Bisschoppelijk beroep op idealisme van academici HENGELAARS LIEF EN LEED Bijcnarbeid SMOKKEL IN TIN!" TEKe Zalige Marie Adolphine I Utrechtse beswaren tenen nieuwe n.U.-wet s c 0 HUIS EN HAARD 0 A R Katholiek Emigratiecongres Emigratie is risico's aanvaarden om risico 's te vermijden De benoeming van dr. N. Vroom Angst voor „hengelbarometers" Slachtoffers Dan keizer Nero Adres aan Staten-Generaal V?i w (SCHEEPVAARTBERICHIEN ZITKAMERS RIJBEWIJS 81-JARIGE ZONDER Ncursus PSiai Ml tt r\ L= ZATERDAG 27 JUNI 1953 PAGINA 9 Meisje en man onder vrachtauto gedood 'gr WETERINGSCHANS 165 Aanrijding veroorzaakt mm® 95 r Bejaarde messensteker (Van onze specials verslaggever) Aan het einde van het Katholiek Emigratiecongres, dat gisteren te Utrecht werd gehouden, heeft mgr. A. Hans- sen, bisschop-coadjutor van Roermond, een nieuw element in de discussie over emigratievraagstukken gebracht door een ernstig beroep te doen op het ide alisme van de academici. Men hoort vaak, dat emigratie voor mensen uit de intellectuele beroepen moeilijk is, maar, zo zei mgr. Hanssen, ligt er voor hen niet een speciale taak in de onont wikkelde gebieden? De academicus kan met de missionaris pionier zijn voor het christendom: dit vergt idealism.e, maar men mag dit van de intellectueel vragen. Wat de emigratie in het algemeen be treft, stelde mgr. Hanssen zich op het zelfde standpunt als minister Suurhof, die des morgens het congres had toege sproken: men moet niet te zeer kijken naar de in de emigrant geïnvesteerde gelden, die verloren zouden gaan. Een groeiend volk zet zijn loten uit in an dere werelddelen. Dit kan in eerste aan leg een aderlating lijken, maar op de duur zal hier culturele, sociale en eco nomische winst uit voortvloeien. Een positieve zijde betekent ook de ver sterking van het christendom in de we reld. Ten aanzien van de persoonlijke moei lijkheden zei mgr. Hanssen, dat de emi" grant risico's moet durven aanvaarden om risico's te vermijden. Niet emigreren kan namelijk ook een risico zijn en het is beter een risico te aanvaarden op een moment, dat men daartoe sterk is, dan op een ongelegen ogenblik door het risico overvallen te worden. De algemene teneur op dit congres was inmiddels, dat de emigrant op dit aanvaarden van risico's beter moet wor den voorbereid. Burgemeester Chr. Mat- ser wees op de taak, welke hier ligt voor onderwijs en jeugdorganisaties; drs. P. Bogaers van de K.A.B. stelde, dat propaganda, organisatie en scholing onvoldoende zijn wanneer de bij de emigratie achtergebleven gebieden niet mentaal meer open komen te staan voor beïnvloeding van buiten, en prof. dr. A. Oldendorff sloot de discussies op dit punt af met de opmerking, dat het gaat om de ontwikkeling van een andere grondhouding. Aan propaganda zit al tijd het bezwaar, dat men daarmee ook een verantwoordelijkheid neemt, aldus laatstgenoemde spreker; aan de orde is veeleer een kwestie van opvoeding en dit brengt bijv. voor de priester mee, dat hij niet voor de mensen dekt, maar met hen en dat hij hen leert denken. Over het vraagstuk van de aanpas sing van de vrouw, o.m. door mevr. v. Nispen van Sevenaer aan de orde ge steld, zei prof. Oldendorff nog, dat hij daar niet zo pessmiistisch tegenover staat: als de man zich kan aanpassen in het nieuwe land, gelukt het bij de vrouw meestal ook wel. Er kunnen ook gevallen zijn, dat de vrouw de schuld van de mislukking der emigratie op zich neemt in het belang van de verdere toekomst van de man. Belangwekkende opmerkingen heeft men op deze dag nog gehoord van prof. Thurlings uit Wageningen, die er o.m. op wees, dat de agrarische emigrant vaak niet zozeer moeilijkheden onder vindt bij zijn productie als wel bij zijn afzet, en van