Grote stroom adviezen voor het Rampenfonds ÏVOBOL Kromdorp op stelten NOG 1 DAG, DAN...H Piet Hein TERUG UIT KOREA West-Indisch bedrijf der K.L.M. groeiend £>e nieuwe apostolisch VICARIS IN DJACARTA Brandweer spuit bunkers weg ff Bij alle activiteit niet één keer aangevallen Welvaartsplannen die millioenen kunnen opbrengen Ook kaf onder het koren Géén watersnood medaille Dodelijk autobus ongeval berecht benoeming van mgr. Djajasopoetra van groot belang voor Indonesië Jan Steen als fabrieksdirecteur Treinen vernield op de Oostkust ij hantage C23 WOENSDAG 4 MAART 1953 PAGINA bÜ De cent van het „Drees-mannet j e" Het neusje van En iniet duurder Te veten hebben sich onderscheiden - 3 maanden voorwaardelijk geëist tegen chauffeur Zie advertentie morgenavond in dit blad! Tien jaar vliegen zonder ongelukken Verdere liberalisatie van W.-Duitse invoer eroep op ambtenaren Nationaal Kampen fonds te steunen Zeepost naar Oost en West jaar otorrij AMSTERDAM ssss mfietsen wielen- *>r° door J. S. Fletcher Katholieke Illustratie Eerste komkommers in Huissen - (Van onze Haagse redactie) din ket bureau van het Nationaal Rampenfonds komen, naast de vele geldzen- aud!en' °ok talloze aanbiedingen binnen van goedwiilenden die op de een. of fct wijze hulp willen bieden bij de leniging van de nood onder de slachtof- erschiilende ideeën worden aan de hand gedaan; van een aantal kan het diuet*)en'0n<'s 'ndcrdaad gebruik maken. Maar minstens een even. grootaantal 'ijk -naar r'jk der fabelen worden verwezen, omdat realisering niet moge- to» tf' omdat uitvoering van de plannen het Rampenfonds op een terrein 'onds r*'.1üeI1 dat kennelijk niet het zijne is. Maar de mensen van het Rampen- 'een alIe 'deeën op hun waarde moeten toetsen, begrijpen dat er vaak al- SfQy maar aan gedacht wordt hulp te bieden en dat de raadgevers vaak de con- *an 'es van hun adviezen niet begrijpen. Consequenties, die het realiseren advie»e P? onmogelijk maken. Maar daarom krijgen allen die het Rampenfonds de sturen een sympathiek briefje terug waarin dank wordt gebracht voor moeite die men zich heeft getroost 'ten bate van het fonds. Niet alleen de onuitvoerbare adviezen orden terzijde gelegd; ook „tips" van ^mmige bedrijven en fabrieken, die er öleer op uit zijn reclame voor hun eigen ®r°duct te maken dan het Rampenfonds e steunen, worden niet in behandeling gnomen. Zo b.v. van een fabriek, die eclameboekjes wilde uitgeven, waarvan 6n gedeelte van de opbrengst ten goede an het fonds zou komen. Natuurlijk «Ottien ken lev. er ook aanbiedingen van fabrie- en dergelijke welke wel degelijk ensvatbaarheid bezitten en die wor- etl natuurlijk gaarne geaccepteerd. De °eilijkheden bij het bepalen van het °°r het Rampenfonds bestemde winst- Eedeeite, waarvoor het fonds uiteraard k°S wat huiverig was, zijn nu dichter ecn oplossing gekomen door het sym- van de Nederlandse fathieke gebaar 0rde - van accountants, die de daarvoor ehodigde controle belangeloos wil uit benen. Geheimzinnige brieven komen er mgio bij het fonds binnen. Briefschrij vers die schermen met .grootse plan den die een ontzaglijke inkomstenbron »°or het Rampenfonds beloven, en ran' liefst nog bronnen, die voorlopig ??g niet op zullen drogen" worden er mj tientallen geteld. Al deze myste- Ueuze schrijvers willen hun wel vaartsplannen etc. mondeling komen melichten, maar het fonds nodigt hen desondanks toch vriendelijk uit schrif- ï®'Ük hun grootse ideeën bekend te maken. In dit verband is ook vermel denswaard het idee van iemand, die een in de Middeleeuwen gezonken Schip, de Ranate Leonhardt, met een Soudlading aan boord ter waarde van '2 millioen gulden, wil lichten. Kosten Rechts zegge één millioen gulden. Ook °P dit aanbod is het Rampenfonds niet mgegaan. inno-l' °P .he' briefje van twee school- ?