Raymond Westerling:
„Ik wil een actie
op legale basis"
Het gaat in Indonesië meer
om een psychologische strijd
Schrijver van de werkelijkheid
De verraden
„hemdlozen
PIET PAALTJES,
de oudstejaars-student
Het honorarium voor de Snikken
3 weken tegen
arts geëist
Zo begon de zomer!
Met de schim van Franyois
Haverschmidt door Leiden
Evipan wordt
verkocht
President Soekarno tevens
premier van Indonesië?
Na aanrijding
verdronken
Piin
V.J
WOENSDAG 22 JUNI 1955
PAGINA 3
door welke
oorzaak ook
In 1956 lijsttrekker
voor Ned. Construc-
Mr. Abel Herzberg
Geen vertrouwen
Twee boeken
RIJTIJDENBESLUIT
OVERTREDEN
14 dagen gevangenisstraf
DODELIJK ONGELUK
„Geen klasse-justitie"
Auto bestuurd onder
invloed van sterke
drank
GRATIS
TREINREIZEN
Bemanning heeft passen
nog niet terug
(Van onze correspondent)
De officier van justitie bij de Arn
hemse rechtbank heeft Dinsdagmiddag
drie weken hechtenis onvoorwaardelijk
en ontzegging van de bevoegdheid een
auto te besturen voor de tijd van één
jaar geëist tegen de 63-jarige longarts
A. M. te Arnhem.
Hij stond terecht omdat hjj Zondag
5 Juni onder invloed van sterkedrank
naar het consultatiebureau was gereden.
Hoewel slechts met een snelheid van
30 km was de dokter op de hellende
Kluizeweg in aanraking gekomen met
een personenauto, die daarbij slechts
licht geschampt werd. In die auto zat
de 25-jarige politieagent S. v. d. M.
Toen deze zag, dat de richtingaanwij
zer van de auto van de dokter rechts
uitstond, terwijl hij naar links moest,
en vervolgens, dat de dokter ook nog
nét even een boom raakte, besloot hij
de wagen te volgen. Naar het oordeel
van de agent manipuleerde de dokter
op een vreemde manier met zijn rich
tingaanwijzers. De agent bracht de wa
gen tot stilstand en constateerde daar
op, dat de bestuurder sterkedrank ge
dronken had. De bloedproef wees 1.3.
pro mille alcohol aan, hetgeen over
eenkomt met de inhoud alcohol van
vijf glazen port.
De verdediger, mr. J. ter Horst wilde
de zaak met gesloten deuren laten be
handelen. Hij vond dat in het alge
meen belang, aangezien zijn cliënt arts
is. De rechtbank wilde daar echter niet
van weten. „Geen klasse-justitie", zei
de officier. Mr. Ter Horst bepleitte een
voorwaardelijke straf op grond van de
vele subjectieve elementen in het on
derhavige geval.
Uitspraak 5 Juli.
(Van onze correspondent)
Dinsdagavond omstreeks half zeven
zijn op de Kanaaldijk tussen Helmond
en Aarle-Rixtel een personenauto en
vrachtauto, waarmede een twintigtal ar
beiders van hun werk te Asten huis
waarts keerden, met elkaar in botsing
gekomen toen beide chauffeurs om uit
te wijken voor wielrijders iets naar het
midden van de rijweg zwenkten. Door
de botsing werd de 72-jarige mevr. Bouw
uit Handel uit de auto geslingerd, voor
dat deze van de weg af in het kanaal
de Zuid-Willemsvaart terecht kwam. De
74-jarige heer Bouw. organist te Han
del, en zijn 40-jarige zoon Harry, die
de wagen had bestuurd, werden door de
geopende portieren in het water geslin
gerd. Toen de vader werd opgehaald,
bleek hij reeds te zijn overleden, waar
schijnlijk aan een hartverlamming, hoe
wel hij ook verwondingen aan het hoofd
had opgeiopen. De bestuurder had een
beenbreuk bekomen, doch wist nog
zwemmend de kanaaloever te bereiken.
