Gewichtig novum voor Katholiek Nederland
EISENHOWERenADENAUER
bespreken Duitse eenheid
i i V
De sigaret
waar ook U
naar uitkijkt
80
Nieuwe voorstellen van
het K.N.V.B.-bestuur
Nobelprijs voor Hemingway
fS A/V:
AA
Openingsrede van
mgr. Alfrink
Minister: Weergave
onjuist
Het tempo van de
wegenbouw
Rechtmatige eis, die alleen met vreed
zame middelen moet worden nagestreefd
Vietminh boycot de
consul der VS.
I
TRAFFIC
De Sterna verkocht
aan Urugay
Ter bescherming tegen afroming door
Beroeps Voetbal Bond
Mogelijkheden voor Nederlandse
exporteurs op lange termijn
Voor zijn krachtigstijlvormend meestei
schap in de moderne vertelkunst55
'n Gezond ideerook KAVEEWEE
VRIJDAG 29 OCTOBER 1954
PAGÏNA 5
HOGER KATECHETISCH INSTITUUT GEOPEND
De rede van generaal
Gruenther
Minister optimistisch
Duitsers voortaan bij
Amerik. manoeuvres
lil Hanoi
I
in één woord I VOL-maakt
Zaak-Schmidt
Oud-Hoge Commissaris
in geding
Ethiopië-dag van Nederl. Export Federatie
Concurrentie met de
hele wereld
Opperwachtmeester tot
officier bevorderd
Weer tien mïllioen aan
militaire orders
Gisternamiddag heeft Zijne Hoogwaardige Excellentie mgr. J. B. Alfrink in
'iet klooster der paters Augustijnen te Culemborg officieel het Hoger Kate-
chetisch Instituut voor priestergodsdienstleraren geopend. Dit instituut is
geboren uit een algemeen gevoelde behoefte aan katechetische vernieuwing
zowel naar inhoud als ten aanzien van de te volgen methoden en ten doop
gehouden door het Hoogwaardig Episcopaat en de gezamenlijke provinciaals
van alle Priester-Orden en Congregaties in Nederland. Het doel van het
Hogei Katechetisch Instituut is het verdiepen en verruimen van de vakkennis
der godsdienstleraren en wetenschappelijke bezinning ten dienste van hen,
die leiding moeten geven aan het godsdienstonderwijs. De lessen, te geven
door een corps van achttien voortreffelijke docenten, zijn verdeeld in drie
secties: theologie in de katechese paedagogie en psychologie in de kate-
chese didactiek in de katechese. De cursus omvat twintig lesweken, elk
van vijf lesuren, telkens gevolgd door een gemeenschappelijke gedachtenwisse-
lina om het contact tussen docenten en cursisten te bevorderen en zo prac-
tisch mogelijk hulp te bieden. Aan het einde van het studiejaar wordt na
afgelegd examen een diploma verleend. Voorlopig wordt de cursus gegeven
ten behoeve van priester-godsdienstleraren voor alle vormen van voortgezet
onderwijs.
lijk voor deze taak te bekwamen.
Het aantal leerlingen der middel
bare scholen neemt uitermate toe. In
1952 bedroeg het meer dan 26.000; in
1953 kwamen er 2.000 bij. Hier ligt een
zeer voornaam stuk van de intellectuele
ontwikkeling van het katholieke volks
deel. De religieuze houding van dit deel
van het gelovige volk kan de Kerk niet
onverschillig zijn. Te meer, daar een
groot kwantum van hen, die na hun
eindexamen een universiteit of hoge
school bezoeken, voor hun verdere le
ven blijven staan op het peil van gods
dienstkennis, dat zij aan de middelbare
school verworven hebben. Met dit bezit
en op dit niveau worden zij de leiders
van het katholieke volk. Het lijdt daar
om geen twijfel, dat voor de Kerk van
Nederland het godsdienstonderwijs van
de middelbare school een factor van
verstrekkende betekenis is.
