Meningen in het advies van de Soc. Econ. Raad verdeeld Grote mate van geleidelijkheid hij eventuele doorvoering gewenst Jfet spoor van Hei zwaarcL Pater Dehon als tijdsapostel Stichter van Congregatie der Sacerdotes a Corde Jesu D Vaccinatie tegen tuberculose Een vraag, een antwoord W Welke compensatie komt er voor de compensaties? Uitbreiding transfer vermogens opbrengsten en pensioenen I.C.V. keert zich tegen de O.E.E.S. Per scooter rond de wereld Paus zegent scooters voor Nederland Huurverhoging van bedrijfspanden onbillijk geacht Tsjechische clerus krijgt de schuld Sterke zeebeving treft Kioesjoe GELIJKE BELONING VOOR MANNEN EN VROUWEN? Geen oordeel over de sociale wenselijkheid Naar KB.U-landen Achterstelling en stroeve samenwerking" In V,S. 4 paar, in Ned. 1,7 paar per jaar Electrisch koppelnet bijna geheel „rond" Schaduwzijde van verminderde tuberculose is door inenting te bestrijden DF, ZELFSTANDIGE ONDERNEMER Clandestiene zenders in Den Haag opgespoord ZATERDAG 27 JUNI 1953 PAGINA 7 Liturgische weekkalender Gebruik van schoenen (Van onze Haagse redacteur) De Sociaal Economische Raad heeft desgevraagd aan de minister van So ciale Zaken en Volksgezondheid een advies uitgebracht over het vraagstuk van gelijke beloning van mannen en vrouwen voor gelijkwaardige arbeid. De me ningen over dit onderwerp blijkbaar de mening opzicht bü de S.E.R. verdeeld te liggen. Men heeft met name drie facetten van dit probleem bezien, namelijk ten eer ste het verschil in opvatting omtrent de betekenis van het behoefte-element naast het prestatie-element en omtrent de realisering van het behoefte-element in de loonvorming; ten tweede het al dan niet rekening houder, met de ho gere productiekosten, welke aan de arbeid van vrouwen verbonden zijn; ten derde het in acht nemen van de economische en sociale gevolgen voor ons land van de eventuele doorvoering van het beginsel van gelijke beloning. Het advies beziet het beginsel van ge lijke beloning voor mannen en vrouwen bij gelijkwaardige arbeid slechts als vraagstuk van loonvorming. Een oordeel omtrent de sociale wenselijkheid van het toenemen van het percentage gehuwde vrouwen in de beroepsbevolking als mo gelijk gevolg van een gelijke beloning wordt daarmee niet uitgesproken. Prestatie-element De ene helft van de Raad is daarbij echter van oordeel, dat het in het alge meen gewenst is de loonvorming in over wegende mate te baseren op het presta tie-element. Sommige leden, behorende tot deze helft van de Raad, zijn van mening, dat bovendien geen rekening dient te worden gehouden met de hogere productiekosten, welke aan de arbeid van vrouwen verbonden kunnen zijn. Op grond van deze beide overwegingen achten deze leden het beginsel van gelijke beloning, zoals dit in een desbetreffend verdrag is neergelegd, aanvaardbaar. Enkele leden behorende tot deze helft van de Raad zijn van oordeel, dat men wel rekening dient te houden met de hogere productiekosten, welke aan de arbeid voor vrouwen verbonden kun nen zijn. Uitsluitend op grond van deze overweging achten deze leden het be ginsel van gelijke beloning niet aan vaardbaar. Behoefte-element De andere helft van de Raad, hoewel erkennend de betekenis van het presta tie-element, meent bij het bezien van het onderhavige vraagstuk, dat men daar naast in de loonvorming in belangrijke mate rekening dient te houden met het behoefte-element. Op grond hiervan acht dit deel van de Raad het beginsel van gelijke beloning niet aanvaardbaar, Daarnaast zijn sommige leden, beho rende tot deze helft van de Raad, de mening toegedaan, dat rekening dient te worden gehouden met de hogere pro ductiekosten. welke aan de arbeid van vrouwen verbonden kunnen zijn. Enkele leden van deze helft van de Raad zijn De Ned. Bank is bereid aan personen zowel onder als boven de 60 j. pensioe nen, d.w.z. alle periodieken uitkeringen, die voortvloeien uit een beëindigde ar