GEWETENSVRIJHEID EN HUWELIJKSRECHT
Tussen neus en lippen
Vraa
Antwoord
Magister-generaal
der Dominicanen
De Twentsche Bank
Zij gaf de eerste
stoot
Effectenverkeer
met het buitenland verruimd
X
WOENSDAG 13 APRIL 1955
/AGINA 4
MAC. Dr. J. C. STOKMAN
O.F.M.
tot een dubbel succes.
TANDBEDERF
De berichten in de dagbladen over
een tweede, kerkelijk huwelijk
van katholieken, die burgerlijk
niet van hun (eerste) vrouw waren ge
scheiden, hebben onder de niet-katho-
lieken in Nederland nogal deining ver
oorzaakt. Het dagblad Trouw van 1
April sprak van een ondersteboven lo
pen van een gedeelte van ons burger
lijk recht door de RJC. Kerk en vroeg
zich met bezorgdheid af, waar het heen
gaat als een bisschop links en rechts
briefjes gaat schrijven, waarin hij wet
tige huwelijken ongeldig verklaart. Het
Parool van 29 Maart noemt dit „on
duldbaar", spreekt van „machtsusurpa
tie" en roept de grondregel der demo
cratie in. volgens welke eenieder zich
bij meerderheidsbeslissingen moet neer
leggen, behalve in uitzonderingsgeval
len „om des gewetens wille".
Men kan op dit alles scherp reageren
en de aanklagers onder de verdenking
brengen een hetze tegen de katholieken
op touw te willen zetten. Men kan ech
ter ook proberen aan de animositeit van
niet-katholieke dagbladen maar voorbij
te gaan en door te dringen tot de kern
van de zaak ten einde over en weer
juiste begrippen daarover te bevorde
ren en de onmiskenbaar aanwezige
spanningsverhouding tussen Kerk en
Staat tot de juiste proporties terug te
brengen ten nutte ook van onze sa
menleving in een democratische staat.
Deze laatste methode wil ik trachten te
volgen.
Als punt van uitgang voor het be
toog dient dan te worden gekozen de
door allen aanvaarde gewetensvrijheid.
Niemand zal ontkennen, ook niet Trouw,
De Telegraaf. Het Parool of Het Vrije
Volk, dat iedere Nederlander vrij is
zijn eigen geweten te vormen en te
volgen in een zo algemeen menselijke
aangelegenheid als het huwelijksleven.
Diezelfde gewetensvrijheid staat een
ieder toe zijn geweten te conformeren
aan de leer van zijn eigen Kerkgenoot
schap op dit stuk. Dat een katholiek
de doctrine van de R.K. Kerk in dezen
volgt, zal bij niemand op verzet stui
ten: het is een strikt godsdienstig-zede-
lijke aangelegenheid.
De Katholieke Kerk leert nu, dat
iedere sexuele bevrediging slechts ge
oorloofd is in een huwelijk, dat over
eenkomstig de regelen van de Katho
lieke Kerk zelf geldig gesloten is.
Hieruit springt aanstonds in het oog
de moeilijkheid van de gewetensvraag,
waarvoor een katholiek komt te staan,
die aan de huwelijksbeleving behoefte
heeft en die wel kerkelijk, maar niet
burgerlijk kan huwen. Dit kan zich
voordoen, wanneer een katholiek bur
gerlijk-geldig getrouwd is, doch wiens
huwelijk kerkrechtelijk ongeldig is. Dit
was het geval in de publicaties, die de
boven genoemde dagbladen ons brach
ten. Daarnaast zijn er echter ook nog
andere voorbeelden, met name indien
er voor een te sluiten burgerlijk hu
welijk beletselen zijn (zoals de leeftijd,
het ontbreken van toestemming der
ouders of voogden bij minderjarigen),
welke beletselen niet gelden voor het
aangaan van een kerkelijk huwelijk.
Wat moet een katholiek in deze ge
vallen doen? De burgerlijke wet maar
op zij zetten? Aan de Bisschop vragen,
of hij hem daarin een handje wil hel
pen? En doet de Kerkelijke Overheid
dat dan of acht zij zich daartoe althans
gerechtigd?
Ziedaar de kernvragen, waaromtrent
blijkens de dagbladartikelen der laatste
dagen nog heel wat misverstand be
staat, meestal voortvloeiende uit een
niet voldoende op de hoogte zijn van
de leer en de practijk der Katholieke
Kerk.
Om deze laatste duidelijk te maken,
begin ik met de vraag: hoe ziet de Ka
tholieke Kerk het burgerlijk recht in
zake het huwelijk? Welke visie heeft
zij met name op ons Nederlands Bur
gerlijk Wetboek?
In uw blad van 31 Maart heeft Mgr.
Nolet geschreven, dat ons Burgerlijk
Wetboek alleen maar burgerlijke be
trekkingen regelt en voluit rekening
houdt met de katholieke opvattingen.
Alleen art. 136 (verbod van godsdiensti
ge plechtigheden vóór het burgerlijk
huwelijk) zou een uitzondering zijn op
de algemene regel. In alle bescheiden
heid ben ik van mening, dat dit een
verouderde sententie is. De Nederland
se wetgever heeft in het Burgerlijk
Wetboek de (natuurlijke) huwelijks
band zelf willen regelen: door de tus
senkomst van de Ambtenaar van de
Burgerlijke Stand ontstaat een burger
lijke overeenkomst, welke zedelijke
rechten en plichten met zich brengt,
terwijl door een uitspraak van de rech
ter de huwelijksband weer kan worden
verbroken. Dat ons Burgerlijk Wetboek
aldus moet worden opgevat, staat voor
een gezagvol canonist als de vroegere
Professor aan het Groot-Seminarie Rij-
senburg Dr. Mulder zonder meer vast.
