Haarlems Rijk swerkplaats heeft veel
vooroordeel moeten overwinnen
Bij
D
Theologische cursus
voor leken
Exclusieve expositie in de Vleeshal
DOOR EEN ZATERDAGSE BRIL
TT
H
Dr B. H. Bal verlaat
„Sancta Maria"
'ijna 1900 vaklieden genoten
daar hun opleiding
Verschil tussen
geoefend en goed
vakman
Overzicht Van nationale en inter
nationale bouwkunst
Opel Itekord
VAN LENT-HEEMSTEDE
De cursussen
Wantrouwen
Werkplaatsen
Resultaten
SLEUTEL WEG?
Ruimtelijk prentenboek
van architect W. van
Gelderen
De nieuwe
exclusieve verlichting
ZATERDAG 17 SEPTEMBER 1955
PAGINA 3
„DE SLEUTELSPECIALIST"
Jtë
Ook dit jaar weer
ingericht door
„De Open Deur"
II A IIIO MOOIIS
is gearriveerd
VIJFTIG JAAR
KERKZANGER
De heer A. N. A. Goossens
jubileert
Benoemd tot rector van
St. Catharina-lyceum
te Eindhoven
Collecte voor het
zwakke kind
de kerkuil
De tweede wereldoorlog heeft een grondige reorganisatie van ons econo
misch leven ten gevolge gehad. Veel meer dan voorheen heeft de
overheid de nadruk gelegd op het industrialiseren, waardoor men de
exportpositie van ons land hoopte te verbeteren en de werkloosheid meende
te kunnen vermijden. Het heeft er echter wel eens de schijn van, dat de
industrialisatie ons over het hoofd is gegroeid, vooral voor wat betreft het
arbeidsvraagstuk. Ten gevolge van de oorlogsomstandigheden hebben vele
arbeiders niet die vakontwikkeling kunnen ontvangen, die na de oorlog van
hen werd geëist. Bovendien zijn tijdens de oorlog tal van goede vaklieden
weggehaald. Nederland heeft na de oorlog een nieuw productie-apparaat
opgebouwd en dit in een zo snel tempo, dat de technische scholen niet tijdig
genoeg voldoende vakbekwame arbeiders konden afleveren, zoals de hui
dige staatssecretaris van Sociale Zaken, mr. dr. A. A. van Rhijn reeds kort
na de oorlog verklaarde. Daarom heeft het departement van Sociale Zaken
snel een reeks van Rijkswerkplaatsen voor Vakontwikkeling opgericht, ten
einde enigszins in de behoefte op de arbeidsmarkt te kunnen voorzien. Ook
In Haarlem werd zulk een Rijkswerkplaats in het leven geroepen. Bijna 1900
geoefende vaklieden hebben sedert de bevrijding deze school doorlopen en
ruim 80% van hen is thans volledig vakbekwaam arbeider.
men doen moet, zo efficiënt mogelijk
en met zo min mogelijk lichamelijke in
spanning te doen. Zo moet men b.v. le
ren zagen met de linkerhand, omdat de
meeste mensen vroeger met _hun rech
terhand hebben leren zagen én daarbij
allerlei foutieve handelingen hebben le
ren plegen. Men begint dus van voor
af aan.
Daarnaast kent iedere cursus een reeks
theorielessen. Weinig uiteraard, want
alles is op de practjjk gericht. Maar
iedere dag wordt anderhalf uur besteed
aan het leren lezen van werktekenin
gen, het herhalen van het rekenonder
wijs van de lagere school, uitgebreid
met het berekenen van oppervlakte en
inhoud. Vroeger was dat minder, maar
sedert enige tijd heeft men het theo
retisch onderwijs uitgebreid.
Het samenstellen van de cursus is
natuurlijk een kwestie apart. Het is de
bedoeling, dat de opleiding volkomen
is aangepast aan de eisen van de prac-
tijk op een bepaald ogenblik. Die eisen
veranderen voortdurend. De techniek
schrijdt voort en dus moeten ook de
cursussen voortdurend worden gewij
zigd. Het bedrijfsleven zelf helpt dan
ook bij het samenstellen van de cur
sussen, zodat de best mogelijke resul
taten kunnen worden verwacht.
