Controverse tussen Evert
Vermeer en prof. Gielen
«P
Toeristenklasseconcurrentiestrijd
tussen luchtvaart en spoorwegen
Vandaag nieuwe prijzen
voor brandstoffen
Liefdadigheid in het gedrang
G
3
Silvikrin
Lotion met Vitoil
Prins Bernhard terug
in ons land
De Intern. Katholieke Caritas
jhantage
Oud-minister wenst Vermeer voor
VARA-microfoon te antwoorden
Boerderij in de as
gelegd
Vandaag start de tariefsverlaging in Europa
Voor particuliere verbruikers
weinig verandering
J
85 pet. van hulp voor Nederland
ka#*'
eist
1/lTOlt-'
Brandstichting in
machinefabriek
Krachtige spaarzin
in Februari
Diep geroerd door grote steun van
de Amerikanen
HOUDING T.A.V. HET HUMANISME
Alle vee door buren
hulp gered
Vier en drie jaar voor
hoofdverdachten
Vliegen wordt gewoner
dan U denkt
H. v. Doorne doctor h.c.
van Techn. Hogeschool
Vitoil geeft dor haar nieuw leven
QlOOf
WOENSDAG 1 APRIL 1953
PAGINA 3
Katholieke Illustratie
Aanslag op Harjono:
Vrijspraak voor de overigen
zijn onafschei
delijk. Samen
verrichten zij
een wonder in
besparing, geur
w en smaakt
In Denemarken worden
door het heffen van een
kleine toeslag op de prijs
van het bier vele millioe
nen gewonnen, waaruit
culturele activiteit wordt
gefinancierd. En bier drin
ken is een goede en aanbe
velenswaardige ontspan
ning, stellig ver verheven
boven het spelen in een
loterij
Flacons 11.50 en 12.75
door
J. S. Fletcher
HOOFDSTUK XXIV
DE WEDERHELFT.
Eisen: tweemaal drie en
eenmaal anderhalf jaar
Prof. dr. Jos 3. Gielen, de oud-minis-
'er van Onderwas, Kunsten en Weten
schappen en thans hoogleraar te Nijme
gen, gevoelt zich gegriefd door de aan
bal, welke het Kamerlid Vermeer 25
Maart in zijn VARA-rubriek „Op de kor
rel", tegen hem heeft gericht. Overwe
gend bezwaar heeft prof. Gielen tegen
de voorstelling van zaken, welke de heer
Vermeer in zijn uitzending heeft gege
ten, van de houding van de Nijmeegse
hoogleraar ten aanzien van het huma
nisme. In een telegram aan de minis
ter van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen heeft prof. Gielen tegen deze
gang van zaken geprotesteerd. De tekst
van het telegram dat werd verzonden
luidt als volgt:
„Protesteer met klem tegen aanval op
mijn persoon en valse voorlichting van
Evert Vermeer voor VARA op vijfen
twintig Maart. Verzoeke maatregelen en
gelegenheid voor mij om voor VARA
Waarheid te vertellen."
De wens van prof. Gielen is dus dui
delijk. Hij -vril voor de VARA-microfoon
het recht van wederwoord. Dat men in
officiële kringen met deze wens reke
ning wil houden moge blijken uit de be
spreking, welke inmiddels reeds met de
adjunct-regeringscommissaris voor het
radiowezen, mr. Ph. de Vries, over deze
aangelegenheid is gehouden.
De heer Vermeer zei in zijn radio
praatje:
„Prof. Jos Gielen van de Nijmeegse
universiteit heeft in net Limburgs Dag
blad van 19 Februari onder de titel
„Verduidelijking" een artikel geschre
ven over het humanisme. In dat artikel
komt een groot aantal onjuistheden voor,
die ik niet allemaal nier zal behandelen.
Ik wil slechts op twee er van de vin
ger leggen. Prof. Gielen schrijft: „Daar
om ook kan dr. van Praag in het boek
„Modern Humanisme" stellen, dat het
soms noodzakelijk kan zijn, om tegen
het ethische beginsel te zondigen. Met
name," zo zei prof. Gielen, „kan men
zijn toevlucht nemen tot leugen en be
drog. Ieder bepale voor zijn eigen ge
weten, hoever hij gaan kan." Dat is
nogal wat. Men kan zijn toevlucht ne
men tot leugen en beorog. Dat schuift
prof. Gielen dr. van Praag in de schoe
nen. Wat is echter het geval? In zijn
boek „Modern Humanisme" behandelt
dr. van Praag de opvattingen van wij
len Herman Gorter over moraal en
ethiek. In een boekje „Klassemoraai",
uitgegeven in 1920, heeft namelijk Gor
ter zekere Marxistische opvattingen in
zake de ethiek verdedigd' en dr. Van
Praag keert zich juist tegen de opvat
ting, alsof leugen en bedrog en on
trouw goed kunnen zijn, als zij in de
klassestrijd noodzakelijk blijken. Prof.
Gielen kan dat vinden op de pagina's
76 tot en met 78 in het boek van dr.
