BOERENKAASMAKERS STERVEN UIT Maar het buitenland eet nog echte boerenkaas uit de fabriek Nell Herbert NEGERS in de V.S. wacht nog een harde strijd Bolwerken van rassendiscriminatie staan evenwel wankel Europese Arbeidsconferentie in Januari Prijzend woord van de Paus maat- anthraciet Na de beslissing van het Oppergerechtshof Onderzoek naar dwangarbeid HOOGTEZON DE HOOGSTE TIJD DE I.L.O. ORGANISEERT: H. J. Maertens N. V. DINSDAG 23 NOVEMBER 1954 PAGINA 9 VOGELENZANG „Nooit Gedacht" voor hef maken van een GOED PORTRET Toto-atelier Tegenstand in 17 van de 48 staten Mr. A. T. Vos overleden SANTPOORT „SOU" CONCERTEERT EN SPEELT TONEEL De familie Zwetsloot in Hoogmade, onder de rook van Leiden, is het kaasmaken trouw gebleven en iedere dag belast de boerin zich persoonlijk met dit precieze werk, dat een grote dosis vakmanschap vereist. De foto laat zien, hoe een pas gemaakte Goudse kaas onder de pers vandaan komt. „Nou, wees d'r gezegend mee!" Een laatste ferme handklap en de koop was bezegeld. De boer trok het dekzeil weer over z'n kaasbrik, terwijl de koopman met een stompje potlood iets in een beduimeld boekje schreef. Toen stapten ze samen een cafétje binnen Om de transactie te voltooien. Er kwam een vette portefeuille te voor schijn en met een bedachtzaam gebaar schoof de handelaar zijn bankbiljetten over het kale tafeltje naar de boer, die ze zuinig opborg. Tenslotte kwam er koffie aan te pas, volgens traditie door de verkoper betaald. En daarmee was de handel afgelopen. Dat is het vertrouwde beeld van een kaasmarkt, zoals men het wekelijks kan zien in Gouda, Woerden, Bodegraven en Leiden, om slechts de grootste te noemen. Steeds hetzelfde, maar steeds weer interessant, ook voor de be langstellende buitenstaander, die niets begrijpt van het loven en bieden op handslag, waarbij weinig gezegd en meestal veel geslagen wordt, 't Gaat vaak maar om één of 'n paar centen; per kilo, wel te verstaan. De handelaar begint aan de lage kant en meestal is hij het, die het grootste deel van het verschil voor z'n rekening moet nemen. Want de boer heeft nu eenmaal een prijs in z'n kop ziten en er moet veel gebeuren, wil men die eruit krijgen. De tourist, die dit kleurige tafereel tje met zoveel genoegen bekijkt en er kilometers film op verschiet, heeft er geen weet van, dat hij toeschouwer is bij het meest bekende en meest ge speelde openluchtspel van Nederland. Zelfs Elckerlijc kan er niet tegenop. Het is een goed geregisseerde en ge speelde show met fabriekskaas Kaas, die ten gerieve van de touristen uit de pakhuizen wordt gehaald, 't Is blijkbaar ook een kasstuk; men leze er de jaarverslagen van de V.V.V. maar op na. Boerenkaas vindt men in Alkmaar practisch niet meer. De Noordholland se boeren maken geen Edammer meer, een enkeling uitgezonderd. Het zijn de fabrieken, die de productie hebben over genomen. In Zuid-Holland en Utrecht, vanouds het kaascentrum, is het nog niet zover. Men vindt er nog honderden boeren, die zelf de wereldberoemde Goudse kaas maken en ter markt brengen. Maar ook hun aantal daalt, angstvallig snel zelfs. Wie de laatste cijfers ziet, schrikt er van. Als het zó doorgaat, zal over 25 jaar de Hollandse boerenkaasmaker een folkloristische figuur geworden zijn, die men ontmoet in boeken over cul tuurgeschiedenis en misschien nog op een enkele, tot natuur-reservaat verhe vea, boerderij. Wil men cijfers? In 1952 waren er in Utrecht nog 1652 zelf-kazende boe ren, in Zuia-Hollana 2^55, samen 4407. In 1953 was het totaal geslon ken tot 4176. De productie in beide provincies, die in 1930 nog 32,7 mil lioen kilo bedroeg, daalde in 1940 tot 21,4, in 1945 (oorlogsomstandigheden) tot 5,1, was in 1950 weer tot het vóór-oorlogse niveau gestegen: 21,2, maar daalde in 1953 tot 16,4 millioen kg. In 23 jaar van 1930 tot 1953 zakte de productie dus tot bijna de helft. Buiten de twee genoemde pro vincies wordt er practisch geen kaas neer