BOERENKAASMAKERS STERVEN UIT
Maar het buitenland eet
nog echte boerenkaas
uit de fabriek
Nell Herbert
NEGERS in de V.S. wacht
nog een harde strijd
Bolwerken van rassendiscriminatie
staan evenwel wankel
Europese Arbeidsconferentie in Januari
Prijzend woord van de Paus
maat-
anthraciet
Na de beslissing van het Oppergerechtshof
Onderzoek naar
dwangarbeid
HOOGTEZON
DE HOOGSTE TIJD
DE I.L.O. ORGANISEERT:
H. J. Maertens N. V.
DINSDAG 23 NOVEMBER 1954
PAGINA 9
VOGELENZANG
„Nooit Gedacht"
voor hef maken van een
GOED PORTRET
Toto-atelier
Tegenstand in 17 van
de 48 staten
Mr. A. T. Vos overleden
SANTPOORT
„SOU" CONCERTEERT
EN SPEELT TONEEL
De familie Zwetsloot in Hoogmade, onder de rook van Leiden, is het kaasmaken
trouw gebleven en iedere dag belast de boerin zich persoonlijk met dit precieze
werk, dat een grote dosis vakmanschap vereist. De foto laat zien, hoe een pas
gemaakte Goudse kaas onder de pers vandaan komt.
„Nou, wees d'r gezegend mee!"
Een laatste ferme handklap en de koop was bezegeld. De boer trok het
dekzeil weer over z'n kaasbrik, terwijl de koopman met een stompje potlood
iets in een beduimeld boekje schreef. Toen stapten ze samen een cafétje
binnen Om de transactie te voltooien. Er kwam een vette portefeuille te voor
schijn en met een bedachtzaam gebaar schoof de handelaar zijn bankbiljetten
over het kale tafeltje naar de boer, die ze zuinig opborg. Tenslotte kwam er
koffie aan te pas, volgens traditie door de verkoper betaald. En daarmee
was de handel afgelopen.
Dat is het vertrouwde beeld van een kaasmarkt, zoals men het wekelijks
kan zien in Gouda, Woerden, Bodegraven en Leiden, om slechts de grootste
te noemen. Steeds hetzelfde, maar steeds weer interessant, ook voor de be
langstellende buitenstaander, die niets begrijpt van het loven en bieden op
handslag, waarbij weinig gezegd en meestal veel geslagen wordt, 't Gaat
vaak maar om één of 'n paar centen; per kilo, wel te verstaan. De handelaar
begint aan de lage kant en meestal is hij het, die het grootste deel van het
verschil voor z'n rekening moet nemen. Want de boer heeft nu eenmaal een
prijs in z'n kop ziten en er moet veel gebeuren, wil men die eruit krijgen.
De tourist, die dit kleurige tafereel
tje met zoveel genoegen bekijkt en er
kilometers film op verschiet, heeft
er geen weet van, dat hij toeschouwer
is bij het meest bekende en meest ge
speelde openluchtspel van Nederland.
Zelfs Elckerlijc kan er niet tegenop.
Het is een goed geregisseerde en ge
speelde show met fabriekskaas
Kaas, die ten gerieve van de touristen
uit de pakhuizen wordt gehaald, 't Is
blijkbaar ook een kasstuk; men leze
er de jaarverslagen van de V.V.V.
maar op na.
Boerenkaas vindt men in Alkmaar
practisch niet meer. De Noordholland
se boeren maken geen Edammer meer,
een enkeling uitgezonderd. Het zijn de
fabrieken, die de productie hebben over
genomen.
In Zuid-Holland en Utrecht, vanouds
het kaascentrum, is het nog niet zover.
Men vindt er nog honderden boeren, die
zelf de wereldberoemde Goudse kaas
maken en ter markt brengen. Maar
ook hun aantal daalt, angstvallig snel
zelfs. Wie de laatste cijfers ziet, schrikt
er van. Als het zó doorgaat, zal over
25 jaar de Hollandse boerenkaasmaker
een folkloristische figuur geworden zijn,
die men ontmoet in boeken over cul
tuurgeschiedenis en misschien nog op
een enkele, tot natuur-reservaat verhe
vea, boerderij.
