■Hi R.A.I. volgepakt met verpakking Van boterton tot vetvrij papier NATIONALE BONIFACIUS- HERDENKING IN 1954 MEMISA heeft in 1952 voor f 50.000.- uitgegeven Bouwbureau hield er vier boekhoudingen op na Gevangenenbewaking per televisie Havens voor Utrecht aan het AdamRijnkanaal De eenzame Reiziger Mijmering bij een handkar Sterfdag 1200 jaar geleden Groot baggerwerk in Australië begonnen Sinds 1945 medische opleiding voor 400 missionarissen Te hoge rekeningen ingediend In Amerika wordt gehele fabriek via electronische weg geleid Ontwikkeling der televisie De ondergang van de „R.P.S. VRIJDAG 9 JANUARI 1953 PAGINA 3 •JsP^*4' *ïi< C.A.O. kappersbedrijf Een wereld in plastic Holl. Aanneming Mij. graaft haven Geen audiëntie Twaalfjarige jongen wou wereldreis maken Thans weer veilig thuis Attlee eert Gandhi Ruwe lippen 7 py ROL Nieuwe centrale voor stadsverwarming Tien uur in een sloep op een woelige zee door ANTONIA WHITE Bij het binnentreden van de twee de verpakkingsbeurs verrast de entree, waar men natuurlijk verpakt de namen van de stand houders kan lezen. De C.A.O. voor het kappersbedrijf is ingegaan 1 Januari verbindend opge legd. De volgende bepalingen zijn hier uit de voornaamste: verplicht vakon derwijs voor leerlingen en aankomende bedienden. Een vijftigurige werkweek en beëindiging van de dagtaak uiterlijk zeven uur 's avonds. Vacantietoeslag van 1 procent van het jaarloon. Bij ziekte van mannelijk personeel wordt over de eerste veertien dagen het volle loon uitbetaald. Bij beëindiging van de dienstbetrekking behoudt het personeel aanspraak op alle nog niet genoten va- cantie en snipperdagen of uitbetaling daarvan. (Van onze speciale verslaggever) Tussen de stands van de Tweede Verpakkingsbeurs, die tot 15 Januari a.s. in het R.A.I.-gebouw in Amsterdam gehouden wordt, stond een half uur na de opening nog een oude, ruw houten handkar, volgeladen met stukken °ud pakpapier. Nijvere mannen gaarden van de vloer, uit de hoeken en onder de stands gescheurde dozen, rollen karton, repen plakband en veel meer van dergelijke zaken bijeen en stapelden die op de kar, die daar van jarenlang zwoe gen gezapig stond uit te rusten temidden van haastig en modern gedruis. Die schamele handkar stond daar als een symbool; als een beurs op zich. Want de hoog opgetaste bak was eveneens een expositie van, zij het dan waardeloos ge worden, verpakkingsmateriaal, Hij toonde de verpakking van de Verpakkings beurs. Mijmerend bij deze kar en de trieste hoop, die er op lag, schoot ons een ge dacht te binnen, die wij als een repe terende breuk zouden kunnen voort- Zetten. Want alle verpakkingsmateriaal en laten wij bij het meest luxe be ginnen gaat verpakt de fabriek uit. Die verpakking komt verpakt die fa briek in. Dit laatste is weer geëmbal- leerd een andere fabriek uit gegaan Zo zou men kunnen doorgaan tot aan be boomschors, die uiteindelijk het hout verpakt, waarvan ooit kisten worden of 21jn gemaakt. Maar tenslotte hebben al deze soorten van verpakkingsmateriaal dit met el- f gemeen: het meerendeel er van vflTiHa!°^ >n be vuilnisbak terecht. En loon deVal het zi-in weg in de kring- we?»~?r natuur wel vinden. Dit over- ren ZOu men zich kunnen afvra- Zn-a waar°m men dan zo bijzonder veel aan het verpakkingsmiddel be steedt, waarom men er hele beurzen voor moet houden daar het uiteindelijk toch bij de vuilophaler terecht komt? Wie echter die gedachte mocht krijgen, doet goed haar zo snel mogelijk van zich af te zetten, want de verpakking is zo langzamerhand een integrerend beel van het daarin gewikkelde pro duct geworden. In vele gevallen wordt zelfs de verkoopwaarde van bepaalde artikelen er door bepaald. Twintig jaar geleden vond men het normaal om met een schaaltje naar de melkboer te stappen en daarin een Pond boter te halen. Die werd dan met een houten lepel uit een wit geschuurde ton gehaald. Thans denkt