Gaan er te veel krachten verloren? Schoolprestaties en verlangen der ouders ere studies voor hun kinderen naar hog{ E 1 LEVENSGESCHIEDENIS VAN ZONNEVLEKKEN Wervelstormen op de son I Défilé van kant en kralensnoer OOK AAN HET STRAND Even over uit Amerika Selectie van het onderwijs in middelpunt der belangstelling De helft der leerlingen van de Middel bare school haalt het eindexamen Beslissing over Nationaal Ballet 70-jarige emigrant bij 99-jarige moeder in Groningen DINSDAG 23 JUNI 1953 PAGINA 5 ö6lijk Door drs. W. VIJFTICSCHILD Egypte wil vergoeding voor verwoest dorp Levensgeschiedenis Nationaal costuum aan het buitenland getoond Elfjarige periode Contr astverschijnsel Cyclonen op de zon W aarneming Buitenman in taxi beroofd „DOOFSTOMME" TEGEN DE LAMP GELOPEN Kort filmcongres Venetië Examens ~T~~\ e selectie van de leerlingen voor middelbaar en J hoger onderwijs staat de laatste tijd weer in het A-S middelpunt van de belangstelling. Ook in de Tweede Kamer is men zich ernstig gaan bezig houden met het waagstuk van de selectie van de aanstaande studen ten in verband met de wens van vele afgevaardigden, om op ruimere schaal beurzen te verstrekken; sommigen gaan zelfs veel verder en dringen min of meer hartstoch telijk aan op een studieloon. Maar, wanneer men het de studenten financieel gemakkelijk maakt om te studeren, is men terecht of ten onrechte bevreesd, dat er een enorme toevloed van jonge mensen naar de instituten voor hoger onderwijs zal ontstaan en men is geneigd, op grond van alle mogelijke, vooral financiële, overwegin gen, deze toevloed te remmen en wel met deze maatstaf Een andere overweging ten behoeve van een goede selectie voor middelbaar en hoger onderwijs verdient ook alle aandacht, n.l. gaan er voor de weten schap en voor de hogere posten op so ciaal, politiek, technisch en handelsge bied niet een aantal krachten verloren, omdat zij niet tijdig, d.w.z. op 12-jari- ge of 18-jarige leeftijd, onderkend wor den? Ook hier moeten wij oppassen, niet al te pessimistisch te zijn. Immers, wer kelijk goede krachten vinden toch hun weg wel, ook zonder Universiteit, maar toch is hier een gevaar; immers, onze maatschappij, die zijn zekerheid meent te vinden in de diploma's, is wel eens heel lastig voor mensen die deze diplo ma's niet in hun zak hebben. In het algemeen kunnen wij de vraag stellen: Is de selectie, die. trapsgewijze door ons onderwijs wordt toegepast, een goe de vorm van selectie, en wel zo be trouwbaar, dat wij er jongelui op kun nen toe- of afwijzen? Feitelijk gebeurt dit immers: zonder einddiploma van de Middelbare school geen toegang tot Universiteit of Hogeschool; zonder can- didaatsexamen geen toegang tot het doctoraal examen, maar eveneens komt men zonder goede punten van de la gere school, aangevuld door een ge slaagd toelatingsexamen, niet gemakke lijk op een middelbare school. Het selectievraagstuk begint dus op de lagere school: wanneer deze de kin deren met aanleg voor de middelbare school niet goed onderkent, dan zullen er naast goede ook een aantal minder bekwame kinderen op de middelbare school verschijnen. Men kan dus de vraag stellen: is de selectie die door het lager onderwijs (aangevuld met een toelatingsexamen) wordt uitgeoefend, een goede selectie- vorm? Hier stelt zich dus meteen ook de vraag over de waarde en de juiste vorm van ons onderwijs; immers, wan neer ons onderwijs nu eens in vele op zichten te kort schiet, wordt dan de selectieve waarde van dit onderwijs I ook niet twijfelachtig? Deze laatste vraag kunnen wij hier niet behande- t len; zij vormt op het ogenblik trouwens reeds een onderwerp van overweging IE I van velerlei instanties. Slechts 9 pet. der leerlingen van lagere school volgt hogere studie Nemen wij aan dat het onderwijs op de lagere scholen in zijn hui dige vorm nog niet zo heel slecht is, hoe brengen dan de door deze vorm van onderwijs geselecteerde kinderen het er op de Middelbare school af? 9 Pet. van de leerlingen van de lagere school gaat naar een inrichting voor rniddelbaar en voorbereidend hoger onderwijs (M. O. en V. H. O.). De