Haarlems Rijk swerkplaats heeft veel vooroordeel moeten overwinnen Bij D Theologische cursus voor leken Exclusieve expositie in de Vleeshal DOOR EEN ZATERDAGSE BRIL TT H Dr B. H. Bal verlaat „Sancta Maria" 'ijna 1900 vaklieden genoten daar hun opleiding Verschil tussen geoefend en goed vakman Overzicht Van nationale en inter nationale bouwkunst Opel Itekord VAN LENT-HEEMSTEDE De cursussen Wantrouwen Werkplaatsen Resultaten SLEUTEL WEG? Ruimtelijk prentenboek van architect W. van Gelderen De nieuwe exclusieve verlichting ZATERDAG 17 SEPTEMBER 1955 PAGINA 3 „DE SLEUTELSPECIALIST" Jtë Ook dit jaar weer ingericht door „De Open Deur" II A IIIO MOOIIS is gearriveerd VIJFTIG JAAR KERKZANGER De heer A. N. A. Goossens jubileert Benoemd tot rector van St. Catharina-lyceum te Eindhoven Collecte voor het zwakke kind de kerkuil De tweede wereldoorlog heeft een grondige reorganisatie van ons econo misch leven ten gevolge gehad. Veel meer dan voorheen heeft de overheid de nadruk gelegd op het industrialiseren, waardoor men de exportpositie van ons land hoopte te verbeteren en de werkloosheid meende te kunnen vermijden. Het heeft er echter wel eens de schijn van, dat de industrialisatie ons over het hoofd is gegroeid, vooral voor wat betreft het arbeidsvraagstuk. Ten gevolge van de oorlogsomstandigheden hebben vele arbeiders niet die vakontwikkeling kunnen ontvangen, die na de oorlog van hen werd geëist. Bovendien zijn tijdens de oorlog tal van goede vaklieden weggehaald. Nederland heeft na de oorlog een nieuw productie-apparaat opgebouwd en dit in een zo snel tempo, dat de technische scholen niet tijdig genoeg voldoende vakbekwame arbeiders konden afleveren, zoals de hui dige staatssecretaris van Sociale Zaken, mr. dr. A. A. van Rhijn reeds kort na de oorlog verklaarde. Daarom heeft het departement van Sociale Zaken snel een reeks van Rijkswerkplaatsen voor Vakontwikkeling opgericht, ten einde enigszins in de behoefte op de arbeidsmarkt te kunnen voorzien. Ook In Haarlem werd zulk een Rijkswerkplaats in het leven geroepen. Bijna 1900 geoefende vaklieden hebben sedert de bevrijding deze school doorlopen en ruim 80% van hen is thans volledig vakbekwaam arbeider. men doen moet, zo efficiënt mogelijk en met zo min mogelijk lichamelijke in spanning te doen. Zo moet men b.v. le ren zagen met de linkerhand, omdat de meeste mensen vroeger met _hun rech terhand hebben leren zagen én daarbij allerlei foutieve handelingen hebben le ren plegen. Men begint dus van voor af aan. Daarnaast kent iedere cursus een reeks theorielessen. Weinig uiteraard, want alles is op de practjjk gericht. Maar iedere dag wordt anderhalf uur besteed aan het leren lezen van werktekenin gen, het herhalen van het rekenonder wijs van de lagere school, uitgebreid met het berekenen van oppervlakte en inhoud. Vroeger was dat minder, maar sedert enige tijd heeft men het theo retisch onderwijs uitgebreid. Het samenstellen van de cursus is natuurlijk een kwestie apart. Het is de bedoeling, dat de opleiding volkomen is aangepast aan de eisen van de prac- tijk op een bepaald ogenblik. Die eisen veranderen voortdurend. De techniek schrijdt voort en dus moeten ook de cursussen voortdurend worden gewij zigd. Het bedrijfsleven zelf helpt dan ook bij het samenstellen van de cur sussen, zodat de best mogelijke resul taten kunnen worden verwacht. De cursussen worden samengesteld op basis van een analyse van de moeilijk heden die zich in de practijk van het bedrijfsleven plegen voor te doen. Ieder werkstuk van de cursist bevat