Grote Drie accoord met de Russische voorstellen voor Berlijnse conferentie Zo zijn de mensen Jan de Troye TASTEND NAAR HET HART DER DINGEI 1954 begroet met gebed, vreugde vuren, klokgelui en voetzoekers Hoge Commissarissen in Duitsland spoedig bijeen om plaats van samenkomst te bespreken Vrije economie in Duitsland H Ora pro nobisvan Rispens Paradox der hope Begin en eindt Lord Norwich overleden K.S.G. onbekende grootheid Prins wint prijs op gecostumeerd bal Mensen van de Radio 810 microfilms uit België De wereld is iets optimistischer ten aanzien van de vrede Baby mishandeld LITERAIRE KRONIEK ZATERDAG 2 JANUARI 1954 PAGINA WESTERS ANTWOORD IN MOSKOU OVERHANDIGD Oudejaar in Grindelwald Economische verwachtingen voor 1954 Achteruitgang in V.S.? Malenkov hoopt op vriendschap met V.S. Plechtige belofte om geen atoomwapens te gebruiken Johan van der Zalm zingt te Londen Min. Erhard legt nadruk op groter verbruik Districtscommandant Leiden Rijkspolitie jubileert Onderscheiden Brand in St. Jozefdal te Eindhoven Werkplaats uitgebrand De extra-loonsverhoging in het distillateursbedrijf Sterkend water Gemeenschappelijke geschiedenis Primeur voor Maastricht Eerste inbraak in 195 Moskou verwelkomt het nieuwe jaar luidruchtig Vrouw tot een jaar veroordeeld .eSnterco°ömbLeT a^hem"nafr Indlë zou brengen, overleden de bekende Rritse stautsrnon, schrijver en historicus Lord Norwich. Lord Norwich werd in 1948 ln de adelstand verheven. Voordien was hij bekend onder zijn eigen naam, Duff Cooper. HU is 63 Jaar oud geworden. Van 1935 tot 1937 was hij staatssecretaris van Oorlog en tot 1938 minister van Marine. Toen Chamberlain het accoord van Mün- ehen sloot met Hitler, nam hij ontslag met de woorden: „Misschien verlies ik hierdoor mijn carrière, maar ik win er mee, dat ik in de toekomst in de wereld mijn hoofd nog rechtop zal kunnen houden." In 1940 en '41 was hij minister van Voorlichting en ver tegenwoordigde later zijn land bij de vrije Franse regering en later in Parijs. Hij heeft een autobiografie geschreven onder de titel „Oude mannen vergeten" en biografieën van Talleyrand en Haig. Voorts •chreef hij een studie over Shakespeare en •en boek over de Britse Geheime Dienst. Vit een enquête, gehouden door het Nederlands Instituut voor publieke opi nie, blijkt, dat meer dan de helft der ondervraagden niets weet van de Ko len- en Staalgemeenschap en haar doel stellingen. Over de deelnemende landen weet Iets meer dan de helft van het Neder landse publiek iets te zeggen, maar er zitten merkwaardige lacunes in hun Jtennis. Zo weten slechts weinigen dat Italië tot de deelnemers behoort, ter wijl niet minder dan 19 pet. meent, dat Engeland wèl lid van de Gemeenschap is. Zoals bijna de helft der volwassen Nederlanders niet weet wat de K.S.G. is, zo heeft bijna 50 pet. geen me:üng over de al of niet wenselijkheid der K.S.G- Van de mensen met een me ning is bijna iedereen voorstander van de Nederlandse deelneming. De meerderheid der motiveringen van de voorstanders berust op 'n alge mene, min of meer principiële basis. Kwart voor twee Donderdagmiddag, drie kwartier later dan verwacht was, is Z.K.H. Prins Bernhard in „Hotel Adler'' te Grindelwald aangekomen, niet in zijn eigen auto, maar in die van de heer Frtih. de eigenaar van „Hotel Adler". De twee en twintig km lange weg van Interlaken naar Grindelwald ligt dik onder de sneeuw en eigenlijk moet men er met sneeuwkettingen rijden. De auto van de Prins had deze niet op de ban den en toen men op een gegeven moment moest stoppen, pakten de wielen bij het starten niet meer en bovendien begaf de accu het. De Koningin ging onmiddellijk met de heer FrSih naar de plek, waar de Prins en zijn chauffeur waren ge strand, de bagage werd overgepakt en zo kwam het Koninklijk paar gezamen lijk bij het hotel aan, waar de Prins zich direct aan de lunch zette. Verkleed als Mexicaan, heeft Prins Bernhard de prijs van het meest originele costuum gewonnen bij een gecostumeerd bal, dat ter gelegenheid van het oudejaar in Hotel Adler werd gehouden. Van de dames won Baronesse van Lynden als Spaanse de prijs en om het Nederlandse aandeel compleet te maken, was er nog een Hollands meisje De Gruyter, dat bij het kinderfeest in een Nederlands boe- rencostuum de meeste punten van de jury toebedeeld kreeg. Aan het kinder feest nam ook prinses Margriet deel, ge kleed in een wit bloesje en een rood en wit gestreept rokje. Parmantig paradeer de zij, onder het applaus der gasten met de andere kinderen door de zaal. Het was een gezellig en ongedwongen feest in Adler, waar Eskimo's, Chinezen, Spaanse schonen en huisknechten dans ten en waar men zelfs een Twentse boer, in de persoon van jhr. De Beaufort kon ?,e"rondloPen- De Koningin was ge- Kieea in een zacht blauwe avondjurk, waarop enkele sneeuwvlokjes waren aangebracht. Ook de oudste twee prin sessen, die men meerdere malen met hun vader op de dansvloer zag, waren in avondjurk gestoken. 