VAN DE LAATSTE TEGEN SPOTPRIJZEN WEENS HISTORICUS ontpopt zich als een verdienstelijk romancier Oude tekeningen uit Brussel en oud tin in Boymans 3 2 uit onze balans VROOM REEKS VERTAALDE ROMANS „De achtste dag" door H. Gohde (F. Heer) Hammarskjöld, Tsjou en Lai en experts in internationaal recht confereren in Peking In het jaar 2074 Goede catalogus van reproducties Subsidie aan Gelders E. TI. ingetrokken Ga meglmet Uw tijd HEERLIJK VOORJAAR LITERAIRE KRONIEK lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll ZATERDAG 8 JANUARI 1955 PAGINA 6 PARLE2 FRANCAIS SAY IT IN ENGLISH SPRICH DEUTSCH handige conversatieg idsen in zakformaat goede gidsen Oplossing K.S. C. -geschil spoedig verwacht V--' Militaire voorlichting op school Sir Arthur Keith overleden Boek van Franse abbé op de Index Diploma volksdansleider Belgische Koninklijke onderscheiding AMSTERDAM - HAARLEM DEN HAAG WASSENAAR - BUSSUM - IJMUIDEN BEVERWIJK Voor Gohde-Heer blijft de waarheid bestaan, dat de poorten der hel de Kerk niet zullen overweldigen. Zijn roman speelt in een verre toekomst, in het jaar 109 van de Nieuwe Wereldrekening, dat is het jaar 2074 na Christus, en dan ziet het er op aarde nog maar weinig mens waardig meer uit. Het BURO heeft dan alle wereldse en goddelijke macht aan zich getrokken en heerst over de hele mensheid met niets ontziend despotisme. Geen mens, die nog veilig er een eigen menipg op na kan houden. Alle denken, voelen, spelen, werken, zelfs léven, is gecollectiveerd. Toch weet de hoofdper soon van het boek, een jongeman, die op en top het product van zijn tijd is, zich inzicht te verschaffen in de hogere zin van zijn leven. Hij maakt kennis met „de geheime secte der christenen". Deze secte leidt een duister bestaan, niet on gelijk aan dat ten tijde der christenver volgingen onder Nero. De catacomben zijn opnieuw werkelijkheid geworden, maar daar begint ook wederom de victo rie van het christelijk levensbeginsel. Gohde-Heer wil „De achtste dag" be schouwd zien als een actualiteitsroman; een betiteling, welke inderdaad beter dan die van toekómstroman aangeeft wat het boek behelst: een pessimistische, maar niettemin hoopvolle visie op de toekomst, zulks met een kracht van waarschijnlijkheid, waaraan men zich moeilijk kan onttrekken. De roman, hoe wel kennelijk niet het werk van een ge boren romancier, bevat tal van aangrij pende passages en is als waarschuwing van het hoogste belang. Waar Gohde- Heer als historicus situaties uit verleden en toekomst met elkaar vergelijkt en als het ware tegen elkaar uitspeelt, is/ hij bijzonder aansprekelijk. „Der achte Tag, Roman einer Welt- stunde" werd consciëntieus uit het Duits vertaald door Karei Deenen 1). De schaduw der beelden Karei Deenen vertaald^ook de nieuwe roman van William E. Barrett: „De schaduw der beelden" (The Shadows of the images), een zeer lijvig boekwerk van 463 pagina's, dat in de Verenigde Staten tot de meest verkochte boeken van het jaar behoort. Uitvoerig graaft Barrett in zaken van godsdienst, corrup tie en politiek. Ook het rassenprobleem ligt hem na aan het hart. Het verhaal in „De schaduw der beelden" draait om een prachtig in hout gesneden beeldje, het welk de verpersoonlijking van het kwaad voorstelt: de Satan. Het houten beeldje speelt zijn rol in het leven van vier mensen, die, zoals dat heet, meege sleurd worden in de maalstroom van goed en kwaad, maar niettemin van goeden wille zijn. Bijzonder veel boeien de situaties en tal van interessante per sonages komen in „De schaduw der beelden" voor. Het is een werk in grote stijl, zo breed en uitgesponnen als het is. Men moet er de tijd voor nemen om er ten volle van te genieten 2). Hel jongetje in de put Wanneer we ons oor aan een schelp te BRUCE MARSHALL is op zijn