Britse Gemenebest ontwaakt nit lange slaap Geld zonder waardemeter is een fata morgana Maatsch. werk in het bedrijf DE ZIL VEREN VLOOT WASBEER LUCIA, de lichtende De Kerstnacht van Matje de olie vrouw en Bas, de dorpskwajongen Wol-kapers r* s c O A R FINANCIËN £N ECONOMIE D-lrcinen stoppen in Arnhem '-Ï? ZATERDAG 13 DECEMBER 1952 Deze week In Londen ging de wekker af Ccn aangelegenheid voor de personeelschef? Recordomzet Langendijker groentecentrale Wedstrijd voor Ned. componisten Examens Katholieke Philips beambten wijzen beperkte C.A.O. af Uitslag prijsvraag voor delective-roman PAl.livA II De Conferentie van het Britse Gemenebest is deze week ten einde qeko- men. Vele dagen hebben de belangrijkste ministers van de negen tot deze Rijkseenheid behorende landen overwogen, welke doeleinden zouden moe- en worden nagestreefd om het Pond Sterling, hun gemeenschappelijk centraal taalmiddel, geleidelijk weer internationaal inwisselbaar te maken tegenover de Klere munten, op de eerste plaats als ruilmiddel tegen de Amerikaanse dollar. Erkend werd op deze conferentie, dat een blijvende verbetering van de tonomische en financiële toestand van het Gemenebest niet mogelijk zou zijn j»onder het herstel van deze hechte basis. Het monetaire aspect van de huidige Problemen heeft derhalve de overhand op de economische en financiële moéi- Vkheden van het Britse Rijk gekregen. Indien het Pond, zij het dan ook traps- ywijze, weer de internationale munt zou kunnen worden, die het vroeger was, ®o« zouden de economische en financiële vraagstukken vanzelf een meer ge makkelijke oplossing kunnen vinden. Toen generaal Eisenhower tijdens zijn erkiezingscampagne zinspeelde op de wenselijkheid van een standaardisatie der europese munteenheden, heeft hij wellicht de rehabilitatie van de Britse munt "W centraal en belangrijkst Europees betaalmiddel op het Oog gehad. Het bereiken van de inwisselbaar heid van het pond tegenover de dollar dan betekenen, dat de Amerikaanse ^Unteenheid als waardeme'jr zou blij - en gelden van alle munten via het "fitse metaalmiddel en bovendien voor het zog van Engeland voer, toen de Labour-regering zich de Keynes-theo- rie eigen n aakte. Indien- om consequent te blijven, 's ministers opvolger met het Engelse vaarwater ook thans niet te vermijden, tot meer klassieke be- leidsmethoden wordt aangespoord, dan zal ten slotte blijken, dat dr. Holtro^ niet op 't verkeerde paard heeft gewed. In elk geval is alles als het ware op een presenteerblaadje in gereedheid ge bracht om de deviezenbeperl-ing te kunnen opheffen en de Nederlandse giilden, zodra het pond sterling het voorbeeld zal hebben gegeven, interna tionaal inwisselbaar te maken. Zoals boven gezegd, er is veel tegen stand te verwachten ten aanzien van het Britse verzoek om de goudprijs te verhogen. Zal Amerika op dit verzoek gunstig ingaan? Dit is en blijft de vraag, waar 't uiteindelijk om gaat. 4e continentale West-Europese munten egenover het pond, dat als tussenscha kel dienst zou doen. Hiermede zou als één toverslag Londen ais toonaan gevend Europees financieel en han delscentrum worden hersteld en het is 3an ook niet te verwonderen, dat van Htse zijde deze hoop gekoesterd ^ordt. Op het ogenblik is de dollar der V.S. J^eds de enige overlevende waarde meter voor ae verschillende wereld- munten. Klaarblijkelijk zcu het Britse gemenebest deze hoedanigheid wplis- jaar bestendigd willen zien, doch on- 4er voorwaarde, dat aan het goud .op hieuw gedeeltelijk of geheel de plaats *°u worden toegekend, die 'iet vroeger ?ts waardemeter van het geld in de ge hele wereld innam- De Conferentie van het Gemenebest 4®cft aan de regering van de V.S. een memorandum toegestuurd, waarbij jordt aangedrongen op verhoging van officiële goudprijs. Zij hieft natuur- '3k het voordeel wel ingezien van een '"'erhoogde waarde van