selectie heeft vooral plaats op grond van de schoolprestaties en van het verlangen van de ouders. (Men denke aan het klaarstomen in speciale opleidingsklassen) Zijn er onder die 91 pet. die niet haar de middelbare school gaan nu geen teerlingen die ook de middelbare school hadden kunnen volgen? Natuurlijk wel: ftien denke maar eens aan de leerlingen met zeer goede prestaties op Mulo, kweekschool, Nijverheidsschool, be- drijfsschool etc. Het is echter niet ge makkelijk om op grond van deze school- beoordelingen te concluderen dat deze leerlingen ook goede leerlingen zouden Zijn geweest op inrichtingen voor M. O. en V. H. O. Wij weten wel iets van leerlingen die na hun Mulo overgingen haar de H. B. S., na óe kweekschool staatsexamen doen etc. Betrouwbare statistische gegevens zijn echter niet be kend. Uit ervaring weten wij wel dat alleen de zeer goede leerlingen de sprong kunnen maken van Mulo naar H.B.S. etc. Uit anderen hoofde, n.l. uit de gegevens van het psychologisch on derzoek naar de intelligentie, weten wij, dat aan de eisen van een school voor Middelbaar of voorbereidend Hoger Onderwijs slechts ongeveer 1520 pet. Van de bevolking voldoet. Wanneer wij hu eens terugkeren tot het getal dat feitelijk in de eerste klas van de mid delbare school verschijnt, nJ. 9 pet.. Waarvan 7 pet. er komt op grond van hun capaciteiten en 2 pet., schatten wij, onder druk van de ouders, dan zou men theoretisch kunnen zeggen, dat ongeveer 10 pet., n.l. pl.m. 177 pet., met even veel recht in de eerste klas van de mid delbare school had kunnen zitten; 10 het. van de bevolking is ofwel door de school niet onderkend, ofwel gaat niet haar de middelbare school krachtens motieven van de ouders of in een ge ding getal van de kinderen zelf. Welke deze motieven zijn, weten wij statistisch hiet; financiële omstandigheden, op de dorpen de grote afstand van woonhuis t°t middelbare school, traditie, zullen t*ml voorname motieven zijn. Hoe maken nu deze 9 pet. van de jon gens en meisjes het die wel naar de Middelbare school zijn gegaan? Hier over hebben wij wel gegevens en deze 2ien er niet zo mooi uit; slechts onge veer 55 pet. behaalt het eindexamen. Wanneer onze schatting juist is dat 2 het. met twijfelachtige capaciteiten op de school komt onder druk van de ouders, dan ziet het getal er beter, hmar nog niet al te best uit; wij zou- dan ongeveer op 40 pet. komen. J*mg men hieruit nu de conclusie trek en dat de selectie van de lagere school diet juist is? Wij menen dit te moeten ontkennen. Met evenveel recht kan men mggen dat onze middelbare scholen Pedagogisch en didactisch te kort schie- ®h. Eveneens kunnen de studie-om- tandigheden een grote rol spelen; het ,s voor jongens en meisjes, ook al heb- eh zij goede capaciteiten, niet gemak- of zelfs zeer moeilijk om te stu- st®r®h in een gezin dat eigenlijk in de j.udie niet geïnteresseerd is, in een mi- dat slordig is, weinig gericht op hevi en orde» °f waar huiselijke onenig- öen vaak voorkomt; ook moeilijkhe- h en zorgen van de ouders of moei lijkheden tussen de ouders kunnen voor al in deze jaren (puberteit) zeer ern stige schade toebrengen aan de gericht heid op de studie. Men vergete nooit dat juist de gang van de psychische ontwikkeling van zeer grote invloed op de studie kan zijn. Een ander punt ligt in de zich ont wikkelende persoonlijkheid van de jongen of het meisje; de lagere school selecteert vooral op grond van intel lectuele prestaties in de kinderleeftijd, zegt dus niets van de te verwachten persoonlijkheids-ontwikkeling. Vanzelfsprekend is het juist de taak van de middelbare school de jongens en meisjes in deze leeftijd op te van gen en te vormen; dit lukt ook voor een groot gedeelte; maar juist het ge deelte dat door de hun eigen psychische ontwikkeling niet door de school ge- pakt wordt, zou wel eens een gedeelte van de mislukkelingen kunnen vormen. Of dit gedeelte groot of klein is weten wij niet; ook hier zou een gedegen onderzoek per school naar de redenen van het mislukken inzicht moeten gp- ven. Wanneer wij deze gezichtspunten in ons onderzoek