Industriële investeringen beduidend hoger dan in vorige jaren Groeiende concurrentie op buitenlandse markten Terug naar de bron Felle brand in meubelfabriek BOEIENDE ONTMOETINGEN IN DE LITERATUUR Lezen en laten lezen Lezen of leven TITIAAN EN TINTORETTO Ned. en Vlaamse academies herdenken Nic. Beets Titel Jaarbeurs in teken van rationalisatie Indon. opdrachten in Europa Zeven landmijnen op akker Twee der grootste meesters onder de Venetianen Belgisch-Nederlands accoord Rubens' schetsen naar Boymans; Rik Wouters naar Tilburg Mr. J. MILIUS IN JAARBEURSREDE Geheugenstoornis op sijn vijftigste verjaardag Hulp aan Griekenland LITERAIRE KRONIEK k mi Communistisch jeugdwerk niet bona fide ZATERDAG 29 AUGUSTUS 1953 PAGINA 3 Groot bedrag aan orders in behandeling in Ned. Amerikaanse opdracht voor Avio Diepen DE 50.000STE OP DE SLEM Prins Bernhard in België m ffl Hohe Messein Antwerpen door Nederlanders Schadepost voor P.T.T. van 3V2 millioen Tengevolge Van de watersnood Internationale douanepost te Goirle (Poppel) Commissie tweede T,H. geïnstalleerd Minister van O., K. en W. (Van onze Utrechtse correspondent) Mr. J. Milius heeft gistermiddag, voor het laatst in zijn functie van directeur van de Kon. Ned. Jaarbeurs, de aanstaande Najaarsbeurs ingeleid met een rede, waarin hij uitvoerig aandacht heeft besteed aan de economische fac toren, die de beurs als internationaal ontmoetingspunt van handel en industrie mede bepalen. De Najaarsbeurs zal zich bij het streven van handel en indus trie naar een grotere rationalisatie, aansluiten door middel van een omvang rijke Efficiëncy-afdeling, die een uitgelezen aanbod van moderne hulpmid delen voor de bedrijfsvoering zal omvatten. Echte christelijke levensstijl is niet mogelijk zonder dat wij ons in liefde verenigen met God en met elkander. Dit thema werkt Van Rens- tvoude in zijn boekje op voortreffelijke tvijze uit door met recht en reden te stellen, dat christelijke levensstijl tvezenlijk eucharistisch moet rjjn op straffe van onbestaanbaarheid. Zeer terecht legt hij dan ook de nadruk op het sociale karakter van het Christendom, of liever, zoals in zijn be toog past, op het sociale karakter van de H. Eucharistie. Wat overigens op het zelfde neerkomt, omdat de H. Eucharis tie de bron is van het Christendom, het centrum, de krachtcentrale bij uitstek. Reeds in haar natuurlijke staat heeft God de mensheid als een eenheid ge schapen, omdat allen naar Zijn beeld en gelijkenis gevormd zijn en hetzelfde doel hebben. In de bovennatuurlijke orde der genade zijn wij nog meer één, omdat het hele menselijke geslacht als één geheel door Christus is verlost, tot één lichaam is samengesmeed, waar- Van Hij het hoofd is, en omdat wij allen kinderen zijn van de éne Vader in de hemel. De opdracht, die de Vader ons ge geven heeft, is dezelfde als die, welke Christus te vervullen had. n.l. in algehele o f f e r overgave aan de Vader Zijn Wil te volbrengen en Hem zodoende te ver heerlijken. Op de meest volmaakte wijze heeft Christus deze opdracht volbracht door het offer van Zijn leven op het Kruis. En dit offer zet Hij, als Hoofd van het éne lichaam, waarvan wij de ledematen zijn, tot aan het einde der dagen voort tot verheerlijking van de Vader. Hij doet dat mede in onze b a a m, om zodoende het éne lichaam der Verloste mensheid een ononderbro ken offer van aanbidding, dank, smeking en verzoening te laten opdragen aan de Vader. Daar Hijzelf de enige, absoluut heilige Offeraar is, heeft dit offer ook steeds een oneindige waarde. Daardoor leven wij, als werkelijke priesters in deze offerhouding, in voortdurend con tact met „het Heilige". Daardoor zijn wij oneindig hoog opgeheven boven onze louter menselijke mogelijkheden en kun nen wij ons op die wijze waardig voor bereiden op onze uiteindelijke, eeuwige bestemming van een nimmer eindigend samenzijn met God. De m o g e 1 ij k h e i d tot heiliging is daardoor zonder meer voor ons allen gegeven. Maar of die mogelijkheid ook werkelijkheid wordt, ligt alleen aan onze bereidheid tot medewerken met de genade, die ons daartoe gegeven wordt. Wij kunnen weigeren. Maar als Wij dat