Het slachtoffer en de door een shock
getroffen mevr. Bouw en haar zoon zijn
naar het ziekenhuis te Helmond overge
bracht. Alle inzittenden van de vracht
auto bleven ongedeerd.
Advertentie
I 4 LA S j j
Neem een AKKERTJE
dat helpt direct
(Van onze Haagse redacteur)
„Het gaat in Indonesië niet zozeer
om een oorlog met wapens als wel om
een psychologische strijd". Dit zei ons
Dinsdag in 'n persgesprek, dat gevoerd
werd in een café te den Haag, de ge
wezen kapitein van het voormalige
K.N.I.L. Raymond P. P. Westerling.
Dat ook bjj de psychologische strijd,
zoals hij die zich voorstelt, wapens ge
bruikt zouden moeten worden, wilde de
heer Westerling niet ontkennen, maar
hij bestreed ten stelligste, dat hij een
avonturier of een moordenaar zou zijn:
„Ik ken het Indonesische volk; het
gaat mij er uitsluitend om dit volk
recht te verschaffen".
Spr. zei van plan te zijn alleen naar
Ceram te gaan; hij zou dit niet doen
wanneer hij niet rekende op steun ter
plaatse: „Ik heb een vrouw en vier
kinderen en koester geen zelfmoord
plannen. Ik wil alleen opkomen voor het
recht van de kleine man, wiens gevoe
lens ik ken". Evenals de heer Van Wijk,
een der financiers van de mislukte Evi-
panexpeditie, verklaarde de heer Wes
terling, dat hij geen contact heeft ge
had met de Masjumi, maar wel met
71 /f r. Abel J. Herzberg, wiens
toneelstuk „H erodes"
•LTJ. Zaterdagavond in Arn
hem in première ging, is, naar
zijn zeggen, geen schrijver in de
gebruikelijke zin van het woord.
Hij schrijft slechts „op bestel
ling"; wanneer dus blijkt dat
sommige mensen er „behoefte
aan schijnen te hebben". Zo
kwam hij voor de oorlog na een
opdracht van een onzer toneel
gezelschappen in Amsterdam
tot het schrijven van een to
neelstuk „Vaderland" geheten.
Niet lang na de bevrijding
verscheen „Amor fati", een
boekje over zijn belevenissen in
het kamp Bergen Belsen. Ook
dat is „op bestelling" geschreven.
Het was in de dagen dat Jo
seph Cramer, een van de kamp
beulen, voor het gerecht moest
verschijnen, dat mr. Herzberg
tot een van de redacteu
ren van „De Groene Am
sterdammer" zei: „Daar moeten
jullie nu eens een ander stuk
over schrijven, dan men gewoon
is te doen. Aan al dat gevloek
heb je niets. En het is er niét
mee gezégd, wanneer men be
weert dat de man een schurk is".
Die redacteur heeft toen geantwoord: „Probeer zelf eens zo'n stuk te
schrijven". Het werd een hele serie stukken, die naderhand werden ge
bundeld in bovengenoemd boek, dat altijd nog behoort tot het allerbeste,
wat na de bevrijding op het gebied van „oorlogsliteratuur" is verschenen.
En dat geldt ook voor zijn bijdrage tot „Onderdrukking en Vet zet", waar
voor hij een magistrale „Kroniek van een Jodenvervolging" leverde.
Het is niet voldoende, dunkt ons, wanneer men mr. Herzberg in zijn
„Amor fati" en zijn „Kroniek" bewondert om de objectiviteit, waarmee
hij de stof behandelt. Hij is, geloven wij, een schrijver van de werkelijk-
Als men daarbij dan maar zo goed wil zijn om zijn „werkelijk
heid.
heid" niet gelijk te stellen met dat ietwat logge litteraire verschijnsel,
dat men doorgaans bedoelt wanneer men het over „het realisme" heeft.
De werkelijkheid van mr. Herzberg is duizendmaal gedifferentieerder,
nademaal hij haar projecteert tegen de achtergrond van de Eeuwigheid.