het goud voor 6 goudproducerende landen, die niet Seheel toevalligerwijze -juist in grote mate zich in de gebieden van net Ge menebest bevinden. Maar behalve deze Egoïstische en bijkomstige drijfveer is i?ft aan te nemen, dat zij op de eerste Piaats een wijdere strekking heeft be- ®0gd, namelijk de geleidelijke terugkeer ;an het goud als practische maatstaf tan alle betaalmiddelen, die iets in de melk te brokken nebben. Hierbij kan men allereerst denken aan de Ameri kaanse dol -a-, die zelf is uitgehold door een politiek van deficiet-ïinanciering v®n onevenwichtige staatbegrotmgen. De door de Britten voorgestelde Verhoii ng van de ofGeiële goudgrijs zou, indien de V.S. i.ierop gunstig reageerden, vooral dan een zeer groot nut hebben indien de dollar intern weer inwj^selji^ar werd gemaakt tegen Automatisch zouden alle we- mdiOunten, naast hun theoretische 80Udwar.rde, dan ook een practische |°Udwaarde verkrijgen, "omdat de dollar ais maatstaf zijn plaats zou af- staan aan het goud. Het voordeel van de eventuele ver hoging van de officiële goudprijs op mchzelf zou voor de West-Europese landen in eerste instantie gelegen zijn 1? een verlichting van hun dollartekort. Pe goudvoorraden van de centrale ban den zouden meer dollars waard worden m de mate waarin de goudprijs zou v'orden verhoogd. Doordat de goudpro- Odcerende landen weer met winst zou- ?en kunnen werken, zouden deze hun Productie kunnen uitbreiden. De cen- O'ale banken zouder. hun voorraden in atand kunnen houden of aanvullen als 4®kking n haar nationale betaalmid delen. Door het aldus gewekte vertrou wen zou het door particulieren opge potte goud trouwens in de kelders der Pentrale banken terugvloeien. Daar Poort het thuis als gemeenschapsgoed, ?ei! der weinige aanbevelenswaardige L°rmen van collectivisme, die men P.ij het aanwenden van een klassieke '•nanciële politiek kan aanvoeren. Verruiming van de internationale productie, handel ,en scheepvaart zou aldus gepaard kunnen gaan met grotere afzetmogelijkheden. Welvaart, levens standaard en waardevaste koopkracht zouden daadwerkelijk op internationaal niveau worden beschermd. De regulerende en stabiliserende in vloed van het goud zon zich Uitstrek ken tot de prijzen van grondstoffen, voedingsmiddelen en kapitaalgoederen, die moeten worden ingevoerd. Deze ar gumenten zullen zonder twijfel bij de Britse instanties op de voorgrond tre den, maar de vraag is of zij ingang zul len vinden in Washington. Van overwegende invloed zou het na tuurlijk zijn indien tussen Amerika en het Britse Gemenebest overeenstemming zou kunnen worden bereikt om de be proefde orthodoxe monetaire beginse len te doen herleven en de traditionele rol van het goud als internationale muntstandaard te herstellen. Vrees voor Britse heerschappij op handels- en commercieel gebied, tegen kanting van alle instellingen en instan ties, die tot nu toe kunstmatige wissel koersen, deviezenbeperkmg en handels belemmeringen in stand hebben gehou den, zullen de hindernissen, die het aanvaarden van het/Britse voorstel nog in de weg staan, er wellicht voorlopig niet kleiner op maken. Dè mensheid kan geen twee Heren dienen, maar het goud kan de mens heid ondergeschikt worden gemaakt en haar heilzaam zijn door het afschaffen van schijnwelvaart, gebaseerd op apen- geld, De systematisch in de laatste tijd door de Nederlandsche Bank gevoerde goudpolitiek wijst op de omstandigheid, dat ons land zich voorbereidt op de mo gelijkheid van monetaire gebeurtenissen van ingrijpende aard- Het strekt onze regering en onze centrale bank tot eer, dat zij thans reeds de grondslag legt voor de eventuele terugkeer tot een meer orthodoxe munt- en deviezenpo- litiek. Nederland heeft in zijn geschiedenis menigmaal blijk gegeven van een bui tengewoon aanpassingsvermogen én van een traditionele pioniersgeest. Deze geest