Van Praag „Modern Humanisme". De
zin: „ieder bepale voor zijn eigen ge
weten, hoever hij gaan kan", slaat op
het vraagstuk van het vegetarisme, dat
dr. Van Praag in datzelfde boek even
aanstipt. Prof. Gielen plakt deze zin
rustig achter de zin: „Men kan zijn
toevlucht nemen tot leugen en bedrog",
en hij probeert op.deze wijze het hu
manisme te bestrijden. Ik moet zeggen,
het is wel fraai. Tegen de humanisten
in ons land is blijkbaar alles geoorloofd,
ook de leugen en het bedrog."
Van de zijde van de VARA vernemen
wij, dat deze omroepvereniging prof.
Gielen intussen heeft voorgesteld een
speciale uitzending aan de controverse
te wijden. Dit voorstel hield in dat Evert
Vermeer zijn tekst van 25 Maart, hier
boven weergegeven, zou herhalen,
waarop prof. Gielen zou mogen ant
woorden. Daarop zou dan een commen
taar van dr. Van Praag, voorzitter van
het Humanistisch Verbond, volgen met
als slot een laatste woord van prof. Gie
len.
.rPSNijmeegse hoogleraar heeft de
VARA al doen weten dat hij op dit
voorstel in deze vorm niet kan ingaan.
Naar zijn mening wordt het debat in
deze vorm teveel toegespitst op één zin.
Hij wil wel voor de VARA-microfoon
spreken, maar dan in een algemener
vorm. De VARA heeft haar voorstel en
het antwoord van prof. Gielen hierop in
een rapport samengevat en ter kennis
laten brengen van de minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen.
Na de weigering van prof. Gielen heeft
de VARA hem voorgesteld vijf minuten
hef woord te voeren in de rubriek van
Evert Vermeer „Op de korrel" op een
Dinsdagavond is brand uitgebroken in
°e boerderij „Bouwers" van de land
bouwer D. W. T. te Lintum in de boer
derij Miste bij Winterswijk. Ijlings toe
geschoten buren en kennissen wisten de
varkens en 15 runderen en een paard,
die in de stallen aanwezig waren, bij-
HJds naar buiten te brengen. De hoer
erij ging vrijwel, geheel verloren.
Het nummer van 3 April bevat een
"rtikel over wijlen koningin Mary, de
«grand old lady" van het Britse rijk, in
haar leven een waarlijk koninklijke
vrouw. Er wordt een interessante, per
soonlijk gehouden beschrijving gegeven
van de befaamde Easter Parade op de
ochtend van de Eerste Paasdag te New
York, wanneer de nieuwste modesnuf-
les voor het eerst ten aanschouwen van
honderdduizenden worden gedragen.. Leo
ouwis schrijft een eerste artikel over
„De Werkers aan de dijken"; het zal
worden gevolgd door een tweede ovei
de buitenaf werkers van Sliedrecht, die
in alle delen van de wereld hun heel
speciale werk doen. De grote serie ,De
Jeugd van vandaag, de wereld van
jnorgen" geeft ditmaal een schets van
het leven van een jong landedelman,
oen klasse wier maatschappelijke posi
tie na twee wereldoorlogen nog maar
een zwakke schaduw is van vroeger.
Jan Cottaar schrijft over de „slechte
Wedstrijd" NederlandZwitseland. Van
de grote prijsvraag wordt de derde op
gave geplaatst; de vierde en laatste
volgt aanstaande week. In het kader
Van de serie oude Waterstaatskerken in
de rubriek „Uit de Schatkamers van de
beeldende kunst" worden deze keer ter
illustratie een paar foto's gereprodu
ceerd van de Sint-Augustinuskerk te
Utrecht. Verder de gewone ontspan
ningslectuur en de vaste rubrieken.
nog nader te bepalen datum. In principe
zou de heer Vermeer zich dan van alle
commentaar onthouden. „Mochten de
uitlatingen van de hoogleraar nopen tot
enig commentaar, dan zou dit evenwel
niet achterwege gelaten kunnen wor
den", zo heeft de VARA intussen al la
ten weten.
Dit laatste voorstel ligt thans ter tafel.
Het Haagse gerechtshof heeft van
ochtend uitspraak gedaan inzake de aan
slag op de Indonesische militaire attaché,
luitenant-kolonel Harjono, welke aan
slag het vorige jaar werd gepleegd. De
hoofdverdachten, M. Pot en F. A. Colson,
werden respectievelijk veroordeeld tot
vier jaar met aftrek en tot drie jaar met
aftrek.
De procureur-generaal had tegen P.
twee jaar met aftrek geëist en tegen C
tien maanden met aftrek. Het Hof achtte
bewezen, dat P. zich aan mishandeling
en poging tot afpersing had schuldig ge
maakt. C, werd veroordeeld wegens po
ging tot afpersing. De andere verdachten
m deze zaak, C. A. van D., W. J. S. en
L. J. A., werden, conform de eis, vrij
gesproken.
