Grote stroom adviezen voor
het Rampenfonds
ÏVOBOL
Kromdorp op stelten
NOG 1 DAG, DAN...H
Piet Hein TERUG UIT KOREA
West-Indisch bedrijf der
K.L.M. groeiend
£>e nieuwe apostolisch
VICARIS IN DJACARTA
Brandweer spuit bunkers weg
ff
Bij alle activiteit niet één keer
aangevallen
Welvaartsplannen die millioenen
kunnen opbrengen
Ook kaf onder
het koren
Géén watersnood
medaille
Dodelijk autobus
ongeval berecht
benoeming van mgr. Djajasopoetra van
groot belang voor Indonesië
Jan Steen als
fabrieksdirecteur
Treinen vernield
op de Oostkust
ij hantage
C23
WOENSDAG 4 MAART 1953
PAGINA
bÜ
De cent van het
„Drees-mannet j e"
Het neusje van
En iniet duurder
Te veten hebben sich
onderscheiden
-
3 maanden voorwaardelijk
geëist tegen chauffeur
Zie advertentie morgenavond in dit blad!
Tien jaar vliegen
zonder ongelukken
Verdere liberalisatie
van W.-Duitse invoer
eroep op ambtenaren
Nationaal Kampen
fonds te steunen
Zeepost naar Oost en West
jaar
otorrij
AMSTERDAM
ssss
mfietsen
wielen- *>r°
door
J. S. Fletcher
Katholieke Illustratie
Eerste komkommers in
Huissen
- (Van onze Haagse redactie)
din ket bureau van het Nationaal Rampenfonds komen, naast de vele geldzen-
aud!en' °ok talloze aanbiedingen binnen van goedwiilenden die op de een. of
fct wijze hulp willen bieden bij de leniging van de nood onder de slachtof-
erschiilende ideeën worden aan de hand gedaan; van een aantal kan het
diuet*)en'0n<'s 'ndcrdaad gebruik maken. Maar minstens een even. grootaantal
'ijk -naar r'jk der fabelen worden verwezen, omdat realisering niet moge-
to» tf' omdat uitvoering van de plannen het Rampenfonds op een terrein
'onds r*'.1üeI1 dat kennelijk niet het zijne is. Maar de mensen van het Rampen-
'een alIe 'deeën op hun waarde moeten toetsen, begrijpen dat er vaak al-
SfQy maar aan gedacht wordt hulp te bieden en dat de raadgevers vaak de con-
*an 'es van hun adviezen niet begrijpen. Consequenties, die het realiseren
advie»e P? onmogelijk maken. Maar daarom krijgen allen die het Rampenfonds
de sturen een sympathiek briefje terug waarin dank wordt gebracht voor
moeite die men zich heeft getroost 'ten bate van het fonds.
Niet alleen de onuitvoerbare adviezen
orden terzijde gelegd; ook „tips" van
^mmige bedrijven en fabrieken, die er
öleer
op uit zijn reclame voor hun eigen
®r°duct te maken dan het Rampenfonds
e steunen, worden niet in behandeling
gnomen. Zo b.v. van een fabriek, die
eclameboekjes wilde uitgeven, waarvan
6n gedeelte van de opbrengst ten goede
an het fonds zou komen. Natuurlijk
«Ottien
ken
lev.
er ook aanbiedingen van fabrie-
en dergelijke welke wel degelijk
ensvatbaarheid bezitten en die wor-
etl natuurlijk gaarne geaccepteerd. De
°eilijkheden bij het bepalen van het
°°r het Rampenfonds bestemde winst-
Eedeeite, waarvoor het fonds uiteraard
k°S wat huiverig was, zijn nu dichter
ecn oplossing gekomen door het sym-
van de Nederlandse
fathieke gebaar
0rde
- van accountants, die de daarvoor
ehodigde controle belangeloos wil uit
benen.
Geheimzinnige brieven komen er
mgio bij het fonds binnen. Briefschrij
vers die schermen met .grootse plan
den die een ontzaglijke inkomstenbron
»°or het Rampenfonds beloven, en
ran' liefst nog bronnen, die voorlopig
??g niet op zullen drogen" worden er
mj tientallen geteld. Al deze myste-
Ueuze schrijvers willen hun wel
vaartsplannen etc. mondeling komen
melichten, maar het fonds nodigt hen
desondanks toch vriendelijk uit schrif-
ï®'Ük hun grootse ideeën bekend te
maken. In dit verband is ook vermel
denswaard het idee van iemand, die
een in de Middeleeuwen gezonken
Schip, de Ranate Leonhardt, met een
Soudlading aan boord ter waarde van
'2 millioen gulden, wil lichten. Kosten
Rechts zegge één millioen gulden. Ook
°P dit aanbod is het Rampenfonds niet
mgegaan.