De Nederlandse juristen laten hierom
trent evenmin twijfel bestaan. En deze
opvatting sluit ook volkomen aan bij
de ontwikkeling, die zich onder de in
vloed van de Reformatie, het Gallica-
nisme, de Aufklarung en de Franse re
volutie heeft voltrokken en die het hu
welijk eenvoudig heeft beschouwd als
een burgerlijke overeenkomst, uitslui
tend onderworpen aan de wetten van
de Staat. En hieruit valt de reactie van
Trouw (2 April) op het artikel van Mgr.
Nolet ook te begrijpen.
Maar indien deze opvatting van ons
burgerlijk huwelijksrecht feitelijk als
de enig-juiste moet worden beschouwd,
dan is dit burgerlijk huwelijksrecht zelf
voor de Katholieke Kerk in beginsel
alleen maar verwerpelijk. Naar de vast
staande doctrine van de Katholieke
Kerk en hierin val ik Mgr. Nolet
uiteraard weer geheel bij valt het
huwelijk van katholieken onder de uit
sluitende rechtsmacht der Kerk, juist
omdat de huwelijksovereenkomst zelf:
het geven van de instemming tussen de
twee partijen, tot een sacrament is ver
heven, welks bediening uitsluitend aan
de Kerk is toevertrouwd. Voor katho
lieken bestaat er derhalve geen ander
werkelijk huwelijk tenzij het huwelijk,
dat voor de Katholieke Kerk geldig is
gesloten.
Dit wil echter niet zeggen, dat het
burgerlijk recht er helemaal niet meer
aan te pas komt. De burgerlijke over
heid is bevoegd, zo zegt canon 1016 van
het Kerkelijk Wetboek, de „zuiver bur
gerlijke gevolgen" van zulk een kerke
lijk huwelijk te regelen. Wat zijn die
„zuiver burgerlijke gevolgen"? Geen
zaken, die onafscheidelijk verbonden
zijn met het bestaan van de kerkelijk
geldige huwelijksband zelf, zoals b.v.
de wettigheid der kinderen. Een kind,
geboren uit een kerkelijk-geldig en
burgerlijk-ongeldig huwelijk, zou niet
het voor onwettige kinderen geldende
beletsel met zich dragen, krachtens
hetwelk de kerkelijke wijdingen niet
mogen worden ontvangen, noch uitge
oefend. Wel echter vallen onder de
„zuiver burgerlijke gevolgen" zaken als
de rechtspositie van de vrouw (hande
lingsbekwaamheid of niet), het huwe
lijksgoederenrecht (gemeenschap of
geen gemeenschap van goederen).
Bovendien moet men niet denken, dat
de Katholieke Kerk ook al meent
zij dat het burgerlijk huwelijk voor ka
tholieken in beginsel slechts een forma
liteit is onverschillig staat tegenover
het al of niet aangaan van dit burger
lijk huwelijk. In beginsel de burgerlij
ke wet voor de huwelijken van katho
lieken verwerpend, leert niettemin de
Katholieke Kerk, dat de bepalingen van
het B.W. in zaken die uit zich zelf
niet ongeoorloofd zijn toch moeten
"den nagekomen door de katholie
ken; zij zijn daartoe zelfs in geweten
verplicht. Het wil mij voorkomen, dat
juist over dit punt bij de niet-katholie-
ken veel (te verontschuldigen) onwe
tendheid bestaat en dat juist daaruit
zovele grieven zijn ontstaan naar aanlei
ding van de verschenen publicaties.
De verplichting van de katholiek om
óók de burgerlijke huwelijkswet te on
derhouden en met name om ook „bur
gerlijk te trouwen", vloeit voort uit de
grote nadelen en onheilen, die uit de
verwaarlozing dier wet voortvloeien.
Nadelen voor de huwenden zelf, die in
de ogen der burgerlijke Overheid in
concubinaat leven. Nadelen voor hun
kinderen, die burgerlijk onwettige kin
deren zijn met alle gevolgen van dien.
Onheilen tenslotte voor de Kerk en
hare bedienaren, die de schijn op zich
ladén het wettig gezag der Overheid
te ontkennen.
Deze leer van de Katholieke Kerk is
niet van vandaag of gisteren. Een in
structie van de Paenitentiarie in Rome
van 15 Jan. 1866 hield reeds in, dat de
pastoors tot de kerkelijke huwelijks
sluiting niet moesten toelaten de gelo
vigen, die geen burgerlijk huwelijk zou
den kunnen sluiten. En dit niet om
dat de burgerlijke wet zelf niet ver-
oordelenswaardig was, maar wel om
wille van de kinderen, die door de bur
gerlijke overheid als onwettig zouden
worden beschouwd, alsook om het ge
vaar van polygamie te vermeden. En
door het Provinciaal Concilie van
Utrecht, dat bindende rechtsregels
heeft opgesteld voor de gehele Katho
lieke Kerk in Nederland, is in 1924 be
paald, dat de katholieke geestelijken
geen huwelijken mogen sluiten van hen,
die niet van te voren de huwelijksacte
op de Burgerlijke Stand hebben geslo
ten. Ook de commentatoren op het
nieuwe Kerkelijk Wetboek stemmen
hierin overeen, dat het burgerlijk hu
welijk, zelfs indien het volgens de wet
moet voorafgaan aan de kerkelijke hu
welijkssluiting, door de katholieken
mag en moet worden gesloten juist met
het oog op de wettigheid der kinderen,
wier maatschappelijk welzijn eist, dat
zij ook door de burgerlijke Overheid
als wettige kinderen worden beschouwd
en behandeld.
