Gaan er te veel krachten verloren?
Schoolprestaties en verlangen der ouders
ere studies voor hun kinderen
naar
hog{
E
1
LEVENSGESCHIEDENIS VAN ZONNEVLEKKEN
Wervelstormen op de son
I
Défilé van kant en kralensnoer
OOK AAN
HET STRAND
Even over uit Amerika
Selectie van het onderwijs in middelpunt der belangstelling
De helft der leerlingen van de Middel
bare school haalt het eindexamen
Beslissing over
Nationaal Ballet
70-jarige emigrant bij 99-jarige
moeder in Groningen
DINSDAG 23 JUNI 1953
PAGINA 5
ö6lijk
Door
drs. W. VIJFTICSCHILD
Egypte wil vergoeding
voor verwoest dorp
Levensgeschiedenis
Nationaal costuum aan het
buitenland getoond
Elfjarige periode
Contr astverschijnsel
Cyclonen op de zon
W aarneming
Buitenman in taxi
beroofd
„DOOFSTOMME"
TEGEN DE LAMP
GELOPEN
Kort filmcongres Venetië
Examens
~T~~\ e selectie van de leerlingen voor middelbaar en
J hoger onderwijs staat de laatste tijd weer in het
A-S middelpunt van de belangstelling. Ook in de
Tweede Kamer is men zich ernstig gaan bezig houden met
het waagstuk van de selectie van de aanstaande studen
ten in verband met de wens van vele afgevaardigden, om
op ruimere schaal beurzen te verstrekken; sommigen
gaan zelfs veel verder en dringen min of meer hartstoch
telijk aan op een studieloon. Maar, wanneer men het de
studenten financieel gemakkelijk maakt om te studeren,
is men terecht of ten onrechte bevreesd, dat er een
enorme toevloed van jonge mensen naar de instituten
voor hoger onderwijs zal ontstaan en men is geneigd, op
grond van alle mogelijke, vooral financiële, overwegin
gen, deze toevloed te remmen en wel met deze maatstaf
Een andere overweging ten behoeve
van een goede selectie voor middelbaar
en hoger onderwijs verdient ook alle
aandacht, n.l. gaan er voor de weten
schap en voor de hogere posten op so
ciaal, politiek, technisch en handelsge
bied niet een aantal krachten verloren,
omdat zij niet tijdig, d.w.z. op 12-jari-
ge of 18-jarige leeftijd, onderkend wor
den? Ook hier moeten wij oppassen, niet
al te pessimistisch te zijn. Immers, wer
kelijk goede krachten vinden toch hun
weg wel, ook zonder Universiteit, maar
toch is hier een gevaar; immers, onze
maatschappij, die zijn zekerheid meent
te vinden in de diploma's, is wel eens
heel lastig voor mensen die deze diplo
ma's niet in hun zak hebben.
In het algemeen kunnen wij de vraag
stellen:
Is de selectie, die. trapsgewijze door
ons onderwijs wordt toegepast, een goe
de vorm van selectie, en wel zo be
trouwbaar, dat wij er jongelui op kun
nen toe- of afwijzen? Feitelijk gebeurt
dit immers: zonder einddiploma van de
Middelbare school geen toegang tot
Universiteit of Hogeschool; zonder can-
didaatsexamen geen toegang tot het
doctoraal examen, maar eveneens komt
men zonder goede punten van de la
gere school, aangevuld door een ge
slaagd toelatingsexamen, niet gemakke
lijk op een middelbare school.
Het selectievraagstuk begint dus op
de lagere school: wanneer deze de kin
deren met aanleg voor de middelbare
school niet goed onderkent, dan zullen
er naast goede ook een aantal minder
bekwame kinderen op de middelbare
school verschijnen.
Men kan dus de vraag stellen: is de
selectie die door het lager onderwijs
(aangevuld met een toelatingsexamen)
wordt uitgeoefend, een goede selectie-
vorm? Hier stelt zich dus meteen ook
de vraag over de waarde en de juiste
vorm van ons onderwijs; immers, wan
neer ons onderwijs nu eens in vele op
zichten te kort schiet, wordt dan de
selectieve waarde van dit onderwijs
I ook niet twijfelachtig? Deze laatste
vraag kunnen wij hier niet behande-
t len; zij vormt op het ogenblik trouwens
reeds een onderwerp van overweging
IE I van velerlei instanties.
Slechts 9 pet. der leerlingen van
lagere school volgt hogere studie
Nemen wij aan dat het onderwijs
op de lagere scholen in zijn hui
dige vorm nog niet zo heel slecht
is, hoe brengen dan de door deze vorm
van onderwijs geselecteerde kinderen
het er op de Middelbare school af? 9
Pet. van de leerlingen van de lagere
school gaat naar een inrichting voor
rniddelbaar en voorbereidend hoger
onderwijs (M. O. en V. H. O.).
