Bespiegelingen op een luchtreis Verkoopcentrale voor beeldende kunst opgericht W achtmeester voor Utrechtse rechtbank Arnhem kreeg een lik uit de pan Maar velen vonden de hond in de pot Meelezer De Boubers zeventig J' Britse vlag geplant op vergeten eiland Wegens doodslag te Vinkeveen DONDERDAG 22 SEPTEMBER 1955 PAGINA o Bij VERKOUDHEID ASPIRIN') nemen Vuurbol in de lucht KERSEN BONBONS Prof. Kranenburg verlaat Raad van State Kosten van levens onderhoud in augustus gedaald Herman I1.11 SHERRY DRINKEN BOVEN DE ROZENTUINEN VAN SHIRAZ J\Tude dagen weer korter en voor- I \l al ook koeler worden, herwint een reis naar verre streken zijn volledige bekoring. Het vliegtuig stijgt van Schiphol op in een frisse wind en koerst naar het zuid-oosten. Tegen de tijd, dat de Eeuwige Stad als een veel kleurig fonkelende octopus langs de raampjes van de cabine dwaalt, wordt, het besef levendig, dat men andere luchtstreken nadert. Bij de ochtendlan- ding in Beiroet is het avontuur com pleet. Het is nog donker op „Beyrouth Airport". Lichtjes glinsteren ver boven de plaats, waar wij de horizon wanen, en pas als onze ogen wat gewend raken aan de blauwe schemering, blijken zich daar de hellingen van de Libanon te bevinden, zwart en massaal. Er drijft hier een ander aroma in de lucht, zoe- tiger en zwaarder dan op de vorige vliegvelden, de geur van de Levant. Een kleine donkerogige ground-hostess van de K.L.M. wijst ons, passagiers, de weg, langs de groen-witte romp van een toe stel van de „Air Liban", naar een hyper modern stationsgebouw van verscheidene verdiepingen. Wij marcheren gedwee langs het front van dit paleis van chroom en tegels. Alle kamers, alle zalen baden in het licht, maar ze zijn leeg. Ergens achteraan gaan wij een deur binnen. Daar zetelt een man in een kameelkleu- rig uniform en met een louche zwarte snor. Hij neemt met onmiskenbare nors heid onze paspoorten in ontvangst en wij gaan verder met de vage vrees in het hart, dat wij het voortaan zonder identiteitspapieren moeten stellen. Wij schuifelen een grote zaal binnen, waar alle TL-buizen helder branden. In de wanden bevinden zich nissen voor de bureaux van vele luchtvaartmaatschap pijen. Maar er is niemand. De zaal is uitgestorven. Onze trage gesprekken la ten een hólle echo achter. De ground- hostess gaat ons voor op een monumen tale trap, naar nieuwe zalen, nieuwe trappen. Tijdens de wandeling wordt onze conversatie luider, als om dit ver lichte vacuum op te vullen. Eindelijk bereiken wij een splinternieuw restau rant met veel spiegels, vaantjes op de tafel en fans tegen het plafond. Karaffen vol jus d'orange en kannen zwarte dam pende koffie doen de ronde. Kellners rennen heen en weer, tot grote woede van een klein hondje, dat achter een kamerscherm zit te blaffen. De ervaren passagiers, de oude rotten op deze rou te, beginnen snel aan de luchtige, zoete broodjes, die op schalen van hotel-zilver gereed staan. En ondertussen gaat de zon op. De sombere, donkere drakenrug van de Libanon verandert snel in een berg van okergeel, rose en groen. Huizen worden zichtbaar en geen blauw kan zo teer zijn als het blauw van de zee, die begint waar het morsige platform eindigt. Het is alweer tijd om te vertrek ken. Een afgemeten meisjesstem klinkt door de luidspreker: „Passengers of flight KLM number.... to Karachi, Bangkok, Manilla, Biak and Sydney are requested to board the aircraft". Naar beneden gaat onze karavaan weer, langs een toonbank, waar onze paspoorten in schilderachtige wanorde klaar liggen. Op de een of andere manier bereiken wij de voor ons bestemde uitgang, na de verleiding te hebben weerstaan om ge bruik te maken van een serie andere uit gangen, die slechts worden bewaakt door enkele zoetjes knikkebollende schildwachten, alweer met zwarte snor ren