Advertentie
a
(Van onze speciale verslaggever)
I April is een belangrijke datum voor de luchtvaartmaatschappijen, die er
een Europees net op na houden. Vandaag wordt namelijk: de toeristenklasse
voor het passagiersvervoer in Europa ingevoerd, een stap, die min of meer be
doeld, is om een vliegtocht tot een bereikbaar ideaal voor de zo geheten „gewone
man' te maken. En om dicht bij huis te blijven: we mogen wellicht zeggen dat
de KLM vandaag regelrecht de concurrentiestrijd aangebonden heeft met de
Nederlandse Spoorwegen, zijnde het lichaam, waartoe de meeste Nederlandse
toensten-voor-het-buitenland Ach tot nog toe plachten te wenden. De KLM
beweert nu zonder meer, dat vele reisjes naar het buitenland per vliegtuig onge
veer even veel of laat ons vriendelijkheidshalve zeggen: even weinigkosten
als per trein. Onze nationale luchtvaartmaatschappij heeft het zelfs over tra
jecten, waarop we door te vliegen minder diep in onze portemonnaie hoeven
te tasten. Het klinkt nogal ongelooflijk. Maar de bewijzen hebben wij in de vorm
van enkele cijfer staatjes in handen gekregen.
de toeristenklassebus. Vliegen naar Pa
rijs en weer terug kost 99 gulden, of
in de zogenaamde Moonlinerklasse
hetgeen neerkomt op 's avonds laat of
's morgens vroeg reizen 82 gulden
vijftig. Per N. S. arriveert u na tien
uur sporen voor de somma van pl.m. 95
gulden in de Franse hoofdstad. Voor
een vliegtuig blijkt Parijs, evenals Lon
den, nauwelijks „ver" te zijn. De duur
van beide vluchten is ongeveer één uur
en 'n kwartier. Vooral bij een reis naar
Londen maakt vliegen beduidend ver
schil uit, want de boot en de trein doen
er samen ongeveer 12 uur over kos
ten: pl.m. 160 gulden terwijl de min
der vermoeiende tocht door de lucht
ongeveer 150 gulden of in een Moonli-
ner 112 gulden kost.
Nemen we bijvoorbeeld een retour
naar Milaan. In de splinternieuwe toe
ristenklasse moet u daarvoor 270 gul
den betalen. Per trein kost het u on
geveer 255 gulden. Tegenover dit ver
schil staat het simpele, maar belangrij
ke feit, dat de vliegtocht vier uur duurt,
dat is twintig uur minder dan met de
trein. Nu is Milaan misschien wat ver
voor mensen met drie weken vacantie.
Maar ook op de zeer gebruikelijke rou
tes AmsterdamParijs en Amsterdam
Londen komen interessante cijfers uit
(Van onze parlementaire redacteur a.i.)
Blijkens mededelingen in de Memorie
van Antwoord van minister Zijlstra op
het wetsontwerp inzake de egalisatie
van de kolenprijzen zullen tengevolge
van de maximum-prijsvaststelling door
de hoge autoriteit van de Europese Ge
meenschap voor Kolen en Staal voor
verschillende kolensoorten de verbrui-
kersprijzen iets dalen. Daartegenover
zullen voor andere soorten tengevolge
van de noodzakelijk geachte eerste aan
passing van de prijzen in de richting
van het Europese niveau verhogingen
optreden
Deze wijzigingen komen in concreto
neer op hef volgende. Bij de huisbrand
kolen gaat de prijs van de le kwaliteit
en de supra-kwaliteit anthraciet omhoog
met 25 tot 30 ct. per hectoliter. Bij de
eerste kwaliteit anthraciet gaat de prijs
voor de parelnoten echter 20 ct. per
hectoliter omlaag. Bij de overige huis
brandkolen daalt de prijs voor parel
noten in de groep anthraciet tweede
kwaliteit met 50 ct. per hectoliter, voor
de mijncokes IV met 25 ct. per hecto
liter en voor de bruinkoolbriketten met
45 ct. per 100 kg.
Evenals het vorige jaar zal er een
stelsel van seizoenprijzen gelden. Deze
keer is daar ook de anthraciet in opge
nomen. Voor de ess-kolen en eierbri-
ketten geldt een voorjaarskorting van
65 ct. en een zomerkorting van 50 ct.
per hectoliter (beide gerekend tegen
over de winterprijzen). Voor cokes en
anthraciet bedraagt de voorjaarskorting
40 ct. en de zomerkorting 20 ct
De veranderingen in de prijzen voor
industriekolen variëren tussen dalingen
van ƒ4.50 per ton en stijgingen van
10.per ton.
In totaal kan de last van deze wijzi
gingen in de kolenprijzen voor de in
dustrie geschat worden op ongeveer
15.9 millioen gulden en voor de huis
brandverbruikers op 21/, millioen gul
den. Minister Zijlstra is van mening dat
deze bescheiden verhogingen geen ern
stige gevolgen voor de industrie en de
daarin werkzame bevolking teweeg
kunnen brengen. Voor de particuliere
verbruikers is de betekenis vandeprijs-
veranderingen vrijwel te verwaarlozen;
de invoering van de zomerprijzen voor
anthraciet vormt hier voldoende tegen
wicht.