De curatoriumvoorzitter van het in
stituut, mgr. dr. W. M. J. Koenraadt,
vicaris-generaal van het bisdom Breda,
zette in zijn begroetingswoord uiteen
waarom de verwachtingen van deze
nieuwe instelling hooggespannen zijn. De
noodzaak van grondige katechetische
vernieuwing is voor de kerkelijke over
heid van ons land een vaststaand feit.
De aanpak van het op te richten insti
tuut was meteen zo groots mogelijk.
Men heeft een college van docenten
gevormd dat borg staat voor een onder
wijs met allure. Anderzijds echter zal
de verhouding tussen cursisten en do
centen gebaseerd zijn op een vrucht
bare wisselwerking tussen theorie en
ervaring, welke tot wederzijdse inspi
ratie en aanvulling moet leiden. Uit
eindelijk hoopt het instituut te bereiken,
dat de nieuwe katec,i_se een centrale
plaats inneemt in het geheel van het
katholieke onderwijs in Nederland.
Vervolgens nam Z. Hoogw. Exc.
mgr. J. B. Alfrink het woord tot het
uitspreken der openingsrede. Niemand
zal er aan twijfelen aldus Z. Hoogw.
Exc., dat dit instituut, dat gods
dienstleraren van het V.H. en M.O.
voor hun uiterst gewichtige taak wil
bekwamen, van zeer grote betekenis
zal worden voor katholiek Nederland.
Een verantwoorde en grondige ver
nieuwing van het godsdienstonderwijs
aan middelbare scholen is beslist ge
boden.
Maar een grotere kennis van het vak
„godsdienst" vormt nog geen godsdien
stige mens. Wanneer echter de onkunde
het geloofsleven zelf raakt, zodat men
met de wezenlijke inhoud van het geloof
geen weg meer weet, en dat is he
laas vaak het geval dan is er inder
daad reden tot grote bezorgdheid en
onrust. Aan deze bezorgdheid dankt het
Hoger Katechetisch Instituut zijn ont
staan.
De godsdienstleraar dient zo goed mo
gelijk voorbereid te zijn op zijn gewich
tige taak. Loutere vakbekwaamheid en
wetenschappelijke opleiding garande
ren echter nog geen didactisch en pae-
dagogisch geschoold leraar. Zoals de
universiteit steeds meer oog krijgt voor
deze zijde van het leraarsambt en de
opleiding der leraren didactisch-paeda-
gogisch tracht te vervolmaken, zo zal
de Kerk niet alleen de beste man moe
ten vinden voor de post van godsdienst
leraar, zij zal hem ook de gelegenheid
dienen te geven om zich zoveel moge-
Op schriftelijke vragen van het Eer-
ste-Kamerlid mr. Sassen naar aanlei
ding van de rede. die generaal Alfred
Gruenther, opperbevelhebber der NA-
TO-strijdkrachten in Europa te New
Vork heeft gehouden met betrek
king tot de Europese Defensie
Gemeenschap, heeft mr. Beyen mi
nister van Buitenlandse Zaken, mede
namens ir. Staf, minister van Oorlog en
Marine, en van mr. Luns, minister zon
der portefeuille, geantwoord, dat de
ministers zich de tekst hebben doen
Voorleggen van de rede, die generaal
Gruenther op 29 September 1954 te
New York heeft gehouden Na kennis
neming van de nhoud dier rede zijn
zij van mening, dat het United Press-be-
richt, zoals afgedrukt in de „New York
Herald Tribune" van 1 October j.l., de
strekking van het betoog van generaal
Gruenther onjuist heeft samengevat.
De minister haalt ten bewijze hiervan
de desbetreffende passage uit de rede
Van de generaal woordelijk aan.
Op klachten van de K.N.A.C., vervat
in een brief aan de minister van Ver
keer en Waterstaat over het trage tem
po waarmede diverse wegenbouwwerken
worden uitgevoerd, heeft de minister
thans geantwoord dat hij de mening van
de Automobiel Club geheel deelt, dat
de snelheid van uitvoering van het
Rijkswegenplan en andere wegenwerken
voornamelijk wordt bepaald door de
beschikbare gelden enerzijds en de per
sonele en technische mogelijkheden
anderzijds.