drs. Bogaers, wiens be toog een pleidooi inhield voor meer coördinatie van de werkgelegenheids- politiek in de „zwarte" gebieden, welke een fundamentele structuurhervorming behoeven. Prof. G. Zeegers heeft gewezen op de toeneming van de emigratie-mogelijkhe den naar België, waar met name het Vlaamse kolenbekken perspectieven biedt. Vermelden wij nog, dat de commis saris voor de emigratie, mr. ir. B. Ha- veman, die slechts een deel van het congres kon meemaken aangezien hij des middags naar Canada vertrok, heeft medegedeeld, dat behoudens uitzon derlijke gebeurtenissen het aantal emigranten voor de komende jaren ze ker wel op 45.000 is te stellen met een uitloopmogelijkheid tot 60.000 personen. Het Tweede-Kamerlid de heer Willems heeft aan de minister van O., K. en W. de volgende schriftelijke vragen ge steld: 1. Wil de minister meedelen, welke be weegredenen hem er toe hebben geleid om, in afwijking van hetgeen als een traditie gold, het directeurschap van de Rijksakademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam niet op te dragen aan de hoogleraar in de vrije schilderkunst? 2. Is het juist, dat t.a.v. de benoeming van de bij K.B. van 2 Mei 1953 aangestel de hoogleraar-directeur geen overleg is gepleegd met de commissie van toezicht van de Rijksakademie, om welke reden deze commissie haar ontslag-aanvrage zou hebben ingediend? Zoals bekend is betreft dit de benoe ming van dr. N. Vroom, om wiens be noeming enige tijd geleden de gehele commissie van toezicht van de Rijks akademie is afgetreden (red.). Vrijdagmiddag is het driejarig meisje E. M. M. Stijn in Rotterdam tengevolge van een ongeval om het leven gekomen. Zij speelde op een stapel bouwmate rialen, die in de berm lag. Een vracht auto passeerde met geringe snelheid en op dat ogenblik gleed het kindje van de houtstapel, waarschijnlijk daar het struikelde. Zij kwam met haar hoofdje tegen een der wielen van de auto. Bil aankomst in het ziekenhuis Coolsingel bleek, dat ze was overleden. Vrijdagmorgen is op de Leidse Straat weg te 's Gravenhage ter hoogte van Filmstad de 56-jarige H. G. K. uit Bode graven die daar bezig was steenslag op de weg aan te brengen onder een ach teruitrijdende vrachtauto gekomen die bestuurd werd door de eveneen? uit Bodegraven afkomstige 26-jarige B. J. V. K. is ter plaatse overleden. Advertentie mmmmm Wij etaleren Deze week ionen wij in 10 etalages een uitgezochte col lectie comfortabele zitkamers. Wanneer U hiervoor be langstelling heeft, verzuimt dan vooral niet deze expositie te gaan bezichtigen. Vertrouwt de verzorging van Uw interieur aan „Huis en Haard" toe. Een ervaring van vele tientallen jaren staat er borg voor, dat U iets goeds krijgt. Op verzoek zenden wij U gratis onze uitgebreide meubelcatalogus of verstrekken gaarne-zonder enige verplichting - adviezen bij U aan huis. INTERIEURVERZORGING Amsterdam Op de Arnhemse weg te Apeldoorn is een tienjarig meisje dat de weg over stak aangereden door een personen auto. Het meisje, dat in de veronder stelling verkeerde, dat haar voorrang zou worden verleend, kwam met de schrik vrij. Haar fiets werd ernstig be schadigd. De bestuurder van de auto, de 81-jari- gë K. M. uit Apeldoorn, bleek bij onder zoek niet in het bezit te zijn van een rijbewijs. De vorige week ontving ik een aardige brief van de heer P. uit Amsterdam, waarin hij o.a. zijn mening geeft over het feit, waar om de kleinere vis eerder bijt dan de grote. Beter gezegd juist niet zijn mening geeft, daar hij opmerkt, dat er geen afdoend antwoord op is te geven. Volgens deze lezer weten noch de grote, noch de kleintjes wat aan de andere kant van het aas zit en het op hun leven gemunt heeft. „Hadden zij deze intelligentie wel", zo