Controverse tussen Evert Vermeer en prof. Gielen «P Toeristenklasseconcurrentiestrijd tussen luchtvaart en spoorwegen Vandaag nieuwe prijzen voor brandstoffen Liefdadigheid in het gedrang G 3 Silvikrin Lotion met Vitoil Prins Bernhard terug in ons land De Intern. Katholieke Caritas jhantage Oud-minister wenst Vermeer voor VARA-microfoon te antwoorden Boerderij in de as gelegd Vandaag start de tariefsverlaging in Europa Voor particuliere verbruikers weinig verandering J 85 pet. van hulp voor Nederland ka#*' eist 1/lTOlt-' Brandstichting in machinefabriek Krachtige spaarzin in Februari Diep geroerd door grote steun van de Amerikanen HOUDING T.A.V. HET HUMANISME Alle vee door buren hulp gered Vier en drie jaar voor hoofdverdachten Vliegen wordt gewoner dan U denkt H. v. Doorne doctor h.c. van Techn. Hogeschool Vitoil geeft dor haar nieuw leven QlOOf WOENSDAG 1 APRIL 1953 PAGINA 3 Katholieke Illustratie Aanslag op Harjono: Vrijspraak voor de overigen zijn onafschei delijk. Samen verrichten zij een wonder in besparing, geur w en smaakt In Denemarken worden door het heffen van een kleine toeslag op de prijs van het bier vele millioe nen gewonnen, waaruit culturele activiteit wordt gefinancierd. En bier drin ken is een goede en aanbe velenswaardige ontspan ning, stellig ver verheven boven het spelen in een loterij Flacons 11.50 en 12.75 door J. S. Fletcher HOOFDSTUK XXIV DE WEDERHELFT. Eisen: tweemaal drie en eenmaal anderhalf jaar Prof. dr. Jos 3. Gielen, de oud-minis- 'er van Onderwas, Kunsten en Weten schappen en thans hoogleraar te Nijme gen, gevoelt zich gegriefd door de aan bal, welke het Kamerlid Vermeer 25 Maart in zijn VARA-rubriek „Op de kor rel", tegen hem heeft gericht. Overwe gend bezwaar heeft prof. Gielen tegen de voorstelling van zaken, welke de heer Vermeer in zijn uitzending heeft gege ten, van de houding van de Nijmeegse hoogleraar ten aanzien van het huma nisme. In een telegram aan de minis ter van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen heeft prof. Gielen tegen deze gang van zaken geprotesteerd. De tekst van het telegram dat werd verzonden luidt als volgt: „Protesteer met klem tegen aanval op mijn persoon en valse voorlichting van Evert Vermeer voor VARA op vijfen twintig Maart. Verzoeke maatregelen en gelegenheid voor mij om voor VARA Waarheid te vertellen." De wens van prof. Gielen is dus dui delijk. Hij -vril voor de VARA-microfoon het recht van wederwoord. Dat men in officiële kringen met deze wens reke ning wil houden moge blijken uit de be spreking, welke inmiddels reeds met de adjunct-regeringscommissaris voor het radiowezen, mr. Ph. de Vries, over deze aangelegenheid is gehouden. De heer Vermeer zei in zijn radio praatje: „Prof. Jos Gielen van de Nijmeegse universiteit heeft in net Limburgs Dag blad van 19 Februari onder de titel „Verduidelijking" een artikel geschre ven over het humanisme. In dat artikel komt een groot aantal onjuistheden voor, die ik niet allemaal nier zal behandelen. Ik wil slechts op twee er van de vin ger leggen. Prof. Gielen schrijft: „Daar om ook kan dr. van Praag in het boek „Modern Humanisme" stellen, dat het soms noodzakelijk kan zijn, om tegen het ethische beginsel te zondigen. Met name," zo zei prof. Gielen, „kan men zijn toevlucht nemen tot leugen en be drog. Ieder bepale voor zijn eigen ge weten, hoever hij gaan kan." Dat is nogal wat. Men kan zijn toevlucht ne men tot leugen en beorog. Dat schuift prof. Gielen dr. van Praag in de schoe nen. Wat is echter het geval? In zijn boek „Modern Humanisme" behandelt dr. van Praag de opvattingen van wij len Herman Gorter over moraal en ethiek. In een boekje „Klassemoraai", uitgegeven in 1920, heeft namelijk Gor ter zekere Marxistische opvattingen in zake de ethiek verdedigd' en dr. Van Praag keert zich juist tegen de opvat ting, alsof leugen en bedrog en on trouw goed kunnen zijn, als zij in de klassestrijd noodzakelijk blijken. Prof. Gielen kan dat vinden op de pagina's 76 tot en met 78 in het boek van dr. Van Praag „Modern Humanisme". De zin: „ieder bepale voor zijn eigen ge weten, hoever hij gaan kan", slaat op het vraagstuk van het vegetarisme, dat dr. Van Praag in datzelfde boek even aanstipt. Prof. Gielen plakt deze zin rustig achter de zin: „Men kan