-S 11utrecht, die keurige blok- .V erMe® schreven met de mededeling, at zij het geld, dat zij hadden opge baard voor een schoolreisje, aan de [•"•ester ter hand hadden gesteld voor a Rampenfonds. Misschien dat dit voor radio bekend gemaakt kon worden, ^Pdat er nog meer kinderen dit voor- ®eld zouden kunnen navolgen. De jon- VanS kregen een schitterende dankbrief h het Rampenfonds terug! dier'a doen noS een greep uit de mand ee °e adviezen: een oudere dame had bra 00m gehad, die zij in beeld ge- *ouh wens'e te zien, de tekeningen w an dan verkocht kunnen worden lve- ate van het Rampenfonds; een ont- seJPer van slagzinnen wilde een 16 slogans maken om de mensen aan te sporen geld op de girorekening van het fonds te storten, twee-derde van de opbrengst zou dan voor het fonds mogen zijn; een ander stelde voor, dat alle houders van een girorekening het be drag dat zij voor de opening van hun rekening hadden moeten betalen, vijf gulden, plus de rente hiervan ter be schikking zouden stellen, dit zou volgens de briefschrijver enige millioenen kun nen opbrengen, zonder dat iemand hier van nadeel ondervond; een bejaarde, die zichzelf betitelde als „een Drees-man- netje", wilde een jaar lang een toeslag van een cent per halve liter op de melk zien aangebracht. Al deze adviezen beschouwt het Ram penfonds als voortspruitend uit de idee om te willen helpen. Daarom wordt iedere tip serieus behandeld, maar het is nu eenmaal helaas zo, dat niet 511e raadgevingen in de praktijk uit te voe ren zijn. Bepaalde acties b.v. in het bui- Advertentie de zalm dan andere. tenland wijst het Rampenfonds onher roepelijk af, omdat het per se geen bedelpartijen over de grens wil organi seren. In een voorstel om in het buiten land geld los te krijgen, werd zelfs het idee aan de fiand gedaan geestelijken bedelacties op touw te laten zetten. Goed bedoeld uiteraard, maar toch geen voor stel, waarop het fonds wilde of zelfs maar kon ingaan. Maar realiseerbaar of niet, uit alles blijkt, dat heel ons land meeleeft met de getroffenen van de watersnood. Het hoge bedrag dat reeds in de kas van het Rampenfonds is gevloeid, bewijst dit wel overduidelijk. Officieel wordt medegedeeld, dat de regering overwogen heeft of het aanbe veling verdient een watersnoodme daille in te stellen, uit te reiken aan hen, die zich bij de watersnood 1953 op bijzondere wijze hebben onderscheiden. Zij heeft echter besloten niet tot de instelling van een dergelijke medaille over te gaan. Dit besluit doet niets te kort aan de grote waardering, welke de re gering heeft voor het werk van allen, die bij de ramp op enigerlei wijze hulp hebben verleend. Haar voornaamste motief is zelfs, dat het aantal van hen, die hulp heb ben verleend, en de wijze waarop ieder van hen zich ten volle heeft gegeven, het practisch onmogelijk maken tot een verantwoorde onderscheiding te komen. Vele bewoners van het getroffen ge bied hebben niet minder dan degenen, die van elders te hulp snelden, bewij zen van grote persoonlijke moed en menslievendheid gegeven. Zij allen verdienen de dank van het Nederland se volk. 9. Nadat veldwachter Stockedief ook bij de andere koorleden thuis paniek en chaos had gezaaid en nochtans de partituur niet had gevonden, ging hij vastberaden naar het Hoofdkwartier van de verken ners. Iemand had hem ingefluisterd, dat de padvin ders daags te voren oud-papier voor een goed doel hadden verzameld. En dat wist Stockedief nu wel: een partituur had iets met papier te maken. In het Hoofdkwartier, een uithoek van het parochiehuis, romantisch versierd met