Vijf en zeventig inzendingen voor prijsvraag I Laatste Adventszondag Het Humanisme krijgt zijn kans in de kazernes EEN WEREED OM KERSTMIS IN TE VIEREN Dickens weer eens ONTDEK T Optimisme in de mist rDe eenzame v. Reizig er Bezorgdheid in confessionele kringen Kerstboodschap van Prins Bernhard Ned emigranten in Brazilië „Steentjesactie" van de E.H.B.O. J KERSTDINER „FLEISSIG"? Aanmelding pensioen en spaarfondsen Werkgroepen KVP over de belastingen Vragen aan de minister Huis voor Bodegraven is klaar Voor de medische faculteit Voormalige Nederlandse militairen in Indonesië LITERAIRE KRONIEK ZATERDAG 20 DECEMBER 1952 PAGINA 3 Nieuwjaarsreceptie Comm. der Koningin Verpleegstersexamen op 21-jarige leeftijd Eigendom mag niet uitgehold worden Italiaanse onderscheidingen voor Nederlanders „Van algehele uitwijzing niets bekend" Kerstpakkettenactie Ambonezen Wie aandachtig de liturgie van deze laatste Zondag van de Ad vent in zich opneemt, moet zich ivei diep getroffen voelen door het geestdriftige, ongeduldige, men zou bij- ha zeggen onbeheerste verlangen naar de Verlosser waaraar de Kerk in haar gezangen, lezingen en gebeden uiting geeft Het is alsof zij niet langer meer kan wachten en de hemel geweld wil aandoen om toch eindelijk de zolang verbeide Zaligmaker op aarde te doen heerdalen. „Hemelen, dauwt uit de hoge; wolken, regent de Gerechte uit; aarde, open uw schoot, doe toch de Ver losser ontspruiten". Onverschillig waar ^andaan Hij moet komen uit de hemel, de wolken of uit de aarde 1 s Hij maar komt! Al de teksten die ontleend zijn aan het Oude Testament, zijn levende wer kelijkheid geweest voor de tijdgenoten Jjan degene, die ze heeft opgeschreven- En niet voor hen alleen, ook voor al hün nakomelingen. Sinds de dag, dat hij de uitdrijving van Adam en Eva uit het aards paradijs d.. Verlosser werd beloofd i-, het Joodse volk de drager gebleven van deze Messiasbelofte. Naar gelang de tiid verstreek, werd die be lofte door de verschillende profeten «te.eds duidelijker geformuleerd. Lang zamerhand steeg de nood zo hoog, dat het bidden om de Verlosser. Die komen moest, zoals de Heilige Boeken vertel den. bü elke generatie toenam in vurig- Tdd. Men was er van overtuigd gewor- j.eh, dat alleen Zijn komst nog redding v°h brengen voor het geknechte Joodse °'k. üeze verwachting van de Redder der Jbhnsheipl beleeft de Kerk. sinds Zijn werkelijke komst, ieuer jaar opnieuw 'h geestelijke zin- En terecht! Want mor alle tijden en alle mense is Zijn hederdaling op aarde van evenveel ge wicht als ten tijde der Joden. En wij •hogen wel zonder overdrijving zeggen, ?at, vooral voor onze tijd. de herden- klljg van Christus' geboorte meer dan boit van levensbelang is voor de hele JJ'ensheid. Het mag nu wel algemeen bekend wórden geacht, dat wij in een njd leven, die zich hoe langer hoe ver der van God verwiidert. De ontkerke lijking, de ontkerstening groeit met de hSg. Zelfs d_ openlijke strijd tegen God heemt een omvang aan. die men eigen- l'.'k nooit voor mogelijk zou hebben ge houden. Het is daarom niet mind°r een Jeit! Lenin heeft eens gezegd, dat de *ijd zou komen, dat alleen nog maar het communisme tegenover het Chris tendom zou staan. Alle andere wereld beschouwingen zonden dan hebben op gehouden te bestaan of van geen be- 'ang meer zijn. En dan zou 'e grote strijd worden uitgevochten voor of tegen God. Die tijd is nu aange broken! Het communisme beweert ^eker te zijn van zi.in overwinning, om- h®t, zoals men zegt, he* Christendom ■het al'een ziin kansen heeft laten yoorbijgaan zonder ze te benutten, •haar ook. omdat het de wereld van nu Jticts meer te bieden heeft, dat in staat s haar uit dt chaos te bevrijden. Zn st'an wij on h"t ogenblik midden Jh de grootste omwenteling aller tijden, ftat het Christendom niets van zijn wc- m ld red den de kramt heeft ingeboet, is y®or ons een onloochenbaar feit, wat hien daarover ook move denken. Even *eer ziin wij er van overtuigd, dat. als bf redding voor de Wereld mogelijk is. h®ze alléén en uitsluitend van een ghincipiële en algemene beleving van esus' leer kan worden verwacht. Het 1 gt natuurlijk voor dt hand, uat wij, Christenen, hier zullen moeten voorgaan. En d;t is nu ■bist de moeilijkheid! Dat dit een Jhoeilijkheid is. moet zonder meer voor ~hs allen beschamend worden genoemd- „el, dat er ergens een groep mensen zo ge wilt, één enkele, in beslist .