van de selectie betrek ken, dan zouden wij kunnen zeggen dat de lagere school, wat intellectuele prestaties betreft, nog niet zo slecht se lecteert; wij weten alleen niet, bij ge brek aan gegevens, voor hoeveel pro cent van de mislukkingen wij de bo vengenoemde factoren verantwoordelijk moeten stellen. „Klaarstomen" van kinderen alleen de veelbelovende studenten komen in aanmerking, dus een grondige en vooral eerlijke selectie. Gelukkig zijn er nog andere niet financiële over wegingen van selectie: een student, die mislukt, hetgeen maar al te vaak voorkomt, ondervindt dit als een buiten gewoon ernstige teleurstelling, levensidealen worden ver nietigd, hij wordt efn onzeker man, wrokgevoelens te genover de maatschappij ontwikkelen zich, halve intel lectuelen worden gevormd etc. Wij geloven gaarne, dat studie-mislukking een ernstige crisis kan betekenen; maar, wij moeten toch ook niet overdrijven. Niemand in Nederland weet immers, hoe deze mensen feitelijk te recht komen, wat zij voor de maatschappij gaan beteke nen en welk profijt zij toch steeds hebben van het af gebroken middelbaar of hoger onderwijs. samen de door het schoolhoofd gestelde prognose bespreken; alleen door zulk een samenwerking kan de leiding van de lagere school trachten zo nodig de prognose te verbeteren, omdat zij te horen krijgt waar de tekorten lagen. Psychologisch onderzoek Een tweede middel voor verbetering van de selectie kan liggen in het psy chologisch onderzoek, zoals dat reeds in enige plaatsen van ons land wordt toe gepast in samenwerking ofwel met de lagere ofwel met de middelbare school. Over de waarde van dergelijke selectie methoden zijn nog niet veel gegevens bekend. Meestal komt het onderzoek hier op neer, dat een schriftelijke in telligentiemeting wordt toegepast en de resultaten vergeleken worden met de resultaten van de school; bij grote af wijkingen of in twijfelgevallen wordt dan bij enkele leerlingen een min of meer diepgaand individueel psycholo gisch onderzoek gebruikt. Deze schrif telijke gestandaardiseerde proeven heb ben ten doel een beeld te verschaffen van de intellectuele capaciteiten van de leerling en zoveel mogelijk af te zien van feitelijke kennis. Naar onze me ning zal de uitslag van het schriftelij ke psychologische onderzoek vrijwel volledig overeenstemmen met het oor deel van de onderwijzer, wanneer deze laatste zich er meer op kan gaan toe leggen zijn leerlingen behalve op de feitenkennis ook op de werkelijke ca paciteiten te beoordelen. Waarschijnlijk zal in de toekomst een goed opgesteld gestandaardiseerd toelatingsexamen een schriftelijk psychologisch onderzoek kunnen vervangen; bij de opstelling en andere vraag is: Kan de selec tie van de lagere school voor de Middelbare school verbeterd wor den? Deze vraag menen wijt te kun nen bevestigen. Een grote verbetering zou reeds hierin bestaan wanneer de lagere scholen zich er niet voor leenden om vooral het laatste schooljaar zich krampachtig in te spannen de kinderen „klaar" te maken voor het toelatings examen. Ook in de zesde klas moet men de kinderen leren rustig na te denken en niet leren allerlei oplossingsmid deltjes en kneepjes te gebruiken; juist hierdoor wordt het beeld dat de onder wijzer zich omtrent de werkelijke ca paciteiten van het kind moet vormen, vertroebeld. Het toelatingsexamen zou zich, hierbij aansluitend, eveneens min der op feitenkennis en meer op een met inzicht hanteren van de noodzakelijke kennis moeten richten. Op de middelbare school zou zich in de twee eerste klassen een team van enkele leerkrachten moeten vormen, dat van iedere jongen of meisje met slechte studieresultaten een beeld tracht te geven van de oorzaken van de drei gende mislukking; bekeken zouden moe ten worden de aanpassingsmoeilijkheden van het kind, zijn wijze van studeren, het contact met de andere jongens en meisjes, maar eveneens de studie-om standigheden thuis, welke wij boven in het kort aanduidden. Op deze wijze zou men met meer zekerheid kunnen zeg gen dat een jongen of meisje niet de vereiste aanleg bezit. Dit team zou zich dan met de