gemaakt; de landelijke produc tie was in 1953 gedaald tot 16.709.000 kg. Tegenover de boeren-productie staat die van de fabrieken: 141.830.000 kg. in 1953, terwijl het in 1952 nog 126.053.000 kg was en in 1951: 121.033.000 kg. Tegenover de daling van de boerenproductie, die in 1953 nog slechts ruim tien procent van de gezamenlijke productie bedroeg, staat een stijging van de fabrieksproductie. Het feit constateren is gemakkelijker dan de oorzaken aangeven. Zelfs in vak kringen is men het er niet helemaal over eens. Er waaide daarom nogal eni ge stof op, toen prof. dr. E. W. Hof stee, hoogleraar in Wageningen, on langs in Gouda een rede hield en daar in stelde, dat bet voortbestaan van de zelfkazerij in Zuid-Holland en Utrecht niet afhankelijk is van economische fac toren, maar dat sociale en culturele verhoudingen doorslaggevend zijn. Het verdwijnen van de zelfkazers uit de kop van Noord-Holland weet hjj aan de ra tionele geesteshouding van de Noord hollandse boer, die meer uit verstan delijke overweging handelt, meer open staat voor de moderne wereld, minder hecht aan traditie en geloofsgebruiken, een andere houding heeft ten opzichte van kerk en godsdienst dan in Zuid- Holland, waar men sterker hecht aan de waarden die door het voorgeslacht zijn overgeleverd en waar een krachtig godsdienstig leven met een sterkere re ligieuze gebondenheid gevonden wordt. Prof. Hofstee staafde zijn bewering met cijfers. Tussen Hoorn en Alkmaar, waar de Noordhollandse zelfkazerjj zich het langst gehandhaafd heeft, be stond 80 pet van de zelfkazeiide boeren uit katholieken met grote gezinnen. De zelfkazerij is namelijk zeer tijdrovend en de boerin heeft daarbij hulp nodig van zoons en dochters. Vreemde hulp is te duur. „Verstandelijke overwegin gen aangaande het kindertal", zoals prof. Hofstee het noemde, doen steeds meer opgeld. Er komen steeds meer kleine gezinnen, zodat er steeds meer dure hulp moet komen. Ir. Schroder, rijkszuivelconsulent te Gouda, kwam in een bijeenkomst van jonge boeren op tegen de stelling van prof. Hofstee, dat het voortbestaan van de zelfkazerij niet afhankelijk is van Advertentie De hengelsportvereniging „Nooit Ge dacht" houdt Woensdag 24 November des avonds te 8 uur een ledenverga dering in het clublokaal. Het voor- neamste punt van de agenda is stellig wel de organisatie van de grote kien- avond welke dit jaar op 19 December wordt gehouden. economische factoren. Hij voerde o.a. als economische oorzaak van de terug gang aan, dat de laatste tientallen ja ren het vetgehalte van de melk aan zienlijk gestegen is, van ongeveer 3 pet in 1900 tot gemiddeld 3,68 pet in 1953. Aangezien de prijs van de melk bepaald wordt door het vetgehalte en het meer dere melkvet de roomboter-prijs op brengt, die hoger ligt dan de kaasprijs, is het duidelijk, aldus ir. Schroder, dat de stijging van het vetgehalte de zelf kazerij minder aantrekkelijk maakt. Dit betekent nog niet, dat de zelfka zerij niet lonend meer zou zijn. De boer, die de melk tot kaas verwerkt, krijgt aldus per liter melk ongeveer drie cent meer dan de ander, die de melk „aan de dam zet", met andere woorden: door de fabriek laat weghalen. Maar voor die enkele centen moet veel werk verzet worden en wanneer hiervoor du re arbeidskrachten nodig zijn, blijft er van de winst niet veel meer over. Bo vendien moet het wel kaas van goede kwaliteit zijn, anders haalt de boer er nauwelijks de melkprijs voor. Ontegenzeglijk wordt het teruglo pen van de zelfkazerij beïnvloed door een mentaliteitsverandering bij de boeren. Het moderne busvervoer heeft ze'fs de meest afgelegen boeren dorpen uit hun isolement verlost; er is dus meer gelegenheid voor ont spanning en ontwikkeling. Het recht op vrije tijd onbekend bij vroegere boerengeneraties gaat ook in het boerenmilieu een steeds grotere rol spelen; vooral de jongeren tonen steeds minder belangstelling voor het zeer arbeidsintensieve kaasmaken, dat