zijn toevlucht nemen tot leugen en bedrog", en hij probeert op.deze wijze het hu manisme te bestrijden. Ik moet zeggen, het is wel fraai. Tegen de humanisten in ons land is blijkbaar alles geoorloofd, ook de leugen en het bedrog." Van de zijde van de VARA vernemen wij, dat deze omroepvereniging prof. Gielen intussen heeft voorgesteld een speciale uitzending aan de controverse te wijden. Dit voorstel hield in dat Evert Vermeer zijn tekst van 25 Maart, hier boven weergegeven, zou herhalen, waarop prof. Gielen zou mogen ant woorden. Daarop zou dan een commen taar van dr. Van Praag, voorzitter van het Humanistisch Verbond, volgen met als slot een laatste woord van prof. Gie len. .rPSNijmeegse hoogleraar heeft de VARA al doen weten dat hij op dit voorstel in deze vorm niet kan ingaan. Naar zijn mening wordt het debat in deze vorm teveel toegespitst op één zin. Hij wil wel voor de VARA-microfoon spreken, maar dan in een algemener vorm. De VARA heeft haar voorstel en het antwoord van prof. Gielen hierop in een rapport samengevat en ter kennis laten brengen van de minister van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen. Na de weigering van prof. Gielen heeft de VARA hem voorgesteld vijf minuten hef woord te voeren in de rubriek van Evert Vermeer „Op de korrel" op een Dinsdagavond is brand uitgebroken in °e boerderij „Bouwers" van de land bouwer D. W. T. te Lintum in de boer derij Miste bij Winterswijk. Ijlings toe geschoten buren en kennissen wisten de varkens en 15 runderen en een paard, die in de stallen aanwezig waren, bij- HJds naar buiten te brengen. De hoer erij ging vrijwel, geheel verloren. Het nummer van 3 April bevat een "rtikel over wijlen koningin Mary, de «grand old lady" van het Britse rijk, in haar leven een waarlijk koninklijke vrouw. Er wordt een interessante, per soonlijk gehouden beschrijving gegeven van de befaamde Easter Parade op de ochtend van de Eerste Paasdag te New York, wanneer de nieuwste modesnuf- les voor het eerst ten aanschouwen van honderdduizenden worden gedragen.. Leo ouwis schrijft een eerste artikel over „De Werkers aan de dijken"; het zal worden gevolgd door een tweede ovei de buitenaf werkers van Sliedrecht, die in alle delen van de wereld hun heel speciale werk doen. De grote serie ,De Jeugd van vandaag, de wereld van jnorgen" geeft ditmaal een schets van het leven van een jong landedelman, oen klasse wier maatschappelijke posi tie na twee wereldoorlogen nog maar een zwakke schaduw is van vroeger. Jan Cottaar schrijft over de „slechte Wedstrijd" NederlandZwitseland. Van de grote prijsvraag wordt de derde op gave geplaatst; de vierde en laatste volgt aanstaande week. In het kader Van de serie oude Waterstaatskerken in de rubriek „Uit de Schatkamers van de beeldende kunst" worden deze keer ter illustratie een paar foto's gereprodu ceerd van de Sint-Augustinuskerk te Utrecht. Verder de gewone ontspan ningslectuur en de vaste rubrieken. nog nader te bepalen datum. In principe zou de heer Vermeer zich dan van alle commentaar onthouden. „Mochten de uitlatingen van de hoogleraar nopen tot enig commentaar, dan zou dit evenwel niet achterwege gelaten kunnen wor den", zo heeft de VARA intussen al la ten weten. Dit laatste voorstel ligt thans ter tafel. Het Haagse gerechtshof heeft van ochtend uitspraak gedaan inzake de aan slag op de Indonesische militaire attaché, luitenant-kolonel Harjono, welke aan slag het vorige jaar werd gepleegd. De hoofdverdachten, M. Pot en F. A. Colson, werden respectievelijk veroordeeld tot vier jaar met aftrek en tot drie jaar met aftrek. De procureur-generaal had tegen P. twee jaar met aftrek geëist en tegen C tien maanden met aftrek. Het Hof achtte bewezen, dat P. zich aan mishandeling en poging tot afpersing had schuldig ge maakt. C, werd veroordeeld wegens po ging tot afpersing. De andere verdachten m deze zaak, C. A. van D., W. J. S. en L. J. A., werden, conform de eis, vrij gesproken. Advertentie a (Van onze speciale verslaggever) I April is een belangrijke datum voor de luchtvaartmaatschappijen, die er een Europees net op na houden. Vandaag wordt namelijk: de toeristenklasse voor het passagiersvervoer in Europa ingevoerd, een stap, die min of meer be doeld, is om een vliegtocht tot een bereikbaar