De cursussen worden samengesteld op
basis van een analyse van de moeilijk
heden die zich in de practijk van het
bedrijfsleven plegen voor te doen. Ieder
werkstuk van de cursist bevat zulk
een moeilijkheid en naarmate hij meer
De Rijkswerkplaats in Haarlem biedt
opleidingsmogelijkheid voor metaal- en
bouwvakarbeiders. Hoewel de- behoefte
aan bouwvakarbeiders het grootst is,
wordt toch doorgaans 2/3 der cursisten
opgeleid voor metaalarbeider De oor
zaak daarvan is waarschijnlijk, dat veel
aannemers noodgedwongen onvolwaar
dige bouwvakarbeiders in dienst ne
men, aangezien er zulk een ontstellend
tekort is De arbeiders worden aange
trokken door de zeer hoge lonen in
deze bedrijfstak en voelen dus helemaal
geen behoefte aan vakbekwaamheid Dat
komt dan vanzelf wel, zo redeneert
men.
Natuurlijk pretendeert de Rijkswerk
plaats niet, dat zij vakbekwame arbei
ders aflevert. Dat is immers niet mo
gelijk, als men bedenkt, dat de cur
sussen meestal duren van zes tot acht
tien maanden. In die tijd leidt men geen
vakman op. De cursisten wordt alleen
de vaktechniek bijgebracht. Wanneer
zij de cursus verlaten, ontbreekt het
hen nog volkomen aan ervaring en rou
tine, twee elementen die voor een be
langrijk deel de kwaliteit van de ar
beidsprestatie uitmaken. Zelfs preten
deert de Rijkswerkplaats niet, dat iede
re cursist een goed vakman wordt Som
mige cursisten blijven slechts geoefen
de vaklieden. Dat is trouwens ook zo
bij andere opleidingsinstituten Het per
centage van 80, dat de graad van vak
bekwaamheid in de loop der jaren weet
te bereiken, is dan ook zeker niet laag.
Bovendien komt niet iedere cursist te
recht in het vak waarvoor hij is opge
leid.
Om zo goed mogelijke resultaten te
bereiken moet een strenge selectie
worden toegepast. Uit degenen die
zich voor een bepaalde cursus opge
ven, tijdelijk werklozen of anderen
die herscholing wensen, maakt de be
middelaar van het Gewestelijk Ar
beidsbureau een keuz. op grond van
het antwoord op de vraag of de can-
didaat geschikt is voor het vak dat
hij zich kiest en voor de opleiding
in de Rijkswerkplaats. Iemand die
bij voorbeeld reeds herhaaldelijk van
werkkring veranderd is, zal waar
schijnlijk minder gemakkelijk voor de
ze opleiding in aanmerking komen.
Daarna volgt een geschiktheidsonder-
joek op grond van een psychotechnische
test. Heeft de man de nodige bekwaam
heden om de opleiding met succes te
volgen? Wordt hij eenmaal toegelaten,
dan volgt tijdens de cursus nog eens een
specialisatie-onderzoek. Men kan ma
chine-bankwerker worden, maar ook
precisiebankwerker. In een en het zelf
de vak zijn verschillende mogelijkheden
en het hangt van de bijzondere capa
citeiten van de candidaat af, welke
richting hij uiteindelijk kiest.
Een ander soort van selectie is de
financiële kant van de zaak. Een cur
sus in de Rijkswerkplaats betekent voor
de cursist vrijwel steeds een financieel
offer. Hij krijgt weliswaar een loon
dervingsvergoeding, maar die is aan
gepast aan de werkloosheidsuitkering
en bedraagt derhalve vaak niet meer
dan 45 tot 50. Dat betekent ook een
offer voor de vrouw en de andere ge-
„fi?le<*en, die dus tevoren in de situatie
fdoeten worden. Veertien dagen
vï' einde van de cursus waar-
I hft directeur van de Rijkswerk-
plaats het Gewestelijk Arbeidsbureau.
De arbeidsbemiddelaar zoekt dan een
geschikte werkgelegenheid voor^^e af
gestudeerde cursist. Dat is meestal de
grootste moeite niet want de vraag
naar opgeleide arbeidskrachten is
enorm.