niemand er meer aan boter los te kopen. Men eist ®r doodgewoon een vetvrij papiertje omheen, of liever, niet-verpakte boter vindt men alleen nog maar bij de boe ren in de kelder. Zo is het met vele, om niet te zeggen de meeste producten gegaan. In Ame rika krijgt men winterwortelen en aardappelen al in plastic zakje aange boden en zover zal het hier ook wel komen. Enerzijds is deze ontwikkeling in de hand gewerkt door de steeds strenger wordende eisen van hygiëne, die ook de gewone man stelt. Ander zijds wenst de mens zich door het ge mak te laten dienen. Daar het oog ook wat wil, zijn de fabrikanten het ver pakkingsmateriaal gaan cultiveren en zijn zij aan de aesthetische vormgeving gaan denken. Door deze omstandighe den is de verpakkingstechniek op een wetenschappelijk plan geplaatst. Bij de uitgang, ten besluite van de tentoonstelling, kan men dit alles zien in de stand van het Bureau Industrië le Ontwerpers. Deze lieden tonen aan de hand van een door hen ontworpen fles, op welke wijze men tot de meest verantwoorde vorm komt. Zij hebben getracht daarbij te voldoen aan de vele eisen die door de industrie en de consument aan het verpakkingsmiddel worden gesteld. De industrie die het middel moet aanschaffen en gebruiken, vraagt een economisch hanteerbaar product. Het mag niet te duur zijn. Daarenboven moet men het gemakke lijk kunnen hanteren. Men moet het automatisch kunnen vullen etc. De consument vraagt iets dat hij aardig vindt, waarbij hij kan zien en keuren wat hij koopt, zonder de verpakking te verbreken. Etc. etc. Een voorbeeld van dit alles geeft deze tweede Verpakkingsbeurs. Men vindt er een kuiper, die zijn oeroude beroep uitoefent en met vaardige hand duigen tot tonnen slaat. Men vindt er echter eveneens het meest moderne geheel automatische apparaat voor het inpak ken van kleine bonbons in allemaal af zonderlijke, kleurige papiertjes. Zes honderd stuks in een minuut. Er zijn kisten, die wanneer ze leeg zijn, inge klapt kunnen worden als vouwstoeltjes. Daar tegenover toont men U minimaal kleine capsules voor dure medische vloeistoffen. Het geheel is aantrekkelijk maar beslist niet met veel fantasie in gericht. Daarbij willen wij dan een uitzondering maken voor de entree, die wel grappig is. Tenslote kan men ook op deze beurs constateren dat onze we reld zo langzamerhand ingekapseld wordt in plastic. In 1954 zal het 1200 jaar geleden zijn, bat de H. Bonifacius als martelaar bij Dokkum stierf. Het ligt in de bedoeling in Juli en Augustus van dat jaar de Persoon en de arbeid van „de grote apostel van West-Europa" te gedenken. Deze herdenking zal een nationaaï karakter dragen. Nederlanders van alle gezindten zullen er aan kunnen deel nemen. Binnenkort zal daartoe een stichting in het leven worden geroepen. Er heeft zich reeds een voorlopig comité ge vormd, dat als werkcomité optreedt. Tevens is een aantal personen gevraagd zitting te nemen in een te vormen ere- comité en een groot comité. Het ligt in De Hollandse Aanneming Mij. is van- baag met een groot baggerwerk bij Cockburn Sound, in de buurt van Fre- hiantle Australië) begonnen. Dit werk, ■bat ongeveer 20 millioen gulden kost, °mvat het graven van een vrije haven, Waartoe o.m. twee zware zandbanken bienen te worden opgeruimd. Aan de haven zullen een nieuwe Australische olieraffinaderij van de Anglo-Iranian Oil Cie., en een hoogovenbedrijf wor den gebouwd. De haven moet gereed zijn, voordat de raffinaderij is vol tooid. Het werk zal ongeveer drie jaar buren. Bij de fabrieken zal een dorp Voor ongeveer 20.000 inwoners worden Sebouwd. Een van de groote Nederland se baggermachines is thans reeds aan het werk. Zodra ander materieel aan komt, zal dit ook in bedrijf worden ge steld. Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem *al Dinsdag 13 Januari a.s. geen audiën tie verlenen. de bedoeling een drama op te voeren, een tentoonstelling te organiseren en een herdenkingssamenkomst te hou den. Voor de compositie van het dra ma zijn een dichter en een componist bereid gevonden. De 26ste Januari 1953 zal te Leeu warden een symposium worden gehou den. Op deze bijeenkomst zijn de heren prof. dr. J. N. Bakhuizen van den Brink, prof. dr. D. Nauta, fr. dr. H. Moonen en de heer J. Piebenga voornemens een korte causerie te houden, speciaal ter voorlichting van het comité en de sa menstellers van het drama. Voor een militair Hof in Bordeaux zullen Maandag a.s. 21 personen terecht staan, die van medeplichtigheid aan het bloed bad van Oradour sur Glane verdacht worden. Op 10 Juni 1944 werd het dorp door een terugtrekkende Duitse colonne in brand gestoken. 642 inwoners, o.w. 246 kinderen, werden vermoord. De ruïnes van het dorp zullen onveranderd van dit drama blijven getu'igen. Een nieuw Oradour is enkele kilometers van het oude dorp gebouwd. De oude kuiperij heeft een plaats behouden in deze wereld van mo derne techniek, van plastic en pa pierdun aluminium. „Ongeveer f 50.000, de opbrengst van een collecte aan de kerkdeuren en resul taat van vele milde giften in 1952, heeft de Memisa in het afgelopen jaar kun nen besteden aan de verzending van tientallen kisten geneesmiddelen naar Nederlandse missionarissen in Afrika, India, Indonesië en Nieuw Guinea; aan instrumenten, waarmede o.a. dr. Tiny Imkamp zo juist naar Nyassaland is ver trokken, aan gratis opleiding van onge veer zestig missionarissen en lekenhelp- sters deze zomer. Het gaat met rasse schreden vooruit, maar we hebben nog een enorm arbeidsveld voor ons". Dit verklaarde ons dr. J. A. G. ten Berg, lid van het hoofdbestuur van het Nederlands Medisch Missie-Comité, aan de voor avond van de grote jaarlijkse inzameling die 18 Januari plaatsvindt. „De beslissing van onze Kardinaal, De merkwaardige mentaliteit, die som mige lieden bezielde in de verwarde pe riode vlak na de oorlog, komt sporadisch nog voor de groene tafel aan het licht, als een zaak behandeld wordt die haar wortel heeft in het tijdsbestek dat met de financiën losser werd omgesprongen dan thans weer het geval is. Een voorbeeld hiervan waren de za ken die Donderdagmiddag voor de Haag se rechtbank dienden tegen een accoun tant en een rijksambtenaar. De eerste, de 56-jarige Hagenaar J. S. was in de eerste jaren na de bevrijding lid van het bouw- en exploitatiebureau „De Wederopbouw", aat een aantal werken voor Militair Gezag en de Marine uit voerde en zich voornamelijk belast zag met het bouwen van tehuizen voor kin deren van gevangen genomen N.S.B.- ers. S-, die accountant is, zag in deze woelige periode voordelen in het bouw bedrijf. Met twee anderen, deskundiger in het bouwen dan hijzelf, exploiteerde hij „De Wederopbouw" en het contact met de (Van onze correspondent) Een 12-jarige knaap uit Rotterdam, blijkbaar een zeer ondernemend jong mens, besloot Woensdag na een ruzie met zijn ouders een wereldreis te gaan ma ken. Te voet vertrok hij in de richting Den Haag en Woensdagavond kwam hij in Leiden aan, waar het gemis aan geld, eten en onderdak hem toch wel een beetje begon te benauwen, zodat hij op het politiebureau om asyl vroeg. De Leidse politie belde onmiddellijk Rot terdam op om de ouders gerust te stel len en gistermorgen werd de avonturier lijke knaap per trein weer naar zijn woonplaats gebracht. overheid vormde voor hem een kennis uit de illegaliteit, de 53-jarige bouw kundig opzichter der genie J. Th. van V. te Leiden. Deze laatste droeg hem bij het Rijk voor als er bouwwerken aan de orde waren en controleerde en fiatteerde tevens de rekeningen die „De Wederopbouw" bij het Rijk indiende. Daarbij gaf hij dan vaak adviezen hoe de rekeningen OP te stellen, wilden zij voldoen aan de gestelde eisen en wil de men er toch de ongeoorloofde hoge Ionen in verdisconteren. De officier leg de Van