beidsovereenkomst, vergunning te ver lenen om dat pensioen over te maken naar bet land waar zij woonachtig zijn, indien dit land behoort tot het mone taire gebied van een der bij de EBU aangesloten landen, hetzij dat zij daar reeds wonen, hetzij dat zij zich daar willen vestigen. Op advies van het Internationaal Christelijk Vakverbond hebben de af zonderlijke Christelijke Vakverenigin gen uit de verschilende landen, die bij de O.E.E.S., de Organisatie voor Euro pese Economische Samenwerking, zijn aangesloten, waaronder de Nederlandse K.A.B., zich collectief uit de Raadgeven de Commissie bij deze internationale organisatie teruggetrokken. Tweeërlei redenen hebben het inter nationaal Christelijk Vakverbond tot de ze opzienbarende stap bewogen. Ten eerste de onbevredigende vertegenwoor diging der Christelijke vakverenigingen. Deze werden vrijwel geheel verdrongen door de vertegenwoordigers der vrije vakverenigingen die geheel vergeten hadden, dat zij destijds slechts dank zij de steun van de Christelijke arbeiders organisaties tot de adviserende commis sie werden toegelaten. Bij de oprichting van deze commissie in 1948 bestond het I.V.V. immers nog niet, omdat de vrije vakverenigingen toen nog met de com- munnisten in één verbond gezamenlijk georganiseerd waren. Zij vroegen en kregen de toelating tot de commissie, ten einde aldus hun steun aan het Mar shall-plan te kunnen geven, hetgeen hun in de half-communistische organi satie uiteraard niet mogelijk was. De tweede reden is de nogal stroeve wijze van samenwerking, die tussen het O.E.E.S. en de aangesloten vakvereni gingen in het algemeen bestaat, een samenwerking, waarop niet enkel de Christelijke, maar ook de vrije vakbon den veel critiek hebben. De Christelijke vakverenigngen heb ben thans voorgesteld een eigen ad viserende commissie te vormen; bo vendien hebben zij zich bereid ver klaard op dit gebied ook verder met de commissie der vrije vakverenigin gen nauw samen te werken. Zij wil len echter de zekerheid hebben, dat ook hun stem in dit internationaal lichaam worde gehoord. Om hun voorstel meer kracht bij te zetten, heeft het Internationaal Christelijk Vakverbond de betrokken West-Euro- pese regeringen gevraagd hun voor stel bij de O.E.E.S. te willen steunen. ZONDAG 28 Juni: 5e Zondag na Pinksteren; Mis v. d. dag; 2 H. Irenaeus; 3 S. Jan; Credo; prefatie v. d. H. Drievuldigheid; groen. MAANDAG: H.H. Petrus en Paulus, aposte len; Mis v. h. feest; Credo; prefatie v. d. Apostelen; rood. DINSDAG: Gedachtenis v. d. H. Paulus; eigen Mis; 2 H. Petrus; 3 S. Jan (Den Bosch: 4 voor de Bisschop); Credo; pre fatie v. d. Apostelen; rood. WOENSDAG: Allerkostbaarst Bloed van Christus; eigen Mis; (in gelezen Missen: 2 S. Jan); Credo; prefatie v. h. H. Kruis; rood. DONDERDAG: O. L. Vrouw Visitatie; eigen Mis; (in gelezen Missen: 2 H.H. Proces sus enz.). Credo; prefatie v. O. L. Vrouw; wit. VRIJDAG: H. Leo II, Paus, belijder; Mis Si diligis; 2 H.H. Petrus en Paulus; 3 tot de H. Maagd; Credo; prefatie v. d. Apos telen; laatste evangelie v. 4 Juli; wit. Den Bosch; H. Rumoldus, bisschop, martelaar; Mis Sacerdotes Dei; 2 H. Leo; 3 H.H. Pe trus en Paulus; Credo; prefatie v. d. Apostelen; wit; laatste evangelie v. 4 Juli Breda: alle H.H. Bisschoppen v. Bre da; eigen Mis; 2 H. Leo; 3 H.H. Petrus en Paulus; Credo; prefatie v. d. Apostelen; laatste evangelie v. 4 Juli; wit. Ook: Eer ste Vrijdag v. d. maand; plechtige vo- tiefmis ter ere v. h. H. Hart; Mis Cogita- tiones; Credo; prefatie v. h. H. Hart; wit. ZATERDAG: onder het oct. v. H.H. Petrus en Paulus; eigen Mis; 2 tot de H. Maagd; 3 voor Kerk of Paus; Credo; pref. v. d. Apostelen; rood. Utrecht: overbrenging v. d. H. Martinus; 2 H.H. Petrus en Pau lus; Credo; prefatie v. d. Apostelen: wit. Zondag 5 Juli: 6e Zondag na Pinksteren; Mis v. d. dag; 2 H. Antonius: 3 H.H. Pe trus en Paulus; Credo; prefatie v. d. H. Drievuldigheid; groen. Zij steit eveneens