Wat het beschikbaar stellen van mid
delen betreft is de minister optimis
tisch. Naarmate bet herstel van de oor-
Mgsschade voortschrijdt en de econo
mische kracht van ons land toeneemt,
20 merkt deze bewindsman op, zullen
Tenslotte is de waarheid en het be
leven van die waarheid het doel van
alle katholiek onderwijs. Daarom
moet het godsdienstonderwijs op de
middelbare school zo hoog mogelijk
worden opgevoerd. De godsdienstle
raar zij zich bewust, dat hij in de
Kerk een taak van grote waarde ver
vult. Die taak vraagt de inzet van
heel zijn persoonlijkheid. Want meer
nog dan alle kennis en paedagogische
bekwaamheid is het de persoon van
de leraar, die vormend werkt op de
leerlingen. Zo hoog schatte de aarts
bisschop-coadjutor de betekenis van
het nieuw opgerichte instituut, dat
hij ter vervolmaking daarvan als ide
aal zag een in de toekomst wellicht
nog te verwerkelijken samenwerking
met onze katholieke universiteit, om
dat de universiteit en instituten als
dit van elkander zullen kunnen pro
fiteren en in elkanders licht de ka
tholieke waarheid meer reliëf vermo
gen te geven.
Na Gods zegen over de nieuwe in
stelling te hebben afgesmeekt, ver
klaarde Z. Hoogw. Exc. het Hoge Ka
techetisch Instituut geopend.
Pater dr. P. Schoonenberg S.J. open
de vervolgens de cursus met een eer
ste openbare les, die duidelijk het hoge
niveau demonstreerde, waarop het in
stituut zijn belangrijke taak vervult.
Spr. gaf een algemene inleiding over
de katechese als vorm van prediking,
zich daarmede plaatsend midden in de
actuele theologische reflectie over de
verkondiging van Gods Woord. Van
reformatorische zjjde immers verwijt
men ons, dat wij de prediking onder
waarderen ten voordele van de Sacra
menten, en in eigen kring woirdt de
vraag naar een theologie, die de pre
diking dient, naar een theologie van
de prediking zelf, steeds dringender.
In een uitvoerig gedocumenteerd be
toog toonde dr. Schoonenberg aan, dat
de tekorten van wijsbegeerte en theo
logie in het verleden dienden aange
vuld te worden door een verder uitge
werkt personalisme en schriftuurlijke
denkcategorieën. Een wijsgerige uiteen
zetting over de zin en het doel van
het woord leidde tot de conclusie, dat
het woord gemeenschap schept op .in
terpersoonlijk plan. Theologisch gezien
ontstaat diezelfde gemeenschap van
geest en leven tussen God en de mens
door het Woord van de H. Schrift.
Spr. bewees deze stelling met een over
vloed van Bijbelse teksten uit het Oude
en Nieuwe testament. Gods Woord in
de H. Schrift is werkdadig, scheppend,
vervullend, verbindend.
Vooral in het Nieuwe Testament
wendt God zich tot ons in Christus,
die de woorden van het eeuwige leven
heeft, voor hem die gelooft. Volgens
de H. Schrift komt het „woord" ach
tereenvolgens tot ons door God, de
profeten, Christus, de apostelen en
de prediking.
De prediking schenkt levende ge
meenschap met God. Vervolgens be
handelde spreker het verschil en de
overeenkomst tussen sacrament en pre
diking en concludeerde dat beide han
delen in opdracht en uit kracht van
Christus, zodat men de prediking kan
zien als een instrumenteel handelen uit
eigen werkdadigheid, al is het persoon
lijk gegrepen-zijn natuurlijk van veel
belang. Alle katechese draagt dit mys
terie der prediking in zich. De kate-
cheet moet zich plaatsen op het boven
natuurlijk plan van het geloof. Omdat
men een leer doorgeeft, die een mys
terie is, dat slechts door het geloof kan
benaderd worden, is de katechese steeds
inleiding tot geloof, dat leven geeft.