zulk een moeilijkheid en naarmate hij meer De Rijkswerkplaats in Haarlem biedt opleidingsmogelijkheid voor metaal- en bouwvakarbeiders. Hoewel de- behoefte aan bouwvakarbeiders het grootst is, wordt toch doorgaans 2/3 der cursisten opgeleid voor metaalarbeider De oor zaak daarvan is waarschijnlijk, dat veel aannemers noodgedwongen onvolwaar dige bouwvakarbeiders in dienst ne men, aangezien er zulk een ontstellend tekort is De arbeiders worden aange trokken door de zeer hoge lonen in deze bedrijfstak en voelen dus helemaal geen behoefte aan vakbekwaamheid Dat komt dan vanzelf wel, zo redeneert men. Natuurlijk pretendeert de Rijkswerk plaats niet, dat zij vakbekwame arbei ders aflevert. Dat is immers niet mo gelijk, als men bedenkt, dat de cur sussen meestal duren van zes tot acht tien maanden. In die tijd leidt men geen vakman op. De cursisten wordt alleen de vaktechniek bijgebracht. Wanneer zij de cursus verlaten, ontbreekt het hen nog volkomen aan ervaring en rou tine, twee elementen die voor een be langrijk deel de kwaliteit van de ar beidsprestatie uitmaken. Zelfs preten deert de Rijkswerkplaats niet, dat iede re cursist een goed vakman wordt Som mige cursisten blijven slechts geoefen de vaklieden. Dat is trouwens ook zo bij andere opleidingsinstituten Het per centage van 80, dat de graad van vak bekwaamheid in de loop der jaren weet te bereiken, is dan ook zeker niet laag. Bovendien komt niet iedere cursist te recht in het vak waarvoor hij is opge leid. Om zo goed mogelijke resultaten te bereiken moet een strenge selectie worden toegepast. Uit degenen die zich voor een bepaalde cursus opge ven, tijdelijk werklozen of anderen die herscholing wensen, maakt de be middelaar van het Gewestelijk Ar beidsbureau een keuz. op grond van het antwoord op de vraag of de can- didaat geschikt is voor het vak dat hij zich kiest en voor de opleiding in de Rijkswerkplaats. Iemand die bij voorbeeld reeds herhaaldelijk van werkkring veranderd is, zal waar schijnlijk minder gemakkelijk voor de ze opleiding in aanmerking komen. Daarna volgt een geschiktheidsonder- joek op grond van een psychotechnische test. Heeft de man de nodige bekwaam heden om de opleiding met succes te volgen? Wordt hij eenmaal toegelaten, dan volgt tijdens de cursus nog eens een specialisatie-onderzoek. Men kan ma chine-bankwerker worden, maar ook precisiebankwerker. In een en het zelf de vak zijn verschillende mogelijkheden en het hangt van de bijzondere capa citeiten van de candidaat af, welke richting hij uiteindelijk kiest. Een ander soort van selectie is de financiële kant van de zaak. Een cur sus in de Rijkswerkplaats betekent voor de cursist vrijwel steeds een financieel offer. Hij krijgt weliswaar een loon dervingsvergoeding, maar die is aan gepast aan de werkloosheidsuitkering en bedraagt derhalve vaak niet meer dan 45 tot 50. Dat betekent ook een offer voor de vrouw en de andere ge- „fi?le<*en, die dus tevoren in de situatie fdoeten worden. Veertien dagen vï' einde van de cursus waar- I hft directeur van de Rijkswerk- plaats het Gewestelijk Arbeidsbureau. De arbeidsbemiddelaar zoekt dan een geschikte werkgelegenheid voor^^e af gestudeerde cursist. Dat is meestal de grootste moeite niet want de vraag naar opgeleide arbeidskrachten is enorm. De opgeleide cursist komt dan in het bedrijfsleven. Hij wordt op- genomen in het productieproces en die eerste tijd doen zich wel eens spanningen voor, omdat er nog veel onbegrip bestaat over de Rijkswerk plaatsen. Sommige ex-cursisten zien niet in, dat