heeft ons land in staat gesteld aan menig belangrijk wereldgebeuren deel te nemen en zich herhaaldelijk op de eerste rij der deelnemers te vertonen. Het is minister Lieftinck verweten, dat Nederland op financieel terrein in v<Spals we reeds hebben gemeld, is dag door de Ned. Vereniging voor Matschappelijk Werk te Amsterdam een °ögres georganiseerd met het doel tot jEh beter inzicht te komen omtrent het ^Matschappelijk werk in de bedrijven. jMsis van de gedachtenwisseljng was Let prae-advies, door een viertal des- hndigen uitgebracht en waarvan we veeds gisteren een samenvatting gege- ti<5n hebben. In zijn openingswoord zei voorzitter van de organiserende ver ding, mr. S. J. R. de Monchy, dat hij j^PPte dat een al te grote eenstemmig- w '4 de discussie niet nadelig zou beïn- ^Moclen. Een vrees die hem door de ®gal gelijkluidende conclusies van de q ae-adviseurs aan de hand was ge in n> maar die tijdens het verdere ver- K,°P van het congres geheel ongegrond 'Eek, waren er zelfs die met vuur en tn*Ve de stelling poneerden dat de- Matschappelijke werker niet in het be- lyjüf thuishoort. De heer Landskroon, u„n de Sociale Bijstand der N. S., was öon mening dat zijn werk gevoeglijk hn°l- afd- personeel kan worden be- hn 9^. De heer Kamphuis, die 41 jaar rtn enarbeider is geweest in Amster- bltp. en te?icnwoordig voor sociale acti- tna en is vrijgesteld, was met name de (Jn?/sC>1- werkster, althans op het be- hgV' weinig genegen. Rezen moeilijk- Pe,.fn> dan was er de vakbond of de °neelschef, die een kraan van een Hph Wist ie onüerscheiden De aanwe- 'ee« van -'die juffrouw" konhij al lee epteren in het gezin. hijT beer Horringa, bedrijfspsycholoog, besp® n°g te zeer het wetenschappelijk Zijjj rcb-werk, welks resultaten nodig t>eljj15rn de positie van het maatschap- Drgwerk nauwkeurig te bepalen. 'uien, aalmoezenier van de ar- Sqc;'A°bd dat aan de prae-aóviezen een rak glscb-wijsgerige fundering ont- Veijj' z°dat de beschouwingen iets zwe- V onduidelijks hadden. Pppone Waren er noS tal- van andere ï^rrninr^i wezen op vaagheid van SeljPu;ogie en nauwkeuriger wensten t'an (jp .te worden omtrent de taak Et fn® ®'rJ- personeel enerzijds, die van Me* schappélijk werk anderzijds. »4viSp'a; 'tste woord was aan de prae- urs, die van mening bleven, dat de maatschappelijke werker op het bedrijf thuishoort. Hij hééft een geheel eigen opleiding genoten en kan niet door de personeelschef vervangen worden, al ligt het voor de hand dat deze twee in de grootst mogelijke teamgeest moe ten samenwerken. Vóór alles is hij ver trouwensman en moet daarom voldoen de los staan van de bedrijfsleiding om zijn op het individu gerichte werkzaam heden uit te kunnen voeren. De heer J. Zwanikken merkte nog op, dat er ook mannelijke maatschappelij ke werkers moeten komen, daar het huwelijk van zijn vrouwelijke collega's de zo gewenste continuïteit van het be roep in gevaar brengt. Bovendien kan de maatschappelijke werkster te weinig invloed uitoefenen op de mannelijke fabrieksjeugd. En drs. Bos besloot zijn betoog met erop te wijzen dat hét maat schappelijk werk een nog jong pro bleem is, dat evenwel nooit volledig zal worden opgelost, omdat het te maken heeft met het mysterie van het mense lijk individu. Aan de veiling van de Langendijker Groentecentrale is Zaterdag de record-- omzet van dit jaar bereikt, namelijk f 6.000.000.