ongeschaafd rondhout, wa ren de jongelui zich net onder leiding van een kwieke hopman aan het bekwamen in het spoorzoe ken. toen de veldwachter binnentrad. Deswege struikelde hij bijna over een net verkeWnertje, dat zich onledig hield met het aanbrengen van krijt- streepjes op de vloer. „Hei daar", riep Stockedief, „wat doe je daar?" „Ik doe mijn best", antwoordde het kereltje kranig, en het sprong vlot in de hou ding. „Zeer verdacht, zeer verdacht", mompelde de veldwachter en hij wendde zich tot de hopman, die juist bezig was met het ontwarren van een erg moeilijke knoop. „Wat is dat voor een touw?" vroeg Stockedief, de overrompelingstactiek volgend. „Dat is een henneptouw", antwoordde de hopman. „Juist", zei de veldwachter tevreden: „En waar is de paar- detuur?" De hopman, die toch wel wat gewend was, keek hem met open mond aan en stotterde: „Hoe zegt u?" „De paardetuur", zeg 'ik, „hou je maar niet van de domme, jonge vriend". Maar ook de huis zoeking in het hoofdkwartier van de verkenners leverde niets op. Behalve dan dit, dat de jongelui erg nieuwsgierig waren geworden; erg nieuwsgie rig.... Drie maanden voorw. gevangenisstraf met een proeftijd van drie jaar eiste de officier van Justitie Dinsdag tegen de 29-jarige NBM-buschauffeur O. B. uit Zeist, die zich voor de Utrechtse recht bank moest verantwoorderi wegens een dodelijk ongeval, mede door zijn schuld veroorzaakt. Het betrof hier een onge val, dat zich in de ochtend van 15 De cember van het vorig jaar aan de halte Kloosterpark te De Bilt afspeelde, waar een 74-jarige dame, mevrouw Couvee, uit Zeist, bij het uitstappen uit de auto bus onder dit voertuig geraakte en kort na het incident aan de bekomen ver wondingen overleed. De chauffeur was ten laste gelegd, dat hij de deuren van de autobus had ge sloten en de wagen in beweging had gebracht, terwijl de uitstappende dame zich nog niet op het trottoir van de halte bevond. Advertentie (Van onze speciale verslaggever) Onder grote belangstelling is hedenmorgen Hare Majesteits torpedohootjager „Piet Hein" uit de Koreaanse wateren, waar de „Johan Maurits" haar heeft af gelost, in de haven van Nieuwediep teruggekeerd. Dinsdagavond was het schip bij dichte mist in het Marsdiep voor anker gegaan. Na het ongelukkige vertrek in Januari van het vorige jaar, waarhij de kwartiermeester Van der Horst over boord is geslagen en het schip met stormschade terugkeren moest, zijn de ver dere reis en het verblijf op het oorlogstoneel voorspoedig verlopen. Het schip heeft zijn operationele taak volbracht zonder zelfs maar één keer door de vij and onder vuur te zqn genomen. 8 I Bij de zware storm in de nacht van 1 Februari zijn vele Duitse bunkers langs de kust door het wegslaan van de duinen in een gevaarlijke positie bloot komen te liggen en leveren een groot ge vaar op voor instorting. Door de vrijwillige 'brandweer te Castxicum wordt nu het zand onder de bun kers weggespoten, waardoor zij op het strand tuimelen en verder opgeruimd kunnen worden. „Het gaat niet onbevredigend. We kun nen de concurrentie aan. De stijgende lijn, die anderhalf jaar geleden, toen ik in West-Indië kwam, al te bespeuren was heeft zich voortgezet en al zijn we nog niet geheel uit het verlies het is in elk geval reeds minder dan we had den verwacht". Aldus deelde de heer M. Koster, directeur van het West- Indische bedrijf der K.L.M., ons mede in een onderhoud, dat we dezer dagen met hem hadden. Deze „Service" slaat nog altijd geen slecht figuur en de regelmaat van de diensten mag er ook zijn. Wij vliegen op het ogenblik met tien Douglas DC 4 en DC 3 toestellen. De vernieuwing van de vloot zal, dit jaar haar beslag krijgen. Op 10 