Meningen in het advies van de Soc.
Econ. Raad verdeeld
Grote mate van geleidelijkheid
hij eventuele doorvoering gewenst
Jfet spoor van Hei zwaarcL
Pater Dehon als tijdsapostel
Stichter van Congregatie der
Sacerdotes a Corde Jesu
D
Vaccinatie tegen tuberculose
Een vraag,
een antwoord
W
Welke compensatie komt er
voor de compensaties?
Uitbreiding transfer vermogens
opbrengsten en pensioenen
I.C.V. keert zich
tegen de O.E.E.S.
Per scooter rond
de wereld
Paus zegent scooters
voor Nederland
Huurverhoging van bedrijfspanden
onbillijk geacht
Tsjechische clerus
krijgt de schuld
Sterke zeebeving
treft Kioesjoe
GELIJKE BELONING VOOR MANNEN EN VROUWEN?
Geen oordeel over de
sociale wenselijkheid
Naar KB.U-landen
Achterstelling en
stroeve samenwerking"
In V,S. 4 paar, in Ned.
1,7 paar per jaar
Electrisch koppelnet
bijna geheel „rond"
Schaduwzijde van verminderde tuberculose is
door inenting te bestrijden
DF, ZELFSTANDIGE ONDERNEMER
Clandestiene zenders in
Den Haag opgespoord
ZATERDAG 27 JUNI 1953
PAGINA 7
Liturgische weekkalender
Gebruik van schoenen
(Van onze Haagse redacteur)
De Sociaal Economische Raad heeft desgevraagd aan de minister van So
ciale Zaken en Volksgezondheid een advies uitgebracht over het vraagstuk van
gelijke beloning van mannen en vrouwen voor gelijkwaardige arbeid. De me
ningen over dit onderwerp blijkbaar de mening opzicht bü de S.E.R. verdeeld te
liggen.
Men heeft met name drie facetten van dit probleem bezien, namelijk ten eer
ste het verschil in opvatting omtrent de betekenis van het behoefte-element
naast het prestatie-element en omtrent de realisering van het behoefte-element
in de loonvorming; ten tweede het al dan niet rekening houder, met de ho
gere productiekosten, welke aan de arbeid van vrouwen verbonden zijn; ten
derde het in acht nemen van de economische en sociale gevolgen voor ons land
van de eventuele doorvoering van het beginsel van gelijke beloning.
Het advies beziet het beginsel van ge
lijke beloning voor mannen en vrouwen
bij gelijkwaardige arbeid slechts als
vraagstuk van loonvorming. Een oordeel
omtrent de sociale wenselijkheid van het
toenemen van het percentage gehuwde
vrouwen in de beroepsbevolking als mo
gelijk gevolg van een gelijke beloning
wordt daarmee niet uitgesproken.
Prestatie-element
De ene helft van de Raad is daarbij
echter van oordeel, dat het in het alge
meen gewenst is de loonvorming in over
wegende mate te baseren op het presta
tie-element. Sommige leden, behorende
tot deze helft van de Raad, zijn van
mening, dat bovendien geen rekening
dient te worden gehouden met de hogere
productiekosten, welke aan de arbeid
van vrouwen verbonden kunnen zijn. Op
grond van deze beide overwegingen
achten deze leden het beginsel van gelijke
beloning, zoals dit in een desbetreffend
verdrag is neergelegd, aanvaardbaar.
Enkele leden behorende tot deze helft
van de Raad zijn van oordeel, dat men
wel rekening dient te houden met de
hogere productiekosten, welke aan de
arbeid voor vrouwen verbonden kun
nen zijn. Uitsluitend op grond van deze
overweging achten deze leden het be
ginsel van gelijke beloning niet aan
vaardbaar.
Behoefte-element
De andere helft van de Raad, hoewel
erkennend de betekenis van het presta
tie-element, meent bij het bezien van het
onderhavige vraagstuk, dat men daar
naast in de loonvorming in belangrijke
mate rekening dient te houden met het
behoefte-element. Op grond hiervan acht
dit deel van de Raad het beginsel van
gelijke beloning niet aanvaardbaar,
Daarnaast zijn sommige leden, beho
rende tot deze helft van de Raad, de
mening toegedaan, dat rekening dient te
worden gehouden met de hogere pro
ductiekosten. welke aan de arbeid van
vrouwen verbonden kunnen zijn. Enkele
leden van deze helft van de Raad zijn
De Ned. Bank is bereid aan personen
zowel onder als boven de 60 j. pensioe
nen, d.w.z. alle periodieken uitkeringen,
die voortvloeien uit een beëindigde ar
beidsovereenkomst, vergunning te ver
lenen om dat pensioen over te maken
naar bet land waar zij woonachtig zijn,
indien dit land behoort tot het mone
taire gebied van een der bij de EBU
aangesloten landen, hetzij dat zij daar
reeds wonen, hetzij dat zij zich daar
willen vestigen.