ideaal voor de zo geheten „gewone man' te maken. En om dicht bij huis te blijven: we mogen wellicht zeggen dat de KLM vandaag regelrecht de concurrentiestrijd aangebonden heeft met de Nederlandse Spoorwegen, zijnde het lichaam, waartoe de meeste Nederlandse toensten-voor-het-buitenland Ach tot nog toe plachten te wenden. De KLM beweert nu zonder meer, dat vele reisjes naar het buitenland per vliegtuig onge veer even veel of laat ons vriendelijkheidshalve zeggen: even weinigkosten als per trein. Onze nationale luchtvaartmaatschappij heeft het zelfs over tra jecten, waarop we door te vliegen minder diep in onze portemonnaie hoeven te tasten. Het klinkt nogal ongelooflijk. Maar de bewijzen hebben wij in de vorm van enkele cijfer staatjes in handen gekregen. de toeristenklassebus. Vliegen naar Pa rijs en weer terug kost 99 gulden, of in de zogenaamde Moonlinerklasse hetgeen neerkomt op 's avonds laat of 's morgens vroeg reizen 82 gulden vijftig. Per N. S. arriveert u na tien uur sporen voor de somma van pl.m. 95 gulden in de Franse hoofdstad. Voor een vliegtuig blijkt Parijs, evenals Lon den, nauwelijks „ver" te zijn. De duur van beide vluchten is ongeveer één uur en 'n kwartier. Vooral bij een reis naar Londen maakt vliegen beduidend ver schil uit, want de boot en de trein doen er samen ongeveer 12 uur over kos ten: pl.m. 160 gulden terwijl de min der vermoeiende tocht door de lucht ongeveer 150 gulden of in een Moonli- ner 112 gulden kost. Nemen we bijvoorbeeld een retour naar Milaan. In de splinternieuwe toe ristenklasse moet u daarvoor 270 gul den betalen. Per trein kost het u on geveer 255 gulden. Tegenover dit ver schil staat het simpele, maar belangrij ke feit, dat de vliegtocht vier uur duurt, dat is twintig uur minder dan met de trein. Nu is Milaan misschien wat ver voor mensen met drie weken vacantie. Maar ook op de zeer gebruikelijke rou tes AmsterdamParijs en Amsterdam Londen komen interessante cijfers uit (Van onze parlementaire redacteur a.i.) Blijkens mededelingen in de Memorie van Antwoord van minister Zijlstra op het wetsontwerp inzake de egalisatie van de kolenprijzen zullen tengevolge van de maximum-prijsvaststelling door de hoge autoriteit van de Europese Ge meenschap voor Kolen en Staal voor verschillende kolensoorten de verbrui- kersprijzen iets dalen. Daartegenover zullen voor andere soorten tengevolge van de noodzakelijk geachte eerste aan passing van de prijzen in de richting van het Europese niveau verhogingen optreden Deze wijzigingen komen in concreto neer op hef volgende. Bij de huisbrand kolen gaat de prijs van de le kwaliteit en de supra-kwaliteit anthraciet omhoog met 25 tot 30 ct. per hectoliter. Bij de eerste kwaliteit anthraciet gaat de prijs voor de parelnoten echter 20 ct. per hectoliter omlaag. Bij de overige huis brandkolen daalt de prijs voor parel noten in de groep anthraciet tweede kwaliteit met 50 ct. per hectoliter, voor de mijncokes IV met 25 ct. per hecto liter en voor de bruinkoolbriketten met 45 ct. per 100 kg. Evenals het vorige jaar zal er een stelsel van seizoenprijzen gelden. Deze keer is daar ook de anthraciet in opge nomen. Voor de ess-kolen en eierbri- ketten geldt een voorjaarskorting van 65 ct. en een zomerkorting van 50 ct. per hectoliter (beide gerekend tegen over de winterprijzen). Voor cokes en anthraciet bedraagt de voorjaarskorting 40 ct. en de zomerkorting 20 ct De veranderingen in de prijzen voor industriekolen variëren tussen dalingen van ƒ4.50 per ton en stijgingen van 10.per ton. In totaal kan de last van deze wijzi gingen in de kolenprijzen voor de in dustrie geschat worden op ongeveer 15.9 millioen gulden en voor de huis brandverbruikers op 21/, millioen gul den. Minister Zijlstra is van mening dat deze bescheiden verhogingen geen ern stige gevolgen voor de industrie en de daarin werkzame bevolking teweeg kunnen brengen. Voor de particuliere verbruikers is de betekenis vandeprijs- veranderingen vrijwel te verwaarlozen; de invoering van de zomerprijzen voor anthraciet vormt hier voldoende tegen wicht. De nieuwe prijsregeling is met in gang van vandaag van kracht gewor den. De Eerste Kamer heeft gisteravond laat anderhalf uur voor het aan breken van de eerste April de dag waarop ingevolge het besluit van