en met zware spijkerschoenen. Wie de zeeën oversteekt, wisselt Volgens Horatius wel van hemel, maar niet van ziel. Wij menen, dat er nog meer constante elementen zijn. De stationsgebouwen op de vliegvelden van Beiroet, Karachi, Bangkok en Manilla verschillen uiterlijk in sterke mate van elkaar, maar de plechtige wandeling door talrijke vertrekken en gangen, het ritueel van de pas poorten en de zakelijke meisjesstem men voor de microfoons zijn overal hetzelfde. Ook de promenade terug, naar de wachtende machine, achter telkens weer andere groundhostesses van de K.L.M. aan, wordt steeds ge kenmerkt door dezelfde gevoelens en verwachtingen. Wij herinneren ons, hoe wij eens met onbeschrijfelijke tederheid hebben neergeblikt op een vracht- schip-met-passagiersaccomodatie van Een tot nog toe verontachtzaamd eiland, dat nog geen vier eeuwen ge leden op de kaart verscheen, is thans formeel in bezit genomen als grond gebied van het Britse verenigd konink rijk. Het is het onbewoonde rotseiland je Rockail, dat op ongeveer 300 km westwaarts van de Hebriden in de Atlantische Oceaan is gelegen. De formele inbezitneming is volgens een mededeling van de Britse admiraliteit nodig geworden doordat het eiland ligt in de zee sector, welke waarschijnlijk binnen het gebied van de op de He briden in te richten proefbaan voor ge leide projectielen zal vallen. De plechtigheid bestond uit het hijsen van de Britse vlag en het aanbrengen van een plakette door een gezelschap, dat met een helikopter van het schip van de marine naar het eiland was ge bracht. Rockail heeft een omtrek van ongeveer 200 m en is zeer stijl. Het hoogste punt ligt 20 m boven de zee spiegel, vandaar dat men voor het planten van de „Union Jack" van een helikopter gebruik heeft moeten ma ken. (Rtr.-UP) Advertentie Hel merk Aspirin en Kei Bayerkruis op ieder tablet geven U de garantie dal U Aspirin hebl. Gedeponeerd handelsmerk Op de routes naar het Verre Oosten vliegt de K.L.M. over de voornaamste bolwerken van de Islam. de „Nederland", dat beneden ons, in de Baai van Sabang, gemeerd lag. Het was onze eigen „Tabinta" geweest, al drie weken lang, en die grote Super- constellation daar voor ons is nu onze eigen „Meson" of „Neutron", al een etmaal lang. Wij beklimmen de trap en zoeken ergens in het zoemende in terieur onze eigen fauteuil op. De verlichte aanwijzing „Fasten seat belt" brandt, de deuren gaan dicht, de motoren beginnen te draaien en ter wijl tienduizend paardekrachten ons het luchtruim instuwen, gaan de ste wardess en de steward rond met kauwgom en pepermuntjes. Reizen is niet meer studeren in een an dere lichaamstoestand, zoals Allard Pier- son meende. Het is tegenwoordig kreeft eten boven de oude; weg, die Paulus volgde naar Damascus, het is sherry drinken boven de rozentuinen van Shi- raz. En het eigenaardige is, dat de be koring daarvan naar ons gevoel anders, maar niet minder sterk is. Een boottrein naar Indonesië heeft zijn saaie trajec ten. Vliegt men boven de wolken, of bij nacht, dan raakt men óók spoedig uitgekeken op de cumulus-structuren of op het vlammenspel van de uitlaatgas sen der motoren. Maar de tussenlandin gen verrassen sterker en laten levendiger indrukken na. En steekt er geen groter vreugde in het ergens gewéést zijn dan in het ergens zijn? Nooit laat men in korter tijd meer achter zich dan op een luchtreis van of naar het Verre Oosten, In minder dan een maand tijds heb ben wij die ervaring tweemaal opge daan: héén en weer terug. Een paar uur na ons vertrek uit Beiroet onderschei den wij de zwarte lijn van de Trans- Arabische pijpleiding. De lucht schijnt wat te betrekken. Grauwe bergen wis selen af met blinkende zoutvlakten of met de stoffig-gele uitlopers van de gro te Nefud-woestijn. Heel ver rechts van ons moet het Jathrib 