een sterke binding geeft omdat het iedere dag en meestal twee maal gedaan moet worden. Er zijn vanzelfsprekend ook factoren, die het behoud van de zelfkazerij gun stig beïnvloeden. Er worden nog hon derden boerengezinnen gevonden, die het zelfkazen zien als een eeuwenoude familietraditie. De boerin het kaas maken is meestal haar werk voelt zich aan haar stand verplicht deze oude huisindustrie te handhaven en laat niets na de edele traditie op haar kinderen over te dragen. Wanneer echter econo mische factoren als prijs en arbeid niet voldoende meewerken, is het be houd van een traditie niet steeds mo gelijk. Maar is het dan zo belangrijk, dat de zelfkazerij behouden blijft? De fa brieken maken tegenwoordig toch een goede kaas en de boterproductie is toch ook practisch geheel van de boerderij naar de fabriek verplaatst. Het valt niet te ontkennen, maar het streven naar behoud heeft een diepere oorzaak. Óm te beginnen zou het ver dwijnen van de zelfkazerij opnieuw een verarming van het boerenleven beteke nen; steeds meer wordt de boerderij een louter rationeel bedrijf, waarop al les wat minder economisch is uit han den gegeven wordt, met verarming van de culturele standing der boeren tot ge volg. Bovendien zou de boerenkaas een bij uitstek nationaal product, dat de ba sis heeft gelegd voor de betekenis van Nederland als zuivelland niet lan ger de vlag kunnen zijn, waaronder scheepsladingen fabriekskaas geëxpor teerd worden. De buitenlandse handel weet wel beter, maar het publiek niet. Men vraagt in het buitenland naar Hol landse boerenkaas, in de veronderstel ling, dat men die dan ook werkelijk krijgt, terwijl het in werkelijkheid gro tendeels fabriekskaas is. Wanneer de zelfkazerij verdwenen is en b.v. de Alk- maarge comedie niet langer opgevoerd kan worden, heeft de Nederlandse fa briekskaas geen voorsprong meer op die van Denemarken of Nieuw Zeeland, met alle consequenties voor onze export van dien. Ook zouden de Nederlandse zuivelfabrieken de stimulans missen om steeds betere kaas te maken, teneinde de kwaliteit van de goede boerenkaas steeds dichter te benaderen. Redenen voldoende dus om handhaving van de zelfkazerij te bevorderen. „Geef ons een eigen kaasmerk, zodat het buitenland ook de doorsnee Ne derlandse huisvrouw trouwens kan zien wat echte boerenkaas is en wat van de fabriek komt", zeggen sommige boeren. Thans krijgt alle kaas hetzelf de merk; slechts de ingewijde kan aan de lettercode zien wat boerenkaas is. Ongetwijfeld zou een afzonderlijk kaas- merk de prijs gunstig beïnvloeden, maar tegelijk de export van fabrieks kaas bemoeilijken; begrijpelijk dus, dat de regering er niets voor voelt; Neder land is thans het tweede kaas-exporte rende land met 86 millioen kg. per jaar, na Nieuw Zeeland (96) en vóór Dene marken (54). Deze positie moet ge handhaafd blijven; onze zuivelindustrie staat of valt er mee. Advertentie voor St. Nicolaas Lange Veerstraaf 13 - Tel. 11178 Boerderijen tn de kaasprovincies hebben veelal een grote, diepe kelder met pekelbakken, waarin de kaas op het vereiste zoutgehalte wordt gebracht. De Gouverneur van South Carolina, Byrnes, en Gouverneur Talmadge van Georgia, zijn de twee hardste noten, die het Hof te kraken zal krijgen. In het diepe Zuiden ligt het hele rassen- (Van onze Romeinse correspondent) De Raad van Beheer van de Internationale Arbeidsorganisatie heeft te Rome van 16 tot 20 November vergaderd, nadat de leden van de Raad met hun adviseurs en met de staf van het Internationaal Arbeidsbureau ruim een week in voorbesprekingen hadden doorgebracht. De belangrijkste punten van het werkprogramma van de Raad waren de vaststelling van de agenda voor de algemene vergadering van de Inter nationale Arbeidsorganisatie van 1956 en de beslissing inzake het beleggen van een eerste Europese Arbeidsconferentie in Januari. De Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) werd kort na de