hun opleiding slechts een vaktechnische geweest is- Zij voelen zich al volkomen geschoold vakarbei der en wensen dienovereenkomstig be taald te worden. Maar in feite zpn zjj niet meer dan geschoold. Het bedrflls- leven zet de opleiding voort en de werk gever geeft in die tijd een tegemoetko ming. Het volle loon kan dus niet on middellijk worden betaald. Daartegen over staat het wantrouwen van verschil lende werkgevers, die het hunne den ken van de korte opleidingsduur Men gelooft er niet in, maar vergeet in tussen dat de cursus niets anders wil dan enkel vaktechniek bijbrengen. Dit wantrouwen blijkt zo diep te zitten, dat tal van arbeiders tegenover hun werk gever niet durven te erkennen, dat zij hun vakopleiding genoten op een Rijks werkplaats, alsof het iets minderwaar digs zou zijn. In Haarlem heeft men vroeger ook te maLen gehad met dit wantrouwen van de zijde der werkgevers. Het Ge westelijk Arbeidsbureau heeft daarop een aantal bedrijfsleidingen uitgenodigd om een bezoek te brengen aan de Rijks werkplaats. Dit heeft de situatie aan zienlijk verbeterd, maar helaas beper ken deze bezoeken zich tot de directies van metaalbedrijven. De aannemers hebben nog geen zin om te komen. On der hen komt het ook nog wel voor, dat zij weigeren ex-cursisten van de Rijkswerkplaats in dienst te nemen. Het onderricht in de Rijkswerkplaats is volkomen individueel ingericht. Men kan zich dan ook vrijwel te allen tijde voor een cursus inschrijven en ieder willekeurig moment beginnen. De werk meesters vangen de nieuwe cursist op en geven hem zijn eerste opdracht. De eerste negen dagen wordt iedere dag een uur besteed aan arbeids-technische vooroefeningen: men bestudeert en leert dan de juiste houding van het li chaam, de juiste handgrepen bij het werk, fcartom men leert datgene watl en ik krijg altijd het vermoeden, werkstukken maakt, heeft hij dus ook steeds meer practische moeilijkheden onder de knie. Een ingewikkeld beoor delingssysteem, waarbij rekening wordt gehouden met de kwaliteit van de ge maakte werkstukken en met de tijd die de cursist ervoor nodig heeft, geeft de werkmeesters, de leraren, een duidelijk inzicht in de capaciteiten van de cur sisten. De werkplaatsen zijn in zeker opzicht erg mobiel. Er is geen vast leerprogram. De leergang wordt be paald door de behoefte. Zo heeft men ten tijde van de februariramp in Zee land speciale cursussen ingesteld voor rietvlechters en andere soorten dijkwer kers. Bijzonder goede prestaties van de cursisten worden met premies beloond. Deze lopen van 1,50 tot 3.50. Achter het gebouw van het Gewes telijk Arbeidsbureau aan de Klei ne Houtweg bevindt zich de op leidingswerkplaats voor de bouwvak arbeiders. Men treft daar in de tuin merkwaardige bouwsels: een op de grond gebouwd raam met een sierlijk boogvenster; een losstaande trap, die naar een hooggelegen niets voert; een fundering, die nergens toe dient dan tot het opleiden van vakbekwame ar beiders. Allés wordt gemaakt met een speciale specie, zodat de stenen na af loop weer gebruikt kunnen worden voor een nienw werkstuk. En dat alles in de open lucht, waar in de meest letterlijke zin van het woord de eerste steen wordt gelegd voor een tegenwoordig voordeli ge carrière. In de Spaarnwoudestraat treft men de werkplaats voor metaalbewerkers, voor een goed deel bevolkt met Am bonezen en Indonesiërs. Daar bevindt zich ook het kantoor van de directeur, de heer W. v. d. Heyden, en de ad ministratie. De metaalbewerkers heb ben het leeuwenaandeel in de Rijks werkplaats. De hele dag door