'van het pre-isla- mietische Arabië liggen, door het optre den van Mohammed geworden tot „Me- dinat an-Nabi", de stad van de profeet, of kortweg Medina, d e stad. Van de Nedjd, waar de grote hervormer van de Islam, al Wahhab, is geboren, kunnen wij slechts dromen, maar dan toch al- tya met grote stukken van zijn vader land voor ogen. Bij Dhahran, de Ame rikaanse oliestad in Arabië, bereiken wij weer de zee, ditmaal der Perzische Golf. In Cairo liggen de „feloeks" met hun eigenaardige zeilen klaar. De lucht is nu weer stralend blauw. Tientallen tankers veroorzaken minus cule krijtstreepjes op het glanzende blauw van de Golf van Oman, terwijl wij bezig zijn aan onze „fromages di vers". Aan bakboordzijde glijdt een liefelijk blond gebergte met ons mee, dat volgens de reisgids het woeste Be- loetsjistan moet zijn. De stewardess komt langs met stapels lectuur. In een Ame rikaans tijdschrift ontdekken wij een verhaal over de Fakir van Ipi. Onze blik dwaalt weer naar buiten. Daar ginds, achter de bergtoppen, die zo trillen in de hete lucht, ligt de woonplaats van de Fakir, in het gebied, waar Afghanis tan en Pakistan over twisten. Wereldpolitiek in vogelvlucht. Mis schien, zo denken wij, is dat voor ons wel een van de voornaamste bekoringen van het vliegen op zulk een route. Het is heel iets anders, of men een Brits- Arabisch geschil opmerkt als een ver stolen berichtje in de krant, of dat men op zesduizend meter hoogte boven de bleek-gouden leeuwenhuid vliegend, die Arabië dan lijkt, de oase meent te be speuren, waar de twist over gaat. Al gemene verkiezingen in Cambodja staan ons iets nader, nu wij hebben gevlogen boven de geheimzinnig kronkelende Meh Kong. De figuur van Douglas MacArthur krijgt op de een of andere manier weer wat meer reliëf voor ons, als we achter een blauwe nevel het schiereiland Bataan zien liggen. Op de terugweg maakt onze machine midden in de nacht een paar vreemde capriolen boven de Golf van Akaba, de nieuwste twistappel in de Palestijnse politiek. Hebben wij last van remous of zijn het de djinns, de wilde woestijngeesten, die ons parten spelen? De boeddhistische priesters op Don Muang, bij Bangkok, in hun vloeiende oranje-kleurige gewaden, de schippers op de sampans met hun puntige Tonkinese hoedjes, die zo inspi rerend op He damesmode hebben ge werkt, de kamelenkarren van Karachi, de bloeiende hibiscus op Nichols Field bij Manilla, zij doen ons instemmen met de oude doctor Johnson: „Het nut van reizen is, dat men de verbeelding regelt naar de werkelijkheid en de dingen ziet, zoals ze zijn, inplaats van te denken, hoé ze zouden kunnen zijn". Naaa wij vernemen zal een wacht meester van de Rijkspolitie te Vinke veen 14 oktober voor de Utrechtse rechtbank terecht staan onder beschul diging van doodslag subs, zware mis handeling de dood tengevolge hebben de. Op 31 juli van het vorige jaar had de betrokken politieman een jongeman, die zich niet op het sluitingsuur van een middenstandstentoonstelling te Vin keveen wilde verwijderen en verzet pleegde, met een gummiknuppel zulk een slag op de hoofd gegeven dat hij de volgende ochtend aan de gevolgen overleed. De verdediging wordt gevoerd door mr. Van Gelder te Amsterdam. Woensdagavond omstreeks negen uur is gedurende enige seconden een zeer heldere meteoor, ook wel vuurbol ge naamd, gezien. Van Utrecht uit zag men hem in noordoostelijke richting. Hij had een lichtgroene kleur en een roodach tige staart en was zo helder, dat hij door de nevelige lucht nog bijna evenveel licht gaf als de maan in eerste kwartier. De sterrenwacht te Utrecht (afd. me teoren) zou het op hoge prijs stellen, nog meer gegevens van deze vuurbol te ontvangen teneinde met behulp daar van te kunnen berekenen waar dit voorwerp vandaan is gekomen. In beginsel wordt ieder