Maart a.s. wordt de publicatie verwacht van de nieuwe West-Duitse liberalisatielijst, waarhij de liberalisatie van de Duitse invoer uit de landen van de Organisatie voor Europese Econo mische Samenwerking zal worden uit gebreid van 80,9 tot 84,4 procent. In 1952 heeft het West-Indische bedrijf der K.L.M. voor het tiende jaar in suc cessie zonder enig ongeluk zijn diensten kunnen vliegen. De groei van het West-Indische bedrijf der K.L.M. blijkt uit de volgende cijfers: in 1939 was de lengte van het luchtnet 4181 km. in 1945: 11.578 km en in 1952: 14.000 km, Het aantal vlieguren was in 1939: 3398, in 1945; 10.431 en in 1952: 17.277. In 1939 werden vervoerd 14.578 passagiers, in 1945: 39.648 en in 1952: 116.264. Aan vracht en extra bagage werd in 1939 vervoerd 117.356 kg, in 1945: 403.101 kg en in 1952: 2.986.000 kg. Aan past in 1939; 10.623 kg. in 1945: 32.512 kg en in 1952: 157.000 kg. De directie van de N.V. Kon. Ned. Gist- en Spiritusfabriek te Delft heeft, ter gelegenheid van de jaarwisseling, haar buitenlandse relaties een kalen der met reproducties van schilderijen van Jan Steen, Nicolaas Maes en Adriaen van Ostade gezonden. Per luchtpost ontving de directie dezer da gen een brief uit het buitenland, welke als volgt was geadresseerd: „Messrs. Jan Steen, Nicolaes Maes, Adr. van Ostade, Koninklijke Nederlandsche Gist- en Spiritusfabriek N.V. Delft, Holland. Wij zijn Dinsdagavond op de rede van Nieuwediep aan boord van het schip geweest, waar wij werden ontvangen door de commandant, kapitein luitenant ter zee A. H. W. von Freijtag Drabbe, en de luitenant ter zee eerste klasse jhr. H. A. van Ellemeet de Jonge, beiden bruingebrand van de tropendienst. Zij vertelden ons. dat de stemming aan boord, ondanks het tragische begin van de reis, uitstekend was geweest. Een maal in de Koreaanse wateren groeide ook de teamgeest, die tot het laatst toe voortreffelijk is gebleven. Beide malen, dat het schip Hongkong heeft aange daan, waar men van de zijde der Neder landse kolonie veel hartelijkheid mocht ondervinden, heeft de bemanning als blijk van erkentelijkheid met veel suc ces een revue opgevoerd. 3000 granaten In de Koreaanse wateren heeft de „Piet Hein" zowel aan de Westkust geopereerd, in Engels verband, als aan de Oostkust onder Amerikaans bevel. De taak van het schip was zijn aan deel in de blokkade, het escorteren van vliegdekschepen, steun aan de •troepen te land en de bescherming van de eilanden voor de Noord-Kore- aanse kust. welke in handen der geal lieerden zijn en belangrijk als basis van guerilla-activiteit achter het vij andelijke front. Aan de steile Oost kust, waar men dichter onder de wal kon komen dan in het Westen, heeft de „Piet Hein", behalve haar activi teit bij het blokkeren der kust, deel genomen aan het beschieten van de kustspoorlijn, waar het treinverkeer uitsluitend nog bij nacht mogelijk is. Dit is een opwindende bezigheid ge- "Kf» #4 vail ilKZL JT llJ.i.UaupiAJ.ai'Ii L-Ul- op ,cler Paters Jezuïeten in Jogjakarta C;ir:aava, tevens pro-vicaris van het vi- SJ. Semaratig, mgr. A. Jiajasopoetra lo. 7Aolc rtomnl/I cI/nam UT /"'rtw iegee J"ector van het Philosophisch Col §r6„'3' zoals gemeld, door de HCon- ëa'ie der Propaganda Fide benoemd P aP°stoJ.sch vicaris van Djakarta. Vera -n Ma. Adrianus Djajasepoetra Maart 1894 te Jogjakarta gebo- ÏVrvrï een adellijk geslacht. Na op -Son zijn Latijnse studies te zijn ?Vin n' kwam hij December 1916 zijn 'ëge te Uden voltooien aan het col- Kruisheren. Hij trad in 1919 in y^n ,nciaal bij Grave in het noviciaat "25 5e Paters Jezuïeten. Van 1922 tot n het ld z'jn philosophische studies u<3en' Joannes Berchmans-college te Dcht Daarna ging hij naar Maas- (W- .v°°r zijn theologie en werd 15 t a ee 19^8 a'daar Priester gewijd, 'e Dn„st noS ziJn derde noviciaatsjaar "gen bij Gent te hebben voltooid, lig ?