Min. Cals
uit over
Parlementair
spreekt
de motie-Roos jen
vuurwerk zonder veel effect
„onaanvaardbaar"
Consequentie
Duitsers mogen niet in
Nijmegen koffie kopen
Beverwijk maakt balans
van aardbeienseizoen
op
JULES DE CORTE,
troubadour van de
Componist en liedjeszanger vol
levensblijheid
begaafde blinde
„Zonnebloem"
Nederl. zeelieden in Canada
blijven inenting weigeren
Cals-Slak
Interpellatie over de lerarensalarissen
Voorzitter Kortenhorst: „Kamer
trede niet in zaken van het G.O."
Beel-Leep
Wel echter in Arnhem
Opbrengst hoger,
aanvoer lager
li!
Met brailleschrift
voor de microfoon
Zij willen geen
risico nemen
Odysseus—Kortenhorst
E.D.G. Woensdag in de
Tweede Kamer
Nalatigheid van
bewakers
SEIZOEN TEN EINDE
Van Klef fens komend
jaar voorzitter der
V.N.-Assemblée
De kabinetsformatie
in Indonesië
VRIJDAG 17 JULI 1953
PAGINA 3
4'?
Ontsnapping te Vught
„Koffiestrook" aan de grens
MEENK'S POEDERS
fPtlPÉfpP
Geen overeenstemming
met de PJSf.1.
Wijdingen Missionarissen
H. Familie
(Van onze parlementaire redacteur)
Tweemaal zijn gisteren de middengroepen in de Tweede Kamer aan de orde ge
weest. De eerste keer bij de interpellatie Roosjen over de salarissen van de
'eraren in het Voorbereidend Hoger en Middelbaar Onderwijs en later bij de
oehandeling van het wetsontwerp om f 23.600.000 tijdens het lopende begrotings-
ar te besteden voor een verhoging van de salarissen van de ambtenaren. Het
waren niet met evenzoveel woorden middengroepenproblemen, maar men erken-
beide punten van orde, dat zij er een belangrijke rol in speelden. In het
jJ te geval was er sprake van een parlementair en politiek vuurwerk. Toen
oest er n.l. aan een minister duidelijk gemaakt worden hoe urgent de kwestie
dn S e4n daarb« werd door menig afgevaardigde de kans waargenomen om flink
er te slaan. In het tweede geval was de Kamer volkomen rustig: het ging im-
rs om een wetsontwerp, dat niet anders dan goedgekeurd kon worden, omdat
e minister, die het had ingediend, met een douceurtje kwam voor het gehele
overheidspersoneel.
De interpellatie over de lerarensala
rissen was een combinatie van gevat
heid en parlementaire handigheid en
pY als zodanig zijn waarde. Minister
Y-als was bijzonder spits en de Kamer
was flink heet gebakerd. Zo ontstond
er een woordenschermutseling,, die de
voorzitter de handen vol gaf. Er werd
phamerd, dat het een lust was en de
interrumpties waren niet van de lucht.
J-)e aartsdemagoog Gortzak sprong in
het debat en begon de zaak van de
'eraren te misbruiken, om er het grof
ste politiek geschut mee af te gaan
Schieten. Maar mevrouw Fortanier de
Wit wist deze zaak als onderwijsspe-
cialiste voor de V.V.D., met niet minder
bravour uit te buiten. Zij verweet de
ihterpellant Roosjen, dat hij niet con-
Creet genoeg was geweest in het for
muleren van zijn vragen aan de mi-
bister van Onderwijs. Zij deed toen
blaar consequent het zeer concrete voor-
mei: Minister laat zien, dat ge wat
Wilt doen. Geef de leraren een voor
schot op- de verhoging der salarissen
Waar zij nu al zoveel over gehoord
hebben, maar waar echter steeds niets
van terecht komt. Op dat moment viel
voor de zoveelste maal de hamer van
öe voorzitter, om het debat in de juiste
Voegen te krijgen. Mevrouw Fortanier
had het n.l. over de positie van de
leraren en die was niet in het ge
urigHet ging alleen maar over de
salarisregeling De voorzitter was
volkomen en règle. Had hij deze
touwtjes niet gedurende het gehele
hebat strak in handen gehouden, dan
Was deze interpellatie uitgelopen op
®en Poolse landdag. Reeds thans waren
he gemoederen flink op temperatuur.