inno-l' °P .he' briefje van twee school-
?-S 11utrecht, die keurige blok-
.V erMe® schreven met de mededeling,
at zij het geld, dat zij hadden opge
baard voor een schoolreisje, aan de
[•"•ester ter hand hadden gesteld voor
a Rampenfonds. Misschien dat dit voor
radio bekend gemaakt kon worden,
^Pdat er nog meer kinderen dit voor-
®eld zouden kunnen navolgen. De jon-
VanS kregen een schitterende dankbrief
h het Rampenfonds terug!
dier'a doen noS een greep uit de mand
ee °e adviezen: een oudere dame had
bra 00m gehad, die zij in beeld ge-
*ouh wens'e te zien, de tekeningen
w an dan verkocht kunnen worden
lve- ate van het Rampenfonds; een ont-
seJPer van slagzinnen wilde een
16 slogans maken om de mensen aan
te sporen geld op de girorekening van
het fonds te storten, twee-derde van de
opbrengst zou dan voor het fonds mogen
zijn; een ander stelde voor, dat alle
houders van een girorekening het be
drag dat zij voor de opening van hun
rekening hadden moeten betalen, vijf
gulden, plus de rente hiervan ter be
schikking zouden stellen, dit zou volgens
de briefschrijver enige millioenen kun
nen opbrengen, zonder dat iemand hier
van nadeel ondervond; een bejaarde, die
zichzelf betitelde als „een Drees-man-
netje", wilde een jaar lang een toeslag
van een cent per halve liter op de melk
zien aangebracht.
Al deze adviezen beschouwt het Ram
penfonds als voortspruitend uit de idee
om te willen helpen. Daarom wordt
iedere tip serieus behandeld, maar het
is nu eenmaal helaas zo, dat niet 511e
raadgevingen in de praktijk uit te voe
ren zijn. Bepaalde acties b.v. in het bui-
Advertentie
de zalm
dan andere.
tenland wijst het Rampenfonds onher
roepelijk af, omdat het per se geen
bedelpartijen over de grens wil organi
seren. In een voorstel om in het buiten
land geld los te krijgen, werd zelfs het
idee aan de fiand gedaan geestelijken
bedelacties op touw te laten zetten. Goed
bedoeld uiteraard, maar toch geen voor
stel, waarop het fonds wilde of zelfs
maar kon ingaan.
Maar realiseerbaar of niet, uit alles
blijkt, dat heel ons land meeleeft met de
getroffenen van de watersnood. Het
hoge bedrag dat reeds in de kas van het
Rampenfonds is gevloeid, bewijst dit wel
overduidelijk.
Officieel wordt medegedeeld, dat de
regering overwogen heeft of het aanbe
veling verdient een watersnoodme
daille in te stellen, uit te reiken aan
hen, die zich bij de watersnood 1953 op
bijzondere wijze hebben onderscheiden.
Zij heeft echter besloten niet tot de
instelling van een dergelijke medaille
over te gaan.
Dit besluit doet niets te kort aan
de grote waardering, welke de re
gering heeft voor het werk van
allen, die bij de ramp op enigerlei
wijze hulp hebben verleend.
Haar voornaamste motief is zelfs,
dat het aantal van hen, die hulp heb
ben verleend, en de wijze waarop ieder
van hen zich ten volle heeft gegeven,
het practisch onmogelijk maken tot een
verantwoorde onderscheiding te komen.
Vele bewoners van het getroffen ge
bied hebben niet minder dan degenen,
die van elders te hulp snelden, bewij
zen van grote persoonlijke moed en
menslievendheid gegeven. Zij allen
verdienen de dank van het Nederland
se volk.