V. ten laste, dat hij van S. steek penningen had aangenomen tot een be drag van f 3900. S. hield er in zijn bedrijf een merk waardige vierdubbele boekhouding op na. Een was er voor zijn privé gebruik, een tweede was er voor zijn beide com pagnons, een derde voor de belastingen en een vierde voor een eventueel onder zoek door het Militair Gezag. In totaal had verd. S. f 36.000 te veel aan kosten gedeclareerd. Ongeveer f 16.000 daarvan was door een rijks accountant teruggevonden in de vorm van te hoog uitbetaalde lonen, te veel werkuren, en giften, doch f 20.000 was spoorloos. Het aantal werkuren voerde hij o.m. op door eenzelfde arbeider op papier aan twee objecten tegelijk te laten wer ken, zodat een man zo b.v.' voor 106 uur per week geboekt kon zijn. De ene re kening ging dan b.v. naar Marine en de andere naar M. G. De officier eiste tegen S. een gevan genisstraf van een jaar. Tegen Van V. vorderde hij een ge vangenisstraf van zes maanden. Uitspraak 22 Januari. dat de Memisa niet met de Simavi in één verband zal samenwerken, maar zelfstandig de medische steun aan de Katholieke missieziekenhuizen overal ter wereld zal verzorgen, legt ons zware verplichtingen op. Wij zullen echter- alle krachten inspannen cm onze taak te volbrengen. De bisschoppen hebben niet alleen hun zegen gegeven aan ons werk, zij hebben het ook aanbevolen. Als nu de afzonderlijke parochies maar meewerken, dan slagen we zeker". Over het werk, dat de Memisa van 1925 tot aan de oorlog op beperkte schaal, nadien op steeds ruimere schaal, heeft verricht zeide dr. ten Berg: „Wij voorzien op dit ogenblik 450 missieposten van geneesmiddelen en 80 ziekenhuis van medicamenten en vaak ook van instrumenten. Doch niet alleen dat: De Medische Missiezusters worden door ons geholpen, de Academische Le ken Missie-Actie (ALMA) schenken wij jaarlijks een groot bedrag om de pro paganda voor persoonlijke deelneming in het missiewerk te stimuleren. Wij steunen individuele uittrekkende leken- missie-artsen als de reeds genoemde dr. Imkamp (Nyassaland), dr. Niemers (Flo- res), dr. Schroder (Mwanza), de kortge leden vertrokken dr. Maas (Morogoro) en ook de Medische missiezuster dr. Speetjens, die nog volop met haar voor bereidingen bezig is. Daarnaast hebben wij onze prachtige dienst om zieke mis sionarissen niet alleen snel naar huis te halen, maar hun ook een afdoende des kundige behandeling te geven. Die be handeling is niet geheel gratis. Memisa springt bij en wel heel in het bijzonder, wanneer het gaat om langdurige ver pleging. Dan dient de aandacht gevestigd te worden op de keuring van missio narissen, welke in 1948 reeds tot 339 was gestegen. Geen wonder, dat de samen werking tussen de missionerende orden en congregaties en Memisa zo intens en hartelijk kan worden genoemd". Dr. C. A. Minderop, de vice-voorzitter der Memisa, verzekerde c,ns, dat in dit verband speciaal het werk van de medi sche opleiding der uittrekkende mis sionarissen nauwelijks hoog genoeg kan v/orden aangeslagen. In toenemende mate komen missionarissen, die voor het eerst uittrekken, maar ook getrainde en deskundige, die voor de tweede of derde maal gaan, hun opleiding van zes weken in Rotterdam ontvangen. „In deze na oorlogse jaren moeten het er al onge veer 400 zijn geweest, die wij, dank zij de zeer speciale medewerking van het Rode Kruis, gewapend met een diploma naar de missies hebben laten gaan. Er is nog een andere taak, welke de Memisa met voortdurende ijver vervult. De reeds uitgezonden missionarissen heb ben op hun posten vaak moeilijke vraag stukken te verwerken, wanneer het nu medische vragen betreft, wenden zij zich om advies tot Memisa, die hen voor licht over bestrijding van tropische ziek ten, het oprichten en in stand houden van ziekenhuizen, dispensaires. polikli nieken en soortgelijke inrichtingen. Memisa vormt het medisch-wetenschap- pelijke