Men vergat bovendien, wat dr. Korten
horst in herinnering moest brengen,
hat het niet gebruikelijk is, dat het
Parlement zich met de zaken van het
D. O. bemoeit, wanneer dit G. O. niet ten
e'nde is.
De minister had de heer Roosjen uit
voerig beantwoord op zijn vijf vragen,
h het kort kwam het hierop neer:
1. Is de minister van oordeel, dat ge
handeld werd in overeenstemming met
zeVrido ,Kamer in December was toege-
♦o™'-. hat het overleg op zeer korte
termijn moet worden hervat?
Antwoord: De vraag zou veeleer
moeten luiden, of er in redelijkheid
eerder een oplossing mogelijk zou zijn
geweest. Ik meen mii aan de regels van
het Georganiseerd Overleg te moeten
houden en zal de zaak dus uiterst for
meel behandelen. Dit brengt mee dat de
Kamer eerst later kan beoordelen, ot
mijn verklaring aanvaardbaar is ge
weest. Het overleg is op zeer korte ter
mijn hervat en degelijk aangepakt. Eerst
moest echter de vorm van het overleg
worden geregeld, omdat er geen vaste
basis was. Er was slechts een salaris-
commissie ad hoc. In Januari is aan
stonds begonnen.
2. Waarom werd de wederinstelilng
van een commissie van G O. eerst op 14
Februari 1953 geregeld?
Antwoord: mij dunkt dat dit behoor
lijk snel was. Vergeet niet dat er min
stens drie afdelingen van het departe
ment mee gemoeid waren, n.l. de afde
lingen L.O., V.H.M.O. en Nijverheids-
Bnderwijs. Dan spreek ik nog niet van
de
repercussies op andere groepen, met
name de wetenschappelijke staven.
3. Is het juist, zoals in een schrijven
Van 29 April door de Raad van Le
raren aan de minister is meegedeeld,
dat de samensprekingen in het G.O.
bemoeilijkt werden door het ontbre
ken van duidelijke richtlijnen van de
zijde van de regering?
Antwoord: dit is in zijn algemeen-
beid niet juist. Reeds voor 1952 was er
«en richtlijn. Tijdens het overleg dat
Bp 6 Februari werd ingezet, zijn echter
nieuwe wensen door de leraren naar
Voren gebracht. Zij moesten bespro
ken worden en al hun consequenties
moesten worden overwogen.
4. Is de minister niet van oordeel, dat
ontstemming over het uitblijven van een
falarisregeling voor de leraren bij het
V-H.M.O. na het communiqué inzake het
®alarisoverleg, door de minister na 24
Februari uitgegeven, verklaarbaar moet
Worden genoemd?
Antwoord: De ontstemming was in
derdaad verklaarbaar, maar ik meen
öat de oorzaak niet in het communiqué
{Poet worden gezocht. De heer Roosjen
beeft in zijn inleiding een Chinees wijs
geer ten tonele gevoerd, die eens ge-
^egd heeft, dat als hij keizer zou wor
den, zijn eerste bestuursdaad zou zijn
Segrippen nader te laten definiëren.