doen, om welke reden dan ook, laten wij ons dan toch in 's hemelsnaam eerst eens goed rekenschap geven van Wat wij door die weigering op het spel zetten. Niets meer of minder dan het be reiken van het doel van ons mens-zijn. In een echt christelijk leven moet daarom het H. Misoffer, als de voor naamste krachtcentrale van heel ons leven, de eerste plaats innemen. En wel met de uitgesproken bedoeling om door het m e d e-opdragen van het allerhei ligste offer van Christus' Lichaam en Bloed, één met Christus, in wederliefde antwoord te geven op de Liefde van de Vader voor ons! Zoals Christus door Zijn offer de Vader verheerlijkt, zo moeten wij door ons mede-offeren onze voor naamste taak als mens vervul len: God aanbidden en erkennen als onze opperste Heer. Daarv oor zijn wij op aarde en daar- d o o r moeten wij ons levensdoel berei ken. Een andere manier is er niet! De zelfde eenheid, die in ons wordt uitgewerkt door het H. Misoffer, ligt ook ten grondslag aan de H. Communie, die immers in wezen het zelfde offer is. De H. Mis is het eigen lijke offer, de H. Communie de offer maaltijd. Misschien mogen wij wel zeggen, dat Vooral op dit punt langzamer hand onder ons een verkeerde opvatting is gegroeid, in de redenen waarvan wij ons nu maar niet zullen verdiepen. Het is intussen een feit, dat de meeste katho lieken de H. Communie beschouwen als een zuiver individueel heili- gingsmiddel. Het is natuurlijk wel waar, dat de H. Communie deze uitwerking in onze zielen kan hebben, zonder enige twijfel. Maar toch is dat niet haar eerste bedoeling. De H. Communie is vooral door Christus bedoeld als de drijvende kracht tot opbouw van Z ij n Lichaam. Zij is de band, die ons allen bindt, die ons tot één gemeen schap maakt, tot één lichaam, waarvan Christus het hoofd is. Wij moeten com municeren, d.i. in gemeenschap treden met Christus, opdat door Zijn kracht Gods Rijk kome, Gods Rijk groeie in ons zelf en in anderen. En het hiteindelijk doel van deze groei is, dat God alles worde voor allen en in allen. „Omdat het één brood is, daarom zijn *dj, hoe talrijk ook, één lichaam; want allen hebben wij deel aan het ene hrood." Deze woorden van Sint Paulus wel heel duidelijk, dat alle Ks" thoïieken bij het communiceren een gemeenschap vormen, en dat zij, al com municerende, de onderlinge band nau wer toehalen, meer genade voor elkan der verdienen, als g r o e p inniger eén worden, maar ook heiliger dóór de tracht en de heiligheid van Christus. Wij staan bij het communiceren nog Veel te veel naast elkander, ieder met aijn eigen persoonlijke behoeften, die hij door de H. Communie zo goed moge- hjk tracht te behartigen. Maar, zoals Sezegd, is de H. Communie op de eerste Plaats een gemeenschaps hande- JinS, een gezamenlijk-nader-treden-to.- Christus. Zouden wij ons dat eens goed b?wust worden, dan zou er ook spoedig hit heel onze levenshouding een grotere saamhorigheid blijken, een scherper Verantwoordelijkheidsgevoel voor el kander een levendiger samen-opgaan- tot-God. tn die richting moeten wij dan ook «enken, wanneer wij spreken over christelijke levensstijl. Het ligt voor de nand. dat de liefde het voornaamste "hindmateriaal" is. Is de H. Eucharistie l/ct het voornaamste bewijs van Gods «efde voor ons? Zo zal dan de H. Mis h de H. Communie het teken en de ron van de ware christelijke eenheid gemeenschapszin worden. 9? heeft ons allen als een eenheid Schapen. Qnze zelfzucht heeft daarvan veelheid gemaakt, die ons als af- De medische afdeling, dit jaar reeds voor de vijfde maal aan de Jaarbeurs verbonden, heeft voor haar unieke en sterk uitgebreide manifestatie een plaats verkregen in de grote Bernhardhal. Voor de eerste maal is er aan de beurs een speciale groep voor schoolmeube- len toegevoegd, die, hoewel thans nog klein, van niet te onderschatten bete kenis is. Naar het oordeel van mr. Milius zullen de Europese landen, indien zij gelijke tred willen houden met de rest van de wereld, hun productie aanzien lijk moeten opvoeren. Deze verhoging is uitsluitend mogelijk indien een „marche unique" wordt geschapen, die een massale consumptie mogelijk maakt, welke op haar beurt een massa productie veroorlooft. Weliswaar streeft men naar groter liberalisatie van het handelsr>erkeer, doch dit wil niet zeggen, aldus mr. Milius, dat de mogelijkheden van uitvoer zijn ver groot., Ten aanzien van die O.E.E.C.