Duidelijk toekomstplan tot opheffing van de woningnood ontbreekt r HEFTIGE TONELEN bij vergadering van boze „goudzoekers" Na de staking H „De klop op de deur E Ckefarine 4 Witte Donderdag Senaat contra de minister: Woningbouw is geen vondelingmaar een zorgenkind TUMULT IN KRASNAPOLSKY Bergers van de Renate Leonhardt zijn het in bijna alles oneens V erwarmingstank explodeert in pastorie te Weert Tekort van 2J4 milliard Gecombineerde werking... beter en krachtiger! WOENSDAG 6 APRIL 1955 PAGINA Een vreugde zonder smet en zonder In zon speciaal luchtdicht verpakte slof (F.S. pack) koopt U Uw Roxy gegarandeerd fabriek-vers. Met de Paasdagen in 't verschiet is zon voorraadje Roxy ideaal. Uw gasten zullen Uw goede zorgen weten te waarderen. Alg. Burgerl. Pensioenfonds Ernstige woorden in Tweede Kamer Vragen uit Tweede Kamer over kolenprijsen Nederlander uitgewezen uit Indonesië 5? Ina BoudierBakker Op de vooravond van het Paas feest, dat in een niet te schei den eenheid Jezus' Kruisdood en de triomf van Zijn Verrijzenis om vat, herdenkt de Kerk de Natalis Ca- licis, de instelling der Eucharistie. Is het Paasfeest zelf, dat in iedere eucharistieviering opnieuw onder ons tegenwoordig wordt gesteld, het eucharistische mysterie bij uitstek, in nauwe verbondenheid hiermee wordt ons nu het historisch feit der instelling, der eerste H. Mis voor ogen gesteld. Door de nadruk op de om standigheden waaronder Jezus ons Zijn grootste Gave gaf, wordt één van haar meest wezenlijke trekken bij zonder belicht, wordt zij getekend als het Sacrament der Gemeenschap, der Liefde. Deze viering plaatst geheel de dag in het teken der Eenheid, onze eenheid met Jezus, en in Hem met elkander, maakt haar werkelijk tot het Hoogtij dei Liefde. Als Gods Zoon onze natuur aan nam, op het kruis Zijn Offer van oneindige waarde voleindde en nu steeds opnieuw dit offer onder ons tegenwoordig stelt in de viering van de Eucharistie, heeft dit alles slechts één enkel doel: ons allen zo innig bij Hem in te lijven, dat Wij deel kunnen nemen aan Zijn Leven, aan de onvergelijkelijke Eredienst, die Hij de Vader voort durend brengt. Op geen enkel ander moment in Zijn leven sprak Jezus zo nadruk kelijk en open over Zijn eenheid met ons en tusser. ons onderling, als in dat uur van het Laatste Avondmaal, toen Hij het Sacrament der Liefde instelde. Hij vergelijkt ze met die tussen de wijnstok en zijn ranken: Zijn leven moeten wij le ven, in Hem en met Hem moeten wij vrucht dragen, de Vader ver heerlijken. Onscheidbaar hiermee verbonden is de eenheid tussen de ranken onderling. Deze broederlij ke liefde geeft Hij als hét ken merk van Zijn volgelingen: „Hier aan zullen allen herkennen, dat ge Mijn leerlingen zijt, wanneer gij elkander bemint." Telkens op nieuw herhaalde Hij het op die avond: „Een nieuw gebod geef ik Ubemint elkanderzoals Ik u heb liefgehad moet gij elkander bemin nen." „Dit is Mijn gebod: hebt el kander lief, zoals Ik u heb bemind." „Dit leg Ik u op: hebt elkander lief." Hij wordt niet moe het telkens te herhalen, steeds ook met het per spectief op het intern goddelijk be minnen en op Zijn Liefde voor Zijn volgelingen: „Zoals Mijn Vader Mij beminde, zo heb Ik u liefgehad; blijft in Mijn Liefde.' In het hier op volgend hogepriesterlijk gebed keert één bede immer weer: Mo gen zij allen één zijn. Vader, gelijk Gij het zijt in Mij en Ik in U, mo gen ze ook één zijn in ons" Dit is de sfeer, waarin Jezus de eerste Eucharistie vierde, de gedachte, die Hem bezielde, toen Hij ons het mid del gaf deze éénheid, het kenmerk Van Zijn Kerk, te verwerkelijken. Volkomen hieraan beantwoordt de Vorm, welke Jezus koos om