Wij willen ons leven geven, maar
zullen Triest nooit afstaan9
Demonstraties zijn uiteraard
niet geheel spontaan geweest
n r f ij
E %èa
Ills
IK ZEG U: NIEUWE MEESTERS GAAN KOMEN
„Figuratief overschot
Den Haag veiligste stad
Perzië: een politiek probleem
tlii1
1
Pijn
Neem"AKKERTJE
De Joegoslaven roepen:
FRANQUINEToverdadig talent
Haarlem winnaar in groep B
Hoe een betoging tot stand komt
LITERAIRE KRONIEK
OLIEMARKT KAN
BUITEN ABADAN
ZATERDAG 24 OCTOBER 1953
PAGINA 5
Jaarvergadering akker
bouwers L.T.B.
WTTlS
A
Swagerman, een moedig
vlieger in de Mei-dagen
Luchtmachtkamp te Zeist
naar hem genoemd
Nieuwe actie van de
„Bond zonder Naam"
Examens
HFT SEIZOEN DER DICHTERS
illill
Stedenverkeersveiligheidscompetitie
Op huwelijksreis
te water
Nieuwe gezant in Praag
Surséance voor
Waldorp
Liturgische weekkalender
Kleine kinderen ne
men aan de betogin
gen deel, zoals deze
foto uit Novi toont,
waarbij onder andere
een bord meegedragen
wordt met als op
schrift: „Weg met de
fascistische reaction-
nairen."
(Van een bijzondere correspondent)
Ljubljana, 20 October 1953.
Het heeft een povere indruk op de Joegoslaven ge
maakt, dat de Amerikanen en Engelsen, na hun
overhaast besluit ten aanzien van de status van
Xriëst, toch nog willen praten met Joegoslavië en Italië.
Het heeft de gemoederen niet tot rust gebracht, integen
deel zelfs, daar het Anglo-Amerikaanse terugkrabbelen
door de handige redenaars, die sinds twee weken elke
dag opnieuw vanaf balcons hun woordenstroom over de
nog steeds overal samendrommende demonstranten
laten gaan, maar al te gemakkelijk wordt uitgelegd als
een gevolg van de felle reactie van „het Joegoslavische
volk" op de Westelijke plannen met Triëst en omgeving.
De Joegoslavische demonstraties waren een interessante
mengeling van spontane verontwaardiging van de be
volking en handige uitbuiting hiervan door doorknede
demagogen, die de communistische leerscholen in zo
groten getale afleveren. Het eerste parool tot het hou
den van betogingen bereikte de partij-afdelingen door
het gehele land nog op de avond van de Anglo-Ameri-
kaanse bekendmakingen. Het resultaat van de oekase uit
Belgrado zag ik de volgende morgen reeds om zeven
uur, toen de Joegoslavische dag begon en fabrieken en
kantoren open gingen. Er trokken een man of tien door
de straat, die met behulp van rode vlaggen, het Joego
slavische rood-wit-blauw, spandoeken en veel ge
schreeuw iedereen duidelijk maakten wat er de vorige
avond was gebeurd en wat er van goede Joegoslaven
werd verwacht.
De Joegoslaven kenden hun plicht en
S® man keerden terug met een aan-
np. vfn enige tientallen en trokken
ïïf Z fedo°r de straten op en neer
getrneirf I e,en 1 000 mensen was
Cl de plaatseli->ke leiders het
moment gekomen achtten een hoog bal-
con op te zoeken en het volk volgens
hun opdracht over de gewelddaad van
het Westen in te lichten. De reacties
van het publiek waren weinig origineel,
maar niettemin telkens weer interes
sant. De redenaar liet zijn betoog tel
kens tot een climax komen, welke ech
ter nog vóór het einde er van door
iemand uit de menigte werd onderbro
ken met een gescandeerd uitgesproken
zin, welke door zijn vrienden of de om
geving werd overgenomen. Eerst dan
kon de even op adem gekomen redenaar
zijn hooggestemde zin beëindigen, om
de bijval te oogsten van de gehele me
nigte, die eerst met gejuich, vervolgens
met de geijkte parolen antwoordde. De
meest gehoorde zin bij de betogingen
voor Triëst, uitgedragen op duizenden
Oorden, spandoeken, opschriften en
Krantenpagina's, was: „Wij willen ons
leven geven, maar Triëst nooit".
Fabrieken, kantoren en scholen waren
gedurende alle dagen het grootste deel
van de dag gesloten, waardoor aan het
anders zo op topprestaties beluste ar-
beidssysteem grote verliezen werden
toegebracht.
