OPMARS VAN DE KUNSTSTOFFEN
IN VOLLE GANG
De
eeuw van
de
plastics
is beg
onnen
Zeven tot tien
maal so sterk
Gewetensvorming volgens
de leer der Kerk
E
Geld goed uitgeven is moeilijk
H
m
I
A
SCHEEPJESWOL
Onaanvaardbaarheid der
situatie-ethiek
Algemene wet en
bijzonder geval
SCHEEPJES
RESA - HILVERSUM
PAGINA 7
Zonder twijfel, de foto van de olifant staande
op enkele blokken schuimplastic is in hoge
mate illustratief. Op wellicht geen welspre
kender manier kan men de sterkte van de kunst
stoffen, die een onmisbaar deel van ons leven zijn
gaan uitmaken, laten zien. Of het moest zijn door
middel van een foto, die vier mannen toont met al
hun gewicht springend op de plastic-motorkap van
een auto. Maar spreekt voor de huisvrouw, die
vooral op de practische mogelijkheden op haar
terrein let, niet méér onze ervaring, enkele dagen
geleden, toen wij van de zesde verdieping van een
groot warenhuis een plastic-beker lieten vallen en
hem, na met de lift naar de begane grond gezakt
te zijn, op straat onbeschadigd, zonder breuk of
barst aantroffen? Niet elk soort plastic - er zijn
honderden soorten - is zo sterk. Voor huishoude
lijk gébruik en ook voor het speelgoed is er nog te
veel in de handel op een koopje gemaakt - het lijkt
wel of plastic heel goedkoop moet zijn. Fabrikan
ten maken nog te veel plastic-goederen voor huis
houdelijk gébruik tegen een zó lage prijs, dat men
niet de beste samenstelling kan verwachten. Maar
allengs wint de gedachte véld, dat men voor de
beste soort een redelijke prijs over heeft. De laatste
jaren zijn er soorten in de handel gekomen van
uitstékende kwaliteit en van een fraaie vorm,
practische voorwerpen, duurzaam en degelijk,
mm
waarmede men desgewenst kan gaan voetballen.
In de industriële sector zijn er kunststoffen, de
z.g. gewapende plastics, bestaande uit polyester-
hars gemengd met een vezel - meestal glasvezel,
óók wél hout- of asbestvezel - en de nylon, die ten
opzichte van de gebruikelijke grondstoffen als
staal, rubber, hout zulke gewéldige voordelen
hebben, dat er sinds enkele jaren van een zeer
uitgebreide toepassing gesproken kan worden.
Dusdanig, dat men niet overdrijft als men zegt,
dat wij de eeuw van de kunststoffen zijn ingegaan.
Eline van Stuwe
overleden
STAATSEXAMEN HBS en Cymn.
Financiering van de
schoolmelk
Nog geen zekerheid over
overheidsbijdragen
Verhoging pensioenen
voorgesteld
Velen verkeren in de mening, dat de
kunststoffen gedurende de laatste we
reldoorlog in de Verenigde Staten ont
wikkeld zijn. De geweldige stoot tot de
ontwikkeling is inderdaad in Amerika
gegeven. Maar wij kenden reeds eerder
de plastic in de vorm van bakeliet en
celluloid, toepassingen die hun gebre
ken hadden. In Duitsland is voor de
oorlog al een plastic ontwikkeld, zodat
w\j in 1938 reeds serveerbladen en sa
nitaire artikelen van plastic kenden.
Van na de oorlog evenwel dateert onze
algemene bekendheid met de kunststof
fen. De schaarste aan bepaalde mate
rialen, het nieuwtje uit Amerika spra
ken naast de practische voordelen een
dapper woordje mee. De grote vraag
naar plastic goederen verminderde
snel toen bleek dat niet alle plastics
even goed en degelijk waren.