De opgeleide cursist komt dan in
het bedrijfsleven. Hij wordt op-
genomen in het productieproces
en die eerste tijd doen zich wel eens
spanningen voor, omdat er nog veel
onbegrip bestaat over de Rijkswerk
plaatsen. Sommige ex-cursisten zien
niet in, dat hun opleiding slechts een
vaktechnische geweest is- Zij voelen
zich al volkomen geschoold vakarbei
der en wensen dienovereenkomstig be
taald te worden. Maar in feite zpn zjj
niet meer dan geschoold. Het bedrflls-
leven zet de opleiding voort en de werk
gever geeft in die tijd een tegemoetko
ming. Het volle loon kan dus niet on
middellijk worden betaald. Daartegen
over staat het wantrouwen van verschil
lende werkgevers, die het hunne den
ken van de korte opleidingsduur Men
gelooft er niet in, maar vergeet in
tussen dat de cursus niets anders wil
dan enkel vaktechniek bijbrengen. Dit
wantrouwen blijkt zo diep te zitten, dat
tal van arbeiders tegenover hun werk
gever niet durven te erkennen, dat zij
hun vakopleiding genoten op een Rijks
werkplaats, alsof het iets minderwaar
digs zou zijn.
In Haarlem heeft men vroeger ook
te maLen gehad met dit wantrouwen
van de zijde der werkgevers. Het Ge
westelijk Arbeidsbureau heeft daarop
een aantal bedrijfsleidingen uitgenodigd
om een bezoek te brengen aan de Rijks
werkplaats. Dit heeft de situatie aan
zienlijk verbeterd, maar helaas beper
ken deze bezoeken zich tot de directies
van metaalbedrijven. De aannemers
hebben nog geen zin om te komen. On
der hen komt het ook nog wel voor,
dat zij weigeren ex-cursisten van de
Rijkswerkplaats in dienst te nemen.
Het onderricht in de Rijkswerkplaats
is volkomen individueel ingericht. Men
kan zich dan ook vrijwel te allen tijde
voor een cursus inschrijven en ieder
willekeurig moment beginnen. De werk
meesters vangen de nieuwe cursist op
en geven hem zijn eerste opdracht. De
eerste negen dagen wordt iedere dag
een uur besteed aan arbeids-technische
vooroefeningen: men bestudeert en
leert dan de juiste houding van het li
chaam, de juiste handgrepen bij het
werk, fcartom men leert datgene watl en ik krijg altijd het vermoeden,
werkstukken maakt, heeft hij dus ook
steeds meer practische moeilijkheden
onder de knie. Een ingewikkeld beoor
delingssysteem, waarbij rekening wordt
gehouden met de kwaliteit van de ge
maakte werkstukken en met de tijd die
de cursist ervoor nodig heeft, geeft de
werkmeesters, de leraren, een duidelijk
inzicht in de capaciteiten van de cur
sisten. De werkplaatsen zijn in zeker
opzicht erg mobiel. Er is geen vast
leerprogram. De leergang wordt be
paald door de behoefte. Zo heeft men
ten tijde van de februariramp in Zee
land speciale cursussen ingesteld voor
rietvlechters en andere soorten dijkwer
kers. Bijzonder goede prestaties van de
cursisten worden met premies beloond.
Deze lopen van 1,50 tot 3.50.
Achter het gebouw van het Gewes
telijk Arbeidsbureau aan de Klei
ne Houtweg bevindt zich de op
leidingswerkplaats voor de bouwvak
arbeiders. Men treft daar in de tuin
merkwaardige bouwsels: een op de
grond gebouwd raam met een sierlijk
boogvenster; een losstaande trap, die
naar een hooggelegen niets voert; een
fundering, die nergens toe dient dan
tot het opleiden van vakbekwame ar
beiders. Allés wordt gemaakt met een
speciale specie, zodat de stenen na af
loop weer gebruikt kunnen worden voor
een nienw werkstuk. En dat alles in de
open lucht, waar in de meest letterlijke
zin van het woord de eerste steen wordt
gelegd voor een tegenwoordig voordeli
ge carrière.