Wil men cijfers? In 1952 waren er
in Utrecht nog 1652 zelf-kazende boe
ren, in Zuia-Hollana 2^55, samen
4407. In 1953 was het totaal geslon
ken tot 4176. De productie in beide
provincies, die in 1930 nog 32,7 mil
lioen kilo bedroeg, daalde in 1940 tot
21,4, in 1945 (oorlogsomstandigheden)
tot 5,1, was in 1950 weer tot het
vóór-oorlogse niveau gestegen: 21,2,
maar daalde in 1953 tot 16,4 millioen
kg. In 23 jaar van 1930 tot 1953
zakte de productie dus tot bijna de
helft. Buiten de twee genoemde pro
vincies wordt er practisch geen kaas
neer gemaakt; de landelijke produc
tie was in 1953 gedaald tot 16.709.000
kg.
Tegenover de boeren-productie
staat die van de fabrieken: 141.830.000
kg. in 1953, terwijl het in 1952 nog
126.053.000 kg was en in 1951:
121.033.000 kg. Tegenover de daling
van de boerenproductie, die in 1953
nog slechts ruim tien procent van de
gezamenlijke productie bedroeg, staat
een stijging van de fabrieksproductie.
Het feit constateren is gemakkelijker
dan de oorzaken aangeven. Zelfs in vak
kringen is men het er niet helemaal
over eens. Er waaide daarom nogal eni
ge stof op, toen prof. dr. E. W. Hof
stee, hoogleraar in Wageningen, on
langs in Gouda een rede hield en daar
in stelde, dat bet voortbestaan van de
zelfkazerij in Zuid-Holland en Utrecht
niet afhankelijk is van economische fac
toren, maar dat sociale en culturele
verhoudingen doorslaggevend zijn. Het
verdwijnen van de zelfkazers uit de kop
van Noord-Holland weet hjj aan de ra
tionele geesteshouding van de Noord
hollandse boer, die meer uit verstan
delijke overweging handelt, meer open
staat voor de moderne wereld, minder
hecht aan traditie en geloofsgebruiken,
een andere houding heeft ten opzichte
van kerk en godsdienst dan in Zuid-
Holland, waar men sterker hecht aan
de waarden die door het voorgeslacht
zijn overgeleverd en waar een krachtig
godsdienstig leven met een sterkere re
ligieuze gebondenheid gevonden wordt.
Prof. Hofstee staafde zijn bewering
met cijfers. Tussen Hoorn en Alkmaar,
waar de Noordhollandse zelfkazerjj
zich het langst gehandhaafd heeft, be
stond 80 pet van de zelfkazeiide boeren
uit katholieken met grote gezinnen. De
zelfkazerij is namelijk zeer tijdrovend
en de boerin heeft daarbij hulp nodig
van zoons en dochters. Vreemde hulp
is te duur. „Verstandelijke overwegin
gen aangaande het kindertal", zoals
prof. Hofstee het noemde, doen steeds
meer opgeld. Er komen steeds meer
kleine gezinnen, zodat er steeds meer
dure hulp moet komen.
Ir. Schroder, rijkszuivelconsulent te
Gouda, kwam in een bijeenkomst van
jonge boeren op tegen de stelling van
prof. Hofstee, dat het voortbestaan van
de zelfkazerij niet afhankelijk is van
Advertentie
De hengelsportvereniging „Nooit Ge
dacht" houdt Woensdag 24 November
des avonds te 8 uur een ledenverga
dering in het clublokaal. Het voor-
neamste punt van de agenda is stellig
wel de organisatie van de grote kien-
avond welke dit jaar op 19 December
wordt gehouden.
economische factoren. Hij voerde o.a.
als economische oorzaak van de terug
gang aan, dat de laatste tientallen ja
ren het vetgehalte van de melk aan
zienlijk gestegen is, van ongeveer 3 pet
in 1900 tot gemiddeld 3,68 pet in 1953.