dé hoge autoriteit de egalisatie van kracht moest worden het wetsontwerp waarvan deze prijswijzigingen het uit vloeisel zijn, afgehandeld. Het wetsont werp werd na een interessant staats rechtelijk debat tussen prof. Hellema (A.R.), mr. Sassen (K.V.P.) en prof Zijlstra zonder hoofdelijke stemming aanvaard. (Van onze correspondent) Hedenmorgen heeft de rector-magni- ficus van de Technische Hogeschool in Delft de heer H. van Doorne, een der directeuren van Van Doorne's aanhang- wagenfabriek, ter gelegenheid van het vijf en twintigjarig bestaan van deze N.V. aangekondigd dat hij zal worden benoemd tot doctor honoris causa van de Technische Hogeschool in Delft. Na deze voorbeelden voelen we ons genoopt tot een bekentenis. De trein- tarieven-ter-vergelijking zijn die van de tweede klasse der N. S. Degenen, die op vacantiereizen derde klas-retourtjes plegen te gebruiken, zijn dus sporende tóch goedkoper uit. Om echter noch de heer Flesman, noch de heer Den Hol lander te kort te doen, moeten we hier onmiddellijk aan toevoegen, dat de ser vice en het comfort op de toeristen- vluchten gelijk staan aan die van een tweede klas-treinreis. En dan nogmaals: de kortere reisduur, die voor meer toe risten dan u denkt een belangrijke over weging vormt.... Een vraag, die zich bij al dit veelbe lovende vóór-gereken doet stellen, is: wie betaalt deze tariefsverlaging? Om bijvoorbeeld op het retourtje naar Mi laan terug te komen, de toeristenklasse betekent een besparing van 147 gulden. En ook op de andere trajecten komt de verlaging procentsgewijs op een derge lijke „afslag" neer. Het antwoord op de vraag luidt, zoals u wellicht wel ver moed zult hebben, niet: de KLM. Ook al moet onze nationale luchtvaartmaat schappij laat ons zeggen voorlopig een duitje laten vallen, de „clou" van de toeristenklasse schuilt voornamelijk in een vergrote accommodatie van de toe stellen en een versobering in de service. Het gaat er bij de toeristenklasse ui teraard om, een belangrijke stijging van het aantal passagiers te bereiken. De intercontinentale lijnen hebben in de zen een voorbeeld gegeven. Sinds Mei '52 hebben meer dan vijftienduizend reizi gers voor New York in de toeristen klasse gevlogen, waardoor het totale aantal passagiers op deze lijn met elf duizend steeg. Eenzelfde succes in Eu ropa zou de luchtvaart nieuwe moge lijkheden bezorgen. Voorlopig mogen we zeggen, dat vliegen gewoner wordt dan u denkt.... ii elijk in een vorig artikel uit de cijfers kon worden aangetoond, blijven de inkomsten van de particuliere sociale en culturele acti viteiten uit openbare inzamelingen en liefdadigheidsloterijen achter bij de stijging van het nationale inkomen en dreigt er derhalve een hoogst ge vaarlijke toestand voor deze instel lingen te ontstaan. Des te gevaarlij ker is die toestand, omdat dit ver schijnsel niet van voorbijgaande aard is te achten, doch het uitvloeisel is van een ingrijpende wijziging in de sociaal-economische toestand van het Nederlandse volk. Het vrij te beste den deel van het nationale inkomen is niet groter geworden dan het in 1900 was en bovendien is de welstand thans in veel sterkere mate dan een halve eeuw geleden gespreid over de brede massa. Er zijn, populair gezegd, geen echte rijkaards meer. De gevolgen, die op het onder havige terrein zijn te voorzien, vereisen de conceptie van een sociaal en cultureel beleid op lang zicht, dat niet in een ommezien ge formuleerd kan worden. Maar er is wellicht toch een practisch middel te vinden om op korte termijn althans een tegemoetkoming te vinden tegen over het achteruitlopen van de in komsten der vrije sociale en culturele werken, en daarbij rijst de gedachte aan de Staatsloterij, deze dorre in stelling tot gereglementeerde exploi tatie van de particuliere speel- en winzucht, een positieve vrucht te onttrekken. De Staat der Nederlanden maakt per jaar op de vier loterijen van de Staatsloterij een winst van f 2.251.200, waarvan f 272.260 aan kosten afge trokken moeten worden, zodat er een totale netto-winst van f 1.978.940 over blijft. Daarenboven heft de Staat 15 pet. van de prijzen en premies van f 100 en hoger, zijnde in totaal f 1.258.000. Dit zijn de zoete vruchten, die de overheid in de schoot vallen voor haar bemoeiingen tot