9. Nadat veldwachter Stockedief ook bij de andere
koorleden thuis paniek en chaos had gezaaid en
nochtans de partituur niet had gevonden, ging hij
vastberaden naar het Hoofdkwartier van de verken
ners. Iemand had hem ingefluisterd, dat de padvin
ders daags te voren oud-papier voor een goed doel
hadden verzameld. En dat wist Stockedief nu wel:
een partituur had iets met papier te maken. In het
Hoofdkwartier, een uithoek van het parochiehuis,
romantisch versierd met ongeschaafd rondhout, wa
ren de jongelui zich net onder leiding van een
kwieke hopman aan het bekwamen in het spoorzoe
ken. toen de veldwachter binnentrad. Deswege
struikelde hij bijna over een net verkeWnertje, dat
zich onledig hield met het aanbrengen van krijt-
streepjes op de vloer. „Hei daar", riep Stockedief,
„wat doe je daar?" „Ik doe mijn best", antwoordde
het kereltje kranig, en het sprong vlot in de hou
ding. „Zeer verdacht, zeer verdacht", mompelde de
veldwachter en hij wendde zich tot de hopman, die
juist bezig was met het ontwarren van een erg
moeilijke knoop. „Wat is dat voor een touw?" vroeg
Stockedief, de overrompelingstactiek volgend. „Dat
is een henneptouw", antwoordde de hopman. „Juist",
zei de veldwachter tevreden: „En waar is de paar-
detuur?" De hopman, die toch wel wat gewend was,
keek hem met open mond aan en stotterde: „Hoe
zegt u?" „De paardetuur", zeg 'ik, „hou je maar niet
van de domme, jonge vriend". Maar ook de huis
zoeking in het hoofdkwartier van de verkenners
leverde niets op. Behalve dan dit, dat de jongelui
erg nieuwsgierig waren geworden; erg nieuwsgie
rig....
Drie maanden voorw. gevangenisstraf
met een proeftijd van drie jaar eiste de
officier van Justitie Dinsdag tegen de
29-jarige NBM-buschauffeur O. B. uit
Zeist, die zich voor de Utrechtse recht
bank moest verantwoorderi wegens een
dodelijk ongeval, mede door zijn schuld
veroorzaakt. Het betrof hier een onge
val, dat zich in de ochtend van 15 De
cember van het vorig jaar aan de halte
Kloosterpark te De Bilt afspeelde, waar
een 74-jarige dame, mevrouw Couvee,
uit Zeist, bij het uitstappen uit de auto
bus onder dit voertuig geraakte en kort
na het incident aan de bekomen ver
wondingen overleed.
De chauffeur was ten laste gelegd, dat
hij de deuren van de autobus had ge
sloten en de wagen in beweging had
gebracht, terwijl de uitstappende dame
zich nog niet op het trottoir van de
halte bevond.
Advertentie
(Van onze speciale verslaggever)
Onder grote belangstelling is hedenmorgen Hare Majesteits torpedohootjager
„Piet Hein" uit de Koreaanse wateren, waar de „Johan Maurits" haar heeft af
gelost, in de haven van Nieuwediep teruggekeerd. Dinsdagavond was het schip
bij dichte mist in het Marsdiep voor anker gegaan. Na het ongelukkige vertrek
in Januari van het vorige jaar, waarhij de kwartiermeester Van der Horst over
boord is geslagen en het schip met stormschade terugkeren moest, zijn de ver
dere reis en het verblijf op het oorlogstoneel voorspoedig verlopen. Het schip
heeft zijn operationele taak volbracht zonder zelfs maar één keer door de vij
and onder vuur te zqn genomen.
8 I
Bij de zware storm in de nacht
van 1 Februari zijn vele Duitse
bunkers langs de kust door het
wegslaan van de duinen in een
gevaarlijke positie bloot komen te
liggen en leveren een groot ge
vaar op voor instorting. Door de
vrijwillige 'brandweer te Castxicum
wordt nu het zand onder de bun
kers weggespoten, waardoor zij
op het strand tuimelen en verder
opgeruimd kunnen worden.
„Het gaat niet onbevredigend. We kun
nen de concurrentie aan. De stijgende
lijn, die anderhalf jaar geleden, toen ik
in West-Indië kwam, al te bespeuren
was heeft zich voortgezet en al zijn we
nog niet geheel uit het verlies het is
in elk geval reeds minder dan we had
den verwacht". Aldus deelde de heer
M. Koster, directeur van het West-
Indische bedrijf der K.L.M., ons mede
in een onderhoud, dat we dezer dagen
met hem hadden.
Deze „Service" slaat nog altijd geen
slecht figuur en de regelmaat van de
diensten mag er ook zijn. Wij vliegen
op het ogenblik met tien Douglas DC 4
en DC 3 toestellen. De vernieuwing van
de vloot zal, dit jaar haar beslag krijgen.
Op 10 Maart a.s. wordt de publicatie
verwacht van de nieuwe West-Duitse
liberalisatielijst, waarhij de liberalisatie
van de Duitse invoer uit de landen van
de Organisatie voor Europese Econo
mische Samenwerking zal worden uit
gebreid van 80,9 tot 84,4 procent.