Dit moet men, menen wij, ook wel in het oog houden wanneer men hem
hoort zeggen: „Ik houd niet van de fictie. Wanneer ik sommige romans
lees dan denk ik wel eens: jullie bedriegen de boel".
Uit de werken van mr. Abel Herzberg blijkt zijn grote liefde voor
de mens. Maar men mag daarbij bepaald niet denken aan een morali
serende sentimentaliteit, waarop veler „mensenliefde" haar grond vindt.
Mr. Herzberg houdt van de mensen, als men zulks goed wil verstaan, op
zakelijke gronden. Hij waardeert niet zonder te begrijpen, althans niet
zonder een poging tot begrijpen gedaan te hebben. Maar zijn waardering
is er des te dieper om. En hij kan met recht en reden zeggen: „Een boe
renzoon, die zijn eerste zoen geeft is even belangrijk als de dichter, die
een fraai liefdesgedicht heeft geschreven".
Mr. Herzberg, de schrijver van de werkelijkheid, heeft in het dagelijkse
leven een drukke advocaten-practijk. En die combinatie kan men dan
nauwelijks schokkend noemen. Iets moeilijker te verwerken vinden wij
het, dat de schrijver van „Amor fati" tevens de auteur is van een bijzonder
lijvig boekwerk over de Drankwet. Kenmerkend voor mr. Herzberg is
hel wellicht, dat hij vrijwel uitsluitend optreedt in civiele zaken, omdat
de verhoudingen daar genuanceerder zijn; in strafrechtelijke zaken zijn
de tegenstellingen, naar zijn smaak, ietwat te grof.
Het interviewen van een man als mr. Herzberg is even moeilijk als
het plezierig en boeiend is een gesprek met hem te voeren. Hij heeft een
kennelijke afkeer van vage aanduidingen en onvolledige formuleringen.
Het beste hadden wij hem dit, overigens korte, interview ongetwijfeld
zelf kunnen laten schrijven: „op bestelling". Maar een journalist heeft
per slot van rekening ook zijn beroepseer
WESTERLING
enkele figuren uit deze partij, hetzelfde
is het geval met individuele leden uit
de P.N.I. De moeilijkheden, waarvoor
Raymond Westerling een oplossing
meent te kunnen brengen, komen z.i.
uitsluitend voort uit een gebrek aan
vertrouwen tussen Oost en West. Op de
vraag of het Westen hiervoor een op
lossing zal kunnen geven werd geant
woord, dat 't het Oosten aan de nodige
krachten ontbreekt.
Naar aanleiding van de opmerking,
dat men met een onderneming zoals
door hem beoogd beter zou kunnen
wachten totdat uit de verkiezingen
van 29 September is gebleken welke
richting Idnonesië verder uitgaat, zei
spr. geen vertrouwen te hebben in de
democratie van Indonesië. „Men heeft
al zo vaak gezegd, dat een ingrijpen
de gunstige ontwikkeling in de weg
zou staan, maar inmiddels wordt de
toestand slechter". Spr. vond het veel
zeggend, dat men in Indonesië reeds
vanwege de eventuele komst van één
man in paniekstemming geraakt.
Op onze vraag wie zijn onderneming
financiert, antwoordde de heer Wester
ling: „Ik voer geen oorlog zoals Ame
rika; achter deze zaak staan een paar
financiers". Contacten met het Vetera-
nenlegioen Nederland, de Stichting
„Door de eeuwen trouw" en de Ambon-
nezenorganisaties hier te lande werden
ontkend.
„Ik wil mijn actie op een legale ba
sis ondernemen", zo zei de heer Wes
terling verder; „ik wil een paspoort
hebben en verwacht nog altijd een ant
woord op de aanvrage voor een pas,
welke ik ruim drie maanden geleden
heb ingediend". Bij de vraag of hij niet
zou vertrekken wanneer hij geen ant
woord zou krijgen glimlachte Wester
ling.