dit sa crament aan ons na te laten. Hij koos hiervoor brood, dat, zoals de Didachè zestig jaar na het Laatste Avondmaal reeds insinueert, „(in graankorrels) verspreid was over de bergen en tot een eenheid is saam- gebracht". Hij koos hiervoor de wijn, die volgens St. Cyprianus, „geperst uit vele druiven, tot één drank ver zameld werd". Voedsel en drank, beginsel en symbool van leven, van Zijn en ons aller leven,' dat de Vader wordt aangeboden en ons tot nieuwe levensverbondenheid wordt medege deeld. Hij vierde de eerste E charis- üe in de vorm van een maaltijd: het diep-menselijk zinnebeeld van ge meenschap en samenhorigheid. En nog immer leeft de Kerk haar meest intense leven als gemeenschap in de H. Mis, die behalve de tegenwoordig- stelling van Christus' Kruisoffer ook een gesublimeerde maaltijd is, waar in wij ons verenigen met Jezus en niet elkander. St. Ignatius van Antiochië schrijft rond het jaar 107 aan de inwoners van Philadelphia: „Beijvert u der halve aan de éne Eucharistie deel te nemen: want één is het vlees van °nze Heer Jezus Christus en één is de Kelk tot eenheid van Zijn bloed, één is het altaar, zoals de bisschop één is, met zijn priesterschap en diakens." Behalve de Eucharistie noemt hij hier ook de bisschop de binding en het symbool van onze eenheid. En juist vandaag krijgt ook dit aspect van onze verbondenheid een bijzondere nadruk, een verbondenheid r°nd de persoon van onze bisschop, als beeld van Christus de bruidegom der Kerk. Iedere bisschop wijdt van- in een bijzonder plechtige bh Mis, geassisteerd door een uitzon derlijk groot aantal geestelijken, e vertegenwoordiging van heel de cierus van het bisdom, het H. Chris es en de andere Heilige Oliën. Wan eer deze dan over het gehele bis- worden verspreid, blijven zij a®* symbool van het zielzorger- ?bbt van de éne bisschop, dat hij 'ioefent „met zijn priesterschap" dVer zijn kerk, één als „de kelk tot ehheid van zijn bloed", j Hetzelfde hiërarchische beeld van °e liefdebond rond het Sacrament Eenheid komt tot uiting in een "erde plechtigheid van deze Hoogtij- ag der Liefde, een plechtigheid, die °k het nederig, zich wegschen- j.^d karakter van onze christe- Jke broederliefde weergeeft. In avolging van Jezus zelf knielen andaag in geheel de christen ed bisschoppen, abten, klooster- versten en priesters aan de voeten an hen, die hun werden toever- h ouwdAls men dan zulk een grijs om telkens opnieuw ziet buigen se^ Voet na voet te wassen en te kus- seh' voelt men door deze symboli- dt> .bundeling de schoonheid van christelijke liefde, zoals deze h„fr °orsProng en centrum vindt in £Uc^ehcim van het Beminnen: de v aar genegenheid en liefde, daar is Christus' liefde bracht oris eens te- Juir»v, zamen; De i n en verbliiden ons in Hem. levende God vrezen en beminnen, oprechte liefde onderling. ^aar genegenheid en liefde, daar is G°d. en wij met elkander nauw ver- Niet bonden, verdeeld te worden in de geest. (Van onze parlementaire redacteur) De minister van Wederopbouw, ir H. Witte, heeft in de Eerste Kamer reeds een voorlopige verdediging ge geven van het wetsvoorstel, de huren van het oude woningbezit gedeeltelijk met hoogstens tien procent te verho gen. De minister kon dit niet in de tails doen, omdat de Tweede Kamer nog bezig is aan de schriftelijke voor bereiding, maar hij rechtvaardigde in grote lijnen het besluit van het ka binet. Ir Witte liet duidelijk uitkomen, dat niet zijn eigen oorspronkelijke ver langens ten aanzien van de volkshuis vesting de doorslag hebben gegeven, maar de wens van de regering dat er rust komt in de beweging van lonen en prijzen. De senatoren hebben hem minder