8' Waren Frankrijk, Engeland en Amerika heb ben gisteren geantwoord op het Russi sche voorstel om op 25 Januari een vier- ministersconferentie te doen plaats vin den. De Westelijke Grote Drie gaan ac coord met het Russische voorstel en ook met dat om de vier Hoge Commissaris sen in Duitsland te laten onderhan delen over de plaats waar de bijeen komst moet plaatsvinden. Bondskanse lier Adenauer van West-Duitsland is Donderdag door de Franse Hoge Com- missaris in West-Duitsland, de heer An- dré Francois Poncet, van de inhoud van het Westerse antwoord op de hoogte gesteld. De ambassadeurs der Grote Drie heb ben de antwoordnota gistermorgen om 11 uur Nederlandse tijd op het Russi sche ministerie van Buitenlandse Zaken overhandigd. Het is een bijzonder korte en zakelijk-gestelde nota geworden, waarin de regeringen der Grote Drie instemmen met de Russische voorstellen De chef-economist van de Nationale Planvereniging in V. S., G. Colm, heeft in een bijeenkomst van de Amerikaan se vereniging voor de statistiek voor speld, dat het aantal werklozen in de Verenigde Staten in 1954 zal stijgen tot 3.500.000. Het jaar 1954 zal een vermindering van de economische bedrijvigheid in de Verenigde Staten te zien geven, die in omvang onge veer gelijk zal zijn aan de achteruitgang, welke zich in 1948/49 heeft voorgedaan, al dus luidt de mening van de meerderheid der economisten, die deelnemen aan een conferentie, welke te New Vork wordt ge houden. De algemene opinie der congressisten is, dat het bruto nationale product der V. S. in 1954 vijf a zeven procent kleiner zal zijn dan dat van 1953. Deze achteruitgang komt overeen met een daling van de omzetten van het bedrijfsleven met 20 25 milliard dollar en met een daling van het officiële indexcijfer der industriële productie met 10 15 pCt. Dit indexcijfer, dat thans 228 be draagt, zou volgens deze verwachting in 1954 dus tussen 195 en 205 schommelen. De Amerikaanse minister van Financiën, George Humphrey, heeft verklaard, dat hij verwacht, dat de economische bedrijvigheid in de V. S. zich in 1954 op een hoog ni veau zal handhaven. Reuter verneemt in gezaghebbende krin gen te Londen, dat Engeland iedere ex treme vorm van depressievoorspellingen af wijst. Premier Malenkov van Sovjet-Rus land heeft een drietal vragen beant woord die hem waren voorgelegd door Kingsbury Smith van het Amerikaanse persbureau „International News Ser vice". In deze antwoorden spreekt Ma lenkov de hoop uit, dat het nieuwe jaar een betere verhouding zal brengen tus sen de volken van Rusland en de V.S., en dat een ontspanning van de intèrna- tionale toestand moge intreden door een vergelijk, waarbij de grote mogendhe den elkaar plechtig beloven, af te zien van het gebruik van atoom- en andere vernietigingswapenen. Malenkov stelt in zijn antwoorden, dat niets de verbetering van de be trekkingen tussen Amerika en Rusland in de weg hoeft te staan. Met betrek king tot het vergelijk tuisen de grote mogendheden, merkt de Russische pre mier op, dat een dergelijke stap een totaal verbod van het gebruik van atoomwapens en een streng toezicht op de naleving daarvan ten zeerste zal vergemakkelijken. Dit zou dan uitein delijk kunnen leiden tot een drastische vermindering van de algehele bewape ning en dit zou de economisohe posi tie der volken zeker ten goede kunnen komen. De tenorzanger Johan van der Zalm van de Nederlandse Opera is gisteren uitgenodigd om op 2 Januari op te tre den in de Covent Garden Opera te Lon den ter vervanging van de ziek gewor den tenor James Johnston, v. d. Zalm zal daar de rol van Radames in „Aïda1 van Verdi zingen. Vangst Italiaanse vissers van Vibo Valentia brachten dezer dagen de vangst van hun leven binnen, maar zij hebben er geen lire aan verdiend. Toen zij hun net ophaalden, woog het zo Tnoaar alsof zij een wal vis hadden gevangen, maar de buit bleek een oude Griekse vaas te zijn, die bijna een meter hoog was. Onmiddellijk pro beerden zij de kostbare vondst te gelde te maken, maar de ambtenaren van - - - de Italiaanse Oudheidkun- dige Dienst waren er als de kippen bij, namen de