In de Spaarnwoudestraat treft men
de werkplaats voor metaalbewerkers,
voor een goed deel bevolkt met Am
bonezen en Indonesiërs. Daar bevindt
zich ook het kantoor van de directeur,
de heer W. v. d. Heyden, en de ad
ministratie. De metaalbewerkers heb
ben het leeuwenaandeel in de Rijks
werkplaats. De hele dag door gonzen
de machines en wordt er ijverig gewerkt
om zich te bekwamen in een vak, dat
tegenwoordig een der hoogstgewaar-
deerde is.
e Rijkswerkplaatsen voor Vakont
wikkeling streven ernaar hun
cursisten zo goed mogelijk te
doen slagen in het bedrijfsleven. Voor
ieder de plaats waarvoor hij het meest
geschikt is. Opmerkelijke resultaten
worden er soms bereikt. Zoals de man
die chef werd van de researchafdeling
van een der grote bedrijven. Of de tal
lozen die het tot baas hebben gebracht.
Ook op verzoek van het bedrijfsleven
zelf worden soms cursussen in het leven
geroepen. Het bedrijfsleven betaalt dan
geheel of gedeeltelijk de kosten van de
cursus, terwijl de cursist vaak al met
een een behoorlijk loon ontvangt. Ver
der heeft men applicatiecursussen voor
lieden die al in een vak bekwaamd
zjjn, maar zich verder willen speciali
seren. En last but not least verzorgt
de Rijkswerkplaats handvaardigheids
cursussen voor personen die van plan
zijn te gaan emigreren. Adspirant-emi-
granten moeten 4e cursussen echter zelf
betalen. Zfj leren er al het eenvoudige
werk, dat zij in den vreemde te doen
kunnen krijgen: bouwen, bankwerken
en tal van andere nuttige zaken.
Een bezoek aan de Rijkswerkplaatsen
leert veel omtrent het belangrijke werk,
dat daar verricht wordt in het be
lang van een goede verzorging van het
arbeidsproces en daardoor van een gun
stige ontwikkeling van de arbeidsvreug
de. Ten onrechte heeft men lange tijd
de resultaten van deze werkzaamheid
gewantrouwd. De 34 werkplaatsen die
er in ons land bestaan hebben in de
na-oorlogse jaren reeds 30.000 geoefen
de arbeiders afgeleverd. Die cijfers zeg
gen meer dan stelselmatig gekoesterde
vooroordelen.
Advertentie
LANGE VEERSTRAAT 10 TEL. 11493
Achter het Gewestelijk Arbeidsbu
reau aan de Kleine Houtweg is de
Rijkswerkplaats voor opleiding van
bouwvakarbeiders gevestigd.
Ij
,,De Open Deur" begint op 5 oktober
weer met een theologische cursus voor
ontwikkelde katholieken. De cursus wil
tegemoet komen aan velen, die zowel
voor hun persoonlijk geloofsleven als
terwille van hun contact met niet-ka-
tholieken verlangen naar verdieping
van eigen geloofskennis. Op wetenschap
pelijke en voor leken aangepaste wijze
zal dit jaar gesproken worden over Ver
lossing, genade-leven en sacramenten.
Er is gelegenheid tot discussie. De on
derwerpen zijn: God's greep op het
mensenleven", .Christus, Verlosser en
Vernieuwer", „Ónze eenheid in Chris
tus", ,,Wat is genade?" „Protestantse
vooroordelen?", „Geloof en Doopsel",
„Het sacrament der christelijke volwas
senheid", „De voortzetting van Chris
tus' offerdood", „Het Anglicanisme op
weg naar de volle eenheid in Christus?"
„Protestantse visie op de sacramenten"
„Waarom nog biechten?", „De bedie
naar der Verlossing" en „De afbeelding
van Christus' eenheid met de Kerk in
het huwelijk".
De inleiders zijn: dr. Bertulf van
Leeuwen o.f.m., dr. Clemens Epping
o.f.m., dr. Th. J. Zwartkruis, dr. M.
J. de Jong, dr. Lucas Brinkhoff o.f.m.,
dr. Damiaan van Hoorn o.f.m., dr.
Walter Goddijn o.f.m., F. B. Kooy-
mans, dr. Otho Thomaasso, drs. Dida-
cus Braun, Bartholomeus Sluijs o.f.m.,
Climacus Bayer o.f.m. en Felicianus
Kallenberg o.f.m.