-bensgevaar verkeért. Eén persoon, onverschillig wie, maar iemand, die in Se buurt is. beschikt over de kennis en macht om die mens te redden. Nie mand twiifelt er aan. dat die persoon wn verplicht is onmiddellijk te helpen h hij zèl het ook doen! v Nu verkeert de hele mensheid in le- fnsgevaar, niet alleen in tijdelijk, ^aar ook in bovennrtuurlijk levensge ur. Alleen de Christenen beschikken k[er de nodige kennis èn de macht om w?.r de heloende hand te bieden. Dat v'1 dat verplicht zijn" te doen, is geen a eg Maar doen wij het? ik kan men wel opwerpen: hoe zal 3'als enkeling, de wereld kunnen red- dat1'- ^aren we maar al eens zo ver. jjj ieder zich uit eerlijke bekommer ds voor de geestelij' en zedelijke st-,borde waarin wij leven, die vraag On E>an waren ve zeker al een eind bp jJeeh- Dan zou ook het antwoord ehtw'e vraaK nie* z0 moeilijk ziin. Dat danord immers kan geen ander ziin ee bidden, bidden, bidden, en zelf Au„ °Y-rtuigd christelijk leven le:den! is genade! Zonder Gods hulp is dep redding! En die hulp moet wor- iiderafpebeden zonder ophouden, door datl door allen samen. En wanneer beEmt°°h nog ons leven aan onze leer V'ag vmordt. dan zal niemand meer kor,jA.het. Christendom van ontoerei- 0hZe a1 beschuldigen. Omdat dan h°t t c'Pn het overtuigend bewijs van D meendeel leveren! Van r3ee„00rtc van Christus, de komst dg j e 'erlnsser der wereld staat voor nu de laatste dagen bgg0n brhereidina in. Toen de Advenf di« tiia bpn velen zieh voorgenomen Jd zo goed mogelijk door te bren- Manadag 15 December sloot de inzendingstermijn van de prijsvraag, welke de Stichting „Honderd Jaar Kromstaf" heeft uitgeschreven ter verkrijging van een ontwerp voor een op te richten Kruisbeeld. Deze prijsvraag is een groot succes geworden, want niet minder dan 75 beeldhouwers zonden ontwerpen in. Thans is het personeel van het Stedelijk Museum te Am sterdam bezig de inzendingen uit te pakken. Maandag zal de jury, be staande uit Mari Andriessen, mr. J. Derks, Jan Engelman, prof. U. P. Esser, prof. Jespers en ir. C. Pouderoyen, bijeen komen om haar niet ge ringe taak aan te vgtten. Op 16 Januari, na de uitspraak van de jury, zullen de ontwerpen in het Stedelijk Museum tentoongesteld worden. De minister van Oorlog heeft mede gedeeld dat voor het volgen van bij eenkomsten van het Humanistisch Thuisfront vier dagen uitzonderings verlof aan militairen kan worden ge geven en dat bovendien een gulden extra per dag wegens gemis aan levens middelen kan worden uitbetaald. Deze mededeling is toegezonden aan de com mandanten van de garnizoenen Middel burg, Wezep, Oldebroek. Nunspeet, Er- melo, Havelte, Amersfoort, Assen, Oir- schot en Wittenberg. Tegelijk met de mededeling van de minister is een schrijven van het Humanistisch Thuis front aangeplakt, waarin tevens een ge deeltelijke reiskostenvergoeding in uit zicht wordt gesteld. Deze maatregelen van het ministerie van Oorlog, aldus verneemt het K.N.P. van alleszins bevoegde zijde, wekken alom in den lande bij confessionele militaire kringen grote ontstemming en ongerustheid. Men acht het een gevaar, dat bij een voor het merendeel Christe lijk leger publiciteit en faciliteiten worden gegeven voor een a-godsdien- stige, of zelfs, zoals vaak van humanis tische zijde is medegedeeld, anti-gods dienstige vorming. Men vraagt zich af hoe dit te rijmen is met de verant woordelijkheid van de minister om te trachten voor de Christelijke jeugd de Christelijke levenswaarden niet het minste gevaar te laten lopen. Het be zwaar. dat bij vele ouders uit moreel oogpunt aan "de dienstvervulling vast zit. wordt daardoor onnodig vergroot. Bovendien vraagt men zich af of deze maatregelen verenigbaar zijn met arti kel la van het reglement op de Krijgs tucht, waarin eenieder