bericht na tuurlijk gewaardeerd, maar om over belasting van de sterrenwacht te voor komen, wordt aangeraden, slechts schrif telijke gegevens in te zenden en dit slechts te doen wanneer de gegevens enigszins nauwkeurig zijn. Bij notariële acte is in het leven ge roepen de „Stichting Verkoopcentrale voor Nederlandse Beeldende Kunste naars". gevestigd te Utrecht. De stich ting is een poging om door gezamen lijke inspanning verbetering te brengen in de economische omstandigheden van de Nederlandse beeldende Kunstenaars. Met de meest moderne publiciteits- en propagandamiddelen wil men de pro ducten van de arbeid der beeldende kunstenaars aan de man brengen. Enkele kunstminnaars hebben door hun vakkundige adviezen en sympa thieke medewerking, en dit geheel be- langenloos, grote daadwerkelijke en morele steun verleend. Op de beeldende kunstenaars doet de stichting nu een beroep om haar kunstwerk (en dit vanzelfsprekend onder alle voorwaarden van gezond en verantwoord beheer) beschikbaar te stellen. Geschiedt dat in voldoen de mate, dan mag gerekend worden op de daadwerkelijke medewerking van officiële en particuliere instan- Advertentie CHOCOLADE Kleine doos f. 1.40 Middelgr. doos f 2.75 -Grote doos f.4.50 Deze oudjes laten zich het „prakje" uitstekend smaken. „We doen 't vandaag maar sober", zei burgemeester Matser in zijn begroe tingswoord tot de deelnemers aan het congres van de Organisatie Bescher ming Burgerbevolking in Musis Sa crum" te Arnhem. „U krijgt geen co pieuze lunch en geen Gelderse koffie tafel, maar eenvoudig mèt de burgers van Arnhem een lik uit de pan, zoals ten tijde van een ramp het geval zou zijn. Terwijl de burgemeester aldus zijn gehoor voorbereidde op een eenpans- maaltijd op straat, doorkruisten drie auto's, toegerust met versterkerinstal latie, alle delen van de stad, om de bevolking op te wekken, zich tegen half één te vervoegen aan een van de acht opvangposten om er gratis een maaltje andijviestamppot in ontvangst te nemen. De Arnhemse BB, die deze proef neming had georganiseerd, blijkt zich in de belangstelling van de kant der burgerij volkomen misrekend te heb ben. Men had gemeend, dat 500 porties aan elk der opvangposten ruimschoots voldoende zouden zijn. Daarbij gevoegd nog 800 porties voor congresgangers en genodigden, meende men dus met 4800 porties gemakkelijk te kunnen volstaan. Welnu, er waren enkele duizenden por ties te weinig. Aan alle posten stonden tegen half één dichte rijen oude en jonge mensen en kinderen, die „gewapend" met ver vaarlijke boodschappentassen en pan nen gemeend hadden, voor thuis de no dige porties mee te kunnen nemen. Daarop had men in het kader van deze oefening uiteraard niet gerekend. Ieder kon slechts één portie krijgen, marr lang niet iedereen heeft het zover ge bracht. Moeders met kinderen, die door het lange wachten tenslotte vervelend be gonnen te worden, maakten zich uit de menigte los en keerden onver- richterzake huiswaarts. Daaronder waren tal van huisvrouwen, die die dag verder met warm eten geen reke ning hadden gehouden. Ze hebben het zonder warme maaltijd moeten doen, want de groentewinkels in Arnhem zijn 's Woensdagsmiddags gesloten. ties, want dan wordt een gewenst „zakelijk" evenwicht bereikt. Van de diensten der stichting kun nen alle beeldende kunstenaars ge bruik maken. Op de eerste plaats leden van één der beroeps-verenigingen, maar voorts ieder beeldend kunstenaar van beroep, mits zulks de goedkeuring heeft van de artistieke adviescommis sie. Om aan het nodige werkkapitaal te komen stelt het bestuur zich voor, iede re kunstenaar van wie het eerste kunst werk door bemiddeling van de stich ting is verkocht, van de opbrengst hier van 100.