°t)ee] y* centralen van overheidsper- 'és'"et Algemeen Comité van Over- syisoneel, de Christelijke Centrale yaie erheidspersoneel, de R.K. Cen- harevfh Gverheidspersoneel, het Amb- "centrum en de Centrale van Ho- ?ebben ^ambtenaren, welke zitting ?6t q ln de Centrale Commissie voor kafen,ganiseerd Overleg in Ambte- h !hsnp„ n' hebben besloten het over- i eict rsoneel op basis van vrijwiliig- 0eeh '"Send aan te bevelen, niet al- ov« de maand Februari^ maar lU Pron maanden Maart en April >,y rep„„nt van het 'salaris af te staan, hi de v ng en het Centraal Orgaan r6e6"ten eniS'ng van Nederlandse Ge- weds j0 hebben hun medewerking ih°r<it vniriZeg^' In(hen aan het verzoek de hietis, an za' door het personeel ha!» eeh uVan de Nederlandse overhe- .."edrag van ruim twee en een Kek hlill ruim iwte en eer W,ïacht »Ioen gulden worden bijeen- yds. e" behoeve van het Rampen- h b eA ei|g*Uren van de centralen hebben a kA ,eden bovendien verzocht De i - u yfuen oovenaien ve dei] tijde g' verkregen door over- da? e'ijk n| de ramPweek geheel of ge- 6 Ram te dragen aan het Natio- htpenfonds. keerde hij in 1930 naar zijn vaderland. terug. Hij werd in Indonesië aangesteld als hoofdredacteur van het katholieke Ja vaanse weekblad Swara Tama en do ceerde Javaans en Arabisch aan het Philosophicum te Jogjakarta, gaf cur sussen aan niet-katholieken en had daar bij nog een ruim aandeel in de zielzorg. Van 1934 tot 1942 was hij pastoor van de H. Hartkerk te Pugeran in Jogja karta. Toen werd hij door de Jappen gevangen genomen, zwaar mishandeld en veroordeeld om onthoofd te worden. Terwijl hij met verscheidene van zijn medebroeders zat te wachten oj» het voltrekken van de doodstraf, kwam het bericht, dat de doodstraf in levenslange gevangenisstraf was veranderd vanwege de goede verstandhouding, die er heerste tussen Japan en het Vaticaan. Na zijn bevrijding in 1945 ging hij terug naar Jogjakarta, waar hij zijn definitieve aanstelling tot rector van het St. Igna- tiuscollege kreeg op 17 Augustus 1948. In deze functie genoot hij het ver trouwen van katholiek en niet-katho- liek, was een vraagbaak voor ieder van wege zijn grote wijsheid van oordcel en kalmte van gemoed en warmte van hart. Zijn rustig optreden, zijn voornaamheid van verschijning, zijn sympathiek me deleven met allen, verbonden met zijn andere karaktereigenschappen, zullen een onderpand zijn, dat de H. Congre gatie der Voortplanting des Geioofs een waardige en geschikte candidaat heef1 aangewezen voor het vicariaat van Dja karta, dat niet alleen historische rech ten van zekere voorrang heeft, maar vanwege de vestiging van de regering aldaar, ongetwijfeld van het grootste belang is voor de katholieke kerk in Indonesië. Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan, tussen haakjes, ach ter de naam van het schip vermeld: Indonesië: m.s. „Modjokerto" (12 Mrt.); Ned. N. Guinea: m.s. „Tabinta" (26 Mrt.); Ned. Antilllen: m.s. „Hestia" (7 Mrt.); Suriname: m.s. „Bonaire" (18 Mrt-.); Unie van Z. Afrika en Z.W.Afri ka: m.s. „Jagersfontein" (10 Mrt.); Ca nada: s.s. „Rijndam" (11 Mrt.); Z. Ame rika: m.s. „Alnati" (10 Mrt.); Australië: m.s. „Strathaird" (7 Mrt.); Nw. Zee land: via Engeland (7 Mrt.). Advertentie Incl: bef. j 27 FEBRUARI t/m 8 MAART Geopend van -10-17 en 19.30-22 mie. Zondag 6 Maart uitsluitend 12-18 uur 28 HOOFDSTUK XII DE VOLMACHT. Diep in gedachten verzonken wan delde Collingwood de volgende morgen door het park naar Normandale Gran ge. Voor Nesta had hij zijn reis naar Indië afgezegd, om