Hieruit moge blijken, dat er van een
ondersteboven lopen van het burgerlijk
wetboek door de Katholieke Kerk geen
sprake is. Zij werkt de wetsovertreding
volstrekt niet in de hand; integendeel,
zij bevordert de naleving van de burger
lijke wet, niettegenstaande zij deze wet
zelr in beginsel onrechtvaardig
acht ten opzichte van de Katholieke
Kerk.
Trouw en Het Parool zullen mij nu
ongetwijfeld vragen, hoe het dan
zit met de gevallen in het bisdom
Haarlem, waarover zoveel geschreven
en gesproken is. Daar immers is de
burgerlijke wet niet onderhouden: het
kerkelijk geldig huwelijk is voltrokken
vóór het burgerlijke; ja zelfs was dit
laatste helemaal niet mogelijk, daar de
betrokken personen burgerlijk gehuwd
waren. Door de voltrekking van een
kerkelijk huwelijk werd zelfs van ker
kelijke zijde medegewerkt aan het straf
bare feit van overspel, zo geven ons
Het Vrije Volk van 30 Maart en Trouw
van 1 April te verstaan.
Bezien wij daarom deze gevallen
eens nader. De twee mannen, waarover
het ging in de publicaties van Het Pa
rool van 29 Maart en 2 April, waren
burgerlijk getrouwd. Die huwelijken
waren kerkelijk ongeldig en zij zijn dit
niet geworden door een verklaring van
de Bisschop van Haarlem, neen, zij zijn
kerkelijk nooit geldig geweest. De uit
drukking van de Secretaris van het
Bisdom, dr. M. J. de Jong: „ongeldig
verklaard", kan onmogelijk verstaan
worden als een te niet doen van wat
vóór die verklaring geldig was ge
weest. Ik begrijp dat niet-katholieken
de uitdrukking: „ongeldig verklaard"
gemakkelijk opvatten in de zin van in
valideren, d.i. te niet doen wat er is.
Zij mogen echter beseffen, dat niet één
katholiek, die op de hoogte is van de
kerkelijke leer over de geldigheid en
de ongeldigheid van een huwelijk, die
uitdrukking zó verstaat. Zij betekent
niets meer, maar ook niets minder
dan dat het bevoegde kerkelijke gezag
officieel constateert, dat er geen voor
de Kerk geldende en in geweten bin
dende huwelijksband bestaat. Evenmin
kan die uitdrukking betekenen, dat het
huwelijk civielrechtelijk ongeldig werd
verklaard, want daarover heeft alleen
de burgerlijke rechter zeggensmacht.
En niet één kerkelijke gezagsdrager zal
het in zijn hoofd halen over burger
lijke huwelijksverbintenissen uitspra
ken te doen of verklaringen van ongel
digheid in foro civili af te ge
ven. Ik hoop dat Trouw hiervan goede
notitie wil nemen in verband met de
door dit blad gevreesde briefjesschrij
verij van een bisschop links en een bis
schop rechts „met de verrassende me
dedeling, dat hij wettige huwelijken on
geldig verklaart".
Derhalve heeft de Bisschop van
Haarlem door zijn secretaris dit alleen
laten weten: uw burgerlijk huwelijk is
voor de Kerk ongeldig. In de
brief van dr. de Jong aan de katholieke
vrouw (Parool 29 Maart) was er spra
ke van „ongeldig verklaard" - zij kon
door
als katholiek weten, hoe dit door katho
lieken wordt verstaan. In de brief aan
de protestantse vrouw (Parool 2 April)
was er - en aan dit adres terecht en
ook juister - sprake van het burgerlijk
huwelijk, dat „voor de Katholieke
Kerk geen geldig huwelijk is".
Dit feit eenmaal gegeven, stonden de
betrokken personen voor deze keuze: of
wel afzien van iedere huwelijksbele
ving, ofwel een huwelijk sluiten, dat
alléén voor de Kerk en niet voor de
wet geldig is.
De eerste mogelijkheid is inderdaad
een oplossing, maar dit is een persoon
lijke zaak voor de betrokkene.
Als katholiek weet deze persoon,
dat hij plichten heeft en houdt ten
opzichte van de vrouw, met wie hij
burgerlijk is gehuwd. Hij weet ook, dat
hij met die vrouw voor zijn ge
weten in concubinaat leeft. En indien
een verzoening, gevolgd door een ker
kelijk geldig huwelijk, niet mogelijk
is (zoals b.v. in het ene geval, waar de
vrouw zelf een aanvrage tot scheiding
van tafel en bed had ingediend), dan
is het zijn plicht als katholiek om
voortaan in onthouding te leven. Meent
hij in geweten, dat dit laatste moreel
voor hem onmogelijk is, dan komt de
tweede, boven aangegeven mogelijkheid
aan de orde. De vraag, of hij dan de
burgerlijke wet mag overtreden (wat
onvermijdelijk is), moet hij oplossen
in het licht van de regel, die de redac
tie van Het Parool zelf in het nummer
van 29 Maart heeft opgesteld: bij meer
derheidsbesluiten moet iedere burger
zich neerleggen, behalve in uitzonde
ringsgevallen „om des gewetens wille".
Zulk een uitzonderingsgeval acht Het
Parool in casu niet aanwezig. Maar kan
en mag de redactie hierover oordelen?
Zij gelieve te bedenken, dat naar de
overtuiging der katholieken, wier ge
wetensvrijheid ook de Parool-redactie
zal erkennen, de sexuele bevrediging
slechts geoorloofd is in een kerkelijk-
geldig huwelijk. Naar mijn mening kan
het oordeel over de vraag, of er in
derdaad een uitzonderingsgeval aan
wezig is, slechts aan de betrokkene
worden overgelaten, hoe wij er zelf a
prima vista en zonder kennis van aller
lei persoonlijke omstandigheden ook
over mogen denken.