Men is over het algemeen weinig ge
neigd demonstraties in communistische
landen veel waarde toe te kennen, en
terecht. Zij missen bijna altijd sponta
neïteit en zijn zelden eerlijk. De beto
gingen in Joegoslavië vormen hierop
echter in zoverre een uitzondering, dat
de overgrote meerderheid van de beto
gers zich van harte schaarde achter de
opzet van de demonstraties. Het is een
verbazend feit geweest, dat de over het
algemeen sinds enige jaren zeer Wes
ters gezinde Joegoslaven, die alles van
het Westen met een zekere verering
zochten en beschouwden, door één Wes
terse maatregel zó omdraaiden, dat zii
b.v. de Westerse informatie-centra da
gelijks door tallozen bezocht, aanvielen
en in brand staken. Het Westen ver
speelde in één nacht zijn geweldige
sympathie.
Vriend en vijand van het Westen
zagen en zien de Westerse plannen
als achterbaks en verraderlijk! En
waarom? Bezien wij de kwestie eens
van het standpunt van de Joegoslaaf -
van-de-straat; op de eerste plaats van
de Kroaat en de Sloveen die vele
jaren leefden onder een Italiaanse be
zetting en alle onhebbelijkheden en
onrechtvaardigheden van dien moes
ten verdragen. Italië s naam iser
door voor tientallen jaren in Joego
slavië bedorven. Indien een confl ct
als rond Triëst zich bijvoorbeeld met
Griekenland zou hebben voorge
daan, zou de reactie ongetwijfeld veel
geringer zijn geweest, omdat geen
sentimenten, zoals die ten aanzien van
Italië bestaan, een rol zouden hebben
gespeeld. Italië had de oorlog verloren
en zou thans nog met winst gaan
strijken, nadat Joegoslavische troepen
Istrië en Triëst van Duitsers en Ita
liaanse fascisten hadden moeten be
vrijden! Geen Joegoslaaf kon deze
gedachte verdragen. Hij zou zijn eigen
nationalistische gevoelens geweld
hebben moeten aandoen, indien hij
zich niet zou scharen achter de paro
len van de regering, die de gehele
affaire rond Triëst op zo'n handige
wijze wist uit te buiten om behalve
buitenlandse, ook binnenlandse winst
te boeken. Want het was opvallend
hoe vele Joegoslaven, die in andere
omstandigheden slechts critische op
merkingen voor het tegenwoordige
bewind over hadden, nu tot de ont
dekking kwamen, dat maarschalk
Tito (zijn naam heeft tien dagen lang
door alle straten van het land ge
galmd) Joegoslavië toch maar een be
langrijke positie in de internationale
verhoudingen heeft gegeven. Zij ver
loren door hun weer opgewekte anti-
Italiaanse gevoelens hun critische zin,
welke door de redenaars en dagbladen
verder werd ondergraven door uitge
breide herinneringen aan vroegere
usurpatie door Italianen van Joego-
slavisch grondgebied. De dagbladen
drukten vroegere Italiaanse kranten
koppen af, waarin „Fiume, Zara en
geheel Dalmatië" werden opgeëist/en
De vakgroep Akkerbouwers van de
Katholieke Land- en Tuinbouwbond
zal Zaterdag 31 October 's morgens half
elf in hotel „De Leeuwerik", Kruis
straat 30 te Haarlem, haar jaarverga
dering houden. De agenda vermeldt
o.m. een uiteenzetting over de wet ver
vreemding landbouwgronden door prof.
dr. Th. L. M. Thurlings uit Wagenin-
gen.
herinnerden aan de putsch van d'An-
nunzio, die in 1922 op eigen gezag
Fiume en omgeving voor Mussolini
bezette. Italiaanse consulaten werden
bijgevolg al evenzeer een slachtoffer
van de volkswoede; Italiaanse auto's
werden door betogers zonder meer in
beslag genomen (in Rijeka zelfs enige
tientallen) en de (Italiaanse) Paus
werd mede in de zaak betrokken,
vooral in de spotprenten van de bla
den.
Het was eigenlijk zielig om te zien,
hoe in een kuststadje bij Rijeka
(Fiume) jonge kinderen met borden
liepen met teksten als; „Wij geven
Triëst niet aan de RoomsItaliaanse
clerus". Minister Pella is vele malen
op een staak naar de brandstapel ge
dragen, een lot, dat vele Amerikaanse
poppen-generaals met hem hebben ge
deeld. De ergernis en woede van de be
volking begaven zich eerst in rustiger
banen, toen maarschalk Tito uitdrukke
lijk had verzocht onregelmatigheden
achterwege te laten. Duizenden trokken
vanaf dat moment door de straten van
de steden, joelend en schreeuwend, hoe
zij hun leven voor Triëst veil hadden.