hoofden van de lagere scho len in verbinding moeten stellen en aan de hand van hun visie op de leerling hiervan zou dan de hulp van de psycho loog gebruikt kunnen worden. Het gro te voordeel van een dergelijk toela- tngsexamen is dat de verantwoordelijk heid bij die instantie blijft, die haar behoort te dragen.' Van de persoonlijkheid en de te ver wachten ontwikkeling van de leerling kan de onderwijzer vanzelfsprekend veel meer vertellen dan de schriftelij ke test. Onzes inziens moet het advies van het hoofd van de lagere school het zwaarst blijven wegen, omdat anders ten onrechte verantwoordelijkheid zou worden ontnomen met alle kwade ge volgen daarvan. Een euvel, waar onze tijd bijzonder aan schijnt te lijden. Een derde middel om op den duur de selectie te verbeteren ligt in het ge bruik maken van de diensten van de schoolpsycholoog. Deze kan, in gere geld contact met de onderwijzers, de kinderen in hun ontwikkeling volgen, scherpe inzinkingen van het kind trach ten te achterhalen en zich behalve van de capaciteiten een beeld vormen van de zich ontwikkelende persoonlijkheid. De betekenis van zijn andere werk zaamheden ten dienste van de school zullen wij hier onbesproken laten. In een volgend artikel zullen wij de selectie van de middelbare school voor het hoger onderwijs en de selectie door het hoger onderwijs zelf bespreken. f J oe majestueus de dagvorstin in haar verblindende pracht ook moge zijn, h~W toch bezit zij niet de smetteloze reinheid die dichters en zonaanbidders A- J- haar van oudsher hebben toegedacht. Reeds lang vóór de uitvinding van de sterrenkijker werden op de schitterende zonneschijf donkere vlekken waar genomen, naar welker herkomst men vergeefs trachtte te gissen. Later werden deze vlekken gehouden voor schimmen van onbekende planeten, die voorbij de zon trokken, evenals Venus en Mercurius bij gelegenheid plegen te doen. toeschieten en deze a.h.w. overbruggen. Dit is het begin van het einde; korte tijd later is de vlek spoorloos verdwe nen, en elders op de zon herhaalt zich hetzelfde spelletje. De gemiddelde levensduur van een vlek is 8 a 10 weken, maar er zijn er Oost (Eigen bericht) Naar wij vernemen heeft de minister van O., K. en W., mr. J. Cals, een be slissing genomen t.a.v. de nationale balletorganisatie; deze beslissing blijkt slechts hierop neer te komen, dat een „Nederlands Ballet" te Amsterdam ge vestigd zal worden als zelfstandige groep, die ook haar diensten aan de Opera zal verlenen. Tegenover het A.N.P. heeft men er van de zijde van het ministerie de nadruk op gelegd, dat nog uitvoerig overleg tussen alle betrokkenen en belanghebbenden nodig zal zijn over het grote aantal vraagstukken, dat nog een oplossing be hoeft en dat elke speculatie over de de finitieve vorm van een nationaal ballet op het ogenblik prematuur moet wor den geacht. Egypte heeft tegen de Britse zaakgelastig de te Cairo, Hankey, en de opperbevelheb ber der Britse landstrijdkrachten in het Midden-Oosten, generaal Sir Brian Robert son, een eis tot schadevergoeding ten be drage van ruim 400.000 gulden ingesteld „wegens de verwoesting van Salak Malak, een Egyptisch dorp 15 kilometer ten Zui den van Fayid, door Britse troepen en tanks op 26 Mei van dit jaar". Advertentie Vooral in do zomer Voedzaam en... JiIAj rijk aan vitaminen! Voedzaam en aan vitaminen! Aan deze waan maakte de beroemde Italiaanse astronoom Galilei een einde toen hij in 1610 als eerste zijn zelfver vaardigde kijker op de zon richtte en tot de ontdekking kwam dat de zonne vlekken in ongeveer twee weken van de oostelijke naar de westelijke zonne- rand liepen. Er was dus geen twijfel meer aan: de geheimzinnige vlekken waren geen schaduwen Van planeten ze behoorden tot de zon zélf! Bovendien was op overtuigende wijze gebleken dat het zonnelichaam om een as wen telt en wel, van de aarde uit gezien, van het oosten naar het westen. Latere onderzoekingen brachten aan het licht, dat de aswenteling het snelst verloopt aan de zonne-evenaar, waar de om loopstijd 25 etmalen bedraagt, terwijl zij nabij de polen het langzaamst is: hier