Besluit de betrokken persoon een
Advertentie
Nee, niet met biljarten, maar wèl. met
het witte truitje, dat ze aan heeft. Want
door toedoen van die kleine
vuilmaak-kampioen is haar
moeder OMO gaan probe
ren en natuurlijk is zij het
blijven gebruiken. OMO
werkt voor twee. Daardoor
wordt in de eerste plaats het
goed wérkelijk wit en in
de tweede plaats vlekkeloos
schoon. Meteen ander was
middel is slechts óf het ene
of het andere te bereiken.
Ja, 't mag gezegd worden
èn zuiver wit èn vlekkeloos, dat 's
OMO-schoon.
Inderdaad kent alléén het moderne
OMO het geheim van de z.g. dubbele
waskracht, die èn wit wast, èn ook de
koppige vlekken verdrijft. Vandaar
het reeds beroemde „OMO voor de
schoonste was van je leven!"
O 2)7 B
Wat 'n apen
Leden van het Indi
sche parlement zijn met
rode hoofden van ver
ontwaardiging naar Neh-
roe gestapt en hebben
hem verzocht, om on
middellijk maatregelen
te willen nemen, om hen
te beschermen tegen do
zijnen apen, die hun wo
ningen in de nabijheid
van de parlementsgebou
wen hebben geplunderd.
Zij de apen waren
de huizen binnengedron
gen, hadden boeken ver
nield en flessen en kis
ten opengebroken en
waren tenslotte met flin
ke hoeveelheden levens
middelen weggerend.
Te vroeg
De inwoners van
Librizzi bij Messina op
Sicilië juichten en zij
namen er eentje, toen
kortsluiting brand ver
oorzaakte in het belas
tingkantoor van het stad
je en het domein van de
fiscus in een puinhoop
veranderde. Maar ze
hadden te vroeg gejuicht,
de brave burgers, en ze
hadden te vroeg er een
tje genomen, want de
brandweer speelde het
klaar, om alle aanslag
biljetten voor vernieti
ging te besparen.
Jij schurk
Het gebeurde, toen de
zer dagen premier Siro-
ky van Tsjechoslowak.ije
voor radio Bratislava een
lofzang op d- welvaart
van het volk ten beste
gaf en zich daarbij zo
opwond, dat hij steeds
ogenblikjes nodig had,
om adem te scheppen.
Tijdens zo'n ogenblikje
klonk plotseling de kreet
van een Tsjechische
vrouw door de aether,
die „jij schurk!" riep.
Van de zijde van radio
Vrij Europa, die de uit
zending opving, zei men
te menen, dat een onbe
kende radio-technicus in
Bratislava de duidelijk
uitgesproken woorden in
de rede moet hebben in
gelast, daar de uitroep
niet voorkwam in de
zelfde rede, welke door
radio Praag werd uitge
zonden.
Zes milliard
Als het om de good
will voor de mode gaat,
wordt er niet op een
dubbeltje gekeken. De
New Yorkse confectie-
koningen hebben mede
gedeeld, dat zij het plan
hebben, om in het cen
trum van Manhattan een
gebouw van tien verdie
pingen te laten bouwen,
waarin een „huis van de
mode" zal worden on
dergebracht. De krabber
zal onder meer een zaal
met tweeduizend plaat
sen, verscheidene restart
rants, een modemuseum
en een gespecialiseerde
bibliotheek omvatten.
Kosten: om en nabij zes
milliard dollar.
Fijngevoelig
Toen in Napels Ciro
Palotta met een gestolen
kist vol eieren aan de
achterkant van een
vrachtwagen op straat
stapte, zag hij op een
flinke afstand twee poli
tiemannen, die hem ken
nelijk achterna zaten.
Hij gooide de kist echter
niet weg, maar liet zich
arresteren, hoewel hij
dat verklaarde de politie
later zelf gemakkelijk
had kunnen wegkomen.
Toen Palotta over zijn
handelwijze werd onder
vraagd, zei hij laconiek:
„Aan al die kapotte eie
ren zou niemand meer
iets gehad hebben en
vreemd genoeg had ik
gewoon niet de moed om
een ommelette van twee
duizend eieren te ma
ken
nieuw huwelijk aan te gaan en spreekt
hij daarover met een geestelijke, dan
moet deze laatste de zaak aan de Bis
schop voorleggen. Het Provinciaal Con
cilie van Utrecht (1924) heeft dat voor
geschreven, juist om te voorkomen, dat
de geestelijken in zulke ernstige zaken
alleen op eigen inzicht en oordeel zou
den af gaan.
De Bisschop zal vooreerst onderzoe
ken, of de persoon in kwestie niet door
een ook voor de Kerk geldige huwe
lijksband is verbonden een kwestie,
die in de onderhavige gevallen niet
moeilijk was op te lossen, maar die in
andere gevallen wel eens zeer moeilijk
kan zijn, een diepgaand onderzoek ver
eist en een gedegen kennis van het
Kerkelijk recht veronderstelt.