antiquiteit in beslag en brachten haar naar het museum. Uit het Paradijs van de arbeid. T ken. maai dat zou drie zei de voorzitter, terwijl v h Hongaarse dorp maanden duren en 1900 hij hun een formulier Koeszarnegy kwam een gulden kosten Die 1900 voorhield. „Goed," zeiden communistische inspecteur gUIden konden de voorzit- de schoenmakers en te- tot ae ontdekking, dat de ter niet schelen, maar drie kenden. Met dit document dorpsorandspuit defect maanden wachten leek gewapend begaf hij zich was- Hij maakte de voor- hem wel wat erg lang. Hij naar de districtssovjet, gitter van de plaatselijke krabde zich achter het Sovjet er attent op. dat oor en kreeg een lumineus het ding noodzakelijk ge- idee. Hij ging naar de repareerd moest worden, schoenmakerscoöperatie De voorzitter haastte zich van het dorp en vroeg: dorpssmid, een eigen dus naar de districtsco- „Willen jullie de brand- baasje, te proberen. De operatie van monteurs en spuit repareren?" „Nee," smid knapte het karwei- kreeg daar te horen, dat zeiden de schoenmakers, tje in een paar dagen op men gaarne bereid was de Teken dan hier, dat jul- voor iets minder dan 65 brandspuit tn ordt te ma- lie het niet willen doen" gulden. „Een document is een do cument", stelde deze vast en gaf de voorzitter toe stemming het eens bij de van verleden week Zaterdag. De nota's werden niet aan minister Molotov per soonlijk overhandigd, omdat ze slechts een bevestigend antwoord bevatten en geen mondelinge toelichting behoefden. Men neemt aan, dat Rusland het Westen nog officieel zal melden, de nota's te hebben ontvangen. Binnen kort zullen nu de vier Hoge Commis sarissen in Duitsland bijeenkomen om een plaats te bepalen, waar de minis ters bijeen zullen komen. De geallieer den hadden het gebouw voorgesteld, waar de geallieerde Bestuursraad tot 1948 bijeen placht te komen. De Rus sen hebben over dit voorstel in alle talen gezwegen. Wel zijn ze bezig ge weest het gebouw van het Russische zendstation, dat in de Britse sector ligt in te richten. Het gebouw van de bestuursraad ligt in de Amerikaanse zone. De Hoge Commissarissen zullen ook overleg plegen over andere technische details van de conferentie, zoals de pers faciliteiten. De regering van Berlijn heeft reeds een groot gebouw nabij de villa van de Bestuursraad ingericht voor de ongeveer 1000 journalisten, die wor den verwacht. De Grote Drie laten in hun nota's nog weten, dat zij naar hun mening in vroe gere nota's reeds duidelijk uiteen heb ben gezet wat er tijdens de vierminis- tersconferentie zal moeten worden be sproken. Zij vinden het dan ook niet nodig om op deze kwesties nog eens te rug te komen. Op die manier hoopt men te voorkomen, dat Rusland door uitge breide agenda- en procedurekwesties op te werpen opnieuw probeert de confe rentie uit te stellen. De West-Duitse regering heeft het voor nemen om de door Minister Erhard met zoveel 'succes gevoerde politiek der markt- vrijheid nu ook te gaan uitstrekken tot de vele gebieden, die tot dusverre onder een rigoureus stelsel van regelingen vielen. In grijpende hervormingen op de kapitaal markt, in het belastingsysteem, in verkeer, sociale wetgeving, landbouw en woningbouw zijn in het vooruitzicht gesteld. Expansie in alle richtingen zal ook in 1954 de grote slagzin van de West-Duitse economische politiek blijven, zo heeft mi nister Erhard aangekondigd. De verhou ding van de productie van verbruiksgoe- deren zal volgens hem voorrang hebben boven de versterking van de kapitaal markt. In de buitenlandse handel zal dit zijn weerslag moeten vinden in een aan zienlijke vergroting van de invoer. Min. Erhard wenst de bevolking tot gro ter verbruik aan te moedigen. Hij keert zich tegen een overmatige spaarzin, die ertoe zou kunnen leiden, dat de industrie voor afzetmoeilijkheden zou worden ge plaatst. (Van onze correspondent) Gisteren was het 25 jaar geleden, dat mr. R. Warmoltz, districtscommandant van de Rijkspolitie in Leiden, in politiedienst trad Volgens traditie bij de officieren van de Rijkspolitie werd het feest slechts in zeer Intieme kring gevierd. Majoor Warmoltz is de man, die jaarlijks de leiding heeft bij de verkeersregeling tijdens het bloemencorso in de Bollenstreek Bij gebrek aan geschikte parellelwegen in deze streek, staat de Rijkspolitie ieder jaar bij dit bloemenfestijn Voor een bijna boven menselijke opgave, maar majoor Warmoltz weet zich er zo goed mogelijk door heen te slaan. En wanneer men na afloop con stateren mag, dat de chaos tot een minimum beperkt is