De radio bracht de psychose tot in alle
huiskamers, waar de kracht van de be
togingen ook de thuisblijvers onder de
indruk bracht.
Er is echter achter de gevel van
grootspraak ook een stille angst bij alle
Joegoslaven: die voor de oorlog. Ik heb
velen horen zeggen dat de omgeving
van Triëst onder Joegoslavisch bewind
moet komen, maar ik hoorde hen er
meteen aan toevoegen: als het maar
geen oorlog, zelfs geen gevaar voor oor
log met zich brengt. De vrees voor oor
log is aangewakkerd door de grote
troepentransporten, die sinds het begin
van het conflict naar de grenzen, voor
al naar die bij Triëst, plaatsvinden. Na
het invallen van de duisternis trokken
vorige week vele regimenten infanterie
door de steden en dorpen; tanks, van
Amerikaans fabrikaat, bedekten grote
delen van Slovenië onder het stof van
de slechte wegen naar het Westen.
Tito zette met deze maatregelen zijn
woorden kracht bij, dat het binnenruk
ken van Triëst door Italiaanse troepen
de opmars van Joegoslavische legereen-
rjsr- - - ~*p~-
In de vroege morgen trekt een tiental mannen door de hoofdstraat van een
Joegoslavische stad met vlaggen en borden, waarbij zonder ophouden in spreek
koren wordt geroepen, dat Triëst nooit zal worden afgestaan. Mensen op weg
naar fabriek of kantoor sluiten zich aan en marcheren mee op en neer door
de straat.
De stoet groeit gestadig. Honderden vergroten de rijen: een vrije dag voor arbei
dersambtenaren en scholieren. Het verkeer ligt geregeld stil om de stoet door-
gang te verlenen.
Wanneer de partijleiding de toehoorders-schaar groot genoeg acht, worden er
politieke redevoeringen gehouden, welke voortdurende door parolen en gejuich
worden onderbroken. De schooljeugd staat vooraan.
heden zou veroorzaken. Maar de bevol
king, die de noden van de oorlog op zo'n
verschrikkelijke manier heeft ondervon
den, werd schrik aangejaagd, vooral
toen in de afgelopen week een voor
zichtige mobilisatie werd uitgevoerd,
welke voor de buitenwereld betrekke
lijk verborgen bleef, maar die in talloze
gezinnen een oproep in de brievenbus
bracht. De regering heeft, vermoedelijk
ter vermijding van de vele mogelijke
gevaren bij een officiële mobilisatie-af
kondiging, een voorzichtige manier ge
kozen en alle betrokkenen schriftelijk
opgaroepen zich ten spoedigste, zo mo
gelijk binnen zes uur, te melden.
Een tweede schrikbeeld voor iedere
Joegoslaaf (Slovenen en Kroaten zo
wel als Serven en Bosniërs) is de
dreiging van een hernieuwde Russi
sche invloed, die onder de drang der
omstandigheden zou kunnen ontstaan;
iedereen is er van overtuigd, dat er
(thans vriendelijk schijnende) Russi
sche aanbiedingen zijn geweest, die
vroeger of later de huidige onafhan
kelijke Joegoslavische positie in ge
vaar hadden kunnen brengen.
Joegoslavië heeft tien spannende
dagen achter de rug. Het is daarom
voor vele Joegoslaven eigenlijk een
verademing, dat het eerste deel van de
zo vaak en zo boud uitgesproken zin;
„Wij willen ons leven geven, maar
Triëst nooit afstaan" vermoedelijk geen
realiteit hoeft te worden. Een vrede
lievende oplossing is, ondanks alle
vurig nationalisme en vaak getoond
fanatisme, een vurige wens van iedere
Joegoslaaf.
(Van onze Haagse redacteur)
Naar uit een dezer dagen afgekomen
ministeriële beschikking blijkt, is voor
het legerkamp van de Koninklijke
Luchtmacht, gelegen naast de villa
„Wulperhorst" te Zeist de naam vastge
steld van „Swagerman Kamp".