In 1952 heeft het West-Indische bedrijf
der K.L.M. voor het tiende jaar in suc
cessie zonder enig ongeluk zijn diensten
kunnen vliegen.
De groei van het West-Indische bedrijf
der K.L.M. blijkt uit de volgende cijfers:
in 1939 was de lengte van het luchtnet
4181 km. in 1945: 11.578 km en in 1952:
14.000 km, Het aantal vlieguren was in
1939: 3398, in 1945; 10.431 en in 1952:
17.277. In 1939 werden vervoerd 14.578
passagiers, in 1945: 39.648 en in 1952:
116.264. Aan vracht en extra bagage werd
in 1939 vervoerd 117.356 kg, in 1945:
403.101 kg en in 1952: 2.986.000 kg. Aan
past in 1939; 10.623 kg. in 1945: 32.512
kg en in 1952: 157.000 kg.
De directie van de N.V. Kon. Ned.
Gist- en Spiritusfabriek te Delft heeft,
ter gelegenheid van de jaarwisseling,
haar buitenlandse relaties een kalen
der met reproducties van schilderijen
van Jan Steen, Nicolaas Maes en
Adriaen van Ostade gezonden. Per
luchtpost ontving de directie dezer da
gen een brief uit het buitenland, welke
als volgt was geadresseerd: „Messrs.
Jan Steen, Nicolaes Maes, Adr. van
Ostade, Koninklijke Nederlandsche
Gist- en Spiritusfabriek N.V. Delft,
Holland.
Wij zijn Dinsdagavond op de rede van
Nieuwediep aan boord van het schip
geweest, waar wij werden ontvangen
door de commandant, kapitein luitenant
ter zee A. H. W. von Freijtag Drabbe, en
de luitenant ter zee eerste klasse jhr.
H. A. van Ellemeet de Jonge, beiden
bruingebrand van de tropendienst. Zij
vertelden ons. dat de stemming aan
boord, ondanks het tragische begin van
de reis, uitstekend was geweest. Een
maal in de Koreaanse wateren groeide
ook de teamgeest, die tot het laatst toe
voortreffelijk is gebleven. Beide malen,
dat het schip Hongkong heeft aange
daan, waar men van de zijde der Neder
landse kolonie veel hartelijkheid mocht
ondervinden, heeft de bemanning als
blijk van erkentelijkheid met veel suc
ces een revue opgevoerd.
3000 granaten
In de Koreaanse wateren heeft de
„Piet Hein" zowel aan de Westkust
geopereerd, in Engels verband, als aan
de Oostkust onder Amerikaans bevel.
De taak van het schip was zijn aan
deel in de blokkade, het escorteren
van vliegdekschepen, steun aan de
•troepen te land en de bescherming
van de eilanden voor de Noord-Kore-
aanse kust. welke in handen der geal
lieerden zijn en belangrijk als basis
van guerilla-activiteit achter het vij
andelijke front. Aan de steile Oost
kust, waar men dichter onder de wal
kon komen dan in het Westen, heeft
de „Piet Hein", behalve haar activi
teit bij het blokkeren der kust, deel
genomen aan het beschieten van de
kustspoorlijn, waar het treinverkeer
uitsluitend nog bij nacht mogelijk is.
Dit is een opwindende bezigheid ge-
"Kf» #4 vail ilKZL JT llJ.i.UaupiAJ.ai'Ii L-Ul-
op ,cler Paters Jezuïeten in Jogjakarta
C;ir:aava, tevens pro-vicaris van het vi-
SJ. Semaratig, mgr. A. Jiajasopoetra
lo. 7Aolc rtomnl/I cI/nam UT /"'rtw
iegee J"ector van het Philosophisch Col
§r6„'3' zoals gemeld, door de HCon-
ëa'ie der Propaganda Fide benoemd
P aP°stoJ.sch vicaris van Djakarta.
