangepast."
„Maar hoe staat de bevolking hier
tegenover? Want zover ons bekend,
waren deze volkeren in hun lange ge
schiedenis erg beducht voor de Russi
sche overheersing, zoals zij tevoren de
Duitse overheersing in de Middeleeuwen
niet konden en wilden verdragen. Bo
vendien zijn het volkeren, waar het chris
tendom een grote rol gespeeld heeft."
„Daarmee raakt U de kern van de
zaak. Deze kleine volkeren hebben
zich in 1918 met een bewonderens
waardige moed zelfstandig gemaakt,
de eerste Sovjet-Russische invallers
verdreven en drie zelfstandige staten
opgebouwd, die zij tegen het anti
christelijke. Sovjet-Russische rijk ver
dedigden. In 1939 heeft Hitier ze aan
de communisten uitgeleverd en daar
mee begon de tragedie.
In deze landen speelt het Russisch-
orthodoxe geloof en in Litauen voor
al het katholicisme een grote rol.
Deze godsdienstige binding en het
streven naar nationale vrijheid lieten
zich niet onderdrukken. Onmiddellijk
na 1944. toen de Russen binnenvielen,
werd het verzet georganiseerd: 50.000
partisanen verborgen zich geünifor
meerd in de bossen en pleegden over
vallen op Russische depots. Het ver
zet is zo goed georganiseerd, dat er
een eigen ondergrondse bestaat voor
de verpleging van deze partisanen en
een organisatie voor de recrutering.
Maar in de loop der jaren werd het
moeilijker, deze grote eenheden ge
heim te ravitailleren, omdat de boer
derijen geleidelijk gecollectiviseerd
werden, Nu zal het Litause parti-
sanen-leger gedecimeerd zijn tot 15
a 20.000 man.
Maar ook op godsdienstig terrein is
het verzet goed georganiseerd. Ondanks
de sluiting van de seminaries en de
deportaties van de bisschoppen en pries
ters bleven de katholieken ondergronds
contact houden en in een geheime on
der grote gevaren gehouden samen
komst van de leiders van het Litause
katholicisme, werd een uitvoerige brief
aan de Paus opgesteld. Vijf speciale
koeriers kregen opdracht, deze^ brief
naar het buitenland te smokkelen
en terug te keren- Vier van hen wer
den reeds op de heenweg gegrepen en
terechtgesteld. De vijfde gelukte het
de boodschap er uit te smokkelen. Maar
hij werd zelf op de terugweg gevangen
genomen door Sovjet-Russische soldaten.
Ik had het geluk, deze brief te mo
gen publiceren, zegt Schaper en ik kan
daarom ook voor de echtheid borg
staan. Het is een aangrijpend appèl tot
de vrije christenheid en tegelijk èen
nuchtere documentatie van de ontzet
tende geestelijke nood.
Ik geloof, dat het vrije Westen aan
deze lijdende volkeren moet denken,
de christenen moeten in hun gebed met
de slachtoffers van l\un geloof verbon
den blijven, en men" moet zich in het
Westen inspannen, over de toestanden
daarginds op de hoogte te blijven. Want
men mag deze volkeren niet zo maar
vergeten. Bovendien is het van belang,
dat de Baltische vluchtelingen, vooral
de jongeren, die over de gehele wereld
verstrooid zijn, de gelegenheid krijgen,
de cultuur en het geestesleven van hun
volk verder te bewaren. Dit is een
moeilijke, maar ook noodzakelijke taak
om een stuk Europese cultuur van de
ondergang te bewaren."
Uit al deze woorden van de 45 jaar oude
Edzard Schaper, spreekt een diepe
verbondenheid met de volkeren van de
Baltische Zee, een concrete kennis van
de toestanden in deze gebieden en tege
lijk ook een diep godsdienstig ver
trouwen. dat juist ook de zwakke door
zijn geloof eens de euvele macht zal
overwinnen, een vertrouwen, dat ook
het thema van verschillende van zijn
verhalen vormt. Schaper, die als stu
dent begon, zeeman werd en later to
neelspeler, en tenslotte als schrijver en
verteller zijn eigen taak vond, weet
op een overtuigende wijze een boeiend
en aangrijpend uitzicht op de situatie
in deze vaak vergeten hoek van Oost-
Europa te openen.