B. Swagerman was in 1940 reserve-
tweede-luitenant-waamemer der mili
taire luchtmacht. Hij onderscheidde zich
door op de tiende Mei als waarnemer
commandant met een T.V.-vliegtuig (een
bommenwerper van een toenmaals reeds
niet modern type) herhaalde malen
vijandelijke vliegtuigen aan te vallen
en twee daarvan neer te schieten. Daar
na voerde hij op doeltreffende wijze een
bombardement uit op het vliegveld
Ockenburg, waarbij vier vijandelijke
vliegtuigen op de grond werden ver
nield. Hij werd neergeschoten, kwam
per parachute in zee terecht, redde zich
zwemmend on meldde zich des avonds
terug. De volgende dag voerde hij als
commandant van een patrouille van
twee vliegtuigen een bombardement uit
op de Maasbrug te Rotterdam en 13 Mei
1940 verrichte hij met één T.V.-vhegtuig,
slechts beschermd door twee jachtvlieg
tuigen, een bombardement op de Moer-
dijkbrug, ondanks aanvallen van over
machtige vijandelijke luchtstrijdkrach
ten. Bij de uitvoering van zijn laatste
opdracht, welke hij op eigen verzoek
van een gehuwde collega had overgeno
men, is hij in een luchtgevecht boven
Ridderkerk gesneuveld.
De „Bond Zonder Naam" heeft een
nieuwe actie op touw gezet, namelijk
een plaatjesactie voor de kinderen. Naar
analogie van de moderne verzamelwoede
van plaatjes van filmsterren en sport-
figuren heeft de „Bondl Zonder Naam"
plaatjes vervaardigd van grote persoon
lijkheden, die de kinderen kunnen le
ren, hoe men een groot en nobel mens
wordt. De plaatjes kunnen door de kin
deren worden verzameld in een album,
getiteld: „Mijn sterren". Er zijn o.a. af
beeldingen van Herman Boerhaave, Louis
Pasteur, Maria Goretti, Dorus Rijkers,
Albert Schweitzer. De actie heeft ten
doel, ouders en opvoeders een hulp
middel in handen te geven om de kin
deren op te voedten in de geest van
naastenliefde. In het Lichtbaken van
hedenavond zal pater Loop nadere
bijzonderheden vertellen over deze
nieuwe actie.
AMSTERDAM. (G.U.). Cand. Duits; F. J.
Cremer, Amsterdam. Cand. politieke en so
ciale wetensch. (sectie C): mej. A. West-
strate, Amsterdam.
AMSTERDAM. V.U.). Doctoraal Ned. lett.
P. den Ottolander, Rotterdam.
's-GRAVENHAGE. Wiskunde M.O. KI: J.
C. Poll, Dordrecht en M. F. van der Harst,
Amsterdam.
4»
TT et romantische levensgevoel speelt in de moderne poëzie een
ê~1 grotere rol dan men geneigd is aan te nemen, achtgevende op het
J-J. onbehagen in de tij d, waarvan deze poëzie primair schijnt te
getuigen. Het een doordringt en prikkelt echter het andere. De jonge dichter
komt in verzet tegen de dwang, die in deze tijd het leven wordt aangedaan. In
een reactie gooit hij alle remmen los. Zo wordt zijn poëzie een toppunt van
onthullend en onthutsend psychisch realisme. Maar dit realisme wordt vitaal
onderstroomd door een romantiek, waaruit de scheppende verbeelding om zo te
zeggen de kracht put om te geloven in een weer leefbare toekomst en om naar
die toekomst toe te schrijven.
Wij hebben hiervan vorige week een
voorbeeld gezien bij Jan G. Elburg,
wiens verzen onder de druk des tijds
zeer moeizaam tot stand blijken te ko
men. Er zijn echter ook dichters, bij
wie deze druk tot het tegendeel leidt:
tot een koortsachtige, eruptieve activi
teit.