best in de roman „De man die niet terugkeerde. luisteren leggen, horen we het ruisen van de zee. Het is de schelp, die haar verleden diep in zich gevangen heeft gehouden: als onvergankelijke herinne ring. Er zijn momenten, die ons onver wachts weer helder voor de geest komen te staan. Maar in wélk verband staan zij tot het heden? Het is een gave zich de dingen uit het verre verleden nauwkeu rig en diepgaand te herinneren, en er dan de verborgen zin in te ontwaren. Stefan Andres, een der grootste katho lieke schrijvers van het na-oorlogse Duitsland, houdt zich in zijn jongste roman met „persoonlijke herinnerin gen" bezig. Zoals al zijn vorige romans is ook dit nieuwe boek, „Het jongetje In de put", een verrassing. Het is het ver haal van een eenvoudig kinderleven. Andres schetst de verbijstering van het kind als het de onbegrijpelijke dingen van de „grote" mensen gadeslaat. Hij vertelt in „Het jongetje in de put" heel simpel en ogenschijnlijk zonder bepaald doel. Hij heeft er een geen groot pro bleem-werk van willen maken. Maar het is niettemin een uitstekende compositie geworden, die zich prettig laat lezen. Deze roman, waarvan de oorspronkelijke titel is „Der Knabe im Brunnen", werd door André Noorbeek met zorg ver taald 2). Caroline's tweede leven Met „Caroline" („Are you ready, Caro line?") wordt Ruth Feiner, een katho lieke Engelse schrijfster, in ons land ge ïntroduceerd. De roman behelst het „gewenste'' leven van Caroline Russel. Wanneer deze hoofdfiguur zich, voordat het partijtje, dat ze 's avonds te haren huize zal geven, nog een ogenblikje alleen terugtrekt, overvalt haar de vraag: „Wat heb ik van mijn leven ge maakt? Hoe was mijn leven verlopen, wanneer ik alle mogelijkheden, inclusief mijn verlangen toneelspeelster te wor den, had kunnen verwezenlijken?" In dit memoreren denkt ze ook aan haar eer ste liefde. Haar eerste liefde, die ze niet trouwde, maar die later als priester in haar leven bleef. Ook hij zal op het partijtje aanwezig zijn. Nu, een korte tijd voordat de avond zal aanvangen en zij de voorname en knappe vrouw van Vernon Russel en de voortreffelijke gast vrouw van haar gasten zal zijn, ziet ze in een flits haar leven mislukt. Ze zou een wonder wensen om „alles over te doen". En dit wonder komt. Lijdende aan een lichte hartkwaal zakt zij stil twintig jaar terug. In een droom? In ieder geval, Caroline stapt uit het heden. Dezelfde mensen, dezelfde verlangens van vroeger, maar nu in een verwezen lijking van mogelijkheden. Maar wat blijkt dat nieuwe leven in te houden? Bitterheid. Verdriet. Schande. In een vlotte karaktertekening en met kennis'van de menselijke geest Iaat Ruth Feiner de lezer het „gewenste" leven mee beleven. Het werpt de vraag op: moeten we werkelijk verlangen het leven nog eens opnieuw te kunnen be ginnen? Zouden we het wel anders doén? Anders willen? Mevr. M. P. C. Feldbrugge-de Gruyter zorgde voor de vertaling 2). Secretaris-generaal Hammarskjöld van de Verenigde Naties heeft gisteren in Peking weer ruim drie en een half uur geconfereerd met premier Tsjou en Lai. Uit het feit, dat twee experts op het gebied van internationaal recht de besprekingen hebben bijgewoond, leidt men af, dat beide staatslieden onmid dellijk de kwestie van de status der elf als spionnen veroordeelde Ameri kaanse vliegers hebben aangesneden en geen tijd verloren hebben laten gaan met oriënterende besprekingen. De beide experts zijn prof. Humphrey Waldock, die deel uitmaakt van Ham- marskjöld's gezelschap, en. de Chinese prof. Tsjoe Keng Seng. Gisteravond heeft de secretaris-generaal van de VN in de Chinese hoofdstad een opera-voor stelling bijgewoond. De Chinezen gaan niet accoord met de Amerikaanse bewering, dat de elf vliegers ten tijde van hun arrestatie