kanalisering van de speelzucht, gelijk het in de Memorie van Toelichting van de laatste herziening van de Loterijwet te lezen staat. Er ligt derhalve een zedelijk motief aan de Staatsloterij ten grondslag. Is het daarom zonder meer juist te achten, dat de Schatkist voor ettelijke millioenen profiteert van deze het zij gaarne erkend uit verstandige beleidsoverwegingen ondernomen exploitatie van een min der edele vrije activiteit van het Ne derlandse volk? Het is enigszins ver want aan „Mrs Warren's profession". Zou het niet aanbevelenswaardiger zijn de baten van deze minder edele activiteit van het Nederlandse volk om te zetten in een ondersteuning van een hoog edele vrije activiteit, die ditzelfde volk ook verricht, n.l. de sociale en culturele arbeid? De gedachte is niet zo ongewoon. In Denemarken worden door het hef fen van een kleine toeslag op de prijs van het bier vele millioenen gewon nen, waaruit culturele activiteit wordt gefinancierd. En bier drinken llllllllllllllllllllllllllllilllillllllllllllllliillllilllillllllllll llllllllllllllllllllllllllltllllllllHIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIItlllll is een goede en aanbevelenswaardige ontspanning, stellig ver verheven boven het spelen in een loterij. Wij vinden, dat de Staat het bene den zijn waardigheid behoort te achten winst te toucheren uit het feit, dat hij nu eenmaal een minder edele activiteit kanaliseert. Hij doet dit uit zedelijke motieven, doch daarom is het niet zo heel fijn, dat de schatkist daardoor gespekt wordt. Iets anders is het natuurlijk, dat de Staat uit de opbrengst zijn kosten dekt: men mag tenslotte de rekening presenteren voor de kosten, die men bij het be wijzen van diensten aan de liefheb bers maakt. En weer iets anders is het sacro sancte terrein der belastingheffing. Het is heel juist, dat de Staat belas ting heft op de prijzen en premies, maar het mag verwonderlijk heten, dat deze Staat, die alles en iedereen als belastingobject weet te vinden, met betrekking tot de Staatsloterij tot dusver een roerende schroomval ligheid aan de dag heeft gelegd. De Staat immers heeft tot nog toe geheel verzuimd omzetbelasting te heffen van degenen, die door het kopen van lootjes aan net maatschappelijk ver keer deelnemen. Dit is vreemd, maar er lijkt geen enkel bezwaar tegen te bestaan om daar een eind aan te maken. De Staat zou er derhalve toe kun nen overgaan een omzetbelasting van 4 pet. te heffen, alsmede een gering bedrag voor administratiekosten, waardoor de prijs van f4 voor een twintigste lot verhoogd zou worden met 16 plus 9 cents tot f4.25, hetgeen bij de grote liefhebberij in de Staats loterij wel voor niemand een onover- komenlijk bezwaar zal opleveren. De gevolgen zullen verbazingwek kend zijn. De berekening van de ad ministratiekosten zal opleveren een bedrag van f 604.800 en als men daar dan de reële kosten, groot f 272.260 aftrekt, dan resteert er toch altijd nog een bedrag van f 332.540 aan meer opbrengst voor de Staat. De heffing van de 4 pet. omzetbe lasting opent nog glorieuzer perspec tief. Het resultaat daarvan valt te becijferen op f 1.075.200. Telt men hierbij op het bedrag, groot f 1.258.000, dat de overheid inhoudt op de pre mies en de prijzen, dan stijgt de totale belastingopbrengst van de Staats loterij tot f 2.334.000, die aan de over heid dan ook eerlijk zouden toe komen. Hiertegenover zou nu de overheid de nettowinst van f 1.978.940 afstaan aan de sociale en culturele arbeid, waar als nieuwe inkomsten tegenover staan het bovengenoemde bedrag van f 1.075.200 uit de omzetbelasting. Er is dan voor de overheid een nadelig saldo aan deze verandering van f903.740, hetgeen niet zo bijzonder zwaar is. Er is iets voor te zeggen, dat de overheid ook de opbrengst van de doorberekening der administratie kosten als extra-winst zou aanmer ken en deze zou afstaan aan de sociale en culturele arbeid. Doet de overheid dit niet, dan wordt haar nadelig saldo teruggebracht tot ruim vijf ton. Maar de hoofdzaak is in deze gedachtengang, dat de tot dusver door de schatkist getoucheerde netto winst wordt afgestaan. Dit kan voor de sociale en culturele arbeid een bedrag vrijmaken, dat varieert tussen f2.251.200 en f2.583.740 en daarvoor kan machtig veel goed werk worden