Aangezien de prijs van de melk bepaald
wordt door het vetgehalte en het meer
dere melkvet de roomboter-prijs op
brengt, die hoger ligt dan de kaasprijs,
is het duidelijk, aldus ir. Schroder, dat
de stijging van het vetgehalte de zelf
kazerij minder aantrekkelijk maakt.
Dit betekent nog niet, dat de zelfka
zerij niet lonend meer zou zijn. De boer,
die de melk tot kaas verwerkt, krijgt
aldus per liter melk ongeveer drie cent
meer dan de ander, die de melk „aan
de dam zet", met andere woorden:
door de fabriek laat weghalen. Maar
voor die enkele centen moet veel werk
verzet worden en wanneer hiervoor du
re arbeidskrachten nodig zijn, blijft er
van de winst niet veel meer over. Bo
vendien moet het wel kaas van goede
kwaliteit zijn, anders haalt de boer er
nauwelijks de melkprijs voor.
Ontegenzeglijk wordt het teruglo
pen van de zelfkazerij beïnvloed door
een mentaliteitsverandering bij de
boeren. Het moderne busvervoer
heeft ze'fs de meest afgelegen boeren
dorpen uit hun isolement verlost; er
is dus meer gelegenheid voor ont
spanning en ontwikkeling. Het recht
op vrije tijd onbekend bij vroegere
boerengeneraties gaat ook in het
boerenmilieu een steeds grotere rol
spelen; vooral de jongeren tonen
steeds minder belangstelling voor het
zeer arbeidsintensieve kaasmaken,
dat een sterke binding geeft omdat
het iedere dag en meestal twee
maal gedaan moet worden.
Er zijn vanzelfsprekend ook factoren,
die het behoud van de zelfkazerij gun
stig beïnvloeden. Er worden nog hon
derden boerengezinnen gevonden, die
het zelfkazen zien als een eeuwenoude
familietraditie. De boerin het kaas
maken is meestal haar werk voelt
zich aan haar stand verplicht deze oude
huisindustrie te handhaven en laat niets
na de edele traditie op haar kinderen
over te dragen. Wanneer echter econo
mische factoren als prijs en arbeid
niet voldoende meewerken, is het be
houd van een traditie niet steeds mo
gelijk.
Maar is het dan zo belangrijk, dat
de zelfkazerij behouden blijft? De fa
brieken maken tegenwoordig toch een
goede kaas en de boterproductie is toch
ook practisch geheel van de boerderij
naar de fabriek verplaatst.
Het valt niet te ontkennen, maar het
streven naar behoud heeft een diepere
oorzaak. Óm te beginnen zou het ver
dwijnen van de zelfkazerij opnieuw een
verarming van het boerenleven beteke
nen; steeds meer wordt de boerderij
een louter rationeel bedrijf, waarop al
les wat minder economisch is uit han
den gegeven wordt, met verarming van
de culturele standing der boeren tot ge
volg.
Bovendien zou de boerenkaas een
bij uitstek nationaal product, dat de ba
sis heeft gelegd voor de betekenis van
Nederland als zuivelland niet lan
ger de vlag kunnen zijn, waaronder
scheepsladingen fabriekskaas geëxpor
teerd worden. De buitenlandse handel
weet wel beter, maar het publiek niet.
Men vraagt in het buitenland naar Hol
landse boerenkaas, in de veronderstel
ling, dat men die dan ook werkelijk
krijgt, terwijl het in werkelijkheid gro
tendeels fabriekskaas is. Wanneer de
zelfkazerij verdwenen is en b.v. de Alk-
maarge comedie niet langer opgevoerd
kan worden, heeft de Nederlandse fa
briekskaas geen voorsprong meer op
die van Denemarken of Nieuw Zeeland,
met alle consequenties voor onze export
van dien. Ook zouden de Nederlandse
zuivelfabrieken de stimulans missen om
steeds betere kaas te maken, teneinde
de kwaliteit van de goede boerenkaas
steeds dichter te benaderen. Redenen
voldoende dus om handhaving van de
zelfkazerij te bevorderen.