de militaire uniform droegen. Indien de Amerikaanse verklaring juist is, kun nen zij volgens het internationaal recht niet als spionnen veroordeeld worden. Op de tweede plaats zijn de Chinezen het niet eens met het Amerikaanse standpunt, dat de arrestatie der elf vlie gers een schending zou betekenen van het Koreaanse wapenstilstandaccoord. Peking beweert, dat de Amerikanen op Chinees grondgebied werden aangehou den, terwijl zij bezig waren spionnage te bedrijven. De arrestatie zou dus een binnenlandse aangelegenheid zijn. De Chinezen beweren overigens, dat de VS tijdens de Geneefse conferen tie hebben voorgesteld de elf vliegers uit te wisselen tegen een Chinees staats burger in Amerika, aan wie verboden was de VS te verlaten. De Amerikanen hadden de namen der vliegers in Ge- nève bekend gemaakt. Dit zou dus in houden, dat de VS hen destijds nog niet als krijgsgevangenen beschouw den. (UP) e scherpzinnige Vfeense historicus Friedrich Heer heeft zich als 1 romancier ontpopt en voor wie met de geest van zijn wetenschappe- ■*S lijk werk enigermate vertrouwd is, laat de geest van zijn romanpro duct zich wel ongeveer raden. Onder de schuilnaam Hermann Gohde houdt deze grote katholieke denker zich in ,,De achtste dag" bezig met de toekomst van het christendom in een wereld, die steeds meer de weg van de massificatie opgaat. Men kan „De achtste dag" als toekomstroman zien, vergelijkbaar met „Brave New World" van Huxley en „1984" van Orwell, „De achtste dag" is echter een veel minder somber boek. Dagboek van een kat Bruce Marshall is sinds enkele jaren in ons land een geliefd auteur. Boeken als „Werkers van het elfde uur", „Rode Donau" en „Vliegende danstent" hebben hem doen kennen als een man, die ern stige zaken humoristisch weet te behan delen. Zijn nieuwe roman „De man die niet terugkeerde", speelt in een wereld van beroepsmilitairen en behandelt de strijd tussen twee officieren, in wie ijverzucht en idealisme met elkaar in botsing zijn. Bruce Marshall is in deze roman, die vertaald werd door mevr. P. J. M. Boezeman-Droog, op zijn best 51. Talleyrand's laatste liefde Tenslotte voor de liefhebbers nog een echt ouderwets-degelijke historische roman van R. G. Waldeck: „Dorothea, Talleyrand's laatste liefde". De roman speelt ten tijde van het Congres van Weenen in een wereld van vorstelijke personages, die, tussen de conferenties door, tijd te over vinden, voor dansen en minnekozen. Talleyrand, de Franse ver tegenwoordiger, vergrijsd in de zenuw- O voor de zakenman O voor de tourist O voor de student O voor de emigrant Prijs per exemplaar 3.50 In de boekhandel verkrijgbaar. N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD HA ART.EIVf STEPHAN ANDRES, een der grootste katholieke schrij vers van het na-oorlogse Duits land, wiens „Knabe im Brunnen" onlangs in Nederlandse vertaling verscheen. „Negri", oftewel „Journal d'un petit dieu" door Robert Crottet, is het dag boek van een kat. Er zijn veel romans in dagboekvorm geschreven. Vaak zijn ze vermoeiend en wat langdradig om te lezen, zodat de lezer geneigd is af en toe een paar „dagen" over te slaan. Mis schien is de oorzaak te vinden in het feit, dat we te veel ménselijke gevoelens te lezen krijgen. Deze (wat de mens be treft) objectief-filosofische beschouwin gen van een kat laten zich echter zeer goed in dagboekvorm lezen. Een zwart, vrolijk, zorgeloos poesje loopt, ontevre den over zijn geboortehuis, wég en wan delt op een goede dag een kasteel bin nen. Nauwelijks heeft hij een poot over de drempel gezet of hij weet: verder hoef ik niet te zoeken. Dit is mijn tehuis. Daar krijgt hij dan ook zijn definitieve naam: „Negri", omdat de kasteelheer vroeger verliefd was op de filmster Paula Negri. Van dag tot dag slaat Negri het