Op advies van het Internationaal
Christelijk Vakverbond hebben de af
zonderlijke Christelijke Vakverenigin
gen uit de verschilende landen, die bij
de O.E.E.S., de Organisatie voor Euro
pese Economische Samenwerking, zijn
aangesloten, waaronder de Nederlandse
K.A.B., zich collectief uit de Raadgeven
de Commissie bij deze internationale
organisatie teruggetrokken.
Tweeërlei redenen hebben het inter
nationaal Christelijk Vakverbond tot de
ze opzienbarende stap bewogen. Ten
eerste de onbevredigende vertegenwoor
diging der Christelijke vakverenigingen.
Deze werden vrijwel geheel verdrongen
door de vertegenwoordigers der vrije
vakverenigingen die geheel vergeten
hadden, dat zij destijds slechts dank zij
de steun van de Christelijke arbeiders
organisaties tot de adviserende commis
sie werden toegelaten. Bij de oprichting
van deze commissie in 1948 bestond het
I.V.V. immers nog niet, omdat de vrije
vakverenigingen toen nog met de com-
munnisten in één verbond gezamenlijk
georganiseerd waren. Zij vroegen en
kregen de toelating tot de commissie,
ten einde aldus hun steun aan het Mar
shall-plan te kunnen geven, hetgeen
hun in de half-communistische organi
satie uiteraard niet mogelijk was.
De tweede reden is de nogal stroeve
wijze van samenwerking, die tussen het
O.E.E.S. en de aangesloten vakvereni
gingen in het algemeen bestaat, een
samenwerking, waarop niet enkel de
Christelijke, maar ook de vrije vakbon
den veel critiek hebben.
De Christelijke vakverenigngen heb
ben thans voorgesteld een eigen ad
viserende commissie te vormen; bo
vendien hebben zij zich bereid ver
klaard op dit gebied ook verder met
de commissie der vrije vakverenigin
gen nauw samen te werken. Zij wil
len echter de zekerheid hebben, dat
ook hun stem in dit internationaal
lichaam worde gehoord. Om hun
voorstel meer kracht bij te zetten,
heeft het Internationaal Christelijk
Vakverbond de betrokken West-Euro-
pese regeringen gevraagd hun voor
stel bij de O.E.E.S. te willen steunen.
ZONDAG 28 Juni: 5e Zondag na Pinksteren;
Mis v. d. dag; 2 H. Irenaeus; 3 S. Jan;
Credo; prefatie v. d. H. Drievuldigheid;
groen.
MAANDAG: H.H. Petrus en Paulus, aposte
len; Mis v. h. feest; Credo; prefatie v. d.
Apostelen; rood.
DINSDAG: Gedachtenis v. d. H. Paulus;
eigen Mis; 2 H. Petrus; 3 S. Jan (Den
Bosch: 4 voor de Bisschop); Credo; pre
fatie v. d. Apostelen; rood.
WOENSDAG: Allerkostbaarst Bloed van
Christus; eigen Mis; (in gelezen Missen:
2 S. Jan); Credo; prefatie v. h. H. Kruis;
rood.
DONDERDAG: O. L. Vrouw Visitatie; eigen
Mis; (in gelezen Missen: 2 H.H. Proces
sus enz.). Credo; prefatie v. O. L. Vrouw;
wit.
VRIJDAG: H. Leo II, Paus, belijder; Mis
Si diligis; 2 H.H. Petrus en Paulus; 3 tot
de H. Maagd; Credo; prefatie v. d. Apos
telen; laatste evangelie v. 4 Juli; wit. Den
Bosch; H. Rumoldus, bisschop, martelaar;
Mis Sacerdotes Dei; 2 H. Leo; 3 H.H. Pe
trus en Paulus; Credo; prefatie v. d.
Apostelen; wit; laatste evangelie v. 4
Juli Breda: alle H.H. Bisschoppen v. Bre
da; eigen Mis; 2 H. Leo; 3 H.H. Petrus en
Paulus; Credo; prefatie v. d. Apostelen;
laatste evangelie v. 4 Juli; wit. Ook: Eer
ste Vrijdag v. d. maand; plechtige vo-
tiefmis ter ere v. h. H. Hart; Mis Cogita-
tiones; Credo; prefatie v. h. H. Hart; wit.
ZATERDAG: onder het oct. v. H.H. Petrus
en Paulus; eigen Mis; 2 tot de H. Maagd;
3 voor Kerk of Paus; Credo; pref. v. d.