bij de krijgs stand wordt verplicht tot het hoog hou den van de godsdienst als de bron van alle geluk en ware moed. Naar het K.N.P. verder verneemt heeft de minister van Oorlog laten Advertentie Heeft U de traditie van Uw ouders overgenomen en een gereserveerd bij WARMOESSTRAAT 123—129 AMSTERDAM - Tel. 45972 - 45977 gen, er een tijd van boete en gebed van te maken. Hoe staat het nu met dat voornemen? Hebben wij het uitge voerd? Of zijn wij stilaan weer in onze oude sleur vervallen, zoda' alle bewust zijn van in een bijzondere genadetijd te leven is vervaagd? Ja, op deze manier slagen wij er natuurlijk niet in de zaak van God goed te behartigen. Half heid bereikt in dit opzicht niets- Het is nu eenmaal zó, dat Christus, Die voor de wereld alles heeft over ge had, ook van de wereld alles terug vraagt. In haar eigen belang en voor deel! Zolang ons Christendom beperkt blijft tot de korte tijd, die wij 's Zon dags in de kerk doorbrengen en dan moeten we nog niet vragen: hoe? kunnen wij niet verwachten daarmee iets goeds voor de mensheid +e berei ken. Pas wanneer wij anders, heel anders zijn dan „de wereld"; wan neer ons hele leven op de liefde en de rechtvaardigheid is gebaseerd; wan neer wij wéten en ook daarnaar han delen dat wij met allen samen één groot gezin vormen, waarvan alle leden voor elkander verantwoor de lijk zijn dan pas begint de mense lijke samenleving een beetje te lijken op Gods bedoeling. En nu is het zó, dat alleen de verwezenlijking van deze goddelijke bedoeling de enige voor waarde is voor vrede, rust, orde, geluk. Er bestaat geen andere mogelijkheid! Deze waarheid is een onuitputtelijk onderwerp voor overweging Het ide aal zou zijn hee1 de wereld over enige dagen in aanbidding rondom de kribbe geknield te zien. Zo moest het zijn! Oe werkelijkheid is helaas heel anders! Maar ook dit staat vast: wij. Katholie ken, hebben de nlicht er voor te zor gen. dat tenminste zoveel moge- 1 ij k mensen zich om de Verlosser ver dringen. Want de werkelijk rechtvaar digen hebben een grote macht bij God! Die tevens een grote verantwoordelijk heid inhoudt! Mn«e t laatste vooral in deze laat ste dagen van voorbereiding uit ons gedrag duidelijk blijken! L' weten, dat het Humanistisch Thuis front voor een dergelijke vorming nog dit jaar over een bedrag van f 3-500 zal kunnen beschikken. Bo vendien is toegezegc., dat voor het volgend jaar ook de Marine voor deze cursus in Humanistische vor ming ir aanmerking zal kunnen ko men. Voor 1954 is de subsidie nu reeds op f 7.500 gesteld. Verder wordt ons medegedeeld, dat in het kamp Nunspeet elke avond op last van de comma- dant twee legertrucks ter be schikking staan om de militairen in de gelegenheid te stellen Humanisti sche cursussen te volgen. Van katholieke zijde wordt aan de katholieke militairen het bezoek aan humanistische vormingscursussen in de sterkste mate ontraden- In het Decembernummer van de „Le- gerkoerier", het officiële orgaan van de Koninklijke Landmacht, is een Kerst boodschap van Prins Bernhard afge drukt. In deze boodschap zegt hij o.m. het volgende: Wij wensen allen vrede, maar om de ze te bereiken, te bewaren of zo nodig te verdedigen, moet men te allen tijde paraat blijven. Aan de vervulling van deze wens kunnen wij naast Gods hulp echter ook zelf het nodige bijdragen. Wij moeten ons bewust zijn van ons eigen vader land, doch m de grote omlijsting van de Westerse beschaving. Wij moeten ieder op eigen terrein ons kunnen en onze geoefendheid opvoeren tot dat peil, waardoor zij, die de vrede in ge. vaar zouden willen brengen, hierdoor bi.i voorbaat weerhouden worden. Speciaal gaan dan mijn gedachten naar hen, die momenteel ver van hun gezin en huiselijke haard, buiten onze landsgrens of in vele gevallen buiten Europa niet alleen hun plicht doen, maar zoals in Korea reeds hun leven inzetten om ons de vrede te waarborgen. Zoals bekend is 1 December de Pen sioen- en spaarfondswet afgekondigd. Enkele bepalingen van deze wet treden 1 Januari in werking. Zo zullen pen sioen- en spaarfondsen en werkgevers die een andere