Hij deelde nog mede, dat de Neder
landse Conservatieve Partij is omge
doopt in Nederlandse Constructieve Par
tij. Er zijn, aldus spr., voor deze par
tij veel symphatiebetuigingen binnen ge
komen; er zal echter voor het lidmaat
schap een strenge ballotage worden
toegepast. „Mr. Wolthuis is van de
kaart". Bij de verkiezingen in 1956 zal
Westerling als lijsttrekker optreden; het
kamerlidmaatschap ambieert hij inmid
dels niet.
Er zullen binnenkort in verschillende
talen twee boeken van Westerling ver
schijnen. Het ene, „Antwoord aan Ka-
rel Escalund", weerlegt z.i. beschuldi
gingen van een Deense schrijver over
Westerling's optreden op Zuid-Celebes;
het andere, getiteld „Voorspiegeling of
Werkelijkheid" behandelt de Aziatische
problematiek.
De politierechter te Groningen heeft de
36-j. expediteur H. van A. uit Oude Pekela
conform de eis veroordeeld tot veertien
dagen gevangenisstraf wegens overtreding
van het Rijtijdenbesluit. A. had in zijn
werkboekje geknoeid en de aanvangsttijd
van zijn rit veranderd, nadat hij pech had
gehad en niet uitkwam met zijn diensttijd.
Zo begon gisteren de zomer aan net
Nederlandse strand. Strandstoelen ston
den bij groepjes te kleumen en onfor
tuinlijke vroege vacantiegangers liepen
te kniezen langs de boulevard. Maar
vandaag belooft het toch eindelijk be
ter te worden
Toen Perón in 1946 president van
Argentinië werd, beloofde hjj hèt
volk gouden bergen. Het land zou
een tijdperk van grote welvaart tege
moet gaan. De eenvoudige arbeiders en
boeren, die hij de descamisados (de
hemdlozen) noemde, zouden niet lan
ger door de rijken worden uitgebuit.
Perón zou aan hun ellende een einde
maken. Op talloze descamisados hebben
de woorden van Perón, en vooral die
van zijn vrouw Evita, indertijd grote
indruk gemaakt. De president heeft dan
ook geruime tijd een grote populariteit
genoten.
Perón streefde naar de „economische
emancipatie" van Argentinië. De natie
moest zich vrij maken van de econo
mische banden met de Verenigde Sta
ten en Engeland In de tweede wereld
oorlog werd er door de Argentijnen,
vooral met de vleesexport, veel ver
diend. Het aldus verworven kapitaal
wilde Perón aanwenden voor een snelle
industrialisatie. Maar. het project heeft
geen succes gehad. En intussen is de
afzetmogelijkheid voor Argentijns vlees
op de internationale markt aanzienlijk
afgenomen. De economische manoeuvres
van het regime om de situatie alsnog
te redden hebben gefaald. (Onlangs ver
klaarde Perón: Eerst zullen we voor
eten zorgen en dan zullen we uitleggen
hoe we het gedaan hebben). Bovendien
heeft de wijd verbreide corruptie de
ontwikkeling van de welvaart ernstig
geremd. Als de Argentijnen enkele
jaren geleden niet een aanzienlijke
lening in Amerika hadden kunnen slui
ten, zou er reeds lang een ware
economische chaos zijn ontstaan.
De Argentijnse arbeiders en kleine
boeren staan er niet beter voor dan
toen Perón hun, een kleine tien jaar
geleden, een stralende toekomst voor
spiegelde. In Argentinië heeft de arbei
der het slechter dan in de Verenigde
Staten en in West-Europa. De verhou
ding tussen de Argentijnse lonen en
prijzen is bijzonder ongunstig en zelfs de
descamisados gaan gebukt onder zware
belastingen. Daar komt bij dat de natio
nale vakbeweging, de C.G.T., de leden
met ijzeren hand leidt. Deze organisatie,
die uiteraard slechts een werktuig is van
het regime, heeft de individuele leden
alle persoonlijke vrijheid ontnomen.