bedraagt de omloopstijd 34 etmalen. Het zonnevlekken-vraagstuk was door de ontdekking van Galilei in het aller eerste stadium van oplossing gekomen. Immers, voortaan kon men bij het op stellen van theorieën over het ontstaan van de zonnevlekken althans uitgaan van het feit, dat zij deel uitmaken van het gasvormige zonnelichaam. Het was slechts de eerste schrede op een lange, moeizame weg. Helaas werden na de dood van Galilei de zonnevlekken van het officiële waar nemingsprogram afgevoerd. De plane ten-bewegingen stonden zózeer in het middelpunt der belangstelling, dat de zonnevlekken op de achtergrond raak ten. Dat ze voor vrij onbetekenende ver schijnselen werden gehouden, kan men afleiden uit de raad die een Frans ster renkundige aan een jonge collega gaf: .Bekommer u niet om de zonnevlekken. Dat zijn verschijnselen zonder enige regelmaat.'" ntussen kwamen de zonnevlekken toch niet helemaal in het vergeet boek. Van lieverlee breidde de kennis van deze vlekken zich uit. Zo werd opgemerkt dat zij alle dezelfde levensgeschiedenis hebben. Voordat ergens op de zon een vlek verschijnt, geraakt ter plaatse het zonnelichaam in heftige beroering de geboorteweeën der zonnevlek, die spoedig het levenslicht aanschouwt: een donkere kern (umbra) ontstaat en daaromheen ontwikkelt zich een lich tere, geribte ring (penumbra), die evenwel donkerder is dan het overige zonne-oppervlak. Wanneer de vlek enkele weken of soms enkele maanden heeft bestaan, vormen zich in de penumbra lichtton- gen die van alle kanten op de umbra (Van onze verslaggever) Maandagmiddag is in het I.C.C. in het Vondelpark te Amsterdam binnen het kader van het Holland Festival door het Dames-comité Amsterdam Ontvangt aan talrijke vreem delingen en ook kijkgrage landgenoten een show aan geboden van de meest voor komende streek-klederdrach- ten die met z'n alle een vrij compleet beeld gegeven heb ben van wat we ons nationaal costuum zouden kunnen noe men. Dit dames-comité is nog een geestelijke dochter van Herman van den Eerenbeemt. Hij immers was van mening dat bij de grote culturele manifestaties de buitenlander niet slechts dat van Neder land te zien moet krijgen wat de man organiseert en pres teert. Hoe vaak neemt de vrouw de honneurs niet waar in de huiselijke kring? En wat mankeert er «an de spij zen die zij haar gasten dan voorzet? O zo! Het was dan ook een goede gedachte om de vrouwen van Amsterdam actief te betrekken in het grote bezoek door het buiten land ieder jaar bij gelegen heid van het Holland Festi val aan onze natie gebracht. En wat „Amsterdam Ont vangt" gisteren in het Von delpark Paviljoen ons als gasten heeft geboden, heeft zelfs ons niet vreemde ling in hoge mate ge boeid. Ruim een uur lang zijn ze in een bonte rij langs ons tafeltje heengetrokken, de vrouwen van Nederland in de rokjes en jasjes van vroe ger, met de verlegen glim lach van nu. Friezinnen op z'n achttien- de-eeuws, de eerste de beste al onder een zonnehoed met een middellijn van ongeveer een meter. Mevrouw mr. L. J. BrugmansMartens die in een enthousiast Engels de nodige verklaringen gaf, wist erbij te vertellen dat die zonnehoed zó'n brede vlucht heeft genomen dat hij alleen al om zijn onmogelijke afme tingen een museumstuk moest worden. En de domi nee zal er 't zijne wel toe hebben bijgedragen, toen zelfs de kerkdeur te smal be gon te worden! Maar ook de bants zwart. Met uitzondering van één enkele boer, die al pijprokend zijn vrouw ver gezelde, was het enkel vrou- wentooi wat getoond werd. En dat was een goede vondst, want of we wilden of niet, we hebben ons met geweld de mannen voor de geest ge haald die in een ver of nabij Friezinnen die minder bui tenissig waren uitgedost, heb ben we in stomme verbazing aan zitten gapen. Van nu af begrijpen we beter de melan cholie van de „Friesche po- ^et" die Paaltjens was; „En begraven zijn ze op een paar na Uw dochters van edel bloed Met het oorijzer om den schedel En de schaatsen onder den voet". Maar hij heeft er dan toch nog een paar in levenden lijve gekend! Bij Friezinnen is het gis termiddag allerminst