pensioenvoorziening voor hun personeel hebben getroffen, zich dan moeten aanmelden bij het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid, dat daartoe op verzoek formulieren toe zendt. Deze aanmeldingsplicht houdt niet in, dat de pensioenvoorzieningen reeds aan de wettelijke bepalingen moeten zijn aangepast. Het ligt n.l. in de bedoeling de overige bepalingen van de wet eerst over één jaar, 1 Januari 1954, in werking te doen treden. Belanghebbenden heb ben derhalve nog geruime tijd voor aan passing van hun voorzieningen aan deze bepalingen. De Commissaris der Koningin in de provincie Noord-Holland en baronesse de Vos van Steenwijkvan Royen zijn voornemens een Nieuwjaarsreceptie te houden op Zaterdag 10 Januari 1953 des namiddags van 3-5 uur ten Provinciehui ze te Haarlem (ingang Paviljoenslaan). De Staatscourant van Vrijdag bevat een wijziging in het bepaalde in art. 13 van de beschikking ter uitvoering van de wet tot wettelijke bescherming van het diploma voor ziekenverpleging. Hier wordt als volgt gelezen: „De candidaat kan reeds op 21-jarige leeftijd tot het examen worden toegela ten, indien als bewijs hiervan een uit treksel, als vorenbedoeld, wordt over gelegd, vergezeld van een verklaring van de leerling-verplegende, dat tot het bereiken van de 22-jarige leeftijd In het laatste opleidingsziekenhuis of in een als opleidingsinrichting erkend sa natorium voor lijders aan tuberculose zal worden gewerkt of dat reeds wordt overgegaan tot de studie voor de aan tekening kraam- of kinderverpleging of diploma B." De werkgroepen in de Katholieke Volkspartij hebben aan de leden van het partijbestuur en de partijraad der K.V.P. verslag uitgebracht over hun werkzaamheden in de periode 1 Sep tember tot 15 December. Daarin wordt met betrekking tot de belastingen o.m het volgende gezegd: Alhoewel de overheid momenteel voor grote financiële moeilijkheden is ge plaatst, dient de ondernemer toch niet zodanig belast te worden, dat zijn ini tiatief wordt geremd. Enige beducht heid werd ten deze uitgesproken. Boven dien dient de inning van de belasting zodanig te geschieden, dat de liquidi teitspositie niet wordt aangetast. Met het oog op het gelijkheidsbegin sel drong men aan op zoveel mogelijk terugdringen van de indirecte belastin gen, De weeldebelasting moet beperkt blijven tot werkelijk luxe goederen. De belastingpolitiek mag de eigen dom niet uithollen. Naar de mening van enige werkgroepen is de tendenz van de huidige belastingpolitiek. dat door middel van de hoge tarieven so cialisatie in de hand wordt gewerkt. Het Eerste-Kamerlid Rip (AR) heeft de minister van Sociale Zaken en Volks gezondheid in verband met de toestand van de Nederlandse emigranten in de kolonie Ribeirao in Brazilië gevraagd of de indertijd door de minister aangestelde commissaris niet in zijn opdracht is ge slaagd? Is de minister bereid, zo vraagt het Kamerlid, mede te delen, of de com missie van advies en bijstand haar werk zaamheden reeds is begonnen, en zo ja, of deze commissie in een behoefte blijkt te voorzien? Met een korte plechtigheid is heden middag half drie in de NCRV-studio de woning, welke de Verenigde Vak bonden op bouwgebied voor het Ko ningin Wilhelminafonds voor de Kan kerbestrijding hebben gemaakt, offi cieel aangeboden. Zoals bekend, is het huis ter bewoning beschikbaar gesteld aan de heer Johan Bodegraven, die als succesvolle leider van de Haak-in-ac- tie bijna drie millioen gulden voor dit goede doel bijeen bracht. De woning staat aan de Sterrelaan te Hilversum en is inmiddels door de heer Bodegra ven. die nog steeds geen woning in Hil versum had, betrokken. Na afloop van de plechtigheid hebben de vele autori teiten een kijkje genomen in de wo ning. S0VAL' VISf: H.TT; ftlf f(U .4. N A A SM ?H :j Tm P<"V\C!