Robert Franquinet, de dichter,
die vandaag aan de beurt is, is van dit
tegendeel met zijn machtige, vertede
rende en vooral ook onmachtige mo
menten het levend bewijs. Deze „rea
listische romanticus" behoort zeker
niet meer tot de jongsten. Marsman
had voor de oorlog nog juist gelegen
heid over hem te schrijven. Hij vond
hem een beeldenrijk en veelzeggend
dichter, maar verweet hem tevens een
gebrek aan scherpte van plastiek: „De
dichter heeft uit de stroom van beel
den, die hem besprongen, geen beslis
sende keuze gedaan. Er is hier, het is
helaas niet te loochenen, (nog) een te
veel, dat overeenstemt mét en ten dele
zelfs voortvloeit üit een tekort, een te
veel ook aan woorden, aan alliteraties,
aan rhetoriek". Hem vervolgens tegen
de oudere generatie in bescherming
nemend, merkte Marsman op: „De ver
sobering, die menigeen deze dichter
ongetwijfeld zal toewensen, zal ten
eerste vanzelf wel ontstaan naarmate
hij rijpt, maar ten tweede vraag ik mij
af, of men met die wens niet voorzich
tig moet zijn. Overdaad, die zoals
hier voortspruit uit een sanguinische
en sensuele natuur, zal onmiddellijk
de indruk wekken niets anders te zijn
dan rijkdom, weelde en overvloed, zo
dra het constructieve element zijn
volle werking verkrijgt". Het is prettig
het oordeel van Marsman te hebben over
een dichter, die in aanleg en verstech
niek vrij dicht staat bij de jongeren
en jongsten van vandaag. Hoe Verhel
derend zou het zijn indien wij Mars-
man's stem thans nog eens zouden kun
nen horen! Wellicht zou er vrij veel
teleurstelling in doorklinken.
Gefuigen of overtuigen
Onze warmbloedige Zuid-Limburger
is namelijk wel ouder geworden en ook
rijper en moderner, maar het verbrok
kelde karakter van zijn plastiek werkt
op zijn poëzie fataler dan ooit in. De
bovengenoemde wisselwerking tussen
realisme en romantiek maakt bij hem
nog altijd een bijzonder aangrijpende
indruk, maar houdt tevens de misluk
king van vrijwel elk vers in. Hij weet
geen organische samenhang te geven
aan wat er met machtig geweld in hem
woedt. Hij kan geen ogenblik verzwij
gen wat hem op 's harten grond ligt.
Hij moet alsmaar getuigen en heeft
geen tijd zich af te vragen of hij ook
overtuigt. En zelfs waar elk gebaar
zinloos en rhetorisch geworden is, moet
hij toch doorgaan:
Tussen stad en land
op het morsige ciment der woonbarak
ken
heeft het geen zin meer
de droom van paradijzen aan-te-plak-
ken.
Nooit kan de dichter ophouden zijn
heil- en onheilspellende affiches aan
te slaan. Het ontwerp vertoont steeds
een kruis, waarrond burlesk een wilde
wijnstok rankt; zinneteken van de on
ontkoombare christelijke werkelijkheid,
die tevergeefs met de guirlandes van
een vitaliteitsroes wordt versierd; een
teken, dat ook Marsman allerminst
vreemd was; vandaar diens affectie
voor (Franquinet. Franquinet zal wel
altijd een overdadig dichter blijven.
Advertentie
door welke oorzaak ook
De dichter R. Franquinet.
Die overdaad ligt enigszins in zijn Zui
delijk wezen; als een natuurlijk pathos,
als een bijbelse barok, als een Voor
waarde zelfs voor dit dichterschap. De
rhetoriek vermijden betekent voor hem
zijn artistieke aandrift in de kiem smo
ren. Hij heeft zo enorm veel te zeggen;
hij wordt overstelpt door zinrijke beel
den; hij zou zijn gedichten improvise
rend als zaligprij zingen des levens
moeten kunnen verkondigen op de
marktpleinen van deze wereld, maar
dit gaat jammer genoeg niet. En stil
voor zijn papier zittend, verliezen de
brandendste woorden hun gloed in net
zwart-op-wit geschreven vers.
De warmte van een stem
Veel van die gloed kan de lezer ech
ter terugveroveren door deze poëzie
hardop te lezen en er de warmte van
een stem in te leggen. Franquinet's
verzen vragen in de letterlijke zin des
woords om een klankbodem, waarin zij
kunnen resonneren. Deze verskunst is
zeer rijk, zowel aan visuele als aan
auditieve waarden; zij is klank- en
kleurschilderend, gelijk de taal der pro
feten. Luister maar eens naar dit ge
dicht uit zijn jongste bundel „Figura
tief overschot". 1) „De kleine bazuin".
De heersers zijn oud
met het schild en het kleed der eeuwen
maar zonder tegenwoordigheid.
Stamhuizen van bedrog hebben zij ge
bouwd
terwijl de hongerigen schreeuwen.
En ook zij, die met kantelen van goud
op hun haren
het ontij niet kunnen bedaren,
zijn nutteloos, ijdel en oud.
Ik zeg u: nieuwe meesters gaan komen,
kinderen uit de steden, uit het land en
het woud,
uit woestijnen en vlakten
Het waanbeeld breken zij
de woordverweking weren zij
twintig eeuwen ontberen zij.