lief en leed van de kasteelbewoners gade. Van nature cynisch, verbaast hij zich niet veel over het wel en wee van zijn huisgenoten, hoewel hij van allen zeer veel houdt. Er zijn echter twee on zichtbare medebewoners, die hem ver ontrusten, te weten twee spoken. Reeds tweehonderd jaar zwerven zij jammer lijk door het kasteel rond en met be zorgdheid zie Negri machteloos toe, hoe de spoken meer en meer invloed op de kasteelheer en zijn vrouw krijgen. Het manlijk spook heeft eens zijn vrouw vermoord en is daarna krankzinnig ge storven. Deze geschiedenis dreigt zich te herhalen. Negri ziet het vréselijke mo ment elke dag meer naderen. Hij tracht dit gevaar op zijn kattenmanier te ver hinderen, maar hij heeft geen „vat" op het spook. De bewoners worden echter wel opmerkzaam, zodra ze hem horen blazen en hem een hoge rug op zien zetten. Ze vermoeden zijn contact met de spoken en zij voelen ook, dat het ver leden dramatisch dreigt te gaan herle ven. En zulks gebeurt dan ook, zij het in bescheidener mate. Tenslotte ziet Negri de twee spoken arm in arm het kasteel verlaten. De huisvrede is voor goed getekend. Deze roman in dagboekvorm is een pretentieloos verhaal, maar charmant en zeer leesbaar, dank zij Crottet's Negri, die, zoals de meeste katten, de dingen op zijn eigen raadselachtige, hooghartige manier weet te bekijken. Mr. G. Ringe ling zorgde voor een goede vertaling 3). Liefde voor Lydia Van de Engelse romancier H. E. Bates verscheen in vertaling de roman „Liefde voor Lydia", spelend in een oud Engels stadje, in de twintiger jaren, toen de rustieke schoonheid van het verleden er in botsing kwam met de eisen des tijds. Ook de oeroude zeden der inwo ners worden door de nieuwe tijd aange tast. Onrust heerst in het stadje; men verliest er zijn eigen waardigheid en tracht op allerlei manier de grotestads- mode na te volgen. In dit losgeslagen milieu laat Bates zijn liefdesgeschiedenis afspelen. Wat zijn toonaard betreft is deze roman te vergelijken met het werk van Daphne du Maurier en Howard Spring. De vertaling van A. L. Söte- mann is bijzonder verdienstelijk 4). Spel tussen coulissen „Spel tussen de coulissen" van de Zweedse auteur Sven Stolpe verplaatst de lezer naar een midden-Europees land, dat door een revolutie van buiten en van binnen wordt bedreigd. De hoofdpersoon van de roman is minister-president. In zijn persoon wordt de politieke en gees telijke verwarring onzer dagen treffend belichaamd. Sven Stolpe beschikt over de nodige ironie om zijn sombere ge schiedenis te kruiden; zijn boek getuigt van pittige mensenkennis en iaat zich, de ernst van het onderwerp ten spijt, gezel lig lezen. De goede vertaling is van H. R. Duintjer 5). De man, die niet terugkeerde I Het Rotterdamse Museum Boy mans, dat omstreeks Kerstmis verrassende exposities weet te arrangeren, heeft dit jaar een tweetal kleinere tentoonstellingen, die vooral de gespecialiseerde liefhebbers zal interes seren. Een gedeelte uit de (ooit Hollandse) verzameling De Grez, thans bezit van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten te Brussel, omvattend 75. teke ningen van Hollandse en Vlaamse mees ters uit de XVIe en XVIIe eeuw is uit gezet in de drie zalen van het prenten kabinet. Het is nagenoeg dezelfde selec tie die enige tijd door Amerika heeft gereisd en alvorens naar Brussel terug te keren, vermeerderd met enige voor ons land interessante bladen, in Rotterdam opgehouden wordt tot 14 Februari. De andere expositie is een openbare ter bezichtigingstelling van de Tin-ver- zameling van de heer A. J. G. Ver ster die in zijn liefde voor het'materi aal een kieskeurig verzamelaar is, de eerste die in ons land een boekje over „Oud Tin" deed verschijnen. In haast ieder huis is wel een stukje tin te