thuisfront". De Britse oud-pre mier Clement Attlee heeft op doorreis naar Rangoon, waar hij de 'Aziatische so cialistische confe rentie zou bijwo nen, enkele dagen doorgebracht in New Delhi, de hoofdstad van In dia. Nehru kwam hem op het vlieg veld begroeten en een grote menigte juichte Attlee, de man, die India de vrijheid schonk, toe. De eerste daad van Attlee was een be zoek aan de plaats waar Gandhi is ge cremeerd. Voor het betreden van de plaats ontdeed Att lee zich, zoals de gewoonte is, van zijn schoeisel. De Europese vertegenwoordiger van de Television Electronics Fund Inc. de heer Carel van Heukelom heeft tijdens zjjn bezoek aan Nederland, waar hij o.a. met Nederlandse deskundigen op beleggingsgebicd besprekingen zal voeren over de meest recente ontwik kelingen van de electronische indus trie in de V.S., enkele mededelingen gedaan over de vlucht die deze tien jaar oude industrie, waarvan de tele visie een belangrijk onderdeel vormt, heeft genomen. Momenteel zijn in de V.S. 122 televisiezendstations in ge bruik, terwijl ruim 19 millioen tele visieontvangstapparaten in de Ameri kaanse woningen zijn opgesteld. Alhoewel de electronische industrie nog slechts geacht mag worden in haar kinderschoenen te staan, hebben deze schoenen niettemin reeds een aanzien lijke maat gekregen, gezien althans het feit, dat de jaarproductie van deze be drijfstak momenteel reeds ca. 5 milliard bedraagt. Naast televisie voor de huis kamer is een van de belangrijkste ont wikkelingen de toepassing van televisie voor zuiver industriële en wetenschap pelijke doeleinden. Zo worden door enkele electriciteits- en gasfabrieken in Amerika televisiecamera's gebruikt om permanent het oog te houden op de rookkolommen die uit de fabrieks schoorstenen opstijgen. Eén man voor het contrólescherm kan dan onmiddellijk zien of er een te sterke rookontwikke ling plaats vindt en er de oorzaken van nagaan. Op tal van Amerikaanse univer- Advertentie De geleidelijk stijgende vraag naar aansluiting op het stadsverwarmingsnet van de Pegus te Utrecht heeft de bouw van een nieuwe ketel met turbine in de Nic. Beetsstraat nodig gemaakt. Donder dagochtend heeft wethouder H. Ploeg door het overhalen van een tweetal handles de nieuwe hogedrukinstallatie in werking gesteld. De nieuwe appara tuur bevat een ketel voor 55 ton stoom per uur, welke geschikt is voor een no minale stoomdruk van 100 atmosfeer en een stoomtemperatuur van 510 graden. De ketel werkt samen met een nieuwe turbine. Redevoeringen zijn bij deze gelegen heid niet gehouden, maar wel heeft de wethouder van Openbare Werken een belangrijk mededeling gedaan inzake de aanleg van havenwerken aan het Am sterdamRijnkanaal. De heer Ploeg deelde namelijk mede van de minister van Verkeer en Waterstaat een schrij ven te hebben ontvangen waarin de minister zich in beginsel accoord ver klaart met het oorspronkelijke plan van de gemeente Utrecht tot het maken van twee havenmondingen aan de Westzijde van het AmsterdamRijnkanaal. Dit betekent dat nu onverwijld kan worden overgegaan tot het in exploitatie bren gen van het industrieterrein aan de Lage Weide en tot de bouw van een nieuwe centrale van de Pegus, welke een gedeelte van midden-Nederland van electrische stroom zal gaan voorzien. Het is de bedoeling dat de eerste tranche daarvan in 1956 gereed komt. De kosten bedragen 60 millioen gulden. De kosten van het gehele plan zijn geschat op 160 millioen gulden. siteiten is kleurentelevisie standaard uitrusting der medische faculteit. Tele visiecamera's brengen détails van ope raties voor het oog van tientallen medi sche studenten. Een ander gebruik van televisiecame ra's wordt gemaakt in de atoomindustrie, waardoor technici in staat zijn van veilige afstand reacties en chemische ontwikkelingen gade te slaan. De heer Van Heukelom vertelde, dat in een beruchte Amerikaanse ge vangenis