De nieuwe prijsregeling is met in
gang van vandaag van kracht gewor
den. De Eerste Kamer heeft gisteravond
laat anderhalf uur voor het aan
breken van de eerste April de dag
waarop ingevolge het besluit van dé
hoge autoriteit de egalisatie van kracht
moest worden het wetsontwerp
waarvan deze prijswijzigingen het uit
vloeisel zijn, afgehandeld. Het wetsont
werp werd na een interessant staats
rechtelijk debat tussen prof. Hellema
(A.R.), mr. Sassen (K.V.P.) en prof
Zijlstra zonder hoofdelijke stemming
aanvaard.
(Van onze correspondent)
Hedenmorgen heeft de rector-magni-
ficus van de Technische Hogeschool in
Delft de heer H. van Doorne, een der
directeuren van Van Doorne's aanhang-
wagenfabriek, ter gelegenheid van het
vijf en twintigjarig bestaan van deze
N.V. aangekondigd dat hij zal worden
benoemd tot doctor honoris causa van
de Technische Hogeschool in Delft.
Na deze voorbeelden voelen we ons
genoopt tot een bekentenis. De trein-
tarieven-ter-vergelijking zijn die van
de tweede klasse der N. S. Degenen, die
op vacantiereizen derde klas-retourtjes
plegen te gebruiken, zijn dus sporende
tóch goedkoper uit. Om echter noch de
heer Flesman, noch de heer Den Hol
lander te kort te doen, moeten we hier
onmiddellijk aan toevoegen, dat de ser
vice en het comfort op de toeristen-
vluchten gelijk staan aan die van een
tweede klas-treinreis. En dan nogmaals:
de kortere reisduur, die voor meer toe
risten dan u denkt een belangrijke over
weging vormt....
Een vraag, die zich bij al dit veelbe
lovende vóór-gereken doet stellen, is:
wie betaalt deze tariefsverlaging? Om
bijvoorbeeld op het retourtje naar Mi
laan terug te komen, de toeristenklasse
betekent een besparing van 147 gulden.
En ook op de andere trajecten komt de
verlaging procentsgewijs op een derge
lijke „afslag" neer. Het antwoord op de
vraag luidt, zoals u wellicht wel ver
moed zult hebben, niet: de KLM. Ook
al moet onze nationale luchtvaartmaat
schappij laat ons zeggen voorlopig
een duitje laten vallen, de „clou" van
de toeristenklasse schuilt voornamelijk
in een vergrote accommodatie van de toe
stellen en een versobering in de service.
Het gaat er bij de toeristenklasse ui
teraard om, een belangrijke stijging
van het aantal passagiers te bereiken.
De intercontinentale lijnen hebben in de
zen een voorbeeld gegeven. Sinds Mei '52
hebben meer dan vijftienduizend reizi
gers voor New York in de toeristen
klasse gevlogen, waardoor het totale
aantal passagiers op deze lijn met elf
duizend steeg. Eenzelfde succes in Eu
ropa zou de luchtvaart nieuwe moge
lijkheden bezorgen. Voorlopig mogen
we zeggen, dat vliegen gewoner wordt
dan u denkt....
ii
elijk in een vorig artikel uit de
cijfers kon worden aangetoond,
blijven de inkomsten van de
particuliere sociale en culturele acti
viteiten uit openbare inzamelingen en
liefdadigheidsloterijen achter bij de
stijging van het nationale inkomen
en dreigt er derhalve een hoogst ge
vaarlijke toestand voor deze instel
lingen te ontstaan. Des te gevaarlij
ker is die toestand, omdat dit ver
schijnsel niet van voorbijgaande aard
is te achten, doch het uitvloeisel is
van een ingrijpende wijziging in de
sociaal-economische toestand van het
Nederlandse volk. Het vrij te beste
den deel van het nationale inkomen
is niet groter geworden dan het in
1900 was en bovendien is de welstand
thans in veel sterkere mate dan een
halve eeuw geleden gespreid over de
brede massa. Er zijn, populair gezegd,
geen echte rijkaards meer.
De gevolgen, die op het onder
havige terrein zijn te voorzien,
vereisen de conceptie van een
sociaal en cultureel beleid op lang
zicht, dat niet in een ommezien ge
formuleerd kan worden. Maar er is
wellicht toch een practisch middel te
vinden om op korte termijn althans
een tegemoetkoming te vinden tegen
over het achteruitlopen van de in
komsten der vrije sociale en culturele
werken, en daarbij rijst de gedachte
aan de Staatsloterij, deze dorre in
stelling tot gereglementeerde exploi
tatie van de particuliere speel- en
winzucht, een positieve vrucht te
onttrekken.
De Staat der Nederlanden maakt
per jaar op de vier loterijen van de
Staatsloterij een winst van f 2.251.200,
waarvan f 272.260 aan kosten afge
trokken moeten worden, zodat er een
totale netto-winst van f 1.978.940 over
blijft. Daarenboven heft de Staat
15 pet. van de prijzen en premies van
f 100 en hoger, zijnde in totaal
f 1.258.000.