Wij zijn daarom blij te horen, dat er
weer een boek van hem in het Neder
lands zal verschijnen, en dat hij over
enkele maanden weer eens naar Neder
land terug hoopt te komen.
Dr. K. J. HAHN.
wHSmiit r
Zondag vond op de Nieuwe Oosterbegraafplaats te 'Amsterdam voor de zesde maal
de herdenking plaats van de geallieerde soldaten, die voor onze vrijheid hun leven
gaven. Na afloop van de plechtigheid werden bloemen gelegd op de graven.
Ter gelegenheid van Klaproosdag 1952
is Zaterdag in de Nieuwe Kerk te Am
sterdam onder auspiciën van het Ne
derlands Oorlogsgraven Comité 'n inter
nationale, plechtige herdenkingsdienst
gehouden voor alle in de beide wereld
oorlogen omgekomen geallieerde mili
tairen.
Tegen drie uur was de kerk vrijwel
geheel gevuld met nabestaanden van
gesneuvelde soldaten en een bijna on
afzienbare schare van genodigde bur
gerlijke en militaire autoriteiten uit
binnen- en buitenland. Aanwezig waren
o.a. Zijne Exc. vice-admiraal N. A. Rost
van Tonningen, namens H. M. de Ko
ningin en de Prins der Nederlanden.
Zijne Exc. vice-admiraal H. C. W. Moor
man, staatssecretaris van het ministerie
van Marine, uit naam van de Neder
landse regering; de ambassadeurs, ge
zanten of zaakgelastigden van België,
de Ver. Staten, Frankrijk, Zuid-Afrika,
Engeland, Canada, Luxemburg, Polen,
Noorwegen, Australië en Tjecho-Slowa-
kije, alsook de eerste secretaris van de
Russische ambassade. Verder de mili
taire attaché's van Canada, Engeland,
België en Amerika, en vertegenwoordi
gers van de gemeente Amsterdam, de
Imperial War Graves Commission en vele
andere instanties. Tijdens de plechtig
heid hadden manschappen van het R.I.T.
de erewacht betrokken bij de katafalk
die in het koor stond opgesteld. De
dienst werd opgeluisterd door de Am
sterdamse Politic Kapel en de Konnink-
lijke Mannen Zangvereniging Apollo".
Korte toespraken werden gehouden door
Rev. D W. C. Mossman, A.L.C.D., Pr.
Marc. Jospin en ds. W. van Limburgh.
Onder het Ecce quomodo moritur van
J. Handl werden aan de voet van de
katafalk door de diverse vertegenwoor
digingen meer dan twintig kransen ge
legd. Vervolgens werd The Last Post
AMSTERDAM. Cand. rechten: mej. M. P.
van Hoeve, mej. N. ter Haar Romeney en
de heren J. H. Went (Amsterdam) en H.
Borst (Heemstede). Doctoraal Engels: mej.
J Dekker (Voorhout). Doctoraal Slavische
taal en lett.: J. v. d. Eng (Amsterdam).
Cand. klassieke lett.: G. Willems (Amster
dam). Doctoraal economie: C. J. Schots
man (Heiloo). Economie: S. H. Mulder
(Haarlem) en J. F. Lattenmeyer (Driehuis).
NIJMEGEN. Cand. pol. en soc. we-
tensch.de dames M. A. Li (Heerlen) en
A. M. J. I. Th. Teulings, cum laude
(Vught).
UTRECHT. Doet. Ned. letteren: L. H.
Mosheuvel, Hilversum. Doet. geneesk.: R.
Bekendam, Nijmegen; E. W. Breukink, En
schede; H. A. M. van Ha), Roosendaal. G.
Olthuis, Borne (O.); L. A. Schellekens,
Den Haag; H. v. d. Zalm, Barendrecht.
Semi-arts: H. C. P. M. Schubert, Zeist; mej.