op tal van strategische pun ten televisiecamera's zijn geplaatst, zodat de cipiers via het televisie scherm een oogje kunnen houden op de opgesloten zware jongens. Wellicht iets ter navolging in Breda, zo merkte hij op. De mogelijkheid voor drie dimensionale televisie is in Amerika reeds bewezen en wordt momenteel tot ontwikkeling gebracht. Overigens beperkt de electronische industrie zich allerminst tot de televisie. De aanwendingsmogelijkheden van de electrotechniek worden immers ook in de Nederlandse industrie reeds op velerlei gebied toegepast. Der traditie getrouw gaat men in de V.S. echter onmiddellijk tot de uiterste grens en zo bevindt zich in dit land sedert enige tijd een fabriek die haar productie geheel via electronische weg uitvoert. De heer Van Heukelom meende, dat de electronische industrie in de V.S. zich binnen 10 jaar zou verdubbelen, terwijl die in andere landen zich ongetwijfeld verhoudingsgewijs overeenkomstig zou ontwikkelen. De kapitein van de gezonken Neder landse kustvaarder „R.P.S.", die met zijn bemanning Donderdag in Loriënt aan wal is gebracht door de Franse treiler „Brittia", heeft een verklaring van de ondergang van zijn schip gegeven. De „R.P.S." was op ongeveer zestig mijl ten Zuidoosten van Ouessant toen de lading erts door de sterker wordende deining naar bakboord ging schuiven. Het schip begon zwaar over te hellen. De toestand werd ernstig. De heer Van der Mey heeft de sloep van de „R.P.S.'' bui ten boord laten zetten en alle mannen namen er in plaats. Toen het duidelijk werd dat de „R.P.S." zou zinken, verliet ook de kapitein met de stuurman het schip, dat twee uur later (Woensdag middag) in de golven verdween. De sloep dreef daarna gedurende tien uur op de stroom voort in dikke mist en op een woelige zee. Tegen midder nacht zagen de Nederlanders een scha duw. Zij begonnen te schreeuwen en wisten de aandacht te trekken. Zodoende werden de schipbreukelingen gered door de „Brittia". Uitgeput door koude en vermoeidheid werden zij aan boord ge nomen van het Franse schip, waar zij warme drank en droge kleding ontvin gen. De bemanning is ter observatie naar Vertaald door J. W. HOFSTBA J 103 „En, lieve, weet je nu goed hoe het er hier uitziet? Ik had je nu niet bij voorkeur deze plaats willen laten zien, maar wat kon ik anders doen, toen ik je daar bijna als een verloren ziel voor mijn deur zag dwalen?" Ze was kalm nu, het leek wel of de •^zwaarte van haar hart haar in even- 'wicht hield. Hij keek haar vragend aan. Zij keek terug, zijn droeve ogen, zijn onverzorgde uiterlijk, heel dat air van losgeslagen zijn, in zich opnemend: zij trachtte uit te vinden wat er in zijn blik te lezen viel; onzekerheid, triomf en woede, dacht ze. Ze keken elkaar lange tijd aan tot ze haar stekende oogleden neersloeg. Ze had genoeg gezien: ze wist nu waar ze aan toe was. Alle ver moedens die ze gehad had sinds haar terugkeer van Paget's Fold nu vier maanden geleden, waren volkomen be vestigd. Er was geen vernedering, geen ellende die ze niet zou willen dragen als ze maar bij Reynaud Callaghan mocht zijn. Ze zei op rustige, verstandige toon, als legde ze een verklaring af: ,.Ik had er geen idee van dat ik hier terecht zou komen. Ik liep maar te lo pen zonder te weten waarheen. Ik wist niet dat ik bij jou in de straat liep voor dat ik het naambordje zag. Toen wilde ik omkeren, maar het was al te laat" „Waarom liep je eigenlijk op straat met dit weer en zo vroeg al? Jij bent er helemaal de vrouw niet naar om voor je pleizier te gaan wandelen met zo'n oostenwind?" „Ik kon het in huis niet uithouden. Er was nogal iets vervelends gebeurd". Terwijl ze sprak had ze het gevoel dat ze loog. De scène met Claude was in zo'n onwerkelijk licht komen te staan en leek nu zo onbelangrijk, dat ze zich de bijzonderheden er van niet. meer voor de geest kon halen. Ze hield verward de ogen