-: c? ti-s i?'" - f- ööiïf Ongeveer tweehonderd Amerikanen, die zich in April van dit jaar op buiten gewone wijze hebben ingespannen om Icet bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard aan de V. S. tot een succes te maken, zullen van H. M. de Koningin als blijvende herinnering aan ho.ar bezoek een tegel ontvangen, die bij de Porceleyne Fles te Delft werden ver vaardigd. Het is een cloisonné tegel, van ongeveer 15 cm in het vierkant, gesierd met het Nederlandse wapen tegen een blauwe achtergrond. De Italiaanse gezant te Den Haag, de heer Casto Caruso, heeft tijdens een lunch de voorzitter van het Neder- landsche Roode Kruis, ir. F. C. C. baron van Tuyll van Zuylen, als dank van de Italiaanse regering voor de Nederland se hulp aan de door watersnood ge troffen Povlakte, gedecoreerd met de orde „Stella della Solidarita Itailana", de ster van de Italianse solidariteit der eerste klasse. De directeur van het Roode Kruis, de heer A. van Embden, ontving de ster der tweede klasse van deze orde, evenals ir. Th. C. J. M. Rijs- senbeek. directeur van het Veeteeltwe zen, en S. G. M. baron van Voorst tot Voorst, voormalig chef van de directie Europa bij het ministerie van Buiten landse Zaken en thans permanent ver- tegenwordiger bij de Raad van Europa. De heer J. P. van der Stoel, voorzit ter van de centrale organisatie van de veehandel, ontving de ster der derde klasse in genoemde orde. Eén van de goede dingen van de nieuwe complete vertaling van Dickens is, behalve dat de mensen hem weer eens gaan lezen, dat er weer wat oude en nieuwe meningen over hem loskomen. Hij komt weer eens in discussie en dat is een goed ding. Al te lang is er over hem gezwegen, zoals er allengs dieper over Sir Walter Scott ft 1832), Thackeray ft 1863), George Eliot ft 1880) en Gals worthy ft 1933) gezwegen wordt. De gezusters Brontë, Charlotte ft 1855), maar vooral Emily ft 1848; „Woeste Hoogten", één jaar voor haar dood verschenen), zijn sinds kort weer uit het stof der historie opgediept; terecht, zeggen wij, anno 1952, maar hoe betrekkelijk is ons oordeel en hoe veranderlijk de geldende smaak! Chesterton, die in 1906 een bewonderend boekje aan Dickens wijdde, zet ter loops alle grote roman auteurs der Victoriaanse A Eeuw op een rijtje; maar 'Aj Emily, die wij de gróótste vinden, blijft ongenoemd. Haar eenzame ster, het ge niale in haar demonische mystiek, werd nog niet on derkend. Het gebeurt niet vaak, maar toch vaker dan men zich voor kan stellen, dat een talent pas vele tiental len jaren na zijn dood de gemoederen in beweging brengt. - Om bij onze Groot-Britse voorbeelden te blijven: tot 1947 was het onbekend, dat de Schotse schaapherder James Hogg, die tijdens zijn leven, van 1770 tot 1835, enige bekendheid genoot als romantisch balladendichter, de ach teraf meest verbijsterende roman op zijn naam heeft staan, welke het tijd perk van de internationale Romantiek heeft opgeleverd! Die roman, „Confes sions of a Fanatic", was sinds zijn ver schijnen, in 1824, eenvoudig onopge merkt gebleven. Allerlei oorzaken zijn hiervoor aan te geven, maar feit blijft, dat het boek pas meer -dan een eeuw na Hogg's dood aan een herdruk en een eerste woord van waardering kon toe komen; een waardering, die toen ook ineens overweldigend was. De roman werd hier in '50 vertaald onder de titel „De versierde dwaling, zijnde de ge heime mémoires en bekentenissen van een gerechtvaardigd zondaar" (Parel snoerreeks) Populair en grool Met het gevoel „ontdekkingen" te doen, verdiepen zich heden ten dage maar weinig mensen meer in de wereld van Dickens. Verlichte geesten hebben hun hoofd geschud, toen die nieuwe vertaling op stapel werd gezet. Wie heeft er in deze tijd nu behoefte aan Dickens?! Hij was populaür en hij was groot beide kwaliteiten zal men hem niet gaarne bestrijden maar zijn psychologie is hopeloos verouderd. Hp was een nationaal Engels instituut, dat zijn eigen roem in stand hield zolang het bestond, d.w.z. zolang Dickens leefde, dat was tot 1870. Zulk een instituut ten .eigen bate was ook Shaw, maar zie eens, hoe snel zijn glorie taant, nu reeds, nu hij amper twee jaar dood is! De Engelse literatuurhistorie wordt wèl geschraagd door wonderlijke he roën! Hoeveel jaren zullen er nodig zijn vooraleer men George Bernard Shaw, G. B. S., ontdaan van al zijn anecdotes, rustig kan gaan herontdek ken? Hoeveel