C. M. Revers, Utrecht; H. Visser, Heelsum:
mej. Chr. L. Zuidervaart, Utrecht: F. A. M.
Arnold, Utrecht. Arts-ex.: D. A. H. V. Kolf
schoten, Maarn; J. Helders, Utrecht, P. J.
van Meel, Breda; W. F. Honig, Utrecht.
Doet. klass. letteren: V. Schmidt, Utrecht.
Doet. rechten: mej. B. C. E. den Hartog.
Zeist. Cand. sociologie: mej. A. Zegwaard
Utrecht.
AMSTERDAM (V. U.). Doet. theologie:
ds. J. P. Theron, Pretoria (Zuid-Afrika) en
ds. C. Gilhuis te 's-Gravenhage. Cand. rech
ten: G. O. Bouma, Heerenveen.
DELFT. Prop. electro-technisch ing.: P
Bultman, Bilthoven; J. W. Peters, Venlo.
Cand. vliegtuigbouwk. ing.: J. F. Besseling,
Enschede. Cand. geodetisch ing.: G. Bakker,
Schagen; P. J. Bakker, Amsterdam; D. C. dé
Bruijn; 's-Gravenhage; J. Edel, Beverwijk;
J. Henkei, Utrecht, P. Heij, 's-Gravenhage,
J, A. v. d. Linden, Brakel; P. A. Roos.
Vlaardingen; P. M. Upperman, Ommen. A.
J. Voshaar, Almelo, G. Westerink, Elburg.
Ingenieursexamen civiel-ing.W. H. Kuit,
Amsterdam. Ingenieursex. vliegtuigbouwk.
ing.: J. F. Besseling, Enschede. Diploma
civiel-landmeter: H. C. M. Luijten, Wychen.
Advertentie
Niet krabben. De helder vloei
bare D.D.D. kalmeert de jeuk
ln enkele seconden, doodt de
ziektekiemen en geneest toi
diep ln de buldporiën.
GENEESMIDDEL TEGEN
HUIDAANDOENINGEN
geblazen, waarna een minuut stilte werd
betracht. Na afloop van de plechtigheid
begaf men zich naar het Damplantsoen,
waar door major-general Sir Richard
Howard-Vyse, K.C.M.G., D.S.O., J.P., D.
L. namens The British Legion een krans
werd gelegd bij het voorlopig oorlogs
monument.
Bij K. B. is benoemd tot directeur,
hoofd van de dienst van Gezondheids
zorg, Sociale en Culturele aangelegen
heden van het gouvernement van Nieuw-
Guinea te Hollandia, de heer mr. P. Th.
J. van Tetering. De hoge functionaris
zal reeds morgenavond van Schiphol
naar zijn standplaats vertrekken.
De heer Van Tetering is oud-leerling
van het Triniteitslyceum te Haarlem
en was de eerste, die na zijn eind
examen aan deze school een graad aan
een universiteit haalde. Hij is een zoon
van de enige jaren geleden overleden
heer P. J. M, van Tetering, aan wiens
organisatie-talent Haarlem veel te dan
ken had.
Mr. Van Tetering werd te Haarlem
geboren op 1 Januari 1908 en behaalde
zijn doctoraal in het Nederlands Recht
in September 1930, een jaar later in
het Nederland-Indische recht. Daarna
begon hij zijn Indische carrière, die in
1937 leidde tot zijn benoeming als re
ferendaris bjj het kantoor van Arbeid.
Tijdens de Japanse bezettingsperiode
werd hij geïnterneerd in de strafgevan
genis te Djakarta en later te Bandung.
In Januari 1946 kwam hij met evacua
tie-verlof naar Nederland, maar in het
zelfde jaar volgde zijn benoeming tot
waarnemend hoofd van de afdeling
Kabinet van Algemene Zaken bij de
dienst van Sociale Zaken. Na een uit
breiding van zijn werkzaamheden werd
hij in Juni 1948 hoofdambtenaar ter
beschikking van de secretaris van Staat,
welke functie na de souvereiniteits-
overdracht veranderde in „ter beschik
king van de Minister van Arbeid". In
April 1951 werd hij benoemd tot Offi
cier in de Orde van Oranpe-Nassau, tij
dens zijn verloftijd.