neergeslagen en zag de brief die ze in zo'n opwelling van tederheid aan Clara had geschreven uit haar tasje steken. Het drong tot haar door, dat ze Clara's ellende volkomen vergeten was. Niets kwam er meer op aan dan het feit, dat ze hier alleen in de kamer met Callaghan was. Hij vroeg: „Bedoel je ruzie? Tussen jou en Clau de?" „Hij verloor volkomen zijn zelfbeheer sing Hij was wreed en onrechtvaardig „Waarom was hij dan zo wreed. „Door een brief. Hij Callaghan viel haar scherp m de rede. „Had die brief iets met ons te ma ken" Neen." '.Goddank Ik was bang. dat...." „Je hoeft nergens bang voor te zijn zei ze, nu ook scherp. „Weet je dat Claude en ik zo nu en dan wel eens praten?" „Ja. Hij heeft het vaak over je. Hij heeft grote bewondering voor je". „Dan is hij nog een grotere sufferd dan ik dacht. Ik schepte er een per vers genoegen in om kennis met hem te maken. Ik mag hem wel. Hij is lang zo'n dooie kerel niet als ik dacht. Hij is een fatsoenlijke vent, die graag iets voor een ander over heeft". Isabel zei bitter: „Daar heb ik vanochtend anders mets van gemerkt". „Dat kan je ook niet van een man verwachten als hij woedend is op een vrouw". „Ook niet wanneer die vrouw zijn eigen dochter is?" Dan helemaal met. Een dochter is nog erger dan je vrouw. Dan kun je je woede niet afreageren door haar te liefkozen." ,Wat cru ben je O neem me niet kwalijk. Ik dacht er' zo gauw niet aan dat je een roman tische opvatting van de mensen hebt". Gekwetst zweeg ze. Ik schijn er een genoegen in te scheppen je te kwetsen, hè, Isabel?" Haar stem klonk diep in haar keel toen ze zei: „Dat doet er niet toe Hij trok zuchtend een rimpel in zijn voorhoofd. „Ik weet niet wat er met mijn kop aan de hand is vanmorgen. Ik kan mijn gedachten niet bij elkaar houden. Wat zei je van een dochter? Ik wist niet dat je er een had. „Ik heb het je toch verteld. Die be wuste dag." „Dat kan wel zijn. Zulke dingen ont houd ik niet." Hij staarde in het lege glas en wierp het over de vloer, „Het spijt me, lieve. Zonder borrel ben ik niet in staat mijn gedachten ergens bij te bepalen, zelfs niet bij jou. En de kroegen zijn nog niet open." Hij stak een sigaret aan en begon met haastige zenuwachtige trekken te ro ken. „Dan moest ik maar gaan," zei Isabel, aarzelend naar haar tas en mof grij pend- Haar lippen waren gaan trillen. Hij gooide zijn sigaret weg en stond °P. „Nee, nee. Ik ben een schoft, maar ga zo niet weg. En begin weer niet te huilen, dat kan ik niet hebban." Hij kwam op haar toe. „Praten, praten, pratendat is alles wat wre ooit ge daan hebben. Wat hebben we daar aan?" Ze zei: „Nee..... blijf waar je bent." Ze sprak zo geagiteerd dat hij weer op het bed neerviel en haar met iets van zijn oude glimlach aanzag. Hij raapte zijn sigaret weer op- Hij had hem niet goed aangestoken zodat hij maar aan één kant brandde en de as op de kraag van zijn jas viel. „Ik begin me af te vragen, lief, of je niet ergens een drup pel Iers bloed in je hebt. Je valt een man op straat om zijn hals. maar tus sen vier muren mag hij niet b j je in de buurt komen. Ik zou bijna gaan ge loven dat het de eerste keer is dat je bij een man op zijn kamer bent." „Ja- „Ik geloof je. hoewel ik er anders over dacht toen ik je de eerste maal zag. Wat voor een vrouw ben je eigen- liik?" „Hoe zou ik dat kunnen weten? Een slechte, denk ik." Ze moest glimlachen. Hij wendde zijn hoofd om, zodat ze zijn profiel weer net zo zag als op dat bewuste moment in de Hollandse tuin. De herinnering was zo levendig, dat ze als het ware de zon weer in haar nek voelde branden en weer de druppels uit het tinnen reservoir hoorde lekken. Zij zagen elkaar opnieuw aan en Isa bel had het zonderlinge gevoel of ze al jaren bij elkaar waren. Toen ze weer sprak, hadden haar nuchtere woorden die van een bezorgde echtgenote kun nen zijn (Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 3