gebleven, betekent dit een overigens slechts zelden uitgesproken compliment aan majoor Warmoltz en zijn mannen. Tot ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw is benoemd ir. M. Eikelenboom, te Wassenaar, voorzitter van het Nederlandse comité van het bureau „Veritas". et is nog te vroeg om ai ver- Jan de Troye is zichzelf niet be- gelijkingen te maken tussen wust dat hij over bijzondere radio- zulke onberekenbare, en mis- capaciteiten beschikt. Hij wijt zijn schien zelfs onvergelijkbare media als carrière grotendeels aan het geluk radio en televisie, maar op die avond en aan de vrijheid, die de leiding in November toen wij geluisterd van de VARA hem bij zijn werk nadden naar de radioreportage van laat. Toen hij op 25-jarige leeftijd, het sluiten van het laatste dijkgat in 1946, op een advertentie voor een bij Ouwerkerk konden wij de ge- reporter reageerde, had hij zijn naam dachte niet van ons af zetten: met alleen nog maar in de krant gelezen, deze reportage heeft de radio zich- toen hij het Nederlands junioren- zelf overtroffen, misschien wel voor kampioenschap schermen had be de laatste maal. Niet zozeer omdat haald. Hij had in zijn geboorteplaats sr in de toekomst geen goede radio- Leiden dé middelbare school doorlo- reportages meer gemaakt zullen wor- pen en de oorlog doorgemaakt op den, maar omdat in het nieuwe jaar, een bureau voor de voedselvoorzie- als radio en televisie hun wedloop ning. Hij had veel op met de mo- beginnen, bij geen enkele grote ge- derne Nederlandse litteratuur, stu- beurtenis niet een televisiecamera deerde voor zijn liefhebberij Spaans naast de radioreporter zal staan. De en kwam tenslotte als propaganda- radio heeft haar monopolie verloren, leider bij een schriftelijk onderwijs- Op die avond van Ouwerkerk luis- instituut terecht. De oproep uit Hil- terde heel Nederland, ondanks het versum, op zijn sollicitatie, vervulde late uur, naar de twee reporters, hem met groot enthousiasme, totdat van wie de een ronddobberde op hij, op het station aangekomen, een een sleepboot voor het dijkgat en rij van sollicitanten naar de studio de ander hoog op de immense cais- zag trekken. „Ik wilde meteen weer son het dramatische slot van het in de trein stappen. Maar later dacht ik: laat ik min stens de reisver- goeding even gaan halen." In de studio door liep hij het merkwaardige examen, dat men bij de radio proefondervinde lijk voor aspi rant-reporters heeft uitgedacht: hij moest stuk ken lezen in de moderne talen, werd soms abrupt onderbroken met merkwaardige vragen. Men gaf hem vijf minu ten om een re portage te geven van de droogleg ging van de lange gevecht met het water meebeleefde. Jan de Troye stond op de caisson voor de zware opgave om aan millioenen Nederlanders iets van de emoties over te dragen, die zich van hem meester maakten toen het eind van het grote karwei in zicht kwam. Hij sprak zonder stemver heffing of na druk en sjouwde met zijn micro foon van de ene kant van de caisson naar de ander. Hij stelde vragen aan de mannen, die de in- Zuiderzee en liet hem nog tweemaal Uiatkleppen bedienden en aan ir. terugkomen, voordat de keuze defi- fnijsse persoonlijk. De antwoorden nitief bepaald was. Of het het men dan wel de intuïtie van de omroepmannen was, die de keuze waren kort en vaag. Mannen die een r^are verantwoording dragen, spre- bravour of zelfverze- bestemde, laten wij in het midden, •biwéna r°okwolken van de maar Jan de Troye mocht starten ha™ ,üe ,®teepboten maakten het en mocht vrij zijn eigen stijl kiezen. ?f^JS'SChlliende malen onmogelijk J te spieken. Doch juist uit dit moei- Voor degenen, die hem kennen, is zame zwoegen sprak de geest in deze stijl mets anders dan de per- puwerkerk, die op deze wijze dieper soon van Jan de Troye zelf. Het tot de luisteraars doordrong dan dit kost hem geen moeite om een uur met goedgekozen woorden alléén zonder haperen vol te praten, ook mntfolnlr 7/111 ..aam da ji_ 1i. mogelijk zou zijn geweest. Het succes van deze reportage het woord succes zal men uit de mond van Jan de Troye zelden ho- niet voor de microfoon, doch het schenkt hem geen bevrediging. Sinds hij in de rampdagen de hartekreet heeft kunnen vastleggen van een ren was geen toeval maar het moeder, die met haar kinderen aan product van zeer hard werken Hoe- ket water was ontsnapt, is het voor wel de radio, in vergelijking met de hem nog een grotere zekerheid ge- televisie al oud is, heeft ze feitelijk worden dat „het onderwerp" altijd nog maar nauwelijks de kinder- welsprekender