Op de eerste avond, woensdag 5 okto
ber om 20.15 uur, spreekt dr. Clemens
Epping o.f.m. over eerstgenoemd on
derwerp.
1 É9k
Advertentie
Van ouds 'bekend. Tel. 14609
Officieel Philips-reparateur
Kruisstraat 38 Haarlem
at ben ]ij een gelukkig
man!", hebben al zo vele
goede vrienden tegen mij
gezegd. En zij doelen dan op het
nun enorm toeschijnende geluk, dat
ik „voor niks" overal bij ben, op de
voorste rij sta, volgestopt wordt
met koffie en rookgerei, de beste
plaats heb bij toneel of film en dat
voor mij dagelijks werk is, wat voor
hen een uitje zou zijn.
Het helpt mij niets, of ik die men
sen aan het verstand probeer te
brengen, dat iedere avond een fuif
ook zo gezellig niet is. Zij houden
vol, dat ik een gelukkig man ben.
Nu blijft het oude adagium waar:
„Beter benijd dan beklaagd", maar
ik voor mij ben er niet zo zeker
van, dat ik een benijdenswaardig
man ben, evenmin als mijn werk
lustige collega's.
Met indrukwekkende regenvla
gen, die zo verrukkelijk kunnen
zwiepen over ons lage land, is de
afgelopen week het seizoen ingezet.
De komkommers bij de krant zijn
verorberd en de agenda gaat er
uitzien als een welvarende baby.
De uitnodigingen voor vergaderin
gen stromen weer binnen met de
steeds weerkerende tirade, dat
„het bestuur uw tegenwoordigheid
bijzonder op prijs stelt".
Zo'n uitnodiging stel ik op mijn
beurt op prijs, afschoon ik menige
vergadering ga bezoeken met ge
mengde gevoelens. Want zelden
valt er iets schokkends te beleven
ROCBNQ^.
dat er een geheim vademecum be
staat voor verenigingsvoorzitters,
waarin welkomstwoorden voor
iedere gelegenheid gedrukt staan.
Nu wil ik geen kwaad woord zeg
gen van voorzitters, noch minder
van secretarissen en andere be-
stuurderen, want ik heb onder hen
eminente mensen leren kennen, die
tijd noch moeite hebben gespaard
om hun vereniging in goede banen
te leiden of te houden. En ik heb
altijd medelij met een voorzitter,
die „de geringe opkomst moet be
treuren".
Enfin, de winterprogramma's zijn
samengesteld en in heb thuis met
data zitten goochelen om nog een
paar avonden voor mezelf te reser
veren. Dat goochelen is een inter
essante bezigheid gebleken, want
bij het doornemen van al die Haar
lemse programma's werd ik ge
troffen door vaak dezelfde namen.
Ik geloof, dat er heel wat mensen
zijn, die een aardige cent verdie
nen aan die verenigingen; beroeps
sprekers, die altijd wat te vertel
len hebben en die ik toch wel be
wonderen moet om hun handigheid.
Zij hebben een bepaald repertoi
re, dat zij dan in deze dan in gene
zaal afwerken en wanneer het ge
bied is uitgekamd, wordt er een
nieuw repertoire opgesteld, dat weer
een paar jaar mee kan.
Wie een beetje kijk heeft op men
sen en dingen, de nodige flair en
durf bezit, komt een heel eind; hij
kan het zelfs bijzonder ver brengen.
Hij kan bijvoorbeeld een half jaar op
reis gaan, de wereld op de meest
exotische plekken doortrekken, en
het resterende half jaar gebruiken
om voor lezingen, die volgens de
krant meestentijds boeiend en in
teressant plegen te zijn.
Ik ben er de man niet naar om
een dergelijke sport te kunnen beoe
fenen, u zult mijn naam dus niet
aantreffen in de winterprogramma's
van de Haarlemse verenigingen, ik
mag alleen mijn bril gebruiken voor
de exotische pracht van de uitno
digingen. Daarmede gewapend ga
ik ter vergadering, waar meneer X
zijn statische volzinnen over sociale,
culturele, economische en andere
mogelijke onderwerpen zal leeg-
storten in een zaaltje, dat of te
groot of te klein, maar nooit pre
cies goed genoeg is. En als ik dan
tegen het middernachtelijk uur huis
waarts ga, zal ik weer een vriend
tegen komen, die rustig nog een
avondwandeling maakt; en hij zal
weer zeggen: wat ben jij een ge
lukkig man.