heftig geantwoord dan in eer ste termijn was geschied, maar men was geenszins overtuigd en tevreden. De socialistische fractieleider, mr In 't Veld, die de vorige week het woord „onaanvaardbaar" had laten vallen, trok dit niet terug. De minister had hem er op gewezen, dat hij te vroeg was met deze parlementaire kracht term, daar hij nog geen kennis had kunnen nemen van de uitvoerige ar gumentatie van de regering, die in het antwoord van de Tweede Kamer zal worden gegeven. De heer In 't Veld vond echter, dat het nu maar eens uit moest zijn met halve maatregelen. „Wij moeten niet zo bang zijn van een ver dere verhoging van ons kosten- en prijzenpeil. Het subsidiëren van de woningbouw is minstens even erg" Volgens mr In 't Veld zou dit de ont wikkeling van dé gezonde krachten in de woningbouw eerder belemmeren en onze productiviteit in het algemeen bedreigen. De woordvoerder van de K.V.P., ir Kraayvanger, had wel begrepen dat de bezorgdheid voor de volkshuisvesting van minister Witte echt is. Hjj nam ook aan, dat inderdaad het gehele ka binet verantwoordelijk is voor de gang van zaken, maar wat hem vooral dwars zat was het ontbreken van een dui delijk plan voor de toekomst. Hij had minstens een schema willen zien, waar in duidelijk werd hoe en in welke etappes men naar rendabele huur dus met afschaffing van de subsidies aan zou sturen. „Het lijkt soms, alsof er andere zaken zijn, die meer de aandacht van de regering krijgen dan de volksvijand nummero een, onze woningnood", aldus de katholieke woordvoerder. De minister wees hem op de moeilijkheid om met vaste tijd schema's te werken in een economisch leven, dat zozeer wisselende aspecten heeft. Hoe is het mogelijk, dat een minis ter wie de volkshuisvesting zo ter har te gaat, zich erbij heeft kunnen neer leggen, dat er enige jaren lang van een huurverhoging van behoorlijke om vang niets zal komen", riep de libe rale heer de Vos van Steenwijk uit. Minister Witte had in enkele opmer kingen van ir Kraayvanger en van mr In 't Veld de vorige week toch nog een verzoenende toon beluisterd. „Aan verzoenende woorden hebben wij niets Het gaat erom hoe u denkt tot een redelijke huurverhoging te komen", was het antwoord van de heer de Vos. Ir Kraayvanger ontkende dat hij zich in die geest had uitgelaten. „Verzoe ning is hier niet aan de orde. Het gaat hier om het nuchter stellen van het probleem". Woningwet op komst De minister heeft, voordat hij op het huurprobleem kwam, nog mede gedeeld, dat de woningwet zijn depar tement heeft verlaten. Dat wil zeggen, dat de wet in Mei wordt terugver wacht met de adviezen van de andere departementen. Tegen het pleidooi voor hoogbouw van de heer de Vos van Steenwijk (VVD) bracht de mi nister een aantal rapporten naar voren, berustend op enquêtes onder bewo ners, waaruit hij de conclusie trok, dat men de keuze tussen hoog- en laagbouw niet alleen kan doen aan de hand van een cerebrale analyse. Het is een kwestie van levensstijl en levenswaarden, die tegen elkaar moe ten worden afgewogen. Ook vond ir Witte dat men niet vol kan houden, dat de besparingen aan grond bij hoog bouw gewicht in de schaal leggen. De overeenstemming die met de or ganisaties van bouwvakarbeiders is verkregen ten aanzien van een ver lenging van de werktijd met drie uur per week, om zodoende het vorstver- Advertentie Een van de belangrijke ontdekkingen is, dat bepaalde combinaties van ge neesmiddelen beter werken dan kon worden verwacht. Geleerden hebben onidekt. dat bepaalde combinaties van geneesmiddelen een bij zonder weldadig effect hebben. Ofschoon de werking van elk middel afzonderlijk bekend was. bleek zulk een