gonzen de machines en wordt er ijverig gewerkt om zich te bekwamen in een vak, dat tegenwoordig een der hoogstgewaar- deerde is. e Rijkswerkplaatsen voor Vakont wikkeling streven ernaar hun cursisten zo goed mogelijk te doen slagen in het bedrijfsleven. Voor ieder de plaats waarvoor hij het meest geschikt is. Opmerkelijke resultaten worden er soms bereikt. Zoals de man die chef werd van de researchafdeling van een der grote bedrijven. Of de tal lozen die het tot baas hebben gebracht. Ook op verzoek van het bedrijfsleven zelf worden soms cursussen in het leven geroepen. Het bedrijfsleven betaalt dan geheel of gedeeltelijk de kosten van de cursus, terwijl de cursist vaak al met een een behoorlijk loon ontvangt. Ver der heeft men applicatiecursussen voor lieden die al in een vak bekwaamd zjjn, maar zich verder willen speciali seren. En last but not least verzorgt de Rijkswerkplaats handvaardigheids cursussen voor personen die van plan zijn te gaan emigreren. Adspirant-emi- granten moeten 4e cursussen echter zelf betalen. Zfj leren er al het eenvoudige werk, dat zij in den vreemde te doen kunnen krijgen: bouwen, bankwerken en tal van andere nuttige zaken. Een bezoek aan de Rijkswerkplaatsen leert veel omtrent het belangrijke werk, dat daar verricht wordt in het be lang van een goede verzorging van het arbeidsproces en daardoor van een gun stige ontwikkeling van de arbeidsvreug de. Ten onrechte heeft men lange tijd de resultaten van deze werkzaamheid gewantrouwd. De 34 werkplaatsen die er in ons land bestaan hebben in de na-oorlogse jaren reeds 30.000 geoefen de arbeiders afgeleverd. Die cijfers zeg gen meer dan stelselmatig gekoesterde vooroordelen. Advertentie LANGE VEERSTRAAT 10 TEL. 11493 Achter het Gewestelijk Arbeidsbu reau aan de Kleine Houtweg is de Rijkswerkplaats voor opleiding van bouwvakarbeiders gevestigd. Ij ,,De Open Deur" begint op 5 oktober weer met een theologische cursus voor ontwikkelde katholieken. De cursus wil tegemoet komen aan velen, die zowel voor hun persoonlijk geloofsleven als terwille van hun contact met niet-ka- tholieken verlangen naar verdieping van eigen geloofskennis. Op wetenschap pelijke en voor leken aangepaste wijze zal dit jaar gesproken worden over Ver lossing, genade-leven en sacramenten. Er is gelegenheid tot discussie. De on derwerpen zijn: God's greep op het mensenleven", .Christus, Verlosser en Vernieuwer", „Ónze eenheid in Chris tus", ,,Wat is genade?" „Protestantse vooroordelen?", „Geloof en Doopsel", „Het sacrament der christelijke volwas senheid", „De voortzetting van Chris tus' offerdood", „Het Anglicanisme op weg naar de volle eenheid in Christus?" „Protestantse visie op de sacramenten" „Waarom nog biechten?", „De bedie naar der Verlossing" en „De afbeelding van Christus' eenheid met de Kerk in het huwelijk". De inleiders zijn: dr. Bertulf van Leeuwen o.f.m., dr. Clemens Epping o.f.m., dr. Th. J. Zwartkruis, dr. M. J. de Jong, dr. Lucas Brinkhoff o.f.m., dr. Damiaan van Hoorn o.f.m., dr. Walter Goddijn o.f.m., F. B. Kooy- mans, dr. Otho Thomaasso, drs. Dida- cus Braun, Bartholomeus Sluijs o.f.m., Climacus Bayer o.f.m. en Felicianus Kallenberg o.f.m. Op de eerste avond, woensdag 5 okto ber om 20.15 uur, spreekt dr. Clemens Epping o.f.m. over eerstgenoemd on derwerp. 