„Geef ons een eigen kaasmerk, zodat
het buitenland ook de doorsnee Ne
derlandse huisvrouw trouwens kan
zien wat echte boerenkaas is en wat
van de fabriek komt", zeggen sommige
boeren. Thans krijgt alle kaas hetzelf
de merk; slechts de ingewijde kan aan
de lettercode zien wat boerenkaas is.
Ongetwijfeld zou een afzonderlijk kaas-
merk de prijs gunstig beïnvloeden,
maar tegelijk de export van fabrieks
kaas bemoeilijken; begrijpelijk dus, dat
de regering er niets voor voelt; Neder
land is thans het tweede kaas-exporte
rende land met 86 millioen kg. per jaar,
na Nieuw Zeeland (96) en vóór Dene
marken (54). Deze positie moet ge
handhaafd blijven; onze zuivelindustrie
staat of valt er mee.
Advertentie
voor St. Nicolaas
Lange Veerstraaf 13 - Tel. 11178
Boerderijen tn de kaasprovincies hebben veelal een grote, diepe kelder met
pekelbakken, waarin de kaas op het vereiste zoutgehalte wordt gebracht.
De Gouverneur van South Carolina,
Byrnes, en Gouverneur Talmadge van
Georgia, zijn de twee hardste noten,
die het Hof te kraken zal krijgen. In
het diepe Zuiden ligt het hele rassen-
(Van onze Romeinse correspondent)
De Raad van Beheer van de Internationale Arbeidsorganisatie heeft te
Rome van 16 tot 20 November vergaderd, nadat de leden van de Raad met
hun adviseurs en met de staf van het Internationaal Arbeidsbureau ruim
een week in voorbesprekingen hadden doorgebracht.
De belangrijkste punten van het werkprogramma van de Raad waren de
vaststelling van de agenda voor de algemene vergadering van de Inter
nationale Arbeidsorganisatie van 1956 en de beslissing inzake het beleggen
van een eerste Europese Arbeidsconferentie in Januari.
De Internationale Arbeidsorganisatie
(ILO) werd kort na de eerste wereld
oorlog opgericht tegelijk met de Vol
kenbond en is thans een der gespecia
liseerde onderdelen van de Verenigde
Naties. De technische staf, het Inter
nationaal Arbeidsbureau, huist te Ge-
nève en de Directeur-generaal is de
Amerikaan David A. Morse. Na de
jongste toetreding van Honduras zijn
heden 70 landen bij de I.L.O. aangeslo
ten, waaronder sinds het vorig jaar ook
Rusland en zijn satellietlanden, behalve
Roemenië. In het uitvoerend orgaan
van de I.L.O.de Raad van Beheer,
hebben 20 vertegenwoordigers van re
geringen zitting, 10 van werkgeversor
ganisaties en 10 van werknemerszijde.
De tien sterkst geïndustrialiseerde sta
ten hebben een vaste regeringsverte
genwoordiging, de overige dertig ze
tels wisselen per drie jaar. Sinds Juli
1954 maakt Nederland deel van de
Raad uit.
Het was de 127e zitting van de
Raad van Beheer en deze maal had
men op uitnodiging van de Italiaan
se regering voor de bijeenkomst Ro
me gekozen instede van Genève,
waar behalve de jaarlijkse algemene
vergadering van de I.L.O. de Raad
zijn besprekingen pleegt te voeren.
In verband met de veelomvattende
voorbereidingen, als research-werk,
rapporten en studies, welke de ple
naire vergaderingen van de I.L.O.
voorafgaan, bepaalt de regel, dat de
Raad van Beheer de agenda voor de
algemene Conferentie meer dan een
jaar tevoren opstelt.
De thans aangenomen meest saillan
te punten voor 1956 zijn: de dwangar
beid, de wekelijkse rustdag voor be
paalde categorieën en de levens- cn
arbeidsomstandigheden van inheemse
I volkeren binnen onafhankelijke landen.