Allengs echter zijn in de laboratoria
▼an de fabrieken dusdanige kunststof
fen ontwikkeld, dat men voor de
beste soorten met een gerust hart
de volgende voordelen kan opsommen:
zeer licht in gewicht, zeer sterk, on
breekbaar, zeer grote houdbaarheid,
uiterst moeilijk brandbaar, roestvrij,
krasvrij, bestendig tegen zuren in huis
houdelijk gebruik. De vele voordelen in
aanmerking genomen kan men de prijs
nogmaals voor de beste soorten
met de beste wil van de wereld niet
hoog noemen. Polyaethyleen, polysty-
leen en melamine zijn de beste kwali
teiten. Verouderingsproeven in labora
toria hebben aangetoond, dat dit nieu
we materiaal, dat in de nog zo jonge
praktijk niet voldoende beproefd kon
worden, zeer vele jaren meegaat, zonder
dat de kwaliteit ook maar iets ver
mindert. De slijtage van rubber bijvoor
beeld kent men hier niet.
Al vindt men hele serviezen in plas
tic deze natuurlijk zó hard geperst,
dat de onderdelen niet kunnen vervor
men (thermohardend is de vakterm
in tegenstelling tot thermoplast, de ge
spoten plastic die wel kan vervormen)
een sauskom is er nog niet bij,
evenmin als een plastic kookpan bij
een keukenuitzet. De plastic wordt na
melijk nog niet „vuurvast" verkocht, bin
nenkort wél. Tot voor kort bestond er
geen kunststof die tegen een tempera
tuur van 190 graden of meer bestand
was. Nu heeft men echter al plastic
soorten die tot 140 a 150 graden hitte
bestendig zijn. Zelfs is er al een soort
die 400 graden kan verdragen. Deze is
zeer geschikt voor gebruik in de chemi
sche industrie. Zelfs kokend zwavel
zuur kan aan deze plastic geen schade
De fantastische mogelijkheden van
plastic: deze twee blokken schuim
plastic van ieder één kilogram dragen
een olifant van twee en een halve
ton.
iMiii
De eerste in serie vervaardigde auto, waarvan de carrosserie geheel van plastic
is (fiberglas en kunsthars). De bodem (3x1.80 m) is uit één stuk vervaardigd
en weegt 35 kg. De plastic is ijzersterk.
De ontwikkeling gaat voort. Bij Du-
pont en de Bacelite-comDanv in Ameri-
ite-company in Ameri-
Deze Italiaanse zeilboot is geheel van plastic vervaardigd;
de zeilen zijn van nylon.
ka, in Italië en Duitsland werken knap
pe chemici aan de vervolmaking van
dit afvalproduct van steenkool, dat vrij
komt bij de vervaardiging van synthe
tische rubber. Zeer zeker zo is de
verwachting zal deze nevenindustrie
de rubberindustrie overvleugelen.
Onnoemelijk groot terrein
De toepassing bestrijkt een onnoeme
lijk groot terrein. Op huishoudelijk ge
bied beperken wij ons tot het noteren
van wasknijpers en pannesponsjes tot
broodtrommels, afwasbakken, emmers
en badkuipen. De gebruikmaking van
plastic in de cosmetische industrie is
zeer uitgebreid. De industriële toepas
sing is enorm: In Amerika worden au
tocarrosserieën in serie van plastic ver
vaardigd, er zijn plasticboten uit één
stuk. De straaljagers die van overzee
worden aangevoerd zijn in een plastic
cocon gespoten. Door het geringe soor
telijk gewicht in verhouding tot de
sterkte wordt deze kunststof bi) voor
keur aangewend voor vliegtuigen, van
een deel van de K.L.M.-vloot zun de
neuzen van de vliegtuigen van plastic,
het interieur eveneens, de vloeren, wan
den en bagageruimte van gewapend
plastic, zelfs de antennemasten. Van
de Fokker Friendship bestaat ongeveer
15 pet. van de constructiedelen uit ge
wapend dastic. Een
superstratosf eer
vliegtuig is be
halve de motor
(hiervan echter
weer vele onderde
len) van deze
kunststof vervaar
digd.