Sinds Augustus 1951 was hij hoofd
ambtenaar bij het ministerie van Unie
zaken en Overzeese Rijksdelen. Tijdens
zijn verblijf in ons land trad hij on als
secretaris der commissie „Arbeidsvoor
waarden werknemers Indonesië" en
van de commissie „Werner", welke
studie maakte van het vraagstuk der
Indo-Europeanen in Indonesië. In Octo
ber trad hij als technisch adviseur van
de Regeringsafvaardiging naar de con
ferentie van de petroleum-commissie
der Internationale Arbeidsorganisaties.
In kringen van de missie heeft men
deze benoeming met vreugde begroet.
Vertaald
door
W. HOFSTRA
60
„Luister nou eens schaap, je bent na
tuurlijk knots, maar ik moet zeggen
dat ik de manier, waarop je voor dat af
schuwelijke kind van Cohen in de bres
springt, sympathiek vind. Als je een
vriendin van me waswat natuurlijk
onbestaanbaar is."
„Quad erat demonstrandum".
,Houd je grapjes voor je, Makay.
Het staat je niets. Nou, zoals ik zei, dan
zou ik waarschijnlijk net zo gedaan
hebben als jij."
Clara zag het viertal elkaar bevesti
gend toeknikken. Blackie ze gemelijk:
„Ik geloof dat wij dan de vrede maar
moesten tekenen."
„Goed, schaap?" vroeg Rosalind. Haar
stem klonk zelfs bezorgd.
„Best hoor."
Clara had eigenlijk niet gedacht dat
ze als overwinnares uit het strijdperk
zou treden en de opluchting steeg haar
naar het hoofd. Ze waagde een demon
stratie. Ze haalde een klein gehamerd
doosje Poudre Nildé uit haar zak en
haalde met bevende hand de dons over
haar neus.
„Jullie moeten mij niet kwalijk ne
men. Dergelijke scènes werken vrese
lijk op mijn zenuwen."
„Dat heb je natuurlijk van die Cohen
geleerd," zei Jean minachtend.
„God nog aan toe, straks ga je nog
roken ook," zei Beatrice.
„Roken is tenminste niet nuttig," ver
klaarde Blackie, „ik rook ook wel eens
een strootje."
„Patsy is tegen roken," zei Clara, het
poederdoosje weer in haar zak stop
pend.
„Ze is bang dat ze er lelijke tanden
van krijgt."
Er viel weer een dreigende stilte.
Clara kon zich wel voor het hoofd
slaan. Ze was weer eens te ver gegaan
en had natuurlijk alles bedorven. Toen
begon Rosalind plotseling te giechelen
en de anderen volgden haar stuk voor
tuk,
„Je bent werkelijk onbetaalbaar,
schaap. Je bent wat La Frog: im-pay-
able noemt."
„Durf je meel op je nase te smeren
onder Frans, morgen?"
„Top". Ze wisten niet, dat daar hele
maal geen moed voor nodig was.
Beatrice keek op haar horloge.
„Lui, Fuller is nog open. Zullen we
er eentje gaan nemen?"
„Reuze idee. Vooruit, schaap, wij
fuiven je."
Dit was Clara's eerste overwinning
op de openbare mening. Over Patsy
zou ze nog heel wat strijd hebben te
voeren, met verschillende mensen en
ook met zichzelf.
TWEEDE HOOFDSTUK
Clara had Patsy Cohen niet vrijwillig
tot vriendin gekozen, zoals Ruth Philips.
Aangezien ze in twee verschillende klas
sen zaten, zouden Clara en Patsy waar
schijnlijk niet op elkaar hebben gelet.
Een toeval, Waarvan zij niet in haar ge
schil met de Spieren had gerept, had
Clara met Patsy in contact gebracht
Patsy en haar twee zusjes hadden name
lijk eens een paar trimesters op Mount
Hilary doorgebracht.