-landen stelt, men zich op een onjuiste basis aangezien men uitgaat van het volume van het handelsverkeer in 1948. Sinds dit jaar heeft de structuur van tal van landen een wijziging ondergaan. Dit betekent, dat er naar een nieuwe basis moet worden gezocht of wat nog beter is naar een gehele opheffing van de restricties moet worden gestreefd. Op de buitenlandse markten moet onze in dustrie aan een steeds scherper con currentie van Duitsland en Japan het hoofd bieden. Vooral in het Nabije Oosten, India, Pakistan, Zuid-Afrika en Latijns Amerika. Japan heeft zich met grote energie geworpen op Zuid- Oost-Azië. De Beneluxgedachte heeft helaas haar verwezenlijking nog niet gevonden. De onlangs opgestelde pro- 1 tocollen bieden, aldus mr. Milius, evenwel elementen, die goede moge lijkheden inhouden tot versterking van het gemeenschappelijk economisch po tentieel. Het kompas, waarop de ondernemer zijn koers uitzet, is de marktprijs. Kan tegen een rendabele prijs worden ver kocht, dan zal de ondernemer geneigd zijn zijn productie te vergroten en nieuwe investeringen te doen in vaste activa of voorraden. Wijst zijn kom pas op grote moeilijkheden van afzet, dan zal hij het accent verleggen van uitbreiding naar reorganisatie en ver vanging van het hoogst noodzakelijke. Met ingang van 1952 is de investe ringsactiviteit verflauwd. Aan de hand van uitgewerkte gegevens (ver kregen door een enquête onder een groot aantal Nederlandse onderne mingen) stelde mr. Milius vast, dat, uitgaande van 1951 als basisjaar, in 1952 in tal van bedrijfstakken van een aanzienlijke daling van de ge realiseerde investeringen kon wor den gesproken. Niettemin vormen de totale investeringen een hoger bedrag dan in 1951. Dit is het gevolg van een sterke toeneming van de inves teringen in de metaalnijverheid en een redelijke stijging in de papier en leder- en rubberindustrie. De in vesteringen in de metaalsector wa ren in 1952 ruim 66 procent hoger dan in het vorige jaar. Aangenomen, dat de moeilijkheden van afzet en rendement in onverminder de kracht aanhouden, moet in 1953 in tal van bedrijfstakken op een verdere da ling van de investeringen worden gere kend, naar de mening van de heer Milius. Een analyse van de investerings plannen wijst echter uit dat de investe ringen in de metaalsector zich op een hoog niveau zullen handhaven en dat in de chemische sector, waartoe ook de aardolie is gerekend, met een aanzien lijke stijging kan worden rekening ge houden. In tegenstelling tot reeds gepubliceer de verwachtingen zou het totaal bedrag der inves'eringen daardoor een hoger niveau dan in de voorafgaande jaren kunnen bereiken. Er dient echter reke ning te worden gehouden met het feit dat in de gegevens niet zijn verwerkt de investeringen in de mijnbouw, de openbare nutsbedrijven en de bouwnij verheid. Aangezien de investeringen blijkens de plannen in sferke mate beperkt zul len blijven tot enkele bedrijfstakken wijst dit erop, aldus mr. Milius, dat de structuur van de investeringen zeer kwetsbaar is. Of de geschatte bedragen in 1953 in derdaad zullen worden geïnvesteeia, hang zo merkte mr. Milius op, natuur lijk van tal van factoren af. In dit ver band pleitte spreker voor een verlaging van de fiscale lastendruk. Als deze zo zwaar zijn dat zij bijna prohibitief wer ken, zullen slechts zeer weinig onderne- w,o,-o horoirl. yiin extra risico's te aan- mers bereid zijn extra risico s vaarden, indien daarvoor niet een ade quate beloning is te verkrijgen. Stuit de afzet op moeilijkheden en loopt net rendement d?r investeringen terug, dan ontstaat automatisch groter aandacht voor vraagstukken van rationalisatie. Gezien de huidige omstandigheden kan in het bijzonder in de sector van de in dustrie die eindproducten vervaardigt, op belangstelling voor „rationeel be drijfsbeheer' worden gerekend. De ko mende Najaarsbeurs zal het kenmerk hiervan dragen en een belangrijk