- aan de stichting afstaat. Van elk volgend werk wordt bij ver koop in Nederland voor bemiddelings- kosten 20 pet. van de opbrengst ge vraagd. Daarnaast zal de stichting, waar no dig de hulp inroepen van officiële en particuliere instanties, bij het creëren van punten, waar geëxposeerd en ver kocht kan worden. Het bestuur bestaat uit: Is. Naarden, voorzitter: mr. J. A. Reus. secr.pen- ningm.; G. A. A. de Voogd; mr. H. Luigh; drs. F. de Vries. Het lid van de Raad van State, prof. mr. R. Kranenburg, die deze maand 75 jaar is geworden, zal dientengevolge met 1 oktober de Raad van State ver laten. Kent U ze de méélezers. Die heren, die, wanneer U in de trein Uw krantje open vouwt, onmiddellijk hun kin op U schouder leggen en met een scheel oog een graantje van Uw lectuur meepikken? Ik wel, en ik haat ze. Zij vervullen mij immer met een doffe wrok tegen de maatschappij in het alge meen en tegen de bemoeizuchtige mens in het bijzonder. En meerma len heb ik op het punt gestaan een vereniging op te richten, waarvan het doel „bestrijding van het euvel van het meelezen" moest zijn. Gisteren was het dan weer zo. Een vent met een onbegrijpelijk bot hoofd zat een sportverslag te spellen in de krant, waaruit ik juist sereen het hoofdartikel zat op te nemen. Ik ziedde. En plotseling schoot ik uit: „Hoeveel staat het, mijnheer?" De man keek mij glazig aan en antwoordde rustig: „1—0". „O", zei ik en begroef mij weer in een beschouwing over de Troon rede. Maar hij bleef gewoon het bruine monster volgen. Toen lispelde hij in mijn oor: „Knappe speler, die Jansen; voor mij kén-ie wat." „Maar meneer", kreet ik, „dat geeft toch geen pas. Als ik over de Troon rede zit te lezen, dat U. „Ach ja", zei hij berustend, „die Troonrede, d'r staat weer niks in. Vorig seizoen was Jansen topscorer." „Dat kan me niet schelen", schreeuwde ik, „het interesseert me helemaal niet." „Nou ja", zei hij sussend, „maar hij was het weL Goed spelertje." Ik dook weer met mijn hoofd in de krant en hield haar zodat hij er met zijn blik niet bij kon, tenzij hij een slangenmens zou wezen. Wat hij inderdaad bleek te zijn. Toen smeet ik het blad woedend in zijn gezicht en riep: „Hier meneer, leest U het dan maar." Terwijl ik gemelijk naar buiten zat te staren, spelde de man kalm mijn hele krant uit, tot en met „Di versen" toe. Bij het volgende station moest ik er uit. En ik stond reeds op het perron toen iemand mij op de schouder tikte. „Hé meneer", zei die man droef, „U hebt Uw krant vergeten." Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft thans prijsindexcijfers van het levens onderhoud samengesteld per 15 augustus 1955 op basis 1951 100. Het totaal indexcijfer daalde ten opzichte van 15 juli 1955 van 107, naar 106, hetgeen voornamelijk het ge volg was van het teruglopen van het index cijfer voor de voeding, dat per 15 Juli 112 bedroeg en per 15 augustus 109. .lit re moet maar porren, altijd maar porren.... Als je geen ant woord krijgt mag je niet verder gaan!" Aldus luidt de tekst van een van die simpele liedjes, die Herman Bouber zingt of liever speelt als „Oranje Hein" in het door hem ge schreven gelijknamige stuk. „Por ren? Wat is porren?", zal de niet- Amsterdammer vragen. Porren is wakker maken en die bezigheid schrijft men onwillekeurig Herman Bouber toe als hij ter ere van zijn komende zeventigste verjaardag zaterdag a.s. zit te vertellen uit z'n toneelleven van bijkans een halve eeuw. Daarin heeft hij heel wat men sen gepord om naar de schouwburg te gaan. Wie van de misschien nu al bejaarde toneelliefhebbers herinnert zich niet zijn „De Jantjes"? Geen weken, maarmaanden achtereen is het publiek er voor naar de Plan tage Schouwburg, nu ter ziele, in Amsterdam gekomen. En dan: Zee mansvrouwen, Bleke Bet, Mooie Neel, Het kind van de buurvrouw, Oranje Hein, enz. Allemaal mee door hemzelf geschreven stukken, voor de genieter van