1 É9k Advertentie Van ouds 'bekend. Tel. 14609 Officieel Philips-reparateur Kruisstraat 38 Haarlem at ben ]ij een gelukkig man!", hebben al zo vele goede vrienden tegen mij gezegd. En zij doelen dan op het nun enorm toeschijnende geluk, dat ik „voor niks" overal bij ben, op de voorste rij sta, volgestopt wordt met koffie en rookgerei, de beste plaats heb bij toneel of film en dat voor mij dagelijks werk is, wat voor hen een uitje zou zijn. Het helpt mij niets, of ik die men sen aan het verstand probeer te brengen, dat iedere avond een fuif ook zo gezellig niet is. Zij houden vol, dat ik een gelukkig man ben. Nu blijft het oude adagium waar: „Beter benijd dan beklaagd", maar ik voor mij ben er niet zo zeker van, dat ik een benijdenswaardig man ben, evenmin als mijn werk lustige collega's. Met indrukwekkende regenvla gen, die zo verrukkelijk kunnen zwiepen over ons lage land, is de afgelopen week het seizoen ingezet. De komkommers bij de krant zijn verorberd en de agenda gaat er uitzien als een welvarende baby. De uitnodigingen voor vergaderin gen stromen weer binnen met de steeds weerkerende tirade, dat „het bestuur uw tegenwoordigheid bijzonder op prijs stelt". Zo'n uitnodiging stel ik op mijn beurt op prijs, afschoon ik menige vergadering ga bezoeken met ge mengde gevoelens. Want zelden valt er iets schokkends te beleven ROCBNQ^. dat er een geheim vademecum be staat voor verenigingsvoorzitters, waarin welkomstwoorden voor iedere gelegenheid gedrukt staan. Nu wil ik geen kwaad woord zeg gen van voorzitters, noch minder van secretarissen en andere be- stuurderen, want ik heb onder hen eminente mensen leren kennen, die tijd noch moeite hebben gespaard om hun vereniging in goede banen te leiden of te houden. En ik heb altijd medelij met een voorzitter, die „de geringe opkomst moet be treuren". Enfin, de winterprogramma's zijn samengesteld en in heb thuis met data zitten goochelen om nog een paar avonden voor mezelf te reser veren. Dat goochelen is een inter essante bezigheid gebleken, want bij het doornemen van al die Haar lemse programma's werd ik ge troffen door vaak dezelfde namen. Ik geloof, dat er heel wat mensen zijn, die een aardige cent verdie nen aan die verenigingen; beroeps sprekers, die altijd wat te vertel len hebben en die ik toch wel be wonderen moet om hun handigheid. Zij hebben een bepaald repertoi re, dat zij dan in deze dan in gene zaal afwerken en wanneer het ge bied is uitgekamd, wordt er een nieuw repertoire opgesteld, dat weer een paar jaar mee kan. Wie een beetje kijk heeft op men sen en dingen, de nodige flair en durf bezit, komt een heel eind; hij kan het zelfs bijzonder ver brengen. Hij kan bijvoorbeeld een half jaar op reis gaan, de wereld op de meest exotische plekken doortrekken, en het resterende half jaar gebruiken om voor lezingen, die volgens de krant meestentijds boeiend en in teressant plegen te zijn. Ik ben er de man niet naar om een dergelijke sport te kunnen beoe fenen, u zult mijn naam dus niet aantreffen in de winterprogramma's van de Haarlemse verenigingen, ik mag alleen mijn bril gebruiken voor de exotische pracht van de uitno digingen. Daarmede gewapend ga ik ter vergadering, waar meneer X zijn statische volzinnen over sociale, culturele, economische en andere mogelijke onderwerpen zal leeg- storten in een zaaltje, dat of te groot of te klein, maar nooit pre cies goed genoeg is. En als ik dan tegen het middernachtelijk uur huis waarts ga, zal ik weer een vriend tegen komen, die rustig nog een avondwandeling maakt; en hij zal weer zeggen: wat ben jij een ge lukkig man. En hij heeft nog niet eens onge lijk! oe zou ik mij immers ongeluk kig kunnen voelen? Iedere vergadering heeft toch haar y—y 171 ris twee jaren geleden de Kring Haarlem van de B. N. A. in de