Verdere toepas
singen van gewa
pend plastic: han
gars voor vliegtui
gen, golfplaten ter
bescherming voor
de regen, die infra
rode en ultraviolet
te stralen doorla
ten, kogelvrije sol-
datenvesten (die in
de Korea-oorlog
zeer goede dien
sten hebben bewe
zen), tankwagens,
sleden voor trans
port in dé Poolstre
ken, containers
voor levensmidde
len, koffers voor
zuurstofapparaten
(die de expeditie
naar de top van de
Mount Everest heb
ben meegemaakt)
In de oorlog waren
de landingsvaartui
gen van gewapend
plastic.
Denk eens aan de
voordelen van een
plastic-boot: volko
men lekvrij, geen
mogelijkheid tot
rotten of roesten,
grote veerkracht en
weerstand tegen
slag of stoot; daar
naast geringe on
derhoudskosten. Of
van 'n plastic em
mer; geen lekkage,
roestvrij, zeer licht,
niet te beschadigen.
Zie eens een gieter,
fraai van vorm, uit
één stuk, niet van
metaal te maken, en
daarnaast: soepel,
onbreekbaar, licht,
krasvrij.
Dan de toepas
sing van de zeer
sterke nylon (ook 'n plastic) behalve voor
de mode (overhemden, sokken, lakens,
regenjassen, kousen, lingerie, paraplui-
es, enz.) ook voor de industrie: lagers,
spoelen, tandwielen, drijfriemen, tele
foonkabels, waterleidingbuizen; voor de
tandheelkunde; injectiespuiten, borstels
en slangen, drinkbekers: verder voor
het huishoudelijk gebruik: tandenbor
stels, onderdelen van ijskasten, onder
delen van wasmachines, grasmachines,
scheerapparaten, brilmonteuren, bor
stels en kammen.
De Nederlandse nylon, Akulon, heeft
een buitengewone taaiheid, hoge weer
stand tegen slijtage en een lage wrij-
vingscoëfficient. Vergeleken met staal
werken de Akulon-tandwielen praktisch
geluidloos. Hierdoor vermindert de slij
tage, veroorzaakt door trillingen, ten
zeerste. Smeren is vaak overbodig.
Enkele andere interessante toepas
singen: doorzichtig, waterproof ver
pakkingsmateriaal (een rage in Ame
rika), onverslijtbare lichtgevende plas
tic, tegels en wanden, de laatste
steeds fris van kleur, kleurecht voor
jaren in plaats van maanden, hengels
en camera's, schoenzolen (een post
bode op Long Island versleet in vijf
weken een leren zool, in eenentwintig
maanden een plasticzooi), dekken van
oorlogsschepen van anti-slip plastic,
wegpunaises, verkeersaanduidingen
op de weg, die twintig maal zo lang
mee gaan als de gebruikelijke verf.
Weet men dan dat in Amerika de ta
fels en stoelen, ook de badkuipen en
zwembaden van plastic ontworpen wor
den; dat er zeer fraaie koffers van plas
tic in de handel zijn, dat goten en re
genpijpen van plastic worden vervaar
digd, evenals hele bureaux en ijskas
ten, televisietoestellen, dat zelfs in Ne
derland, enig ter wereld, allerlei insec
ten, schildpadden, zelfs diepzeevissen
in plastic-glas worden „ingebed", een
conservering niet meer op sterk water,
dan ontkomt men niet aan de indruk
ook degenen die een aversie tegen
de plastic in het huishoudelijke gebruik
hebben dat, zoals in de aanhef werd
gezegd, de eeuw van de kunststoffen is
begonnen. Wij zijn al aan de plastic
Tweehonderdeenennegentig keer is
een goedkoop nylon-overhemd (f25)
gewassen en nog is geen slijtage te
bespeuren. Aldus is vastgesteld op
het laboratorium van een onzer gro
te warenhuizen, waar wasproeven
met allerlei soorten nylon, dacron en
orlon zijn genomen. Neemt men voor
een katoenen overhemd het redelijke
gemiddelde van dertig zelfs veer
tig maal wassen vóór slijtings-
verschijnselen optreden, dan kan
men concluderen dat nylon zeven
tot tien maal zo sterk is. Dacron is
praktisch even sterk, orlon de helft
minder.