de gelegenheid open om „rekeningen t.n." te openen voor Nederlanders, die hun land op of na 1 Januari 1948 hcbb en verlaten of naar een van de genoemde landen alsnog emigreren mits zU tenminste 60 jaar oud zijn. Voor creditering op bovengenoem de transferrekeningen komen in aan merking de vermogensopbrengsten en/of pensioenen of soortgelijke inkomsten, die aan betrokkenen zijn opgekomen, doch in geen geval vóór 1 April 1953. daarentegen van opvatting, dat men hiermee geen rekening dient te houden. Onverminderd de tegengestelde opvattin gen inzake de aanvaardbaarheid van het beginsel van gelijke beloning, is de Raad unaniem van oordeel, dat mocht in ons land tot toepassing van dit beginsel wor den overgegaan, hierbij een grote mate van geleidelijkheid in acht zou dienen te worden genomen. Dit laatste op grond van de economische en sociale gevolgen, welke een onmiddellijke volledige door voering van het beginsel onder de hui dige omstandigheden zou veroorzaken. Deze ngleidelijkheid zou hierin dienen te bestaan, dat het toonverschil tussen man nen en vrouwen bij gelijkwaardige ar beid in etappes wordt verminderd over de gehele linie van het bedrijfsleven. Bij het tempo van een en ander zou men rekening moeten houden met de draag kracht van de terzake meest gevoelige bedrijfstakken en met de mate van door voering van het beginsel van gelijke be loning in de landen, waarmee Nederland handelsbetrekkingen onderhoudt. (Van onze correspondent) Wim Dussel, de Groninger journalist, die tijdens zijn verblijf in Korea als oor logscorrespondent bekendheid heeft ver kregen, heeft thans het plan opgevat een tocht rond de wereld te maken, per scooter. Hij heeft er tien maanden van voorbereiding en 30.000 km voor over ge had om het zover te krijgen. Woensdag zal de wereldreiziger vertrekken van de Grote Markt te Groningen. De tocht voert hem door Italië, Joegoslavië, Turkije, Perzië, Siam, Malakka, Australië, Nieuw Zeeland, Nw. Guinea, Japan, Korea, Hawaii, Amerika en Canada. Via Engeland keert hij terug naar Nederland, maar dan zal de kalen der inmiddels wel al 1955 aanwijzen. Wim Dussel heeft opdrachten voor di verse grote dag- en weekbladen in Ne derland en daarbuiten en bovendien zal hij bandjes verzorgen voor de NCRV. Te Utrecht is met het oog op de ko mende beurs voor leder, schoenen en lederwaren een lederforum gehouden, waarin de vragen werden behandeld, die van de zijde van.de Ned. Ver. van Huis vrouwen waren gesteld, welke uitvoerig en instructief werden beantwoord. Mr. W. P. M. van der Loo hield voorts een inleiding waarin hij er o.a. op wees, dat men in Amerika vier paar schoenen per jaar gebruikt en in Nederland nog niet 1.7 paar. Spr. hield verder een plei dooi voor het gebruik van leer. en pleit te voor een spoedige en vrije uitwisse ling van huiden en leder. a 125. De medicijnman komt naderbij. Wezenloos maar luguber schommelt het ruw bewerkte berenmasker op zijn romp, maar dan doet Tsacha een stap voorwaarts en heit zijn hand op. De trommen zwijgen en Bor Khan fronst zijn zwarte wenk brauwen. „Veroorloof mij één vraag, één nederig verzoek van uw trouwe dienaar, o grote Khan," zegt Tsacha met zalvende stem en hij buigt onderdanig het hoofd. De oude steppenhoofdman kijkt hem zwijgend aan. „Ik vraag u de oneindig grote gunst, Meester, want al is zijn huid verachtelijk blank, als de sneeuw, deze welp heeft een onverschrokken hart en ik geloof, dat ik een voortreffelijk krijgsman uit hem maken kan." Is er iets van tederheid in de sluwe blik, die hij op de vastgebonden Erwin werpt? Er valt een doodse stilte. Aller ogen richten zich op de Khan. „Een vreemd verzoek, Tsacha," zegt deze. „Op welk recht beroept gij u, dat gij mij zoiets durft vragen?" w „Op het oude recht van de steppen, mijn heerser." Een listig lachje speelt rond Tsacha's mondhoeken. „Op het oude recht, dat de krijgsman zijn gevangenen behouden mag. Bor Khan werpt