Daar de I.L.O. in wereldwijde samen
hang streeft naar de verwerkelijking
der sociale gerechtigheid, o.m. door de
verbetering van arbeid, arbeidsvoor
waarden en sociale omstandigheden,
heeft een onderwerp als de dwangar
beid deze organisatie altijd na aan het
hart gelegen. Een conventie omtrent
gedwongen arbeid stamt uit 1930 en
werd door 28 landen geratificeerd.
Maar deze overeenkomst had hoofdza
kelijk betrekking op de dwangarbeid in
de „non metropolitan territories", de
van het souvereine moederland afhan
kelijke gebiedsdelen. Sinds de oorlog
werd het probleem echter over een bre
der front onderzocht door de I.L.O. in
samenwerking met de Verenigde Na
ties op uitnodiging van de Economi
sche en Sociale Raad.
In de onderzoekingen werden nu ook
betrokken de vormen van dwangarbeid
om politieke of economische redenen
binnen de zich zelf regerende staten,
al of niet lid van de I.L.O. De Raad
van Beheer besloot het gehele vraag
stuk voor te leggen te Genève in 1956
en heeft de Directeur-Generaal ge
machtigd volgens bepaalde richtlijnen
aanvullende informaties te nemen en
voorstellen ter tafel te brengen.
De Raad van Beheer meende dat
thans de tijd rijp was voor een poging
om internationaal de wekelijkse rust
dag te regelen voor de categorie van
de handels- en kantoorbedienden.
Tevens zal de I.L.O. conferentie
de omstandigheden bestuderen van de
inheemse volkeren, welke leven bin
nen souvereine staten. Ook hier
wordt, als bij het onderwerp van de
dwangarbeid, dus langzaam het ar
beidsveld verbreed, nu de zorg voor
inheemsen in afhankelijke gebieden
uitgestrekt wordt tot hen, die binnen
een souverein gebied leven, als bv.
de Maori's in Nieuw Zeeland en Au
stralië.
Op de agenda van de eerste Euro-
(Van onze New Yorkse correspondente)
Sedert de opening der scholen na de grote vacantie is hier en daar in de
V.S. rebels gereageerd op de beslissing, welke het Amerikaanse Opper-
gerechtshof enkele maanden geleden heeft genomen met betrekking
tot de gesepareerde schoolopleiding voor negers en blanken. Het Hof ver
klaarde segregatie in openbare scholen onwettig. Maar zoals dat gewoonlijk
gaat, gevallen van rebellie komen sneller en luidruchtiger in krantenkoppen
terecht, dan die waar rustig en met waardigheid reeds gevolg is gegeven
aan de beslissing van het Hof ofschoon er nog geen vast tijdstip bepaald
is, waarop de nieuwe wet van kracht moet worden. Sterke weerstand ver
wachtend, heeft het Hof bij de uitspraak van het verbod van gesepareerde
schoolopleiding niet direct willen vaststellen wanneer de wet in werking
moest treden. Deze beslissing zal pas over enkele maanden worden genomen,
nadat de verschillende staten hun bezwaren, locale omstandigheden, ver
houdingen en ontwikkelingen in de hele rassenkwestie in memoranda aan
het Hof hebben voorgelegd. Daarna zal het Oppergerechtshof dan voor iedere
staat apart de datum bepalen, waarop de wet van kracht zal worden.
probleem, ook psychologisch, volmaakt
anders dan in het Westen of Noorden.
Zoals men weet is het nog geen hon
derd jaar geleden dat de negerslaver
nij in het Zuiden werd opgeheven, ter
wijl in New York, Detroit of Chicago
geen blanke, zelfs maar een moment
bij de gedachte stilstaat, dat in over
volle bus of trein een neger zit en een
blanke aan de lus hangt, blijven in
het Zuiden negers en blanken in locale
vervoermiddelen strikt gescheiden. Zij
eten in verschillende restaurants, en
als zij al geen eigen theaters bezoeken,
zitten negers in amusementsgelegenhe
den op speciaal aan hen toegewezen
plaatsen.