De voordelen van nylon als tex
tiel zijn, naast de geringe slijtage, het
eenvoudige wassen (met een syn
thetisch wasmiddel en nylonwit om
de grauwe kleur weg te krijgen) het
niet behoeven te strijken, en de
kreukvrijheid. Men lette er op, dat
men het nylonwasgoed niet wringt,
maar kletsnat ophangt.
Nadelen van nylon zijn het ont
staan van bolletjes, het z.g. pillen en
de geringe absorptie. Bij een meng-
weefsel, dat het meest aan de markt
komt, is de absorptie echter redelijk.
Men heeft dan de voordelen van de
kunststof en tevens de absorbering
door de verwerkte katoen.
De animo voor nylon (in het al
gemeen nog duur) is groot, doch
men beschouwt deze stof meer als
aanvulling van de garderobe dan als
rempla;ant. De dames (en heren)
zullen, zo verwachten ter zake kundi-
gen, niet geheel op nylon overstap
pen. Veel mensen hebben het er be
nauwd in. Zij is in het bijzonder
goed voor reumatische mensen; voor
de tropen is zij ongeschikt.
De nylonkous heeft haar plaats al
lang veroverd. Zij is niet te ver
vangen.
Vrijdag is in alle stilte op de be
graafplaats Nieuw Eik en Duinen in
Den Haag ter ruste gelegd Jacqueline
Reyneke van Stuwe, die bekendheid
heeft gekregen door haar litteraire
werk, dat zij publiceerde onder de naam
van Eline van Stuwe. Zij bereikte de
leeftijd van 74 jaar.
Een van haar eerste boeken was
„Schaakmat", dat in 1915 verscheen.
In 1941 verscheen nog haar roman „Li-
sette". Voorts maakte zij een aantal
toneelstukken en was zij hoofdredac
trice van „De Hollandsche Lelie" en de
„Haagse Vrouwenkroniek".
Jacqueline Reyneke van Stuwe, die
geboren is te Muntok in Indonesië, was
een zuster van Jeanne Kloos Reyneke
van Stuwe.
Advertentie
De kortste e voordeligste opleiding:
(Bekende Schriftelijke Cursus)
auto toe; het zal niet lang meer duren,
zo is de verwachting, dat wij ook het
plastic vliegtuig, het plastic spoorrijtuig
en het plastic huig zullen ervaren als
iets van onze tijd. De opmars van de
kunststoffen Is in volle gang. Een grote
omwenteling voltrekt zich. De voorde
len zijn groot. De uitwerking op de
industrieën, welker materiaal door de
kunststoffen vervangen wordt, is niet te
peilen.
Sprekend over de situatie-ethiek, die
geen algemene, voor ieder gel
dende zedelijke normen erkent,
maar de moraliteit van onze daden af
hankelijk maakt van de concrete, per
soonlijke omstandigheden, hebben wij
met nadruk vastgesteld, dat een der
gelijke opvatting in strijd is met de ka
tholieke leer. Aan de reeds genoemde
redenen voor onze afwijzende houding
kunnen wij, met Rahner, nog toevoe
gen, dat het zedelijke niet zo maar
een terrein van het leven is, dat los
staat van het christelijke en godsdien
stige. Integendeel: beide gebieden
horen wezenlijk bij elkaar en zijn niet
te scheiden. Zeker, de Kerk kent
geboden en verboden en geeft die ook.
We zouden deze echter totaal verkeerd
verstaan, wanneer wij ze uitsluitend
in de juridische sfeer trekken. Als voor
beeld moge dienen het „verbod" de H.