En hij heeft nog niet eens onge
lijk!
oe zou ik mij immers ongeluk
kig kunnen voelen? Iedere
vergadering heeft toch haar
y—y 171 ris twee jaren geleden de Kring Haarlem van de B. N. A. in de Vleeshal
V aan de Haarlemse bevolking een tentoonstelling over architectuur aan-
Ls bood, is de belangstelling voor dit onderwerp bij het publiek zeker niet
minder geworden. In de eerste plaats niet omdat achter het woord architectuur
de realiteit Huis schuilt, of liever, omdat het begeerde gebruiksgoed van een
passende woning voor de architectuur uit in de belangstelling staat. Annex
aan het woning-„probleem'' staat het huurprobleem. Maar het een noch het
ander hebben de architecten middels een tentoonstelling willen oplossen. TV el
tonen zij, hoe zij in hun dagelijks werk op papier de problemen, hun problemen
hebben opgelost voor de praktijk. Aan de ene kant met de beperkingen, die
materiaalschaarste, maximum toegestaan bouwvolume en tekort aan vakkundig
personeel stelden, rekening te moeten houden, en aan de andere kant al die beper
kingen meester te blijven door bouwmeester te zijn en nog bouwkunst te
'oeti achten bovendien. Problemen dus van economische, wettelijke en sociale
aard, door de omstandigheden gebundeld, die binnen het vak technisch en
artistiek om een oplossing vragen zonder dralen. Want de na-oorlogse tijd
eiste spoedig wegwerken van de tekorten, ontstaan door verwoesting, achter
stand, slijtage en vraag vanwege omschakeling en modernisering van de zijde
der industrie en van het openbare leven.
In de oorlogsjaren had de bouwkunde zich, stilstaande, toch ontwikkeld en
op nieuwe materialen en nieuwe bouwmethoden moest worden ingeschoten,
niet alleen door de ontwerpers van de plannen, maar ook door hen, die de
plannen moesten realiseren: de aannemers met hun staf en het uitvoerend per
soneel. Zij allen moesten zich van de traditionele bouwwijze los maken. En
zoals u uit een toespraak van prof. Holt hebt kunnen lezen, kort geleden, dit
zal nog in toenemende mate moeten geschieden, wil men het woningtekort bin
nen redelijke tijd wegwerken.
het ministerie materiaal doen verzame
len om een overzicht te geven van hoe
er speciaal in de tien na-oorlogse ja
ren in Nederland is gebouwd. Deze
twee collecties zijn na afloop van de
expositie in het Haagse gemeentemu
seum overgebracht naar Haarlem waar
in de Vleeshal parterre de Nederland
se expositie en boven de internationale
collectie is ondergebracht.
Hoewel hier minder geraffineerd
en daardoor wellicht ook waardiger en
objectief dan b.v. op de E 55 het
exposeren is beoefend, heeft de wijze
waarop elk te exposeren object wordt
aangeboden, èn de overzichtelijkheid
van het geheel door nuchter gevonden
groeperingen even als afwisseling van
expositie-methode geleid tot een speels
geheel waar over het maken van een
rondgang een aantrekkelijke bezigheid
is. Behalve de vakman wiens doorzicht
in de materie een zakelijker en minder
spectaculaire uitstalling gedoogd zou
hebben, is vooral de belangstellende
leek, de consument, hierdoor gediend.
De Vleeshal heeft reeds meermalen
bewezen veel te kunnen verdragen in
de richting van het moderne, en ook
ditmaal speelden de tijdelijke expositie
en het vaste inwendige verrassend sa
men. We denken aan de horizontale
zwarte strook, geperforeerd door door
lichte foto's en opgehangen aan de ko
lommen en aan de transparante con
structie met foto's langs de westelijke
lange wand.
Is de interieurarchitectuur al een spe
cialisatie, het harmoniëren van oud
en nieuw is weer een kunst op zich
zelf waarin men aan de overzijde, bij de
wand met kabinetten, niet is geslaagd.