bij haar te zijn in geval er moeilijkheden zouden oprijzen. En dat er wolken aan de horizon wa ren, ontveinsde hij zich zelf volstrekt niet. Maar het was nog te vroeg om Nesta de ware reden bekend te maken en dat het om harentwil was, dat hij zijn reis naar Indië eraan gegeven had. Tóch moest zij met de veranderde om standigheden op de hoogte gesteld wor den, het ging er dus om, een aanneme lijk excuus te bedenken. Daarna zou hij de raad van Eldrick opyolgen en zich te Barford vestigen. Dan zou hij in de buurt zijn en als de moeilijkheden, wat het dan ook worden mocht, kwa men opzetten, zou hij klaar staan om haar te helpen. En al kon hij zich nog geen idee vormen, wat voor zwarighe den het zouden zijn, hij was ervan over tuigd. dat zij in betrekking zouden staan met Pratt. Weer dacht hij er aan, on der zijn vroege wandeling, hoe hij een vreemd, onbepaald gevoel van ongerust heid had gehad, toen hij zich voor de eerste maal naar Barford spoedde op het vernemen van het overlijden van Antoon Bartle. Dat gevoel van verden king, voor een poosje afgezakt, was nu weer opgekomen. Misschien stak er niets achter, herhaalde hij bij zichzelf, alles scheen zo eenvoudig en gemakkelijk uit te leggen, de verklaringen van Pratt bij de gerechtelijke schouwing maakten de indruk absoluut waar en oprecht te zijn en tóch de ruwe, vlot geuite vraag van de smid bleef hem in het hoofd hangen. „Wat moest die advocatenklerk uit Bar ford er uitvoeren? Wat moest die rond- gluren in het park? Kom nou, wie zal dat zeggen?" En hij moest even glim lachen toen hem de hele onbehouwen conversatie weer te binnen schoot. Zo mediterende naderde hij het huis en toen hij uit zijn gedachten opschrok en rondzag. viel zijn blik onmiddellijk opPratt. Met een zakelijk uitziende actentas in de ene hand en een ochtendblad in de andere, stond Pratt te praten met een vrouw, die over een van de vele hekken leunde in het struikgewas rond om het huis. Collingwood herkende de vrouw als een van de gedienstigen die hij bij een vorig bezoek in het huis had zien rondlopen. Het was een tengere vrouw van middelbare leeftijd, keurig in het zwart gekleed en met het witte mutsje op, dat haar deed kennen als een kamenier of linnen juffrouw. Vroe ger was zij knap geweest, nu had zij een niet onaardig gezicht, het meest echter viel zij op door haar scherpe en intelligente gelaatsuitdrukking en haar vlugge, heldere ogen. Collingwood dacht bij zich zelf, ,dat zijn ogen waar aan niets ontsnappen zal." Zij had ook een ferme kin en een vastberaden mond, alles samen genomen een opval lend iemand. Klaarblijkelijk was zij in een geanimeerd gesprek met Pratt toen Collingwood haar zag. Bij zijn nade ring keerde zij zich om en verdween langzaam in de richting van het huis Pratt. altiia beleefd, ging hem een paar passen tegemoet en nam zijn hoed af. „Goeden morgen, mijnheer Colling wood. zeide hij. „Mooi helder weer, mijnheer. Ik sprak zo juist met me vrouw Mallathorpe's kamenier en heb haar gevraagd hoe het vanmorgen met mevrouw ging. Het was nog al ernstig toen ik gisteravond wegging. Het deed me nu pleizier te horen dat het veel beter gaat. Mevrouw heeft een goede nacht gehad. „Ik ben blij, dat te vernemen," ant woordde Collingwood. Hij liep door in de richting van de voordeur en Pratt wandelde met hem mee, ogenschijnlijk met eenzelfde doel. „Ik vrees, dat zij een ernstige schok gekregen heeft. U blijft dus nog wat hier?" ging hij voort, om iets te zeggen en sprekende zonder veel na te denken. „Heeft u het nog druk?" „Mijnheer Eldrick heeft me geleend, om het zo uit te drukken, tot morgen na de begrafenis" gaf Pratt ten ant woord. „Er zijn veel van die kleinighe