jaren waren of zijn nog Op verzoek van de Stichting 1853 1953 „Honderd jaar Kromstaf" heeft de leiding van de Katholieke Na tionale Bond voor Eerste Hulp Bij On gelukken besloten, volledige medewer king te verlenen bij de inzamelingsacties, die door het gehele land parochieel zul len worden gehouden. In de plaatsen waar dit werk een afdeling heeft, zullen de eventueel door de Stichting 1853 1953 gevestigde parochiële comité's ver sterking ontvangen en in de parochies waar geen comité werd opgericht, zal dit door de eventueel aanwezige afde ling E.H.B.O. geschieden. Los van deze, door de Stichting 1853 1953 georganiseerde geldinzameling, be reidt de leiding van de Katholieke Na tionale Bond E.H.B.O. een grote attrac tieve actie voor, welke een variant zal zijn op de alom bekende pleister-actie van Augustus. In plaats van een pleis ter-actie zal een steentjes-actie worden georganiseerd, waardoor het voor iedere Katholiek op Zondag 15 Maart mogelijk zal zijn het ideaal, hetgeen de leiding van de Katholieke Nationale Bond voor E.H.B.O. zich ten doel stelt, te verwe zenlijken, n.l. op figuurlijke en letterlijke wijze mede te bouwen aan de voltooiing van de medische faculteit van de R. K. Universiteit te Nijmegen via. het door de Stichting 18531953 aan te bieden hulde blijk. De Katholieke Radio Omroep en de Katholieke Radio Gids hebben vol ledige medewerking aangeboden. Het hoofd van het militaire schiftings bureau in Djakarta, de tweede luit. J. C. Prinsen, heeft met het oog op de berich ten betreffende uitwijzing van voorma lige K.N.I.L.- en K.L-militairen de vol gende verklaring uitgegeven: „Van een algehele uitwijzing van voormalige K.L.- en K.N.I.L.-leden is het militaire schif tingsbureau niets bekend. De betrokke nen behoren tot een groep van onge veer vierduizend voormalige militairen, die voor en na de souvereiniteitsover- dracht op voor Indonesië onaanvaard bare wijze zijn gedemobiliseerd. Aange zien de datum, waarop de toen uitge reikte toelatingskaarten aflopen, met rasse schreden nadert, betekent dit auto matisch het einde van een bijzonder groot aantal van de destijds door de Ne derlands-Indische regering uitgereikte toelatingskaarten. Het militaire schif tingsbureau gaat daarom normaal voort met zijn werkzaamheden, namelijk het al dan niet toekennen/uitreiken van toe latingskaarten op basis van de algemene en' militaire veiligheid", aldus de me dedeling van tweede luit. Prinsen. Op de oproep van „Door de eeuwen trouw" voer deelneming aan een Kerst pakkettenactie voor de Ambonezen zijn momenteel giro- en postwisselstortingen voor een totaal bedrag van f 12.898.60 binnengekomen. nodig vooraleer de critiek Dickens als verbeeldgr lós zal zien van de Engelse „middle class", wier belangen hij ver tegenwoordigde? Zijn populariteit bij alle kleine luiden is hem bijna onmid dellijk na zijn dood aangewreven als bewijs van zijn artistieke benepenheid Dat bewijs doet nog altijd opgeld, hoe- wel telkens weer een toegewijd lezer hem „ontdekt" als middelpunt van een wereld die uniek is. Chesterlon over Dickens In 1906 heeft Chesterton die ontdek king gedaan. Gilbert Keith Chesterten. of G. K. C. zoals men hem institutio neel wel stelt tegenover G. B. S„ ge droeg zich volgens de verhalen van zijn geboorte af als het geïncarneerd» gezonde verstand. Sinds 1936 is deze scherpzinnige Londenaar dood, maar zijn legendari sche figuur is nog altijd onsterfelirk, en, wat méér zegt, die' legendarisch® grootheid belemmert ons uitzicht niet op zijn ware grootheid; zij vormt geen beletsel hem te lezen. Deze Chesterton dan is momenteel dé man om Dickens te introduceren: Charles Dickens als Europeaan en als authentiek Engelsman, als fantast en als onverbeterlijk werkelijkheidswaar nemer, als man van het grote en als man van het kleine, in één uitdruk king: als schepper van die heel eigen wereld, die behaaglijk schuil gaat in de ergste Londense mist, die men zich denken kan. Zo'n dikke mist, als een paar weken geleden over West-Europa hing, is no dig om zich voor te stellen wat Dickens te betekenen