Daarbij zouden de ambtelijke termen
'•met de grootste spoed'', „zonder ver-
Wijl" e.d. het meeste werk geven. Ik kan
daartegenover stellen, dat deze Chinese
In een van de organen der lera-
renverenigingen was de naam van
tuinister Beel in een boutade over
deze affaire tot Leep misvormd. „Ik
kan dit niet zo bijzonder ivaarde-
l?n"> zei minister Cals tijdens het
Kamerdebat, „omdat niet minister
eel de verantwoordelijke man was
noor de gang van zaken, maar ik.
waarom heeft u mijn naam niet
0rngekeerd en mij tot een slak ge
promoveerd? In uw gedachtengang
moet toch de slakkengang bij deze
salarisverhoging voor de hand heb
ben gelegen" Dit was nog het beste
wat minister Cals te vertellen had
r„ d? vele grapjes, die in de le
rentijdschriften zijn gemaakt over
hari s?(ariskioestie. In het algemeen
oj by er weinig waardering voor,
aat er volgens hem te weinig
„g® P voor de situatie uit blijkt.
'veel voor een minister met zo-
De tr?-e.v?e 1 voor humor", zei mevr.
Wit later.
wijsgeer bij het toetsen van de woorden
van dit communiqué: „De besprekingen
zijn in een sfeer van begrip voor de be
langen der leraren gevoerdonge
twijfeld de waarde daarvan zou ontdek
ken. Gelukkig de leraar die de lange
weg niet kent, die voorstellen in het
G.O. gedaan, moeten doormaken alvo
rens ze tot voorstellen van de regering
zijn geworden.
Is de minister bereid alsnog het ui
terste te doen om voor de aanvang van
de nieuwe cursus een salarisregeling
tot stand te brengen, die voldoet aan
de noden van deze tak van onderwijs
en tegemoet komt aan redelijke ver
langens door de lerarenorganisaties
kenbaar gemaakt?
Antwoord: Ik kan slechts de ver
wachting, die ik reeds eerder heb
uitgesproken, herhalen: ik hoop inder
daad ondanks alles ook nu nog deze
zaak voor het nieuwe schooljaar te
kunnen regelen. Men diene niet te ver
geten, dat de oorzaak van alles daarin
is gelegen, dat in de afgelopen jaren
het overleg nooit goed op gang is ge
komen, terwijl anderzijds en dit is
niet tot de Kamer gericht ook de
daarvoor in aanmerking komende per
sonen te weinig aandacht op de lang
durigheid van de procedure hebben ge
vestigd. Ik zou mij veel sterker kun
nen uitdrukken, mijnheer de voorzitter,
maar ik zal het hierbij laten.
De minister heeft zich kort daarop
sterker uitgedrukt, zij het ditmaal
wel tot de Kamer. Dat was n.l. in
zijn antwoord op de motie die de
heren Roosjen en de Loor hadden
ingediend, die luidde als volgt:
De Kamer,
Gehoord de beraadslagingen over
het uitblijven van een nieuwe sala
risregeling voor de leraren bij het
V.H.M.O., spreekt haar teleurstelling
uit over de trage wijze waarop het
overleg ten deze werd gevoerd,
dringt er bij de Regering op aan,
dat het uiterste zal worden gedaan
om te bevorderen dat vóór het begin
van de nieuwe cursus de in het voor
uitzicht gestelde salarisregeling voor
de leraren bij het V.H.M.O. tot stand
zal zijn gekomen, en gaat over tot
de orde van de dag.
Over deze motie ontstond daarna het
felste dispuut, waarbij bleek dat de
Kamer verdeeld was in twee opvat
tingen. Positief tegen de motie ver
klaarde zich de K.V.P.-fractie bij mon
de van pater Stokman, die duidelijk
maakte dat het verwijt niet deze mi
nister trof maar zijn voorganger. Ook
meende hij dat men de zaak er eerder
door zou schaden dan dienen.
Minister Cals wees er op, dat uit deze
motie een duidelijke afkeuring sprak
van het door de regering gevoerde beleid.
Deze afkeuring was gericht tot de regering
die thans verantwoordelijkheid draagt.
Bovendien dringt de motie aan op iets
waarvan de regering reeds heeft ver-
klaard, dat zij het doen zal. Vertrouwt
men dat wel, dan heeft deze motie geen
zin, zo niet, dan is het afkeurend karak
ter des te sterker. De motie zal ook bui
ten deze Kamer worden uiteengerafeld.