den, die ik kan doen. Kunt u ook mor gen hier zijn of laten de toebereidse len voor uw reis dat niet toe? U gaat immers naar Indië heeft u mij verteld." Weer vermoedde Collingwood, dat de klerk aan het vissen was, om nieuwtjes op te doen. Evenwel was Pratt's ma nier van doen zo beleefd en .werden zijn vragen zo onschuldig gedaan, dat het moeilijk was er achter te komen wat hij op het oog had. Collingwood had echter geen lust hem enige informa tie te verschaffen, nu niet en later niet. „Ik weet nog niet precies, wat ik doen zal", zei hij. Juist waren zij voor de deur gekomen, do huisknecht nam Collingwood mee naar de ene zijde van de hall. terwijl Pratt, die er al hele maal thuis scheen te zijn, met zijn acten tas in een andere richting verdween. Collingwood meende dat Nesta er niet meer zo beangstigend uitzag als de avond te voren. Hij had haar reeds alles verteld van de schouwing en zat nu te overwegen of hij haar ook zou medede len wat hij opgevangen had van de dorpspraatjes. Omdat hij toch in de om trek wilde blijven, besloot hij niets te zeggen; als het nodig was kon hij altijd nog ingrijpen. Op het moment achtte hij alleen wat diplomatie nodig. „O, wat ik u nog zeggen wilde", ging hij door, na een kort gesprek over de toestand van mevrouw Mallathorpe. „Iker is een verandering in mijn plannen gekomen, ik ga helemaal niet naar Indië." Wat hij ook verwacht had, zeker niet dat het meisje zo plotseling en zo hef tig zou kleuren. Hij schrok er even van, maar toch deed het hem genoegen, want het zei hem veel, wat hij gaar ne wilde weten. Slechts door een grote inspanning en wilskracht weerhield hij zich haar de gehele waarheid te beken nen. Daarom deed hij maar alsof hij niets merkte en praatte vlug door. „Op het laatste nippertje een kink in de kabel. Ik heb er al over geschreven. Dusdat is van de baan. Ik denk, dat ik nu maar zal doen, wat Eldrick me aangeraden heeft, hier een kantoor hu ren en zien of -het wil lopen. Ik wilde naar Barford gaan en er met Eldrick over praten." Hoewel Nesta begreep, dat zij meer had doen blijken van haar gevoelens dan zij wel wilde, probeerde zij toch kalm te blijven. „Maar is dat geen erge teleurstel ling voor u?" vroeg zij. „U hadt zich er al zo op gespitst." „Niets aan te doen" zei Collingwood. ..Al die dingen staan op losse schroeven. Ik vond, dat ik het u maar dadelijk moest vertellen. Als u mii nodig mocht hebben, nu of later, ben ik te bereiken. En omdat ik het goed getroffen heb in het hotel, ben ik van plan daar zo lang te blijven, tot ik goede kamers in de stad gevonden heb." Hij vertrouwde zich zelf niet om nog langer te toeven en vertrok naar Bar ford, vast overtuigd, dat hij aan Nesta zijn hart verloren had en dat. als het ogenblik gekomen was. hij haar ook niet onverschillig zou zijn. Wordt vervolgd). weest, waarbij de waakzaamheid van alle opvarenden töt het uiterste ge spannen was. Zelfs de aalmoezenier en de dokter keken uit. Een keer of twaalf heeft men passerende treinen onder vuur genomen. In twee gevallen werden zij vernield. De tegenpartij is uiterst listig in haar pogingen het ge vaar te ontgaan. Zo rijden de treinbn met één locomotief voor en één achter en kunnen zij zich onder het vuren delen als regenwormen en in twee richtingen trachten de beschermende tunnels te bereiken. Bij al deze activiteit heeft de „Piet Hein" in negen maanden 45.000 zee mijlen afgelegd en al die tijd is zij nimmer door vliegtuigen aangevallen. Ook van duikboten heeft men niets gemerkt. Aan de ondiepe Westkust is waakzaamheid geboden wegens mij nengevaar. Zelf heeft de „Piet Hein" hij het beschieten van vijandelijke walbatterijen. opslagplaatsen, bruggen