accebt leggen op alles wat in het kader van de efficiency en de bedrijfsorganisatie van betekenis kan worden geacht. In de Bernardhal is een overzichtelijke en volledige expositie ondergebracht van essentiële producten v°ot de admi nistratieve sector van het bedrijf zoais kantoormachines, boekhoudmachines, ar chiefsystemen, archiefmeubelen etc. uok op de betekenis van het interne trans port zal op het Croeselaanterrem de aandacht worden gevestigd. Dezelfde be hoefte aan grote doelmatigheid doet zich ook voor in de commerciële sector, en ook hierop zal de komende Najaarsbeurs een antwoord trachten te zijn. De de- tailhandel heeft immers zijn kosten aan zienlijk zien toenemen en groter lasten en risico's moeten aanvaarden. Mr. Mi lius achtte het in dit verband van groot belang kennis te nemen van de ontwik keling in de Verenigde Staten op het ge bied van de concentratie in de levens middelenbranche. Naast kruidenierswa ren treft men hier onder een dak de as sortimenten van de groentewinkel, de slagerij en een deel van het assortiment van de drogist, de melkboer en soms nog meer artikelen zoals huishoudelijke artikelen, textiel, speelgoed ea. Deze concentratie leidt tot een groter be- drijfstype, dat veelal efficiënter kan worden geleid, mede omdat in dit soort bedrijven volgens het beginsel „cash and carry" wordt verkocht, en niet wordt thuisbezorgd. Toepassing in Ne derland is niet goed mogelijk in ver band met de vestigingswet kleinbedrijf 1937. welke voor bovengenoemde bran chevervaging een grote belemmering vormt. Tijdens het diner dat in aansluiting op de conferentie genodigden uit de Jaarbeurswereld en vertegenwoordigers van de pers werd aangeboden, is van vele zijden de scheidende directeur hul de gebracht voor zijn eminente verdien sten voor het Jaarbcursinstituut en voor allen die hierbij regelmatig zijn betrok ken geweest. (Van onze correspondent) Het grootste gedeelte van de meubel fabriek van de firma Miske en Zoon te Middelstum is door een felle brand in de as gelegd. Inzittenden van de laatste bus van de Marnedienst naar Zoutkamp ontdekten om half één des nachts het vuur. De fabriek staat aan de weg naar Kantens, met een dubbel landhuis er voor gebouwd. De bewo ners hadden van het vuur niets ge merkt. Onmiddellijk werd de brand weer uit Middelstum gewaarschuwd, die het vuur bestreed met groot mate riaal en er in slaagde uitbreiding te voorkomen. Maar toch is de schade nog zeer groot geworden. Woonhuis en lak- kerij bleven gespaard, maar de rest van de fabriek ging verloren. Door deze brand komen veertig werknemers zon der werk. (Van onze correspondent) Nabij het radiostation Kootwijk werd gistermiddag een man aangetroffen, die niet meer wist wie hij was of waar hij vandaan kwam. Hij werd per zieken auto overgebracht naar Apeldoorn, waar hij in een inrichting van een plaatselijke zenuwarts ter verpleging werd opgenomen. In de avond kwam er van de politie te Beekbergen een tele fonische mededeling binnen, dat aldaar een zekere W. v. d. H. werd vermist. Na onderzoek kwam vast te staan, dat het slachtoffer de vermiste was. De man overkwam dit voorval op de dag, dat hij vijftig jaar was geworden. zonderlijke individuen naast elkaar doet leven, waardoor wij het lichaam van Christus verdelen, verscheu- ren. Is het dan te verwonderen, dat er uit onze levenswijze geen vastheid, geen vorm, geen s t ij 1 blijkt? Op die manier komt er niets terecht van onze roeping de wereld te verbeteren door ons v o,or beeld. Slechts de groei en de verdieping van een zuiver eucharistische levensstijl zal ons opnieuw vat geven op een wereld, die onmiskenbaar streeft naar eenheid en gemeenschap. T' Blijkens het herdenkingsnummer van de Voorlichtingsdienst van het Indone sische Hoge Commissariaat waren op 1 Juli 1953 in ons land Indon. regerings bestellingen in behandeling tot een totaal bedrag van f 33.276 182. In het eerste halfjaar 1953 zijn in Nederland Indone sische regeringsbestellingen geplaatst tot de som van f 13.204.705 en in geheel 1952 voor f 19.006.732. De bestellingen in Engeland beliepen in 1952 in totaal 20.202 en in het eerste halfjaar 