een korte blik op de knaap en knikt langzaam. „Het zij zo," zegt hij. Gnjn- zend geeft Tsacha een wenk en Erwin wordt losgemaakt van de martelpaal. „Fadir, ik wil bij u blijven! Laat me los, schurk! Ik wil niet leven, als Fadir sterft!" Wild trapt de knaap tegen de benen van de Nomade, die hem hardhandig wegvoert. Zijn huilend geroep om zijn Fadir schalt over de folterplaats en radeloos ziet Eric zijn zoon verdwijnen. Een wilde angst vecht in zijn binnenste met andere gevoelens. Moet hij blij zijn, dat zijn zoon niet sterven zal? Of moet hij zij ft dood wensen? Opnieuw klinken de monotone trommen. De medicijnman is voor de Noorman geknield en met zijn toverstaf beschrijft hij cirkels rond de ongelukkige. De Nomaden zien gespannen toe. Als de stok de Noorman beroert, zal diens lot bezegeld zijn. Dat is het sein voor de folteringentot de dood er op volgt. Steeds dichterbij komt de dansende, draaiende gestalte. Eric kan zijn weerzin nauwelijks onderdrukken, als hij het gegrom hoort, waarmede de medicijnman een hongerige, vraatzuchtige beer poogt na te bootsen. Daar gaat de staf omhoog„NEEN! Neen!" Schril snerpt dc vrouwenstem over de folterplaats. Een kleine ranke gestalte dringt met wilde gebaren door de kring van omstanders, duwt de medicijnman opzij en slaat de dodelijke toverstaf omlaag. „Genade, Heer Vader! Genade smeek ik u voor de blonde krijger." Vermoedelijk in de loop van Augus tus zal het grote electrisch transforma torstation in Blerick gereed komen. Het wachten is dan nog op de vol tooiing van een soortgelijke installatie te Veenendaal en dan zal het Neder landse koppelnet (op enkele minder belangrijke verbindingen na) geheel „rond" zijn. De electriciteitsvoorziening is voor het land dan practisch onder alle omstandigheden gewaarborgd, om dat bij het uitvallen van een centrale terstond een andere kan worden inge schakeid. Afgezien van de niet zeer gro te centrales te Haarlem, Tilburg en Vlissingen, staan voor de Nederlandse electriciteitsvoorziening tien centrales beschikbaar: Leeuwarden, Groningen, Hengelo, Zwolle, Nijmegen, Geertrui denberg, de gecombineerde centrales in Zuid-Holland, Velsen, Amsterdam, U- trecht en de Mijncentrales, die thans nog electrische energie aan de prov. Limb. Electr. Mij. leveren, tot deze mij haar eigen centrale in Baggenum in ge bruik kan nemen. De plannen voor een koppelnet voor zeer hoge spanningen dateren al uit de dertiger jaren, maar konden wegens de oorlog en de gevol gen daarvan eerst thans verwerkelijkt worden. Een Nieuwzeelandse ingenieur heeft een stengun geconstrueerd waarmee men om een hoek kan schieten. Na proefne mingen door het Nieuwzeelandse leger is het wapen op de geheime lijst ge plaatst en voor verder onderzoek naar het Britse ministerie van Oorlog gezon den. Twintig scooters, die door katho lieken in Turijn beschikbaar wa ren gesteld voor de geteisterde ge bieden in Nederland, zijn dezer dagen door de H. Vader gezegend, alvorens ze verzonden werden. (Bijzondere correspondentie) e 28e Juni is het 75 jaar geleden, dat pater Dehon als eerste lid van de door hem gestichte congregatie zijn kloostergeloften aflegde. Hij was sinds 1871 kapelaan te S. Quentin, een kleine industriestad in Noord- Frankrijk, waar hij zich met volle borst op de sociale actie had geworpen. Hij had er een jongenspatronaat, een tehuis voor jonge arbeiders en een kathoVieke patroonsclub gesticht; hij had in het hele bisdom de sociale actie georganiseerd en was daarom tot erekanunnik benoemd; hij had een katholiek dagblad in het leven geroepen en dat alles naast zijn gewone parochiepractijk. Tenslotte was hij in 1877 begonnen met een middelbaar college „om goede werkgevers te vor men"; tegelijk daarmee had hij de grondslag gelegd voor zijn congregatie, om voor zichzelf en zijn eventuele gezellen een geestelijk milieu te scheppen. College en congregatie bestonden nu een klein jaar. De bisschop