Daarom dient zij geïndividualiseerd te
worden, aangepast aan de hoorder, voor
wie men het mogelijk moet maken
de H. Geest te ontmoeten. Deze ont
moeting, die boven de leer uitgaat, moet
mogelijk gemaakt worden voor een per
soon, wat de volle inzet eist van onze
vermogens op psychologisch, paedago-
gisch en didactisch gebied.
meer gelden ter beschikking van
O Wegenbouw kunnen worden gesteld.
mtrent de verhouding tussen de aan
j^Êtenbouw bestede gelden en de door
hooptVerkeer
opgebrachte middelen,
nort he minister binnenkort een rap-
troct ontvangen van een door hem in-
Hot commissie,
wnrs tempo in de wegenbouw blijkt te
afgeremd door een algemeen
Bondskanselier Adenauer van West-
Duitsland heeft gisteren in Washington
eerst geconfereerd met de Amerikaan
se minister van buitenlandse zaken,
John Foster Dulles, en vervolgens liet
noenmaal gebruikt met president Ei
senhower. Na afloop van de besprekin
gen tussen de bondskanselier en de pre
sident werd een communiqué verstrekt,
waarin een opsomming werd gegeven
van problemen, die aan de orde zijn
geweest. De beide staatslieden spreken
de hoop uit, dat de te Londen en Parijs
genomen besluiten de weg zullen v -
nen naar een krachtig en verenigd Eu
ropa. De eis van het Duitse volk tot
de vorming van een vrij en verenigd
Duitsland wordt in het communiqué
een rechtmatige eis genoemd, maar te
vens stellen Eisenhower en Adenauer
vast, dat dit doel slechts met vreedza
me middelen moet worden nagestreefd.
Over de jongste Sovjet-nota met be
trekking tot de hereniging van Duits
land wordt in het communiqué gezegd,
dat de inhoud daarvan in hoofdzaak
een herhaling is van vroegere Russi
sche voorstellen. Het streven om het
hele Duitse volk eenheid en vrijheid
te brengen is ongetwijfeld bevorderd
door de overeenkomsten van Londen
en Parijs en door de versterking van
de vrije Europese landen, die daaruit
voortvloeit.
De Amerikaanse regering heeft de
bondskanselier op zijn verzoek de
verzekering gegeven, dat zij bij voort
during bereid blijft steun en nuttig
geoordeelde hulp te verlenen aan de
West-Duitse pogingen om de vrijlating
te verkrijgen van grote aantallen Duit-
Radio-Vietminh meldt, dat de com
munistische autoriteiten hebben beslo
ten het Amerikaanse consulaat-gene
raal, dat na de bezetting door de Viet
minh in Hanoi was gebleven, niet te
erkennen. De uitlatingen van het con
sulaat-generaal zijn in strijd met de
overeenkomst van Genève, waarin de
souvereiniteit van de democratische re
publiek Vietnam (Vietminh) wordt er
kend, aldul de radio.
Het Amerikaanse departement van
buitenlandse zaken deelt mede, dat het
als een „flagrante schending" van de
1 - QigClCliJU J. V-K.U 1 J"—-»-J I
gebrek aan civiel-technische krachten bestandsovereenkomst zal worden be-
°verheidsdienst. Het inschakelen"
K m ,p®rt;iculiere bureaux, zoals de
riiit i heeft voorgesteld, stuit hier op
met te overkomen moeilijkheden.
schouwd als de communistische mili
taire autoriteiten het Amerikaanse con
sulaat zouden dwingen Hanoi te verla
ten. (AFP-Reuter).
se krijgsgevangenen en weggevoerde
Duitse burgers, die zich nog achter
het IJzeren Gordijn bevinden.
Amerikaans j en West-Duitse rege
ringsvertegenwoordigers zullen binnen
kort besprekingen beginnen over het
vraagstuk van de vrijmaking van be
zittingen van Duitse burgers in de Ver
enigde Staten, die in de afgelopen oor
log tot „vijandelijk bezit" zijn verklaard,
zodat hun eigenaars er niet over kon
den beschikken.
De Amerikaanse regering zal dit
vraagstuk in welwillende overweging
nemen, zulks gekoppeld aan problemen
zoals dat van de Amerikaanse aanspra
ken op oorlogsschadevergoeding.