De twee genoemde gouverneurs be
weren ook en met hen een deel van
de blanke Amerikanen in het Zuiden
dat de negers zélf helemaal geen ge
mengde schoolopvoeding wensen. Byr
nes tracht daarnaast te bewijzen dat
hij (al is het misschien wat laat) de
schoolopvoeding van de negers in niets
achter laat staan bij die van de blan
ken in zijn staat. Hij voert een groot
program voor scholenbouw uit, en be
steedt tweederde van het geld daarvoor
aan negerscholen. Maar de negers heb
ben het dan ook wel meer nodig, dan
de blanken. Talmadge en Byrnes zullen
beiden tevens trachten te bewijzen, dat
de wetten van hun staten aanvaarding
van de beslissing van het Oppergerechts
hof in deze segregatie-kwestie niet toe
laten. Zouden zij, na juridische haar-
pluizerijen waar wel een paar jaar
mee heengaan, en dat is waarop ze
rekenen in het ongelijk worden ge
steld, dan zijn ze van plan om in hun
staten de openbare scholen eenvoudig
te sluiten en subsidies te schenken aan
de bijzondere scholen (welke het recht
houden blanken van negers te schei
den). Op die manier zouden zij aan
de beslissing van het Hof willen ont
snappen.
Deze te verwachten weerstand wijst
erop dat in diverse staten een taaie
strijd zal worden gevoerd om alles
bij het oude te laten. Maar niettemin,
de tijd zelf staat niet stil en eman
cipatie in de denkwijze over dit pro
bleem ontwikkelt zich ondanks en
gedeeltelijk ook mede als reactie op
het verzet voort. De voorvallen in de
staat Delaware b.v. waar o.m. in het
stadje Millford tien negerleerlingen
aanvankelijk werden toegelaten tot
een school van blanken, maar later
door een nieuw schoolbestuur weer
naar negerscholen werden terugge
stuurd, hebben in andere delen van
Amerika hevige verontwaardiging bij
blanke Amerikanen opgewekt. In de
meest cynische en snijdende commen
taren werd het gedrag van de blanke
ouders, die hun kinderen thuis hiel
den, zolang de negerleerlingen in de
school waren, door commentators ver
oordeeld. Tekenend is ook dat een to
taal onbelangrijke man, een zekere
Bowles, die in imitatie van de Na
tionale Vereniging voor de Vooruit
gang van Kleurlingen een dergelijke
Vereniging voor Blanken had opge
richt, gearresteerd werd in Delaware,
zodat men hierin wel degelijk de wor
steling van staatsautoriteiten tegen
staatsburgers ziet.
pese Arbeidsconferentie, die over enke
le maanden gehouden zal worden, ko
men onderwerpen voor als de leeftijd
van pensionnering in de industrie en de
financiering der sociale verzekeringen.
Bij dit laatste gaat het niet slechts
om een technische oplossing: kapitaal
dekking of omslagstelsel, maar tevens
over de vraagstukken, wie de premies
moeten betalen: werknemers werkgevers
of beiden, en of dt staat moet bijdra
gen. Een andere vraag is, of de pre
mie een „flat rate" moet zijn, een vas
te en uniforme bijdrage, ongeacht het
inkomen, als bv. te onzent het ge
val is bij de invaliditeitsverzekering:
of een percentuele bijdrage naar het
inkomen.
Een voornaam punt van" overleg zal
voorts zijn de rol, welke werknemers
en werkgevers kunnen spelen bij de op
voering der Europese productiviteit.
Te Castelgandolfo
Z.H. de Paus heeft de deelnemers
aan de vergadering van de Raad in
speciale audiëntie te Castelgandolfo
ontvangen In zijn toespraak prees de
H. Vader de Internationale Arbeids
organisatie zeer, zowel om haar opzet
en haar beproefd werk, als om de
grootse resultaten, die zij bereikte.
„De krachtdadigheid en het gezag
van uw instelling, aldus de Paus,
vloeien vooral voort uit de eerbied,
die zij heeft voor het hoge ideaal,
dat hen bezielt, die een beschaving
bevorderen, welke geheel openstaat
voor de rechtvaardige aspiraties der
arbeiders. De I.L.O. heeft niet één
sociale klasse willen vertegenwoordi
gen, noch het uitingsmiddel willen
worden van één exclusieve richting.