van Sois- sons had Pater Dehon's pastoor aange wezen om de eerste kloostergeloften af te nemen. De bescheiden plechtigheid speelde zich af in de jtapel van het Sint-Janscollege te S. Quentin. Pater Dehon was de enige, die geloften af legde. H(j deed het in tegenwoordig heid van drie gezellen: één priester en twee lekenbroeders. Dit gebeurde op het feest van het Heilig Hart in 1878. Pater Dehon en de zijnen noemden zich „Oblaten van het Heilig Hart"; later „Priesters van het Heilig Hart: Sacer dotes a Corde Jesu: SCJ". Pater Dehon had als kloosternaam gekozen: Johannes van Jesus' Hart. Tot zijn dood in 1925 bleef Pater Dehon algemeen-overste. De Congregatie kreeg de gebruikelijke goedkeuringen in 1888, 1906 en 1923. Op het ogenblik telt zij ongeveer 2700 leden; zij heeft 11 gevormde proviniies, 7 provincies in voorbereiding en 10 missiegebieden. Het 75e bestaansjaar van de congre gatie is alweer haast een jaar voorbij. Er is naar buiten niet veel ophef van gemaakt; de zorgelijke omstandigheden voor de groepen achter het IJzeren Gor dijn zijn daar niet vreemd aan. Het jubeljaar werd vooral een bezinnings- jaar; een jaar van innerlijke bezinning op het geestelijk leven van Pater Dehon, van verdieping in het leven van liefde en offer. Dit alles komt bij de 75e herdenking van Pater Dehon's eerste geloften weer bijzonder levendig voor de geest te staan. Werd in verband met de Kromstaffeesten de aandacht gevraagd voor de groei en de activiteit van de Nederlandse provincie, dan willen wij nu juist in verband met de figuur van Pater Dehon even met nadruk wijzen op de grote rol, die de leken bij dit alles gespeeld hebben, en nog steeds spelen. Dat zijn degenen, die in het gewone parochie- en school leven hun onschatbare diensten be wijzen; dat zijn de zeer vele propa gandisten van de SCJ-uitgaven en de talloze weldoeners van de SCJ-huizen; dat zijn heel bijzonder de honderden rechtstreekse helpers en helpsters aan de verschillende apostolaatsvormen: de leiders en leidsters bij het Sint- Franciscusliefdewerk en het Sint- Francisca-Romana werk, en de man nelijke en vrouwelijke assistenten bij het zee-apostolaat, de Rotterdamse havenwerkers en havenwerksters. Pater Dehon's sociale instelling bracht als vanzelf mee, dat hij naar elementen speurde, die de kerstening van het ge meenschapsleven in al zijn facetten konden bevorderen; dat hij in zijn boe ken en voordrachten het politieke en economische leven, het zakenleven en ambachtsleven met het licht van Chris tus' liefde en offervaardigheid trachtte te doorstralen. Dat maakte hem tot een pionier voor de lekenspiritualiteit; niet alleen omdat hij de betekenis van de bovennatuurlijke elementen in het le- kenleven, zoals de sacramenten van Vormsel en Huwelijk, zuiver heeft doorgedacht en hun betekenis heeft aan gewezen, maar ook omdat hij, van de natuurlijke elementen: de stof en de dagelijkse arbeid aan de stof uitgaande, heeft aangetoond hoe juist die stoffe lijke elementen in het geloof slicht gaan stralen en schitteren. Dit zouden wij in (Van onze medische medewerker) Zoals ik in een vorig artikel al schreef, is het sterftecijfer aan tuberculose dalende. Op zichzelf voldoende reden tot verheugenis, blijkt dit'feit helaas toch een ernstig gevaar in zich te bergen. De besmetting met de tuberkelbacil geschiedt meestal zo, dat door het hoesten van iemand, die longtubercu- lose heeft, bacillen worden overge bracht op een gezonde. Iedereen komt nu herhaalde malen met zo iemand in contact en iedereen loopt dus herhaal de malen een dergelijke besmetting met een paar opgehoeste bacillen op, die meestal zo licht verloopt, dat men er niets van bemerkt. Er gebeurt in het lichaam van die gezonde geïnfec teerde evenwel toch iets zeer be langrijks. De herhaaldelijk gemakkelijk be haalde overwinning op enkele aange waaide tuberkelbacillen heeft het lichaam spelenderwijs geleerd antistof fen te maken