Het Amerikaanse hoofdkwartier in
Heidelberg heeft bekend gemaakt, dat
West-Duitse regeringsfunctionarissen
niet-geheime oefeningen en demonstra
ties van het Amerikaanse leger mogen
bijwonen.
De inlichtingen, die zij ontvangen,
moeten hen helpen bij het opstellen van
plannen voor de rol van de Duitse strijd
krachten in het nieuwe Westelijke de
fensiestelsel. (Reuter)
Advertentie
F:
s
j' j
TRj\FF
Na enkele weken van onzekerheid
staat thans vast, dat de Nederlandse
kotter „Sterna", die het vorig jaar
met een Nederlandse bemanning naar
Zuid-Amerika vertrok, om daar voor
de Braziliaanse kust de visserij te be
proeven, verkocht is aan het gouver
nement van Urugay. Enige weken
geleden, toen het schip gereed was om
naar ons land terug te keren, nadat
diverse pogingen om het schip in Bra
zilië te verkopen afgesprongen waren
bleek, dat Urugay, dat al eerder be
langstelling had getoond voor dit schip,
misschien toch nog tot aankoop zou
besluiten. Het schip is toen naar Mon
tevideo vertrokken en daar geïnspec
teerd en beproefd. Het resultaat is,
dat het schip thans verkocht is.
De bemanning zal zo spoedig mo
gelijk naar ons land terugkeren. Het
voornemen bestond, om de thuisreis
te maken met de „Highland Brigade",
doch dit schip blijkt volgeboekt te
zijn. Er wordt nu naar passage op een
ander schip gezocht en waarschijnlijk
zal dat een Fransman zijn.
Voor de reder, de heer A. D. de Kos
ter te Wassenaar, betekent dit het
einde van een experiment, dat niet
steeds even succesvol is geweest. Ge
zien de moeilijke verbindingen te land
en de daarmee verband houdende pro
blemen betreffende de distributie van
de gevangen vis, gezien ook de schom
melende standaard van de munt, bracht
het bedrijf in Brazilië te grote risico's
met zich mee. De heer De Koster
deelde ons nog mede momenteel geen
plannen te hebben tot hervatting van
de visserij in ons land of elders.
Op Zaterdag 30 October 1954 zal in
Museum „Het Rembrandthuis", Joden-
breestraat 46 te Amsterdam een rond
gang gehouden worden met deskundige
toelichting tot Rembrandt's ets- en te
kenwerken. Hieraan kunnen alle mu
seumbezoekers deelnemen; aanvang
half drie.
Advertentie
Volgens een tweede getuige, Haris Bin
Suhaemi, voormalig lid van de Darul
Islam, had de leider van de D.I., Karto-
suwirjo, namen van vele Nederlanders,
o.a. Westerling en Schmidt, genoemd als
medewerkers van de organisatie. Op de
vraag van de rechter, welke buitenlan
ders getuige had zien praten met Kar-
tosuwirjo noemde Haris o.a. de heer
Lamping, de voormalige Nederlandse
Hoge Commissaris in Djakarta. De ge
tuige bleef bij zijn verklaring, ook na
dat de rechter er op had gewezen, dat
zijn verklaring waardeloos is indien zou
blijken, dat hij zou hebben gelogen. Op
andere vragen zei getuige, dat hij nooit
Nederlanders met de Darul Islam in
actie had gezien. Hij had zelf ook nooit
aan acties van de D.L meegedaan, maar
wel aanwijzingen gegeven.
Na de zitting verklaarde de rechter
de mededeling van Haris over de heer
Lamping niet te zullen boekstaven, aan
gezien hij geen internationale verwik
kelingen wenste te veroorzaken. De
volgende zitting is vastgesteld op vier
November.
Volgens D.P. achten Nederlandse au
toriteiten te Djakarta de bewering van
getuige Haris, dat de heer Lamping be
trokken zou zijn geweest bij pogingen
van fanatieke Mohammedaanse groepe
ringen de republiek Indonesië omver te
werpen „belachelijk".