Is er geen kerkelijk geldige huwe
lijksband, dan zal de Bisschop zich ver
volgens een oordeel moeten vormen
over de motieven, die voor het aan
gaan van een voor de Kerk geldig hu
welijk vóór of zelfs zonder het burger
lijke huwelijk worden aangevoerd. Niet
elk motief is voldoende! In 1917 ver
klaarde de Romeinse Congregatie voor
de Sacramenten op een vraag van de
Italiaanse Bisschoppen, dat het verlies
van een weduwenpensioen geen vol
doende motief is om zulk een weduwe
kerkelijk in nieuwe echt te verbinden
zonder de burgerlijke huwe
lijkssluiting, ten gevolge waarvan
deze weduwe haar pensioen zou verlie
zen. (Ik moge hiervoor terloops de
bijzondere aandacht van Het Parool
vragen, die blijkens zijn nummer van
2 April in Beieren een pastoor heeft
ontdekt, die in eenzelfde geval wèl het
huwelijk kerkelijk zou hebben ingeze
gend; Het Parool voegt er aan toe, dat
volgens zijn inlichtingen het Vaticaan
anders oordeelt dan die Beierse pas
toor hetgeen ik op grond van het
boven gezegde ook niet anders had kun
nen verwachten).
Is een geldelijk verlies geen voldoen
de motief voor een kerkelijk huwelijk
zonder het burgerlijke, het motief var.'
gewetensnood is van geheel andere
aard. Wel is waar kan er in absolute
zin niet van „nood" sprake zijn: de
betrokkene „kan" immers van iedere
huwelijksbeleving afzien. Maar als hij
in eer en geweten zegt, dat hem dit
persoonlijk niet mogelijk is, mag dan
een Bisschop zeggen: gij moet het toch
maar doen? Mag dan een Bisschop een
voor de Kerk geldig huwelijk (zonder
de „godsdienstige plechtigheden", waar
over aanstonds) aan deze man weigeren,
terwijl hij dit naar kerkelijk recht
kan sluiten? De Bisschop zal alles doen
om een betere oplossing te vinden en
de ongewenste situatie van een kerke
lijk wel, maar burgerlijk niet geldig
huwelijk te voorkomen. Daarom ook
heeft mgr. Huibers in de onderhavige
gevallen blijkens de door Het Parool
gepubliceerde brieven van dr. M. J. de
Jong gedacht aan de mogelijkheid van
een kerkelijk huwelijk met de eerste
vrouw en vervolgens aan burgerlijke
echtscheiding, waardoor een nieuw
huwelijk mogelijk zou zijn geworden,
dat èn burgerlijk èn kerkelijk geldig
zou kunnen zijn. Als echter deze of an
dere mogelijkheden falen door wiens
of wier schuld dan ook dan zou de
weigering of het verbod van een nieuw,
alleen maar kerkelijk geldig huwelijk
met een andere vrouw, practisch be
tekenen een ingrijpen van de Bisschop
in de persoonlijke gewetensovertuiging
van een katholiek in een strikt indivi
dueel geval. Het zou mij verwonde
ren, indien onze niet-katholieke mede
burgers geen begrip zouden kunnen
opbrengen voor de onmogelijkheid van
zulk een beslissing. Ik kan met hen
meegaan, indien zij er bezwaar tegen
maken, dat de Bisschop in zo'n geval
zou verklaren, dat een nieuw kerkelijk
huwelijk zal of moet worden voltrok
ken en wel op de gewone wijze der
halve voor de pastoor en twee getuigen
en tijdens een godsdienstige plechtig
heid. Dan immers zou de Bisschop zelf
meewerken aan de overtreding van de
burgerlijke wet. Maar zo'n verklaring
i s niet gegeven het blijkt uit de
officiële bekendmaking van het Bisdom
Haarlem en zulk een verklaring wordt
ook nooit gegeven. Volgens mijn inlich
tingen is dit ook de standvastige prac
tijk, en niet alleen in Haarlem, maar
eveneens in andere bisdommen. Het
eindoordeel van de Bisschop gaat niet
verder dan dat een nieuw huwelijk
volgens de Kerkrechtelijke bepalingen
mogelijk is en niet kan worden ver
boden.
Of de betrokkene zulk een nieuw
huwelijk sluit, hangt van hem alleen
af. Hij kan het volgens het Kerkelijk
Wetboek (canon 1098) aangaan zonder
de tussenkomst van enig priester, zon
der enige godsdienstige plechtigheid;
hij heeft alleen twee willekeurige ge
tuigen nodig bij het geven en aanvaar
den van de huwelijksinstemming. Als
er toch een priester bij aanwezig is (als
gekwalificeerde getuige en om de hu
welijksinzegening te verrichten), dan
doet deze priester dit op eigen risico.
De Bisschop zal hem daartoe geen ver
lof, laat staan enige opdracht geven.
Ook dat staat duidelijk in de verkla
ring van het bisdom Haarlem. Persoon
lijk zou ik daaraan willen toevoegen, dat
zulk een priester in het algemeen ge
sproken niet verstandig of zelfs onver
antwoord handelt, al is het psycholo
gisch ook te begrijpen, dat hij toegeeft
aan de op hem uitgeoefende drang tot
het verlenen van zijn geestelijke dien
sten. Hij overtreedt echter zonder
noodzaak de burgerlijke wet en hij ver
geet dat zijn daad ook het welzijn van
de Kerk zelf kan schaden, juist als ge
volg van mogelijke bezwaren en reac
ties bij onze niet-katholieke medebur
gers. Om deze reden kan men dan ook
verschillend oordelen over de eventuele
afschaffing van art. 136 B.W. en art.
449 Sr. Ook wanneer men deze wetsbe
palingen in beginsel onrechtvaardig
acht ten opzichte van de Katholieke
Kerk, kan men toch in de feitelijke
situatie willen berusten, omdat enerzijds
de afschaffing dier bepalingen niet
strikt noodzakelijk is voor de oplos
sing van gewetensvragen in bepaalde
uitzonderingsgevallen, en omdat ander
zijds die afschaffing bevorderlijk zou
kunnen zijn voor de totstandkoming
van maatschappelijk ongewenste huwe
lijkssituaties.