Communie te ontvangen in staat van
doodzonde. Dat verbod bestaat inder
daad. Maar wanneer wij h§J zien
zoals het overigens moet gezien worden
dan hebben wij dat „verbod" eigen
lijk niet eens nodig. Ieder immers, zegt
St. Paulus, die de maaltijd des Heren
wil vieren, dient zichzelf te onderzoe
ken, opdat hij niet onwaardig het Li
chaam des Heren nuttig. En het al
of niet waardig zijn hangt af van zijn
juiste houding tegenover God, d.i. de
houding van volledige, gehoorzame
overgave, van het aanvaarden van
Gods genade en Gods gemeenschap in
geloof, hoop en liefde. Hieraan wordt
uiting gegeven in de cultus, die in de
Kerk van het Nieuwe Testament zich
concentreert in de viering van de H.
Eucharistie. Deze is bij uitstek de
daad, waarin de Kerk zich aan Chris
tus geeft en Christus zich mededeelt
aan de Kerk. Het is logisch, dat wij
dan de zonde beschouwen als een be
paalde tegenstelling, die uitsluiting met
zich meebrengt t.a.v. de Kerk. Leeft
iemand derhalve in staat van ernstige
zonde, dan is hij door zijn eigen hou
ding reeds ongeschikt het genadeleven
mee te leven omdat hij, in plaats
van ,,ja," ,.neen" heeft gezegd tegen
over God. Wanneer nu later de Kerk
uitdrukkelijk een bepaalde gedragslijn
heeft vastgesteld, m.a.w. het „ver
bod" heeft uitgevaardigd in staat van
doodzonde tot de H. Tafel te naderen,
dan moeten wij dat niet beschouwen
in de louter juridische sfeer, die iets
anders is dan de sfeer van het genade
leven, maar als een „eigenlijk over
bodige" gedragsnorm, die van zelf
volgt uit de houding van de mens
t.o.v. God, en wezenlijk te maken
heeft met de genade. Diezelfde redena
tie gaat op in alle omstandigheden
waarin de mens zich door ernstige wij
ziging in zijn juiste houding t.o.v. God
van het genadeleven uitsluit. De „ver
boden" der Kerk zijn dus in feite niets
anders dan een herinnering, een in
prenting, een beklemtonen van deze
waarheid met al haar gevolgen. En
daaruit blijkt, wat wij boven stelden, dat
het zedelijke niet van het godsdienstige
te scheiden is. Wat tot de gevolgtrek
king leidt, dat een situatie-ethiek om
deze reden al onaanvaardbaar is.
et gespaarde geld voor de
vakantie is op. En er is een
massa nieuw geld nodig:
schoolboeken moeten aangeschaft,
kwitanties voor verzekeringspre
mies komen ons verrassen, er
worden kolen besteld want straks
gaat de kachel aan, wintercur-
sussen vragen om inschrijfgeld.
Hoe komen we uit? Want het in
komen is helaas geen zandloper,
die je om kunt draaien als het
reservoir is leeggestroomd. Uitko
men met geld wordt steeds moei
lijker omdat het leven steeds in
gewikkelder wordt en het steeds
moeilijker is om objectief te be
oordelen wat je wèl en wat je
niet nodig hebt in deze voorthol
lende wereld, waarin dagelijks
nieuwe behoeften worden ge
kweekt.
Het is dan ook een hoogst be
langrijke opgaaf voor man en
vrouw samen om deze puzzle, in
de steeds veranderende gezins
situatie, blijvend goed op te los
sen. En terecht wordt in het
Juli-nummer van „Dux" in een
kritische beschouwing over de
Amsterdamse katholieke huwe-
lijksschool, waar er sprake is van
de verloofdencursus, gezegd, dat
het jammer is, dat men verzuimd
heeft de economische voorberei
ding van het huwelijk daarin ook
een plaats te geven, waarbij dan
verwezen wordt naar het Gezins-
begrotingsinstituut.