Dit zijn de zoete vruchten, die de
overheid in de schoot vallen voor
haar bemoeiingen tot kanalisering
van de speelzucht, gelijk het in de
Memorie van Toelichting van de
laatste herziening van de Loterijwet
te lezen staat. Er ligt derhalve een
zedelijk motief aan de Staatsloterij
ten grondslag. Is het daarom zonder
meer juist te achten, dat de Schatkist
voor ettelijke millioenen profiteert
van deze het zij gaarne erkend
uit verstandige beleidsoverwegingen
ondernomen exploitatie van een min
der edele vrije activiteit van het Ne
derlandse volk? Het is enigszins ver
want aan „Mrs Warren's profession".
Zou het niet aanbevelenswaardiger
zijn de baten van deze minder edele
activiteit van het Nederlandse volk
om te zetten in een ondersteuning
van een hoog edele vrije activiteit,
die ditzelfde volk ook verricht, n.l.
de sociale en culturele arbeid?
De gedachte is niet zo ongewoon.
In Denemarken worden door het hef
fen van een kleine toeslag op de prijs
van het bier vele millioenen gewon
nen, waaruit culturele activiteit
wordt gefinancierd. En bier drinken
llllllllllllllllllllllllllllilllillllllllllllllliillllilllillllllllll
llllllllllllllllllllllllllltllllllllHIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIItlllll
is een goede en aanbevelenswaardige
ontspanning, stellig ver verheven
boven het spelen in een loterij.
Wij vinden, dat de Staat het bene
den zijn waardigheid behoort te
achten winst te toucheren uit het feit,
dat hij nu eenmaal een minder edele
activiteit kanaliseert. Hij doet dit uit
zedelijke motieven, doch daarom is
het niet zo heel fijn, dat de schatkist
daardoor gespekt wordt. Iets anders
is het natuurlijk, dat de Staat uit de
opbrengst zijn kosten dekt: men mag
tenslotte de rekening presenteren
voor de kosten, die men bij het be
wijzen van diensten aan de liefheb
bers maakt.
En weer iets anders is het sacro
sancte terrein der belastingheffing.
Het is heel juist, dat de Staat belas
ting heft op de prijzen en premies,
maar het mag verwonderlijk heten,
dat deze Staat, die alles en iedereen
als belastingobject weet te vinden,
met betrekking tot de Staatsloterij
tot dusver een roerende schroomval
ligheid aan de dag heeft gelegd. De
Staat immers heeft tot nog toe geheel
verzuimd omzetbelasting te heffen
van degenen, die door het kopen van
lootjes aan net maatschappelijk ver
keer deelnemen. Dit is vreemd, maar
er lijkt geen enkel bezwaar tegen te
bestaan om daar een eind aan te
maken.
De Staat zou er derhalve toe kun
nen overgaan een omzetbelasting van
4 pet. te heffen, alsmede een gering
bedrag voor administratiekosten,
waardoor de prijs van f4 voor een
twintigste lot verhoogd zou worden
met 16 plus 9 cents tot f4.25, hetgeen
bij de grote liefhebberij in de Staats
loterij wel voor niemand een onover-
komenlijk bezwaar zal opleveren.
De gevolgen zullen verbazingwek
kend zijn. De berekening van de ad
ministratiekosten zal opleveren een
bedrag van f 604.800 en als men daar
dan de reële kosten, groot f 272.260
aftrekt, dan resteert er toch altijd nog
een bedrag van f 332.540 aan meer
opbrengst voor de Staat.
De heffing van de 4 pet. omzetbe
lasting opent nog glorieuzer perspec
tief. Het resultaat daarvan valt te
becijferen op f 1.075.200. Telt men
hierbij op het bedrag, groot f 1.258.000,
dat de overheid inhoudt op de pre
mies en de prijzen, dan stijgt de totale
belastingopbrengst van de Staats
loterij tot f 2.334.000, die aan de over
heid dan ook eerlijk zouden toe
komen.
Hiertegenover zou nu de overheid
de nettowinst van f 1.978.940 afstaan
aan de sociale en culturele arbeid,
waar als nieuwe inkomsten tegenover
staan het bovengenoemde bedrag van
f 1.075.200 uit de omzetbelasting. Er
is dan voor de overheid een nadelig
saldo aan deze verandering van
f903.740, hetgeen niet zo bijzonder
zwaar is. Er is iets voor te zeggen,
dat de overheid ook de opbrengst van
de doorberekening der administratie
kosten als extra-winst zou aanmer
ken en deze zou afstaan aan de
sociale en culturele arbeid. Doet de
overheid dit niet, dan wordt haar
nadelig saldo teruggebracht tot ruim
vijf ton. Maar de hoofdzaak is in deze
gedachtengang, dat de tot dusver
door de schatkist getoucheerde netto
winst wordt afgestaan. Dit kan voor
de sociale en culturele arbeid een
bedrag vrijmaken, dat varieert tussen
f2.251.200 en f2.583.740 en daarvoor
kan machtig veel goed werk worden
gedaan, werk dat de offervaardigheid
van particuliere geldgevers in de
eerste plaats zou stimuleren.