1953 45.706, terwijl op 1 Juli j.l orders in behandeling waren voor 132.240 Deze bedragen (resp. geheel 1952, le halfjaar 1953 en in behandeling op 1 Juli 1953) waren voor Duitsland resp DM 434.827, 256 973 en 323.256. voor België B. fr. 2.647.607, 60.425 en 571.925, voor Frankrijk Fr. fr. 23.327.765, nihil en 33.867 en voor Zweden Zw. kr. 25.440 866.723 en 889.653. Naar wü vernemen heeft de op Ypen- burg gevestigde NV Avio Diepen een nieuwe opdracht gekregen voor het uit voeren van onderhoudswerkzaamheden aan Amerikaanse vliegtuigen. Het betreft thans het onderhoud van verkennings- en verhindingsvliegtuigen van het Ame- ri- -iar=> 'eger. Dit contract is het vierde zgn „off-shore procuremenF'-cóntract, dat Avio Diepen heeft verworven. Zoals bekend heeft Avio Diepen NV in Maart een zeer grote opdracht ont vangen van de Amerikaanse luchtstrijd krachten in Europa voor het geheel na zien van en weer vliegklaar maken van transportvliegtuigen. Bij het ploegen op het land van de landbouwer Van der B., te Leunen zijn niet minder dan zeven landmijnen aan de oppervlakte gekomen. De ontsteking van de mijnen was nog vrijwel intact. Het is haast onbegrijpelijk, dat deze nooit zijn ontploft, want er is in de loop der naoorlogse jaren reeds vaak met landbouwmachines op deze akkers ge werkt. Op gironummer 777 van het hoofd bestuur van het Nederlandse Rode Kruis is, ten behoeve van de hulpver lening van de slachtoffers van de Griekse aardbevingsramp, een bedrag gestort van f 108.511.63. De vorige stand luidde f 100.890.24. Verwacht wordt nog de opbrengst van een aantal collecten, die in ruim zestig afdelingen van het Rode Kruis zijn gehouden. Verwelkomd door het voltallige dage lijkse bestuur van de internationale tentoonstelling „Slem 1953" te Waal wijk, betrad mevrouw Van Dijk—Op perman uit Kaatsheuvel Vrijdagavond als 50.000ste bezoekster het tentoonstel lingsterrein. De staatssecretaris van het ministerie van Economische Zaken, dr. G. Veld kamp, heeft Vrijdag ook met zijn echt genote de expositie bezocht. Prins Bernhard is gisteren in Knokke La Zoute aangekomen, waar hij zal deelnemen aan een internationaal con cours hippique. 5? T~"v e literaire kroniekschrijvers van I hun collega noemen, maar hij I y meester. Niemand, die zoals hij derd woorden zijn lezers tot het lezen geven, hij kiest zélf zijn te bespreken lijks om de zenuwslopende actualiteit. Hoe weet hij niettemin zijn lezers te interesseren voor bijvoorbeeld „La orin- cesse de Clèves," die eerste Europese zielsroman, uit 1678, geschreven door Madame de La Fayette? Niet door er een zwaarwichtig literair-historisch exposé over te houden. Dat zou wel de afschrikwekkendste methode zijn! Het is zaak, zo weet Van Huet, de lezer voor al niet kopschuw te maken Al te velen hebben toch al het idee, dat „letter kunde" iets is, waarmee ze zich maar beter niet in kunnen laten, want ze zijn er vroeger op school al genoeg mee ge plaagd. Nu hoeven ze er gelukkig géén verstand meer van te hebben. „Geen verstand van," zeggen ze. „Geen gevoel voor," zeggen ze nooit, want geen mens gaat graag door voor iemand die geen gevoel heeft voor iets waar een ander blijkbaar wel gevoel voor heeft. Welnu, Van Huet speculeert op dat „gevoel voor." Speculeien is eigenlijk een te op zettelijk woord. Hij appelleert. Hij ap pelleert aan het gevoel door voortdu rend zichzelf als lezer op het spel te zetten. „Lezen of leven" heet een vaD zijn stukjes. Daarin merkt hij op; „Geen grotere haat tegen boeken dan dié', welke een boekenwurm soms be zielen kan". De boekenwurm, in casu de beroeps lezer. kan soms door het ontstellende besef overvallen worden, dat al zijn lezen hem verhindert te leven. Misschien dat hardnekkige niet-lezers dit gevaar in stinctief aanvoelen. Zij willen „erva ringsmensen" blijven. Daarom krijgt men hen niet aan de lectuur van een verbeeldingswerk. „Nu kan ik mijzelf wel voorhouden", aldus Van Huet, „dat zijn tijd met boe ken te passeren ook zijn nut heeft, dat er ook belezen mensen bestaan moeten, die altijd weer aan boeken refereren, dat het niet zonder bekoring is om met grote geesten te verkeren, al is