Nieuwe meesters,
zonder beschaving en vormen,
Voor wie cijfers cijfers
en woorden woorden zijn
en de rest een stortbelt vol wormen!
Duidelijk is in dit vers het element
„toekomstvoorspelling". Duidelijk is
ook het element, dat wij in vorige kro
nieken benoemden als de strijd tegen
het overleefde en verraderlijke woord,
tegen „de taal vol eigenwaan".
Franquinet ziet de „nieuwe meesters"
komen: het waanbeeld breken en de
woordverweking weren. Wij zullen dan
de dagen der artistieke vertwijfeling
te boven zijn gekomen. Maar tevens
zullen dan „de dagen der' Europese be
schaving" voorbij zijn; die zijn nu
reeds geteld. „Twintig eeuwen ontbe
ren zij", zegt Franquinet van de „new-
comes". Hij is, gelijk wij allen, de
overrijpe vrucht van die twintig
eeuwen; hij hangt daaraan met zijn ziel
en zinnen, en kan de toekomst moeilijk
anders dan onheilspellend zien. Hij is
gedoemd te leven tussen verleden en
toekomst in: onrustig te zwalken tussen
droom en werkelijkheid, tussen experi
ment en traditie, tussen wijnstok en
kruis, tussen leven en leer, tussen God
en de wormen, of hoe men al die vor
men van dualisme, waaraan dit niet te
breidelen dichterschap ten prooi is, ook
definieert.
NICO VERHOEVEN
1) Robert Franquinet „Figuratief
overschot". Uitg. Winants, Heerlen.
De Stedenverkeersveiligheidscompetitie
is dit jaar, evenals dit vorig jaar het
geval was, in steden met meer dan
500.000 inwoners, door Den Haag gewon
nen. In groep B steden met 100.000
tot 200.000 inwoners kwam Haarlem
als winnaar te voorschijn. Vorig jaar
was het Groningen, die in deze groep
op de eerste plaats beslag legde. Amers
foort was eerste in de groep van steden
met 50.000-100.000 inwoners. Vorig jaar
Leeuwarden. Groep D (40.000-50.000 in
woners): Zaandam, vorig jaar Deventer.
Groep E: (30.000-40.000 inwoners) Bus-
sum (vorig jaar Den Helder). Groep F
(20.000-30.000 inwoners): Vlissingen. (Vo
rig jaar Zutphen).
De prijzen, die in deze competitie zijn
gewonnen werden in de middagvergade
ring van de Elfde Wegverkeersdag van
de KNAC, welke Vrijdag in Den Haag
werd gehouden, uitgereikt door mr. D.
J. van Gilse, Procureur-generaal bij het
Gerechtshof te 's-Gravenhage.
Het aantal verkeersongevallen is in 1952
t.o.v. 1951 met 4.7% toegenomen. De ver
keersintensiteit steeg echter met 5.9%.
Het aantal doden en ernstig gewonden
vertoont eveneens een relatieve daling;
het aantal lichtgewonden is echter 20%
gestegen. In het afgelopen jaar waren bij
6.6% van de verkeersongevallen brom
fietsen betrokken. Hiervan had 1.6% een
dodelijke afloop. Het percentage ernstige
gewonden bedroeg 25.5%, terwijl het
aantal lichtgewonden 21.6% uitmaakte.
Voor 1951 bedroegen deze percentages
resp. 6.5%, 8% en 7%.
President Eisenhower heeft twee van
zijn medewerkers naar het Midden-
Oosten gestuurd. Eric A. Johnston
gaat naar de Arabische staten en naar
Israël om te proberen die landen te be
wegen tot samenwerking bij de ontwik
keling van hun gemeenschappelijke na
tuurlijke hulpbronnen. Washington hangt
de theorie aan, dat een oplossing van
economische disputen een wezenlijke
voorwaarde vormt tot het verminderen
van internationale spanningen en het
vestigen van een duurzame vrede. De
kwestie van het Jordaanwater is de be
langrijkste zorg voor Eric A. Johnston.
Daarentegen moet Herbert Hoover, zoon
van de vroegere president der Verenigde
Staten, zich toeleggen op de olie. Hij is
voor Eisenhower naar Perzië gereisd om
na te gaan, of het langzamerhand niet
mogelijk is het Anglo-Perzische oliege
schil tot een oplossing te brengen. Ge
neraal Zahedi, die nu ruim twee maan
den aan de macht is, heeft van het be
gin af aan erkend, hoe belangrijk het
voor Perzië is, dat zijn olie weer gaat
vloeien. Een commissie van onderzoek
heeft dezer dagen enkele cijfers gepu
bliceerd, die een duidelijk beeld geven
van de droeve staat, waarin zich het
genationaliseerde oliebedrijf bevindt.