gedaan, werk dat de offervaardigheid van particuliere geldgevers in de eerste plaats zou stimuleren. Naar onze mening zou dit bedrag eerlijk verdeeld dienen te worden over de twee grote koninklijke instel lingen op het gebied van sociale en culturele arbeid, het Koningin Juli- anafonds en het Prins Bernhardfonds, beide boven de partijen verheven, beide slechts op de achtergrond blijvend om het werk van particu lieren te stimuleren en financieel te ondersteunen. Zo zou men zich vrienden kunnen maken van de on rechtvaardige mammon. De Internationale Katholieke Caritas heeft t\jdens haar te Rome gehouden vergadering een z\j het nog onvolle dig overzicht gegeven van de hulp, verstrekt aan de getroffen gebieden in Nederland, België en Engeland. Besloten werd 85% der beschikbaar gestelde goe- Advertentie Droog haar is dol en breekbaar. Pas op, want nu volgt roos en haaruitval. Hier helpt Silvikrin Lotion met Vitoil, het nieuwe product van het Silvikrin Laboratorium. Het verjongt en vitali- seert Uw haar. Roos verdwijnt reeds na een paar dagen. Het maakt Uw haar gezond en glanzend en houdt hët de hele dag keurig in orde. Wie het elke dag gebruikt, kent zijn haar niet terug: zo prachtig I 52 „Parrawhite" riep hij uit. „Waarom, wie zoekt hem?" „Lees je dan geen kranten," vroeg Eldrick en wees op een paar bladen, die op tafel lagen. „Daar staan ze in; ik adverteer en een zekere firma Halstad Byner uit Londen." Pratt nam'een krant op en zocht naar de advertentie met een voorgewende nieuwsgierigheid. „De laatste dagen heb ik niet veel tijd gehad om de kranten in te zien," zei hij. „Advertenties over Parrawhite en van twee kanten „We doen samen," hernam Eldrick. „Het zijn eigenijk andere lui, die hem willen vinden. Halstead Byner zijn detectives en ik ben maar hun plaatse lijke vertegenwoordiger om zo te zeg gen." „En is er iets op gekomen, mijnheer Eldrick", vroeg Pratt, de krant dicht vouwend. „Heeft u al antwoord?" „Ja," antwoordde Eldrick, terwijl hij ongemerkt Pratt secuur in het oog hield. „Vanmorgen kwam er een tele gram van Murgatroyd, een horlogema ker in de Peelstraat. die ook zo'n soort scheepsagentuur heeft, dat hij Par rawhite een passagebiljet verkocht heeft in November. Ze stuurden het tele gram naar mij door en ik ben er al over naar Murgatroyd geweest. Hij is die vent, die we verleden jaar in een zaakje nodig hadden." „O, die man", zei Pratt. „De naam kwam me al bekend voor. Nu herinner ik het mij. Wat zegt hij?" „Niet veel meer dan in het telegram stond", zei Eldrick. „Hij verschafte Par rawhite het biljet en gelooft, dat hij over Liverpool gereisd is." „O", knikte Pratt. „Daarom was het dan." „Daarom was wat?" vroeg Eldrick. Pratt gaf zijn vroegere patroon een betekenisvolle blik. „Daarom nam hij dat geld weg", zei hij. „U weet nog wel, 400 pop uit uw lade. Dat had hij nodig voor reisgeld. Naar Amerika, zei u? Dan zullen we wel nooit meer iets van hem horen." Maar nu keek Eldrick betekenisvol en lachte droogjes. „We zijn er nog niet zeker van, dat hij verder gekomen is dan Liverpool. Maar we zullen een grondig onderzoek instellen. Eerst hier in Barford. We kunnen toch niet alleen maar afgaan op wat Murgatroyd zegt.' „Waar heeft u hem voor nodig", vroeg Pratt zo nonchalant mogelijk. „Iets uit gehaald?" „Neen.' zei Eldrick en keerde zich om. „Een familielid heeft hem 50.000 gulden nagelaten. Daarom moeten we hem hebben of zijn dood bewijzen." Hij wierp een snelle blik op Pratt en verliet het kantoor om terug te gaan naar Byner, die hij een nauwkeurig verslag uitbracht van de loop van het gesprek. „Hij vertrok geen spier," merkte hij op. „Ijskoud, al die tijd. Ik heb altijd gezegd, dat Pratt een slimme vos was, maar hij is slimmer dan ik dacht" „Liet hij ook niets merken, toen u Murgatroyd noemde?" „Geen zier," zeide Eldrick. „Ook niet toen u van het legaat sprak, vroeg Byner weer. „Hy toonde, wat je kan noemen, be leefde belangstelling," zei Eldrick. Byner lachte, stond op en legde zijn sigaar in het asbakje. „Weet u, mijnheer Eldrick, wat ik nu dadelijk ga doen?" vroeg hij. „Neen," zei Eldrick verbaasd. „De politie" fluisterde Byner. „Dat is de volgende troef. Binnen een paar mi nuten. Wilt u mij een briefje geven voor de hoofdcommissaris of opperwacht meester of hoe