schrijft hij, „dan zouden de oude ren zeker eerst naar boven komen om een kijkje te nemen". Dit doet mij denken aan een oud mopje met een baard. Twee broers zitten aan de waterkant en terwijl de oudste broer behoorlijk vangt en aldoor kan ophalen, krijgt de ander geen bewijs- je. De volgende keer van hetzelfde laken een pak. Zodat de jongste broer denkt beter te doen een keer alleen te gaan en zodoende dan wèl beet te krijgen. Enfin hij zit, alléén dan, al een paar uur te vissen en krijgt weer hoegenaamd geen beet. Hij wordt er bijkans wanhopig van en weet niet waaraan dat nu kan hggen. Totdat plotseling een knaap van een karper met zijn kop boven water komt en vraagt; „Hé, is je broer er niet?" Om van dit flauwe grapje terug te gaan naar de brief van onze abonné, lees ik verder, dat hij het toch wel erg leuk zou vinden om eens te horen, wie eigenlijk Piet, het kanon van de hengelrubriek wel is. „Want", zo schrijft hij, „ik kan op geen stuk ken na aan hem tippen en moet met een paar voorntjes of, als het heel mooi is, met een stuk of wat bra sempjes volstaan". Ik kan u in ver trouwen .yert.ellen, dat, als ik het hart in mijn lijf had om Piet's naam te verklappen, ik er ongenadig aan toe zou zijn en voor de eerstkomen de weken niet in staat deze letters op papier te zetten. Men zal het mij dus zeker niet ten kwade duiden in dien ik er maar liever over zwijg. Dat onze geachte lezer zegt niet te kunnen tippen aan Piet is niet zo verwonderlijk; Piet is nu eenmaal ®en kanon en dat kan niet iedereen beweren van zichzelf. De een wordt als zodanig geboren en de ander niet, daaraan valt niet licht wat te veran deren. Vervolgens zou het aanbeveling verdienen, dit hebben al verscheidene lezers gesuggereerd, om van week tot week te vermelden, waar goede vangsten zouden zijn te verwachten. Een soort hengelbarometer dus. „De rubriek Df. zou hierdoor zeker in be langrijkheid winnen!" Dit dan is het oordeel van lezers. Indien dit werke lijk interessant zou zijn, dan lijkt het mij het beste zulks eens te horen van de overige collega's. Doch laat ik eerst even de keerzijde van deze me daille belichten. Want het is niet alles goud wat er blinkt. Ik ken na melijk twee van dergelijke „hengel barometers" in andere kranten en één er van wordt samengesteld door een schrijverhengelaar—slachtoffer, die ik persoonlijk goed ken- U be grijpt, dat ik eens mijn licht ben gaan opsteken bij hem. Het is meer een walmend kaarsje, als het zo zou kunnen worden uitgedrukt. Ik vrees dat ik, indien ik inga op- een gewaag de onderneming als hier ter sprake is gebracht, ik nog meer op mijn kop zal krijgen dan nu al het geval is. Een paar voorbeelden uit de „prak tijk". Dinsdag j.l. ving hengelaar Jansen op die en die plas vier mooie bra sems. Het wilde dus goed. Diezelfde dag ving hengelaar Pieterse op ge noemde plas slechts wat ondermaats grut; het wilde klaarblijkelijk in het geheel niet. Drie dagen nadien ver schijnt in deze, uw dagblad, de baro meter met het wilde helemaal niet goed of juist heel goed??? Een ander voorbeeld. Piet, de bekende Piet, vangt vandaag twee zware karpers. In hetzelfde water, gedurende de zelfde uren ving niemand anders ook maar een witvisje. Doch daarover wordt niet gerept. Lezer van-hier-tot -daar gaat morgen vissen op dezelfde plaats en vangt hoegenaamd niets. Wat zal hij mij nu wel schrijven en hoe zal hij mij wel noemen? Als het een Mokumer is, dan kan ik het nu al wel raden! Om in het geheel geen blaam te werpen op de goede naam van bijna alle bootjes-verhuurders. zou ik toch nog even onder uwe wel willende aandacht willen brengen, dat het is voorgekomen, dat een ver huurder van vis-bootjes, een gewe tenloze schurk overigens, bij navraag