en treinen, meer dan 3.000 granaten van 1014 cm op de vijand afgevuurd. In totaal heeft zij 12.000 ton olie ver bruikt. Hulp aan évacué s Tenslotte mag met ere worden ge noemd de offervaardige hulp die de be manning van de „Piet Hein" heeft ver leend aan de in jammerlijke toestand verkerende vluchtelingen uit commu nistisch gebied, op het eiland Pyong Yong Do. Dr. Boogaard heeft hier me dische bijstand verleend. Zoveel men missen kon hielp men met levensmid delen en de bemanning haalde haar plunjezakken leeg en gaf zonder zich te bedenken alles wat zij maar geven kon. Op 14 Januari heeft de „Piet Hein" de thuisreis aanvaard, in Hongkong „uitgejoeld" door de bemanning van alle oorlogèbodems in de haven, een bij zonder eerbetoon. Het schip heeft een voortreffelijke naam achtergelaten op de verenigde vloot. De stemming onder de 245 opvarenden liet dan ook bij de nadering van de vaderlandse kust niets te wensen, al bleef deze in een dichte mist nog even verborgen. Wel viel er even een stilte toen kwartiermeester Van der Horst werd herdacht bij het passeren van de plek, waar hij het vorige jaar veronge lukt is. En ailen delen in het leed van een der jongens aan boord, afkomstig van Overflakkee, die bij de watersnood zijn verloofde verloren heeft. De laatste brieven die hij haar schreef, heeft hij ter rede van Nieuwediep onbesteld te ruggekregen. In dit nummer kondigt de redactie „de grootste reportage die ooit is ge maakt" aan. Ze is de vrucht van lang durige reizen, gemaakt door ze.er be kwame fotografen met een wereldre putatie naar een groot aantal landen, waar zij veelvuldig contact hebben ge had met de mannelijke en de vrouwe lijke jeugd en daardoor een betrouw baar beeld hebben gekregen van de mentaliteit van die jeügd, van haar le vensomstandigheden, haar ideeën en opvattingen, en haar verwachtingen van de toekomst. Na zorgvuldige schif ting van dit uitgebreide materiaal is de stof verwerkt in een zeventiental ge- illustreerde artikelen, telkens over een jongeman of een jong meisje uit een. land van Europa of een ander wereld deel. De tekst van de artikelen is van de hand van mej. dra M. Kiewied te Nijmegen. Dr. H. M. M.Fortmann, aalmoezenier van de Katholieke Jeugd raad te Amersfoort, leidt de hele serie met warme en waarderende woorden in. Voorts wordt de grote prijsvraag aangekondigd, waarover onze lezers reeds een en ander hebben gelezen in onze advertentiekolommen. Een zeer treffende reportage is die over een priester-voddenraper, abbé Pierre, in een voorstad van Parijs, en over het nieuwe, zij het zeer sobere bestaan, dat sommige verarmden in dit bedrijf van voddenrapen en voddenbewerken hebben gevonden. Rechter Douglas schrijft ditmaal over „Ontwakend Bir ma". „De Trein van negen uur vijftien" heeft zijn avontuurlijke reis bijna vol bracht. De weerkundige medewerker geeft een beschouwing over een me thode, aan de hand waarvan men stren ge winters met 95 pet. zekerheid lang vooruit kan voorspellen. Actueel is een citaat, met oude prenten, uit een in 1776 verschenen boek over de wa tersnood van November 1775. Jan Cot- taar schriift over de figuur van de scheidsrechter, „man van gezag, dik wijls rijp voor beklag". De karakte ristiek van de week betreft mevrouw Clare Boothe Luce, benoemd tot Ame rikaans ambassadeur bij de Italiaanse regering. Tot slot is er een artikel over „Het Geheim van Gethsemani", bij een viertal oude schilderijen. Aan de Huissense veiling werden Dinsdag de eerste komkommers (500 in getal) aangevoerd door kwekerij Mado- ka. De prijs bedroeg 1.23 per stuk. De komkommers werden bestemd voor ex port naar Duitsland.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 3