De ontmoeting van kabinet en Vleeshal
is schokkend en een summiere toevoe
ging als beëindiging van de kabinetwan-
den had de trait d'union kunnen vor-
Die tentoonstelling van twee jaar
terug had een huiselijk karakter
omdat het de architecten van de
Haarlemse afdeling waren die hun werk
exposeerden. De tentoonstelling die nu
in de Vleeshal te zien is heeft een totaal
andere opzet en bedoeling.
Bij gelegenheid van het 4e Interna
tionale Architecten Congres dat de af
gelopen zomer in Scheveningen heeft
plaats gevonden, heeft de ontvangende
nationale bond een tentoonstelling ge
arrangeerd waartoe vele landen voor
beelden van woningbouw het onder
werp van het congres hebben inge
zonden. Daarnaast en daarbuiten heeft
eigen charme, zelfs al is het de
charme der verveling. Een hoogst
enkele keer wordt ik wel eens uit
genodigd op een vergadering van
kerkzangers. Daar pleegt het nooit
vervelend te zijn, is mij verzekerd,
en ik heb dat ook met liefde aange
nomen. Kerkzangers vormen een
eigen gemeenschap, gedragen door
groot- en kleinmenselijke zaken,
waar geen vreemde eenden in de
bijt horen. Maar deze week ben ik
toch eens op een vergadering ge
weest van originele Haarlemse
zanglustigen en ik moet eerlijk zeg
gen, dat het me uitstekend is be
vallen. Je leert dan ook eens de
mensen, die je met zoveel vuur in
de processie ziet en hoort zingen,
van een andere kant kennen en het
stemt je gelukkig, dat het ook wer
kelijk mensen blijken te zijn. Ik
ontmoette er bijvoorbeeld een fikse
jongeman laat ik hem Hans noe
men wie toog en superplie wer
kelijk niet misstaan, maar die het
toch ook goed doet in zijn charme
rend confectiepak, waarboven een
stevig gezicht, bekroond met een
blonde, van slagen voorziene, haar
dos.
Als de directeur van een bloem-
bollenbedrijf rookte hij een kapitale
sigaret, zich daarmee hullend in
een heilige sfeer, welke overigens
geen belemmering bleek voor open
hartigheid. Hij had zo zijn eigen
mening over het gregoriaans alsof
er nooit een Motu Proprio daarom
trent was verschenen en met ronde
woorden gaf hij wel te verstaan,
dat met-liefde-zingen ook geen si
necure is. Hij trok een offervaar
dig gezicht, een beetje melancho
liek zelfs, om daarna een opmer
king te spuien, die de sfeer in het
rumoer van een lachorkaan trok.
Kijk, zo zijn kerkzangers, en ze
ker mijn vrind Hans. Zij verstaan
de kunst om profane onverschillig
heid, zonder een trek op het gezicht
te veranderen, te doen verkeren in
liturgisch plezier. Daarom heb ik
er geen spijt van gehad die vergade
ring bij te moeten wonen en ik heb
Hans moeten beloven Zondag naar
hem te komen luisteren onder de
hoogmis.
Ik kom, heb ik hem gezegd, als
jij voor een daverende solo zorgt.
Dat doe ik niet, antwoordde hij,
ik wil mijn collega's niet in mijn
schaduw stellen.
Zo zijn nu de Haar
lemmers, zo is nu
mijn vrind Hans....
Advertentie
Dreef 203 - Raadhuisstraat 53-65
Telefoon 38810
Zondag 9 oktober zal de heer H. N.
A. Goossens zijn gouden jubileum vie
ren als kerkzanger in de parochie van
Sint-Jan. Al die jaren is hij lid van
„Gregorius Magnus", waarvan veertig
jaren als bestuurslid, eerst als biblio
thecaris, nu als penningmeester.
Die dag viert de heer J. L. Roelofs
zijn veertigjarig jubileum bij hetzelfde
zangkoor, waarvan hij nu tien jaar se
cretaris is.
Het feest voor beide jubilarissen
wordt gevierd zondag 9 oktober met
een plechtige Hoogmis, 's morgens om
half tien in de kerk van Sint-Jan aan
de Amsterdamstraat. Daarna volgt een
gemeenschappelijk ontbijt voor zangers
en genodigden. De receptie wordt ge
houden ten huize van de heer Goos
sens, Potgieterstraat 5.
men; een tegemoetkoming als homma
ge aan de oudere collega.