Op kostschool had Clara de Cohens
alleen maar van gezicht en als drieëen-
heid gekend. De drie exotische Jodin
netjes, Vera, Patricia en Mavis waren
halverwege een saai trimester komen
opdagen, en zij waren om de een of an
dere reden onmiddellijk de lievelingen
van de gehele school geworden. Nie
mand beschouwde ze ooit alle drie apart;
ze waren nu eenmaal „de Cohens". Ze
waren alle drie opmerkelijk klein van
gestalte en Vera, de oudste, was opval
lend dik. Ze liepen altijd met z'n drieën,
huppelend op hun dunne beentjes (zelfs
die van Vera leken wel stokjes) en ze
hadden helle, tjilpende stemmen als van
vogeltjes.
De starre regels van de school werden
terwille van de Cohens veranderd. Ze
waren zo knap in wiskunde, dat ze de
lessen van de hoogste klas volgden. Met
hun korte beentjes van de veel te hoge
stoelen bungelend, zaten ze daar als kin
deren tussen grote mensen. Drie paar
schitterende ogen (die van Vera waren
klein, die van Mavis middelmatig, maar
die van Patricia enorm) hielden hun
adelaarsblikken op het Zwarte bord ge
richt: drie hoge stemmen opperden pro
blemen, die de non nauwelijks kon be
grijpen, laat staan oplossen.
Vera speelde ook viool en had op
twaalfjarige leeftijd al een concert ge
geven, waarover de critici vol lof waren.
Tweemaal in de week kwam een wereld
beroemd leraar haar les geven, waarvan
het gevolg was, dat er de hand gelicht
moest worden met een van de meest
strikte regels van het reglement; het
lesrooster werd namelijk veronacht
zaamd, want hij stond er op dat zij drie
uur per dag zou studeren. De Cohens
kregen toch al voor talloze dingen per
missie, die anderen resoluut geweigerd
Onder deze titel is dezer dagen bij het Spectrum een bundel verschenen
van vijf artikelen, die samen een geheel vormen. Ze zijn geschreven door
dr. H. van Waesberghe, P. M. ter Steege, dr. C. Jansen, dr. N. Perquin en
E. Pelosi, allen Jezuïeten, die geen vreemdelingen zijn in het onderwijs-Jeruzalem.
De namen dezer onderwijs-specialisten uit de onderwijsorde bij uitstek zijn
viel de zekerste waarborg, dat hier iets waardevols geboden wordt, waarvan net
niet alleen nuttig, maar zelfs allernoodzakelijkst mag heten dat allen er kennis
van nemen, die rechtstreeks of indirect bij het onderwijs betrokken zijn.
En al is er dikwijls sprake van „oude wijn in nieuwe vaten", er zijn er mis
schien velen, die de smaak van die oude wijn niet kennen of niet meer kennen,
terwijl bovendien ook nieuwe wijn gepresenteerd wordt, die het proeven over
waard is.
werd. Ze gingen voortdurend ,uit";
gekleed in dezelfde leuke kleren om
naar de tandarts of de ogendokter te
gaan; ze behoefden niet aan allerlei spe
len mee te doen en mochten uitslapen.
Gedurende de korte tijd die ze op de
kostschool doorbrachten, bleven het aar
dige kinderen, bij iedereen gezien, zon
der zich echter ook maar het minst aan
te passen. Op een goeie dag, weer hal
verwege een trimester, verdwenen ze
weer even onverwachts als ze gekomen
waren.
Clara had verder nooit meer aan hen
gedacht, totdat ze op een goede morgen
op weg naar St. Marcus een klein fi
guurtje buiten adem naast zich hoorde
lopen.
„Jij bent toch Clara Batchelor? Ik zit
al een paar dagen achter je aan, maar
je loopt altijd zo hard. Ken je me nog
van Mount Hilary? Ik ben de middelste
de Cohens, Patsy."
De schuit van een schoolhoed stond
op een coquette en dus door Juffrouw
Silver verboden manier op haar Mfcof.i
en daaronder keken een paar reusachti
ge, schitterende ogen stralend naar Cla
ra op, tussen onnatuurlijk lang lijkende
wimpers.