De agenda voor de bondsvergadering
van de KNVB, welke Zaterdag te Am
sterdam zal worden gehouden, is thans
vastgesteld. Ze heeft een uitbreiding
ondergaan vergeleken bij de enkele
weken geleden publiceerde voorlopige
agenda. Zo is het agendapunt „verslag
over het hondsjaar 1953/54" thans ge
splitst in: jaarverslag en beleid bonds-
bestuur.
Voorts stelt het hoofdbestuur ten
aanzien van de reglementen voor artikel
8 van het h.r. o.m. als volgt te lezen:
Aan hen, wier lidmaatschap van de
KNVB niet is geëindigd, is het zonder
toestemming van de KNVB niet ge
oorloofd als speler, trainer of anders
zins, direct of indirect deel te nemen
aan de training of aan wedstrijden van
andere dan door de KNVB toegelaten
verenigingen en/of door de FIFA er
kende organisaties. Op straffe van een
dadelijk opvorderbare boete van f 50
voor iedere trainingsbijeenkomst en
f 100 voor iedere wedstrijd. Eventuele
uit dezen hoofde ontvangen bedragen
worden gestort in de kas der stichting
Wanneer de Nederlandse exporteurs
met succes werkzaam willen zijn op de
Ethiopische markt, moeten zij met meer
overleg te werk gaan dan tot nu toe. De
pogingen om de markt aldaar te pene
treren moeten meer gecoördineerd wor-
De Nobelprijs-commissie kende giste
ren de Nobelprijs voor literatuur toe aan
de 55-jarige Amerikaanse romanschrij
ver Ernest Hemingway „voor zijn krach
tig, stijlvormend meesterschap in de mo
derne vertelkunst, zoals hij dit het laatst
heeft getoond in zijn novelle „The Old
Man and the Sea". De toegekende prijs
is dit jaar een recordsom ter waarde
van ongeveer f 130.000, het hoogste be
drag sinds de prijs voor het eerst werd
toegekend in het jaar 1900.
Ernest Hemingway was de leider van
de groep Amerikaanse schrijvers en
schilders die zich na de eerste wereld
oorlog in Parijs vestigden. Het kenmerk
van de groep was afkeer voor Amerika,
cynisme, en een ietwat zure ontgooche
ling welke onmiddellijk voortvloeide uit
de afgelopen oorlog. Van deze groep,
waarvan Gertrude Stein de ongekroon
de koningin was, was Hemingway ver
reweg de meest begaafde. Hij verwierf
een reputatie met zijn eerste, bittere ro
man „The Sun also rises" (..Fiesta"),
een wreed, rauw en gedesillusionneerd
werk, ten zeerste representatief voor
een schrijftrant welke men in Amerika
sedertdien „hard gekookt" pleegt te noe
men.
In 1929 bereikte Hemingway de
bestseller-klasse met zijn roman „A
Farewell to Arms", waarin voor het
eerst het eigenlijk meesterschap van
Hemingway zijn volle bloei bereikte,
de combinatie van desillusie en com
passie en een naakte beeldhouwers
stijl. Dit werk bevat beschrijvingen
van oorlogstonelen aan het Italiaanse
front, welke door velen zijn vergele
ken met de beste passages van een
dere aard in Tolstoi's „Oorlog en
Vrede."
Vanaf het verschijnen van dit boek
werd de Hemingway-stijl geïmiteerd
door dozijnen auteurs, vooral in Ame-
rika, velen helaas zonder de begaving
welke de stijl kon verheffen boven een
vulgair maniërisme. Doch ook Heming
way zelf dreigde het slachtoffer te wor
den van zijn eigen formule. In de jaren
volgend op het verschijnen van „A
Farewell to Arms" werden dood en ge
weld zijn lievelingsonderwerpen, waar
van de werken „Death in the After
noon" (over de aantrekkingskracht van
stierengevechten) en „For Whom the
Bell Tolls" (over de Spaanse Burger
oorlog, welke laatste Hemingway be
keerde van het pacifisme dat hij zon-
derlingerwijze tot dan had aangehan
gen) getuigen.