Ik hoop dat uit deze uiteenzetting
ook aan niet-katholieken duidelijk ge
bleken is, hoe de Katholieke Kerk in
het algemeen denkt over de burger
lijke huwelijkswetten en hoe in het bij
zonder de Bisschop van Haarlem geen
enkele verantwoordelijkheid draagt
voor, geen enkele toestemming of
machtiging heeft gegeven tot een over
treding van de burgerlijke wet. Want
daarin vooral bestond bij de niet-ka-
Vragen voor doze rubriek moeten
worden gericht aan de Redactie van
ons blad (met in de linker-boven-
hoek der enveloppe: „Vragenru-
briek"). De beantwoording geschiedt
gratis. De Red actie behoudt Zich
echter het recht voor, bepaalde vra
gen niet voor beantwoording in
aanmerking te doen komenOver
de beslissing dienaangaande kan
niet worden gecorrespondeerd. Gaar
ne vermelding van naam en adres
bij de ingezonden vragen.
Vertegenwoordigers van de veettig
provincies van de Orde van de H. Do
minions hebben Maandagmorgen te
Rome tot magister-generaal van de
Orde gekozen de Ierse pater dr. Mi
chael Browne.
tholieke bladen de grief tegen de Bis
schop van Haarlem.
Ik geef gaarne toe, dat de situatie
van de (eerste) vrouw een zeer pijnlijke
kan zijn in al die gevallen, waarin al
léén een burgerlijk huwelijk aanwezig
is en de betrokkene in civiele echt
scheiding niet meent te kunnen toe
stemmen. „Dit huwelijk beschouw ik
als geldig voor God", zo schrijft blij
kens Het Parool van 2 April een pro
testantse vrouw, die eerst burgerlijk en
daarna in de hervormde kerk met een
katholiek man is getrouwd. Ik ken de
omstandigheden van deze huwelijkstra
gedie niet, maar abstract oordelend,
kan ik het standpunt van die vrouw op
zich zelf genomen waax-'deren. Toch
moet ik hieraan toevoegen, dat zij zich
bij haar huwelijk met een katholieke
man rekenschap had moeten geven van
de consequenties, welke zulk een huwe
lijk zou kunnen hebben. Noch zij zelf,
noch iemand anders zou ooit de eis kun
nen stellen, dat ook de Katholieke Kerk
dit huwelijk als geldig moet erkennen.
Want dit zou practisch betekenen, dat
aan de Katholieke Kerk een eigen hu
welijksrecht wordt ontzegd, hetgeen
tegen de grondwettelijk gegarandeerde
godsdienstvrijheid zou indruisen. Aan
vaardt men echter als feit, dat de Ka
tholieke Kerk op grond van de gods
dienstvrijheid een eigen huwelijkswet
geving ,kan uitvaardigen, dan kan het
subjectieve oordeel over een huwelijks
gebondenheid nooit opwegen tegen de
objectieve rechtsregels, die deze huwe-
Hjksgebondenheid beheersen. Ook de
Nederlandse Staat zou dit op het ter
rein van het burgerlijk huwelijk niet
aanvaarden. Alleen de huwelijksslui
ting voor de ambtenaar van de Burger
lijke Stand brengt het burgerlijk huwe
lijk tot stand - niet een onderlinge ver
klaring met of zonder getuigen, nog
minder een sterke wederzijdse liefde,
waarin sommigen het wezen zelf zien
van de huwelijksband. Op dezelfde
wijze, d.i. naar de bestaande canonieke
wetten, heeft de Bisschop van Haar
lem moeten oordelen over de kerkelijke
geldigheid of ongeldigheid van het hu
welijk der boven genoemde protestantse
vrouw. Dat hij daarbij de morele ver
plichtingen van de katholieke man ten
opzichte van deze vrouw uitdrukkelijk
erkent en bij haar door zijn Secretaris
laat informeren of die morele verplich
tingen worden vervuld, getuigt slechts
van de gewetensvolheid, waarmede
deze moeilijke en soms pijnlijke zaken
op het bisdom worden behandeld. Ik
meen dat men daarvoor slechts waar
dering kan hebben, ook als men de
huwelijkswetgeving van de Katholieke
Kerk niet kan aanvaarden of zelfs
meent te moeten bestrijden.
Een groep geleerden in Philadelphia
heeft onder leiding van dr. Albert
Schatz, mede - ontdekker van het
streptomicine, een nieuwe methode ge
vonden om microben te isoleren die
misschien de oorzaak zijn van tandbe
derf.
Huis gevorderd
Abonné De gemeente heeft vol
gens mij ten onrechte een huis ge
vorderd. De vorderingscommissie heeft
eenstemmig dit besluit ondersteund.
Toch ben ik van mening, dat de ge
meente in dit geval iets onrechtmatigs
heeft gedaan. Waar moet ik mij ver
voegen voor het verkrijgen van een
rechterlijke uitspraak?
Antwoord: In geval van vordering
van woonruimte, bestaat slechts de mo
gelijkheid van beroep in geval het be
sluit niet eenstemmig is genomen. Dit
beroep kan dan worden ingesteld bij
Ged. Staten. Aangezien in uw geval nie
mand van de vorderingscommissie te
gen het besluit gestemd heeft, bestaat
voor u geen recht van beroep.
Sfeun Noodwet
J. de V. Een gehuwd familielid
van mij heeft 32.inkomen per week
en heeft er „door invulling van enige
papieren" nog een bedrag bijgekregen
van de noodwet ouderdomsvoorziening.
Is dat mogelijk?