Vera -n Ma. Adrianus Djajasepoetra
Maart 1894 te Jogjakarta gebo-
ÏVrvrï een adellijk geslacht. Na op
-Son zijn Latijnse studies te zijn
?Vin n' kwam hij December 1916 zijn
'ëge te Uden voltooien aan het col-
Kruisheren. Hij trad in 1919 in
y^n ,nciaal bij Grave in het noviciaat
"25 5e Paters Jezuïeten. Van 1922 tot
n het ld z'jn philosophische studies
u<3en' Joannes Berchmans-college te
Dcht Daarna ging hij naar Maas-
(W- .v°°r zijn theologie en werd 15
t a ee 19^8 a'daar Priester gewijd,
'e Dn„st noS ziJn derde noviciaatsjaar
"gen bij Gent te hebben voltooid,
lig
?°t)ee] y* centralen van overheidsper-
'és'"et Algemeen Comité van Over-
syisoneel, de Christelijke Centrale
yaie erheidspersoneel, de R.K. Cen-
harevfh Gverheidspersoneel, het Amb-
"centrum en de Centrale van Ho-
?ebben ^ambtenaren, welke zitting
?6t q ln de Centrale Commissie voor
kafen,ganiseerd Overleg in Ambte-
h !hsnp„ n' hebben besloten het over-
i eict rsoneel op basis van vrijwiliig-
0eeh '"Send aan te bevelen, niet al-
ov« de maand Februari^ maar
lU Pron maanden Maart en April
>,y rep„„nt van het 'salaris af te staan,
hi de v ng en het Centraal Orgaan
r6e6"ten eniS'ng van Nederlandse Ge-
weds j0 hebben hun medewerking
ih°r<it vniriZeg^' In(hen aan het verzoek
de hietis, an za' door het personeel
ha!» eeh uVan de Nederlandse overhe-
.."edrag van ruim twee en een
Kek hlill ruim iwte en eer
W,ïacht »Ioen gulden worden bijeen-
yds. e" behoeve van het Rampen-
h b
eA ei|g*Uren van de centralen hebben
a kA ,eden bovendien verzocht
De
i
- u yfuen oovenaien ve
dei] tijde g' verkregen door over-
da? e'ijk n| de ramPweek geheel of ge-
6 Ram te dragen aan het Natio-
htpenfonds.
keerde hij in 1930 naar zijn vaderland.
terug.
Hij werd in Indonesië aangesteld als
hoofdredacteur van het katholieke Ja
vaanse weekblad Swara Tama en do
ceerde Javaans en Arabisch aan het
Philosophicum te Jogjakarta, gaf cur
sussen aan niet-katholieken en had daar
bij nog een ruim aandeel in de zielzorg.
Van 1934 tot 1942 was hij pastoor van
de H. Hartkerk te Pugeran in Jogja
karta. Toen werd hij door de Jappen
gevangen genomen, zwaar mishandeld
en veroordeeld om onthoofd te worden.
Terwijl hij met verscheidene van zijn
medebroeders zat te wachten oj» het
voltrekken van de doodstraf, kwam het
bericht, dat de doodstraf in levenslange
gevangenisstraf was veranderd vanwege
de goede verstandhouding, die er heerste
tussen Japan en het Vaticaan. Na zijn
bevrijding in 1945 ging hij terug naar
Jogjakarta, waar hij zijn definitieve
aanstelling tot rector van het St. Igna-
tiuscollege kreeg op 17 Augustus 1948.
In deze functie genoot hij het ver
trouwen van katholiek en niet-katho-
liek, was een vraagbaak voor ieder van
wege zijn grote wijsheid van oordcel en
kalmte van gemoed en warmte van hart.
Zijn rustig optreden, zijn voornaamheid
van verschijning, zijn sympathiek me
deleven met allen, verbonden met zijn
andere karaktereigenschappen, zullen
een onderpand zijn, dat de H. Congre
gatie der Voortplanting des Geioofs een
waardige en geschikte candidaat heef1
aangewezen voor het vicariaat van Dja
karta, dat niet alleen historische rech
ten van zekere voorrang heeft, maar
vanwege de vestiging van de regering
aldaar, ongetwijfeld van het grootste
belang is voor de katholieke kerk in
Indonesië.
Met de volgende schepen kan zeepost
worden verzonden. De data, waarop de
correspondentie uiterlijk ter post moet
zijn bezorgd, staan, tussen haakjes, ach
ter de naam van het schip vermeld:
Indonesië: m.s. „Modjokerto" (12 Mrt.);
Ned. N. Guinea: m.s. „Tabinta" (26
Mrt.); Ned. Antilllen: m.s. „Hestia" (7
Mrt.); Suriname: m.s. „Bonaire" (18
Mrt-.); Unie van Z. Afrika en Z.W.Afri
ka: m.s. „Jagersfontein" (10 Mrt.); Ca
nada: s.s. „Rijndam" (11 Mrt.); Z. Ame
rika: m.s. „Alnati" (10 Mrt.); Australië:
m.s. „Strathaird" (7 Mrt.); Nw. Zee
land: via Engeland (7 Mrt.).