Er zijn mensen, die dadelijk hun
schouders ophalen als ze die naam
horen. „Wat gaat het een ander
aan", zeggen of denken we, „wat
ik met mijn geld doe, dat is mijn
privé zaak". Best, het Gezinsbe-
Qrotingsinstituut dringt niemand
iets op, integendeel, hgt kan zijn
werk niet af. Want de hulp, die
bet nu sinds enkele jaren biedt
vanuit het bureau in de Librije-
steeg te Rotterdam en de werk
ruimte in Den Haag, waar de
leidster van het voorlichtings-
werk, mevrouw E. J. Wilzen-
Bruins, met haar helpsters de in
structie verzorgt, blijkt alom in
net land zo gewaardeerd te wor
den, dat de aanvragen om advies
toestromen. Dat advies is gericht
op de huisvrouw, voor 70 de
geld-uitgeefster in het gezin. Wel
ke huisvrouw immers is in deze
economisch verwarrende tijd te
genover de grote financiële ver
antwoording, die ze draagt, vol
doende geschoold in het vak:
deskundig geld uitgeven?
j-jot merkwaardige instituut,
I in de wandeling het G.B.I.
J. J- genoemd, dat er haar van
bewust wil maken wat daar alle
maal aan vast zit, is vier jaar gele
den ontstaan in de spaarwereld als
idee van de heer Sellemans, die
zijn initiatief voor uitwerking
heeft overgedragen aan mevrouw
Wilzen-Bruins, die midden in de
praktijk van het leven, op volks
hogescholen en in de vrouwen
beweging, het individuele stille
gevecht meemaakte van honder
den vrouwen, die met het beschik
bare huishoudgeld niet uit konden
komen. Zij vond de aangepaste
vorm om dit nieuwe „levensvak"
op persoonlijke wijze aan de huis
vrouw voor te zetten in de geva
rieerde, aantrekkelijke wijze,
waarop het nu sinds enkele ja
ren geschiedt. Het gebeurt bij
voorbeeld via de gezinsverzorg
sters, maatschappelijke werksters
en wijkverpleegsters,in één woord:
het kader van vrouwen, die door
hun sociale beroep in de gezinnen
komen en vanzelfsprekend, als de
huisvrouw haar hart uitstort, van
de geldzorgen horen. Daarnaast
zijn er lezingen en films voor
groepen van huisvrouwen inge
past in de plaatselijke huishou
delijke voorlichting. Die geeft, om
maar iets te noemen, één middag:
wassen met de nieuwe wasmid
delen en een tweede middag: hoe
maak ik een budget of hoe rea
geer ik op reclame-aanbiedingen.
Weer een andere vorm zijn de
cursussen voor verloofden, waar
onder andere in enkele lessen
gesproken wordt over de beoorde
ling van prijs en kwaliteit, over
het kopen of afbetaling, over de
waarde van reclame en de aan
schaf van huishoudelijke artike
len. Met het oog op het zuiden,
waar deze cursus veel wordt ge
geven in winterprogramma's van
de vrouwenbeweging, heeft het
G.B.I. twee katholieke leerkrach
ten in dienst.
Heel veel jonge mensen, die
Het inkomen is geen zandloper, die je kunt omdraaien als het bovenste
reservoir is leeggelopen.
gaan trouwen, hebben deze din
gen overigens al bestudeerd in het
aardige brochuretje „Annie
en Jan gaan trouwen", waarvan
mevr. Wilzen-Bruins de geeste
lijke moeder is. De inrichting vol
gens de begroting van „Annie
en Jan" is reeds door duizenden
bestudeerd. De zopas verschenen
7e druk, bijgewerkt volgens de
nieuwe prijs-schommelingen, heeft
een oplaag van 45.000!
n één adem met „Annie en
Jan" noemen we de andere
boekjes van mevr. Wïlzen,
die door de aansprekende, directe
wijze, waarop ze het onderwerp
bij de kop grijpt en de plezierige
manier, waarop ze de aandacht
spant, voor menigeen de omgang
met het toegewezen geld wat min
der moeilijk heeft gemaakt. „Het
huishoudboekje", waar heel wat
wijze wenken in staan, is aan
z'n 19 e druk.
„Geef zakgeld"
aan z'n zesde.