—. Ter gelegenheid daarvan heeft het marktbestuur kopers en ver kopers een feestsigaar aangeboden. Fort Knox, de zwaarbewaakte ves ting. waar de enorme Amerikaanse goudvoorraden liggen opgestapeld. (Van onze correspondent) Evenals voor de oorlog het geval was zuilen met ingang van 5 'Januari de internationale D-treinen wederom Arn hem aandoen. De uit Duitsland komen de treinen zullen met ingang van ge noemde datum niet meer te Zevenaar stoppen, tenzij een enkele minuut om douanebeambten en Vreemdelingen Po litie te laten instappen. Deze functiona rissen zullen hun visitatie er. passen- contrölo achter in de treinen beginnen. Degenen die bij aankomst te Arnhem visitatie en controle hebben ondergaan, mogen uitstappen. De overigen kunnen dat eerst te Utrecht, want na vertrek uit Arnhem zetten douane en Vreem delingenpolitie hun controle in de trein voort tot aankomst in Utr'échf: Tot dusver had deze controle plaats tussen Zevenaar eis Utrecht zonder dat uit Duitsland komende reizigers te Arn hem konden uitstappen. Men kan na ook voortaan recht streeks van Arnhem naar Duitsland. Daartoe moest men vroeger eerst naar Zevenaar reizen. Van 5 Januari af zal des morgens 8.29 uur de Rheingold (tiaar Wenen en Bazel) van Arnhem vertrekken. Deze trein komt des avonds terug en gaat dan 21.22 uur door naar Amsterdam. Hetzelfde zal het geval zijn met de Holland Italië-Express, die 's avonds 21.17 uur rechtstreeks naar Rome gaat en de andere morgen weder om te Arnhem is, vanwaar hij 8.55 uur doorgaat naar Amsterdam. Vanaf Mei wordt dit aantal treinen heen en terug verdubbeld. De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft voor Neder landse componisten en compositiewed strijd uitgeschreven voor een werk voor één instrument (bij voorkeur piano of orgel) zonder begeleiding, of voor één zangstem zonder begeleiding. De duur van het werk mag niet meer dan tien minuten zijn. Er worden prijzen uitge loofd van f 750, f 500 en 250. De op voordracht van de Voorlopige Raad voor de Kunst ingestelde „commis sie van advies voor het toekennen van prijzen en het verlenen van opdrachten aan Nederlandse componisten in 1952" zal de minister adviseren over de toe kenning van deze prijzen. De commissie bestaat uit de heren prof. dr. A. A. Sij- ers, voorzitter; H. Andriessen en dr. Anth. van der Horst, leden en B. Wage- mans, secretaris (adres: departement van O. K, W., afd. Kunsten, bureau Muziek en Dans, PrinseSsegracht 21, 's-Graven- hage). Gegadigden dienen hun compositie, die niet eerder gepubliceerd én niet in het openbaar uitgevoerd mag zijn, in te zenden aan de secretaris van ge- noèmde commissie. De inzending moet anoniem zijn en voorzien van een mot to. Bij de ingezonden compositie moet een gesloten couvert zijn gevoegd, waar op aan de buitenzijde in machineschrift het motto, de titel van het werk en de aanduiding „compositiewedstrijd" moe ten worden vermeld, alsmede een cor respondentie-adres, dat niet het huis adres van de inzender mag zijn. Het couvert moet inhouden opgave van naam en adres van de componist. De termijn van inzending sluit 1 Juli 1953. Alle inzendingen worden na het be kend worden van de uitslag' van de wed strijd teruggezonden. Het ligt in de be doeling het materiaal, nodig voor de uitvoering van de bekroonde composi ties, op rijkskosten te doen vervaardi gen bij de Stichting Donemus te Am sterdam. W.V.VAV. In het begin van de zeven tiende eeuw was ons land in oorlog met Spanje. De oorlog kostte veel geld, zowel voor de Nederlanders als voor (ie Spanjaarden. De laatsten haalden grote schatten goud uit Midden- en Zuid-Amerika. Ook edelstenen en hele scheepsladingen zilver, zilver vloten dus. Piet Hein besloot een van deze Spaanse zilver vloten te veroveren en zeilde met een aantal schepen naar Havana, waar de Spaanse vloot zich in de buurt be vond. De Spanjaarden waren zo verschrikt, dat ze de Hol landers plotseling voor zich zagen, dat zij zich zonder slag of stoot overgaven. Zo viel de Nederlanders de rijkste buit in handen, waarvan ooit in de geschiedenis melding is gemaakt en nog wel zonder dat er een druppel bloed ver goten was. De schatten waren bijna niet te tellen. In totaal heeft de waarde van de buit gemaakte vloot 12 millioen gulden bedragen aan edele metalen. In een schip vonden zij 30.000 pond zuiver zilver, 