Ik heb hier te doen met de Tweede Ka
mer die ik niet los kan zien van het
(Van onze parlementaire redacteur)
In het debat over de lerarensala
rissen heeft de onderwijsspecialiste
van de V. V. D„ mevr. Fortanier-de
Wit, gisteren behalve minister Cals
ook dr. Kortenhorst tot repliek be
wogen. De voorzitter trachtte de
geachte spreekster tot de orde te
brengen, maar ondervond daarbij
zoveel vrouwelijke list om niet van
haar apropos te worden gebracht,
dat hij op een gegeven moment in
vertwijfeling uitriep: „Odysseus
heeft destijds was in zijn oren moe
ten stoppen, om het verleidelijk ge
zang der Sirenes te ontgaan. Me
vrouw, ik tracht daaraan te ontko
men en roep u tot de orde".
Bij hun aankomst op het vliegveld
'in New York werden de prinses
sen Beatrix en Irene gisteren af
gehaald door hun oom, prins
Aschwin, die reeds jaren in New
York woont. V: l. n. r.: Mevr. Van
Hattum, echtgenote, van de plaats
vervangend consul van Nederland;
mevrouw Korthals Altes, echtge
note van de vice-consul van Ne
derland; prinses Beatrix; prinses
Irene; prins Aschwin en op de
achtergrond, gedeeltelijk zicht
baar, de heer J. van Hattum,
plaatsvervangend consul van Ne
derland.
Nederlandse volk. „Ik kan niet aan
vaarden, dat de indruk wordt gewekt,
dat de regering in gebreke zou zijn ge
bleven te doen wat zij kan om de sala
rissen van de leraren te verbeteren.
De Kamer kreeg vijf minuten tijd om
de consequenties van deze ministeriële
woorden te overwegen, waarna zij wij
selijk de motie introk, al trachtte de
heer Roosjen nog te betogen, dat ge
zien de reactie in de Kamer de motie
moreel reeds was aangenomen.
De zegevierende veldheer in de parle
mentaire slag was minister Cals. Zijn
zetel is uit dit gevecht ongetwijfeld ver
sterkt te voorschijn gekomen en de ge
hele interpellatie bleek een berg die
nc geen muis had kunnen baren.
De vraag of de Kamer maar niet
beter de motie over de lerarensalaris
sen had kunnen aannemen, met alle
consequenties van dien een minis
terscrisis en vermoedelijk daaraan
vastzittend een kabinetscrisis me
nen wij ontkennend te moeten beant
woorden. De regeling van de salaris
sen van de leraren is door deze
minister, zoals blijkt uit alles wat hij
er gisteren over heeft medegedeeld,
beslist niet in de spreekwoordelijke
departementale molen gestopt met de
bedoeling dat de zaak er met Sint
Juttemis wel weer eens uit zou ko
men. Op zijn hoogst zou men de voor
gangers van de minister een verwijt
kunnen maken over de zeer onbevre
digende situatie waarin deze groep
overheidsdienaren terecht is gekomen.
De salarissen moeten omhoog, daar is
iedereen van overtuigd. Ze gaan bin
nenkort omhoog, dat is na de inter
pellatie van gisteren nog duidelijker.
De regeling was onbevredigend, dat
(Advertentie)
Als Oma in het huisgezin
verscheen trad op hetzelfde
moment altijd een soort uit
zonderingstoestand in. Want
zij was een van die onbe-
wust-tyranniekerige oude
dametjes, die heel heur om
geving in onrust storten,
alleen al door er te zijn.
Laatst was zij er weer, Oma.
Onmiddellijk werden alle ramen ge
sloten om elke zweem van tocht te
weren en alle beschikbare kussens
werden aangesleept om de oude dame
een gerieflijk zitje te garanderen. Maar
vooral werden krachtige maatregelen
genomen om Jantje, die altijd zulke
kras-onkiese opmerkingen kon plaat
sen, uit de peripherie van Oma te
weren. Dat kereltje werd gewoon het
bos ingestuurd.