combinatie krachtiger te werken dan kon worden ver wacht. De vier middelen verenigd in Che- far ine „4". - elk afzonderlijk al beroemd werken tezamen nóg beter. Ze helpen ook dan. wanneer andere middelen talen en doen werkelijk wonderen I TEGEN PIJNEN EN GRIEP 20 TABLETTEN t 85 ct Laten boze strijd en twist nu staken, En Christus in ons midden zij. Waar genegenheid en liefde, daar is God. Mogen wij met de zaligen aanschou wen Uw gelaat in heerlijkheid, Christus God: einde In der eeuwen eeuwigheid. Amen. (Hymne uit de 9de eeuw, thans nog gezongen bij de voetwassing) OLAV KLESSER O.Praem. let van de afgelopen winter in te ha len, bracht de minister nog even in discussie met de communist Branden burg, die had gesuggereerd dat dit een dictatoriale maatregel zou zijn. De mi nister zette uiteen, dat hiervan geen sprake kan zijn. Voor ieder werk zal toch nog overeenstemming tussen werkgever en werknemer moeten wor den verkregen. De algemene ongerustheid die thans blijkt te bestaan over het inhalen van het woningtekort kon de minis ter slechts verklaren uit het algeme ne gevoel van onbehagen dat het te kort nu na jaren nog niet is verdwe nen. Er is van de ene kant een zeker defaitisme ontstaan, omdat het zo lang duurt. Van de andere kant wordt in iedere sector het gevoel wakker: als wij maar woningen hebben, dan over winnen wij ook het arbeiderstekort. Dit laatste berust op een vergissing. Men realiseert zich niet dat het ar beiderstekort geen plaatselijk verschijn sel is. Een vergelijking met Engeland, die tot voor kort nog ongunstig was, valt thans in ons voordeel uit, zo merkte de minister op. Vergelijkin gen met West-Duitsland zijn erg moei lijk, omdat de inhoud van de wonin gen daar ongunstiger is. Over de woningclassificatie in ver band met het huurprobleem spreken de zei de minister, dat de oplossing zou moeten zijn een algemene huur verhoging met de mogelijkheid van uitzonderingen, waarover de huur adviescommissies zouden moeten be slissen. De minister gaf menig citaat uit vroegere betogen voor het parlement, waaruit bleek, dat hij zich nooit po sitief tegen huurbelasting had uitge laten. Vooral kwam de minister op tegen de bewering, dat de regering geen aandacht zou hebben gehad voor de noodzaak van verhoging van de huren van oude huizen. De uitdruk king van ir .Kraayvanger, dat zij het huurbeleid te vondeling heeft gelegd, verwierp ir Witte. Wel is het huur beleid voor ons een zorgenkind, dat onze voortdurende aandacht vraagt en dat in een groot gezin, waar vele an deren die aandacht eveneens vragen. De begroting van Wederopbouw werd tenslotte zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Advertentie -iïWS tsmmm 3 Roxy Rook Redenen: 'f Dubbel gefermenteerd Dubbel gezuiverd Standvastige melange Als door de goudkoorts bevangen sprongen Dinsdagmiddag tijdens de eer ste helft van de vijf uur lang durende vergadering leden van de coöperatieve bergingsvereniging „Renate Leonhardt" schreeuwend van hun stoelen om hun verontwaardiging te luchten, hetzij over het bestuur en dan met name over diens voorzitter, de heer P. Visser uit Wijde Wormer, dan wel over diens strijdlustige tegenstanders, de uit drie leden bestaan de, op de laatste ledenvergadering van September 1954 benoemde commissie. In de zaal waren naar schatting ruim 250 van de 2000 leden van de vereniging aanwezig. Naar bekend poogt de heer Visser, die een eigen firma „Renate Leonhardt" heeft, het wrak van dit schip op de Noordzee te gaan lichten, althans de kostbare lading aan goud. Teneinde voldoende geldmiddelen voor deze goud visserij bijeen te krijgen, richtte hij enkele jaren geleden de coöperatieve