eerste wereld oorlog opgericht tegelijk met de Vol kenbond en is thans een der gespecia liseerde onderdelen van de Verenigde Naties. De technische staf, het Inter nationaal Arbeidsbureau, huist te Ge- nève en de Directeur-generaal is de Amerikaan David A. Morse. Na de jongste toetreding van Honduras zijn heden 70 landen bij de I.L.O. aangeslo ten, waaronder sinds het vorig jaar ook Rusland en zijn satellietlanden, behalve Roemenië. In het uitvoerend orgaan van de I.L.O.de Raad van Beheer, hebben 20 vertegenwoordigers van re geringen zitting, 10 van werkgeversor ganisaties en 10 van werknemerszijde. De tien sterkst geïndustrialiseerde sta ten hebben een vaste regeringsverte genwoordiging, de overige dertig ze tels wisselen per drie jaar. Sinds Juli 1954 maakt Nederland deel van de Raad uit. Het was de 127e zitting van de Raad van Beheer en deze maal had men op uitnodiging van de Italiaan se regering voor de bijeenkomst Ro me gekozen instede van Genève, waar behalve de jaarlijkse algemene vergadering van de I.L.O. de Raad zijn besprekingen pleegt te voeren. In verband met de veelomvattende voorbereidingen, als research-werk, rapporten en studies, welke de ple naire vergaderingen van de I.L.O. voorafgaan, bepaalt de regel, dat de Raad van Beheer de agenda voor de algemene Conferentie meer dan een jaar tevoren opstelt. De thans aangenomen meest saillan te punten voor 1956 zijn: de dwangar beid, de wekelijkse rustdag voor be paalde categorieën en de levens- cn arbeidsomstandigheden van inheemse I volkeren binnen onafhankelijke landen. Daar de I.L.O. in wereldwijde samen hang streeft naar de verwerkelijking der sociale gerechtigheid, o.m. door de verbetering van arbeid, arbeidsvoor waarden en sociale omstandigheden, heeft een onderwerp als de dwangar beid deze organisatie altijd na aan het hart gelegen. Een conventie omtrent gedwongen arbeid stamt uit 1930 en werd door 28 landen geratificeerd. Maar deze overeenkomst had hoofdza kelijk betrekking op de dwangarbeid in de „non metropolitan territories", de van het souvereine moederland afhan kelijke gebiedsdelen. Sinds de oorlog werd het probleem echter over een bre der front onderzocht door de I.L.O. in samenwerking met de Verenigde Na ties op uitnodiging van de Economi sche en Sociale Raad. In de onderzoekingen werden nu ook betrokken de vormen van dwangarbeid om politieke of economische redenen binnen de zich zelf regerende staten, al of niet lid van de I.L.O. De Raad van Beheer besloot het gehele vraag stuk voor te leggen te Genève in 1956 en heeft de Directeur-Generaal ge machtigd volgens bepaalde richtlijnen aanvullende informaties te nemen en voorstellen ter tafel te brengen. De Raad van Beheer meende dat thans de tijd rijp was voor een poging om internationaal de wekelijkse rust dag te regelen voor de categorie van de handels- en kantoorbedienden. Tevens zal de I.L.O. conferentie de omstandigheden bestuderen van de inheemse volkeren, welke leven bin nen souvereine staten. Ook hier wordt, als bij het onderwerp van de dwangarbeid, dus langzaam het ar beidsveld verbreed, nu de zorg voor inheemsen in afhankelijke gebieden uitgestrekt wordt tot hen, die binnen een souverein gebied leven, als bv. de Maori's in Nieuw Zeeland en Au stralië. Op de agenda van de eerste Euro- (Van onze New Yorkse correspondente) Sedert de opening der scholen na de grote vacantie is hier en daar in de V.S. rebels gereageerd op de beslissing, welke het Amerikaanse Opper- gerechtshof enkele maanden geleden heeft genomen met betrekking tot de gesepareerde schoolopleiding voor negers en blanken. Het Hof ver klaarde segregatie in openbare scholen onwettig. Maar zoals dat gewoonlijk gaat, gevallen van rebellie komen sneller en luidruchtiger in krantenkoppen terecht, dan die waar rustig en met waardigheid reeds gevolg is gegeven aan de beslissing van het Hof ofschoon er nog geen vast tijdstip bepaald is, waarop de