het dan maar op papier, maar het blijft waar, dat men zodoende voortdurend vreemd volk over de vloer heeft, dat men met zijn drie rijksdaalders, waarvoor nu drie boeken op de planken staan, heel wat anders had kunnen doen, dat men in de tijd. nodig om ten hoogste zes ideeën uit die boeken op te steken, wel licht één werkelijke ervaring voorbij heeft laten gaan, dat men, kortom door zo te leven meer met zijn brein dan met zijn ziel is gegroeid, meer met zijn geest heeft meegemaakt dan met zijn lichaam". Afkeer van officiële literatuur In zo'n stemming vervult de officiële literatuur hem met afkeer. Maar dan ontdekt hij, terzijde van de Olympos, altijd wel een of andere pretentieloze geest die hem warm doet lopen. En dan schrijft hij bijvoorbeeld over de Engelse criticus Walter Bagehot, een van die mensen die van het leven iets opgesto ken hebben en die. als zij iets te berde brengen, „uit ervaring spreken". Bagehot heeft vrij kort geleefd, van 1826 tot '77. „Maar in die spanne tijds heeft hij kans gezien zowel practisch als theoretisch uit te blinken". Hij was ach tereenvolgens o.a. reder, bankier en jour nalist, schreef over politiek en economie, over de Engelse grondwet en over de Nederland kunnen G. H. M. van Huet is méér, hij is hun aller onnavolgbare in 'n stukje van duizend a vijftienhon- van een boek weet te bewegen. Toege- boeken uit en bekommert zich nauwe- staatsgreep van Louis Napoléon. Maar daarbovenuit was hij criticus en als zodanig enig in zijn soort. „Na iets ge zegd te hebben, dat vóór hem nog nie mand gezegd had, haastte hij zich ver der, zonder acht te geven op een vondst meer of minder. Hij was onverbeterlijk wat gezond verstand betreft en zo kon ook hij alleen dat essay over Shakespeare schrijven, waarin ons de ervaringsmens getoond wordt tegenover de loutere lettré". Daarop gaat Van Huet dan door, zelf intussen ook niet acht gevend op vondsten en allerlei pakkende samen vattingen in de eenvoudigste bewoordin gen. Over Thoreau, 'n Amerikaanse schrijver, die tegen de sociale con venties in opstand kwam en enige jaren als kluizenaar in een bos leef de, heet het: „Thoreau is Thoreau." d.w.z. een egocentrische asceet, die zijn eigen gang verkoos te gaan en bereid was daar voor te betalen. In zijn persoonlijke staathuishoudkunde vormde de ontbering een vaste post." Van vacantie terug Van Huet schrijft dit stukje als hij juist van vacantie is teruggekeerd op zijn redactionele post; bij die gelegen heid ontpopt hij zich dus ook als jour nalist. (Hij is redacteur van de N.R.C.). Over het algemeen deelt hij slechts weinig over zichzelf mede, maar dit weinige is juist genoeg om innig con tact te leggen tussen hem en ons en om voor ons zijn smaak in te nemen. „Hoewel het al 15 jaar geleden is, dat ik de laatste van mijn, j a m m e r genoeg, talrijke scholen verliet, had ik tot voor kort nog nooit een van mijn vroegere leermeesters weergezien." Zo begint een stukje, getiteld „Een ont moeting", waarin het onverwachte weerzien van zijn Duitse leeraar hem over „het geestelijke fond van een taal" aan het nadenken brengt. Eigenlijk is elk zijner stukjes het verslag van zo'n ontmoeting. Ontmoeting met de on schuld (Elisabeth Bowen: „The death of the heart"), met de burgerdeugd (Eugène Fromentin: „Dominique"), met de wijsheid van de oude dag (Theodor Fontane: ..Effi Briest"), enz. Hij weet soms verbluffend de grondgedachte van een boek naar voren te halen. Ten aanzien van Evelyn Waugh's „A hand ful of dust" schrijft hij; „Wat ons hier getoond wordt, is de uitwerking van het grote kwaad, dat in de theologie a c e d i a heet, traagheid des harten, oudste van alle zonden en de meest lusteloze en verdrietigste. Zij is de zon de van de in allerlei verstrooiingen vluchtende levensangst, de zonde van de morele dadenloosheid, van het wilsdefect, de liefdesonmacht, de geestelijke onbe- Fandaag geven wij nog twee reproducties van schil derijen, die op de grote zomertentoonstelling van Venetiaanse schilderkunst in het Rijksmuseum te zien zijn. Het zijn werken van twee der grootste meesters onder de Venetianen, aan wie twee weken geleden reeds een