bergingsvereniging van dezelfde naam op, wierf 2000 leden ën ontving van hen in ruil voor winstaandelen in het nog te bergen goud ruim 400.000 gulden. Ge hoopt wordt, dat met de berging deze zomer een aanvang gemaakt zal worden. Maar Dinsdagmiddag kregen de jagers al hooglopende ruzie over het verdelen van de huid van de beer, die ze nog niet geschoten en zelfs nog niet gezien heb ben. Enige tijd geleden heeft het be stuur een kort geding gewonnen, dat door de heer Visser was ingesteld tegen een lid van de commissie. Nu nam deze commissie revanche door in de leden vergadering alle grieven over het admi- nistratief-organisatorische en financiële beleid van voorzitter Visser bekend te maken. Met nadruk werd overigens ge steld, dat iedereen in de technische or ganisatie van de heer Visser volledig vertrouwen heeft. Vredesengel benoemd De heer Visser verweet men, dat hij als voorzitter van de vereniging, maar tevens beherend vennoot van zijn eigen firma, contracten met zich zelf had ge sloten. Daar was b.v. de oude overeen komst met de leden, inhoudende dat de vereniging een derde deel van de netto opbrengst zou moeten afstaan aan de firma van de heer Visser, die op 3 Fe bruari in een door de heer Visser zonder voorkennis van de leden afgesloten con tract met zijn eigen firma was gewijzigd in: „een derde der lading". Aangezien van de totale lading de helft voor de Duitse eigenaars is, zou „een derde van de lading" veel meer zijn, dan „een derde van de netto-opbrengst", waarvan de helft al af zou zijn. Toen legde de heer Visser een troef op tafel. De advo caat van het bestuur, mr. A. Borst, die naast hem zat achter de bestuurstafel, produceerde een achteraf door een niet nader genoemde advocaat drie dagen geleden opgestelde aanvulling van het gewraakte contract, waarin „een derde der lading" alsnog werd gewijzigd in „een derde van de netto-opbrengst". „Ik ben ziek geweest", zei de heei Visser, „ik heb longontsteking gehad. Gisteren lag ik nog te bed. Ik kan deze In Zaandam ligt op het ogenblik de duikerklok, waarmee enige initiatief volle Zaankanters, wanneer de weers omstandigheden gunstig zijn, de goud schat van de „Renate Leonhardt" ho pen te vinden. vergadering niet verder leiden. Laat mr. Borst het van mij overnemen." Hevige protesten van de commissie, deels ge steund door de leden. Tenslotte werd - bij wijze van uitzondering unaniem - een lid uit de vergadering, die al enkele malen wijze interrupties had geplaatst, tot voorzitter van de vergadering be noemd: mr. J. W. Bax uit Den Haag. Vier uur lang poogde hij met veel tole rantie voor iedereen, die het woord vroeg, als scheidsrechter en vredesengel de onoverbrugbare tegenstellingen uit de weg te ruimen. Intussen hielden voorzitter Visser en zijn juridische raadsman mr. Borst zich kalmer dan de commissie, die op de agenda het bestuursvoorstel had zien staan om deze commissie van haar taak te ontheffen. Die kalmte was wel be grijpelijk, zo vond de commissie, „want", zo riep de heer Rupke uit, „we zitten hier nu wel met bijna 300 leden bijeen, maar in de eerste plaats heeft de heer Visser namens zijn firma het recht met een derde van alle stemmen onze voor stellen te torpederen, en ingeval dat derde deel nog niet voldoende is, springt mr. Borst hem wel bij. Die heeft n.l. bij volmacht bijna 3000 stemmen schriftelijk bij zich van niet aanwezige leden en kan die uitbrengen zoals hij wil". (Er zijn slechts 2000 leden, doch voor iedere f50 krijgt een lid 2 stemmen). „We kunnen dus met zijn allen net zo goed naar huis gaan", riep de heer Rupke woedend uit, „want mr. Borst drukt er toch ieder voorstel door, dat