Apostelen; rood. Utrecht: overbrenging v.
d. H. Martinus; 2 H.H. Petrus en Pau
lus; Credo; prefatie v. d. Apostelen: wit.
Zondag 5 Juli: 6e Zondag na Pinksteren;
Mis v. d. dag; 2 H. Antonius: 3 H.H. Pe
trus en Paulus; Credo; prefatie v. d. H.
Drievuldigheid; groen.
Zij steit eveneens de gelegenheid open
om „rekeningen t.n." te openen voor
Nederlanders, die hun land op of na 1
Januari 1948 hcbb en verlaten of naar
een van de genoemde landen alsnog
emigreren mits zU tenminste 60 jaar oud
zijn. Voor creditering op bovengenoem
de transferrekeningen komen in aan
merking de vermogensopbrengsten en/of
pensioenen of soortgelijke inkomsten,
die aan betrokkenen zijn opgekomen,
doch in geen geval vóór 1 April 1953.
daarentegen van opvatting, dat men
hiermee geen rekening dient te houden.
Onverminderd de tegengestelde opvattin
gen inzake de aanvaardbaarheid van het
beginsel van gelijke beloning, is de Raad
unaniem van oordeel, dat mocht in ons
land tot toepassing van dit beginsel wor
den overgegaan, hierbij een grote mate
van geleidelijkheid in acht zou dienen te
worden genomen. Dit laatste op grond
van de economische en sociale gevolgen,
welke een onmiddellijke volledige door
voering van het beginsel onder de hui
dige omstandigheden zou veroorzaken.
Deze ngleidelijkheid zou hierin dienen te
bestaan, dat het toonverschil tussen man
nen en vrouwen bij gelijkwaardige ar
beid in etappes wordt verminderd over
de gehele linie van het bedrijfsleven. Bij
het tempo van een en ander zou men
rekening moeten houden met de draag
kracht van de terzake meest gevoelige
bedrijfstakken en met de mate van door
voering van het beginsel van gelijke be
loning in de landen, waarmee Nederland
handelsbetrekkingen onderhoudt.
(Van onze correspondent)
Wim Dussel, de Groninger journalist,
die tijdens zijn verblijf in Korea als oor
logscorrespondent bekendheid heeft ver
kregen, heeft thans het plan opgevat
een tocht rond de wereld te maken, per
scooter. Hij heeft er tien maanden van
voorbereiding en 30.000 km voor over ge
had om het zover te krijgen. Woensdag
zal de wereldreiziger vertrekken van de
Grote Markt te Groningen.
De tocht voert hem door Italië,
Joegoslavië, Turkije, Perzië, Siam,
Malakka, Australië, Nieuw Zeeland, Nw.
Guinea, Japan, Korea, Hawaii, Amerika
en Canada. Via Engeland keert hij terug
naar Nederland, maar dan zal de kalen
der inmiddels wel al 1955 aanwijzen.
Wim Dussel heeft opdrachten voor di
verse grote dag- en weekbladen in Ne
derland en daarbuiten en bovendien zal
hij bandjes verzorgen voor de NCRV.
Te Utrecht is met het oog op de ko
mende beurs voor leder, schoenen en
lederwaren een lederforum gehouden,
waarin de vragen werden behandeld, die
van de zijde van.de Ned. Ver. van Huis
vrouwen waren gesteld, welke uitvoerig
en instructief werden beantwoord.
Mr. W. P. M. van der Loo hield voorts
een inleiding waarin hij er o.a. op wees,
dat men in Amerika vier paar schoenen
per jaar gebruikt en in Nederland nog
niet 1.7 paar. Spr. hield verder een plei
dooi voor het gebruik van leer. en pleit
te voor een spoedige en vrije uitwisse
ling van huiden en leder.
a
125. De medicijnman komt naderbij. Wezenloos maar luguber schommelt het ruw
bewerkte berenmasker op zijn romp, maar dan doet Tsacha een stap voorwaarts en
heit zijn hand op. De trommen zwijgen en Bor Khan fronst zijn zwarte wenk
brauwen.
„Veroorloof mij één vraag, één nederig verzoek van uw trouwe dienaar, o grote
Khan," zegt Tsacha met zalvende stem en hij buigt onderdanig het hoofd. De oude
steppenhoofdman kijkt hem zwijgend aan.
„Ik vraag u de oneindig grote gunst, Meester, want al is zijn huid verachtelijk
blank, als de sneeuw, deze welp heeft een onverschrokken hart en ik geloof, dat ik
een voortreffelijk krijgsman uit hem maken kan." Is er iets van tederheid in de sluwe
blik, die hij op de vastgebonden Erwin werpt? Er valt een doodse stilte. Aller ogen
richten zich op de Khan.