nieuwe wet van kracht moet worden. Sterke weerstand ver wachtend, heeft het Hof bij de uitspraak van het verbod van gesepareerde schoolopleiding niet direct willen vaststellen wanneer de wet in werking moest treden. Deze beslissing zal pas over enkele maanden worden genomen, nadat de verschillende staten hun bezwaren, locale omstandigheden, ver houdingen en ontwikkelingen in de hele rassenkwestie in memoranda aan het Hof hebben voorgelegd. Daarna zal het Oppergerechtshof dan voor iedere staat apart de datum bepalen, waarop de wet van kracht zal worden. probleem, ook psychologisch, volmaakt anders dan in het Westen of Noorden. Zoals men weet is het nog geen hon derd jaar geleden dat de negerslaver nij in het Zuiden werd opgeheven, ter wijl in New York, Detroit of Chicago geen blanke, zelfs maar een moment bij de gedachte stilstaat, dat in over volle bus of trein een neger zit en een blanke aan de lus hangt, blijven in het Zuiden negers en blanken in locale vervoermiddelen strikt gescheiden. Zij eten in verschillende restaurants, en als zij al geen eigen theaters bezoeken, zitten negers in amusementsgelegenhe den op speciaal aan hen toegewezen plaatsen. De twee genoemde gouverneurs be weren ook en met hen een deel van de blanke Amerikanen in het Zuiden dat de negers zélf helemaal geen ge mengde schoolopvoeding wensen. Byr nes tracht daarnaast te bewijzen dat hij (al is het misschien wat laat) de schoolopvoeding van de negers in niets achter laat staan bij die van de blan ken in zijn staat. Hij voert een groot program voor scholenbouw uit, en be steedt tweederde van het geld daarvoor aan negerscholen. Maar de negers heb ben het dan ook wel meer nodig, dan de blanken. Talmadge en Byrnes zullen beiden tevens trachten te bewijzen, dat de wetten van hun staten aanvaarding van de beslissing van het Oppergerechts hof in deze segregatie-kwestie niet toe laten. Zouden zij, na juridische haar- pluizerijen waar wel een paar jaar mee heengaan, en dat is waarop ze rekenen in het ongelijk worden ge steld, dan zijn ze van plan om in hun staten de openbare scholen eenvoudig te sluiten en subsidies te schenken aan de bijzondere scholen (welke het recht houden blanken van negers te schei den). Op die manier zouden zij aan de beslissing van het Hof willen ont snappen. Deze te verwachten weerstand wijst erop dat in diverse staten een taaie strijd zal worden gevoerd om alles bij het oude te laten. Maar niettemin, de tijd zelf staat niet stil en eman cipatie in de denkwijze over dit pro bleem ontwikkelt zich ondanks en gedeeltelijk ook mede als reactie op het verzet voort. De voorvallen in de staat Delaware b.v. waar o.m. in het stadje Millford tien negerleerlingen aanvankelijk werden toegelaten tot een school van blanken, maar later door een nieuw schoolbestuur weer naar negerscholen werden terugge stuurd, hebben in andere delen van Amerika hevige verontwaardiging bij blanke Amerikanen opgewekt. In de meest cynische en snijdende commen taren werd het gedrag van de blanke ouders, die hun kinderen thuis hiel den, zolang de negerleerlingen in de school waren, door commentators ver oordeeld. Tekenend is ook dat een to taal onbelangrijke man, een zekere Bowles, die in imitatie van de Na tionale Vereniging voor de Vooruit gang van Kleurlingen een dergelijke Vereniging voor Blanken had opge richt, gearresteerd werd in Delaware, zodat men hierin wel degelijk de wor steling van staatsautoriteiten tegen staatsburgers ziet. pese Arbeidsconferentie, die over enke le maanden gehouden zal worden, ko men onderwerpen voor als de leeftijd van pensionnering in de industrie en de financiering der sociale verzekeringen. Bij dit laatste gaat het niet slechts om een technische oplossing: kapitaal dekking of omslagstelsel, maar tevens over de vraagstukken, wie de premies moeten betalen: werknemers werkgevers of beiden, en of dt staat moet bijdra gen. Een andere vraag is, of de