Onder de descamisados, eens de trouw
ste volgelingen van Perón, nam dan ook
de ontevredenheid met de dag toe. Maar
het regime dat aan populariteit ver
loor, kon zich nog altijd door dwangmid
delen handhaven. En het kon steunen
op het leger. (De vakbeweging en het
leger zijn steeds de hechte steunpilaren
geweest van het peronistische bewind).
Toen Donderdag het toenemend verzet
van het Argentijnse volk een hoogtepunt
bereikte, in een staatsgreep van de
marine, heeft dan ook het leger de op
stand moeten onderdrukken. Het regime
kon op het leger rekenen, omdat enige
jaren geleden het kader drastisch ge
zuiverd werd van niet peronistlsch
denkende officieren. Maar overigens
hebben de landstrijdkrachten in de ge
beurtenissen van de vorige week een
zó dominerende rol gespeeld dat zij zich
een zelfstandige machtspositie hebben
verworven. En als een nieuwe sterke
man in Argentinië is de minister voor
het Leger, de 67-jarige generaal Lucero,
naar voren gekomen. Reeds Vrijdag
avond werd officieel aangekondigd dat
het leger zich belastte met het herstel
van de veiligheid en de rust in het
land. Wellicht heeft president Perón aan
de legerleiding voor het neerslaan van
het verzet een dure prijs moeten be
talen. Men veronderstelt dat Perón's
persoonlijke macht door de jongste ge
beurtenissen aanzienlijk is verzwakt en
dat generaal Lucero feitelijk de opperste
leiding in handen heeft genomen, daarin
bijgestaan door Perón zelf en door de
minister van Defensie, Gen. Molina.
Argentinië zou dan dus momenteel be
stuurd worden door een uit drie perso
nen bestaande junta. Een dergelijke
machtsverschuiving zou de belangrijke
consequentie kunnen hebben dat tegen
over de Kerk een andere houding wordt
aangenomen. Want in legerkringen
schijnt men verontwaardigd geweest te
zijn over Perón's recente anti-katholieke
campagne.
De grote carrière van de nu 60-jarige
Perón is feitelijk reeds begonnen in
1943, toen hij deel uitmaakte van een
groep officieren die een succesvolle
staatsgreep organiseerden tegen presi
dent Ramon Castillo. In 1944 werd Perón
minister van Oorlog, en kort daarna
bovendien nog minister van Arbeid en
vice-president. Vanaf dat ogenblik was
hij in feite reeds de machtigste man in
Argentinië. Toen hij twee jaar later bij
de presidentsverkiezingen een aanzien
lijke meerderheid behaalde kreeg hij
ook officieel de absolute leiding.
Volgens de jongste berichten zou het
nu echter met zijn alleenheerschappij
gedaan zijn, al schijnt het peroms-
tisch regime tot op zekere hoogte te
zijn blijven bestaan. Dit régiem
ziet zich intussen geconfronteerd met
een grote groep descamisados die zich
verradqn achten door Perón's bewind.
In Kommerzijl is de 78-jarige 3. Hut met
zjjn fiets in aanraking gekomen met het
achterwiel van een hem passerende melk-
auto. Hij werd ernstig aan het hoofd gc
wond en overleed kort nadien.
Frangois Haverschmidt, alias Piet Paaltjes.