66 pond goud, 80 gouden kete nen en bekers, duizenden paarlen en edelstenen en een massa kostbare dingen, zoals huiden, zijde, amber, enz. Ter stond werd de thuisreis aan vaard. Hoewel deze niet voor spoedig is geweest wegens de stormen op zee, liep de vloot in Januari 1629 veilig te Hel- levoetsluis binnen. Je begrijpt wel, dat de vreugde in Ne derland geweldig groot was. Een wasbeer heeft een korte dikke kop en een borstelige staart met ringen. Het zijn die ren, die heel makkelijk tam ge maakt kunnen worden; ze stel len veel belang in alles wat er om hen heen gebeurt. Hun voorpoten zijn net handen. Ze kunnen er bijna evengoed als apen van alles mee vasthouden.. Als ze dicht bij een beek zitten te eten, pakken ze het voedsel in hun handen en wrijven het tussen hun handen in het water; daar hebben ze hun naam: wasberen aan te danken. Ze doen hetzelfde echter ook met gladde stenen en andere voor werpen en ze doen het zonder er water bij te gebruiken. Het schijnt een soort „spelletje" te zijn en met schoonwassen heeft het niets te makèn. De wasbeer gebruikt zijn poten bij' het lopen, anders dan een hond. Een hond steunt op zijn vingers en tenen. Zet de vingertoppen eens op tafel met naar boven gestrekte armen. De hand mag de tafel niet aanra ken, alleen de vingers. Zo loopt een hónd. Wat bij ons de pols is, wordt bij de hond verkeerdelijk wel voor het knie-gewricht aangezien. Leg nu de hand met de palm naar beneden plat op de tafel. Zo loopt de wasbeer. De hiel van zijn achterpoten steunt daarbij op de grond op dezelfde manier als bij de men senvoet. Als iemand op zijn tenen loopt, loopt hij als een hond. Plat op de voeten, als een wasbeer. Deze manier van lo pen, waarbij de volle hand en de volle voet de grond raken, noemen we zooigang. Een mens is een zoolganger; een wasbeer is ook een zoolganger. De reis van Piet Hein naar Amsterdam was een ware triomftocht. Vreugdevuren wer den in het gehele land ontsto ken en waar hij kwam werd hij onthaald als een prins. Men had reden voor deze vreugde, want nu was de armoede ten einde en kon de oorlog met het geld van de vijand worden voortgezet. Piet Hein kreeg na tuurlijk een flink aandeel in de buit. Hij kocht hiervoor een huis te Delft, waar hij hoopte een rustige oude dag te kunnen genieten. Maar het mocht niet zo zijn; het vaderland kon het niet buiten hem stellen. Tij dens een tocht tegen de Duin kerker kapers sneuvelde hij op 20 Juni 1629. Zijn stoffelijk overschot werd met veel luister in de Oude Kerk te Delft bij gezet. VEROVERING VANDE S1IVER-VLOOT INDE BAY MAIANCA T LY1.ANT CUBA MET SYNE GELEGEN'THLYT In deze „donkere dagen" voor Kerstmis snert de H. Kerk op de 13e December het feest van de H. Lucia. Deze naam bete kent- Lichtende. Het leven van deze dappere martelares schijnt als een licht in de dagen van de Advent en als het ware een voorteken van het grote Licht Christus, dat in de Kerstnacht verschijnen zal. De H. Lucia leefde op het eiland Sicilië, in de tijd van de Romeinen. Zij wilde van het heidense leven der Romeinen niets weten, maar als Christin Christus alleen toebehoren. Met haar zieke moeder begaf zij zich op een dag naar het graf van de H. Agatha. Daar bad zij om de genezing van haar moeder. In een visioen verscheen haar de heilige zelf en zei: „Ge hoeft mij toch niet om de genezing van uw moeder te vra gen. Ge bent zelf behaaglijk bij God en daarom kunt ge zelf aan uw moeder genezing geven!" Christus zijp- Sta mij tóe, mijn bruidsschat onder de armen te verdelen." De moeder keurde het verzoek van haar dochter goed. Maar de Romein, die gere kend had, met Lucia te zullen trouwen, was zeer kwaad en klaagde haar aan bij de rech ters. Alleen het feit dat men Christen was, was in die tijd voldoende om veroordeeld te worden. Lucia, voor de rechter gebracht, toonde echter niet de minste vrees. „Dat