heeft. Wanneer men op „klaarlichte" dag nergens de overkant van de straat kan zien, dan zijn voor een ogenblik Haarlem en Amsterdam, Delft en Apeldoorn, gelijkelijk de at mosfeer van old foggy London rijk. Een mist, die men kan snijden, zegt Dickens; .als een koek, zegt Ches terton. Dickens hield van de mist op een bijzonder appetijtelijke manier. In het eerste van zijn kerstverhalen, het populaire „Kerstlied ifi proza", typeer de hij het meest wezenlijke van de mist in één vergelijking, toen hij sprak over de dikke lucht alsof de „Natuur op grote schaal aan het brouwen was". Dit aanvoelen van die dikke atmosfeer als iets dat je kimt eten of drinken, iets dat niet alleen stevig, maar ook aange naam is, kan misschien bijna krank zinnig lijken, maar het is geen overdrij ving van de emotie van Dickens. Ér bestaat een doorlopend vooroordeel te gen mist en Dickens is misschien zijn enige dichter, aldus Chesterton. De mist is in zijn romans een vorm van uitwendige druk, die het leven tot be haaglijkheid comprimeert. Mist maakt de wereld klein in de zelfde zin als de gewone uitroep: „wat is de wereld toch klein", be doelt te zeggen, dat de wereld vol vrienden is. Mysterie der menselijke warmte Dickens zat in het zomerse, zonnige Italië, toen hij zijn buiselijkste en meest mistige Engelse kerstverhalen schreef. Hij miste daar de mist. Hij miste daar de goede geest van het Kerstfeest, waar van hij niet zozeer de godsdienstige in tentie waardeerde als wel het mysterie van de menselijke warmte, waarin iedereen eind December baadt. Bijna geen roman van Dickens, of tenminste één hoofdstuk er in is gewijd aan Christmas. Dit feest staat centraal :n zijn wereld, die een wereld vol vrienden is. Zelfs de felste anti-Kerstmis-karak- ters, zoals de beruch te Scrooge Mar- ley, die geen penny voor een kalkoen of een pudding over hebben, maakt hij tot vrienden. Van meet af aan rekenen wij op hun „beke ring". Zij zijn het dan ook niet die be keerd worden; wij zijn het! Geen mens, die uit de wereld van Dickens terug- stapt in onze we reld met een on vriendelijk gezicht NICO VERHOEVEN in de Prisma reeks van Het Spec trum te Utrecht ver schijnt de complete Dickens in 32 deel tjes. Momenteel is hij voor een derde uit. Zo juist ver scheen het deeltje „Kerstverhalen", verlucht met de ocirspronkelij ke prenten. In de Pris mareeks verscheen onlangs ook het boekje „Chesterton over Dickens". door ANTONIA WHITE Vertaald door J. W. HOFSTRA 89 Als Clara uit de gunst was en ze za ten met z'n drieën voor de haard in de leskamer als Charles uit bad was en en nog niet in bed. dan placht ze de slaperige Charles op haar schoot te trekken en te fluisteren: „Hij is Nan nie's jongen, Nannie's eigen kleine hondje." Ze keek dan naar Clara met een uitdrukking van triomf en medelij den op haar gezicht. Maar als de situa tie omgekeerd was, kon het spannen tussen haar. Op zekere avond toen Clara op het punt stond naar bed te gaan en zich reeds was uitgekleed en haar haren losgemaakt, hoorde ze een angstig roepen in Charles' slaapkamer. „JofferJoffer!" Het gesnik ont aardde in gillen. C'ara aarzelde. Toen herinnerde ze zich. dat Nan verkouden was en niet bij Charles sliep. Ze schoot vlug in haar kimono en holde de gang op. Toen ze het licht aandraaide, zag ze Charles met een van angst vertrokken gezicht in zijn bed zitten. Zijn ogen waren wijd opengesperd, maar ze begreep, dat hij nog vast in slaap was en last had van een nachtmerrie. Ze sloeg haar armen om hem heen en suste hem, terwijl hij maar door bleef gillen. Toen hij uit zijn boze droom ontwaakte, klampt» hij zich heftig aan haar vast en wilde haar niet laten gaan. Tenslotte kreeg ze hem zover, dat hij beloofde te pro beren te slapen op voorwaarde, dat zij bij hem bleef. Zij draaide het licht uit, zodat er geen ander licht was dan van het stervende haardvuur afstraalde en van het lampje voor het beeld van Onze Lieve Vrouw, Ze nam zijn warme handje in de hare en begon zachtjes tegen hem te praten. Hij had toch een engelbewaarder, misschien was het St. Michael zelf met ziin