volkstoneel in avondenlange series met succes op gevoerd, series waar tegenwoordig nog stil bij zijn twee Indonesische alleen nog een „Potaschen een tournees, waarop hij, soms be- „Snip-en-Snap" aan kunnen tippen, laagd door schietende ploppers Van „Zeemansvrouwen" vertelt ZT Bouber wiens persoon, wiens P®" rZfZUmZde 7nVk hobby's, wiens leven in één woord A n „Z Z ZZZZéTfZ samen te vatten zijn: toneel - de geschiedenis van „De acdtl9f voetlicht bracht. Voldoening open brief aan de vroede va- &henkt hem tenslotte tri deze jaren deren van Amsterdam". De offi- de televisie. Begin October komt hij ciële kritiek had hem naar aanleiding er weer voor. „Als een simpel ytan- van dit stuk plotseling ontdekt als ze^ge- zle« zal het groot toneelman. Vergelijkingen met f,amen' e ®m 1.,,, ze9Ben. de beroemde Russische toneelleiders »"V s eenvoudig, echt werden gemaakt en de toenmalige kunstcriticus van ons bloedeigen f f ierboven is één keer gespro- blad schreef ten gunste van de Bou- ƒ-ƒ ken van de Boubers. Was bers zijn „Open brief waarop een J. JL die aanduiding destijds, toen tastbare erkenning van de zijde van Herman nog een vast huis in Am- B. en W. niet lang uitbleef. Een ge- sterdam bespeelde, een begrip voor beurtenis m die dagen toen subsidies een heel gezelschap, nu denkt men niet gegeven werden voor een ge- bij de Boubers allereerst aan hem- zelschap maar voor een bepaalde op- 2élj, maar direct daarnaast aan Aaf voering. Door dat systeem moest Bouber Ten Hoope, sinds men zon voorstelling wel echt goed zijn, senheugenis zijn vrouw. Ook zij wilde ze de financiële erkenning krij- staat op bet punt de zeven kruisjes gen. Dat Herman Bouber toen meer- te balen: 17 oktober. En zij malen zon subsidie ten deel is ge- heeft een even lange toneelloopbaan vallen doet hem nu nog glunderen ais haar man achter de rug. Zonder van voldoening. Wat voldoening de indruk te willen wekken ons met overigens betreft: hij klaagt beslist een Jantje-van-Leid en van Aaf, zo niet! Ondanks alle wisselingen van a;s ane oudere collega's haar mogen smaak immers apprecieert men zijn n0emen, af te willen maken mag werk vandaag de dag nog. Getuigen: toch gezegd worden, dat alles wat de honderden militairen, die ook nu over Herman geschreven is eigenlijk weer smullen van zijn „Oranje Hein". 00fc weer 0ver haar verteld zou moe- In hun eigen kampen komt hij ze jen worden. Als in een toneelhuwe- nu bezoeken en vindt daar evenals ujk 00it de vrouwelijke partij name- met de opvoeringen van „Mijn jyjj een sterke invloed op het werk zoons" van Arthur Miller een gul van de man heeft gehad dan is dat onthaal. In dit verband staat hij ook wel bij het echtpaar-Bouber het ge val geweest. In zijn meeste stukken heeft zij zijn woorden en zijn figu ren klank en gestalte gegeven en veelal op een zodanige manier, dat voor de leek Aaf de grotere was. Dat is natuurlijk beslist verkeerd ge zien, want hoe zou men twee zo van elkaar verschillende kunstenaars kunnen vergelijken. Intussen heeft Aaf inderdaad hele series prachtige rollen gespeeld. Om er maar één te noemen: De Woekeraarster. Nóg steeds kan men Aaf Bouber op de planken zien. Ze is vast verbon den aan „De Toneelvereniging". De mooiste rol? Zonder twijfel, die met de meeste tekst: een mensenleeftijd moeder van haar gezin, een toneel gezin. Rollen leren, repeteren, rei zen, trekken, spelen, kinderen krij gen, kinderen groot brengen. Iede re vrouw kan de rest zelf wel in vullen. Maandag 17 oktober mag er een klaterend applaus van alle rangen klinken voor een stuk naar het le ven, getiteld „De moeder van het gezin" met in de hoofdrol mevrouw Aaf BouberTen Hoope, voorzien van zeven kruisjes, nauwelijks te 'ge loven, en in de beste welstand!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1955 | | pagina 5