Maar tenslotte dook het knaapje na
tuurlijk toch weer op. Want men kan
kleine jongetjes niet eeuwig blijven
wegmoffelen.
Jantje nestelde zich onmiddellijk in
de buurt van Oma en begon onder haar
hartelijke aanmoediging een fikse
toren te bouwen. En de hele familie
stond bij dat idyllische tafereel mee
levend toe te zien. Alles zou dan ook
prachtig zijn verlopen, ware het niet
dat Oma op een gegeven moment ge
makshalve heur gebit uit haar mond
had genomen om het in een keurig
doosje weg te bergen.
Jantje sloeg die technische hande
ling met open mond en diep-peinzenda
blik gade.
„Oma", zei hij, toen hij van zijn eer
ste verbazing was bekomen, „Oma"...
Maar onmiddellijk schoot zijn moe
der, die het onheil voelde naderen,
toe. „Stil Jantje; zoet spelen nou", zei
ze.
Het kereltje nam afwezig een blokje
op. Hij keek van Oma naar het doosje
en van het doosje naar Oma. En in
eens, vóór iemand corrigerend had
kunnen optreden, was het eruit.
„Oma", vroeg hij, „als u nou héél
oud bent, neemt u dan ook een oog
uit?"
heeft de minister toegegeven; maar
voor zover hij zelf daar achter heeft
gestaan is de zaak niet volgens de
ijskastpolitiek behandeld.
Het enige nut dat de interpellatie
heeft opgeleverd dit is psycholo
gisch gezien toch meer dan men
denkt is dat men nu inderdaad wel
voor bijna honderd procent zeker
weet dat deze moeilijke zaak van ge
organiseerd overleg op een oor na
gevild is.
(Van onze parlementaire redacteur)
Volgende week Woensdag en Donder
dag, desnoods met avondvergaderingen,
zal de Tweede Kamer het wetsontwerp
inzake het verdrag Europese Defensie
Gemeenschap in behandeling nemen.
Men hoopt binnen enkele dagen deze
zaak te kunnen afhandelen.
Het onderzoek, dat de recherche van
de gemeentepolitie te Vught heeft in
gesteld naar de toedracht van de ont
snapping van vier jeugdige gevangenen
uit de strafgevangenis „Nieuw Vosse-
veld" te Vught in de avond van 14 Juli,
heeft tot de conclusie geleid, dat de
ontvluchtingspoging mogelijk was door
nalatigheid van enige bewakers.
Tegen de betrokkenen zal proces-ver
baal worden opgemaakt.
(Van onze correspondent)
Het grote verschil in prijs van
de koffie in Duitsland en die in Ne
derlanddreigt aanleiding te worden
tot moeilijkheden in het grensverkeer
Tot nu stond de Duitse douane aan
terugkerende Duitse toeristen toe een
half pond koffie vrij in te voeren, een
maatregel, waarvan de grensbewoners
profiteerden aan Duitse zijde, om eens
of meer keren per week de grens
over te wippen en in Nederland wat
koffie te kopen.
De Duitse douane heeft deze gang
van zaken schijnbaar met lede ogen
^dnertentie
speciaal legen KOORTS.
KIESPIJN. HOOFDPIJN en
PERIODIEKE PIJNEN
poeders
Tussen de medewerkers aan „Negen heit de Klok", die gedurende de uit
zending op het bankje bij de microfoon traditiegetrouw hun beurt afwachten,
zit sinds korte tijd een jonge man met een donkere zonnebril De haren zijn al
voor een deel van zijn hoge schedel geweken, maar zijn trekken zijn nog zeer
jeugdig. Als zijn beurt gekomen is, haalt hij een velletje hard papier te voor
schijn en zingt zijn liedje, terwijl zijn vingers over het brailleschrift van de
tekst glijden. Elke trouwe radioluisteraar kent zijn stem, want Jules de Corte
vergeet men niet meer als men hem eens heeft zien of horen optreden.