pre mie een „flat rate" moet zijn, een vas te en uniforme bijdrage, ongeacht het inkomen, als bv. te onzent het ge val is bij de invaliditeitsverzekering: of een percentuele bijdrage naar het inkomen. Een voornaam punt van" overleg zal voorts zijn de rol, welke werknemers en werkgevers kunnen spelen bij de op voering der Europese productiviteit. Te Castelgandolfo Z.H. de Paus heeft de deelnemers aan de vergadering van de Raad in speciale audiëntie te Castelgandolfo ontvangen In zijn toespraak prees de H. Vader de Internationale Arbeids organisatie zeer, zowel om haar opzet en haar beproefd werk, als om de grootse resultaten, die zij bereikte. „De krachtdadigheid en het gezag van uw instelling, aldus de Paus, vloeien vooral voort uit de eerbied, die zij heeft voor het hoge ideaal, dat hen bezielt, die een beschaving bevorderen, welke geheel openstaat voor de rechtvaardige aspiraties der arbeiders. De I.L.O. heeft niet één sociale klasse willen vertegenwoordi gen, noch het uitingsmiddel willen worden van één exclusieve richting. Zij verenigt al wat constructief is, alles wat beantwoordt aan de /erke- lijke voorwaarden voor een harmoni eus gebouwde maatschappij. Daarom heeft Onze Voorganger Pius XI niet geaarzeld het merkwaardig samen vallen te onderlijnen van de begin selen, neergelegd in het „Charter van de Arbeid" en die, welke vervat zijn in de encycliek „Rerum Novarum"." De Nederlandse delegatie bestond uit: de Staatssecretaris voor Sociale Zaken Mr. Dr. A. A. van Rhijn en diens plaatsvervanger, Mag. Dr. Siegfried Stokman O.F.M., lid der Tweede Ka mer, namens de regering; Mr. G. Fe- nema van het Centraal Sociaal Werkgeversverbond voor de groep der werkgevers; en de heer A. Vermeulen, secretaris van het N VV. voor die der werknemers. Als adviseur begeleidde Mr. T. M. Pellinkhof, hoofd van de af deling Internationale Zaken van het Departement van Sociale Zaken, de de legatie. Om een duidelijke voorstelling van de feitelijke verhouding tussen negers en blanken in Amerika te hebben, moet men weten, dat er alvast 16 staten in de V.S. zijn, welke zelf reeds de ge scheiden opvoeding van blanken en kleurlingen hadden verboden. In 11 an dere komt het probleem niet eens ter sprake, daar er te weinig kleurlingen wonen. Er zijn 4 staten waar de graad van segregatie plaatselijk bepaald wordt. En 17 van de 48 staten zijn dus eigenlijk door de uitspraak van het Hof getroffen. Zeker is dat in het merendeel van deze 17 staten de wil bij de staatsauto riteiten bestaat om het segregatiepro bleem op te lossen. De druk van de Amerikaanse openbare mening wordt steeds sterker, en zelfs de meest fa natieke verdedigers van discriminatie voelen zich niet helemaal gerechtvaar digd meer, al zal dat ook niet hardop worden bekend. Er blijven natuurlijk staten waar, als het hard tegen hard gaat, felle weerstand zal worden gebo den. Zo heeft Gouverneur Talmadge kort geleden gezegd, dat wanneer na oplossing van alle juridische kwesties het Oppergerechtshof inderdaad het recht zou blijken te hebben de staat Georgia te dwingen de gescheiden schoolopvoeding van negers en blanken op te geven, hij de soldaten van de National Guard met een staatsmacht zou weerstaan. Gouverneur Talmadge speelt dus met de gedachte aan bur geroorlog. Voor het echter zover is, zal Talmadge last van gebrek aan po pulariteit krijgen. Het grootste deel van de Amerikaanse publieke opinie staat niet achter hem; de Amerikanen weten bovendien hoe onpopulair deze strijd voor gelijke rechten van de negers met de blanken hen maken. Ontegenzeglijk staat de kleurling in Amerika nog een lange harde strijd te wachten voor hij werkelijk op gelijke voet dezelfde rechten met ieder blank Amerikaans burger kan genieten. Maar nu met het Oppergerechtshof als ster ke bondgenoot, zullen de kleurlingen de laatste bolwerken van rassendiscri minatie langzaam hun weerstand zien opgeven. Te Appingedam is op 79-jarige