De selectie heeft vooral plaats op
grond van de schoolprestaties en van
het verlangen van de ouders. (Men
denke aan het klaarstomen in speciale
opleidingsklassen)
Zijn er onder die 91 pet. die niet
haar de middelbare school gaan nu geen
teerlingen die ook de middelbare school
hadden kunnen volgen? Natuurlijk wel:
ftien denke maar eens aan de leerlingen
met zeer goede prestaties op Mulo,
kweekschool, Nijverheidsschool, be-
drijfsschool etc. Het is echter niet ge
makkelijk om op grond van deze school-
beoordelingen te concluderen dat deze
leerlingen ook goede leerlingen zouden
Zijn geweest op inrichtingen voor M. O.
en V. H. O. Wij weten wel iets van
leerlingen die na hun Mulo overgingen
haar de H. B. S., na óe kweekschool
staatsexamen doen etc. Betrouwbare
statistische gegevens zijn echter niet be
kend. Uit ervaring weten wij wel dat
alleen de zeer goede leerlingen de
sprong kunnen maken van Mulo naar
H.B.S. etc. Uit anderen hoofde, n.l. uit
de gegevens van het psychologisch on
derzoek naar de intelligentie, weten wij,
dat aan de eisen van een school voor
Middelbaar of voorbereidend Hoger
Onderwijs slechts ongeveer 1520 pet.
Van de bevolking voldoet. Wanneer wij
hu eens terugkeren tot het getal dat
feitelijk in de eerste klas van de mid
delbare school verschijnt, nJ. 9 pet..
Waarvan 7 pet. er komt op grond van
hun capaciteiten en 2 pet., schatten wij,
onder druk van de ouders, dan zou men
theoretisch kunnen zeggen, dat ongeveer
10 pet., n.l. pl.m. 177 pet., met even
veel recht in de eerste klas van de mid
delbare school had kunnen zitten; 10
het. van de bevolking is ofwel door de
school niet onderkend, ofwel gaat niet
haar de middelbare school krachtens
motieven van de ouders of in een ge
ding getal van de kinderen zelf. Welke
deze motieven zijn, weten wij statistisch
hiet; financiële omstandigheden, op de
dorpen de grote afstand van woonhuis
t°t middelbare school, traditie, zullen
t*ml voorname motieven zijn.
Hoe maken nu deze 9 pet. van de jon
gens en meisjes het die wel naar de
Middelbare school zijn gegaan? Hier
over hebben wij wel gegevens en deze
2ien er niet zo mooi uit; slechts onge
veer 55 pet. behaalt het eindexamen.
Wanneer onze schatting juist is dat 2
het. met twijfelachtige capaciteiten op
de school komt onder druk van de
ouders, dan ziet het getal er beter,
hmar nog niet al te best uit; wij zou-
dan ongeveer op 40 pet. komen.
J*mg men hieruit nu de conclusie trek
en dat de selectie van de lagere school
diet juist is? Wij menen dit te moeten
ontkennen. Met evenveel recht kan men
mggen dat onze middelbare scholen
Pedagogisch en didactisch te kort schie-
®h. Eveneens kunnen de studie-om-
tandigheden een grote rol spelen; het
,s voor jongens en meisjes, ook al heb-
eh zij goede capaciteiten, niet gemak-
of zelfs zeer moeilijk om te stu-
st®r®h in een gezin dat eigenlijk in de
j.udie niet geïnteresseerd is, in een mi-
dat slordig is, weinig gericht op
hevi en orde» °f waar huiselijke onenig-
öen vaak voorkomt; ook moeilijkhe-
h en zorgen van de ouders of moei
lijkheden tussen de ouders kunnen voor
al in deze jaren (puberteit) zeer ern
stige schade toebrengen aan de gericht
heid op de studie. Men vergete nooit
dat juist de gang van de psychische
ontwikkeling van zeer grote invloed op
de studie kan zijn.
Een ander punt ligt in de zich ont
wikkelende persoonlijkheid van de
jongen of het meisje; de lagere school
selecteert vooral op grond van intel
lectuele prestaties in de kinderleeftijd,
zegt dus niets van de te verwachten
persoonlijkheids-ontwikkeling.
Vanzelfsprekend is het juist de taak
van de middelbare school de jongens
en meisjes in deze leeftijd op te van
gen en te vormen; dit lukt ook voor
een groot gedeelte; maar juist het ge
deelte dat door de hun eigen psychische
ontwikkeling niet door de school ge-
pakt wordt, zou wel eens een gedeelte
van de mislukkelingen kunnen vormen.
Of dit gedeelte groot of klein is weten
wij niet; ook hier zou een gedegen
onderzoek per school naar de redenen
van het mislukken inzicht moeten gp-
ven.