algemene inleidende beschouwing in ons blad is ge wijd. Rechts is het beroemde portret afgedrukt van Paus Paulus III, geschilderd door Tit ia an omstreeks 1543. Het getuigt van een welhaast navrant psychologisch in- dringingsvermogen en is van een aanmerkelijk somber der coloriet dan waarin Titiaan, veelal op jongere leeftijd, zijn probleemloze, van levensvreugde getuigende werken schiep. Hieronder een machtig schilderij van Tintoretto, die men u'it deze „Bewening van Christus" het best leert kennen. Hij introduceert de barok in Venetië en daarmee de contra-reformatie. Zijn tegelijk fantastische en natura listische sch'ildertrant is van een onvergelijkelijke grootheid, zijn kleur is minder licht en feestelijk dan bij Titiaan en Veronese. De menselijke passies worden door hem gedra matiseerd en hij voert de problemen binnen waar vroeger de geest heerste van een voortdurend lentelijk feest. beweeglijkheid, de zonde, zoals Kier kegaard haar noemt, „van niet diep en innerlijk te willen". Zij is de uiterste verveling. Zij is de wanhoop. Zij is de afwezigheid van het besef van goed en kwaad." In zulk een roman ken schetst, openbaart Van Huet zich niet alleen als een man met smaak maar ook met positieve oordeelskracht. Typerend is voorts voor hem, dat hij alleen schrijft over boeken waarvan hij houdt. Daar zijn de meest uiteenlopende exemplaren onder. Vaak ook zijn het boeken, die over lezen en schrijven gaan. Als essayist, dat is hierboven trouwens al gebleken, wordt hij bijzonder geïntri geerd door het fenomeen van deze eigenaardigste aller hartstochten: het le zen. Lezers worden geboren „Romans lezen is geen aangenomen werk, het is een tijdverdrijf", schrijft hij, zijn eigen wekelijkse plichtmatigheid zo doende aan de kaak stellend. En elders, onder de titel „Lezers worden geboren „Als iemand leest en lezen blijft, doet hij dat, omdat hij het eenvoudig niet la ten kan. Met schrijven is het een heel ander geval. Mijn hemel, de hekel die ik aan schrijven heb! de mensen, die brieven van mij moeten krijgen, kun nen er van getuigen. En iedere week weerom ben ik present en kom mor rend en tierend met mijn duizend woor den. Waarom ik dat doe? Omdat ik het gevoel heb van een schuld te moeten vereffenen en me niet aan mijn ver plichtingen wil onttrekken. Dacht u, dat het soms ongestraft bleef, als iemand maar jaren en jaren leest, ter wijl ziin leeftijdgenoten druk in de weer zijn met het verdienen van de bo terham? Men moet ook voor zijn „vices impunis" betalen. Op zekere dag con stateer je tot je schrik, dat je, al lezend, een soort binnenvetter wordt, dat je m een geestelijke gierigaard dreigt te ont aarden. Er is geen andere remedie te gen deze kwaal dan dat je laat meedelen van je opgespaarde fondsen. Vandaar dit wekelijkse paaiement." En rechtstreeks tot de lezer: „Naast het leven, dat ge leven moet, hebt ge een ander leven, dat ge uzelf kunt kie zen, een leven, dat geleefd wordt in de verbeelding, waaraan alle leven ont springt en waarheen alle leven weer neigt. Dit leven nu zult ge het gemak kelijkst in de boeken vinden." Al met al is het dus wel duidelijk, dat de twee onlangs verschenen bundels van G. H. M. van Huet, „Lezen en laten lezen""), een hartverkwikking zijn voor ieder, die, beroepshalve of voor z'n ple zier, naar de letteren taalt. Naar de in ternationale wel te verstaan. De vader landse schijnt deze ideale lezer te be schouwen als platgetreden en afge graasd terrein. NICO VERHOEVEN G. H. M. van Huet: Lezen en laten lezen. Beschouwingen over schrijvers en boeken. Twee bundels. Uitg. N.V. De Arbeiderspers, Amsterdam, 1951 en 1953. Het volgend jaar zullen het Concert gebouworkest en de Ned. Bachvereni- ging onder leiding van dr, Anthon van der Horst in de St. Jacobskerk te Ant werpen Bach's „Hohe Messe" uitvoeren. Dat zal een hoogtepunt worden in het culturele leven van Nederland en Bel gië en het is een van de programma punten, die de gemengde technische commissie ter uitvoering van het Bel gisch-Nederlands cultureel accoord (de zer dagen in ons blad ter discussie ge bracht) op haar jongste vergadering, 26 en 27 Augustus te Brussel