Zijn verblijf bij „Negen heit de Klok" is geen ontrouw aan zijn vast pro
gramma de „Zonnebloem". „Aan dat programma heb ik mijn hart verloren. Het
is een radioprogramma, waarin je volledig mens kunt zijn", zegt Jules de Corte,
terwijl hij omzichtig zijn trouwe pijp vuur geeft.
Het aardbeien-seizoen te Beverwijk is
ten einde en zoals altijd zijn de veiling
directies ten spoedigste bereid de omzet
cijfers te verstrekken van het seizoen
dat dit jaar precies vier weken duurde.
Het totaalbeeld geeft een kleine gel
delijke vooruitgang van f 10.000 en een
teruggang van 100.000 kg, vergeleken
bij 1952.
Er is dit jaar in totaal omgezet voor
f 1.282.137,02 tegen f 1.271.990,13 in 1952,
De banden van Jules de Corte met de
Zonnebloem zijn bijna even oud als dit
ziekenprogramma zelf. Nauwelijks had
in 1945 Alex van Wayenburg „de inspi
ratie van zijn leven" gelanceerd of een
21-jarige blinde jongeman uit Delft
presenteerde zich om eens een liedje te
zingen.
In Delft was ik korte tijd pianist op
een dansschool. Ik had al eens liedjes
geschreven voor de Engelsen bij de be
vrijding en mijn familieleden zeiden,
dat ze aardig waren". De ontdekking
van Jules de Corte werd voor Alex
van Wayenburg de „tweede inspiratie".
De zonnige jongeman met de don-
teert Jules de Corte nuchter. „Als er
weer een programma in het verschiet
komt ga ik achter mijn piano zitten en
speel schlagers en Chopin zo lang ik zin
heb. Dan probeer ik het met improvi
saties afgewisseld met pijproken. Zo
kan er heel wat tijd voorbijgaan, totdat
de inspiratie soms komt. Een woord
dat ergens in je hoofd hangt en waar
iets van muziek omheen moet komen.
Soms komt de muziek het eerst. Het
gaat pas goed als ze elkaar gevonden
hebben. Het eerste liedje is nooit het
beste. Maar het heeft de baan gebro
ken voor andere."
In het Blindeninstituut Grave waar
de uit Deurne geboortige Jules de
Corte 14 jaar verbleef, werd aan alle
leerlingen pianoles gegeven. De jonge
de Corte maakte echter al spoedig zelf
accoorden bij de melodietjes, die hij
Jules de Corte voor de microfoon,
tezamen met de geestelijke vader
van de „Zonnebloem", Alex van
Wayenburg.
brein opdoken, gaven de doorslag.
In de KRO-studio heeft Jules de
Corte nog een andere reputatie. Hij
heeft een flair voor imitatie van stem
men. Aan het tafeltje waar Jules de
Corte tijdens de pauze zijn kopje koffie
aanvankèï ijkmolizaam "met"één vfnger drinkt. springt de conversatie luchtig
kere bril werd onmisbaar in de „Zon- te voorschijn had gehaald. Bij feestjes van het ene onderwerp op het ander.
tlohl oom IIll lirnp/l dn Jwniihndnn» din i .Tlllop fin C^firt.A IS PPfl SPhPTDP PritlSPhp
nebloem". Hij werd de troubadour, die
elke gelegenheid met een liedje opluis
terde. Jules de Corte maakt zijn liedjes
zelf en ze hebben „iets" dat de luiste
raar boeit. Schuilt het in een koddige
of gevoelvolle zinswending of in de
tintelende, oorspronkelijke melodie
tjes die er onverbrekelijk mee verbon- schrift „De Korrel
den zjjn? stilte het verlangen
„Liedjes moet je schrijven
moet. Liefst als er haast bij is"
als het
consta-
produeeerde hij liedjes en daar bleef
het bij. Wel was ieder er van overtuigd
dat er iets school in de levenslustige
jongen, die zich spelenderwijs de mo
derne talen eigen maakte en met volle
teugen het leven inademde. Hij schreef
lyrische gedichtjes in het schooltijd
en koesterde in
om schrijver te
worden. Maar de prikkelende melodie
tjes, die voortdurend ergens in zijn
Jules de Corte is een scherpe, critische
luisteraar met een verrassende algeme
ne ontwikkeling. Misschien schuilt dit
in zijn zuidelijke afkomst. „Wij moes
ten hier iets kunnen creëren als het
Franse chanson. Maar onze taal is soms
zo stug en de Nederlander geeft zijn
diepe gevoelens niet gauw bloot".