Wanneer wij deze gezichtspunten in
ons onderzoek van de selectie betrek
ken, dan zouden wij kunnen zeggen
dat de lagere school, wat intellectuele
prestaties betreft, nog niet zo slecht se
lecteert; wij weten alleen niet, bij ge
brek aan gegevens, voor hoeveel pro
cent van de mislukkingen wij de bo
vengenoemde factoren verantwoordelijk
moeten stellen.
„Klaarstomen" van kinderen
alleen de veelbelovende studenten komen in aanmerking,
dus een grondige en vooral eerlijke selectie.
Gelukkig zijn er nog andere niet financiële over
wegingen van selectie: een student, die mislukt, hetgeen
maar al te vaak voorkomt, ondervindt dit als een buiten
gewoon ernstige teleurstelling, levensidealen worden ver
nietigd, hij wordt efn onzeker man, wrokgevoelens te
genover de maatschappij ontwikkelen zich, halve intel
lectuelen worden gevormd etc. Wij geloven gaarne, dat
studie-mislukking een ernstige crisis kan betekenen;
maar, wij moeten toch ook niet overdrijven. Niemand in
Nederland weet immers, hoe deze mensen feitelijk te
recht komen, wat zij voor de maatschappij gaan beteke
nen en welk profijt zij toch steeds hebben van het af
gebroken middelbaar of hoger onderwijs.
samen de door het schoolhoofd gestelde
prognose bespreken; alleen door zulk
een samenwerking kan de leiding van
de lagere school trachten zo nodig de
prognose te verbeteren, omdat zij te
horen krijgt waar de tekorten lagen.
Psychologisch onderzoek
Een tweede middel voor verbetering
van de selectie kan liggen in het psy
chologisch onderzoek, zoals dat reeds in
enige plaatsen van ons land wordt toe
gepast in samenwerking ofwel met de
lagere ofwel met de middelbare school.
Over de waarde van dergelijke selectie
methoden zijn nog niet veel gegevens
bekend. Meestal komt het onderzoek
hier op neer, dat een schriftelijke in
telligentiemeting wordt toegepast en de
resultaten vergeleken worden met de
resultaten van de school; bij grote af
wijkingen of in twijfelgevallen wordt
dan bij enkele leerlingen een min of
meer diepgaand individueel psycholo
gisch onderzoek gebruikt. Deze schrif
telijke gestandaardiseerde proeven heb
ben ten doel een beeld te verschaffen
van de intellectuele capaciteiten van de
leerling en zoveel mogelijk af te zien
van feitelijke kennis. Naar onze me
ning zal de uitslag van het schriftelij
ke psychologische onderzoek vrijwel
volledig overeenstemmen met het oor
deel van de onderwijzer, wanneer deze
laatste zich er meer op kan gaan toe
leggen zijn leerlingen behalve op de
feitenkennis ook op de werkelijke ca
paciteiten te beoordelen. Waarschijnlijk
zal in de toekomst een goed opgesteld
gestandaardiseerd toelatingsexamen een
schriftelijk psychologisch onderzoek
kunnen vervangen; bij de opstelling
en andere vraag is: Kan de selec
tie van de lagere school voor de
Middelbare school verbeterd wor
den? Deze vraag menen wijt te kun
nen bevestigen. Een grote verbetering
zou reeds hierin bestaan wanneer de
lagere scholen zich er niet voor leenden
om vooral het laatste schooljaar zich
krampachtig in te spannen de kinderen
„klaar" te maken voor het toelatings
examen. Ook in de zesde klas moet men
de kinderen leren rustig na te denken
en niet leren allerlei oplossingsmid
deltjes en kneepjes te gebruiken; juist
hierdoor wordt het beeld dat de onder
wijzer zich omtrent de werkelijke ca
paciteiten van het kind moet vormen,
vertroebeld. Het toelatingsexamen zou
zich, hierbij aansluitend, eveneens min
der op feitenkennis en meer op een met
inzicht hanteren van de noodzakelijke
kennis moeten richten.
Op de middelbare school zou zich in
de twee eerste klassen een team van
enkele leerkrachten moeten vormen,
dat van iedere jongen of meisje met
slechte studieresultaten een beeld tracht
te geven van de oorzaken van de drei
gende mislukking; bekeken zouden moe
ten worden de aanpassingsmoeilijkheden
van het kind, zijn wijze van studeren,
het contact met de andere jongens en
meisjes, maar eveneens de studie-om
standigheden thuis, welke wij boven in
het kort aanduidden. Op deze wijze zou
men met meer zekerheid kunnen zeg
gen dat een jongen of meisje niet de
vereiste aanleg bezit. Dit team zou zich
dan met de hoofden van de lagere scho
len in verbinding moeten stellen en aan
de hand van hun visie op de leerling
hiervan zou dan de hulp van de psycho
loog gebruikt kunnen worden. Het gro
te voordeel van een dergelijk toela-
tngsexamen is dat de verantwoordelijk
heid bij die instantie blijft, die haar
behoort te dragen.'