is dan de reporter schoenen uitgetrokken. Eerst na de zelf. Daarbij verzwijgt hij dat ook oorlog heeft ze het critische gehoor een reporter soms onderwerp kan gekregen, dat ze behoefde om zich worden, zoals in diezelfde ramp- te verdiepen. Radioreporters uit dagen toen hij, uitgeput en lucht- vroegere dagen, die over weinig ziek in een Dakota over het ramp tonlinieoVlD Vllllnmi/^Jnl1 1_ J ..I AAA nn AAM »amam4a Aa rtt-,4 gebied vloog en een reportage gaf, die juist door zijn defecten een indringend beeld gaf van de sfeer technische hulpmiddelen beschikten zochten hun kracht in het smeufg vertellen van hetgeen ze voor hun ogen zagen gebeuren. De nieuwe van het rampgebied, generatie spreekt weinig, maar laat het onderwerp zelf aan het woord Het feit dat sPms millioenen luis- Ze wanen zich niet meer de ge- teraars aan het toestel zitten, geeft vierde gast in het gezelschap naar elke reporter een onbehaaglijk ge- wiens verhalen iedereen moet luis- voel- Jan de Troye heeft daar een teren, maar treden meer op als een oplossing voor gevonden: „Ik beeld me maar in dat ik het zit te ver tellen aan een oud mannetje dat alleen in zijn kamer zit. Tegen zo een man schreeuw je toch ook niet.'" goede gastheer, die ieder de kans geeft om het zijne te zeggen. „Wij zijn het spiegeltje," zegt Jan de Troye. Een goede spiegel geeft de - gehele werkelijkheid weer, zonder het radiowerk heeft Jan de Troye vertekening. Om dit te kunnen be reiken studeert Jan de Troye soms zijn volle bevrediging gevonden. Hij is er met S. de Vries Jr. van over- dagenlang op zijn onderwerp. Hij tuiSd, dat het beeld (de televisie) leest alle lectuur, die er voorradig is n°oit de radio geheel zal kunnen om zo goed mogelijk beslagen ten vervangen. „Het gesproken woord ijs te komen. Bij het vertrek van P ,j®,lt.de fantasie sterker dan het de „Willem Barendsz" naar de IJs- !r zlJn vrije tijd is hij een zee gaf hij geen vlot verhaal ten ent"°usiast voetballer, die al menige beste over die jongens, „die het hem overwinning voor zijn omroepver- toch maar weer leverden", maar nij klom uren voor het vertrek aan boord om met de zeelui te praten. Hij heeft er slag van om met mensen eniging in de wacht heeft gesleept. Hij woont in de meest muzikale laan van Nederland, de Jac. van Campenlaan in Hilversum waar de om te springen. Niet de vlotheid van radiomusici huis aan huis wonen, de handelsreiziger, die zijn productie maar dit heeft hem niet tot muzi- moet verhogen, maar met eerlijk ge- hale prestaties geïnspireerd. Zijn meende Interesse, die de mannen doet schaarse vrije tijd brengt hij lezend vergeten dat er een microfoon mee- door. Zijn collega's mogen hem luistert. Op dat moment ontwikkelde graag, omdat hij geen pretenties zich op de „Willem Barendsz" een heeft en de technici steken bij het horen van zijn naam hun duim op. „Alleen de simpele, eenvoudige din. gesprek, dat een beter inzicht gaf in de nuchtere aard van de Hollandse zeeman, dan tientallen boeken van §en zijn waarachtig," zegt Jan de zeevaartpropagandisten dit vermoch- Troye. „je moet daar een mateloze ten te doen. interesse voor hebben." Kr, Toen viel de blinddoek hem van de ogen En werd hij, plotseling en klaar, Als bij een bliksem uit den hogen, Het leven en zichzelf gewaar. En die weleer was uitgereden In blinden trots, met feestgedruis, Keerde, als een boeteling in gebeden Ora pro nobis naar zijn huis. De ridder-dichter van dit vers is een uitgesproken bewonderaar van Geerten Gossaert. Hij zet met deze bundel diens traditie in de christelijke verskunst voort; ook het „verloren zoon-motief" neemt hij weer op, minder dichterlijk, De geestelijke atmosfeer van deze dagen maakt het makkelijker dan ooit ora gevoel op te brengen voor een artistiek wellicht weinig sterk, maar niettemin veelzeggend dichterschap als dat van de christelijke essayist J. A. Rispens. Er ligt in bovenstaande zin een pijnlijke tegenstelling vervat: zwak enerzijds en anderzijds veelzeggend; hoe is dit te rijmen? In het vol gende willen wij trachten dit duidelijk te maken. J. A. Rispens heeft in 1938 een boek gepubliceerd, „Richtingen en figuren in de Nederlandse letterkunde na 1880", waarmee hij eenieder die in de geeste lijke achtergrond van onze nieuwe let terkunde belang stelt, waarlijk aan zich heeft verplicht. Het is een diepzinnig boek, waarin de problemen dwingender worden behandeld dan in enig ander overzicht van de letterkunde onzer eeuw. Het is dan ook méér dan een overzicht. Het werk der voornaamste auteurs wordt er