Jules de Corte is een artiest. Hij
houdt niet van het maken van toe
komstplannen, maar leeft het leven
zoals het komt. „Een inspiratie is iets
dat zó over je komt en waar je blij
mee moet zijn. Maar het is ook wel
leuk als je in de trein de mensen je
liedjes hoort neuriën".
Het orgel heeft Jules de Corte nooit
officieel leren bespelen, maar in Delft
is hij organist van de Sacramentskerk.
Hij heeft een braille-Graduale van 50
banden. Met zijn ene hand glijdt hij
over de tekst en met de andere en zijn
voeten speelt hij de melodie. De tien
missen van het repertoire van het
kerkkoor heeft hij uit zijn hoofd ge
leerd.
Wie met Alex van Wayenburg over
de „Zonnebloem" spreekt komt binnen
vjjf minuten op Jules de Corte. Is het
misschien omdat Jules de Corte in ze
kere zin het ideaal van dit ziekenpro
gramma belichaamt? Zelf van jongs af
beroofd van het kostbaarste bezit van
de mens, het gezicht, heeft hij uit eigen
kracht zijn weg gevonden naar het in
nerlijke licht van de levensblijheid.
alzo werd er f 10.000 meer geveild. De
doorsneeprijs is dit jaar f 1,01 tegen
f 0,91 in 1952.
De aanvoer viel, zoals reeds bü het
begin van het seizoen verwacht werd
tegen; er kwamen aan beide veilingen
489.535 manden van V/, kg in 1952
waren het er 529.337 in 1951 waren er
zelfs 572.846 manden. Dit jaar waren er
dus 39.802 minder aan de markt, terwijl
het verschil met 1951 zelfs 73.311 man
den is. Dit geeft toch wel iets te denken!
Wat de beide Beverwij kse veilingen
apart betreft ikomt „Kennemerland"
gunstig uit de bus. Hier veilde men
voor f860.392,10 (v.j. f915.508,76), alzo
een vooruitgang van f 45.000. De B.E.T.
zag haar omzet dalen van f 356.491,37 in
1952 tot f321.744.92 in dit seizoen, dat is
ongeveer f 35.000 minder. Wat het aantal
manden aangaat, was de aanvoer bij
Kennemerland dit jaar 360.285 stuks, in
1952 390.295 stuks; voor de B.E.T. zijn
deze cijfers 129.250 tegenover 139.042.
Het aantal kilo's bij de B.E.T. bedroeg
dit jaar 232.124 de doorsneeprijs was
f99.51 per 100 kg (v.j. f89). Aan de
veiling Kennemerland werd 946.058 kg
aangevoerd met een doorsneeprijs van
f 101.50 per 100 kg (v.j. f90).
Aan deze veiling werd 900.713 kg in
manden aangevoerd en 45.345 kg in
doosjes. De export nam hier dit jaar
24.175 kg uit de markt en 70.099 kg in
1952.
Uit de cijfers wordt aangegeven dat
het een matig seizoen is geworden,
waarbij de prijzen, zonder meer goed
waren, maar de oogst tegenviel.
gadegeslagen en het gevolg is geweest,
dat zö o»11 weerszijden van de grens
een „koffiestrook" van 15 kilometer
breed heeft geschapen. Bewoners van
de Duitse koffiestrook zullen in het
vervolg geen koffie meer mogen in
voeren uit de Nederlandse strook van
vijftien kilometer.