„Een vreemd verzoek, Tsacha," zegt deze. „Op welk recht beroept gij u, dat gij
mij zoiets durft vragen?" w
„Op het oude recht van de steppen, mijn heerser." Een listig lachje speelt rond
Tsacha's mondhoeken.
„Op het oude recht, dat de krijgsman zijn gevangenen behouden mag. Bor Khan
werpt een korte blik op de knaap en knikt langzaam. „Het zij zo," zegt hij. Gnjn-
zend geeft Tsacha een wenk en Erwin wordt losgemaakt van de martelpaal.
„Fadir, ik wil bij u blijven! Laat me los, schurk! Ik wil niet leven, als Fadir
sterft!" Wild trapt de knaap tegen de benen van de Nomade, die hem hardhandig
wegvoert. Zijn huilend geroep om zijn Fadir schalt over de folterplaats en radeloos
ziet Eric zijn zoon verdwijnen. Een wilde angst vecht in zijn binnenste met andere
gevoelens. Moet hij blij zijn, dat zijn zoon niet sterven zal? Of moet hij zij ft
dood wensen? Opnieuw klinken de monotone trommen. De medicijnman is voor de
Noorman geknield en met zijn toverstaf beschrijft hij cirkels rond de ongelukkige.
De Nomaden zien gespannen toe. Als de stok de Noorman beroert, zal diens lot
bezegeld zijn. Dat is het sein voor de folteringentot de dood er op volgt. Steeds
dichterbij komt de dansende, draaiende gestalte. Eric kan zijn weerzin nauwelijks
onderdrukken, als hij het gegrom hoort, waarmede de medicijnman een hongerige,
vraatzuchtige beer poogt na te bootsen.
Daar gaat de staf omhoog„NEEN! Neen!" Schril snerpt dc vrouwenstem over
de folterplaats. Een kleine ranke gestalte dringt met wilde gebaren door de kring
van omstanders, duwt de medicijnman opzij en slaat de dodelijke toverstaf omlaag.
„Genade, Heer Vader! Genade smeek ik u voor de blonde krijger."
Vermoedelijk in de loop van Augus
tus zal het grote electrisch transforma
torstation in Blerick gereed komen.
Het wachten is dan nog op de vol
tooiing van een soortgelijke installatie
te Veenendaal en dan zal het Neder
landse koppelnet (op enkele minder
belangrijke verbindingen na) geheel
„rond" zijn. De electriciteitsvoorziening
is voor het land dan practisch onder
alle omstandigheden gewaarborgd, om
dat bij het uitvallen van een centrale
terstond een andere kan worden inge
schakeid. Afgezien van de niet zeer gro
te centrales te Haarlem, Tilburg en
Vlissingen, staan voor de Nederlandse
electriciteitsvoorziening tien centrales
beschikbaar: Leeuwarden, Groningen,
Hengelo, Zwolle, Nijmegen, Geertrui
denberg, de gecombineerde centrales in
Zuid-Holland, Velsen, Amsterdam, U-
trecht en de Mijncentrales, die thans
nog electrische energie aan de prov.
Limb. Electr. Mij. leveren, tot deze mij
haar eigen centrale in Baggenum in ge
bruik kan nemen. De plannen voor een
koppelnet voor zeer hoge spanningen
dateren al uit de dertiger jaren, maar
konden wegens de oorlog en de gevol
gen daarvan eerst thans verwerkelijkt
worden.
Een Nieuwzeelandse ingenieur heeft
een stengun geconstrueerd waarmee men
om een hoek kan schieten. Na proefne
mingen door het Nieuwzeelandse leger
is het wapen op de geheime lijst ge
plaatst en voor verder onderzoek naar
het Britse ministerie van Oorlog gezon
den.
Twintig scooters, die door katho
lieken in Turijn beschikbaar wa
ren gesteld voor de geteisterde ge
bieden in Nederland, zijn dezer
dagen door de H. Vader gezegend,
alvorens ze verzonden werden.
(Bijzondere correspondentie)
e 28e Juni is het 75 jaar geleden, dat pater Dehon als eerste lid van de
door hem gestichte congregatie zijn kloostergeloften aflegde. Hij was
sinds 1871 kapelaan te S. Quentin, een kleine industriestad in Noord-
Frankrijk, waar hij zich met volle borst op de sociale actie had geworpen. Hij
had er een jongenspatronaat, een tehuis voor jonge arbeiders en een kathoVieke
patroonsclub gesticht; hij had in het hele bisdom de sociale actie georganiseerd
en was daarom tot erekanunnik benoemd; hij had een katholiek dagblad in het
leven geroepen en dat alles naast zijn gewone parochiepractijk. Tenslotte was
hij in 1877 begonnen met een middelbaar college „om goede werkgevers te vor
men"; tegelijk daarmee had hij de grondslag gelegd voor zijn congregatie, om
voor zichzelf en zijn eventuele gezellen een geestelijk milieu te scheppen.