zal wél veranderen!" spotte de rechter, „als zo dade lijk de beulen hun werk gaan verrichten.' „De heilige geest zal mij sterk maken," verklaarde Lucia. „Dus je wilt beweren, dat de heilige geest in je is?" vroeg de rechter. „Ja," was het antwoord. „Alle mensen, die vroom en rein le ven, zijn tempels van de heilige geest." „Dan zullen wij wel maken, dat die heilige geest uit je gaat!" riep de rechter uit. En hij gaf bevel het meisje in een huis te brengen, waar allemaal slechte mensen bij elkaar wa ren. Maar God beschermde Lu cia zichtbaar. Want niemand kon haar van de plaats krijgen, waar ze stond. Het leek wel, of zij met de grond vergroeid was. Toen gaf de rechter bevel, het meisje te doden, door haar met kokende pek te overgieten. Maar terwijl zij daarmee bezig waren, zei Lucia: „Ik heb Chris tus gevraagd, dat dit vuur mij niet deren zal." En werkelijk, de brandende pek was niet in staat het meis je te doden. De rechter was ra zend. Hij wilde de dood van Lucia. Daarom liet hij een zwaardvechter komen, die het meisje met zijn zwaard de keel doorboorde. Zo stierf de maagd en marte lares Lucia op de dertiende De cember van het jaar 304. Tot besluit van deze serie bladvormen geven we nog een wijnstokblad om uit te werken. Dit blad is erg moeilijk en wij willen nu eens geen uitvoerige leidraad geven, probeer zelf eens wat je er van terecht brengt. Op enkele dingen willen wij jullie wel wijzen. Bekijk de hoogte en breedte, dan zie je dat beide ongeveer gelijk zijn. Je trekt dus de lijnen CD en AB. met M als middelpunt Het blad met steel past dan ongeveer in een vierkant. Be kijk de stippellijnen en let op de richting van de vier diepe insnijdingen, die gaan naar het snijpunt S van de nerven Be studeer het voorbeeld goed en je zult het wel voor elkaar krijgen. IIH Lucia, de lichtende Lucia bad tot God en haar ge bed werdonmiddellijk ver-, noord. Haar moeder genas. „Lieve moeder!" sprak Lucia nu, „wil mij nu niet langer dwingen met die Romein te trouwen. Ik wil ongetrouwd blijven en alleen de bruid van Er was dus wel een klein beetje overeenkomst tussen Matje, de olie vrouw en Bas, de kwajongen. Een klein beetje maar. Want Bas de kwajongen stond lang niet zo onverschillig tegen over meneer pastoor als Matje. Dat kwam zo. Die meneer pas toor had iets heel geks be dacht Toen de mensen het hoorden en merkten, begrepen ze er heus niets van. Meneer pastoor was zo maar op een dag naar Bas toegeko men (Bas stond juist met zijn modderige klompen in een moddersloot) en had toen ge zegd: „Ha die Bas! Zeg mod der janus! Ik heb een misdie naar nodig. Is dat niks voor jou?" Van pure verbazing was Bas uit zijn klompen gestapt en zo met zijn kousevoeten door de sloot gebaggerd, om vlug wat dichter bij meneer pastoor te zijn. „Misdienaar?" had hij toen herhaald. Een leuk was beurtje „Over wol gesproken!" zo schreef een vriend ons. „Jul lie in Nederland weten natuur lijk, dat de millioenen schapen in Australië een geweldige hoeveelheid wol leveren, dat we hier juist om die wol. die grote schapenfokkerijen heb ben. Maar dat er ook wolka pers op de kust kunnen zijn, daar hebben we hier pas een aardig staaltje van meege maakt. Al een paar keer had een van de fokkers gemerkt, dat verschillende van zijn schapen kale plekken op de vacht vertoonden. Hij onder zocht de dieren, maar kon geen enkel teken van ziekte ontdekken. „Maar die wol kan toch van zelf niet uitvallen!" mopperde hij. „Wat drommel nog aan toe, wie plukt die wol dan af?" Ja, dat was nu maar de gro te vraag. Een' vraag, die niet zo gauw opgelost zou zijn, als niet een der kinderen van die schapenboer een heel toeval lige ontdekking had gedaan Die knaap was namelijk op de konijnenjacht gegaan, vlak bij zijn huis. In Australië hebben we ontzettend veel last van konijnen. Vooral als ze in de buurt van de huizen komen, moeten