Na de tweede wereldoorlog verscheen
er van zijn hand opnieuw een oorlogs
roman waarvan men gehoopt had dat
het een waardig pendant zou zijn voor
„A Farewell to Arms", maar het werk:
„Across the River and Into the Trees"
bleek niet meer te zijn dan een onbe
wuste parodie van eigen vroeger werk,
vol van sentimentaliteit en geweld, vol
(persoonlijke) rancune. Slechts de be
schrijvingen van Venetië en van de
eendenjacht verrieden dat men te doen
had met de meester zelf en niet met
een van zijn modderige epigonen. Het
leek of Hemingway zijn formule dood
geschreven had.
En toen verraste hij zijn teleurgestel
de bewonderaars met een novelle wel
ke het vorig jaar verscheen onder de
titel „The Old Man and the Sea", het
verhaal van een oude visser en zijn
vergeefse poging een monsterachtig
grote vis te vangen. Dit is een meester
werk, gehouwen uit albast, een sereen
fluisterverhaal, waarin iedere zin en
iedere episode is omgeven door zijn
eigen stilte.
En ofschoon de formulering van de
Nobelprijs-commissie klinkt alsof iemand
een hete aardappel in de mond had,
doet het deugd te zien, dat de com
missie het accent heeft gelegd op wat
ongetwijfeld Hemingway's meest zuive
re en volmaakte schepping ia.
den. Daarbij dient men te bedenken, dat
met de hele wereld geconcurreerd moet
worden op een ïeer beperkte markt.
Alle landen proberen er zaken te doen,
omdat men voorziet, dat Ethiopië over
enkele tientallen jaren zeer belangrijk
zal zijn. Er zijn mogelijkheden, maar
op lange termijn.
Aldus de heer Vürtheim, consul-gene
raal van Ethiopië in Nederland, op de
Ethiopië-dag, die door de Nederlandse
Export Federatie georganiseerd was in
Rotterdam.
De Ethiopiër is geen handelsman. De
handel is volkomen in handen van bui
tenlanders. Het is een rijk land, maar
nog niet ontwikkeld. Allereerst moet er
kapitaal geïnvesteerd worden. De beste
manier om er voet aan de grond te krij
gen is het vestigen van een eigen be
drijf. In dit verband sprak de heer
Vürtheim er zijn verwondering over
uit dat geen enkele Nederlandse bank
instelling er een filiaal heeft.
De kapitaalkrachtige bovenlaag is er
zeer dun en er is groot gebrek aan ad
ministratief personeel De Ethiopiërs
willen echter alles zelf in handen hou
den en daarom zet men er alles op om
een onderwijs-apparaat op te bouwen.
Op het ogenblik studeren honderden
Ethiopiërs in het buitenland om na af
loop van hun studie de leidende func
ties in hun land in te nemen.
Daarna voerde Dr. Spit, die adviseur
van keizer Haile Selassie is geweest, het
woord. Hij sprak over land, volk en
cultuur van het land.
Drs. Drayer tenslotte hield een inlei
ding over de Ethiopische volkshuishou
ding en haar buitenlandse handel.
De economie van Ethiopië berust
hoofdzakelijk op de koffie-cultuur. Merk
waardig is dat deze nog vrijwel nergens
op geregelde wijze ter hand is genomen.
De koffie-export bedroeg in 1953 Eth.
100 min., terwijl de totale export
Eth. 403.000.000 bedroeg. De invoer in
1953 beliep een bedrag van Eth.
137.860.000.
De ontwikkeling gaat in zeer geleide
lijk tempo en wordt door de keizer per
soonlijk op zeer intelligente wijze ge
leid.
De 36-jarige opperwachtmeester van
de rijkspolitie C. W. Bloemers uit Nij
megen is met ingang van 16 October
benoemd tot Officier der Rijkspolitie
tweede klasse. Dit is voor de eerste
maal in de geschiedenis van de Rijkspo
litie dat een onderofficier tot officier
wordt benoemd.
„Het nieuwe voetbalfonds". De KNVB
kan ontheffing van deze boeten ver
lenen.