Antwoord: Ja, dat is heel goed mo
gelijk. Het inkomen van een gehuwd
familielid bedraagt dus 52 x 32.en
dat is 1664.per jaar. Aangezien dit
bedrag beneden de inkomensgrens van
ƒ2.000.ligt, heeft het dus recht op
de uitkering. Indien dit familielid onge
huwd was, had het geen recht, want
voor een ongehuwde ligt de grens op
1350.per jaar.
Voor toeslag op ouderdomsrente moet
u zijn bij de Dienst van Sociale Zaken.
Zangers
A. M. de W. a) Kunt u mij zeg
gen wie de tenor-zanger is geweest in
de film „De Kuise Violetta"? b) Is Ben-
jamino Gigli een Italiaan of een Duitser
van geboorte?
Antwoord: a) Stel u in verbinding
met het filmverhuurkantoor Nederland,
Hobbemastraat 20. Amsterdam,
b) Gigli is een Italiaan.
Ambassadeur en gezant
L. G. B. Wil de functies en het
verschil weten van ambassadeur, ge
zant, vice-consul, consul en verdere
bijzonderheden.
Antwoord: Een ambassadeur, gezant
en hoofdconsul (hoofd van consulaat-
generaal) worden benoemd door de
Kroon; consul en vice-consul door de
minister van Buitenlandse Zaken, Am
bassadeur en gezant zijn diplomatieke
vertegenwoordigers van hun land, die
het contact onderhouden met de rege
ring van de staat, waar zij zijn heen
gezonden. De ambassadeur is de hoog
st» rang, voorheen alleen tussen grote
mogendheden, na de wereldoorlogen ook
tussen de geallieerde landen. Een con
sul is meer als hun assistent te be
schouwen en behartigt de belangen van
zijn landgenoten in den vreemde. Van
zelfsprekend heeft een ambassadeur
meer rechten en worden de kosten
hoofdzakelijk door zijn eigen land ge
dragen. Hij staat in rang gelijk of on
geveer gelijk aan een minister. Onder
de consuls zjjn er, die de kosten zelf
dragen. Diplomatieke voorrechten bezit
de consul niet. Wel is hij vrijgesteld
van belastingen.
Reis per touringcar
J. A. v.d. Z. Wil een reis maken
per touringcar naar Frankrijk. Waar
kan ik een reisprogram krijgen?
Antwoord: De beheerder van de tou
ringcar maatschappij zal u toch wel
kunnen helpen aan een programma van
de reis, die u met zijn wagen maakt.
U kunt u ook vervoegen bij de bekende
reisbureaux.
Nieuweroord
M. V. Ik wilde graag enige in
lichtingen aangaande de Nieuweroord
het Rust en Vacantiehuis van de KAB.
Hoe komt het dat het maar zo kort
bestaan heeft? En komt er nu weer
een ander?
Antwoord: De exploitatiekosten van
Nieuweroord bleken te hoog te zijn en
daarom is het opgeheven. Thans is er
Sonnehaerdt te Zeist, doch dit is alleen
rustoord. Het streven is, kleinere va-
cantie-oorden op te richten via de af
delingen.
Een oud boekje
J. M. Is in het bezit van een oud
boekje n.l. „De Navolging van Chris
tus" door Thomas a Kempis. Het is
uitgegeven te Antwerpen bij J. Thijs
boekdrukker en verkoper op de Vlas-
markt in de Pauw. Wanneer is dit boek
je uitgegeven en de hoeveelste druk is
het?
Het boekje bevat een voorrede van
kardinaal Bellarminus. Als datum staat
vermeld 27 April 1700.
Antwoord: Kardinaal Bellarminus is
in 1621 overleden Maar aannemende,
dat hij op hoge leeftijd de voorrede
schreef, houdt dit nog niet in, dat om
streeks 1620 het boekje gedrukt behoeft
te zijn. Tussen schrijven en drukken
verliep dikwijls heel wat tijd. Maar
het voornaamste is de vermelding van
de datum van goedkeuring: 27 April
1700. Dat houdt wel in, dat het boekje
kort na die datum gedrukt is.
Met vacantie
C.v.d.B.- Met de a.s. vacantie wil ik
een tocht per auto langs de Rijn ma-
Advertentie
Algemene vergunningen nrs. EZ 5960246/9 zijn
verschenen, inhoudende een verdere verruiming
van het effectenverkeer met het buitenland. Wij
tullen gaarne Uw gids zijn in de doolhof van
deze nieuwe bepalingen.
Uw financiële raadsman
ken. Terug wil ik over de Vogezen door
Frankrijk en Luxemburg via Belgie
weer naar Nederland.
1) Heb ik voor Duitsland en-of Frank
rijk een visum nodig, zo ja, waar moet
ik me dan vervoegen?
2) Hoeveel bedraagt de prijs van ben
zine in Duitsland en Frankrijk?
3) Hoeveel liters benzine mag ik uit
Nederland meenemen over de grens.
Antwoord: U hebt nodig voor uzelf en
eventuele medereizigers een geldig pas
poort. Visum is niet meer nodig.
2) In Duitsland kost benzine DM 0.62,
super benzine DM 0.69. In Frankrijk
fr. 64.10 gewone benzine en super fr.
67.50.
3) Uitvoer uit Nederland is toegestaan.
Behalve de volle tank mag nog 50 li
ter worden meegenomen.
4) Reserve smeerolie is vrij tot 1 kg.
Voor het meerdere moet in Duitsland
per 5 liter DM 2, betaald worden.