rj~t erwijl de studenten er hun zoveelste lustrum vierden,
I hebben wij door Leiden gedwaald en daarbij be-
dacht dat we wegen gingen die een eeuw geleden
Frangois Haverschmidt, alias Piet Paaltjes, moet zijn ge
gaan, die wonderlijke student in de theologie, waarover
hoogleraar en studenten van deze tijd nog steeds niet zijn
uitgepraat. Hij vaas een trouw en actief lid van het stu
dentencorps. In 1856 was hij quaestor, in 1857 zelfs praeses
van het Collegium Supremum. Alsook een vlijtig student,
die zich waarachtig wel rekenschap gaf van de woorden
van zijn leermeesters. Door de Breestraat hebben we ge
zworven, waar de Duitse bierkroeghouder Vater Muller
rwoondebij wie Haverschmidt met zijn vrienden placht te
tafelen. Natuurlijk zijn we in dezelfde straat niet zonder
meer voorbijgegaan aan Sociëteit Minerva, waar het huidig
studentenvolk nóg zijn dubbelgebeide drinkt. Langs de
Nieuwe Rijn hebben we gedwaald en daar naar de plek
gespeurd waar Paaltjes voor eeuwig vriendschap zwoer met
een academiebroeder, die die dure eed tussen De Vink en
de Haagsche Schouw verraderlijk zou breken. Het Rapen
burg _afgekomen, zijn we de Hooge Woerd afgegaan en
daar 'voor het huis op de hoek van de Koenesteeg blijven
staan. We hebben opgezien naar de gevelsteen, die de Leid-
se studenten bij gelegenheid van het laatste lus
trum hebben laten aanbrengen, om iedere voorbij
ganger te doen weten dat daar de beroemde dichter zijn
kast heeft gehad; dat daar, boven de bidder die zijn hospes
was, de Snikken en Grimlachjes zijn ontstaan die Jiet Leid-
se studentenleven beroemd hebben gemaakt. En tot in on
derdelen bekend bij duizenden, die van het studentenleven
overigens geen notie hebben. Daarbij hebben we ons afge
vraagd hoeveel lustra er nog gevierd moeten worden in
de Sleutelstad, voordat Piet Paaltjes er met een stand
beeldje geëerd zal tvorden. Hij is immers de enige figuur
waarmee de Nederlandse student gesymboliseerd kan wor
den.
Het huis aan de Hoogewoerd te Leiden, waar Piet Paaltjes in zijn studen
tentijd woonde.
Paaltjes is de oudste-jaars, die men
zich denken kan, hjj studeert nooit af,
hij is eeuwig. Hij is van de vorige
eeuw, toen de student nog rjjk was en
een oppasser had, maar hij is ook van
deze tijd, waarin de student steeds
meer werkstudent dreigt te worden. In
wezen zijn studenten van alle tijden een
der: jolig en speels als te verwachten
is van uitgegroeide paarden die de
last nog niet kennen van de haam om
de hals; en tegelijkertijd oud en zwaar
moedig, want beroepshalve dagelijks
geconfronteerd met een wetenschap en
wijsheid die uit vele, vele jaren onder
vinding werden bijeengepuurd. Die
wonderlijke mengeling van jeugd en
ouderdom, van louter speelsheid en
zoveel loodzware ernst raakt het wezen
van Paaltjes, dat het wezen van alle
jonge mensen is die op de drempel
staan van hun geestelijke volwassen
heid.
En Haverschmidt zelf? Wat voor
mens hij geweest moet zijn, hebben
we ervaren op de tentoonstelling, die
bij gelegenheid van het Leidse lus
trum werd ingericht in het tijd
schriftenzaaltje van de Universiteits
bibliotheek. Een boeiende tentoon
stelling over een boeiende figuur uit
een boeiende tijd. Brieven, foto's, dag
boeken, werkschriften, boeken, officiële
papieren e.d. die alle bij elkaar een
portret opleverden, dat warm was
van levensechtheid. Kernstuk van de
verzameling vonden we de Bulla
Corporis, een zwaar en dubbelgeze-
Advertentie
Hiervoor bestaat enorme belangstelling.
Dag en nacht wordt bij Hoboca gewerkt
om aan alle aanvragen te voldoen. Dat de
Hoboca-bonnen zo geweldig in trek zijn
is geen wonder, want wie had ooit durven
dromen, dat thans iedereen gratis met de
trein mee kan. De 10.000 winkeliers, ver
spreid over heel Nederland, die de Hoboca-
bonnen gratis aan hun klanten uitreiken,
komt dan ook een woord van warme dank
toe. Het aardigste is, dat alle HOBOCA-
bonnen en haar door de NED. SPOOR
WEGEN gewaarmerkte reischèques, geldig
blijven tot 1 Jan. 1958 en steeds te gebrui-
tijn, wanneer men wil.