tegen tuberculose, met andere woorden: immuun gemaakt tegen tuberculose. U begrijpt thans waar ik heen wil. De daling van de tuberculosesterfte, doet het aantal lijders aan longtuberculose verminderen en maakt de kans op een ontmoeting met een dergelijk iemand en dus de kans op een lichte, zonder verschijnselen verlopende immunise rende infectie geringer. Dat wil dus zeggen, dat met het dalen van het sterftecijfer aan tuberculose, de immu- nisatiegraad van de Nederlandse bevol king tegen tuberculose achteruit gaat. Zo tonen cijfers, afkomstig uit de ver slagen van het districtsconsultatie bureau te Amsterdam, aan, dat in 1926, het percentage kinderen van 1114 jaar, dat dergelijke lichte immunise rende infecties meegemaakt had, ruim 60 pet. bedroeg, terwijl dit cijfer thans lager ligt dan 30 pet. Het zijn dus voor al onze kinderen, die in hun jeugd een onvoldoende of in het geheel geen vaardigheid verkrijgen in het bestrij den van een infectie met de tuberkel bacil. Het ligt dus voor de hand, dat men de weerstand van deze toenemen de groep voor tuberculose ontvan kelijke kinderen, kunstmatig wil ver hogen, en wel door vaccinatie met B.C.G. Allereerst het begrip vaccinatie. In 1796 ontdekte Edward Jenner, een Engels geneesheer, dat iemand, die men met opzet heeft be smet met koepokken, daar niet ziek van wordt, maar daardoor een ver hoogde weerstand verkrijgt tegen men senpokken. Vacca betekent in het Latijn: koe, en zo is het kunnen gebeu ren, dat men deze behandeling vacci natie genoemd heeft, welk begrip later onder invloed van het werk van Louis Pasteur, een ruimere betekenis heeft gekregen en niet alleen meer op pok ken wordt toegepast. Het principe der vaccinatie bestaat dus hierin, dat men iemand besmet met verzwakte levende ziektekiemen, die hem dus niet ziek kunnen maken, maar waardoor het lichaam antistoffen tegen die soort bacillen leert te maken, met als gevolg immuniteit tegen de ziekte in kwestie. BC.G. zijn de beginletters van de Bacil van 'Calmette en Guérin. Deze beide Franse onderzoekers ontdekten in 1906, dat rundertuberkelbacillen, die zij lange tijd op gal-aardappel ge kweekt hadden, hun virulentie, dat is hun ziekmakend vermogen, begonnen te verliezen. Na de eerste wereldoor log hebben zij deze verzwakte tuber kelbacillen allereerst gebruikt om runderen te vaccineren en inderdaad bleken deze dieren een verhoogde weerstand te verkrijgen tegen onver zwakte tuberkelbacillen. Hierdoor in hun overtuiging gesterkt, durfden zij het in 1921 aan een proef te nemen bij een mens. Het betrof een pasgeboren baby van een tuberculeuse moeder, die bij de geboorte van haar zoontje over leden was. Ondanks het feit, dat deze baby bovendien nog groot gebracht werd door een tuberculeuse grootmoe, der, is dit eerste met B.C.G. gevacci neerde kind verder gezond door het leven gegaan. Het spreekt vanzelf, dat na dit succes meerdere vaccinaties van baby's uit besmet milieu gevolgd zijn. Bovendien heeft de gunstige ervaring met gevaccineerde zuigelingen uit be smet milieu er toe geleid, de toepassing van B.C.G. ook uit te breiden tot zuige- lingen uit niet besmet milieu, mede in verband met de toenemende achteruit gang van de immunisatietoestand van de Nederlandse bevolking, zoals in de aanvang uiteengezet. Ik kan mij voorstellen, dat U als be zorgde ouders zult vragen: „Alles goed en wel, maar tuberkelbacillen blijven tuberkelbacillen, verzwakt of niet en loopt mijn kind nu niet juist door deze behandeling het gevaar tuberculose op te lopen?" De bacil van Calmette en Guérin is dermate verzwakt, dat zelfs de cavia, het Guinese biggetje, dat voor tuberculose veel ontvankelijker is dan de mens, er niet ziek van wordt. Vac cinatie met B.C.G. is warm aan te bevelen. Zij is zonder enig gevaar en zaam is, mits men bij aanwezigheid van veroorzaakt geen ziekzijn, koorts of andere verschijnselen. Bij uitzondering zien wij wel eens een