altijd zeide, dat het geweldig was ge weest de afgelopen dagen. Er was ge weldig gevangen en wel heel veel en heel groot. Nietwaar, de man wilde ook graag leven en wel zo goed mo gelijk. Te dien einde was hij voorne mens zoveel mogelijk bootjes te ver huren. Daartoe moest de vis echter goed bijten en dat heeft zelfs een verhuurder niet in de hand. Althans niet indien hij van het slag is dat doorgaans op een dergelijke bona fide manier aan de kost tracht te ko men. Slechts een zogenaamde han dige jongen neemt zijn toevlucht tot genoemde voor-de-gek-houderijen. Mag ik bekennen dat ik er van langs krijg, indien ik thuis durf aan te komen met wat wordt geacht te weinig voor het huishouden van een sportvisser met vrouw en vier kin deren. Mag ik daarbij dan tevens aantekenen, dat ik lelijk de sigaar ben als ik het zou wagen niet op tijd mijn dubbeltjes te storten in 's Rijks schatkist. Mag ik tenslotte opmerken, dat ik in mijn nek wordt gegrepen indien ik het zou wagen per ongeluk in verboden watpr te vissen. Zou het dan te veel gevraagd zijn van de be grijpende lezer, indien ik zo moge lijk dolgraag op een afstand zou wil len blijven van de samenstelling van een „hengelbarometer" als genoemd en als gevreesd voor iedere schrij vende visser. Want indien ik hier ook al met schrik en beven voor een stel boze brieven en wellicht nog veel erger een flink pak rammel dreigement op mijn hoede moet zijn, dan weet ik helemaal niet meer waar ik het zou moeten zoeken. Al met al hebt u vermoedelijk wel in de gaten dat er voor mij aan alle kanten gevaar dreigt. U moet mij maar laten weten wat u het beste lijkt. Moet er een „barometer" dóór, dan heb ik de samenwerking van alle vissende lezers nodig. Krijg ik die, dan komt het best voor elkaar. Want wie ben ik om u de wet voor te schrijven. Df. iyv.%%y.VW^AViw.w%vr,;.;.yy»y.v.v.v»v WAVAVAVAVAV '.•AVAMAWAV W.'.V.V.V Je zult allemaal wel eens ge zien of gelezen hebben, dat in boomgaarden vaak een groot aantal bijenkorven staan. Zou die kweker van appels, peren en pruimen ook nog een lief hebber van de bij eenteelt zijn. dat hij zo maar een aantal bijenkorven onder de bomen van zijn boomgaard zet? Of is er een andere reden? Ja hoor, die is er inderdaad. Je hebt allemaal wel eens een appel- of pereboom in volle bloei gezien. Heb je al eens ge probeerd de bloempjes te tellen die er aanzitten. Haha, dat gaat natuurlijk niet. Het zijn er dui zenden en duizenden. Van heel vceel van die witte bloempjes moeten de appels en peren ko men. Maar.dat gaat zo niet Daar komt stuifmeel bij te pas. Dat stuifmeel wordt geleverd door de meeldraden. En dat moet terecht komen op de stempels, de bovenste deeltjes van de stampers, die midden in de bloem zitten. O, denk je, dat kan heel gemakkelijk. Want de meeldraden staan om die stam pers heen en hupze kun nen zo het stuiifmeel op de stempels laten vallen. Maar zie je.... dat geeft nu eenmaal niets. Wil er in dat bloempje een vrucht komen, dan moet stuifmeel uit een ander bloem pje op de stempel van dit eer ste bloempje terecht komen. De mensen noemen dat kruisbe stuiving. Maar, zult je zeggen, dat valt niet mee. Wie zal er nu bij al die duizenden bloe men stuifmeel van de ene bloem in een andere bloem brengen? Ha, nu zijn we er. Wie dat doen? Dat is het werk van de bijen. De bijen vliegen van de ene bloem in de andere, en verspreiden zo het stuif meel. Niet .dat die bij daar iets van weet. Die gaat al die bloempjes bezoeken om er wat honing te puren. Maar terwijl hij dat doet, neemt hij vanzelf ook het stuifmeel mee. De fruitkweker kent dit werk van de bijen natuurlijk wel en daarom zet hij die korven met bijen onder zijn bomen. Maar, zul je vragen, kunnen dan die bijen