vinden, maar een systematische en harmonische collectie als de hier ge toonde is wel uniek. Zij is aangevuld met enige fraaie oude stukken uit de verzameling Van Beuningen en geïllus treerd door welhaast twintig schilde rijen waarop het tinnen voorwerp voor komt: stillevens uiteraard, maar ook figuurscènes uit de tijd der primitie ven. Hetzelfde museum heeft bij de jaarwisseling een her-uitgave doen verschijnen, in goede typografische uitvoering, van een reproductie-cata logus: historisch gerangschikte af beeldingen uit het eigen museumbe- zit 1) Na enige Primitieven vormt een enkele Italiaan de overgang naar de Hollandse Renaissance en Barok, die in een grote verscheidenheid van mees ters is vertegenwoordigd. De achttien- de-eeuwer Corn. Troost is de trait- d'union met de vroege Franse impres sionisten: uit ons land wordt de Haag se School hier gerepresenteerd door Jac. Maris, het Amsterdamse Impressionis me door Breitner. De veelzijdige ver tegenwoordiging der contemporainen wordt aangeduid door groepen Vlaam se expressionisten, moderne Hollanders (Ch. Toorop, Willink en Ket), geïnter nationaliseerde Hollanders (Jongkind, Van Gogh, Van Dengen) en de inter nationale voormannen Kandinsky en Kokoschka, af te drukken. Het belangrijke moderne assortiment van Museum Boymans vindt hier geen afspiegeling bij benadering, maar wel licht volgt er nog eens een reproductie catalogus uitsluitend besteed aan de modernen uit het Boymans-bezit. 1'ijdens de modeweek in Düsseldorf werden deze voorjaarsjaponnen van de firma Heinz Oestergaard getoond. Links: wit met zwarte noppen bedrukt jurkje in katoensatijn met grote, donkere roos in de taille. Het model rechts is van katoenen ottoman met een rozenpatroon op wit fond. De stola er over heen, van witte organza, is geappliqueerd met dezelfde rozen. Ds middelste mannequin draagt een zijden japon in lavendelkleur met zwart, waarover een zwarte bolero. 1) Museum Boymans: Afbeeldingen; Rotterdam 1954, 19 x 13 cm. Als eerste grote stad in Gelderland trok Nijmegen Vrijdagavond zijn finan ciële steun in aan het ETI Gelderland, in verband met de bekende kwestie om de directeursbenoeming bij dit instituut. Voor dit voorstel stemden alleen de 22 aanwezige raadsleden van de KVP. Te gen waren de vertegenwoordigers van de andere partijen, namelijk de PvdA, de KNP, de Prot. Chr. Partij, de VVD en de CPN. Deze partijen beschikten over vijftien stemmen. Het voorstel werd aanhangig gemaakt door de fractievoor zitter van de KVP, dr. R. Bahlmann. Deze stelde tevens voor het in de be groting opgenomen subsidie van rond 3540 te handhaven en te bestemmen voor het inwinnen van economisch-tech- nologische adviezen. Het voorstel ging dus in principe niet zover dat Nijmegen zich uitsprak voor een eigen R.K. ETI voor Zuid-Gelderland. Ook de gemeente Herwen en Aerdt heeft besloten' t subsidie aan de ETI over Vermoedelijk zal het geschil tussen de Ned. Kath. Mijnwerkersbond en minis ter Zjjistra over de bezetting van da zetel in het raadgevend comité van da Kolen- en Staalgemeenschap op 20 Ja nuari zijn opgelost. Op die dag immer» zal de bijzondere raad van ministers te Luxemburg definitief besluiten welke vakorganisatie van de Nederlandse mijnindustrie de werknemerszetel zal bezetten. Besprekingen hieromtrent tus sen de betrokken Nederlandse ministers en de vertegenwoordigers van de KAB, het CNV en de Ned. Kath. Mijnwerkers- bond zijn nog in volle gang. Het staat derhalve nog geenszins vast dat deza zetel in de komende twee jaar door de vertegenwoordiger van het CNV zal be zet worden. Het wachten is op de be slissing van de bijzondere raad van mi nisters. 