College en congregatie bestonden nu
een klein jaar. De bisschop van Sois-
sons had Pater Dehon's pastoor aange
wezen om de eerste kloostergeloften af
te nemen. De bescheiden plechtigheid
speelde zich af in de jtapel van het
Sint-Janscollege te S. Quentin. Pater
Dehon was de enige, die geloften af
legde. H(j deed het in tegenwoordig
heid van drie gezellen: één priester en
twee lekenbroeders. Dit gebeurde op
het feest van het Heilig Hart in 1878.
Pater Dehon en de zijnen noemden zich
„Oblaten van het Heilig Hart"; later
„Priesters van het Heilig Hart: Sacer
dotes a Corde Jesu: SCJ". Pater Dehon
had als kloosternaam gekozen: Johannes
van Jesus' Hart.
Tot zijn dood in 1925 bleef Pater
Dehon algemeen-overste. De Congregatie
kreeg de gebruikelijke goedkeuringen
in 1888, 1906 en 1923. Op het ogenblik
telt zij ongeveer 2700 leden; zij heeft
11 gevormde proviniies, 7 provincies in
voorbereiding en 10 missiegebieden.
Het 75e bestaansjaar van de congre
gatie is alweer haast een jaar voorbij.
Er is naar buiten niet veel ophef van
gemaakt; de zorgelijke omstandigheden
voor de groepen achter het IJzeren Gor
dijn zijn daar niet vreemd aan. Het
jubeljaar werd vooral een bezinnings-
jaar; een jaar van innerlijke bezinning
op het geestelijk leven van Pater Dehon,
van verdieping in het leven van liefde
en offer.
Dit alles komt bij de 75e herdenking
van Pater Dehon's eerste geloften
weer bijzonder levendig voor de geest
te staan. Werd in verband met de
Kromstaffeesten de aandacht gevraagd
voor de groei en de activiteit van de
Nederlandse provincie, dan willen wij
nu juist in verband met de figuur
van Pater Dehon even met nadruk
wijzen op de grote rol, die de leken
bij dit alles gespeeld hebben, en nog
steeds spelen. Dat zijn degenen, die
in het gewone parochie- en school
leven hun onschatbare diensten be
wijzen; dat zijn de zeer vele propa
gandisten van de SCJ-uitgaven en de
talloze weldoeners van de SCJ-huizen;
dat zijn heel bijzonder de honderden
rechtstreekse helpers en helpsters aan
de verschillende apostolaatsvormen:
de leiders en leidsters bij het Sint-
Franciscusliefdewerk en het Sint-
Francisca-Romana werk, en de man
nelijke en vrouwelijke assistenten bij
het zee-apostolaat, de Rotterdamse
havenwerkers en havenwerksters.
Pater Dehon's sociale instelling bracht
als vanzelf mee, dat hij naar elementen
speurde, die de kerstening van het ge
meenschapsleven in al zijn facetten
konden bevorderen; dat hij in zijn boe
ken en voordrachten het politieke en
economische leven, het zakenleven en
ambachtsleven met het licht van Chris
tus' liefde en offervaardigheid trachtte
te doorstralen. Dat maakte hem tot een
pionier voor de lekenspiritualiteit; niet
alleen omdat hij de betekenis van de
bovennatuurlijke elementen in het le-
kenleven, zoals de sacramenten van
Vormsel en Huwelijk, zuiver heeft
doorgedacht en hun betekenis heeft aan
gewezen, maar ook omdat hij, van de
natuurlijke elementen: de stof en de
dagelijkse arbeid aan de stof uitgaande,
heeft aangetoond hoe juist die stoffe
lijke elementen in het geloof slicht gaan
stralen en schitteren. Dit zouden wij in
(Van onze medische medewerker)
Zoals ik in een vorig artikel al
schreef, is het sterftecijfer aan
tuberculose dalende. Op zichzelf
voldoende reden tot verheugenis, blijkt
dit'feit helaas toch een ernstig gevaar
in zich te bergen.
De besmetting met de tuberkelbacil
geschiedt meestal zo, dat door het
hoesten van iemand, die longtubercu-
lose heeft, bacillen worden overge
bracht op een gezonde. Iedereen komt
nu herhaalde malen met zo iemand in
contact en iedereen loopt dus herhaal
de malen een dergelijke besmetting
met een paar opgehoeste bacillen op,
die meestal zo licht verloopt, dat men
er niets van bemerkt. Er gebeurt in
het lichaam van die gezonde geïnfec
teerde evenwel toch iets zeer be
langrijks.