klein onderhuids abcesje op de injectieplaats of ontste king van een lymphekliertje in de buurt, wat welbeschouwd dan nog maar zeer onbetekenende compli- catietjes zijn. Thans, na dertig jaren, kunnen wij uit het omvangrijke materiaal de con clusie trekken, dat B.C.G. zeer werk- een lijder aan longtuberculose, die bacillen ophoest, de gewone hygiëni sche voorzorgsmaatregelen (apart ser vies, aparte kamer) mgar niet verwaar loost. Consequent doorredenerend rijst dan ook de vraag, of het niet wenselijk is ook de weerstand van de steeds groter wordende groep niet op natuur lijke wijze immuun geworden volwas senen, stelselmatig door toepassing van B.C.G. te verhogen. En inderdaad kan ik daarop antwoorden, dat men er toe is overgegaan diegenen, die krachtens hun opleiding of beroep zeer aan be smetting bloot staan (artsen, medische studenten, verpleegsters en laboranten) met B.C.G. te immuniseren. In Nederland tracht men de toepas sing van B.C.G. te stimuleren, door B.C.G. kosteloos beschikbaar te stellen. In het buitenland (Frankrijk, Zweden, Denemarken en Rusland) is men reeds zover gegaande immunisatie met B C.G. wettelijk verplicht te stellen. Van S. Pater Dehon, stichter van de Con gregatie der Priesters van het Hei lig Hart. onze dagen graag „de spiritualiteit van het ambacht" noemen, en het is al ge makkelijk te zien, hoe deze vorm van spiritualiteit weer van belang is voor de uitbouw van priesterlijke en kloos terlijke spiritualiteiten denken we maar eens bijzonder aan de velen, wier kloosterleven aan het uitoefenen van ambachten gewijd is. De spiritualiteit van het ambacht is geen droomproduct van vrome fan- tasterij. Zij vraagt aandacht voor gees telijke waarden, die ongeweten aan wezig zijn. Het zien en erkennen van die waarden geeft eerbied en liefde voor de dagelijkse arbeid aan de stof. Voor het alledaagse leven. In deze zin willen wij Pater Dehon een apostel voor onze tijd noemen. Een apostel voor alle mensen van onze tijd. Ook voor de leken in hun dagelijks leven. „Wij onderschrijven, dat voor de werknemers een compensatie voor de Huurverhoging gewenst is, doch welke compensatie moet er komen, voor de zelfstandige ondernemer voor de com pensaties, die hij moet geven? Nu ae doorberekening van het loon niet mo gelijk is door de vaste winstmarges en de vrije concurrentie, denken wij aan een nieuwe verlaging van de onrecht vaardige vereveningsheffing, alsmede een verlaging van de premie voor de kinderbijslag". Deze woorden sprak de heer Joh. de Jong als voorzitter van Naar vluchtelingen uit Zuid-Bohemen te Wenen hebben verklaard, zijn de jongste anti-communistische opstanden in Tsjechoslowakije voor de communis tische autoriteiten aanleiding geweest opnieuw maatregelen te nemen tegen de Katholieke Kerk. Talrijke priesters zijn naar deze vluchtelingen vertelden uit hun parochies met name uit plaat sen in het bisdom Budweis verwij derd, op grond van de beschuldiging, dat zi) verantwoordelijk zouden zijn voor dc jongste anti-communistische demonstra ties. de Christelijke Middenstandsbond tij dens een persconferentie, die Vrijdag in Den Haag werd gehouden. Opmerkend, dat er veel zelfstandigen zijn voor wie een compensatie op haar piaats zou zijn, betoogde hij, dat de re geringsvoorstellen te dien aanzien ab soluut onvoldoende zijn. Verder wees de heer De Jong op de wat hij noemde onbillijkheid dat voor de huurverhoging van woonpan- den verschillende klassen zijn voorge steld maar dat er voor de huurverho ging van bedrijfsruimten slechts één klasse is. Voor bedrijfspanden is alleen een maximum verhoging aangegeven en geen gemiddelde, doch naar het oordeel van de heer De Jong zal over het alge meen het maximum wel overal worden doorgevoerd. Als gevolg van een krachtige zeebe ving, die gisteren in het Noordelijke ge deelte van het Zuid-Japanse eiland Kioesjoe verwoestingen heeft aangericht, zouden 104 personen zijn omgekomen en 274 gewond. 