hem goed lijkt en torpedeert ieder voor stel, dat hem tegenstaat". Hetgeen mr. Rond een uur Dinsdagavond werden tal van inwoners van Weert opgeschrikt door een geweldige knal, veroorzaakt door een uit elkaar springende olie tank in de kelder van de pastorie van deken H. Omloo. Door een tot nu toe onbekende oorzaak was de oliestook- installatie defect, geraakt, tengevolge waarvan in de kelder brand ontstond. De brand was reeds te lang voortgewoe kerd voordat hij ondekt werd, daar de deken wegens ziekte afwezig is en zijn huishoudster uit winkelen was. Bij haar thuiskomst bemerkte zij dat enorme rookwolken uit de kelder verdieping van de pastorie aan de Maas straat opstegen. Onmiddellijk waar schuwde zij de brandweer van Weert. Tijdens het blussen ontplofte plotseling m,et een geweldige slag de olietank. De gemeentepolitie van Weert achtte het raadzaam de brandweer van Eindhoven te hulp te roepen. Toen deze rond twee uur arriveerde was de vuurhaard ech ter reeds grotendeels bedwongen. De brand bleef beperkt tot de kelder verdieping. Alle keldergoederen even als de gehele verwarmingsinstallatie brandden totaal uit. De woonvertrekken van de pastorie liepen alleen water schade op, terwijl van een tuinhuisje tengevolge van de ontploffing het dak werd losgerukt. Bij de behandeling in de Eerste Kamer van de begroting van het Algemeen Bur gerlijk Pensioenfonds gewaagde de heer Molenaar (VVD) van een onrustwekkende toestand, waarin het fonds verkeert. „De toestand is door en door rot", zo zei hij. De thans binnenkomende premiebedragen worden gebruikt voor betaling der pen sioenen van de andere generatie". De re gering mag geen dag en geen nacht wach ten met orde op de zaken van het fonds te stellen. „Elke dag wachten maakt het tekort groter" aldus het kamerlid. Ook de heer Hellema (A.R.) noemde de toestand van het fonds ontstellend. Door onvoldoende bijdragen van de staat en een reeks omstandigheden is het fonds zodanig achteruitgegaan, dat het vermogen niet voldoende meer is. Minister Beel deelde in zijn antwoord mee, dat de 10e wetenschappelijke balans een tekort van 2.250 millioen vertoont. De minister verzekerde dat hij en de minister van Financiën ernstige aandacht aan de zaak besteden. Hij hoopt spoedig na het advies der staatscommissie te hebben ont vangen het standpunt der regering aan het parlement mede te delen. Het Tweede Kamerlid de heer Ger- brandy heeft aan de desbetreffende ministers vragen gesteld inzake de ten- denzen, die zich ontwikkelen op de Nederlandse kolenmarkt en of deze repercussies zullen hebben ten aanzien van de handhaving van het loon- en prijspeil. De heer Gerbrandy vraagt: of door het instellen van de Kolen en Staal Ge meenschap de winstcapaciteit van de Limburgse mijnen niet buitengewon is toegenomen, en of het uit oogpunt van billijkheid geen overweging verdient de directies der huidige mijnen, alsmede de Mijnindustrieraad in overweging te geven geen enkele prijsverhoging, hoe gering ook in 1955 door te voeren en de verhoging der spoorvrachten voor kolen middels laag te houden om de kolenprijzen te compenseren. (Vervolg van pagina 1) confessionele organisaties tegen deze wilde staking verzette, was niet meer dan plicht. Maar waartoe tijdens deze staking felle aanvallen dienden op de confessionele bonden, begrijpen we nauwelijks. Of het moet zijn, dat dit een afleidingsmanoeuvre was om hun eigen échec het niet in handen hebben van de bij hen aan gesloten arbeiders, en dat was het over grote deel der stakers te camou fleren. Het waren juist de N.V.V.