Hoe zulks te controleren valt is niet
recht duidelijk, maar het schijnt, dat
een verklaring van de desbetreffende
winkelier die de koffie heeft verkocht,
wordt verlangd. Dit betekent, dat be
woners van het Duitse grensgebied
niet meer naar Nijmegen komen om de
koffie te kopen, maar naar Arnhem
gaan, dat precies buiten de zone valt
Daar de Duitsers veelal ook andere in
kopen doen dan alleen koffie en voorts
verschillende gelegenheden bezoeken,
voelen de zakenlieden in Nijmegen en
elders in de Nederlandse vijftien-kilo-
meterstrook zich ernstig gedupeerd.
Wanneer wij goed zijn ingelicht worden
er momenteel besprekingen gevoerd tus
sen Nederlandse en Duitse autoriteiten
om maatregelen te beramen, dat be
doelde zakenlieden niet op de koffie
komen.
In kringen van de V.N. in New York
is men van mening, dat mr. E. N. van
Kleffens mogelijk candidaat zal worden
gesteld voor het voorzitterschap van de
achtste Assemblée.
Mr. van Kleffens is de eerste Neder
landse gedelegeerde bij de V.N. ge
weest. Hij was voorts ambassadeur in
Amerika en is thans ambassadeur in
Portugal. Als candidaten worden voorts
genoemd: Prins Van Waithayakon van
Thailand en mevrouw Pandit van India.
Ook is de Griekse ambassadeur Alexis
Kyron genoemd.
Tussen de Indonesische kabinetsfor
mateur, Burhanuddin Harahap, en de
P.N.I. kon geen overeenstemming wor
den bereikt over de vorming van een
nieuw kabinet. De P.N.I. bleef bij haar
eis om het premierschap.
Mgr. J. Baeten zal Zondag 26 Juli in
de kapel van het pensionaat St. Anna
te Oudenbosch het Subdiaconaat toe
dienen aan de fraters A. v. Beers, M.
Wevers, A. v. d Peet, A. Baerwaldt,
A. Cremers, J. Kroegman, C. Vis, J.
Schipperheijn, A. Kops, A. Wijger-
gangs. Het H. Priesterschap aan de
diakens A. v. d. Heijden, W. v. Stigt,
A. Pfaff, A. Wijnings, A. Blocks, G.
Overgaag, H. den Hartog, J. De Kin
deren, allen Missionarissen van de H.
Familie.
De achttien Nederlandse zeelieden
die hebben geweigerd zich tegen pok
ken te laten inenten, hebben bevel ge
kregen in de haven van Montreal op
hun beide kleine schepen, de „Marie"
en de „Equator" te blijven, aldus be
richt A.P.
De mannen verklaren dat hun be
kend is, dat andere zeelieden na de
inenting zijn overleden en dat zij daar
om het voorschrift, dat passagiers en
bemanning van alle buitenlandse sche
pen zich moeten laten inenten, niet
hebben opgevolgd. Slechts vijf perso
nen aan boord van de beide schepen
zijn wel eens tegen pokken ingeënt,
„Wij willen niet met ons leven spe
len", zei kapitein A. van Vliet, van de
„Equator" een dergenen die hebben
geweigerd zich te laten inenten, in een
interview.
De mannen beweren, dat een der
mogelijke gevolgen van inenting bij
personen boven de 25 jaar zwelling
van de ledematen gepaard gaande met
hoge koorts is.
De kapitein van de „Marie", D. Wes
terhuis, een van de vijf, die wel zijn
ingeënt, verklaarde dat zijn bemanning
heeft geweigerd „omdat er gevaar bij
ls".
„De doktoren In Nederland zullen
niemand die ouder is dan 25 jaar dwin
gen zich tegen pokken te laten inenten
en alleen tot inenting over te gaan, in
dien de betrokkene alle risico op zich
neemt", zo zei hij.