Naar onze mening zou dit bedrag
eerlijk verdeeld dienen te worden
over de twee grote koninklijke instel
lingen op het gebied van sociale en
culturele arbeid, het Koningin Juli-
anafonds en het Prins Bernhardfonds,
beide boven de partijen verheven,
beide slechts op de achtergrond
blijvend om het werk van particu
lieren te stimuleren en financieel te
ondersteunen.
Zo zou men zich vrienden
kunnen maken van de on
rechtvaardige mammon.
De Internationale Katholieke Caritas
heeft t\jdens haar te Rome gehouden
vergadering een z\j het nog onvolle
dig overzicht gegeven van de hulp,
verstrekt aan de getroffen gebieden in
Nederland, België en Engeland. Besloten
werd 85% der beschikbaar gestelde goe-
Advertentie
Droog haar is dol en breekbaar. Pas
op, want nu volgt roos en haaruitval.
Hier helpt Silvikrin Lotion met Vitoil,
het nieuwe product van het Silvikrin
Laboratorium. Het verjongt en vitali-
seert Uw haar. Roos verdwijnt reeds
na een paar dagen. Het maakt Uw
haar gezond en glanzend en houdt
hët de hele dag keurig in orde. Wie
het elke dag gebruikt, kent zijn haar
niet terug: zo prachtig I
52
„Parrawhite" riep hij uit. „Waarom,
wie zoekt hem?"
„Lees je dan geen kranten," vroeg
Eldrick en wees op een paar bladen, die
op tafel lagen. „Daar staan ze in; ik
adverteer en een zekere firma Halstad
Byner uit Londen."
Pratt nam'een krant op en zocht naar
de advertentie met een voorgewende
nieuwsgierigheid.
„De laatste dagen heb ik niet veel tijd
gehad om de kranten in te zien," zei hij.
„Advertenties over Parrawhite en van
twee kanten
„We doen samen," hernam Eldrick.
„Het zijn eigenijk andere lui, die hem
willen vinden. Halstead Byner zijn
detectives en ik ben maar hun plaatse
lijke vertegenwoordiger om zo te zeg
gen."
„En is er iets op gekomen, mijnheer
Eldrick", vroeg Pratt, de krant dicht
vouwend. „Heeft u al antwoord?"
„Ja," antwoordde Eldrick, terwijl hij
ongemerkt Pratt secuur in het oog
hield. „Vanmorgen kwam er een tele
gram van Murgatroyd, een horlogema
ker in de Peelstraat. die ook zo'n soort
scheepsagentuur heeft, dat hij Par
rawhite een passagebiljet verkocht heeft
in November. Ze stuurden het tele
gram naar mij door en ik ben er al
over naar Murgatroyd geweest. Hij is
die vent, die we verleden jaar in een
zaakje nodig hadden."
„O, die man", zei Pratt. „De naam
kwam me al bekend voor. Nu herinner
ik het mij. Wat zegt hij?"
„Niet veel meer dan in het telegram
stond", zei Eldrick. „Hij verschafte Par
rawhite het biljet en gelooft, dat hij
over Liverpool gereisd is."
„O", knikte Pratt. „Daarom was het
dan."
„Daarom was wat?" vroeg Eldrick.
Pratt gaf zijn vroegere patroon een
betekenisvolle blik. „Daarom nam hij
dat geld weg", zei hij. „U weet nog wel,
400 pop uit uw lade. Dat had hij nodig
voor reisgeld. Naar Amerika, zei u? Dan
zullen we wel nooit meer iets van hem
horen."
Maar nu keek Eldrick betekenisvol
en lachte droogjes. „We zijn er nog niet
zeker van, dat hij verder gekomen is
dan Liverpool. Maar we zullen een
grondig onderzoek instellen. Eerst hier
in Barford. We kunnen toch niet alleen
maar afgaan op wat Murgatroyd zegt.'
„Waar heeft u hem voor nodig", vroeg
Pratt zo nonchalant mogelijk. „Iets uit
gehaald?"
„Neen.' zei Eldrick en keerde zich
om. „Een familielid heeft hem 50.000
gulden nagelaten. Daarom moeten we
hem hebben of zijn dood bewijzen."
Hij wierp een snelle blik op Pratt en
verliet het kantoor om terug te gaan
naar Byner, die hij een nauwkeurig
verslag uitbracht van de loop van het
gesprek.
„Hij vertrok geen spier," merkte hij
op. „Ijskoud, al die tijd. Ik heb altijd
gezegd, dat Pratt een slimme vos was,
maar hij is slimmer dan ik dacht"
„Liet hij ook niets merken, toen u
Murgatroyd noemde?"
„Geen zier," zeide Eldrick.
„Ook niet toen u van het legaat sprak,
vroeg Byner weer.
„Hy toonde, wat je kan noemen, be
leefde belangstelling," zei Eldrick.
Byner lachte, stond op en legde zijn
sigaar in het asbakje.
„Weet u, mijnheer Eldrick, wat ik nu
dadelijk ga doen?" vroeg hij.
„Neen," zei Eldrick verbaasd.