ze vernietigd worden, anders vernielen die knagers alles. Zo was die jongen ook weer aan het werk gegaan. De konijnen zelf kon hij niet zo gauw te pakken krijgen. Maar wel ontdekte hij, waar het nest zat. Hij meteen aan het graven- Spoedig had hij het te pakken. De konijnen wa ren verdwenen. Maarin het nest lag wol, zuivere verse schapenwol. De konijnen hadden hun nestje lekker warm en zacht gevoerd met wol. Nou ja, toen ze eenmaal één zo'n nest gevonden hadden, le verden nog wat meer graven nog enkele van die nesten op: allemaal gevoerd met wol. Nu wist de boer meteen hoe die kale plekken op de scha penvachten ontstonden. Dat er nog een extra jacht op konij nen gemaakt werd, spreekt wel vanzelf." „Ja", was de pastoor lachend verder gegaan, „ik vind het zelf ook wel een beetje gek. Maar ik kwam hier zo opeens op, nu ik je daar zo leuk in de sloot zag staan!" Dat was natuurlijk niet hele maal waar. Meneer pastoor had al lang er over nagedacht, hoe hij die Bas, die toch heus geen sleohte jongen was, een beter mens kon maken. En toen meende hij het op deze manier te kunnen doen. En dat meneer pastoor niet mis gezien had, bleek al gauw. Want Bas hapte toe! Ja. hij wou wel misdienaar worden. Als hij maar niet te veel hoefde te leren. Want daar had hij een heleboel broertjes aan dood. „Dat komt best in orde!" had de pastoor gezegd. Het kwam in orde. Bas werd misdienaar! De dorpelingen verbaasden er zich heel erg over. Sommigen vonden het een schande, dat zo'n belhamel, zo'n kwajongen, op het altaar mocht dienen. Daar moesten ze alleen bra ve jongetjes voor nemen, zucht te een oud moedertje. Maar de eenvoudige dorps pastoor bekeek dat anders. Die dacht: Ik zal die jongen wat dichter bij God brengen. Dan zal hij vanzelf wel braver en beter worden Zo werd Bas, de kwajon gen, misdienaar. Denk nu niet, dat hij dade lijk een heel andere jongen werd. Dat hij op slag veran derde in eer. vroom kereltje, dat zijn kerkboek kapot bad. Helemaal niet. Het leek zelfs wel of hij helemaal niet ver- tinderde, of hij dezelfde kwa jongen van vroeger bleet Maar dat zag de pastoor wel beter. Die ontdekte wel dege lijk kléine verbeteringen. En meer verlangde hij ook niet Hij zag ook wel, dat Bas, on danks maandenlange opleiding nog heus geen modelmisdienaar was. Meermalen had hij, voor de Mis begon, de handen van de jongen in de met water gevulde wasbak gestopt en ze flink afgeboend. Ja. van zulke dingen hield de pastoor. En. bij Bas sloegen ze in. Hij begon ook hoe langer hoe meer van die pastoor te houden en steeds meer te zorgen, dat zijn zaakjes in orde waren. Nee. dat idee van de pastoor was nog niet zo gek gebleken. Maar ja. wat hebben nou die oude Matje en die Bas met el kaar te maken? Geduld, vrien den! Dat komt ook. Eigenlijk hadden ze trouwens bijna iede re dag al wat met elkander te maken. Want ze kwamen el kaar vaak genoeg tegen. En dat tegenkomen ging meestal niet stilzwijgend. Bas had steeds wat te zeggen tegen het oude vrouwtje. „Niet van de olie snoepen. Matje!" klonk het de ene keer. „Pas op Matje, je rijdt haast de sloot in!" plaagde Bas een volgende keer. „Wanneer koop je een auto. Matje? Je kinderwagen zakt in elkaar!" klonk het spottend bij een nieuwe ontmoeting. (Wordt vervolgd Kijk maar Met naar mijn kleren. Een paar maten te groot is deze jas toel, maar ja, wat doe je al niet als bulldog wanneer je htt plotseling koud krijgt! AMSTERDAM Doctoraal economie: mej. E. Limperg en J. Oeieynse, Amster dam. DELFT. Cand. civiel-ing.: H. W. Loot, 's-Gravenhage; T. J. Mebius, Leeuwarden; H. J. Meijerink, Aerdenhout. Cand. werk- tuigk. ing.: P. C. Brunting, Velp; A. G. F. v. d. Heijden, 's-Hertogenbosch; W. Koen, 's-Gravenhage, P. J. van Lierop, Vught; B. J. Sjollema, Hilversum; J. J. Tiedema, Voorburg; J. van Zanten, Rotterdam. Cand scheepsbouwk. ing.: L. Wind, Kampen, in