Vleeshal V aan de Haarlemse bevolking een tentoonstelling over architectuur aan- Ls bood, is de belangstelling voor dit onderwerp bij het publiek zeker niet minder geworden. In de eerste plaats niet omdat achter het woord architectuur de realiteit Huis schuilt, of liever, omdat het begeerde gebruiksgoed van een passende woning voor de architectuur uit in de belangstelling staat. Annex aan het woning-„probleem'' staat het huurprobleem. Maar het een noch het ander hebben de architecten middels een tentoonstelling willen oplossen. TV el tonen zij, hoe zij in hun dagelijks werk op papier de problemen, hun problemen hebben opgelost voor de praktijk. Aan de ene kant met de beperkingen, die materiaalschaarste, maximum toegestaan bouwvolume en tekort aan vakkundig personeel stelden, rekening te moeten houden, en aan de andere kant al die beper kingen meester te blijven door bouwmeester te zijn en nog bouwkunst te 'oeti achten bovendien. Problemen dus van economische, wettelijke en sociale aard, door de omstandigheden gebundeld, die binnen het vak technisch en artistiek om een oplossing vragen zonder dralen. Want de na-oorlogse tijd eiste spoedig wegwerken van de tekorten, ontstaan door verwoesting, achter stand, slijtage en vraag vanwege omschakeling en modernisering van de zijde der industrie en van het openbare leven. In de oorlogsjaren had de bouwkunde zich, stilstaande, toch ontwikkeld en op nieuwe materialen en nieuwe bouwmethoden moest worden ingeschoten, niet alleen door de ontwerpers van de plannen, maar ook door hen, die de plannen moesten realiseren: de aannemers met hun staf en het uitvoerend per soneel. Zij allen moesten zich van de traditionele bouwwijze los maken. En zoals u uit een toespraak van prof. Holt hebt kunnen lezen, kort geleden, dit zal nog in toenemende mate moeten geschieden, wil men het woningtekort bin nen redelijke tijd wegwerken. het ministerie materiaal doen verzame len om een overzicht te geven van hoe er speciaal in de tien na-oorlogse ja ren in Nederland is gebouwd. Deze twee collecties zijn na afloop van de expositie in het Haagse gemeentemu seum overgebracht naar Haarlem waar in de Vleeshal parterre de Nederland se expositie en boven de internationale collectie is ondergebracht. Hoewel hier minder geraffineerd en daardoor wellicht ook waardiger en objectief dan b.v. op de E 55 het exposeren is beoefend, heeft de wijze waarop elk te exposeren object wordt aangeboden, èn de overzichtelijkheid van het geheel door nuchter gevonden groeperingen even als afwisseling van expositie-methode geleid tot een speels geheel waar over het maken van een rondgang een aantrekkelijke bezigheid is. Behalve de vakman wiens doorzicht in de materie een zakelijker en minder spectaculaire uitstalling gedoogd zou hebben, is vooral de belangstellende leek, de consument, hierdoor gediend. De Vleeshal heeft reeds meermalen bewezen veel te kunnen verdragen in de richting van het moderne, en ook ditmaal speelden de tijdelijke expositie en het vaste inwendige verrassend sa men. We denken aan de horizontale zwarte strook, geperforeerd door door lichte foto's en opgehangen aan de ko lommen en aan de transparante con structie met foto's langs de westelijke lange wand. Is de interieurarchitectuur al een spe cialisatie, het harmoniëren van oud en nieuw is weer een kunst op zich zelf waarin men aan de overzijde, bij de wand met kabinetten, niet is geslaagd. De ontmoeting van kabinet en Vleeshal is schokkend en een summiere toevoe ging als beëindiging van de kabinetwan- den