gebleven. Groninger madammen heb ben we gezien, compleet met schaar, speldenkussen en naaldenkoker aan een ketting langs de heup. Drentse flod dermutsen en Staphorster schedelplaten, Brabantse pof fers en de ranke hulk van een Volendammer bruid. Vlammende borstlapjes, fleu rig schortenbond en zwaar moedige, ver-afhangende schouderdoeken. Den Bosch was vertegenwoordigd en Breda, Scheveningen en Nun- speet. Een oogverblindend défilé van kant en kralen snoeren, van glinsterende ju welen uit het hoge Noorden en dof goud op deftig Bra- verleden hun vrouwen aldus met de tekenen van hun rijk dom en zelf-besef, van hun degelijkheid en vreze des Heren hebben behangen. Een decorische maar ook een leerzame vertoning, want van nu af zijn we in staat zo op straat te zeggen of een Zeeuwse boerin Katholiek of Protestant is. Verder moet het ons van het hart dat het een door-en-door Nederlandse show is geworden. Ondanks het Engels van de begroeting en de explicaties, was er om zo te zeggen geen woord Frans bij. Geen geraffineerde beroepstoonsters, geen ge tourmenteerde oogopslagen en middeltjes van 45 c.m. De Nederlandse vrouw is geen cocotte; als we haar ergens mee zouden willen typeren, dan met de boerin. Dit is geen belediging. Veeleer de hoog ste pluim die we voor deze gelegenheid hadden uit te de len. De leden van „Amster dam Ontvangt" die de ver schillende costuums hebben laten zien, gewoon en harte lijk, hebben eer gehad van hun werk. Jammer alleen dat vanwege het weer de show niet in de zonnige openlucht gehouden kon worden. Nu was alles binnen te zien, met uitzondering van de Marken- se volksdansen tot besluit op het terras. West Door de aswenteling der zon van oost naar west verplaatst zich een zonnevlek in ongeveer veertien dagen van de ook die zich veel langer handhaven. Het Oostelijke zonnerand naar de Westelijke. record werd bereikt door een vlek, die in de jaren 18401841 gedurende 18 maanden zichtbaar bleef. De middellijn der vlekken bedraagt gewoonlijk 1 a 2 maal de middelijn der aarde; sporadisch komen er echter voor met een middellijn die 5 a 8 maal zo groot is. Deze reuzen- vlekken zijn bij zonsondergang met het blote oog te zien en het waren dan ook deze enorme vlekken die reeds eeuwen geleden zonder instrument werden op gemerkt. Vit langdurige en nauwkeurige waarnemingen van de zonnevlekken vond de Duitse apotheker Schwabe in 1843 dat het aantal zonnevlekken wisselt met een periode van elf ja ren. Telkens om de elf jaar treedt een maximum op, gevolgd door een minimum. Met deze ontdekking verwierf Schwabe tien jaar later de gouden medaille van de Royal Astro nomical Society, een welverdiende onderscheiding. De elfjarige periode is merkbaar in verschillende ondermaanse verschijnse len: het aantal noorderlichten, de dik te van de jaarringen der bomen, de waterstand der Afrikaanse meren, de regenval, de plantengroei, magnetische storingen, e.d. De schommelingen in de zonnewerkzaamheid worden dus op de voet gevolgd door een reeks van aardse verschijnselen. Dit merkwaardig ver band is tot ver in de geschiedenis na te speuren; zo gelukte het zelfs in jaarringen van enige duizendjarige Ca- lifornische reuzendennen» de elfjarige periode aan te tonen. Dat de zonnevlekken donker lijken, is een gevolg van het verschil in tem peratuur tussen de vlekken en het ver- blindend-helle zonoppervlak. De tem peratuur van de buitenste lagen van de zonnegasbol bedraagt omstreeks 6000° C, terwijl de temperatuur van een vlek gewoonlijk 2000 of 1500° C „kou der" is. Dit aanzienlijke temperatuurs verschil veroorzaakt zulk een sterk contrast tussen de vlek en de naaste omgeving, dat de vlek donker lijkt. Op sommige foto's is het kerngebied zelfs inktzwart. In werkelijkheid is zo'n donkere vlek nog een laaiende, wielende wer velwind van zonnegassen, die uit het inwendige van het zonnelichaam op- Stijgen. Met het opstijgen van deze gassen gaat gepaard een sterke afkoe ling, doordat de gassen in een gebied van lagere druk komen, waardoor ze uitzetten en in temperatuur dalen. Iets dergelijks heeft plaats in de damp kring