Advertentie
Incl: bef.
j 27 FEBRUARI t/m 8 MAART Geopend van -10-17 en 19.30-22 mie. Zondag 6 Maart uitsluitend 12-18 uur
28
HOOFDSTUK XII
DE VOLMACHT.
Diep in gedachten verzonken wan
delde Collingwood de volgende morgen
door het park naar Normandale Gran
ge. Voor Nesta had hij zijn reis naar
Indië afgezegd, om bij haar te zijn in
geval er moeilijkheden zouden oprijzen.
En dat er wolken aan de horizon wa
ren, ontveinsde hij zich zelf volstrekt
niet. Maar het was nog te vroeg om
Nesta de ware reden bekend te maken
en dat het om harentwil was, dat hij
zijn reis naar Indië eraan gegeven had.
Tóch moest zij met de veranderde om
standigheden op de hoogte gesteld wor
den, het ging er dus om, een aanneme
lijk excuus te bedenken. Daarna zou hij
de raad van Eldrick opyolgen en zich
te Barford vestigen. Dan zou hij in de
buurt zijn en als de moeilijkheden,
wat het dan ook worden mocht, kwa
men opzetten, zou hij klaar staan om
haar te helpen. En al kon hij zich nog
geen idee vormen, wat voor zwarighe
den het zouden zijn, hij was ervan over
tuigd. dat zij in betrekking zouden staan
met Pratt. Weer dacht hij er aan, on
der zijn vroege wandeling, hoe hij een
vreemd, onbepaald gevoel van ongerust
heid had gehad, toen hij zich voor de
eerste maal naar Barford spoedde op
het vernemen van het overlijden van
Antoon Bartle. Dat gevoel van verden
king, voor een poosje afgezakt, was nu
weer opgekomen. Misschien stak er niets
achter, herhaalde hij bij zichzelf, alles
scheen zo eenvoudig en gemakkelijk uit
te leggen, de verklaringen van Pratt bij
de gerechtelijke schouwing maakten de
indruk absoluut waar en oprecht te zijn
en tóch de ruwe, vlot geuite vraag van
de smid bleef hem in het hoofd hangen.
„Wat moest die advocatenklerk uit Bar
ford er uitvoeren? Wat moest die rond-
gluren in het park? Kom nou, wie zal
dat zeggen?" En hij moest even glim
lachen toen hem de hele onbehouwen
conversatie weer te binnen schoot. Zo
mediterende naderde hij het huis en
toen hij uit zijn gedachten opschrok en
rondzag. viel zijn blik onmiddellijk
opPratt.
Met een zakelijk uitziende actentas
in de ene hand en een ochtendblad in
de andere, stond Pratt te praten met
een vrouw, die over een van de vele
hekken leunde in het struikgewas rond
om het huis. Collingwood herkende de
vrouw als een van de gedienstigen die
hij bij een vorig bezoek in het huis had
zien rondlopen. Het was een tengere
vrouw van middelbare leeftijd, keurig
in het zwart gekleed en met het witte
mutsje op, dat haar deed kennen als
een kamenier of linnen juffrouw. Vroe
ger was zij knap geweest, nu had zij
een niet onaardig gezicht, het meest
echter viel zij op door haar scherpe
en intelligente gelaatsuitdrukking en
haar vlugge, heldere ogen. Collingwood
dacht bij zich zelf, ,dat zijn ogen waar
aan niets ontsnappen zal." Zij had ook
een ferme kin en een vastberaden
mond, alles samen genomen een opval
lend iemand. Klaarblijkelijk was zij in
een geanimeerd gesprek met Pratt toen
Collingwood haar zag. Bij zijn nade
ring keerde zij zich om en verdween
langzaam in de richting van het huis
Pratt. altiia beleefd, ging hem een paar
passen tegemoet en nam zijn hoed af.
„Goeden morgen, mijnheer Colling
wood. zeide hij. „Mooi helder weer,
mijnheer. Ik sprak zo juist met me
vrouw Mallathorpe's kamenier en heb
haar gevraagd hoe het vanmorgen met
mevrouw ging. Het was nog al ernstig
toen ik gisteravond wegging. Het deed
me nu pleizier te horen dat het veel
beter gaat. Mevrouw heeft een goede
nacht gehad.
„Ik ben blij, dat te vernemen," ant
woordde Collingwood. Hij liep door in
de richting van de voordeur en Pratt
wandelde met hem mee, ogenschijnlijk
met eenzelfde doel. „Ik vrees, dat zij
een ernstige schok gekregen heeft. U
blijft dus nog wat hier?" ging hij voort,
om iets te zeggen en sprekende zonder
veel na te denken. „Heeft u het nog
druk?"