Van de persoonlijkheid en de te ver
wachten ontwikkeling van de leerling
kan de onderwijzer vanzelfsprekend
veel meer vertellen dan de schriftelij
ke test. Onzes inziens moet het advies
van het hoofd van de lagere school het
zwaarst blijven wegen, omdat anders
ten onrechte verantwoordelijkheid zou
worden ontnomen met alle kwade ge
volgen daarvan. Een euvel, waar onze
tijd bijzonder aan schijnt te lijden.
Een derde middel om op den duur de
selectie te verbeteren ligt in het ge
bruik maken van de diensten van de
schoolpsycholoog. Deze kan, in gere
geld contact met de onderwijzers, de
kinderen in hun ontwikkeling volgen,
scherpe inzinkingen van het kind trach
ten te achterhalen en zich behalve van
de capaciteiten een beeld vormen van
de zich ontwikkelende persoonlijkheid.
De betekenis van zijn andere werk
zaamheden ten dienste van de school
zullen wij hier onbesproken laten.
In een volgend artikel zullen wij de
selectie van de middelbare school voor
het hoger onderwijs en de selectie door
het hoger onderwijs zelf bespreken.
f J oe majestueus de dagvorstin in haar verblindende pracht ook moge zijn,
h~W toch bezit zij niet de smetteloze reinheid die dichters en zonaanbidders
A- J- haar van oudsher hebben toegedacht. Reeds lang vóór de uitvinding van
de sterrenkijker werden op de schitterende zonneschijf donkere vlekken waar
genomen, naar welker herkomst men vergeefs trachtte te gissen. Later werden
deze vlekken gehouden voor schimmen van onbekende planeten, die voorbij de
zon trokken, evenals Venus en Mercurius bij gelegenheid plegen te doen.
toeschieten en deze a.h.w. overbruggen.
Dit is het begin van het einde; korte
tijd later is de vlek spoorloos verdwe
nen, en elders op de zon herhaalt zich
hetzelfde spelletje.
De gemiddelde levensduur van een
vlek is 8 a 10 weken, maar er zijn er
Oost
(Eigen bericht)
Naar wij vernemen heeft de minister
van O., K. en W., mr. J. Cals, een be
slissing genomen t.a.v. de nationale
balletorganisatie; deze beslissing blijkt
slechts hierop neer te komen, dat een
„Nederlands Ballet" te Amsterdam ge
vestigd zal worden als zelfstandige
groep, die ook haar diensten aan de
Opera zal verlenen.
Tegenover het A.N.P. heeft men er van
de zijde van het ministerie de nadruk op
gelegd, dat nog uitvoerig overleg tussen
alle betrokkenen en belanghebbenden
nodig zal zijn over het grote aantal
vraagstukken, dat nog een oplossing be
hoeft en dat elke speculatie over de de
finitieve vorm van een nationaal ballet
op het ogenblik prematuur moet wor
den geacht.
Egypte heeft tegen de Britse zaakgelastig
de te Cairo, Hankey, en de opperbevelheb
ber der Britse landstrijdkrachten in het
Midden-Oosten, generaal Sir Brian Robert
son, een eis tot schadevergoeding ten be
drage van ruim 400.000 gulden ingesteld
„wegens de verwoesting van Salak Malak,
een Egyptisch dorp 15 kilometer ten Zui
den van Fayid, door Britse troepen en
tanks op 26 Mei van dit jaar".
Advertentie
Vooral in do zomer
Voedzaam en...
JiIAj rijk aan vitaminen!
Voedzaam en
aan vitaminen!
Aan deze waan maakte de beroemde
Italiaanse astronoom Galilei een einde
toen hij in 1610 als eerste zijn zelfver
vaardigde kijker op de zon richtte en
tot de ontdekking kwam dat de zonne
vlekken in ongeveer twee weken van
de oostelijke naar de westelijke zonne-
rand liepen. Er was dus geen twijfel
meer aan: de geheimzinnige vlekken
waren geen schaduwen Van planeten
ze behoorden tot de zon zélf! Bovendien
was op overtuigende wijze gebleken
dat het zonnelichaam om een as wen
telt en wel, van de aarde uit gezien,
van het oosten naar het westen. Latere
onderzoekingen brachten aan het licht,
dat de aswenteling het snelst verloopt
aan de zonne-evenaar, waar de om
loopstijd 25 etmalen bedraagt, terwijl zij
nabij de polen het langzaamst is: hier
bedraagt de omloopstijd 34 etmalen.
Het zonnevlekken-vraagstuk was door
de ontdekking van Galilei in het aller
eerste stadium van oplossing gekomen.
Immers, voortaan kon men bij het op
stellen van theorieën over het ontstaan
van de zonnevlekken althans uitgaan
van het feit, dat zij deel uitmaken van
het gasvormige zonnelichaam. Het was
slechts de eerste schrede op een lange,
moeizame weg.