(Van onze correspondent)
De Evipan, het veelbesproken jacht
van gezagvoerder P. J. Galliard, ligt
nog steeds in Delfzijl in het zg. dok, een
Inham in het Eemskanaal, tussen een
oude baggermolen en een poiitievaar-
tuig. Het scheepje ligt er eenzaam en
verlaten. De bemanningsleden zijn er,
nadat de Evipan Delfzijl is binnenge
bracht, nog niet weer geweest. Gezag
voerder Galliard zei ons dat de Evi
pan verkocht zal worden. Dat was ook
het enige plan, waarover hij zich kon
en wilde uitlaten. De heer Galliard ver
blijft ergens in de provincie Groningen.
Waar, dat houdt hij angstvallig geheim.
We hebben hem aan de telefoon gehad,
via een tussenpersoon.
Er bestaan plannen. Maar welke?
Machinist J. P. Rust zegt alleen maar:
„Ik hou er niet van om plannen in de
wai te sturen. Ik kan niets verklaren."
Wel blijkt dat de bemanningsleden nog
steeds hun passen niet teruggekregen
hebben en evenmin hun monsterboek
jes Ook de beide monteurs van het
Ingenieursbureau Joosten te Gronin
gen, die in Leer aan boord zijn gegaan
en op de Evipan werden aangetroffen
toen het scheepje werd opgebracht naar
Delfzijl, hebben hun passen nog niet te
rug.
geld stuk papier, dat rept van de
Leeuwardenaar Haverschmidt als
een „spectatissimum juvenem". De
aandachtige beschouwer heeft ple
zier in het royale studentenlatijn
en bestudeert de handtekeningen van
de toenmalige bewindslieden die op
dat moment nog niet konden bevroe
den, dat die superlatief veel meer zou
blijken dan een loze krul in het pro
tocol.
Van het studentenbier heeft Haver
schmidt zeker zijn portie gehad. Bo
vendien raakte hij als studenten-auteur
bekend, en gewaardeerd blijkens
de op de tentoonstelling natuurlijk
niet ontbrekende Studentenalmanakken
waarin de Snikken en Grimlachjes
successievelijk verschenen. Voor een
paar glimlachjes heeft ongetwijfeld uit
gever Roelants gezorgd met een
briefje dat waarschijnlijk niet per onge
luk op een vijfde De: -mber is geda
teerd. Hierin deelt de uitgever de au
teur mede dat de eerste druk van Paal
tjes' „Opera omnia" gehonoreerd zal
worden met 150.de tweede met
100.Wandelend langs de tafels za
gen we de officiële stukken, waaruit
de bemoeienis bleek van Haverschmidt
met tal van verenigingen als „Sem-
pre Crescendo", „Minerva", „Veritatis
Ergo" en „Nil Volentibus". De onster-
felijkste van zon Immortellen Hoor
ik op' Sempre een waldhoorn kreeg
er een diepere klank. Ook de namen
van het viertal in de tuin van de So
ciëteit wonnen aan betekenis. Er lag
een foto van Sand of Adrianus van
Wessem, die later advocaat werd in
Tiel. Van Kaai of Willem van der
Kaay die het nog brengen zou tot minis
ter van Justitie, van Poal zelf met zijn
vroeggeknakte wangen en van Haver
schmidt die door al deze vrienden Haas
genoemd werd vanwege zijn vlugge
tred.
Haverschmidt studeerde in Leiden
van 18521858. Hoe hjj in dit laatste
jaar afstudeerde kon men uit het dag
boek lezen: „Op den 7den October 1858
deed ik in de kosterij der Kloosterkerk
te 's-Hage mijn Proponentsexamen van
's morgens half tien tot 's namiddags
drie uur. Zeven oomes tapten mü ach
tereenvolgens Hebreeuws, Grieks, Exe
gese, Kritiek, Bijbelse en Kerkgeschie
denis, Dogmatiek, Moraal en Pasto
raal af, lieten mij .reken en zweren
en verklaarden mij vervolgens S. S.
Min. Cand. Ik was gelukkig".