had de trait d'union kunnen vor- Die tentoonstelling van twee jaar terug had een huiselijk karakter omdat het de architecten van de Haarlemse afdeling waren die hun werk exposeerden. De tentoonstelling die nu in de Vleeshal te zien is heeft een totaal andere opzet en bedoeling. Bij gelegenheid van het 4e Interna tionale Architecten Congres dat de af gelopen zomer in Scheveningen heeft plaats gevonden, heeft de ontvangende nationale bond een tentoonstelling ge arrangeerd waartoe vele landen voor beelden van woningbouw het onder werp van het congres hebben inge zonden. Daarnaast en daarbuiten heeft eigen charme, zelfs al is het de charme der verveling. Een hoogst enkele keer wordt ik wel eens uit genodigd op een vergadering van kerkzangers. Daar pleegt het nooit vervelend te zijn, is mij verzekerd, en ik heb dat ook met liefde aange nomen. Kerkzangers vormen een eigen gemeenschap, gedragen door groot- en kleinmenselijke zaken, waar geen vreemde eenden in de bijt horen. Maar deze week ben ik toch eens op een vergadering ge weest van originele Haarlemse zanglustigen en ik moet eerlijk zeg gen, dat het me uitstekend is be vallen. Je leert dan ook eens de mensen, die je met zoveel vuur in de processie ziet en hoort zingen, van een andere kant kennen en het stemt je gelukkig, dat het ook wer kelijk mensen blijken te zijn. Ik ontmoette er bijvoorbeeld een fikse jongeman laat ik hem Hans noe men wie toog en superplie wer kelijk niet misstaan, maar die het toch ook goed doet in zijn charme rend confectiepak, waarboven een stevig gezicht, bekroond met een blonde, van slagen voorziene, haar dos. Als de directeur van een bloem- bollenbedrijf rookte hij een kapitale sigaret, zich daarmee hullend in een heilige sfeer, welke overigens geen belemmering bleek voor open hartigheid. Hij had zo zijn eigen mening over het gregoriaans alsof er nooit een Motu Proprio daarom trent was verschenen en met ronde woorden gaf hij wel te verstaan, dat met-liefde-zingen ook geen si necure is. Hij trok een offervaar dig gezicht, een beetje melancho liek zelfs, om daarna een opmer king te spuien, die de sfeer in het rumoer van een lachorkaan trok. Kijk, zo zijn kerkzangers, en ze ker mijn vrind Hans. Zij verstaan de kunst om profane onverschillig heid, zonder een trek op het gezicht te veranderen, te doen verkeren in liturgisch plezier. Daarom heb ik er geen spijt van gehad die vergade ring bij te moeten wonen en ik heb Hans moeten beloven Zondag naar hem te komen luisteren onder de hoogmis. Ik kom, heb ik hem gezegd, als jij voor een daverende solo zorgt. Dat doe ik niet, antwoordde hij, ik wil mijn collega's niet in mijn schaduw stellen. Zo zijn nu de Haar lemmers, zo is nu mijn vrind Hans.... Advertentie Dreef 203 - Raadhuisstraat 53-65 Telefoon 38810 Zondag 9 oktober zal de heer H. N. A. Goossens zijn gouden jubileum vie ren als kerkzanger in de parochie van Sint-Jan. Al die jaren is hij lid van „Gregorius Magnus", waarvan veertig jaren als bestuurslid, eerst als biblio thecaris, nu als penningmeester. Die dag viert de heer J. L. Roelofs zijn veertigjarig jubileum bij hetzelfde zangkoor, waarvan hij nu tien jaar se cretaris is. Het feest voor beide jubilarissen wordt gevierd zondag 9 oktober met een plechtige Hoogmis, 's morgens om half tien in de kerk van Sint-Jan aan de Amsterdamstraat. Daarna volgt een gemeenschappelijk ontbijt voor zangers en genodigden. De receptie wordt ge houden ten huize van de heer Goos sens, Potgieterstraat 5. men; een tegemoetkoming als homma ge aan de