Sinds de overname door de regering is
er een schuld ontstaan van 325 millioen
gulden en daar komt elke maand 11 a
12 millioen bij. In iets meer dan twee
jaar is Perzië, dank zij enkele hachelijke
transacties met Italiaanse en Japanse
maatschappijen, in totaal 135.000 ton
olie aan het buitenland kwijt geraakt. De
turbines in Abadan schreeuwen om in
spectie en revisie. Zou men dertig Britse
technici hun gang laten gaan en een be
drag van 25 millioen uittrekken, dan
zou de Perzische productie van ruwe
olie de 9 millioen ton weer kunnen ha
len. Vóór de nationalisatie waren dat er
32. De raffinaderijen zouden dan in
staat zijn omstreeks een vijfde voort te
Lrengen van hetgeen tevoren gebruike
lijk was. Om de productie van Perzische
olie geheel tot het vroegere peil terug
te brengen, zouden zeker 600 technici en
150 millioen gulden nodig zijn. Maar dat
Generaal Fazlollah Zahedi.
is nu juist een van de pijnlijkste facetten
aan dit hele probleem. Kan men aanne
men, dat een Perzische regering, ook
al staat ze niet meer onder leiding van
de fanatieke Mossadeq, bereid is om
zulk een grote groep van buitenlandse
experts toe te laten? Ook in het Nabije
Oosten geldt een formule van de leider
der Amerikaanse Democraten, Adlai
Stevenson: de landen in dit gebied wen
sen rüst en respect. Zij hebben zeer wel
oog voor de economische nood, waarin
zij verkeren, maar hun verlangen naar
respect maakt, dat zij, in de woorden
van een Indonesisch politicus, het
„recht eisen zelf te modderen". De Per
zische minister van Buitenlandse Za
ken, Entezam, wil de betrekkingen met
Groot-Brittannië wel hervatten, maar
dan moet naar zijn mening eerst de
oliekwestie worden opgelost. Herstel
van de volledige productie in Perzië
stuit nog op een ander bezwaar. Gesteld
nu eens, dat Perzië zijn trots overwint
en de Britten gelegenheid geeft om de
installaties weer op volle toeren in
bedrijf te stellen. Zal dan de wereld
markt in staat of bereid zijn al die Per
zische olie op te nemen?
Herbert Hoover komt in Teheran niet
in de eerste plaats een commercieel,
maar veeleer een politiek probleem on
derzoeken. Toen de toevoer van olie uit
Abadan na het aannemen van de natio-
nalisatiewet van 1 Mei 1951 ging haperen,
is de productie van ruwe olie in de
andere landen van het Midden-Oosten
en Afrika sterk toegenomen. In 1951 le
verde Perzië 16.85 millioen ton ruwe
olie en gasbenzine. Saoedi-Arabië, Ku
wait, Irak, Qatar, Egypte, Bahrein en
enkele andere landen produceerden toen
gezamenlijk 80.48 millioen ton. Voor
1952 waren die cijfers respectievelijk
1.34 en 104.25 millioen ton. Bovendien
werken de raffinaderijen in de wereld
niet zodanig op volle capaciteit, dat de
installaties van Abadan in een behoeft#
zouden voorzien.
Dank zij een Amerikaans crediet van
45 millioen dollar is de regering-Zahedi
stevig in het zadel gekomen, maar dat
geld raakt eens uitgeput en de ontwik
kelingen in deze hoek van de wereld
maken een spoedige oplossing van het
probleem eveneens gewenst. Vage be
richten in het verleden over ongenoem
de Yankees, die voor een zacht prijsje
Perzische olie trachtten te kopen, heb
ben de Amerikaanse onbaatzuchtigheid
wel eens in twijfel willen trekken. Maar
als men, met de cijfers op tafel, ziet,
hoezeer de commerciële kant van de
zaak ondergeschikt is aan de politieke,
dan is men geneigd de missie van Her-
bert Hoover te zien als een oprechte
Amerikaanse bijdrage tot de stabilisatie
van het Nabije Oosten. Zonder twijfel
zitten aan een oplossing nog tal van
juridische haken en ogen vast, maar
wellicht kan het besef, dat Zahedi mo
gelijk een van de laatste figuren in Per
zië is, met wie men aan tafel kan gaan
zitten, van weerskanten tot enkele nut
tige concessies leiden.