408 personen zouden wor den vermist. Volgens de plaatselijke po litie zal het aantal slachtoffers nog gro ter blijken te zijn dan thans reeds be kend is. (Vervolg van pag. 1) anneer men deze stelling van prof. de Volder eens goed door denkt dan volgen daaruit een aantal praktische besluiten: Vooreerst, dat de kindertoeslag stij gen moet, naarmate de lasten van het gezin, tengevolge van een groter kinder tal toenemen. Men heeft immers recht op een minstens gelijk blijvend wel vaartsniveau, als het kinderarme gezin, of zelfs, als de ongehuwden. Neen ster ker, omdat het kinderrijke gezin de ge meenschap een grotere sociale dienst be wijst, zou er zelfs een grond aan te voe ren zijn, waarop een hoger welvaarts niveau zou kunnen worden verdedigd Daar staat tegenover, dat het brengen van offers voor de opvoeding van de kinderen en voor de morele kracht van het grote gezin in het algemeen, van grote waarde is. En daarom neemt een groot gezin vrede met de extra moeilijk heden. die zich voordoen. Daarom ook nemen zij vrede met een gezinstoeslag, die hen in staat stelt om de levens- standard van het milieu te bereiken e n te handhaven. Nu heeft b.v. een ar beider door bijzondere inspanning, door veel studie, het gebracht van machine bankwerker tot baas van het machine park in een fabriek- Zijn aanvankelijke loon van, laten we zeggen f 2500.is ge stegen tot f 6000.Hij heeft een gezin van 10 kinderen. Tengevolge van het toenemen van zijn loon, tengevolge van het veranderen van zijn functie, is hij langzamerhand omgegroeid naar een an der maatschappelijk milieu. Indien nu de gezinstoeslag alleen zou rekening houden met zijn kindertal en niet met zijn millieu, niet met de hogere eisen, die hij tengevolge van hogere inspan ning of als loon daarvoor aan het le ven mag stellen, dan zou uiteindelijk de beloning voor al zijn inspanning zijn, dat hij weer terugvalt in een inkomstenklas se, die hem welhaast gelijk stelt met een lager geplaatste fuctionaris. Het mi lieu stelt nu eenmaal zijn eisen en dat is goed. We hebben de tijd van de bin nenlandse migratie gekend, dat b.v. Noord-Brabantse arbeiders naar onze grote steden kwamen. In hun dorp kon den ze volstaan met zeer eenvoudige kleding, zeer eenvoudige woningen, kort om een betrekkelijk goedkope levens wijze. Zodra ze in de stad kwamen te wonen, stelden zij zichzelf andere eisen aan kleding, woning, ontspanning enz. Het is misschien een wat simpele verge lijking, maar het is toch vergelijkbaar met de verschillende eisen, die verschil lende standsmilieux stellen. Maar dan Is het ook rechtvaardig, dat het hogere inkomen, een zij het beheerste en be perkte, maar toch tot op zekere hoogte oplopende kinderbijslag ontvangt naar mate het loon stijgt- Is de kinderbijslag op zich een eis van verdelende recht vaardigheid. de dubbele progressie volgt deze rechtsopvatting op de voet. Het kan zin hebben, dat in onze K.A.B. en W.M.-afdelingen deze zaak uitvoerig wordt besproken, want tot de levens houding van de katholieke mens in de gemeenschap behoort het de sociale rechtvaardigheid in al haar vormen en. praktische toepassingen te kennen en de toepassing daarvan te eerbiedigen. De laatste tijd is de ontvangst der televisie-uitzendingen te 's-Gravenhage ernstig gestoord door het optreden van clandestiene zenders, die werkten op een golflengte van ongeveer 5 meter. Ambtenaren van de opsporingsdienst van PTT hebben in samenwerking met de Haagse gemeentepolitie, clandestiene 5 m. zenders weten op te sporen en in beslag te nemen bij de 43-jarige kleer maker H. V. S. en bij de 20-jarige in strumentmaker P. J. A. Verder werden clandestiene zenders opgespoord, die werkten op een golflengte van 80 m. en 2 m. bij de 17-jarige fabrieksarbeider A. M. D. en de 18-jarige P. J. D., zonder beroep. In alle gevallen werd proces-verbaal opgemaakt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 7