al die duizenden bloemen een bezoek brengen? Dat lijkt me haast onmogelijk. En toch is het zo. Een pro fessor, die het leven van de bijen goed bestudeerd heeft, is tot het volgende geweldige sommetje gekomen: Een bij bezoekt per minuut tien bloemen. Eén zo'n beestje maakt telkens een vlucht van tien minuten. Dan moet hij weer naar zijn korf terug, om de honing al té geven. In die tien minuten bezoekt de bij du3 tienmaal tien bloemen, dat is honderd bloemen. De biien zijn erg ijverige dieren. Per dag maken zij minstens 40 van dia vluchten. Dat wil dus zeggen., dat een bij per dag veertig maal honderd bloemen, dat zijn vier duizend bloemen, bezoekt. Dat wordt al een aardig ge tal hè. Maar het mooiste komt nog. Bijen wonen steeds in zeer grote groepen bij eikaar- Er zijn wel bijenvolken van 50 a 60 duizend bijen. De professor is echter heel bescheiden en neemt een volk van tien duizend bijen. Die tien duizend bijen bezoeken dus per dag tienduizend maal vierduizend bloemen, dat is -ut Bijenkorven worden in een kersenboomgaard gebracht om een rijke oogst aan honing en fruit te verzekeren totaal 40 millioen bloemen. Een nu, waarom de kweker een geleerde professor heeft het voor ons uitgerekend, dus we moeten het geloven. Zie je nu wel dat al die bloe men dus een bezoek van een bij kunnen krijgen en snap ja paar van die bijenvolken in zijn boomgaard houdt? De re sultaten wijzen uit, dat de oog sten van zo'n boomgaard door de aanwezigheid van bijenvol ken veel beter zijn. it Es een dichte baard hangen de bijen voor hun huis (Slot) Alles verliep nu vlot, tegen zo'n overmacht was weinig te beginnen en een kwartier later vertrokken we naar Woodvilla- ge. Onderweg remde de auto bruusk. Voor ons in de duis ternis ontdekten we een don kere vlek: een auto zonder licht. Er scheen geen nadere uitleg nodig, want twee inspecteurs stapten uit, riepen iets, en in een minimum van tijd reden we weer in onze eigen wagen. We stapten eerst voor het café uit en na een klein oponthoud vertrokken we naar het huis van de veldwachter, waar eveneens een afdeling agenten werd afgezet en toen reden we met ongelooflijke snelheid naar South Bent over de weg, waar- het verhaal begon. De tocht duurde veel te kort naar onze zin, want na korte tijd stopten we voor een hotel in South Bend, waar we uitstapten en werden ontvangen met een kop hete soep. De commissaris beloofde naar huis te schrijven van John, Dick en mij. Toen gingen we met een gerust hart slapen. Eind goed, al goed De volgende morgen werd ik Wakker om 12 uur. John, die' ook op mijn kamer sliep, was al wakker en maakte zachtjes zijn toilet. Weldra was ik ook weer 't heertje en we besloten te gaan kijken of Dick al op was, die in de kamer naast de onze sliep. We liepen de gang op. Maar, oh, schrik. In welke kamer was Dick nu? Ik zei links, maar John zei rechts. We klopteh flink en na een tijdje werd de deur geopend. Degeen die daar in de deur opening stond, was niet Dick, nee.... dat was een lid van de tinsmokkelbende. Hoe ik dat wist? Wel, je herinnert je de man, die zo onverwachts uit de deur op het gangetje kwam, wel; die en deze man waren één en dezelfde. Ik schrok, want ik herkende hem direct, ook al had ik hem slechts in een flits gezien, doch hij scheen mij niet te herken nen, want hij snauwde: „Wat motte jullie?" „Oh, neemt U ons niet kwa lijk, we zijn aan de verkeerde kamer, geloof ik", antwoordde John beleefd. En met een smak gooide de man de deur dicht. Dick was al op, want zijn kamer was leeg, dus gingen we naar beneden en daar vonden we hem, aan een heerlijk ont bijt. Hij vertelde dat de com missaris een briefje had ach tergelaten, waarop stond, dat we maar geduldig moesten wachten tot hij of