in behandeld als een afgeslotenheid, als een geestelijke ge stalte, en die gestalten tezamen geven de richtingen aan waarin het geheel dat wij onze „letterkunde" noemen voortgang vindt. In 1950 publiceerde Rispens een tweede boek, „De geest over de wateren". Hierin wordt dat gene, waar het Rispens als criticus om gaat, als het ware opnieuw geformu leerd. En die formule komt dan op een gegeven moment ongeveer als volgt te luiden: „De hedendaagse kunst ontbeert achtergrond". Daarmee is niets nieuws gezegd. Maar toch heeft men er in dit geval wat aan, omdat Rispens er de tragiek van laat zien. Daar waar gewoon geen achter grond is, mist de kunst grootheid. Daar waar zij smartelijk achtergrond ontbeert, achtergrond zoekt, ach tergrond probeert-te scheppen, daar wordt de kunst, ook in geval van falen, veelzeggend. Het is om deze reden, dat wij op onze beurt het werk van J. A. Rispens zelf, dat hij ons thans in zijn hoedanigheid van dichter aanbiedt, veel zeggend achten Want hier wórdt ach tergrond geschapen, ook al wordt er bij herhaling gefaald. J. A. Rispens noemde zijn bundel „Ora pro nobis", bid voor ons. Het gedicht, waarin de titel verklaring vindt, heet: DE RIDDER. En afscheid nam hij van de zijnen, Om roem en buit, naar 't verre land, Ten oorlog met de Saracijnen; En roem en buit viel in zijn hand. Hij schitterde onder zijn vasallen— Toen trad een engel op zijn pad, En in dien nacht is hem ontvallen 't Liefste, wat hij op aard' bezat. Nog precies op de laatste dag van het jaar heeft de Eindhovense brandweer haar enige brand van importantie in 1953 te verwerken gekregen. Even voor vier uur brak Donderdag door onbekende oorzaak brand uit in een werkplaats van het buiten de stad gelegen huize „Sint Jozefdal" van de Broeders van Liefde, aan de Eckartseweg. In deze werkplaats is een zestigtal de biele arbeidskrachten te werk gesteld, die eenvoudige fabrieksarbeid voor de N.V. Philips verrichten. Toen de brand uitbrak hadden de mannen juist schaft tijd, zodat zij niet in het gebouw aanwe zig waren. De brand werd door één der broeders ontdekt, maar was toen al niet meer te stuiten. Het vuur woedde vooral in de philitevoorraad. De werk plaats, die grotendeels van hout was op getrokken, was vrijwel weggebrand toen de brandweer met twee wagens arri veerde. Er kon zo goed als niets gered worden. Van de zijde der werkgeversorganisatie in de drankindustrie deelt men ons me de, dat aan het college van rijksbemid delaars door de bedrijfsunie en de werk- commissie voor de drankindustrie is voorgesteld aan de geschoolde werk nemers toe te kennen een loonsverho ging van gemiddeld dertien procent in clusief de normale loonron.de van vijf procent, en aan de ongeschoolde werk nemers een loonsverhoging van gemid deld acht procent inclusief de normale loonronde van vijf procènt. maar feller verontrust, en met een mo derner cultuurbewustzijn dan Gossaert in 1911 kon hebben. (Diens beroemde bundel, „Experimenten", beleefde in 1949 een elfde druk). Die verontrusting van Rispens gaat ons aan. In haar beste momenten is zij bekommernis en belijdenis, een poëtisch Confiteor, en aldus nu kan dit woord niet langer uitblijven een gebed tot God, die DE achtergrond van het leven is. De tragiek van een kunst zonder achtergrond, is de tragiek van een mens zonder God, Strijden om achtergrond, is strijden om God. Daarmee is het probleem der „gn. losgeslagen moderne kunst tot zulk een simpele formulering teruggebracht, dat maar weinigen haar als werkmethode kunnen aanvaarden. Wat vangt men er als verzenschrijver mee aan? Waarschijnlijk heeft ook Rispens zich dat wel eens afgevraagd, bepaaldelijk onderwijl hij dichtte. En het artistieke resultaat werd er waarlijk niet beter op. En toch, en toch, juist dit dwingen de zich afvragen, waarmee men de spitsen van zijn eigen inspiratie letter lijk afknot, maakt „Ora pro nobis" zo bijzonder veelzeggend. Men kan niet steeds zijn achtergrond als God benoemen. Ook dat zou een literair spel zijn; en hierover zegt de dichter in het volgende kwatrijn: Ik heb genoeg van 't virtuoze spel, De poëzie van vlinders en van rozen; Mijn hart dorst naar het smaak- en reukeloze, Maar sterkend water, diep uit aarde's wel. Ook dit' water uit aarde's wel, dit oerwater, is bij wijze van spreken „achtergrond". Hier doet de dichter zich kennen als de mens met de mythische wereldbeschouwing, die ook voor de essayist Rispens steeds zo kenmerkend was. Hij wil geen aan de wereld ont- togene zijn, maar hij wil leven in een wereld waarin