„Mijnheer Eldrick heeft me geleend,
om het zo uit te drukken, tot morgen
na de begrafenis" gaf Pratt ten ant
woord. „Er zijn veel van die kleinighe
den, die ik kan doen. Kunt u ook mor
gen hier zijn of laten de toebereidse
len voor uw reis dat niet toe? U gaat
immers naar Indië heeft u mij verteld."
Weer vermoedde Collingwood, dat de
klerk aan het vissen was, om nieuwtjes
op te doen. Evenwel was Pratt's ma
nier van doen zo beleefd en .werden
zijn vragen zo onschuldig gedaan, dat
het moeilijk was er achter te komen
wat hij op het oog had. Collingwood
had echter geen lust hem enige informa
tie te verschaffen, nu niet en later
niet.
„Ik weet nog niet precies, wat ik
doen zal", zei hij. Juist waren zij voor
de deur gekomen, do huisknecht nam
Collingwood mee naar de ene zijde van
de hall. terwijl Pratt, die er al hele
maal thuis scheen te zijn, met zijn acten
tas in een andere richting verdween.
Collingwood meende dat Nesta er niet
meer zo beangstigend uitzag als de
avond te voren. Hij had haar reeds alles
verteld van de schouwing en zat nu te
overwegen of hij haar ook zou medede
len wat hij opgevangen had van de
dorpspraatjes. Omdat hij toch in de om
trek wilde blijven, besloot hij niets te
zeggen; als het nodig was kon hij altijd
nog ingrijpen. Op het moment achtte
hij alleen wat diplomatie nodig.
„O, wat ik u nog zeggen wilde", ging
hij door, na een kort gesprek over de
toestand van mevrouw Mallathorpe.
„Iker is een verandering in mijn
plannen gekomen, ik ga helemaal niet
naar Indië."
Wat hij ook verwacht had, zeker niet
dat het meisje zo plotseling en zo hef
tig zou kleuren. Hij schrok er even
van, maar toch deed het hem genoegen,
want het zei hem veel, wat hij gaar
ne wilde weten. Slechts door een grote
inspanning en wilskracht weerhield hij
zich haar de gehele waarheid te beken
nen. Daarom deed hij maar alsof hij
niets merkte en praatte vlug door. „Op
het laatste nippertje een kink in de
kabel. Ik heb er al over geschreven.
Dusdat is van de baan. Ik denk, dat
ik nu maar zal doen, wat Eldrick me
aangeraden heeft, hier een kantoor hu
ren en zien of -het wil lopen. Ik wilde
naar Barford gaan en er met Eldrick
over praten."
Hoewel Nesta begreep, dat zij meer
had doen blijken van haar gevoelens
dan zij wel wilde, probeerde zij toch
kalm te blijven.
„Maar is dat geen erge teleurstel
ling voor u?" vroeg zij. „U hadt zich
er al zo op gespitst."
„Niets aan te doen" zei Collingwood.
..Al die dingen staan op losse schroeven.
Ik vond, dat ik het u maar dadelijk
moest vertellen. Als u mii nodig mocht
hebben, nu of later, ben ik te bereiken.
En omdat ik het goed getroffen heb in
het hotel, ben ik van plan daar zo lang
te blijven, tot ik goede kamers in de
stad gevonden heb."
Hij vertrouwde zich zelf niet om nog
langer te toeven en vertrok naar Bar
ford, vast overtuigd, dat hij aan Nesta
zijn hart verloren had en dat. als het
ogenblik gekomen was. hij haar ook
niet onverschillig zou zijn.
Wordt vervolgd).
weest, waarbij de waakzaamheid van
alle opvarenden töt het uiterste ge
spannen was. Zelfs de aalmoezenier en
de dokter keken uit. Een keer of
twaalf heeft men passerende treinen
onder vuur genomen. In twee gevallen
werden zij vernield. De tegenpartij is
uiterst listig in haar pogingen het ge
vaar te ontgaan. Zo rijden de treinbn
met één locomotief voor en één achter
en kunnen zij zich onder het vuren
delen als regenwormen en in twee
richtingen trachten de beschermende
tunnels te bereiken.
Bij al deze activiteit heeft de „Piet
Hein" in negen maanden 45.000 zee
mijlen afgelegd en al die tijd is zij
nimmer door vliegtuigen aangevallen.