zwaard en zijn harnas. Ze vertelde hem oude legenden van de H. Maagd, die ze van de nonnen had gehoord. Net toen zijn ogen weer waren dichtgevallen en zijn hand uit de hare gleed, kwam Nan met een kaars binnen. Ze was ook in kimono en twee rode vlechten vielen langs haar witte gezicht, „Wat voert U hier uit. Juffrouw Batchelor? U houdt de jongen maar uit zijn slaap. Het is al over elven!" „Charles had een nachtmerrie," zei Clara haar woede inhoudend. „Hij gilde zo hard, dat ik ben gaan kijken wat er aan de hand was." „Ik geloof er geen steek van." fluis terde Nan „Je bent, hier natuurlijk naar binnen geslopen zo gauw ik mijn rug gekeerd had en hebt hem met Uw zotte verhalen de stuipen op het lijf gejaagd. U moest wijzer wezen op Uw leeftijd." „Stil toch. Nan," fluisterde Clara- „Ik heb hem weer in slaap." Maar Charles was weer wakker ge worden van hun gefluister. „Ga weg. Nan," riep hij. „Ik had een lelijke droom en heb om Joffer geroe pen. Ik heb haar geroepen en jou niet. Ik wil Joffer bij me hebben." Nan's bleke gelaat werd nog spook- achtiger. De kandelaar sidderde in haar hand en de schaduwen van de vlam trilden over haar van haat vertrokken gezicht. „Best, jongeheer Charles," zei ze met een zeer diepe stem. „Ik ga al. Ik ga weg, maar dan kom ik nooit meer terug." Charles keek zo geschrokken, dat Clara gauw zei: „Hij beseft niet wat hij zegt. Je bedoelt het niet zo, hè Charles?" „Ik meende het wel," zei hij uitda gend om zijn angst niet te laten blij ken. „Ik moet weer naar bed. En jij moet weer gaan slapen." Maar hij hield haar vast. „Blijf bij me Joffer. Stuur Nan weg, dat nare spook" „Weet wat je doet, jongeheer Charles en U ook, Juffrouw Batchelor. Ik zal een hartig woordje over U spre ken morgenochtend met mevrouw." Nan's ogen schitterden van haat. ,,'t Is misdadig zoals U zich hier inge drongen heeft. U speculeert op het goede hart van dit schaap. U moest zich doodschamen, 't is een schande. U bent niet geschikt. U heeft het recht niet Ze tierde maar door tegen Clara. Haar stem werd iedere zin luider. Charles zag verschrikt en geboeid toe. Clara beefde van het hoofd tot de voeten, maar had genoeg zelfbeheersing om haar mond te houden. Tot haar op luchting ging de deur open en trad Lady Cressett binnen. Het grijzende bruine haar loshangend en gehuld in een blauwe peignoir geleek ze een Vlaamse Madonna. Nan verstomde toen ze haar in het oog kreeg. „Wat is hier aan de hand? Is Charles niet goed...? Nan en Clara gaven geen van beiden antwoord. Ze ging op Charles toe, die alles omstandig ging uitleggen. „Ik begrijp het schat." zei ze rustig. „Ga jij maar naar je kamer. Nan en jij ook Clara. Ik blijf nog wel even bij Charles." Nan en Clara gingen alle twee door een andere deur de slaapkamer uit. Weer terug in haar kamer, was Clara te veel van streek om direct in bed te gaan of om zich verder voor de nacht gereed te maken. Als een zielig hoopje ellende zat ze in elkaar in een stoel, zich vernederd voelend, maar toch ook met iets van triomf. De gekste ge dachten raasden door haar hoofd. Het ene ogenblik stelde ze zich voor dat Nan op staande voet ontslagen zou wor den dat Lady Cressett haar zou sme ken voorgoed haar intrek op Maryhall te nemen, en het volgende ogenblik nam ze zich voor de volgende dag stil letjes te vertrekken en begon al een ontslagbrief op te stellen. Toen er zacht op haar deur geklopt werd. schrok ze schuldbewust op. Het was Lady Cressett. „Ik zag dat er nog licht bij je brandde. Mag ik even binnenkomen?" Alstublieft!" ze sprong op en l*od Lady Cressett haar stoel aan. „Nee. ik zal niet gaan zitten, Clara, je ziet er uit of je ziek bent." Ze legde haar hand onder Clara's kin hief haar hoofd op. „Je moet je niet zo van streek laten maken. Je trekt je alles veel te veel aan." „Ach," zei Clara ongelukkig. „Morgen is ze weer bijgetrokken, dat weet ik zeker. Je ziet toch wel ia^et ze alleen maar zo doet, omdat ze Z8»®ci van Charles houdt?" „O ja." „Zal je haar lelijke woorden ver geven?" (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1952 | | pagina 3