oudere collega. De tafel met liggende draaiboekjes, ingedeeld naar projekt in de beneden zaal en in de bovenzaal de staande prentenmolens voor elk afzonderlijk, zijn goed gevonden. De inrichting, in Den Haag zowel als nu weer in de Vleeshal, is van de Heemsteedse ar chitect W. van Gelderen, lid van de commissie voor architectuurtentoon stellingen van de B.A.N. die zeker lof verdient voor de algemene opzet en voor de inbouw in de Vleeshal. Goed gemiddelde De tentoonstelling stelt ons in staat de Haarlemse architecten, wier prestaties ons zijn bijge bleven, te projecteren tegen de totale Nederlandse bouwkundige prestaties en op haar beurt de Nederlandse bouw kunst te situeren in die van een groot aantal landen. De Nederlandse selectie kan zich in de wereldselectie zeker handha ven en de Haarlemse groep blijkt een goed gemiddelde op te leveren tussen onze nationale architectuur; enige figuren in de nationale top zijn uit Haarlem e.o. afkomstig en enige Nederlandse figuren worden in de internationale architectuur zeer ge waardeerd. De inzendingen uit vele landen zijn zeer interessant en menig land komt verrassend voor de dag. Joegoslavië bijvoorbeeld. Mogen wij deze kantteke ningen besluiten met te wijzen op de inhoud van de zojuist bekritiseerde vijf kabinetten. Ze vestigen n.L speciale aandacht op vijf groto figuren van het nieuwe bouwen in ons land: Dudok, Rietveld, Oud, Bijvoet en Granpé Mo lière. De leerzame expositie die in veel schone beelden een na-oorlogse bouw kunst toont met grotere ernst en hechtheid, meer ethische en estetisch begrip, rechtzinniger dan de aankondi ging voor de gevel van de Vleeshal zou doen vermoeden, willen wij van harte aanbevelen. Men neme er nota van dat tot 2 oktober de internationale afdeling te zien is, maar de nationale manifestatie in de benedenzaal slechts tot 26 September. Deze gaat n.l. op toer- nee door Duitsland, Italië en Frankrijk, met als eerste standplaats Stuttgart. De openingsuren zijn dagelijks van half twee tot half zes en 's avonds van zeven tot tien uur, ook des Zondags. L. T. Naar wfl vernemen, is dr. B. H. Bal, leraar klassieke talen aan het meis jeslyceum „Sancta Maria" te Haar lem, benoemd tot rector van het Sint Catharinalyceum te Eindhoven. Dr. Bal volgt daardoor drs. Th. M. van den Donk op, die de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. De benoeming van dr. Bat. die sedert 1937 leraar aan ..Sancta Maria" is, gaat in per 1 januari 1956. Het St. Catharina-lyceum te Eindhoven is de modernste en eerste zgn. hal-school in Nederland, welke het vorig jaar werd geopend. Toen wij vanmorgen dr. Bal opbel den, was hem officieel van zijn benoe ming nog niets bekend. De volgende week houdt het Centraal comité kinderuitzending in Haarlem een huis-aan-huiscollect£. De opbrengst zal worden besteed ten bate van niet ge heel gezonde kinderen, die op dokters advies naar een koloniehuis moeten worden gezonden. Evenals vorige jaren verwacht men. dat de Haarlemmers met gulle hand en een goed begrip van het werk, dat met hun geld wordt gedaan, zijn bijdrage aan de kinder uitzending zal geven. Voor de speldjesdag op straat, die zaterdag 24 september plaats heeft, eveneens voor het zwakke kind. vraagt het comité nog collectanten, die zich kunnen opgeven bij de volgende adres sen: Kleverparkstraat 16, Kleverpark weg 108, Bosch en Hovenstraat 30, Vondelweg 208a, Bleekenbergstraat 10, Zijlweg 146. Advertentie Nw' GRACHT2J TEL 17065 rv 11 rEL 17065

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1955 | | pagina 3