die heet en een voor de beste detective hier in de stad. Dat zou me een heleboel moeite besparen." „Natuurlijk, als u dat wenst," zei El drick. „U wilt toch niet zeggen, dat u Pratt wilt laten arresteren op wat we nu weten?" „Absoluut niet,' antwoordde Byner. „Dat zou veel te gauw zijn. Ik heb al leen maar de detective nodig als hel per. We zullen mijnheer Pratt nog een beetje tijd geven, bijvoorbeeld 24 uur. Wie is de beste detective hier? Een kalme, onopvallende vent?" „Dan is Puydale uw man," zei El drick. „Ik heb meer dan eens van zijn diensten gebruik gemaakt. Ik zal u een introductie geven en ook een voor com missaris Watersen." Hij ging naar de schrijftafel, krabbel de enkele regels op een velletje papier, sloot het in een enveloppe en keerde er mee terug naar Byner. „Ik snap niet, waar u heen wilt," her nam hij. „En ook niet, waar het einde zal zijn. Dat alleen weet ik zeker, het hele verhaal liet Pratt steenkoud." Maar het liet Pratt niet ijskoud. Pratt zat danig in de knel toen zijn vroegere patroon de trap af ging. Hij had zich zelf echter aangewend om op zijn ge zicht niets te laten blijken van wat hij inwendig voelde; niettemin was hij erg in de war. Een halve ton voor Par rawhite of voor Parrawhite's erven! En die erven zouden niet rusten vóór zij hem hadden, levend of dood. Als dat onderzoek in Barford begon, waar moest het dan eindigen? Ijskoud! Als Eldrick eens teruggekomen was, zou hij Pratt in doodsangst gevonden hebben met het hoofd op zijn armen. Tenslotte kalmeerde Pratt en hij begon na te denken. Hij sloot vroeg het kan toor en ging turnen. Beweging deed hem goed en hij kon zo goed denken on der het oefenen. Weer dineerde hij in de stad en zette nieuwe plannen in el kaar. In de schemering trok hij naar de volksbuurt, waar Murgatroyd woonde. Hij moest hem nog eens spreken en wel dadelijk. Halfweg de Peelstraat stond hij plotseling stil, verlamd van schrik. Uit een zijstraat kwam een be daarde, heel gewoon uitziende man, die hij heel goed kende, detective Puy dale. Naast hem liep een kwieke, veel jongere kerel, die Pratt die middag in de stad gezien had, een vreemdeling. En terwijl hij hen nastaarde, staken deze twee de straat over en verdwenen in het schamele winkeltje van Murga troyd. Onder de weldoende invloed van twee borrels en Pratt's verzekering, dat alles in orde kwam, was Murgatroyd met zijn duizend gulden naar huis gegaan. Hij gevoelde zich zo ongeveer als een man, die bijna verdronken is en op het aller laatste ogenblik een reddingsboei kan vastgrijpen. Want duizend gulden was duizend gulden! Hij zou de huur kun nen betalen en de gas- en waterleiding en de slager en kruidenier. Dan zouden de kinderen eindelijk eens de zo brood nodige schoenen en kleren kunnen krij gen en dan bleef er nog heel wat over. (Wordt vervolgd). deren door te zenden naar Nederland, naar België 15%. Namens de Engelse Katholieken deelde kardinaal Griffin mede, dat Engeland geen hulp meer be hoefde, daar het land de schade alleen kon dragen. Op deze vergadering was de Nederlandse Katholieke Caritas verte genwoordigd door mr. Sark. Uit het overzicht blijkt, dat de Bel gische Caritas 500.000 francs ter beschik king houdt voor herstel in eigen land. Naar Nederland zond zij reeds 270.000 ton aan kleding, linnengoed, laarzen enz. Frankrijk bracht 53 millioen francs bij elkaar. Daarvan ging 3 millioen francs naar België en Engeland, 50 millioen naar Nederland, Daarnaast kochten de Franse Katholieken voor Nederland en België 14 auto-ambulances. Bovendien zonden zij 103 vrachtauto's met kleding en dekens naar Nederland, alsmede ma teriaal voor de wederopbouw ter waarde van 30 millioen francs. De Griekse Cari tas Organisatie stuurde ondanks grote armoede onder eigen Katholieken enke le tonnen rozijnen naar Nederland. De Katholieken in Italië zonden 3 wagons citroenen en sinaasappelen naar België, 8 wagons naar Nederland. Bovendien brachten zij 20 millioen lire bijeen. Het kleine Luxemburg stelde 25 wagons met kleding, linnen- en beddegoed ter be schikking, alsmede 3.650.000 Luxemburg se francs. Portugal zond linnen- en bed degoed, de Spaanse Caritas een speciale trein met sinaasappelen en citroenen. Bovendien werden door het bisdom Ta- ragona 2 wagons fruit geschonken, door