leef tijd overleden mr. A. T. Vos, advocaat en procureur aldaar. Met mr. Vos is een bekende figuur uit de advocatuur heengengaan, die niet alleen als advo caat belangrijk werk heeft gedaan doch ook als gemeentelijk bestuurder. Ruim veertig jaar heeft mr, Vos als raads lid, wethouder en loco-burgmeester de gemeente Appingedam gediend. Mr. Vos kreeg voorts bekendneid door de vele openluchtspelen die hij voor aller lei gelegenheden in het Noorden van het land heeft geschreven. Mr. Vos was de ken van de Orde van Advocaten van 19401951, lid van de Ned. Mij van Letterkunde en het Historisch Genoot schap te Utrecht. De overledene was officier in de Orde van Oranje Nassau. Advertentie VERKOOP EN VERHUUR Nassaustraat 5 Haarlem Telef. 15220 Het is een van de voorrechten van katholiek Santpoort, dat het in staat blijkt een eigen harmonie in het le ven te houden, een voorrecht, dat overigens niet door iedereen als zoda nig gezien wordt, getuige het rumoer dat speciaal die „rijpere jeugd" ach ter in de zaal niet achterwege kon laten. De R.K. Harmonie „Soli Deo Gloria" concerteerde Zondagavond in een volle zaal van „Zomerlust" en onder aanvoering van de volbloed har monie-dirigent, de heer C. Oudendijk, zonder wie „Soli" niet denkbaar is, heeft de harmonie opnieuw een proeve van zijn kunnen geven. De mars „Wien bleibt Wien" van J. Schrammel betekende een forse inzet van het programma. Hoger gegrepen was de ballet-fantasie van L. Montagne. Sommige passages werden wat al te fors aangezet, kennelijk voortspruitend uit de prijzenswaardige intentie het zo goed mogelijk te doen. Dat gold in het bijzonder voor de klarinetten tijdens de vele maten staccato bij soli van trom petten en hoorns. Maar ook liet het ensemble horen tot welk een speels musiceren het in staat is. Dat was ook het geval in de Luneburgersuite van F. Jakma Sr., waarlijk geen eenvoudige opgave voor een harmonie. De heer Oudendijk zoekt bet terecht niet in goedkope successen en daarom durft hij ook wat te ondernemen. Van een geheel ander karakter was de ouverture Claucus van Cerfontaine. „Soli" gaf hiervan een feestelijke ver tolking. Was het de zucht van verlich ting na de moeilijke suite? De ouver ture werd gevolgd door een populaire potpourri, waarin Alfred Delbeco tal van schlagers voor harmonie arran geerde. Het publiek had er kennelijk schik in en zong dapper mee over „Ping, ping, ping", „Oh mijn papa" en meer van dat schoons. Een pittige mars als finale bracht weer een zui vere harmoniesfeer. Na de pauze kwam de toneelclub van „Soli Deo Gloria" op de planken met de klucht „Het rare kosthuis", ge bracht onder regie van de heer Jac. Oudendijk. De R.K. Harmonie beschikt met dit groepje jonge mensen over een enthousiast stel medewerkers, die in staat zijn op gezellige en vlotte wijze een deel van het programma voor hun rekening te nemen. Zij spelen vlot en met gevoel voor humor, hebben kenne lijk weinig last van plankenkoorts. Met het dol-komische verhaal van het rare kosthuis, waarin Levie Salo mon, handelaar in ster-pillen, een en dezelfde kamer tegen fantastische prij zen verhuurt aan een serie van de meest uiteenlopende types, alleen maar om eindelijk aan geld te komen, heb ben zij het publiek naar hartelust doen lachen. De hilariteit steeg ten top, toen de verwikkelingen kwamen en daar was het ten slotte om te doen. De toneelgroep heeft zijn doel bereikt. Door goed samenspel en vlot acteren heeft men het publiek hartelijk doen lachen. v. K. Hr. Ms. „Hermelijn", het vijfde fregat, dat Nederland overeenkomstig het Pro gramma voor Wederzijdse Militaire Bijstand van de Verenigde Staten ontvangt, is Maandag in de haven van Den Helder thuisgevaren. Een kijkje in de keuken van Hr. Ms. „Hermelijn". De middelste van de drie man op de foto is de kok derde klasse A. P. M. Zandvoort uit Haarlem (Voorzorgstraat 10).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1954 | | pagina 9