Helaas werden na de dood van Galilei
de zonnevlekken van het officiële waar
nemingsprogram afgevoerd. De plane
ten-bewegingen stonden zózeer in het
middelpunt der belangstelling, dat de
zonnevlekken op de achtergrond raak
ten. Dat ze voor vrij onbetekenende ver
schijnselen werden gehouden, kan men
afleiden uit de raad die een Frans ster
renkundige aan een jonge collega gaf:
.Bekommer u niet om de zonnevlekken.
Dat zijn verschijnselen zonder enige
regelmaat.'"
ntussen kwamen de zonnevlekken
toch niet helemaal in het vergeet
boek. Van lieverlee breidde de
kennis van deze vlekken zich uit. Zo
werd opgemerkt dat zij alle dezelfde
levensgeschiedenis hebben.
Voordat ergens op de zon een vlek
verschijnt, geraakt ter plaatse het
zonnelichaam in heftige beroering
de geboorteweeën der zonnevlek, die
spoedig het levenslicht aanschouwt:
een donkere kern (umbra) ontstaat en
daaromheen ontwikkelt zich een lich
tere, geribte ring (penumbra), die
evenwel donkerder is dan het overige
zonne-oppervlak.
Wanneer de vlek enkele weken of
soms enkele maanden heeft bestaan,
vormen zich in de penumbra lichtton-
gen die van alle kanten op de umbra
(Van onze verslaggever)
Maandagmiddag is in het
I.C.C. in het Vondelpark te
Amsterdam binnen het kader
van het Holland Festival door
het Dames-comité Amsterdam
Ontvangt aan talrijke vreem
delingen en ook kijkgrage
landgenoten een show aan
geboden van de meest voor
komende streek-klederdrach-
ten die met z'n alle een vrij
compleet beeld gegeven heb
ben van wat we ons nationaal
costuum zouden kunnen noe
men. Dit dames-comité is nog
een geestelijke dochter van
Herman van den Eerenbeemt.
Hij immers was van mening
dat bij de grote culturele
manifestaties de buitenlander
niet slechts dat van Neder
land te zien moet krijgen wat
de man organiseert en pres
teert. Hoe vaak neemt de
vrouw de honneurs niet waar
in de huiselijke kring? En
wat mankeert er «an de spij
zen die zij haar gasten dan
voorzet? O zo! Het was dan
ook een goede gedachte om
de vrouwen van Amsterdam
actief te betrekken in het
grote bezoek door het buiten
land ieder jaar bij gelegen
heid van het Holland Festi
val aan onze natie gebracht.
En wat „Amsterdam Ont
vangt" gisteren in het Von
delpark Paviljoen ons als
gasten heeft geboden, heeft
zelfs ons niet vreemde
ling in hoge mate ge
boeid. Ruim een uur lang zijn
ze in een bonte rij langs ons
tafeltje heengetrokken, de
vrouwen van Nederland in
de rokjes en jasjes van vroe
ger, met de verlegen glim
lach van nu.
Friezinnen op z'n achttien-
de-eeuws, de eerste de beste
al onder een zonnehoed met
een middellijn van ongeveer
een meter. Mevrouw mr. L.
J. BrugmansMartens die in
een enthousiast Engels de
nodige verklaringen gaf, wist
erbij te vertellen dat die
zonnehoed zó'n brede vlucht
heeft genomen dat hij alleen
al om zijn onmogelijke afme
tingen een museumstuk
moest worden. En de domi
nee zal er 't zijne wel toe
hebben bijgedragen, toen
zelfs de kerkdeur te smal be
gon te worden! Maar ook de
bants zwart. Met uitzondering
van één enkele boer, die al
pijprokend zijn vrouw ver
gezelde, was het enkel vrou-
wentooi wat getoond werd.
En dat was een goede vondst,
want of we wilden of niet,
we hebben ons met geweld
de mannen voor de geest ge
haald die in een ver of nabij
Friezinnen die minder bui
tenissig waren uitgedost, heb
ben we in stomme verbazing
aan zitten gapen. Van nu af
begrijpen we beter de melan
cholie van de „Friesche po-
^et" die Paaltjens was;
„En begraven zijn ze
op een paar na
Uw dochters van edel bloed
Met het oorijzer
om den schedel
En de schaatsen
onder den voet".
Maar hij heeft er dan toch
nog een paar in levenden lijve
gekend!
Bij Friezinnen is het gis
termiddag allerminst gebleven.
Groninger madammen heb
ben we gezien, compleet met
schaar, speldenkussen en
naaldenkoker aan een ketting
langs de heup. Drentse flod
dermutsen en Staphorster
schedelplaten, Brabantse pof
fers en de ranke hulk van
een Volendammer bruid.
Vlammende borstlapjes, fleu
rig schortenbond en zwaar
moedige, ver-afhangende
schouderdoeken. Den Bosch
was vertegenwoordigd en
Breda, Scheveningen en Nun-
speet. Een oogverblindend
défilé van kant en kralen
snoeren, van glinsterende ju
welen uit het hoge Noorden
en dof goud op deftig Bra-
verleden hun vrouwen aldus
met de tekenen van hun rijk
dom en zelf-besef, van hun
degelijkheid en vreze des
Heren hebben behangen.