de dingen der natuur „sterkend" zijn, of louterend, zoals vuur, of zuiverend, zoals lucht. Van zulk een wereld kan men niet zeggdn dat zij zonder achtergrond is. Zij openbaart juist haar achtergrond in haar wezen. En deze openbaring komt de moderne dichter vertrouwder voor dan een open baring uit het „Jenseits". Anders gezegd, en samenvattend: de dichter van „Ora pro nobis" tast naar het hart der dingen. Daarin herkent hij zijn achtergrond: God. Of althans: hij hóópt dit te doen. Want hij weet: zijn eigen mens-zijn staat hem in de weg. Zijn bewust „schoonheidszoeken" staat hem in de weg. De „literatuur" staat hem in de weg. En daarom deze klacht: Wat heeft men van het kunst'naar- schap gemaakt? Een farce, een spel in klank en kleur en frasen, Spiegel van 's werelds hoogmoed en verdwazen, Dat nergens meer het hart der dingen raakt. Welhaast vanzelfsprekend dat hier tegenover de „Paradox" komt te staan: Wij zoeken hier en daar en overal Den macht'ge, die de wereld redden zal, En knielen neer, o paradox der hope, Voor 't goddelijk Kind, geboren in een stal. NICO VERHOEVEN. J. A. Rispens: „Ora pro nobis". Uitg. J. H. Kok N.V., Kampen 1953. In ieder geval mag wel zeggen, dat ik ïi nieuwe jaar goed ben bi gonnen. Precies even gof als ik het oude heb b eindigd. Sterker: de ove gang tussen oud en nieu is mij in het geheel ni| opgevallen. Natuurlijk, folkloristische gebruik vj het oliebollen eten heb ik met welg vallen over mij laten komen. En fluiten van de boten in de hav| ook, evenals het knallen van de vo zoekers. Maar innerlijk ben ik bij alles onberoerd gebleven. Vroeger was dat anders. ToJ placht ik nog wel eens opnieuw beginnen. Niet alleen op 1 Janué overigens, maar soms ook wel eel gewoon op 6 Augustus. Telkens wel echter kwam ik toen tot de ontdel king, dat ik na verloop van til daar belandde, waar ik zo overtuig was geëindigd. Ik constateerde, aa vankelijk met blijde verbazing, die later tot rustgevende zekerhe werd dat de „nieuwe mens", d ik had aangetrokken, immer als twl druppels water leek op de „ouJ Adam", die ik zo juist had afgeled Sindsdien geloof ik niet meer aa een „goed begin". Waarschijnlijk orf dat ik geloof, dat heel het leven i anders is dan een goed begin, nu hecht ik nog slechts aan een zall einde. Maar dan ook alleen omd| het dan pas goed begint. In een besloten bijeenkomst in het i gemeen rijksarchief te Den Haag hee dr. M. Freson, secretaris van het natil naai fonds voor wetenschappelijk o| derzoek in België en tevens secretarf van het interuniversitair comité voor microfilm, aan de rijkscommissie vo vaderlandsche geschiedenis 810 micrl films overhandigd. Deze microfilms dl ongeveer 300.000 opnamen bevatte) hebben betrekking op historische doe menten uit de archieven van Rijssel Dijon. Zij hebben betrekking op de gl meenschappelijke geschiedenis van q beide landen toen deze nog een eenhei vormden. Met de verfilming van dea archiefstukken is men twee a drie jaa bezig geweest. Bij de microfilms beviij den zich ook boeken met repertoria korte samenvattingen van de docume ten, zodat het eerste deel van de hist<| rische bewerking reeds verricht is. Dit is het eerste begin van een sameri werking die naar men hoopt jaren za duren. Op het ogenblik is men reeq bezig archiefstukken in Wenen op microfilm vast te leggen. Men zal Wenen 600.000 foto's minimum makel Daarna zal men archiefstukken in S| mancas op de microfilm vastleggen. Dl grote wetenschappenlijke werk worJ verricht door de Belgische universite| ten. Dank zij een subsidie van de Nede landse organisatie voor zuiver wete schappelijk onderzoek is Nederla thans in het bezit gekomen van een e tra kopy. Dat dit mogelijk is, is te da ken aan de medewerking van dr. Freson en aan die van de directeur va| het nationale fonds, de heer Jean Wil lems. Nieuwjaarsochtend tegen vijf uu werd te Maastricht waarschijnlijk eerste inbraak van 1954 gepleegd, agent van politie, E. Kostons, merk onraad in de groente- en fruitwinkej van de heer Engelen aan de Calva straat. Plotseling sprong een man het tuimelraampje boven de winkeldeu en vluchtte weg in de duisternis. Eel achtervolging door verschillende strsT ten werd ingezet, waarna de inbrekd in de Capucijnengang kon worden gd arresteerd. Even voor zijn aanhoudin| gooide hij een gedeelte van het gcstole geld, een bedrag van ongeveer 250 gu den, weg. Het bleek te zijn de 37-jarigJ P. W„ een goede bekende van de politie] De man heeft al meer veroordelingen achter de rug en was nog niet lang ol vrije voeten. Hij