De tafel met liggende draaiboekjes,
ingedeeld naar projekt in de beneden
zaal en in de bovenzaal de staande
prentenmolens voor elk afzonderlijk,
zijn goed gevonden. De inrichting, in
Den Haag zowel als nu weer in de
Vleeshal, is van de Heemsteedse ar
chitect W. van Gelderen, lid van de
commissie voor architectuurtentoon
stellingen van de B.A.N. die zeker lof
verdient voor de algemene opzet en
voor de inbouw in de Vleeshal.
Goed gemiddelde
De tentoonstelling stelt ons in
staat de Haarlemse architecten,
wier prestaties ons zijn bijge
bleven, te projecteren tegen de totale
Nederlandse bouwkundige prestaties en
op haar beurt de Nederlandse bouw
kunst te situeren in die van een groot
aantal landen.
De Nederlandse selectie kan zich
in de wereldselectie zeker handha
ven en de Haarlemse groep blijkt
een goed gemiddelde op te leveren
tussen onze nationale architectuur;
enige figuren in de nationale top zijn
uit Haarlem e.o. afkomstig en enige
Nederlandse figuren worden in de
internationale architectuur zeer ge
waardeerd.
De inzendingen uit vele landen zijn
zeer interessant en menig land komt
verrassend voor de dag. Joegoslavië
bijvoorbeeld. Mogen wij deze kantteke
ningen besluiten met te wijzen op de
inhoud van de zojuist bekritiseerde vijf
kabinetten. Ze vestigen n.L speciale
aandacht op vijf groto figuren van het
nieuwe bouwen in ons land: Dudok,
Rietveld, Oud, Bijvoet en Granpé Mo
lière.
De leerzame expositie die in veel
schone beelden een na-oorlogse bouw
kunst toont met grotere ernst en
hechtheid, meer ethische en estetisch
begrip, rechtzinniger dan de aankondi
ging voor de gevel van de Vleeshal
zou doen vermoeden, willen wij van
harte aanbevelen. Men neme er nota
van dat tot 2 oktober de internationale
afdeling te zien is, maar de nationale
manifestatie in de benedenzaal slechts
tot 26 September. Deze gaat n.l. op toer-
nee door Duitsland, Italië en Frankrijk,
met als eerste standplaats Stuttgart.
De openingsuren zijn dagelijks van half
twee tot half zes en 's avonds van zeven
tot tien uur, ook des Zondags.
L. T.
Naar wfl vernemen, is dr. B. H. Bal,
leraar klassieke talen aan het meis
jeslyceum „Sancta Maria" te Haar
lem, benoemd tot rector van het Sint
Catharinalyceum te Eindhoven. Dr.
Bal volgt daardoor drs. Th. M. van den
Donk op, die de pensioengerechtigde
leeftijd heeft bereikt.
De benoeming van dr. Bat. die
sedert 1937 leraar aan ..Sancta Maria"
is, gaat in per 1 januari 1956. Het St.
Catharina-lyceum te Eindhoven is de
modernste en eerste zgn. hal-school in
Nederland, welke het vorig jaar werd
geopend.
Toen wij vanmorgen dr. Bal opbel
den, was hem officieel van zijn benoe
ming nog niets bekend.
De volgende week houdt het Centraal
comité kinderuitzending in Haarlem een
huis-aan-huiscollect£. De opbrengst zal
worden besteed ten bate van niet ge
heel gezonde kinderen, die op dokters
advies naar een koloniehuis moeten
worden gezonden. Evenals vorige jaren
verwacht men. dat de Haarlemmers
met gulle hand en een goed begrip
van het werk, dat met hun geld wordt
gedaan, zijn bijdrage aan de kinder
uitzending zal geven.
Voor de speldjesdag op straat, die
zaterdag 24 september plaats heeft,
eveneens voor het zwakke kind. vraagt
het comité nog collectanten, die zich
kunnen opgeven bij de volgende adres
sen: Kleverparkstraat 16, Kleverpark
weg 108, Bosch en Hovenstraat 30,
Vondelweg 208a, Bleekenbergstraat 10,
Zijlweg 146.
Advertentie
Nw' GRACHT2J TEL 17065
rv 11
rEL 17065