„De politie" fluisterde Byner. „Dat is
de volgende troef. Binnen een paar mi
nuten. Wilt u mij een briefje geven voor
de hoofdcommissaris of opperwacht
meester of hoe die heet en een voor de
beste detective hier in de stad. Dat zou
me een heleboel moeite besparen."
„Natuurlijk, als u dat wenst," zei El
drick. „U wilt toch niet zeggen, dat u
Pratt wilt laten arresteren op wat we
nu weten?"
„Absoluut niet,' antwoordde Byner.
„Dat zou veel te gauw zijn. Ik heb al
leen maar de detective nodig als hel
per. We zullen mijnheer Pratt nog een
beetje tijd geven, bijvoorbeeld 24 uur.
Wie is de beste detective hier? Een
kalme, onopvallende vent?"
„Dan is Puydale uw man," zei El
drick. „Ik heb meer dan eens van zijn
diensten gebruik gemaakt. Ik zal u een
introductie geven en ook een voor com
missaris Watersen."
Hij ging naar de schrijftafel, krabbel
de enkele regels op een velletje papier,
sloot het in een enveloppe en keerde er
mee terug naar Byner.
„Ik snap niet, waar u heen wilt," her
nam hij. „En ook niet, waar het einde
zal zijn. Dat alleen weet ik zeker, het
hele verhaal liet Pratt steenkoud."
Maar het liet Pratt niet ijskoud. Pratt
zat danig in de knel toen zijn vroegere
patroon de trap af ging. Hij had zich
zelf echter aangewend om op zijn ge
zicht niets te laten blijken van wat hij
inwendig voelde; niettemin was hij erg
in de war. Een halve ton voor Par
rawhite of voor Parrawhite's erven!
En die erven zouden niet rusten vóór
zij hem hadden, levend of dood. Als
dat onderzoek in Barford begon, waar
moest het dan eindigen? Ijskoud!
Als Eldrick eens teruggekomen was,
zou hij Pratt in doodsangst gevonden
hebben met het hoofd op zijn armen.
Tenslotte kalmeerde Pratt en hij begon
na te denken. Hij sloot vroeg het kan
toor en ging turnen. Beweging deed
hem goed en hij kon zo goed denken on
der het oefenen. Weer dineerde hij in
de stad en zette nieuwe plannen in el
kaar.
In de schemering trok hij naar de
volksbuurt, waar Murgatroyd woonde.
Hij moest hem nog eens spreken en
wel dadelijk. Halfweg de Peelstraat
stond hij plotseling stil, verlamd van
schrik. Uit een zijstraat kwam een be
daarde, heel gewoon uitziende man,
die hij heel goed kende, detective Puy
dale. Naast hem liep een kwieke, veel
jongere kerel, die Pratt die middag in
de stad gezien had, een vreemdeling.
En terwijl hij hen nastaarde, staken
deze twee de straat over en verdwenen
in het schamele winkeltje van Murga
troyd.
Onder de weldoende invloed van twee
borrels en Pratt's verzekering, dat alles
in orde kwam, was Murgatroyd met zijn
duizend gulden naar huis gegaan. Hij
gevoelde zich zo ongeveer als een man,
die bijna verdronken is en op het aller
laatste ogenblik een reddingsboei kan
vastgrijpen. Want duizend gulden was
duizend gulden! Hij zou de huur kun
nen betalen en de gas- en waterleiding
en de slager en kruidenier. Dan zouden
de kinderen eindelijk eens de zo brood
nodige schoenen en kleren kunnen krij
gen en dan bleef er nog heel wat over.
(Wordt vervolgd).
deren door te zenden naar Nederland,
naar België 15%. Namens de Engelse
Katholieken deelde kardinaal Griffin
mede, dat Engeland geen hulp meer be
hoefde, daar het land de schade alleen
kon dragen. Op deze vergadering was de
Nederlandse Katholieke Caritas verte
genwoordigd door mr. Sark.
Uit het overzicht blijkt, dat de Bel
gische Caritas 500.000 francs ter beschik
king houdt voor herstel in eigen land.
Naar Nederland zond zij reeds 270.000
ton aan kleding, linnengoed, laarzen enz.
Frankrijk bracht 53 millioen francs bij
elkaar. Daarvan ging 3 millioen francs
naar België en Engeland, 50 millioen
naar Nederland, Daarnaast kochten de
Franse Katholieken voor Nederland en
België 14 auto-ambulances. Bovendien
zonden zij 103 vrachtauto's met kleding
en dekens naar Nederland, alsmede ma
teriaal voor de wederopbouw ter waarde
van 30 millioen francs. De Griekse Cari
tas Organisatie stuurde ondanks grote
armoede onder eigen Katholieken enke
le tonnen rozijnen naar Nederland. De
Katholieken in Italië zonden 3 wagons
citroenen en sinaasappelen naar België,
8 wagons naar Nederland. Bovendien
brachten zij 20 millioen lire bijeen. Het
kleine Luxemburg stelde 25 wagons met
kleding, linnen- en beddegoed ter be
schikking, alsmede 3.650.000 Luxemburg
se francs. Portugal zond linnen- en bed
degoed, de Spaanse Caritas een speciale
trein met sinaasappelen en citroenen.