De herhaaldelijk gemakkelijk be
haalde overwinning op enkele aange
waaide tuberkelbacillen heeft het
lichaam spelenderwijs geleerd antistof
fen te maken tegen tuberculose, met
andere woorden: immuun gemaakt
tegen tuberculose.
U begrijpt thans waar ik heen wil. De
daling van de tuberculosesterfte, doet
het aantal lijders aan longtuberculose
verminderen en maakt de kans op een
ontmoeting met een dergelijk iemand
en dus de kans op een lichte, zonder
verschijnselen verlopende immunise
rende infectie geringer. Dat wil dus
zeggen, dat met het dalen van het
sterftecijfer aan tuberculose, de immu-
nisatiegraad van de Nederlandse bevol
king tegen tuberculose achteruit gaat.
Zo tonen cijfers, afkomstig uit de ver
slagen van het districtsconsultatie
bureau te Amsterdam, aan, dat in 1926,
het percentage kinderen van 1114
jaar, dat dergelijke lichte immunise
rende infecties meegemaakt had, ruim
60 pet. bedroeg, terwijl dit cijfer thans
lager ligt dan 30 pet. Het zijn dus voor
al onze kinderen, die in hun jeugd een
onvoldoende of in het geheel geen
vaardigheid verkrijgen in het bestrij
den van een infectie met de tuberkel
bacil. Het ligt dus voor de hand, dat
men de weerstand van deze toenemen
de groep voor tuberculose ontvan
kelijke kinderen, kunstmatig wil ver
hogen, en wel door vaccinatie met
B.C.G.
Allereerst het begrip vaccinatie. In
1796 ontdekte Edward Jenner,
een Engels geneesheer, dat
iemand, die men met opzet heeft be
smet met koepokken, daar niet ziek
van wordt, maar daardoor een ver
hoogde weerstand verkrijgt tegen men
senpokken. Vacca betekent in het
Latijn: koe, en zo is het kunnen gebeu
ren, dat men deze behandeling vacci
natie genoemd heeft, welk begrip later
onder invloed van het werk van Louis
Pasteur, een ruimere betekenis heeft
gekregen en niet alleen meer op pok
ken wordt toegepast. Het principe der
vaccinatie bestaat dus hierin, dat men
iemand besmet met verzwakte levende
ziektekiemen, die hem dus niet ziek
kunnen maken, maar waardoor het
lichaam antistoffen tegen die soort
bacillen leert te maken, met als gevolg
immuniteit tegen de ziekte in kwestie.
BC.G. zijn de beginletters van de
Bacil van 'Calmette en Guérin. Deze
beide Franse onderzoekers ontdekten
in 1906, dat rundertuberkelbacillen,
die zij lange tijd op gal-aardappel ge
kweekt hadden, hun virulentie, dat is
hun ziekmakend vermogen, begonnen
te verliezen. Na de eerste wereldoor
log hebben zij deze verzwakte tuber
kelbacillen allereerst gebruikt om
runderen te vaccineren en inderdaad
bleken deze dieren een verhoogde
weerstand te verkrijgen tegen onver
zwakte tuberkelbacillen. Hierdoor in
hun overtuiging gesterkt, durfden zij
het in 1921 aan een proef te nemen bij
een mens. Het betrof een pasgeboren
baby van een tuberculeuse moeder, die
bij de geboorte van haar zoontje over
leden was. Ondanks het feit, dat deze
baby bovendien nog groot gebracht
werd door een tuberculeuse grootmoe,
der, is dit eerste met B.C.G. gevacci
neerde kind verder gezond door het
leven gegaan. Het spreekt vanzelf, dat
na dit succes meerdere vaccinaties van
baby's uit besmet milieu gevolgd zijn.
Bovendien heeft de gunstige ervaring
met gevaccineerde zuigelingen uit be
smet milieu er toe geleid, de toepassing
van B.C.G. ook uit te breiden tot zuige-
lingen uit niet besmet milieu, mede in
verband met de toenemende achteruit
gang van de immunisatietoestand van
de Nederlandse bevolking, zoals in de
aanvang uiteengezet.
Ik kan mij voorstellen, dat U als be
zorgde ouders zult vragen: „Alles goed
en wel, maar tuberkelbacillen blijven
tuberkelbacillen, verzwakt of niet en
loopt mijn kind nu niet juist door deze
behandeling het gevaar tuberculose op
te lopen?" De bacil van Calmette en
Guérin is dermate verzwakt, dat zelfs
de cavia, het Guinese biggetje, dat voor
tuberculose veel ontvankelijker is dan
de mens, er niet ziek van wordt. Vac
cinatie met B.C.G. is warm aan te
bevelen. Zij is zonder enig gevaar en
zaam is, mits men bij aanwezigheid van
veroorzaakt geen ziekzijn, koorts of
andere verschijnselen. Bij uitzondering
zien wij wel eens een klein onderhuids
abcesje op de injectieplaats of ontste
king van een lymphekliertje in de
buurt, wat welbeschouwd dan nog
maar zeer onbetekenende compli-
catietjes zijn.