Ze kon eerst niet begrijpen dat dit
verblindende gezichtje met enige moge
lijkheid aan een van de Cohens zou
kunnen behoren. Eh was in haar herin
nering alleen het beeld van drie bleke
vogelenbekjes achtergebleven.
„Je hebt nog altijd even prachtig
haar", babbelde' Patsy voort. „We waren
er altijd ontzettend jaloers op, omdat we
zelf zo donker zijn en er bij ons drieën
geen spoor van een krul te ontdekken
valt. Jij bent helemaal niet veranderd
eigenlijk, alleen groter geworden na
tuurlijk. Zou je mij herkend hebben?"
CWordt vervolgd).
Dr. H. van Waesberghe, Rector van
het St. Ignatiuscollege te Amsterdam,
geeft een heldere en gefundeerde uiteen
zetting van het doel der opvoeding: de
algehele volwassenheid van het kind,
lichamelijk en geestelijk, waarvan dan
het tweede aspect zowel de godsdienstige
als sociale en intellectuele volgroeid
heid omvat in persoonlijke zelfstandig
heid van óórdeel en handelen. Scherp
heeft hij de opvoeders-hiërarchie om
lijnd en nauwkeurig de onderlinge
grenzen en verhoudingen uiteengezet
tussen gezin, kerk, school, staat en vrije
jeugd vorming.
Pater Ter Steege, adjunct-directeur
der H.B.S. van het St. Ignatiuscollege te
Amsterdam, heeft het Algemeen Vor
mend onderwijs aan een critisch oordeel
onderworpen. Hij ziet het terecht als
een groot voordeel, dat de onderwijs
nota-Rutten de vormende, opvoedende
taak van de school erkent, en dat zij een
belangrijke accentverschuiving in het
begrip „onderwijs" constateert. Dit
brengt natuurlijk allerlei consequenties
mee voor de school, die meer de har
monische ontwikkeling van de vermo
gens der leerlingen zal moeten nastre
ven, dan feitenkennis en examen-dres-
suur. De vormende waarde van een
leervak heel wat belangrijker dan de
weetwaarde. Allerlei wensen brengt de
schrijver naar voren omtrent de metho
diek van onderwijzen, de zelfwerkzaam
heid der leerlingen, differentiatie der
diploma's, beperking der leerstof, huma
nisering van de H.B.S., concentratie van
leervakken, plaats van de talen-studie
en de wiskunde in overeenstemming
met de vormende waarde in een be
paalde ontwikkelingsphase enz.
Pater Jansen, directeur der H.B.S. aan
het St. Ignatiuscollege te Amsterdam,
toont zich in het derde artikel de on
verschrokken kampioen voor de vrijheid
van het onderwijs, als hoedanig hij zich
ook al ontpopt had op het onlangs ge
houden onderwijscongres in Woudscho-
ten.
Hij veroordeelt ten scherpste de ge-
perfectionneerde staatbemoeiing met
haar leerplannen, lessen-tabellen, exa
men-regelingen tot en met de normen
voor het beoordelen van het schrifte
lijk eindexamen-werk. „Neen", schrijft
hij, „het algemeen vormend onderwijs
heeft, juist omdat het algemeen vor
mend is, de grootste behoefte aan in
terne beweeglijkheid, opdat hef zich
kan richten op zijn doel: vorming van
individuele leerlingen naar hun be
hoeften en naar de mogelijkheden, die
in hen aanwezig zijn." „Terug naar
de vrijheid van onderwijzend is de ti
tel van zijn leerzame en gedegen be
schouwing; met de vrijheid bij het
onderwijzen zal ook het opvoedende
element in het onderwijs zelf gemak
kelijker en beter tot zijn recht komen.
Dr. N. Perquin, directeur van het
Mgr. Hoogveld-Instituut te Nijme
gen. heeft als titel voor zijn bij
drage gekozen: „De verantwoordelijk
heid van de leraar." Het spreekt van
zelf, hoe zou 't anders kunnen?
dat pater Perquin de volle nadruk legt
op de opvoedingstaak van de leraar, die
de verantwoordelijkheid draagt voor de
uitgroei van 't kind en daarom ook het
kind moet liefhebben in „zijn zich ont
wikkelende vorm." Liefde is voor de op
voeding onmisbaar en eist volledige,
persoonlijke overgave van de opvoeder.