der aarde wanneer opstijgende winden de temperatuur op de berg toppen doen dalen. Een cycloon is wel een treffend voorbeeld van de wijze waarop de aardse dampkring in beroe ring kan raken en onwillekeurig zijn we geneigd een zonnevlek in verband te brengen met een „cycloon" op de zon. Inderdaad neemt men aan dat ook in de buitenste lagen van de zonnegasbol geweldige wervelstormen woeden en dat deze een gevolg zijn van nog veel machtiger stromingen in het inwendige van de zon, waar een temperatuur moet heersen van millioenen graden bij een druk van millioenen atmosfeer. Wat echter daarbinnen in die kolkende baaierd van zonnevuur eigenlijk ge beurt, hoe vanuit deze vlammende oven de wervelstormen aan de oppervlakte der zon worden gevoed en waardoor de elfjarige zonnevlekkenperiode wordt veroorzaakt, dat alles is nog steeds een ondoorgrondelijk raadsel. Een geheim dat tot op heden bewaard is gebleven in het hart van de zon. ln het 1. C. C. organiseerde het Damescomité „Amsterdam ontvangt" een show van het nationale costume. Zoals reeds gezegd kunnen grote zonnevlekken soms met het blote oog worden waargenomen als de zon vlak bij de kim staat, dus bij zonsopkomst en zonsondergang. Kijkerbezitters kunnen hun instrument op de zon richten en via de kijkerbuis op een doek of scherm een duidelijk beeld van de zon opvan gen, waarop de zonnevlekken zich als donkere stippen aftekenen. Elke opti cien kan hun daartoe de nodige aanwij zingen geven.. Ook kan men een scherp zonnebeeldje verkrijgen door in een blad dun karton een zuiver-rond gaatje te boren en het zo in de hand te hou den dat het zonnebeeldje op een be schaduwd plekje terecht komt. Op zulk een beeldje zijn de grootste zonnevlek ken goed te zien. Ten slotte kan men de zon waarnemen door een stuk beroet glas, of beter nog door een fotografisch negatief dat niet te donker is. In dit geval zijn de zonne vlekken wel niet zo duidelijk als op het scherm achter de kijker, maar meestal toch wel van het overige zonsoppervlak te onderscheiden. Ten besluite nog een ernstige waar schuwing: Kijk nooit met het blote oog naar de zon! Het directe, felle zonlicht kan de ogen blijvend beschadigen en zelfs blindheid veroorzaken. Deze goede raad is werkelijk duur. En een ge waarschuwd man geldt voor twee. In de vorige nacht is een 41-jarige Drentse arbeider, tijdens een rit met een taxi van de O. Z. Achterburgwal naar een perceel op de Amstel te Am sterdam, beroofd van f 870. Gistermorgen vroeg heeft de politie in een café aan de Amstelstraat te Amster dam aangehouden een 28-jarige vrouw en een 23-jarige grondwerker, die bei den verdacht worden van deze beroving. Een bedrag van circa f 450, dat door de vrouw aan een kellner in bewaring was gegeven, kon worden achterhaald. De beide aangehoudenen zullen voor de Officier van Justitie worden geleid. kunt U Uw lijfblad trouw blijven. Wij zullen gaarne voor bezorging aan Uw vacantie-adres zorgdragen! Stel ons echter tijdig d.w.z. min stens 5 dagen vóór Uw vertrek op de hoogte van Uw tijdelijke adres en vermeld dan tevens Uw vaste adres, datum van ingang en wanneer deze U bekend is de datum van terugkomst. Weekabonné's gelieven over de periode, welke zij afwezig zijn, het abonnementsgeld vooruit te vol doen aan de bezorger, van wie zij op hun vaste adres ons blad ont vangen. DE ADMINISTRATIE H. M. de Koningin heeft Maandag middag een bezoek gebracht aan de nationale zuiveltentoonstelling „De Melkweg", die in de Houtrust- hallen te Den Haag gehouden wordt. Op de geïmproviseerde Alk- maarse kaasmarkt op de tentoon stelling boden de U-jarige Heieen Vos en haar 9-jarig broertje de Koningin een kaasje aan, bij wel ke gelegenheid Heleentje voor H. M. een gedicht opzegde. De kinderen waren gekleed als kaas dragers. In Schiedam heeft de politie de 29- jarige Haarlemmer J. M. aangehouden. Deze maakte er de laatste drie jaar zijn beroep van in café's medeleven op te wekken met zijn lichamelijke gebreken. Hij was, zoals hij duidelijk maakte, doofstom en liep mank. Zaterdagavond kwam hij in het café van S„ die zich echter herinnerde, de