1955 niet toe te kennen alvorens de op heldering zal zijn verschaft die de raad met betrekking tot de benoeming van een niet-katholieke directeur gewenst acht. Ja In 1223 waren zand, water en enkele uren zware arbeid noodzakelijk om „het cos- tuum" er piekfijn te doen uitzien. In 1955 behoeft U slechts Haverschmidt Klaje te bellen en binnen enkele dagen ontvangt U Uw goed als nieuw terug. Coupe en pasvorm volledig hersteld. De vezel veer krachtig en schoon. GRUP NU UW KANS, want van 10 t/m 15 Januari a.s. stomen wij Met nieuw apprêt max. f 1 extra per kledingstuk. STOMEN - VERVEN - MACH. TAPIJTREINIGEN slopende politiek, welke zijn land sinds meer dan een kwart eeuw voerde, ver baast in Wenen iedereen, door zijn niet te blussen vitaliteit. Tijdens het Congres beleeft hij zijn laatste liefde een idylle met Dorothea de Périgord. De idylle vormt wel een voornaam, maar niet het énige thema van deze grote roman. Zeker zo interessant is de ma nier, waarop Waldeck ons kennis laat maken met Metternich, tzaar Alexander, Castlereagh en diverse andere groothe den, die op het Congres hun rol hebben gespeeld. Deze boeiende historische ro man, waarin romantiek troef is, werd uit het Engels („Lustre in the sky") ver taald door Nini Brunt 6). NICO VERHOEVEN 1) Uitg. De Toorts, Heemstede. 2) Uitg. De Fontein, Utrecht. 3) Uitg. Van Loghem Slaterus, Arnhem. 4) Uitg. Nieuwe Wieken. Amstelveen. 5) Uitg. Het Spectrum, Utrecht. 6) Uitg. Querido, Amsterdam. De R. K. Schoolraad heeft geen be zwaren tegen voorlichting over leger en luchtmacht aan de leerlingen van de examenklassen van de scholen voor U.L.O. en de lagere technische dagscho len, zo heeft hij ter kennis gebracht aan de betrokken schoolbesturen. Zoals bekend werd destijds bij de behandeling van de begroting van het ministerie van Oorlog in het parlement door de minister toegezegd, dat voor lichting aan bedoelde leerlingen slechts zou worden gegeven na voorafgaande schriftelijke toestemming van de ouders. Nu dit het geval blijkt te zijn bestaat er voor de R. K. Schoolraad geen aan leiding meer de door het ministerie van Oorlog gevraagde medewerking van de hand te wijzen, zolang niet andermaal bezwaren aan de dag treden. Sir Arthur Keith, wereldvermaard anthropoloog, is plotseling overleden. Hij was 88 jaar oud. kledingstukken voor de prijs van (het laagst geprijsde gratis) Het boek van' de Franse abbé Mare Orezon, dat verscheidene vraagstukken van de kuisheid behandelt en gepubli ceerd is onder de titel: Vie chrétienne et problèmes de la xesualité, isz bij de creet van het H. Officie op de Index geplaatst. Het decreet is gisteren in de L'Osservatore Romano bekend gemaakt. De Osservatore schrijft, dat na de ver oordeling van het boek in 1953 onmid dellijk alle exemplaren die zich in de boekhandel bevonden, in beslag geno men werden. De maatregel gaf echter geen voldoende resultaat, omdat de ver oordeling niet bekend was, zodat het boek nog steeds in wijde kring werd gelezen en aanbevolen. De Nederlandse volksdansraad (voor zitter prof. dr. L. J. v. Holk) heeft een diploma ingesteld voor volksdansleider (ster). Het examen heeft een algemene basis; aansluitend op deze basis kunnen de candidaten zelf hun richting kiezen: Engelse contra-dansen, continentale dansen, of beide. De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen wijst voor de exa mens een gecommitteerde aan. De di ploma's worden namens de minister ondertekend. In het einde van het jaar 1954 werd voor het eerst examen voor leider/leid ster in Engelse contra-dansen afgeno men. Van 19 examinandi slaagden 10. Waarschijnlijk wordt in 1955 weder om examen afgenomen. De heer M. J. Tombeur, ingenieur directeur van de Maastrichtse Zinkwit Maatschappij (M.Z.M.) te Eysden. is benoemd tot ridder in de orde van de Kroon van België.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1955 | | pagina 6