5) Grensdocumenten: kentekenbewijs
ten name van eigenaar of houder van
het motorrijtuig en nationaiisatiebewijs
afgegeven na 14 December 1947.
a) identiteitsbewijs voor eventueel ra
diotoestel, tenzij dit staat vermeld op
b) nationaliteitsbewijs. c) verder alia
overige in Nederland vereiste papieren,
d) triptiek of carnet de passages en
douane, e) internationaal bewijs voor
motorrijtuigen, f) idem rijbewijs voor
de bestuurder, g) een NL-plaat die
's nachts ve.-cht moet zijn. Wat verde
re invoer betreft van bagage en het ge
reed maken van uw papieren kunt u
zich wenden tot het kantoor van de
A.N.W.B. in uw woonplaats, waar u
tevens alle verdere inlichtingen kunt
krijgen.
Successierecht
J.M.K. Stelt een paar vragen over suc
cessierecht en wat daarmede samen
hangt.
Antwoord: Vermoedelijk is destijds door
de broer geen schenkingsrecht betaald,
en dit is gemerkt, omdat de notaris in
de memorie ook de vervallen periodie
ke uitkeringen moet opgeven. Is des
tijds door de broer wel betaald, dan
komt ook ons de zaak onbegrijpelijk
voor. Stel u zo nodig opnieuw in ver
binding met de notaris.
Personele belasting
A.v.S.- Stelt een vraag over personele
belasting.
Antwoord: Voor de personele belasting
wordt genomen de zuivere huurwaarde.
Is daarom de werkelijk betaalde huur
beïnvloed door andere factoren, bv. dat
het waterverbruik voor rekening van
de verhuurder is of zo iets, dan wordt
de huurwaarde voor de personele be
lasting lager dan die betaalde huur
over het betrokken jaar.
Nalatenschap
TA'.- Mijn zoon is overleden. Hij was
getrouwd en laat geen kinderen achter.
Komt de nalatenschap nu geheel aan
zijn weduwe of heb ik ook nog ergens
recht op?
Antivoord: Indien uw zoon geen testa
ment heeft gemaakt, waarin hij een an
der dan zijn vrouw tot erfgenaam heeft
benoemd of legaten heeft gemaakt, dan
komt zijn nalatenschap geheel aan zijn
weduwe. In het andere geval krijgt zij
uit hoofde van het huwelijk slechts de
helft van het huwelijksvermogen, plus
zoveel als uit het testament blijkt.
Huis bouwen
J.S.- 1) Mijn plan is om een houten
woonhuis te bouwen, maar nu heeft men
mij verteld, dat men daar niet langer
dan vijf jaar in mag blijven wonen. Is
dat zo
2) Wordt er nog subsidie gegeven op
een houten huis?
Antwoord: Wij zullen beginnen met
viaa^ 2. Subsidie wordt niet verleend.
1) Hiervoor zult u zich in verbinding
moeten stellen met de dienst van we
deropbouw, Dreef 24 te Haarlem. Het
bouwen van houten huizen is niet al
leen kostbaar, maar u zult er na 5
jaren weer uit moeten. Bespreekt u uw
voornemen eens op dit bureau. Wellicht
kunt u er dan toe overgaan een ste
nen huis te laten bouwen met subsidie.
Prentbriefkaarten
A.J de N. Wil oude, beschreven prent
briefkaarten weer geschikt maken voor
verzending. Kan dat?
Antwoord: Indien deze beschreven zijn
met potlood, zult u het wellicht kunnen
verwijderen met stuf, indien ze beschre
ven zjjn met inkt, zult u de adreszijde
moeten overplakken. Anders weten wij
er ook geen raad op. U dient natuur
lijk wel een nieuwe postzegel te plak
ken, anders moet de ontvanger straf
port betalen.
Kinderbijslag
J. de W.- Hoeveel bedraagt de kinder-
bijsl- voor 4, 6, 8 of 10 kinderen?
Antwoord: Hangt af van het aantal da
gen per kwartaal:
Kwartaal van 77 dagen 4 kind. 188.65,
6 kind. 319.55, 8 kind. 458.15, 10 kind.
596 75, 78 dagen 4. kind. 191.10 6 kind.
323.70, 8 kind. 464.10, 10 kind. 604.50
79 dagen 4. kind. 193.55, 6 kind. 327.85,
8 kind. 470.05, 10 kind 612.25
De huurverhoging
J.J.B.- Stelt een vraag over de toekom
stige huurverhoging.
.Antwoord: Voor zover ons thans bekend
is, komt waterleiding niet in aanmer
king voor huurverhoging. Alle bijkom
stige kosten, dus die voor water, aan
gebrachte verbeteringen e.d„ moeten
eerst van de huurprijs, die geldt op 30
Juni a.s., worden afgetrokken en aan
de hand van dat bedrag moet de huur
verhoging worden berekend. Het kan
daardoor zeer goed zijn, dat u geen
10 maar 5 pet. betalen moet, zelfs kan
zich het geval voordoen, dat men daar
door geheel vrij is. Nogmaals: wij plaat
sen dit bericht onder voorbehoud, want
met zekerheid is nog niets te zeggen.
Het ontwerp moet beide Kamers der
Staten-Generaal nog passeren.
Wanneer van school af?
J.A.B.- Mijn zoon wordt 27 April a.s.
14 jaar. Mag ik hem met April van
school nemen?
Antwoord; De leerplichtwet eindigt aan
het einde van het leerjaar, na afloop
waarvan het kind ten minste 8 jaren
leerling is geweest van een of meer
scholen in de zin van de leerplichtwet.
(Raadpleeg hierover de afdeling onder
wijs op het gemeentehuis.)
Naar Gulpen
L.B.- Wilt u mij een reis beschrijven
van Amsterdam naar Gulpen (L.)?
Antwoord: Amsterdam, Utrecht, Zalt-
bommel, Den Bosch, Eindhoven, Weert.
Echt, Sittard, Heerlen, via een binnen
weg naar Gulpen.