- leden die zich in Amsterdam blijk baar gewillig door de raddraaiers op sleeptouw lieten nemen, merkte dezer dagen terecht de heer Middelhuis, Ver- bondsvoorzitter van de K.A.B., op. Mid delhuis meende, dat, wanneer het N.V.V. de oorzaak zou hebben ge zocht in de door het N.V.V. verbroken samenwerking, men waarschijnlijk aan merkelijk dichter bij de werkelijkheid was geweest. et komt ons voor, dat ook de K.V.P. er goed aan zal doen nota te nemen van de unfaire aan vallen tijdens deze staking van het met de P.v.d.A. nauw gelieerde N.V.V. Zoals in de landelijke politiek de laat ste tijd de K.V.P. steeds de twijfel achtige eer geniet als zondenbok te fun geren bij de salaris- en loonpolitiek, zo werden tijdens deze staking de K.A.B. en het C.N.V. als zondenbok aangewezen door het N.V.V. Tot welk een laag niveau de heer Forrer, tweede voorzitter van de bij het N.V.V. aangesloten A.B.V.A. zich in zijn aanvallen op de confessionele bonden liet leiden moge blijken uit het volgende: Forrer suggereerde, dat de R. K. Bond vaq ambtenaren uit wrevel over het mislukken van zijn loon voorstellen contact had opgenomen met de meest linkse elementen. Over de methoden van de R. K. bestuurders sprekende, zei de heer Forrer: „Nu begrijp ik waarom in het Zuiden een man als Arnold Meijer zo'n grote aanhang kon krijgen bij Zwart Front". Over de heer Ruppert van het C.N.V. zei Forrer: „Wat de heer Ruppert ge zegd heeft zou Gortzak hem niet kun nen verbeteren. Ruppert is meer com munist dan Christen". Is de betiteling van unfair eigen lijk niet een te mooi woord voor deze houding? Het optreden van het gemeentebe stuur in deze staking is, na enige aarzeling in het begin, goed geweest. Het heeft een uitstekend gebruik ge maakt van de militaire en marine technici om de openbare diensten zo veel mogelijk op gang te houden. Me de door deze maatregel is de staking doodgelopen. Het trieste van het Amsterdamse ge val is, dat het de onderhandelingen in georganiseerd overleg moeilijker heeft gemaakt. Reeds was men bezig en niet zonder resultaat, onder de nieu we directie van de tram de finan ciële situatie voor het personeel te verbeteren, zij het op bescheiden wij ze. Het personeelstekort bij de tram met al zijn consequenties blijft nog steeds een bron van onrust. Dat de overheid thans gaat selecteren onder het geschorste personeel om een be trouwbaar team te krijgen, is slechts toe te juichen. Een vernieuwde perso- neelsopbouw is noodzakelijk, wil men van de tram een onder alle omstan digheden betrouwbaar bedrijf maken. De tramman moet zijn zelfrespect te rug krijgen en mag niet het kind van de rekening blijven. Wanneer de sanering van het hoofd stedelijk trambedrijf tengevolge van de onverantwoordelijke actie van het personeel bespoedigd zou worden, zou de staking althans een gunstig effect sorteren. De stakingsroes is voorbij en het nuchtere verstand is weergekeerd. De stakers weten thans, dat het een nut teloze staking was, waartoe onver antwoordelijke elementen hen hadden opgezet. Van officiële Indonesische zijde wordt vernomen, dat aan de Neder lander W. F. Blijham, administrateur van C. O. Sukamade in het regentschap Banjuwangi, krachtens een besluit van het hoofdkantoor van de immigra tiedienst te Djakarta, het verblijf in Indonesië na 14 April 1955 is ontzegd. Hij is ex-militair en veroordeeld ge weest wegens overtreding. (PlA) Borst zelf met instemmende knikbewe- gingen fan zijn hoofd bevestigde. Meteen liepen enkele leden boos de zaal uit. Commissie opgeheven De commissie wenste niet aan de kant gezet te worden en dreigde een aparte belangenvereniging onder de leden te zullen oprichten. Tenslotte werd de ver gadering een kwartier geschorst en pro beerde mr. Bax in klein