Zij verenigt al wat constructief is,
alles wat beantwoordt aan de /erke-
lijke voorwaarden voor een harmoni
eus gebouwde maatschappij. Daarom
heeft Onze Voorganger Pius XI niet
geaarzeld het merkwaardig samen
vallen te onderlijnen van de begin
selen, neergelegd in het „Charter van
de Arbeid" en die, welke vervat zijn
in de encycliek „Rerum Novarum"."
De Nederlandse delegatie bestond
uit: de Staatssecretaris voor Sociale
Zaken Mr. Dr. A. A. van Rhijn en diens
plaatsvervanger, Mag. Dr. Siegfried
Stokman O.F.M., lid der Tweede Ka
mer, namens de regering; Mr. G. Fe-
nema van het Centraal Sociaal
Werkgeversverbond voor de groep der
werkgevers; en de heer A. Vermeulen,
secretaris van het N VV. voor die der
werknemers. Als adviseur begeleidde
Mr. T. M. Pellinkhof, hoofd van de af
deling Internationale Zaken van het
Departement van Sociale Zaken, de de
legatie.
Om een duidelijke voorstelling van
de feitelijke verhouding tussen negers
en blanken in Amerika te hebben, moet
men weten, dat er alvast 16 staten in
de V.S. zijn, welke zelf reeds de ge
scheiden opvoeding van blanken en
kleurlingen hadden verboden. In 11 an
dere komt het probleem niet eens ter
sprake, daar er te weinig kleurlingen
wonen. Er zijn 4 staten waar de graad
van segregatie plaatselijk bepaald
wordt. En 17 van de 48 staten zijn dus
eigenlijk door de uitspraak van het Hof
getroffen.
Zeker is dat in het merendeel van
deze 17 staten de wil bij de staatsauto
riteiten bestaat om het segregatiepro
bleem op te lossen. De druk van de
Amerikaanse openbare mening wordt
steeds sterker, en zelfs de meest fa
natieke verdedigers van discriminatie
voelen zich niet helemaal gerechtvaar
digd meer, al zal dat ook niet hardop
worden bekend. Er blijven natuurlijk
staten waar, als het hard tegen hard
gaat, felle weerstand zal worden gebo
den. Zo heeft Gouverneur Talmadge
kort geleden gezegd, dat wanneer na
oplossing van alle juridische kwesties
het Oppergerechtshof inderdaad het
recht zou blijken te hebben de staat
Georgia te dwingen de gescheiden
schoolopvoeding van negers en blanken
op te geven, hij de soldaten van de
National Guard met een staatsmacht
zou weerstaan. Gouverneur Talmadge
speelt dus met de gedachte aan bur
geroorlog. Voor het echter zover is,
zal Talmadge last van gebrek aan po
pulariteit krijgen. Het grootste deel van
de Amerikaanse publieke opinie staat
niet achter hem; de Amerikanen weten
bovendien hoe onpopulair deze strijd
voor gelijke rechten van de negers met
de blanken hen maken.
Ontegenzeglijk staat de kleurling in
Amerika nog een lange harde strijd te
wachten voor hij werkelijk op gelijke
voet dezelfde rechten met ieder blank
Amerikaans burger kan genieten. Maar
nu met het Oppergerechtshof als ster
ke bondgenoot, zullen de kleurlingen
de laatste bolwerken van rassendiscri
minatie langzaam hun weerstand zien
opgeven.
Te Appingedam is op 79-jarige leef
tijd overleden mr. A. T. Vos, advocaat
en procureur aldaar. Met mr. Vos is
een bekende figuur uit de advocatuur
heengengaan, die niet alleen als advo
caat belangrijk werk heeft gedaan doch
ook als gemeentelijk bestuurder. Ruim
veertig jaar heeft mr, Vos als raads
lid, wethouder en loco-burgmeester de
gemeente Appingedam gediend. Mr.