Thans, na dertig jaren, kunnen wij
uit het omvangrijke materiaal de con
clusie trekken, dat B.C.G. zeer werk-
een lijder aan longtuberculose, die
bacillen ophoest, de gewone hygiëni
sche voorzorgsmaatregelen (apart ser
vies, aparte kamer) mgar niet verwaar
loost. Consequent doorredenerend rijst
dan ook de vraag, of het niet wenselijk
is ook de weerstand van de steeds
groter wordende groep niet op natuur
lijke wijze immuun geworden volwas
senen, stelselmatig door toepassing van
B.C.G. te verhogen. En inderdaad kan
ik daarop antwoorden, dat men er toe
is overgegaan diegenen, die krachtens
hun opleiding of beroep zeer aan be
smetting bloot staan (artsen, medische
studenten, verpleegsters en laboranten)
met B.C.G. te immuniseren.
In Nederland tracht men de toepas
sing van B.C.G. te stimuleren, door
B.C.G. kosteloos beschikbaar te stellen.
In het buitenland (Frankrijk, Zweden,
Denemarken en Rusland) is men reeds
zover gegaande immunisatie met
B C.G. wettelijk verplicht te stellen.
Van S.
Pater Dehon, stichter van de Con
gregatie der Priesters van het Hei
lig Hart.
onze dagen graag „de spiritualiteit van
het ambacht" noemen, en het is al ge
makkelijk te zien, hoe deze vorm van
spiritualiteit weer van belang is voor
de uitbouw van priesterlijke en kloos
terlijke spiritualiteiten denken we
maar eens bijzonder aan de velen, wier
kloosterleven aan het uitoefenen van
ambachten gewijd is.
De spiritualiteit van het ambacht is
geen droomproduct van vrome fan-
tasterij. Zij vraagt aandacht voor gees
telijke waarden, die ongeweten aan
wezig zijn. Het zien en erkennen van
die waarden geeft eerbied en liefde
voor de dagelijkse arbeid aan de stof.
Voor het alledaagse leven.
In deze zin willen wij Pater Dehon
een apostel voor onze tijd noemen. Een
apostel voor alle mensen van onze tijd.
Ook voor de leken in hun dagelijks
leven.
„Wij onderschrijven, dat voor de
werknemers een compensatie voor de
Huurverhoging gewenst is, doch welke
compensatie moet er komen, voor de
zelfstandige ondernemer voor de com
pensaties, die hij moet geven? Nu ae
doorberekening van het loon niet mo
gelijk is door de vaste winstmarges en
de vrije concurrentie, denken wij aan
een nieuwe verlaging van de onrecht
vaardige vereveningsheffing, alsmede
een verlaging van de premie voor de
kinderbijslag". Deze woorden sprak
de heer Joh. de Jong als voorzitter van
Naar vluchtelingen uit Zuid-Bohemen
te Wenen hebben verklaard, zijn de
jongste anti-communistische opstanden
in Tsjechoslowakije voor de communis
tische autoriteiten aanleiding geweest
opnieuw maatregelen te nemen tegen de
Katholieke Kerk. Talrijke priesters zijn
naar deze vluchtelingen vertelden
uit hun parochies met name uit plaat
sen in het bisdom Budweis verwij
derd, op grond van de beschuldiging, dat
zi) verantwoordelijk zouden zijn voor dc
jongste anti-communistische demonstra
ties.
de Christelijke Middenstandsbond tij
dens een persconferentie, die Vrijdag
in Den Haag werd gehouden.
Opmerkend, dat er veel zelfstandigen
zijn voor wie een compensatie op haar
piaats zou zijn, betoogde hij, dat de re
geringsvoorstellen te dien aanzien ab
soluut onvoldoende zijn.
Verder wees de heer De Jong op de
wat hij noemde onbillijkheid dat
voor de huurverhoging van woonpan-
den verschillende klassen zijn voorge
steld maar dat er voor de huurverho
ging van bedrijfsruimten slechts één
klasse is. Voor bedrijfspanden is alleen
een maximum verhoging aangegeven en
geen gemiddelde, doch naar het oordeel
van de heer De Jong zal over het alge
meen het maximum wel overal worden
doorgevoerd.