Een decorische maar ook
een leerzame vertoning, want
van nu af zijn we in staat zo
op straat te zeggen of een
Zeeuwse boerin Katholiek of
Protestant is. Verder moet
het ons van het hart dat het
een door-en-door Nederlandse
show is geworden. Ondanks
het Engels van de begroeting
en de explicaties, was er om
zo te zeggen geen woord
Frans bij. Geen geraffineerde
beroepstoonsters, geen ge
tourmenteerde oogopslagen
en middeltjes van 45 c.m. De
Nederlandse vrouw is geen
cocotte; als we haar ergens
mee zouden willen typeren,
dan met de boerin. Dit is geen
belediging. Veeleer de hoog
ste pluim die we voor deze
gelegenheid hadden uit te de
len. De leden van „Amster
dam Ontvangt" die de ver
schillende costuums hebben
laten zien, gewoon en harte
lijk, hebben eer gehad van
hun werk. Jammer alleen dat
vanwege het weer de show
niet in de zonnige openlucht
gehouden kon worden. Nu
was alles binnen te zien, met
uitzondering van de Marken-
se volksdansen tot besluit op
het terras.
West
Door de aswenteling der zon van oost
naar west verplaatst zich een zonnevlek
in ongeveer veertien dagen van de
ook die zich veel langer handhaven. Het Oostelijke zonnerand naar de Westelijke.
record werd bereikt door een vlek, die
in de jaren 18401841 gedurende 18
maanden zichtbaar bleef. De middellijn
der vlekken bedraagt gewoonlijk 1 a 2
maal de middelijn der aarde; sporadisch
komen er echter voor met een middellijn
die 5 a 8 maal zo groot is. Deze reuzen-
vlekken zijn bij zonsondergang met het
blote oog te zien en het waren dan ook
deze enorme vlekken die reeds eeuwen
geleden zonder instrument werden op
gemerkt.
Vit langdurige en nauwkeurige
waarnemingen van de zonnevlekken
vond de Duitse apotheker Schwabe
in 1843 dat het aantal zonnevlekken
wisselt met een periode van elf ja
ren. Telkens om de elf jaar treedt
een maximum op, gevolgd door een
minimum. Met deze ontdekking
verwierf Schwabe tien jaar later de
gouden medaille van de Royal Astro
nomical Society, een welverdiende
onderscheiding.
De elfjarige periode is merkbaar in
verschillende ondermaanse verschijnse
len: het aantal noorderlichten, de dik
te van de jaarringen der bomen, de
waterstand der Afrikaanse meren, de
regenval, de plantengroei, magnetische
storingen, e.d. De schommelingen in de
zonnewerkzaamheid worden dus op de
voet gevolgd door een reeks van aardse
verschijnselen. Dit merkwaardig ver
band is tot ver in de geschiedenis na
te speuren; zo gelukte het zelfs in
jaarringen van enige duizendjarige Ca-
lifornische reuzendennen» de elfjarige
periode aan te tonen.
Dat de zonnevlekken donker lijken,
is een gevolg van het verschil in tem
peratuur tussen de vlekken en het ver-
blindend-helle zonoppervlak. De tem
peratuur van de buitenste lagen van
de zonnegasbol bedraagt omstreeks
6000° C, terwijl de temperatuur van een
vlek gewoonlijk 2000 of 1500° C „kou
der" is. Dit aanzienlijke temperatuurs
verschil veroorzaakt zulk een sterk
contrast tussen de vlek en de naaste
omgeving, dat de vlek donker lijkt. Op
sommige foto's is het kerngebied zelfs
inktzwart.
In werkelijkheid is zo'n donkere
vlek nog een laaiende, wielende wer
velwind van zonnegassen, die uit het
inwendige van het zonnelichaam op-
Stijgen. Met het opstijgen van deze
gassen gaat gepaard een sterke afkoe
ling, doordat de gassen in een gebied
van lagere druk komen, waardoor ze
uitzetten en in temperatuur dalen. Iets
dergelijks heeft plaats in de damp
kring der aarde wanneer opstijgende
winden de temperatuur op de berg
toppen doen dalen. Een cycloon is wel
een treffend voorbeeld van de wijze
waarop de aardse dampkring in beroe
ring kan raken en onwillekeurig zijn
we geneigd een zonnevlek in verband
te brengen met een „cycloon" op de
zon.