Vos kreeg voorts bekendneid door de
vele openluchtspelen die hij voor aller
lei gelegenheden in het Noorden van het
land heeft geschreven. Mr. Vos was de
ken van de Orde van Advocaten van
19401951, lid van de Ned. Mij van
Letterkunde en het Historisch Genoot
schap te Utrecht. De overledene was
officier in de Orde van Oranje Nassau.
Advertentie
VERKOOP EN VERHUUR
Nassaustraat 5 Haarlem Telef. 15220
Het is een van de voorrechten van
katholiek Santpoort, dat het in staat
blijkt een eigen harmonie in het le
ven te houden, een voorrecht, dat
overigens niet door iedereen als zoda
nig gezien wordt, getuige het rumoer
dat speciaal die „rijpere jeugd" ach
ter in de zaal niet achterwege kon
laten. De R.K. Harmonie „Soli Deo
Gloria" concerteerde Zondagavond in
een volle zaal van „Zomerlust" en
onder aanvoering van de volbloed har
monie-dirigent, de heer C. Oudendijk,
zonder wie „Soli" niet denkbaar is,
heeft de harmonie opnieuw een proeve
van zijn kunnen geven.
De mars „Wien bleibt Wien" van J.
Schrammel betekende een forse inzet
van het programma. Hoger gegrepen
was de ballet-fantasie van L. Montagne.
Sommige passages werden wat al te
fors aangezet, kennelijk voortspruitend
uit de prijzenswaardige intentie het zo
goed mogelijk te doen. Dat gold in het
bijzonder voor de klarinetten tijdens de
vele maten staccato bij soli van trom
petten en hoorns. Maar ook liet het
ensemble horen tot welk een speels
musiceren het in staat is. Dat was ook
het geval in de Luneburgersuite van F.
Jakma Sr., waarlijk geen eenvoudige
opgave voor een harmonie. De heer
Oudendijk zoekt bet terecht niet in
goedkope successen en daarom durft
hij ook wat te ondernemen.
Van een geheel ander karakter was
de ouverture Claucus van Cerfontaine.
„Soli" gaf hiervan een feestelijke ver
tolking. Was het de zucht van verlich
ting na de moeilijke suite? De ouver
ture werd gevolgd door een populaire
potpourri, waarin Alfred Delbeco tal
van schlagers voor harmonie arran
geerde. Het publiek had er kennelijk
schik in en zong dapper mee over
„Ping, ping, ping", „Oh mijn papa"
en meer van dat schoons. Een pittige
mars als finale bracht weer een zui
vere harmoniesfeer.
Na de pauze kwam de toneelclub van
„Soli Deo Gloria" op de planken met
de klucht „Het rare kosthuis", ge
bracht onder regie van de heer Jac.
Oudendijk. De R.K. Harmonie beschikt
met dit groepje jonge mensen over een
enthousiast stel medewerkers, die in
staat zijn op gezellige en vlotte wijze
een deel van het programma voor hun
rekening te nemen. Zij spelen vlot en
met gevoel voor humor, hebben kenne
lijk weinig last van plankenkoorts.
Met het dol-komische verhaal van
het rare kosthuis, waarin Levie Salo
mon, handelaar in ster-pillen, een en
dezelfde kamer tegen fantastische prij
zen verhuurt aan een serie van de
meest uiteenlopende types, alleen maar
om eindelijk aan geld te komen, heb
ben zij het publiek naar hartelust doen
lachen. De hilariteit steeg ten top,
toen de verwikkelingen kwamen en
daar was het ten slotte om te doen.
De toneelgroep heeft zijn doel bereikt.
Door goed samenspel en vlot acteren
heeft men het publiek hartelijk doen
lachen.
v. K.
Hr. Ms. „Hermelijn", het vijfde fregat, dat Nederland overeenkomstig het Pro
gramma voor Wederzijdse Militaire Bijstand van de Verenigde Staten ontvangt,
is Maandag in de haven van Den Helder thuisgevaren. Een kijkje in de keuken
van Hr. Ms. „Hermelijn". De middelste van de drie man op de foto is de kok
derde klasse A. P. M. Zandvoort uit Haarlem (Voorzorgstraat 10).