man kort tevoren in een levendig gesprek te hebben ge zien op het station te Den Haag. Nadat de politie hem aan de tand had gevoeld, gaf de Haarlemmer toe gesimuleerd te hebben. Dat hij deze kunst aardig mach tig was, bleek wel uit het feit, dat hij bij vorige gelegenheden ook voor de politie zijn doofstom zijn aannemelijk had gemaakt. Van 12 tot 15 Augustus zal in Venetië in het kader van de Biennale een con gres worden gehouden voor de zoge naamde Films d'art, documentaires over beeldende kunst. Niet minder dan veer tien sprekers uit Italië, Frankrijk, Bel gië, Nederland en andere landen zullen rapporten uitbrengen. Dit congres gaat dus aan het grote festival vooraf. AMSTERDAM (G. U.) Bevorderd met lof tot doctor in de rechtsgeleerdheid op proefschrift „Rechtvaardig ontslag" Mr. J, H. A. Ringeling, geb. te Utrecht; doctoraal rechten L. de Roy v. Zuydewijn. M. P. En- dal en E. Dienaar, Amsterdam; doctoraal economie F. L. Burger, Amsterdam en B. J. v. Buggenum, Bloemendaal. DEN HAAG (Notarieel examen)M. A. Kooien te Helmond 2e ged. en J. J .M. v. d. Ven, Sittard, le ged. DEN HAAG Notarieel examen, eerste gedeelte: G. J. Schneider, Utrecht. TILBURG Cand. econ. wetensch.: B. Verhees, Den Bosch; J. Schouten, Blok ker: K. Savelbergh, Heerlen; J. Berendsen, Vught. UTRECHT Semi-arts ex.: H. Vijver, Maarssen, G. Rijnders, Valkenswaard, L. Chaillet, Utrecht. J. v. d. Heuvel, Utrecht en E. Goossens. Venlo; arts-examen: mej. T. Schok, Utrecht; tand-arts ex.: D. v. Stok- kum. Amsterdam, P. Salverda, Hoofddorp en E. Menger, Amsterdam; cand. theol.: A. Al- tena, Nijkerk, F. Groenenboom, Rotterdam, P. Kolijn, Rotterdam en C. Nauta, Amster dam; doctoraal soc. geogr.: F. v. d. Hom- bergh, Bolsward; cand. geneesk.: mej. C. Angkuw, Utrecht, L. v. d. Berg, Reeuwijk, R. Biemans, Terneuzen, N. de Blois, Rotter dam. F. Bronkhorst, Utrecht, A. Bijl, Utrecht, F. van Erven, Apeldoorn, J. van Gent, Gouda, L. van Gorp, Dongen, mej. P. den Harto, Utrecht, H. Hominge, Schoonho- van, H. Huysmans, Den Bosch, E. A. Kole, Bergen op Zoom, R. Koppert, Utrecht, D. Mellema, Eindhoven, J. Ooms, Tilburg, N. Schweig, Utrecht, J. Siegers, Helmond, N. Urstein, Utrecht, J. Vegter, Lexmond, J. de Zeeuw, Den Bosch en mej. H. Zoethout, Bilthoven; doctoraal geol. A. v. d. Berg, Zeist; cand. sociale geogr. mej. M. v. d. Giesen, Utrecht, F. Zwart, Utrecht en mej. J. Uittenbogaard, Naarden. „Je kunt beter wat te vroeg zijn, dan één minuut te laat." Zeven uren voor het vertrek van zijn vliegtuig naar New York was de 70-jarige Thomas Rozema, een echte Groninger, die 23 jaar geleden naar de Verenigde Staten emigreerde, al op Schiphol aanwezig. Opa Rozema was 19 Mei uit Chicago vertrokken om in Nederland de 99ste verjaardag van zijn moeder, die nog steeds in het dorpje Nuis in Groningen woont, te komen vieren. Geheel onaan gekondigd stapte hij na zijn vertrek uit de Nieuwe Wereld de welbekende ouderlijke woning binnen. „Mijn jon gen", was het enigste wat zijn moeder kon uitbrengen toen zij haar zoon na een afwezigheid van 23 jaren weer te rug zag. „Thomas is weer thuis" ging het als een lopend vuurtje door het dorp en nog geen twee uur later wist eenieder in de omgeving, dat één van de Rozema's uit Amerika weer thuis was gekomen. Het werd een groot feest, de verjaar dag van de oude moeder. Velen van haar acht kinderen, 44 kleinkinderen, 84 achterkleinkinderen en 4 achter-achter- kleinkinderen, die hier in Nederland wonen, waren die dag in het ouderlijk huis aanwezig. Precies tien dagen na zijn vertrek uit Chicago stapt opa Rozema weer in de K.L.M. Constellation, die hem huis waarts zal brengen naar zijn tweede va derland, waar vrouw en zes kinderen wachten. „Het werk in de timmerwinkel en het toeristenhuis moet ook doorgaan. Mor genavond ben ik weer thuis en dan gaan we weer hard aan de slag", waren de laatste tvoorden van de kleine, grijze, maar nog altijd vrolijke en kwieke opa Rozema, toen hij gewapend met een splinternieuwe koekoeksklok het plat form opstapte naar het vliegtuig....

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 5