iemand an ders van de politie kwam en als er wat bijzonders gebeur de, moesten we maar bellen. En dat deden we nu, want bij zonder was het wel. Lang hoefden we niet te wachten, reeds na drie minuten zwaai de een politieauto de hoek om en stopte precies voor de in gang. Tot onze vreugde stapte de commissaris uit, met nog drie andere hoge politie autoriteiten. In het kort ver telden we het hoe en waarom en gezamenlijk stapten we dan in de lift. Ik moest denken aan de liftende vloeren, maar dan stopten we en listen naar de bewuste kamer. De man was geheel ovërrompeld en gaf zich gewonnen, toen de commissaris zakelijk vertelde over de op rolling van de tinsmokkelben de. De commissaris had een lijst gevonden met de namen van al de bendeleden en het bleek, dat deze man het getal rond maakte. De anderen wa ren ook gesnapt, doch dat is een geschiedenis op zich, waar wij niets mee te maken had den. En zo verliep de hele histo rie. „Wel, commissaris" begonnen we, „heeft u die drie boeven nog te pakken gekregen?" „Ja, even voorbij Woodvilla- ge haalden we hun wagen in, daar zaten twee boeven in en de derde was Schele Gerritl" „En weet U waarom die waard vermoord werd? En waarom kwam u alleen naar het café en hoe wist u dat ho tel? Waarom verdacht u het?" „Wel, dat is een heleboel ineens. De waard had gedreigd de boel te zullen verraden als ze hem niet méér betaalden, volgens de veldwachter ten minste, en toen werd „Lange Joop" er op uitgestuurd, met het bekende gevolg. En ik kwam alleen, omdat er een geringe aanwijzing was. Ik wilde eerst de waard eens uit horen, maar er kwam niemand en boven hoorde ik iemand schreeuwen. Tevreden?" Een week later werden de straffen uitgesproken. Die va rieerden tussen 12 en 2 jaar. Wij waren de belangrijkste getuigen en in elke krant stonden onze namen. Met trots hebben we ze bekeken. Ook kregen we nog een geldelijke beloning. En nog steeds den ken we terug aan ons mee werken aan het arresteren van de bende. En bijna weemoe dig denken we nog altijd aan de commissaris, die zo prach tig het geheim oploste van de smokkel in tin! Ingezonden door: Paul Veltkamp, Haarlem. Vorige week zijn wij begon nen met een afbeelding uit de nieuwste tekenfilm van Walt Disney. Zoals wij reeds zeiden zijn het feitelijk zeven kleuren films bijeen. Een van de meest fantastische van deze serie heet „Johnny Appelzaad." Het is het verhaal van een pionier (baanbreker, kolonist) in hart en ziel, die op aanraden van een geestverschijning naar het Westen trok om daar zijn ap pelbomen te planten, opdat men later er de vruchten van zou kunnen plukken. Op de afbeeldig zie je John ny met een appel in zijn hand. Op zijn hoofd staat een omge keerde pan en op zijn schou der zit een soort kat met een lange staart. Johnny is niet moeilijk om te tekenen. Een van de wreedste keizers, die ooit over het oude Romein se Rijk geregeerd hebben, is zeker wel keizer Nero. Om zelf aan de regering te komen schrok hij er niet voor terug, zijn stiefbroer, die meer rech ten had dan hij, om het leven te brengen. En toen zijn moe der, Agrippina, te veel invloed op de jonge Nero wilde uitoe fenen, liet de wreedaard zelfs zijn moeder uit de weg rui men. ledereen in het Rijk van keizer Nero wist, dat hij de keizer naar de ogen te zien had. Wie het beste vleien kon, stond het meest in aanzien. Wie het waagde de trotse en wrede keizer iets onaangenaams te zeggen, verdween van het toneel. En toch was deze keizer een grote lafaard. Want toen na de brandstichting van Rome (door de keizer zelf bevolen) de mensen hem nariepen als brandstichter, toen probeerde deze keizer van alles, om de schuld van zich af te schud den. En dat lukte hem, door de jonge christengemeente