genieursexamen werktuigk. ing.: Ang Khoen Ie, Delft; P. v. d. Ban, Spijkenisse, G. F. v. d. Beek, Rotterdam; G. L. Beu sen. Heemstede; J. A. G. Brackman, Haar lem; T. M. v. Dijk, Amersfoort; G. A. Cop- pooïse. Delft; G. G. Franke, 's-Graven hage; B. P. G. de Groot, 's-Gravenhage, A. N. v. d. Heyde, Rotterdam; A. G. F. v. d. Heijden, Utrecht; J. W. Jansz, Delft. C. W. de Jonge, Rotterdam; B. G. J. Koo ning, uift; H. Kragt, Voorburg; J. W. de Lignij, 's-Gravenhage; F. H. Linscheer, 's-Gravenhage; H. H. J. Lulf, Vlagtwedde; A. L. v. d. Mooren, Hilversum; L. F. Ottens, Hilversum; R. Petit dit de la Roche, Bus- sum; N. C. M. Pulskens, Bussum; C. E. Rie- mersma, Tilburg; W. Roeland, IJsselmui- den; B. B. Schierbeek, Heiloo; J. H. Schu- ringa, Leidschendam; H. J. Schut, Apel doorn; P. E. M. Soons, Maastricht; J. v. d. Stadt, Amersfoort; Teng Tek Hien, Delft; C. Verhoek, Rotterdam; H. P. Ver schuur, Rijswijk Z.-H.; E. J. Vollers, Am sterdam; H. v. d. Weiden, Haarlem; C, F. W. Wernecke, 's-Gravenhage. Gepromoveerd tot doctor in de technische wetenschap: ir. J. P. Fortuin (met lof), geb. te 's-Graven hage, wonende te Amsterdam, op proef schrift: „De bereiding en toepassingen van enige aromatische hydroperoxyden"; K. Rietema. geb. te Groningen, wonende te Amsterdam, op proefschrift: ..Study on the compressibility of filtercakes". In de Schouwburgzaal van Katholiek Leven kwamen Woensdag de katholieke Philips-beambten bijeen, om zich ern stig te beraden over de vraag, of een C.A.O., die zich slechts zou uitstrek ken over de salarisgroepen 1 t.m. 3 en waarbij de salarisgroep 4 niet zou zijn opgenomen, nog aanvaardbaar zou zijn. Namens de Vakorganisatie waren aanwezig de Bondsvoorzitter vaa de H.K.W. de heer J. de Wit. de Bonds- vorzitter van de Kath. Werkmeesters- bond de heer J. van Kouwen en de alg. secre-taris van de Katholieke Bond van Technici de heer C. de Wit. De heer J. de Wit wees er met nadruk op, dat in de salarisregeling, die tot op heden steeds bij Philips heeft gegolden, ook salarisgroep 4 was opgenomen. Uit een gehouden onderzoek is gebleken, dat een zeer grot gedeelte van de geor ganiseerde beambten ingedeeld is in deze salarisgroep 4. Vervolgens werd medegedeeld, dat de N.V. Philips niet bereid is zoals zulks wel bij de loonfunctiegroepen het geval is geweest de salarisvakgroepen met ca. 5% te verhogen. Uit het gesprokene en uit de gehou den stemming bleek, dat alle beambten zich unaniem stellen achter het stand punt van de hoofdbesturen en een C.A.O. zonder salarisgroep 4 afwijzen. De Utrechtse uitgeverij A. W. Br una en Zoon heeft in het begin van dit jaar bij de verschijning van het honderdste deel in haar reeks van ontspannings lectuur een prijsvraag uitgeschreven voor een 'detectiveroman, waarvan de uitslag thans bekend is gemaakt Het peil van de 160 ingezonden manuscrip ten was hoger dan werd verwacht hetgeen voor de uit Max Dendermonde. mr. E. Elias en mr. J. Derks bestaande jury aanleiding is geweest naast de drie hoofdprijzen nog vier troostprijzen toe te kennen. De hoofdprijs verwierf de 26-jarige Rotterdamse journalist J. F. van den Broek voor zijn boek „Parels van Na- dra", dat speelt in het Djakarta van 1948. Mevr. Eline Capitvan Eykern uit Amsterdam ontving voor haar ro man „Wolven en Schapen" de tweede prijs. De voornaamste plaats van han deling van haar boek is Denemarken. De militaire detectiveroman „Na af loop Moord" van de 33-jarige technisch ambtenaar bij de dienst van gemeente werken te Arnhem, de heer J. van Beek, werd met de derde prijs be kroond. De vier troostprijzn ontvingen de heren Ad Visser („Uitnodiging tot moord"), mej. Madry Ford („De Speur der js een Spook"), de heer L. M. Japin („Stenen voor brood") en mej. Josine Reuling („Poeder en parels").

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1952 | | pagina 11