wordt voorts nog verl dacht van enkele diefstallen tijdens d| Kerstdagen. De wereld heeft een nieuw jaar begroet, vol hoop, vol verwachtingen. Uit gelaten mensen hebben in de oudejaarsnacht vreugdevuren ontstoken, voet zoekers afgeschoten, geluisterd naar de klokken en gebeden. Over heel de wereld, vóór en achter het ijzeren gordijn, hebben de mensen plechtige oude- jaarsdiensten bijgewoond en op slag van twaalf elkaar het allerbeste toe gewenst. De staatshoofden hebben nieuwjaarsboodschappen gericht tot hun onderdanen en men is geneigd daaruit een iets optimistischer geluid te horen dan een jaar geleden. In Moskou werd de jaarwisseling op grootse wijze gevierd. Birnen de muren van het Kremlin werd een gecostu meerd bal gegeven voor studenten en cadetten. Op nieuwjaarsdag hebben de groten van de Sovjet-Unie elkaar tijdens een grote rece. toegedronken en overal in de stad werden vreugde vuren ontstoken. De buitenlanders in de Russische hoofdstad werden niet vergeten. Een groep Amerikaanse leer lingjournalisten was te gast bij de Mos- kouse universiteit en Zondag zal een Zweeds ijshockey-elftal worden gefê teerd. In Oost-Berlijn was d' levensmidde- lenaanvoer dit jaar wat ruimer dan vorige jaren, maar in West-Duitsland was het toch beter. Voor het eerst sinds 1948 hebben de Westelijke comman danten in P -rlijn een brief met harte lijke nieuwjaarswensen van hun Rus sische collega ontvangen. President Auriol van Frankrijk vroeg tijdens een nieuwjaarsreceptie te Parijs voor het Corps Diplomatique begrip voor Frankrijk. „Het Franse individualisme geeft velen een verkeerde kijk op het land. Frankrijk -taat niet aan de rand van anarchisme", aldus de president. Hij had overigens goec hoop voor de vred: kansen in 1954, raar aldus Auriol „vrede komt er niet alleen door conferenties. Vrede vraagt daden". In dezelfde geest ongeveer richtte Churchill zijn nieuwjaarsboodschap tot de Primrose League van zijn partij. We zijn er een stuk beter voor komen staan wat de vrede etreft, aldus Chur chill, maar we zijn er >g lang niet. In Amerika concentreerde zich de feestvreugde op het Times Square, waar naar schatting ongeveer een mil- lioen mensen nieuwjaar waren komen vieren. De secretaris-generaal van de V. N. herinnerde in zijn nieuwjaars rede aan de be' "kenis van de V. N. als instrument, om de vrede te bereiken voor hen, die van goeden wille zijn. Generaal Franco deed op Nieuw jaarsdag het voorstel, dat alle Weste lijke staten hun overtollige produc ties bij wijze van Ienin op lange ter mijn zouden afstaan aan landen, die met ernstige tekorten te kampen had den. Deze staten zouden wel aan deze zijde van het ijzeren gordijn moeten liggen. Prer' 'ant Tito van Joegoslavië noemde zichzelf tijdens een Nieuwjaarsboodschap een „niet al te overdreven optimist" toen hij beweerde, dat de wereld er slnd het einde van de oorlog nog niet goed heeft voorgestaan met betrek) king tot de vrede. President Vorosjilov van Rusland heeft de arbeiders van de Sovjet-Unia hulde gebracht voor de wijze, waarop zij hun vijfjarenplan tot uitvoering hadden gebracht. Hij sprak de we uit, dat 1954 het jaar van de vredd zov worden. President Zapotocky van Tsjechoslowakije roemde de economiJ sche vooruitgang van zijn land en weel de moeilijkheden in zijn land aan dq misdadige activiteiten van Slansky zijn aanhangers. Het gerechtshof te Amsterdam heef vanochtend een 25-jarige vrouw uitl Utrecht veroordeeld tot een jaar gevan-| genisstraf met aftrek van de zeven enl een halve maand voorarrest, alsmede) voorwaardelijk ter beschikkingstelling aan de regering met een proeftijd drie jaar. Deze in Indonesië geboren I vrouw stond terecht wegens zware mis-| handeling van een harer baby's, waarbij" de dood onmiddellijk was ingetreden. Het in Utrecht woonachtige gezin tel-| de drie kinderen waarbij een tweeling.| Het hoofd van het gezin was op de be wuste dag in Mei van dit jaar in hetl ziekenhuis. Van de tweeling, een jongen! en een meisje, nog geen jaar oud, is hetl meisje het slachtoffer geworden van eenl grote drift of waanzin van haar jeugdige] moeder, die het kind, toen het niet op hield met huilen, met een dekenklem I herhaaldelijk op het hoofd sloeg, het I kind daarna opnam en het zo krachtig I tegen de houten rand van het ledikantje I drukte, dat de wervelkolom brak en de dood onmiddellijk intrad. De rechtbank had de vrouw veroor- I deeld tot twee jaar en voorwaardelijke J ter beschikkingstelling.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1954 | | pagina 5