Voorgesteld wordt verder aan artikel
10 hx. toe te voegen: „Door het uit
treden van de vereniging eindigt het
lidmaatschap van de KNVB van de
leden dezer vereniging".
In de toelichting op de voorstellen
wordt o.m. gezegd:
De voorstellen strekken er toe om
de KNVB te beschermen tegen de af
roming, welke thans regelmatig door
de Beroeps Voetbalbond plaats vindt.
In het bijzonder zijn zij gericht op de
bescherming van die verenigingen,
door wie aan haar spelers geen ver
goedingen worden gegeven en waarbij
dus spelerscontracten, welke dezelfde
strekking hebben als de onderhavige
voorstellen, niet gebruikt kunnen wor
den.
Een der belangrijkste agendapunten
is het bekende voorstel van een aantal
verenigingen om aan het lagere voet
bal dezelfde rechten toe te kennen als
aan de eerste klassers voor wat de be
taling van spelers betreft. Hierop zijn
door de districten Zuid I en Zuid H
amendementen ingediend, verband hou
dende met de overschrijvingsbepalingen
en een te treffen transfer-regeling. Het
bondsbestuur staat op het standpunt,
dat het algemeen invoeren van de be
talingsmogelijkheid voor de lagere klas
sers moet worden afgewezen.
Tóch dispensatie
Het valt intussen niet te betwijfelen,
dat de pogingen van de Beroeps Voet
balbond om spelers te werven zich in
toenemende mate op de lagere klassers
zullen richten en reeds hebben gericht.
Het bondsbestuur heeft zich dan ook
beraden over de vraag of het niet
wenselijk zou zijn om op de „bedreigde
punten", d.w.z. die lagere klassers welke
in het bijzonder belaagd worden door
de Beroeps Voetbalbond,, dispensatie
van het verbod tot betalen te verlenen.
Het bestuur heeft deze vraag bevesti
gend beantwoord, maar wenst aan deze
mogelijkheid de navolgende voorwaar
den te verbinden: Het bondsbestuur
moet zijn toestemming geven; deze toe
stemming zal in ieder geval afhankelijk
zijn van de vraag of: a. voor de betrok
ken vereniging een positieve dreiging
aanwezig is voor verlies van spelers
aan organisaties buiten FIF A-verband;
b. de vereniging financieel in staat
moet worden geacht de door haar ge
wenste betaling aan haar spelers te
doen geschieden; c. de vereniging
die betaling aan haar spelers wenst, bij
een eventueel verzoek daartoe in be
ginsel te kennen geeft in het seizoen
1955/56 te worden ingedeeld in de af
zonderlijk in te stellen competitie voor
betaald voetbal.
Deze werkwijze is afgestemd op de
huidige bijzondere omstandigheden en.
houdt tevens het oog gericht op de
noodzaak om in het seizoen 1955/56 tot
gescheiden competities van betaald en
niet-betaald voetbal te geraken. Het
voornemen om in het volgende seizoen
een eerste klasse amateurcompetitie in
te stellen blijft onveranderd gehand
haafd.
Het ministerie van Oorlog en Marine
heeft wederom een groot aantal in
totaal 40 orders geplaatst bij Neder
landse en buitenlandse ondernemingen.
Met deze orders is in totaal een bedrag
van bijna tien millioen gemoeid.
Orders voor de fabricage van con-
fectie-veldtenues voor de manschap
pen. tot een totaal bedrag van ruim
2,3 millioen, werden geplaatst bij fir
ma's in Dinxperlo, Amsterdam, Berg-
eijk, Heerlen en Delft De Verenigde
Blikfabrieken kregen een opdracht tot
vervaardiging van Amerikaanse helmen
ter waarde van bijna 2% millioen.
Argentinië Zes-en-dertig Guate-
malaanse aanhangers van de afgezette
linksgezinde president van Guatemala,
Jacobo Arbenz, zijn te Buenos Aires
gearresteerd. De reden is niet bekend
gemaakt. Bijna 300 politieke vluchte
lingen uit Guatemala zijn kort geleden
per vliegtuig naar Buenos Aires ge
bracht. (Reuter).