En eerstdaags
verschijnt in de
zelfde serie en
op dezelfde bon
dige, bevattelij
ke wijze behan
deld, „De ver
dienende jeugd".
Een onderwerp,
dat midden in
de actualiteit
staat. Op stapel
staat een hand
leiding over fi
nanciële zaken
die de vrouw
moet weten als
ze alleen ach
terblijft.
Het huishoudelijk
budget is een puzzle voor man en
vrouw samen.
Als mevrouw
Wilzen op haar
rustige manier
over dit alles zit te vertel
len en onthult hoeveel gezin
nen in alle bevolkingslagen ver
lichting van drukkende geld
zorgen hebben gevonden doordat
hun de mogelijkheden om het an
ders te doen getoond zijn en ze
geholpen zijn om de juiste weg
in de doolhof van uitgaven te vin
den, dan krijgt men groot re
spect voor dit werk, dat nauwe
lijks aan de weg timmert, maar
individueel helpt om de „natio
nale welvaart?', die voor menig
een alleen maar een abstract be
grip is, te concretiseren in „ge
zinswelvaart". Het zijn immers
de uitbreiding van het comfort
op alle gebied en de geraffineer
de verkoopmethoden, die het man
en vrouw steeds moeilijker maken
om zich niet te laten verstrikken
en om goede financiers te zijn.
In het programma voor de ko
mende winter is bij de voorlich
ting een grote plaats ingeruimd
aan de behandeling van de mo
derne verkoopmethoden zoals de
huisvrouw ermee te maken heeft:
kopen op post-order, kopen op
afbetaling, kopen in het groot
bedrijf, in de zelfbedieningszaak,
enz.
Wie betaalt dit breed opgezette
werk, vraagt men allicht na zo
veel over geldzaken gehoord te
hebben. Dat doen een viertal
niet-commerciële spaarinstellin-
gen, welke het gehele land be
strijken, en waar de handleidin
gen, uitgegeven door het insti
tuut, voor een krats te krijgen
zijn. Het programma van lezin
gen en cursussen wordt op aan
vraag kosteloos toegezonden door
het Gezinsbegrotingsinstituut, post
bus 1046, Rotterdam.
A. Bgl.
en andere motivering ligt ln het
feit, dat de Kerk door haar ..ge
wone" leergezag (d.i. het kate-
chismusonderwijs, de prediking) de
zedewet verkondigt als steunende op het
gezag van God. En deze geboden ver
plichten ons in geweten, omdat de Kerk,
wanneer zij ons in haar prediking, zede
lijke normen voorhoudt als een gebod
van God, door de bijstand van de H.
Geest tegen dwaling wordt behoed. Zo'n
gebod, dat de Kerk ons leert, is dus
inderdaad een bevel van de wil van
God, dat ons in geweten bindt.
Wij moeten hierbij opmerken, dat een
dergelijk gebod uiteraard algemeen is,
waaruit volgt, dat het een betrouwba
re wegwijzer is voor ons gedrag in
een concreet geval. En dit concrete ge
val valt derhalve onder de algemene
wet en houdt voor ons een sterke ge
wetensplicht in, in de veronderstelling
natuurlijk, dat de algemene wet en de
daaruit volgende conclusie voor het bij
zondere geval goed begrepen is in over
eenstemming met de verklaring van het
leergezag. Rahner geeft hiervan een
duidelijk voorbeeld. Het huwelijk van
twee gedoopten, dat sacramentcel ge
sloten is en voltrokken, kan in geen
enkel geval worden ontbonden, hoe de
concrete omstandigheden voor ieder af
zonderlijk huwelijk ook mogen zijn.
In dergelijke gevallen, zegt hij, is er
geen situatie-moraal volgens welke,
naar gelang der omstandigheden, die
ieder in zijn persoonlijk geval natuur
lijk zal beschouwen als zeer uitzon
derlijk. eerst nog moet worden onder
zocht of juist in dit geval het „gewe
ten" hoewel men de algemene wet
voor alle andere gevallen ..erkent"
niet objectief gerechtigd is om een
andere handelwijze als de juiste te be
schouwen.