De categorie bromfietsers, die sinds
1951 met 47 pet. is toegenomen, heeft
dus een aanzienlijk groter aantal slacht
offers. Van 1949 tot 1952 is het aantal
ongevallen bij het wegverkeer in on*
land 45 pet., het aantal doden en ern
stig gewonden 40 procent gestegen.
Volgens de heer Van Gilse is deze
toename van het aantal verkeersonge
vallen te wijten aan vijf oorzaken, t.w.
een onvoldoende bekendheid van de
weggebruiker van de wettelijke voor
schriften; een grotere intensiteit van
het wegverkeer, voornamelijk in de
binnenstad; de te smalle verbindings
wegen; de verouderde wegdekken en
tenslotte een toename van het aantal
bromfietsen, waarmee vele gebruikers
nog niet op de juiste wijze weten om
te gaan.
In de grafieken van de ongevallen
reeks vertonen de grote steden een goed
resultaat. Den Haag, dat dit jaar de
competitie heeft gewonnen, vertoont
zelfs een daling van het aantal verkeers
ongevallen. De oorzaak meende de heer
Van Gilse te moeten zoeken in het
feit, dat de ernstige verkeersongevallen
zich van de centra van de steden ver
plaatsen naar het platteland. Hier kan
veel sneller worden gereden, maar al*
er iets gebeurt, is het gevolg van het
ongeluk dan ook des te ernstiger.
Hierna reikte de heer Van Gilse d«
wisselbekers aan de burgemeesters van
de winnende steden over.
Het echtpaar Stas uit de staat Pennsyl
vania in die Ver. Staten, dat op zijn hu
welijksreis onder meer ook Nederland
aandoet, heeft dezer dagen des avonds
bij Den Oever aan het Westelijk einde van
de Afsluitölijk een merkwaardig ongeval
beleefd.
De heer Stas, die een auto bestuurde
bemerkte te laat, dat de brug te Den
Oever geopend was voor de scheep-
1 vaart, waardoor hij in volle vaart onder
die afsluitbomen doorschoot en over het
juist passerende mosselvaartuig van de
firma Muller uit Bruinisse in het water
terecht kwam.
Op het vaartuig trof men onmiddellijk
maatregelen om hulp aan de drenke
lingen te bieden en inderdaad gelukte
het, die beide inzittenden te redden.
Binnenkort kan de benoeming wor-
alsn verwacht van de heer F. R. W. H.
W. J. graaf de Marchant d'Ansembourg,
thans nog gezant te Bangkok, tot Ne
derlands gezant te Praag.
Mr. W. van Tets, die Nederlands
gezant in Praag is geweest, zal binnen
kort de functie aanvaarden van chef van
de directie kabinet en protocol van het
departement van Buitenlandse Zaken,
ter opvolging van mr. J. Visser, die als
gezant naar het buitenland! zal gaan.
Naar wij van de zijde van de N.V.
Waldorp te Den Haag vernemen is de
gevraagde surséance van betaling door
de Haagse Rechtbank verleend.
ZONDAG 25 October, feest van Christus
Koning; eigen Mis; 2 geb. van de 22e
Zondag na Pinksteren; Credo; eigen pre
fatie; laatste evang. van de 22e Zondag na
Pinksteren; wit. MAANDAG H. Evaristus,
Paus-Martelaar; Mis Si diiigis; 2 geb. a
cunctis; 3 naar keuze; rood. DINSDAG,
Vigilie van de H. Simon en Judas, Aposte
len; eigen Mis; 2 geb. van O. L. Vrouw; 3
voor Kerk of Paus; paars. WOENSDAG,
H. Simon en Judas, Apostelen; eigen Mis;
Credo; prefatie van de Apostelen; rood.
DONDERDAG, Mis van de 22e Zondag na
Pinksteren; geen Gloria; 2 geb. a cunctis;
3 naar keuze; geen Credo; gewone prefa
tie; groen. VRIJDAG: Zoals Donderdag. ZA
TERDAG: Vigilie van Allerheiligen; eigen
Mis; 2 geb. van de H. Geest; 3 voor Kerk
of Paus; paars. ZONDAG 1 November:
Allerheiligen; eigen Mis; 2 geb. van de 23e
Zondag na Pinksteren; Credo; laatste
evang. van de 23e Zondag na Pinksteren
wit.