Ook van duikboten heeft men niets
gemerkt. Aan de ondiepe Westkust is
waakzaamheid geboden wegens mij
nengevaar. Zelf heeft de „Piet Hein"
hij het beschieten van vijandelijke
walbatterijen. opslagplaatsen, bruggen
en treinen, meer dan 3.000 granaten
van 1014 cm op de vijand afgevuurd.
In totaal heeft zij 12.000 ton olie ver
bruikt.
Hulp aan évacué s
Tenslotte mag met ere worden ge
noemd de offervaardige hulp die de be
manning van de „Piet Hein" heeft ver
leend aan de in jammerlijke toestand
verkerende vluchtelingen uit commu
nistisch gebied, op het eiland Pyong
Yong Do. Dr. Boogaard heeft hier me
dische bijstand verleend. Zoveel men
missen kon hielp men met levensmid
delen en de bemanning haalde haar
plunjezakken leeg en gaf zonder zich te
bedenken alles wat zij maar geven kon.
Op 14 Januari heeft de „Piet Hein"
de thuisreis aanvaard, in Hongkong
„uitgejoeld" door de bemanning van
alle oorlogèbodems in de haven, een bij
zonder eerbetoon. Het schip heeft een
voortreffelijke naam achtergelaten op
de verenigde vloot.
De stemming onder de 245 opvarenden
liet dan ook bij de nadering van de
vaderlandse kust niets te wensen, al
bleef deze in een dichte mist nog even
verborgen. Wel viel er even een stilte
toen kwartiermeester Van der Horst
werd herdacht bij het passeren van de
plek, waar hij het vorige jaar veronge
lukt is. En ailen delen in het leed van
een der jongens aan boord, afkomstig
van Overflakkee, die bij de watersnood
zijn verloofde verloren heeft. De laatste
brieven die hij haar schreef, heeft hij
ter rede van Nieuwediep onbesteld te
ruggekregen.
In dit nummer kondigt de redactie
„de grootste reportage die ooit is ge
maakt" aan. Ze is de vrucht van lang
durige reizen, gemaakt door ze.er be
kwame fotografen met een wereldre
putatie naar een groot aantal landen,
waar zij veelvuldig contact hebben ge
had met de mannelijke en de vrouwe
lijke jeugd en daardoor een betrouw
baar beeld hebben gekregen van de
mentaliteit van die jeügd, van haar le
vensomstandigheden, haar ideeën en
opvattingen, en haar verwachtingen
van de toekomst. Na zorgvuldige schif
ting van dit uitgebreide materiaal is de
stof verwerkt in een zeventiental ge-
illustreerde artikelen, telkens over een
jongeman of een jong meisje uit een.
land van Europa of een ander wereld
deel. De tekst van de artikelen is van
de hand van mej. dra M. Kiewied te
Nijmegen. Dr. H. M. M.Fortmann,
aalmoezenier van de Katholieke Jeugd
raad te Amersfoort, leidt de hele serie
met warme en waarderende woorden
in.
Voorts wordt de grote prijsvraag
aangekondigd, waarover onze lezers
reeds een en ander hebben gelezen in
onze advertentiekolommen. Een zeer
treffende reportage is die over een
priester-voddenraper, abbé Pierre, in
een voorstad van Parijs, en over het
nieuwe, zij het zeer sobere bestaan, dat
sommige verarmden in dit bedrijf van
voddenrapen en voddenbewerken
hebben gevonden. Rechter Douglas
schrijft ditmaal over „Ontwakend Bir
ma". „De Trein van negen uur vijftien"
heeft zijn avontuurlijke reis bijna vol
bracht. De weerkundige medewerker
geeft een beschouwing over een me
thode, aan de hand waarvan men stren
ge winters met 95 pet. zekerheid lang
vooruit kan voorspellen. Actueel is
een citaat, met oude prenten, uit een
in 1776 verschenen boek over de wa
tersnood van November 1775. Jan Cot-
taar schriift over de figuur van de
scheidsrechter, „man van gezag, dik
wijls rijp voor beklag". De karakte
ristiek van de week betreft mevrouw
Clare Boothe Luce, benoemd tot Ame
rikaans ambassadeur bij de Italiaanse
regering. Tot slot is er een artikel over
„Het Geheim van Gethsemani", bij een
viertal oude schilderijen.
Aan de Huissense veiling werden
Dinsdag de eerste komkommers (500 in
getal) aangevoerd door kwekerij Mado-
ka. De prijs bedroeg 1.23 per stuk. De
komkommers werden bestemd voor ex
port naar Duitsland.