Wij moeten als regel vooropstellen,
dat het christelijk geweten de plicht
heeft zich te richten naar de objec
tieve normen, anders zou het onvermij
delijk ontaarden in een private sub
jectiviteit. En dan zijn alle hekken van
de dam. Als christen weten wij, dat
de Kerk ons deze objectieve normen
leert en dat ons persoonlijk geval óók
door de wet wordt bedoeld. Er kan dus
geen sprake van zijn, dat wij op eigen
gezag zouden mogen uitmaken, dat in
onze „bijzondere situatie" het „geval"
in zedelijk opzicht anders ligt, dan in
de algemene wet is voorzien.
Uit het bovenstaande volgt derhalve,
dat het niets anders is dan zelfbedrog
te menen, dat men zijn vergrijp tegen
de wet voor zichzelf objectief kan recht
vaardigen „door met behulp van aller
lei theoretische kunstgrepen een beroep
te doen op zijn bijzondere situatie of
op zijn geweten" of zelfs door zich wijs
te maken, dat men tegenover God ver
antwoord is.
Het belang van deze zaak dwingt ons
in een volgende beschouwing hierop
nog eens terug te komen.
(Van onze Haagse redactie)
Uit het feit, dat minister Suurhoff de
in de Tweede Kamer gestelde vragen
over de prijs van schoolmelk niet bin
nen de gestelde termijn heeft kunnen
beantwoorden valt, op te maken, dat het
beraad van de overheid over het al of
niet subsidiëren van schoolmelk nog
niet is afgelopen. Na de laatste verho
gingen van de melkprijs zijn de daar
uit voortgekomen moeilijkheden voor de
schoolmelk tijdelijk opgeheven door een
dotatie van het bedrijfschap voor zuivel
van f 100.000.-, terwijl ook de regering
in het afgelopen schooljaar gelden be
schikbaar heeft gesteld. Het is echter
niet bekend of het bedrijfschap ook voor
het nu ingegane schooljaar gelden be
schikbaar stelt. De eerste dotatie was
bedoeld om aan de bestaande onzeker
heid een einde te maken. Het is nu aan
de overheid deze onzekerheid geheel op
te heffen. Indien er geen financiële steun
wordt verleend, zal de bijdrage van de
ouders voor schoolmelk in ieder geval
moeten stijgen.
De regering heeft bij de Tweede Ka
mer een drietal wetsontwerpen inge
diend tot wijziging van de pensioen
wetten voor de zee- en landmacht 1922,
de pensioenwetten voor het personeel
der Koninklijke marinereserve en het
reservepersoneel der landmacht 1923 en
de wet buitengewoon militair pensioen
19141918. Voorgesteld wordt de
minimumpensioengrondslag te verhogen
van f 1500 tot f 2500. De totale kosten
worden geraamd op f 375.000.
Voorgesteld wordt voorts in bepaalde
gevallen aan de weduwe van een ge
pensioneerde deelnemre aan het verzet,
die komt te overlijden do orandere oor
zaken dan de aan het verzet toe te
schrijven ziekten of gebreken, buitenge
woon pensioen toe te kennen. Ook kin
deren of pleegkinderen komen voor dit
pensioen in aanmerking.
Advertentie
ja, weet U,
I als ik voor de
kinderen aan het
breien ga, dan
koop ik altijd da
I beste wol, die ik
Ivinden kan. Kin
deren weten er wég mee, om
zo te zeggen. In het vuur van
hun spel zijn ze de kleren in
'n oogwenk vergeten. KOMPAS,
dat is de soort Scheepjeswol,
die zo mooi en zo sterk Is en
zó goed te wassen, dat je er
jaren plezier van hebt Nu al
die prijzen van Scheepjeswol
zo'nstukomlaag gegaan zijn,
is er helemaal geen bezwaar
meer over om juist die aller
beste wol te kiezen I
U waant en wel bijt