Inderdaad neemt men aan dat ook in
de buitenste lagen van de zonnegasbol
geweldige wervelstormen woeden en
dat deze een gevolg zijn van nog veel
machtiger stromingen in het inwendige
van de zon, waar een temperatuur moet
heersen van millioenen graden bij een
druk van millioenen atmosfeer. Wat
echter daarbinnen in die kolkende
baaierd van zonnevuur eigenlijk ge
beurt, hoe vanuit deze vlammende oven
de wervelstormen aan de oppervlakte
der zon worden gevoed en waardoor de
elfjarige zonnevlekkenperiode wordt
veroorzaakt, dat alles is nog steeds een
ondoorgrondelijk raadsel. Een geheim
dat tot op heden bewaard is gebleven
in het hart van de zon.
ln het 1. C. C. organiseerde het Damescomité „Amsterdam
ontvangt" een show van het nationale costume.
Zoals reeds gezegd kunnen grote
zonnevlekken soms met het blote oog
worden waargenomen als de zon vlak
bij de kim staat, dus bij zonsopkomst en
zonsondergang. Kijkerbezitters kunnen
hun instrument op de zon richten en
via de kijkerbuis op een doek of scherm
een duidelijk beeld van de zon opvan
gen, waarop de zonnevlekken zich als
donkere stippen aftekenen. Elke opti
cien kan hun daartoe de nodige aanwij
zingen geven.. Ook kan men een scherp
zonnebeeldje verkrijgen door in een
blad dun karton een zuiver-rond gaatje
te boren en het zo in de hand te hou
den dat het zonnebeeldje op een be
schaduwd plekje terecht komt. Op zulk
een beeldje zijn de grootste zonnevlek
ken goed te zien.
Ten slotte kan men de zon waarnemen
door een stuk beroet glas, of beter nog
door een fotografisch negatief dat niet
te donker is. In dit geval zijn de zonne
vlekken wel niet zo duidelijk als op het
scherm achter de kijker, maar meestal
toch wel van het overige zonsoppervlak
te onderscheiden.
Ten besluite nog een ernstige waar
schuwing: Kijk nooit met het blote oog
naar de zon! Het directe, felle zonlicht
kan de ogen blijvend beschadigen en
zelfs blindheid veroorzaken. Deze goede
raad is werkelijk duur. En een ge
waarschuwd man geldt voor twee.
In de vorige nacht is een 41-jarige
Drentse arbeider, tijdens een rit met
een taxi van de O. Z. Achterburgwal
naar een perceel op de Amstel te Am
sterdam, beroofd van f 870.
Gistermorgen vroeg heeft de politie in
een café aan de Amstelstraat te Amster
dam aangehouden een 28-jarige vrouw
en een 23-jarige grondwerker, die bei
den verdacht worden van deze beroving.
Een bedrag van circa f 450, dat door de
vrouw aan een kellner in bewaring was
gegeven, kon worden achterhaald. De
beide aangehoudenen zullen voor de
Officier van Justitie worden geleid.
kunt U Uw lijfblad
trouw blijven.
Wij zullen gaarne
voor bezorging aan
Uw vacantie-adres
zorgdragen!
Stel ons echter tijdig d.w.z. min
stens 5 dagen vóór Uw vertrek
op de hoogte van Uw tijdelijke
adres en vermeld dan tevens Uw
vaste adres, datum van ingang en
wanneer deze U bekend is
de datum van terugkomst.
Weekabonné's gelieven over de
periode, welke zij afwezig zijn, het
abonnementsgeld vooruit te vol
doen aan de bezorger, van wie zij
op hun vaste adres ons blad ont
vangen.
DE ADMINISTRATIE
H. M. de Koningin heeft Maandag
middag een bezoek gebracht aan
de nationale zuiveltentoonstelling
„De Melkweg", die in de Houtrust-
hallen te Den Haag gehouden
wordt. Op de geïmproviseerde Alk-
maarse kaasmarkt op de tentoon
stelling boden de U-jarige Heieen
Vos en haar 9-jarig broertje de
Koningin een kaasje aan, bij wel
ke gelegenheid Heleentje voor
H. M. een gedicht opzegde. De
kinderen waren gekleed als kaas
dragers.
In Schiedam heeft de politie de 29-
jarige Haarlemmer J. M. aangehouden.
Deze maakte er de laatste drie jaar zijn
beroep van in café's medeleven op te
wekken met zijn lichamelijke gebreken.
Hij was, zoals hij duidelijk maakte,
doofstom en liep mank. Zaterdagavond
kwam hij in het café van S„ die zich
echter herinnerde, de man kort tevoren
in een levendig gesprek te hebben ge
zien op het station te Den Haag. Nadat
de politie hem aan de tand had gevoeld,
gaf de Haarlemmer toe gesimuleerd te
hebben. Dat hij deze kunst aardig mach
tig was, bleek wel uit het feit, dat hij
bij vorige gelegenheden ook voor de
politie zijn doofstom zijn aannemelijk
had gemaakt.
Van 12 tot 15 Augustus zal in Venetië
in het kader van de Biennale een con
gres worden gehouden voor de zoge
naamde Films d'art, documentaires over
beeldende kunst. Niet minder dan veer
tien sprekers uit Italië, Frankrijk, Bel
gië, Nederland en andere landen zullen
rapporten uitbrengen.