Maar de opvoeder-leraar zal niet kun
nen volstaan met een zekere academi
sche kennis, waaruit de leerstof der
scholen een preparaat is, hij zal ook de
vakkundigheid moeten beheersen van
het „overdrachts-proces" der kennis.
En hiermee komt dr. Perquin op het
vraagstuk der leraren-opleiding, die tot
heden in Nederland niet bestaat! Hoe zal
echter de leraar zich bewust kunnen
bljjven van zijn opvoedende taak, vraagt
de schrijver, als hij tweemaal per week
in 15 klassen komt en zijn aandacht moet
verdelen over pl.m. 450 leerlingen, van
wie hij dan misschien na enige maanden
de namen kent! Hier wordt de kwestie
van het vakleraren-systeem aan de eisen
der paedagogiek getoetst.
Pater Pelosi, leraar aan het Aloysius-
college in Den Haag, schrijft over:
School en leven. Hij legt er de na
druk op, dat de school wel ..een aanpas
sende. maar ook een critische rol te
vervullen heeft ten aanzien van de
maatschappij. Deze mag niet haar eer
ste uitgangspunt en primaire norm zijn,
dat moet tenslotte de leerling zelf zijn".
Ook Pater Pelosi wenst bewuste scho
ling van de toekomstige leraar paeda-
gogisch, psychologisch en didactisch. De
leerstof, die min of meer traditioneel
geworden is, en „vastgeworteld in het
bolwerk van een langjarig gebruik" moet
getoetst worden aan haar opvoedende en
vormende waarde. Hoeveelheid, onder
linge verhouding, hiërarchische waarde
schatting, en nog veel meer factoren,
dienen opnieuw bestudeerd te worden.
De schrijver meent ook. dat ondanks
alle organisatorische moeilijkheden voor
grote scholen, de oplossing gezocht moet
worden in de richting der ..daltoniseren-
de" systemen.
„De school moet een fijn gevoel hebben
voor de maatschappelijke ontwikkelin
gen. Al de rimpelingen van het maat
schappelijk leven moet zij kunnen vol
gen in haar leerstof en werkwijze, zoals
een soepel gewaad de lichaamsvormen".
Maar dan zal Pater Pelosi zijn orde
genoot dr. Jansen hierin bijvallen, dat de
volledige vrijheid van onderwijs een on
misbare voorwaarde is, om de school
haar opvoedende, vormende en onder
wijzende taak in het belang van het
kind. van de kerk en de maatschappij zo
volmaakt mogelijk te laten vervullen.
Aan het slot van deze korte beschou
wing kan ik geen andere wens uitspre
ken. dan dat allen, wie opvoeding en
onderwijs ter harte gaan, eens kennis
maken met de rijkdom aan gezonde ver-_
nieuwings- en hervormingsgedachten,
die in bovengenoemde bundel op elke
bladzijde liggen uitgespreid.
G. J. ROOYMANS.
(Van onze correspondent)
In een vrij gespannen sfeer is Zater
dagmiddag de jaarlijkse kringvergade
ring van de K.V.P. in Gelderland te Nij
megen gehouden. De teleurstellende
resultaten van de verkiezingen vormden
het uitgangspunt van een betoog, waar
in de voorzitter, burgemeester Ch. Mat-
ser van Arnhem, de verschillende in
zichten op politiek, sociaal en econo
misch terrein hekelde, die tot deze te
leurstellende tegenslag hebben geleid.
Katholieke Nederlanders behoren een
te zijn, aldus spr„ en wanneer de katho
lieke eenheid op sociaal en economisch
gebied terugkeert, zal de politieke een
heid eveneens terugkeren. Spr. sprak
voorts zijn vertrouwen uit in de door
de K.V.P.-leiding in het leven geroe
pen commissie tot onderzoek van de
oorzaken, welke tot deze teleurstellende
verkiezingsuitslag hebben geleid. Hij
spoorde de afgevaardigden tenslotte aan
om de principiële eenheid bij de ko
mende gemeenteraadsverkiezingen te
bevorderen.