Als gevolg van een krachtige zeebe
ving, die gisteren in het Noordelijke ge
deelte van het Zuid-Japanse eiland
Kioesjoe verwoestingen heeft aangericht,
zouden 104 personen zijn omgekomen en
274 gewond. 408 personen zouden wor
den vermist. Volgens de plaatselijke po
litie zal het aantal slachtoffers nog gro
ter blijken te zijn dan thans reeds be
kend is.
(Vervolg van pag. 1)
anneer men deze stelling van
prof. de Volder eens goed door
denkt dan volgen daaruit een
aantal praktische besluiten:
Vooreerst, dat de kindertoeslag stij
gen moet, naarmate de lasten van het
gezin, tengevolge van een groter kinder
tal toenemen. Men heeft immers recht
op een minstens gelijk blijvend wel
vaartsniveau, als het kinderarme gezin,
of zelfs, als de ongehuwden. Neen ster
ker, omdat het kinderrijke gezin de ge
meenschap een grotere sociale dienst be
wijst, zou er zelfs een grond aan te voe
ren zijn, waarop een hoger welvaarts
niveau zou kunnen worden verdedigd
Daar staat tegenover, dat het brengen
van offers voor de opvoeding van de
kinderen en voor de morele kracht van
het grote gezin in het algemeen, van
grote waarde is. En daarom neemt een
groot gezin vrede met de extra moeilijk
heden. die zich voordoen. Daarom ook
nemen zij vrede met een gezinstoeslag,
die hen in staat stelt om de levens-
standard van het milieu te bereiken e n
te handhaven. Nu heeft b.v. een ar
beider door bijzondere inspanning, door
veel studie, het gebracht van machine
bankwerker tot baas van het machine
park in een fabriek- Zijn aanvankelijke
loon van, laten we zeggen f 2500.is ge
stegen tot f 6000.Hij heeft een gezin
van 10 kinderen. Tengevolge van het
toenemen van zijn loon, tengevolge van
het veranderen van zijn functie, is hij
langzamerhand omgegroeid naar een an
der maatschappelijk milieu. Indien nu
de gezinstoeslag alleen zou rekening
houden met zijn kindertal en niet met
zijn millieu, niet met de hogere eisen,
die hij tengevolge van hogere inspan
ning of als loon daarvoor aan het le
ven mag stellen, dan zou uiteindelijk de
beloning voor al zijn inspanning zijn, dat
hij weer terugvalt in een inkomstenklas
se, die hem welhaast gelijk stelt met
een lager geplaatste fuctionaris. Het mi
lieu stelt nu eenmaal zijn eisen en dat
is goed. We hebben de tijd van de bin
nenlandse migratie gekend, dat b.v.
Noord-Brabantse arbeiders naar onze
grote steden kwamen. In hun dorp kon
den ze volstaan met zeer eenvoudige
kleding, zeer eenvoudige woningen, kort
om een betrekkelijk goedkope levens
wijze. Zodra ze in de stad kwamen te
wonen, stelden zij zichzelf andere eisen
aan kleding, woning, ontspanning enz.
Het is misschien een wat simpele verge
lijking, maar het is toch vergelijkbaar
met de verschillende eisen, die verschil
lende standsmilieux stellen. Maar dan
Is het ook rechtvaardig, dat het hogere
inkomen, een zij het beheerste en be
perkte, maar toch tot op zekere hoogte
oplopende kinderbijslag ontvangt naar
mate het loon stijgt- Is de kinderbijslag
op zich een eis van verdelende recht
vaardigheid. de dubbele progressie volgt
deze rechtsopvatting op de voet. Het
kan zin hebben, dat in onze K.A.B. en
W.M.-afdelingen deze zaak uitvoerig
wordt besproken, want tot de levens
houding van de katholieke mens in de
gemeenschap behoort het de sociale
rechtvaardigheid in al haar vormen en.
praktische toepassingen te kennen en de
toepassing daarvan te eerbiedigen.
De laatste tijd is de ontvangst der
televisie-uitzendingen te 's-Gravenhage
ernstig gestoord door het optreden van
clandestiene zenders, die werkten op
een golflengte van ongeveer 5 meter.
Ambtenaren van de opsporingsdienst
van PTT hebben in samenwerking met
de Haagse gemeentepolitie, clandestiene
5 m. zenders weten op te sporen en in
beslag te nemen bij de 43-jarige kleer
maker H. V. S. en bij de 20-jarige in
strumentmaker P. J. A. Verder werden
clandestiene zenders opgespoord, die
werkten op een golflengte van 80 m. en
2 m. bij de 17-jarige fabrieksarbeider
A. M. D. en de 18-jarige P. J. D., zonder
beroep.
In alle gevallen werd proces-verbaal
opgemaakt.