In 1859 werd Haverschmidt naar
Foudgum in Friesland beroepen, met
de verplichting eens in de week ook
in Raard te preken. Na het levendige,
studentikoze Leiden de eindeloze stilte
en ruimte van het Friese platteland:
een modernistische dominee met nog
geen 150 gelovigen, ouderwets-bekrom
pen boeren, die het hun nieuwe herder
wèl lastig gemaakt zullen hebben.
In 1863 trouwde Haverschmidt met
Jacoba Osti, die hij via Sand had leren
kennen. Het werd een gelukkig huwelijk,
maar toen zijn vrouw hem ontviel,
werden de nevels der eenzaamheid
dichter en donkerder om de zo kwets
bare predikant, die uiteindelijk aan zijn
zwaarmoedigheid zal bezwijken.
Wat is een brief op een tentoonstel
ling? Er liggen er zoveel, maar de
bezoeker is toch diepgeroerd als hij in
een kattebelletje aan Haverschmidt's
zuster Adriar.a een alinea als deze
onder ogen krijgt: „Ik ga 's Zondags
naar de kerk, doch heb er niet veel
aan. Verleden Zondag hoorde ik ds. El-
horst van Arnhem. Hij preekte flink,
maar de kracht om mij tegen mijn
leed te verzetten, ontving ik van zijn
rede niet". Een maand later valt Ha
verschmidt aan zijn leed ten offer.
Op de tentoonstelling prijkte ook de
nieuwste biografie van Haverschmidt:
die van Ed Serrarens. En we hebben
ons vast voorgenomen deze te lezen,
want dat wonderlijke leven van Haver
schmidt boeide ons na het bezoek aan
de expositie meer dan ooit. Het Rapen
burg afstappend konden we de gedach
te maar niet kwijtraken aan d. student
auteur, aan de dominee die aan droef
heid ten onder ging in Schiedam waar
het geluk der vergetelheid sinds jaar
en dag gebotteld wordt. Rondzwervend
door het doodstille Leiden die avond
stonden we dan hier, dan daar te aar
zelen bij een wereld zo boordevol
vreugde, zo boordevol leed. En we
voelden het: Paaltjes is eeuwig, want
hij leeft in ieder van ons. Hij moet
een standbeeld hebben.
JAN ELEMANS
Leiders van de twee grootste partijen
in Indonesië hebben de vorming be
sproken van een presidentieel kabinet,
waarbij president Soekarno tevens pre
mier zou worden. Dit presidentieel ka
binet zou dan de leiding van de huidige
regering overnemen en de eerste al
gemene verkiezingen in Indonesië ver
der organiseren en doen uitwerken. Het
schijnt echter niet eenvoudig te zijn
een dergelijke kabinetswijziging te
verwezenlijken.
Jusuf Wibisono, een van de voor
naamste leiders van de Masjumi, de
leidende oppositiepartij, heeft de be
richten in de pers bevestigd, dat hij
met de algemene voorzitter van de Na
tionalistische Partij van premier Sas-
troamidjojo, Sidik Djojosukarto, heeft
gesproken over de mogelijke vorming
van een interim-kabinet, dat door pre
sident Soekarno zou worden benoemd
en waar de president zelf premier van
zou zijn.
In politieke kringen te Djakarta en
in diplomatieke missies in de Indonesi
sche hoofdstad slaat men verder de
ontwikkeling van een en ander nauw
keurig gade en wacht men op een vin
gerwijzing voor een verdere overeen
stemming tussen de Masjumi en de Na
tionalisten. De Masjumi wordt algemeen
als de grootste partij in Indonesië be
schouwd met de nationalistische partij
als tweede. Deze manoeuvres nemen
in belangrijkheid toe met het oog op
het feit dat de Masjumi vorige week
overeenstemming bereikte met de Mo
hammedaanse partijen, die thans nog
deel uitmaken van de coalitie-regering,
om samen te werken bij de komende al
gemene verkiezingen, welke in het na
jaar zullen worden gehouden. (U.P.)