comité de beide partijen tot elkaar te brengen. Zowel de vergadering als het bestuur en de com missie gingen er daarna mee accoord, dat dé commissie zou ophouden te be staan, maar dat daarvoor in de plaats een aantal commissarissen met speciale taakomschrijving zouden worden aange steld. Zonder enige stemming ging men er toe over het bestuur met twee leden uit te breiden, zodat het thans uit vijf personen bestaat met de heer Visser als voorzitter. l en mens heeft altijd plan nen", zegt lna Boudier- Bakker, de bekende ro manschrijfster. „Maar of ze ook verwezenlijkt worden? Ik heb pas weer een boek klaar „Kleine Kruisvaart" en dat speelt nog in m'n hoofd. Ik moet het eerst kwijtraken, om aan iets nieuws te kunnen beginnen. Maar of het zover komen zal?" Het is een klein, gerimpeld vrouwtje, dat ons ontvangt in haar statige grachtenhuis te Utrecht. Ze verzinkt bijna in de grote leunstoel, is er a.h.w. in opgenomen, zoals ze opgeno men is in de hele tuinkamer, waarin de herinnering aan een tijd, die achter ons ligt, bijna zichtbaar om alle meubels, schilderijen en bibelots hangt. Het moet in zo'n Utrechts huis geweest zijn, dat de Craetsen woonden, die wij ons herinneren uit „De Klop op de Deur", de meest bekende roman van lna Boudier. Een huis vol beschaaf de en eenvoudige deftigheid, die men terugvindt in veel van haar boeken, spelend in Utrecht of Amsterdam. Wanneer de bezoeker de laat ste naam uitspreekt, flikkert er iets op in de nog levendige ogen van de gastvrouw, die 15 April in stilte haar tachtigste verjaar dag vieren zal. Amsterdam. Stad, waar zij in 1875 geboren werd en waar van zij altijd is blijven houden, al begon in 1906 een zwerftocht door het land, waarbij de hoofdstad niet meer aangedaan werd. Zij volgde haar man, in dienst van de P. T. T„ naar Utrecht, Haarlemmerhout, Vianen, Bussum, weer Utrecht, Groningen en tenslotte in 1928 voor de laatste keer weer Utrecht, waar de heer Boudier directeur van het post kantoor werd. Twee jaar geleden overleed hij, enige weken voor de gouden bruiloft. „U begrijpt wel, dat ik er onder deze omstandigheden niets voor voel, om veel werk van m'n verjaardag te maken". Bijna veertig boeken heeft zij geschreven. De eerste was „Machten", een bundel schetsen. Daarna o.a. „Armoede", „De Straat", „De Moeders" en „Saraï", om slechts enkele van de meest bekende te noemen. Oudere lezers zullen zich de titels nog herinneren, evenals de namen Paul, Annètje, Ester, die begrippen geworden zijn voor onze ouders. Niet meer voor deze tijd? We zullen ons op deze plaats niet wagen aan een litteraire beoordeling. Zeker is echter, dat het lezend publiek lna Bou dier nog niet vergeten heeft; haar laatste roman werd in een oplage van 3.000 ex. gedrukt en ook na de bevrijding verschenen er nog ver talingen in het Duits, Noors en Fins van haar beste boeken. Moderne litteratuur? „Er is veel bij, dat ik niet meer kan waarde ren, al heb ik de „Revolutie der Eenzamen" van Bouman prachtig gevonden. De moderne dichters zijn een heel andere kant opgegaan; zo spreekt iedere tijd zich uit in zijn eigen schrijvers". Veel contact met de buitenwereld heeft de tachtig-jarige niet meer. Ze woont stil in haar grote, mooie huis. In haar werkkamer ziet ze uit op de Oude Gracht, waarvan het straatrumoer doordringt tot aan haar schrijftafel. Iedere morgen van negen tot twaalf uur zit zij er te werken en vult zij de schoolschriften met haar precieuze handschrift. „Ik begon te schrijven, omdat ik er plezier in had. Dat heb ik nog, dus ga ik door. Plannen genoeg, maar of het zover komen zal?"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1955 | | pagina 5