gehouden, heeft vastgesteld. Op 16 en 17 October a.s. zullen 24 le den van de Kon. Ned. Akademie in Brus sel officieel worden ontvangen door de Kon. Vlaamse Academies voor letteren en schone kunsten en taal- en letter kunde. De bijeenkomst zal gewijd zijn aan Nicolaas Beets en aan Dodoneus, een Belgische plantkundige, die in Neder land en België belangrijk werk heeft verricht. Met Kerstmis zal in museum Boymans te Rotterdam een tentoonstelling wor den gehouden van schetsen van Rubens, die uit verschillende landen bijeenge bracht zullen worden. In Tilburg zal een tentoonstelling van de Belgische schil der-beeldhouwer Rik Wouters worden ingericht. Andere Belgische kunstenaars zullen in Eindhoven en Maastricht ex poseren. Nederlandse grafische kunst zal o.a. te Charleroi tentoongesteld wor- den. In Brugge wordt de tentoonstelling „Het portret in de oude Nederlanden" tot 13 September verlengd. Het totaal der directe schade die door de watersnoodramp aan PTT-eigendom- men werd toegebracht en de kosten van noodvoorzieningen belopen tot dusverre een bedrag van rond drie en een half millioen gulden. Bovendien lijdt de Pil een bedrijfsschade, die thans nog niet kan worden overzien, aldus deelde de directeur-generaal der PTT, de heer L. Neher gisteravond in de regeringsuitzen- d.ng „Verklaring en toelichting' mede in een lezing over de herstelwerkzaam heden van de PTT in het rampgebied. Ter vergemakkelijking van de doua neformaliteiten aan de Belgisch-Neder landse grens zal te Goirle (Poppel) een internationale douanepost worden geopend. De inwijding van dit bureau zal 1 September geschieden. De minister van Onderwijs, K. en W., mr. Cals, heeft gisteren geïnstalleerd de commissie ter voorbereiding van een tweede instituut voor Technisch Hoger Onderwijs, dat te Eindhoven zal worden gevestigd. In November wordt een bijeenkomst van Belgische en Nederlandse cineasten georganiseerd. Over de uitwisseling van Nederlandse en Belgische toneelgezelschappen zal de gemengde commissie in haar vergade ring van 19 en 20 November a.s. te Am sterdam opnieuw beraadslagen. De vacantiecursussen voor Belgische leraren en onderwijzers in Nederland zijn een groot succes geworden. Volgend jaar zal men vanwege de grote toeloop, moeten selecteren. De vacantiecursus sen voor Nederlandse leerkrachten te Gent en Luik, voor het eerst gehouden, hebben eveneens grote belangstelling getrokken. Zij worden volgend jaar voortgezet. Dan zullen ook de leerlin gen der kweekscholen van Lier en Haar lem worden uitgewisseld. De vorige jaar genomen besluiten t.a.v. beurzen, uitwisseling van hoogle raren enz. blijven ook voor 1954 van kracht. Een Britse geleerde, Gor don Cook geheten, heeft verklaard, zo weet Reuter te melden, dat proefnemin gen hebben aangetoond dat muizen, die een flinke hoe veelheid alcohol op heb ben, beter bestand zijn te gen de gevolgen van een atoomontploffing, dan wan neer zij geen alcohol óp hebben. De heer Cook is verder van mening, dat, hoewel alles wat goed is voor muizen, nog niet geschikt voor mensen be hoeft te zijn, er voldoende reden is een flinke dosis alcohol in te nemen, wanneer men weet dat er een atoombom onderweg is. En ik hóór het hem tegen die tijd al zeggen: „Eindelijk een titel om een glas te drinken." Het ligt niet in de bedoeling van de minister van O., K. en W. een verte genwoordiging van de communistische organisaties in de „Raad voor Jeugd- vorrrfing" voor benoeming voor te dra gen. Dit is reeds hierom onmogelijk, omdat de opzet van de Raad geen ver tegenwoordiging van organisaties kent. Evenmin ligt het in zijn voornemen als deskundige iemand voor te dragen, die lid is van een communistische organi satie. Met zijn ambtsvoorgangers is de minister n.l. van oordeel, dat het com munistische jeugdwerk in Nederland niet opvoedt in nationale gèest en der halve niet als bona fide jeugdwerk kan worden aangemerkt, aldus ontlenen we aan de Memorie van Antwoord op het Voorlopig Verslag van de commissie van rapporteurs uit de Tweede Kamer over het wetsontwerp .Raad voor de jeugdvorming.*

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1953 | | pagina 3