het bisdom Valencia 10 ton rijst. De Amerikaanse Caritas stelde 100 wagons met kleding en schoeisel ter beschikking. Behalve kleding e.d. bracht de Oosten rijkse Katholieke Caritas 1,5 millioen schilling bijeen. Dit overzicht vermeldt niet de grote zendingen aan geld en goederen van het Pauselijk Hulpwerk, noch de grote gift uit Canada. Wegens opzettelijke brandstichting eiste de Officier van Justitie te Almelo Dinsdag drie jaar gevangenisstraf met aftrek van voorarrest tegen de Ensche- deër J. v. d. H., directeur van de ma chinefabriek Oost-Nederland te Ensche de. Tegen de vroegere eigenaar en hui dige exportleider D. S. uit Leidschen- dam werd eveneens drie jaar geëist, doch zonder aftrek. Tegen de schilder G. J. T. te Enschede, die in het complot betrokken was en de brand in feite ver oorzaakte, werd anderhalf jaar met af trek geëist. De brand ontstond bijna twee jaar geleden. Zoals wij destijds meldden be stond reeds direct het vermoeden van brandstichting, doch er kon niets be wezen worden, zodat de verzekering een bedrag van ruim ƒ500.000 uitkeerde. Toen de fabrieksdirecteur, die in finan ciële moeilijkheden verkeerde, onlangs voor een andere zaak met de politie in aanraking kwam, gaf hij ook de brand stichting toe. Samen met zijn export leider bracht hij brandbare materialen op de zolder van de fabriek en een na bijgelegen villa. Met de schilder werd overeengekomen dat hij de brand ver oorzaken zou. Beide panden brandden vrijwel geheel af. De exportleider ontkende tijdens de zitting het hem ten laste gelegde. De Officier achtte echter zijn aandeel be wezen en vroeg onmiddellijke gevan genneming. Dit verzoek willigde de rechtbank in. Bij de verschillende spaarbanken, aangesloten bij de Nederlandse Spaar- bankbond. werd in de maan^ Fe bruari 1953 f 57.274.675 ingelegd en f 39.646.945 terugbetaald,, latende een spaarsaldo van f 17.627.730. Gedurende de maanden Januari en Februari 1953 werd ingelegd f 131.5 millioen en te rugbetaald f 90.0 millioen. een spaar saldo derhalve van f 41.5 millioen. „De grote goodwill die Nederland in de V.S. geniet bevindt zich nu op haar hoogtepunt", verklaarde Prins Bernhard vanmorgen op Schiphol toen hij tegen negen uur in gezelschap van zijn parti culier secretaris, dr. F. A. de Graaff, en de adjudant in buitengewone dienst, van H. M. de Koningin, majoor-vlieger Gerben Sonderman, met het K.L.M.- vliegtuig uit New York was terugge keerd. „Deze atmosfeer heeft mijn gehele reis beheerst en is tot uiting gekomen in nieuwe giften aan geld en goederen, zoals bijv. te Washington, waar hulp- comité's van overal uit het land mij ter ambassade een bedrag van twee millioeD dollar zijn komen aanbieden". „Over een brief van de Koningin aan gaande het vluchtelingenvraagstuk, die ik aan president Eisenhower heb over handigd", zei de Prins verder, „zal het officiële commentaar moeten worden af gewacht". „Was uw rede voor de University Club te New York, waarin u voorrang be pleitte van een gemeenschappelijke Europese markt boven een politieke unie een verrassing?" „Zoveel is zeker", was bet antwoord, „dat openhartige taal in Amerika op prijs wordt gesteld". Daarop begaf de Prins zich met zijn secretaris en adjudanten, majoor C G. Geertsema en luit. ter zee 1 kL A. F. Eibers, die aan het vliegtuig ter verwel koming aanwezig waren, naar zijn ge reedstaande auto. Voor zijn vertrek naar Nederland heeft de Prins in de V.S. in antwoord op een vraag gezegd dat hij geïnformeerd had naar het bericht over nieuwe overstro mingen en dat gebleken was, dat de jong ste stormen opnieuw een bedreiging had den gevormd. Zijn bezorgdheid over nieuwe overstromingen zou pas wijken na vijftien April of daaromtrent, wan neer de grootste kans op gevaarlijke stormen voorbij zou zijn. De Prins verklaarde voorts, dat het drie jaar zal duren alvorens de over stroomde gebieden weer een volledige oogst zullen opleveren. Dit jaar zal een gedeeltelijke oogst verkregen kunnen worden door overstroomde landerijen met potas te behandelen. Het is mogelijk, dat Prins Bernhard in de herfst naar de Verenigde Staten terugkeert om de laatste phase van de viering van het driehonderdjarig be staan van de stad New York bij te wo nen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 3