in Rome de schuld van de brand te geven. Onder keizer Nero brak dan ook de eerste grote christen vervolging uit. Er ontstond jacht op mensen, die tot het christendom bekeerd waren. In die tijd waren ook de apostelen Petrus en Paulus in Rome. Zij hadden niet stil ge zeten, maar het werk van Christus moedig voortgezet en niet alleen vele Joden, maar ook talrijke Romeinen tot het Christendom bekeerd. Hun namen waren weldra bekend: Petrus en Paulus wa ren de leiders van die christon- Ook Paulus moest sterven. Maar als Romein mocht hij niet aan het kruis geslagen worden. Daarom werd hij met het zwaard onthoofd. Het staat niet vast, dat deze twee apos telen precies op dezelfde dag de marteldood stierven. Maar sinds eeuwen wordt toch hun sterven op dezelfde dag her dacht. Maandag 29 Juni vieren we de feestdag van de H.H. apos telen Petrus en Paulus. 26 November 1946 werd te Rome zuster Marie Adolphine van de Zusters Franciscanessen Missionarissen van Maria zalig verklaard. Catharina Dierkx Nero gemeente. Het duurde niet lang, of beiden werden gevan gen genomen. Dat was niet de eerste keer, dat zij van hun vrijheid beroofd werden. Maar ditmaal zou het de laatste keer wezen. Want keizer Nero ver oordeelde beiden ter dood. Petrus werd net als zijn Meester aan het kruis geslagen. Maar hij voelde zich niet waardig op dezelfde wijze als Christus te sterven en vroeg met het hoofd naar beneden gekruisigd te worden. Aan dat verzoek werd voldaan. werd in 1866 te Ossendrecht in Noord-Brabant, vlak bij de Belgische grens, geboren. Haar geboortehuis in Ossendrecht wordt reeds door velen bezocht en met het oog op haar heilig verklaring, die hopelijk niet lang meer op zich zal laten wachten, is er een stichting in het leven geroepen, die van Os sendrecht uit de devotie voor de Zalige Zuster Marie Adol phine zal bevorderen. Zij was in haar jeugd, op jullie leeftijd, een „leutig mes- ke", zoals ze dat te Ossendrecht zeggen. Dat wil zeggen een le venslustig meisje, zoals jullie zeker ook zijn, maar daarbij zeer godsdienstig. Toen Kaatje een jaar of dertien was, ging zij naar de peekoffiefabriek. en later naar een wasserij in Ant werpen. Ja, zij moest die paar francs per week met hard wer ken verdienen. Hoewel zij reeds eerder het verlangen had in het klooster te treden, gebeurde dit pas op 27-jarige leeftijd en in 1898 legde zij bij de Zusters Fran ciscanessen te Antwerpen ïièar eeuwige geloften af. Spoedig daarna vertrok zij met een groep zusters naar de missie in China. De Boksers (een geheim ge nootschap) in China hadden een grote haat tegen de Christenen en zo gebeurde het, dat 9 Juli 1900 enige zusters, onder wie „Kaatje", de marteldood stier ven. Zuster Marie Adolphine had er echter naar verlangd, want zo schreef zij eens aan de Moeder-Overste in Nederland: „Moge de Goddelijke Meester mij de genade geven tot Hem te trekken, maar daarom moet ik mijn edele zending vervullen en waarlijk een slachtoffer zijn voor de Kerk en de zielen". Zo is dan haar wens in vervulling gegaan. De senaat der Rijksuniversiteit te Utrecht, heeft aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal een adres gericht, waarin hij, evenals in het adres van de senaat der Rijksuniversiteit te Leiden is geschied, ernstige bezwaren tegen enkele belangrijke punten van het wetsontwerp voor een nieuwe H.O.