Uit de jaarverslagen bleek dat bet
ledenaantal van de Statenkieskring
Gelderland amper 25000 bedraagt,
waarvan Nijmegen slechts 1574, Arn
hem 825, Apeldoorn 2233, Tiel 2465 en
Zutphen 1331 leden hebben. De voor
zitter, de heer Ch. Matser, werd bij
acclamatie herkozen. Herbenoemd
werden eveneens de heren H. C. J.
Erkens (Oosterbeek) en J. J. van
Goethem, resp. als secretaris en pen
ningmeester.
Met het oog op het gevorderde uur en
het feit, dat de zaal voor andere doel
einden ontruimd diende te worden,
Advertentie
drong de soms wat te energieke voor
zitter er op aan, de verschillende voor
stellen van de afdelingen, o.m. over de
vertrouwenscrisis in de K.V.P. en de
katholieke eenheid, de woningbouw, etc.,
te endosseren aan het kringbestuur. De
vergadering toonde zich hierover ver
rast. terwijl verschillende afgevaardig
den hun verbolgenheid niet onder stoe
len of banken staken. De voorzitter rec-
de de situatie in de steeds onrustiger
wordende vergadering tenslotte met het
indienen van een langademige motie, die
na ampele bespreking met algemene
stemmen werd aangenomen.
In deze motie dringt de Kring Gelder
land van de K.VP. er op aan te streven
naar een zo groot mogelijke eenheid der
Nederlandse katholieken op staatkundig,
zowel als op sociaal, economisch en an
der terrein.
Prins Bernhard heeft Zondagmiddag
in het regeringspaleis te Lima aan de
president van Peru, Manuel Odria Amo-
retti, het grootkruis van de Nederlandse
Leeuw uitgereikt.
De Prins zelf ontving van de president
het grootkruis in de orde van de „Zon
van Peru".
Later reikte de Prins aan hoogwaar
digheidsbekleders verschillende Neder
landse onderscheidingen uit
De Prins bracht een bezoek aan de
renbaan van San Felipe en reikte aan
de winnaar van de „Prins-Bemhard-
prijs" een beker uit De Prins was Za
terdagavond de eregast aan een banket
en op een bal, in het regeringspaleis
aangeboden door president en mevrouw
Odria. Er waren enige honderden gas
ten onder wie diplomaten, leden van de
regering en bekende societyfiguren.
Vandaag werd de Prins op een plech
tige bijeenkomst in het stadhuis van
Lima tot eregast van de stad uitgeroe
pen.
De bedrijfsraad voor het bouwbedrijf
heeft besloten als vacantieweek aan te
wijzen de kalenderweek, aanvangende
27 Juli en eindigende 1 Augustus 1953.
De bedrijfsraad heeft voorts o.a. be
sloten dat in afwijking hiervan de werk
nemers, werkzaam in door de raad na
der aan te wijzen gemeenten, met va
cantie zullen gaan in een voor elk dezer
gemeenten door de raad nader aan te
wijzen week. De raad besluit tot deze
aanwijzing alleen in zeer bijzondere ge
vallen. Een daartoe strekkend verzoek
kan slechts worden ingediend door een
naar het oordeel van de raad representa
tieve organisatorische vertegenwoordi
ging van werkgevers, woonachtig en
werkzaam in de gemeente, waarop het
verzoek betrekking heeft
Een zodanig v erzoek moet voor 15
Februari 1953 bij de raad worden inge
diend.
De bedrijfsraad voor het bouwbedrijf
heeft voorts Zaterdag 27 December
aangewezen ais verplichte verlofdgg.
Tenslotte is Donderdag 30 April 1953
aangewezen als verplichte verlofdag. De
strekking van dit laatste besluit is, dat
enerzijds werkgevers, die zulks wensen,
zonder nadere vergunning, bevoegd zijn
de werkzaamheden geheel of gedeelte
lijk doorgang te doen vinden, doch dat
andeerzijds geen arbeiders verplicht
kunnen worden tot het verrichten van
arbeid op deze dag.