Bovendien werden door het bisdom Ta-
ragona 2 wagons fruit geschonken, door
het bisdom Valencia 10 ton rijst. De
Amerikaanse Caritas stelde 100 wagons
met kleding en schoeisel ter beschikking.
Behalve kleding e.d. bracht de Oosten
rijkse Katholieke Caritas 1,5 millioen
schilling bijeen.
Dit overzicht vermeldt niet de grote
zendingen aan geld en goederen van het
Pauselijk Hulpwerk, noch de grote gift
uit Canada.
Wegens opzettelijke brandstichting
eiste de Officier van Justitie te Almelo
Dinsdag drie jaar gevangenisstraf met
aftrek van voorarrest tegen de Ensche-
deër J. v. d. H., directeur van de ma
chinefabriek Oost-Nederland te Ensche
de. Tegen de vroegere eigenaar en hui
dige exportleider D. S. uit Leidschen-
dam werd eveneens drie jaar geëist,
doch zonder aftrek. Tegen de schilder
G. J. T. te Enschede, die in het complot
betrokken was en de brand in feite ver
oorzaakte, werd anderhalf jaar met af
trek geëist.
De brand ontstond bijna twee jaar
geleden. Zoals wij destijds meldden be
stond reeds direct het vermoeden van
brandstichting, doch er kon niets be
wezen worden, zodat de verzekering een
bedrag van ruim ƒ500.000 uitkeerde.
Toen de fabrieksdirecteur, die in finan
ciële moeilijkheden verkeerde, onlangs
voor een andere zaak met de politie in
aanraking kwam, gaf hij ook de brand
stichting toe. Samen met zijn export
leider bracht hij brandbare materialen
op de zolder van de fabriek en een na
bijgelegen villa. Met de schilder werd
overeengekomen dat hij de brand ver
oorzaken zou. Beide panden brandden
vrijwel geheel af.
De exportleider ontkende tijdens de
zitting het hem ten laste gelegde. De
Officier achtte echter zijn aandeel be
wezen en vroeg onmiddellijke gevan
genneming.
Dit verzoek willigde de rechtbank in.
Bij de verschillende spaarbanken,
aangesloten bij de Nederlandse Spaar-
bankbond. werd in de maan^ Fe
bruari 1953 f 57.274.675 ingelegd en
f 39.646.945 terugbetaald,, latende een
spaarsaldo van f 17.627.730. Gedurende
de maanden Januari en Februari 1953
werd ingelegd f 131.5 millioen en te
rugbetaald f 90.0 millioen. een spaar
saldo derhalve van f 41.5 millioen.
„De grote goodwill die Nederland in
de V.S. geniet bevindt zich nu op haar
hoogtepunt", verklaarde Prins Bernhard
vanmorgen op Schiphol toen hij tegen
negen uur in gezelschap van zijn parti
culier secretaris, dr. F. A. de Graaff, en
de adjudant in buitengewone dienst,
van H. M. de Koningin, majoor-vlieger
Gerben Sonderman, met het K.L.M.-
vliegtuig uit New York was terugge
keerd.
„Deze atmosfeer heeft mijn gehele
reis beheerst en is tot uiting gekomen
in nieuwe giften aan geld en goederen,
zoals bijv. te Washington, waar hulp-
comité's van overal uit het land mij ter
ambassade een bedrag van twee millioeD
dollar zijn komen aanbieden".
„Over een brief van de Koningin aan
gaande het vluchtelingenvraagstuk, die
ik aan president Eisenhower heb over
handigd", zei de Prins verder, „zal het
officiële commentaar moeten worden af
gewacht".
„Was uw rede voor de University Club
te New York, waarin u voorrang be
pleitte van een gemeenschappelijke
Europese markt boven een politieke unie
een verrassing?" „Zoveel is zeker", was
bet antwoord, „dat openhartige taal in
Amerika op prijs wordt gesteld".
Daarop begaf de Prins zich met zijn
secretaris en adjudanten, majoor C G.
Geertsema en luit. ter zee 1 kL A. F.
Eibers, die aan het vliegtuig ter verwel
koming aanwezig waren, naar zijn ge
reedstaande auto.
Voor zijn vertrek naar Nederland heeft
de Prins in de V.S. in antwoord op een
vraag gezegd dat hij geïnformeerd had
naar het bericht over nieuwe overstro
mingen en dat gebleken was, dat de jong
ste stormen opnieuw een bedreiging had
den gevormd. Zijn bezorgdheid over
nieuwe overstromingen zou pas wijken
na vijftien April of daaromtrent, wan
neer de grootste kans op gevaarlijke
stormen voorbij zou zijn.
De Prins verklaarde voorts, dat het
drie jaar zal duren alvorens de over
stroomde gebieden weer een volledige
oogst zullen opleveren. Dit jaar zal een
gedeeltelijke oogst verkregen kunnen
worden door overstroomde landerijen
met potas te behandelen.
Het is mogelijk, dat Prins Bernhard
in de herfst naar de Verenigde Staten
terugkeert om de laatste phase van de
viering van het driehonderdjarig be
staan van de stad New York bij te wo
nen.