-wet opsomt. Ook de Utrechtse senaat is van me- ning, dat niet, zoals in het ontwerp is vermeld, de opleiding tot zelfstan- deze beoefening der wetenschap (art.l), doch de beoefening en ontwikkeling der wetenschap zelf (art. 1) op de voor grond dient te staan. In verband daar mede rijst de vraag. of het niet de voorkeur zou verdienen om het ont werp tot universiteiten en hogescholen te beperken. De Utrechtse senaat acht het even als de Leidse senaat niet juist, dat bijzondere univeriteiten en hogescholen .invloed hebben op de inwendige aan gelegenheden der Rijksuniversiteiten en -hogescholen, evenmin als dit overeen komstig het ontwerp- omgekeerd het geval is. Het aantal leden van de Hoge Aca demische Raad komt de Utrechtse senaat te groot voor. Een aantal van tien door de Kroon benoemde leden lijkt redelijk en voldoende. In elk ge val dienen de vertegenwoordigers der universiteiten en hogescholen de meer derheid te vormen. Wat de autonomie der universiteiten en hogescholen betreft, zou de Utrechtse senaat niet verder willen gaan dan in het ontwerp wordt voorgesteld. Het wordt noodzakelijk geacht, dat de invloed van de senaat op de gang van zaken in geen enkel opzicht wordt verzwakt in vergelijking met de tegen woordige toestand, hetgeen in het ont werp wel het geval is. Aan curatoren ware de verplichting op te leggen aan de minister het volle dige advies van de senaat (faculteit) over te leggen, met name in gevallen, waarin een voorstel of advies van cura toren afwijkt van het standpunt van de senaat (faculteit, enz.). Gewenst ware, dat curatoren aan de senaat (fa culteit enz.) van een dergelijke afwij king zou doen blijken. De senaat heeft bezwaar tegen het dwingend voorschrijven van het in winnen van adviezen der „zusterfacul teiten", voor het opmaken van voor drachten tot benoeming van hooglera ren. Bij de thans gebruikelijke gang van zaken raadplegen de faculteiten bij het opmaken harer voordrachten ge regeld de naaste vakgenoten aan an dere universiteiten. Een dergelijk in formeel contact leidt tot veel vrucht baarder resultaten, dan een officieel overleg tussen de .„zusterfaculteiten". In de arbeidskolonie „Het Hooge Land" te Beekbergen is de ambtenaar Van der W. aangevallen door de 79- jarig verpleegde J. F. K., die Van der W. met zijn zakmes ernstige verwon dingen aan beide polsen toebracht. Het slachtoffer is in het Julianaziekenhuis te Apeldoorn ter verpleging opgenomen. De dader werd in arrest gesteld. Men vermoedt dat hij in een vlaag van waan zin heeft gehandeld. - ABBEKERK p. 27 Lissabon n. Bilbao, ALBLASSERDIJK 26 te Lissabon. ALCYONE 27 van St. Vincent n. Rott. ALDERAMIN p. 27 Kreta n. Genua. ALNATI p. 27 St. Vincent n. Rio Jan. ALPHACCA 26 van Bahia n. New York. AMERSKERK p. 27 Guardafui n. Colombo. ARENDSDIJK 27 te Buenis Aires. ARMILLA 27 te Haiphong. BINTANG 26 te Colombo. BONAIRE p. 27 Fayal n. Plymouth. CHAMA p. 27 Makalla n. Bombay. CISTULA 25 van Brisbane n. Balikpapan. CLIO p. 27 Ouessant 28-29 te Rotterdam. DRENTE 26 van Djeddah n. Colombo. ENGGANO 26 te Marseille. FRIESLAND KRL. p. 27 Kp. Bo nn. Pt. S. GAASTERKERK 26 te Cebu. GAROET 26 van Priok 28 te Singapore. GROOTE BEER 27 te Halifax. HEEMSKERK 27 van Aden n. A'dam. JAVA 27 te Tj. Priok. UPITER p. 27 Kp. Gata 29 te Tunis. KIELDRECHT 26 van Singap. n. Hongk. LAAGKERK 2829 te Bombay. LIEVE VROUWKERK 27 te Karachi. MAASDAM p. 27 Kp. Race n. N. York. MADOERA 27 te Port Swettenham. MITRA 26 van R'dam n. Hammerfest. MOLENKERK 26 van Bombay n. Colombo MUIDERKERK 27 te Cochin. MURENA 26 van Miri 28 te Singap. ORANJE 27 te Singap., 28 te Belawan. ORANJEFONTEIN p. 27 Kp. Palmas n. A'd ORION 26 nm. te Oran. POELAU LAUT p. 27 Kp. Nao n. Amst RITA (t.J 27 te Pladju. RONDO 27 te Marseille. RIJNDAM p. 27 SciUy's, 28 te South SAPAROEA p. 27 Kp. St. Vine. n. Dakar ST. DORDRECHT p. 27 Guardafui n. R'd TABIAN 26 van Djeddah n. Pt. Said TABINTA p. 26 Maladiven n. Pt. Said. TJITJALENGKA 27 te Singapore. VAN LINSCHOTEN 27 te Cape Coast WATERLAND 28 te Santos. WIELDRECHT 26 te Rotterdam.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 9