Dit congres gaat dus aan het grote
festival vooraf.
AMSTERDAM (G. U.) Bevorderd met
lof tot doctor in de rechtsgeleerdheid op
proefschrift „Rechtvaardig ontslag" Mr. J,
H. A. Ringeling, geb. te Utrecht; doctoraal
rechten L. de Roy v. Zuydewijn. M. P. En-
dal en E. Dienaar, Amsterdam; doctoraal
economie F. L. Burger, Amsterdam en B.
J. v. Buggenum, Bloemendaal.
DEN HAAG (Notarieel examen)M. A.
Kooien te Helmond 2e ged. en J. J .M. v. d.
Ven, Sittard, le ged.
DEN HAAG Notarieel examen, eerste
gedeelte: G. J. Schneider, Utrecht.
TILBURG Cand. econ. wetensch.: B.
Verhees, Den Bosch; J. Schouten, Blok
ker: K. Savelbergh, Heerlen; J. Berendsen,
Vught.
UTRECHT Semi-arts ex.: H. Vijver,
Maarssen, G. Rijnders, Valkenswaard, L.
Chaillet, Utrecht. J. v. d. Heuvel, Utrecht
en E. Goossens. Venlo; arts-examen: mej. T.
Schok, Utrecht; tand-arts ex.: D. v. Stok-
kum. Amsterdam, P. Salverda, Hoofddorp en
E. Menger, Amsterdam; cand. theol.: A. Al-
tena, Nijkerk, F. Groenenboom, Rotterdam,
P. Kolijn, Rotterdam en C. Nauta, Amster
dam; doctoraal soc. geogr.: F. v. d. Hom-
bergh, Bolsward; cand. geneesk.: mej. C.
Angkuw, Utrecht, L. v. d. Berg, Reeuwijk,
R. Biemans, Terneuzen, N. de Blois, Rotter
dam. F. Bronkhorst, Utrecht, A. Bijl,
Utrecht, F. van Erven, Apeldoorn, J. van
Gent, Gouda, L. van Gorp, Dongen, mej. P.
den Harto, Utrecht, H. Hominge, Schoonho-
van, H. Huysmans, Den Bosch, E. A. Kole,
Bergen op Zoom, R. Koppert, Utrecht, D.
Mellema, Eindhoven, J. Ooms, Tilburg, N.
Schweig, Utrecht, J. Siegers, Helmond, N.
Urstein, Utrecht, J. Vegter, Lexmond, J. de
Zeeuw, Den Bosch en mej. H. Zoethout,
Bilthoven; doctoraal geol. A. v. d. Berg,
Zeist; cand. sociale geogr. mej. M. v. d.
Giesen, Utrecht, F. Zwart, Utrecht en mej.
J. Uittenbogaard, Naarden.
„Je kunt beter wat te vroeg zijn, dan
één minuut te laat." Zeven uren voor
het vertrek van zijn vliegtuig naar
New York was de 70-jarige Thomas
Rozema, een echte Groninger, die 23
jaar geleden naar de Verenigde Staten
emigreerde, al op Schiphol aanwezig.
Opa Rozema was 19 Mei uit Chicago
vertrokken om in Nederland de 99ste
verjaardag van zijn moeder, die nog
steeds in het dorpje Nuis in Groningen
woont, te komen vieren. Geheel onaan
gekondigd stapte hij na zijn vertrek uit
de Nieuwe Wereld de welbekende
ouderlijke woning binnen. „Mijn jon
gen", was het enigste wat zijn moeder
kon uitbrengen toen zij haar zoon na
een afwezigheid van 23 jaren weer te
rug zag. „Thomas is weer thuis" ging
het als een lopend vuurtje door het
dorp en nog geen twee uur later wist
eenieder in de omgeving, dat één van
de Rozema's uit Amerika weer thuis
was gekomen.
Het werd een groot feest, de verjaar
dag van de oude moeder. Velen van
haar acht kinderen, 44 kleinkinderen, 84
achterkleinkinderen en 4 achter-achter-
kleinkinderen, die hier in Nederland
wonen, waren die dag in het ouderlijk
huis aanwezig.
Precies tien dagen na zijn vertrek uit
Chicago stapt opa Rozema weer in de
K.L.M. Constellation, die hem huis
waarts zal brengen naar zijn tweede va
derland, waar vrouw en zes kinderen
wachten.
„Het werk in de timmerwinkel en het
toeristenhuis moet ook doorgaan. Mor
genavond ben ik weer thuis en dan gaan
we weer hard aan de slag", waren de
laatste tvoorden van de kleine, grijze,
maar nog altijd vrolijke en kwieke opa
Rozema, toen hij gewapend met een
splinternieuwe koekoeksklok het plat
form opstapte naar het vliegtuig....